RU BRIEK VOOR ONZE JEUGD.
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle ingezonden
door jongens e>n meisjes, die „Voor
onze Jeugd" lezen. De namen van
de kinderen, die mij vóór Donderdag
morgen oplossingen zenden, worden
in het volgend nummer bekend ge
maakt).
1 (Ingezonden door Barbara Tim
mer.)
Welk dier is geel en bruin
2. (Ingezonden door Jacob Mok).
Wat maakt ge 'hieruit?
umebleraekm
3 (Ingezonden door Johan Faber.)
Mijn geheel bestaat uit vijf letter
grepen, en is een straat in Haarlem.
Mijn vier eerste deelen vormen sa
men een meisjesnaam en mijn laat
ste deel vindt men in iedere stad.
4. (Ingezonden door Hendrik Ploeg.)
Mijn geheel bestaat uit 15 letters.
10 2 13 is een bij.
9 7 11 is schoenmakersgereed
schap.
1 14 5 12 verkoopt de kruidenier.
Een 4 3 7 vindt men in de bergen.
8 14 15 is niet nauw.
6 7 is een lengtemaat.
5. (Ingezonden door Cornelia van
Schooten.)
Wat heeft een begin en geen eind?
■G. (Ingezonden door Hendrik ter
Haak.)
Met b is het rond.
Met r is het ook rond.
Met v is het niet leeg.
Met d is het wild.
7. (Ingezonden door Abram Walter.)
8 11 12 6 2 is een meisjesnaam.
Met 8 9 5 4 12 naait men.
De 1 11 12 staat aan den hemel.
Een G 11 8 is een hond.
Een 10 11 4 3 is een lichaamsdeel.
3 7 12 13 4 12 heeft men in den
mond.
8. (Ingezonden door Maria Kenzen.)
idgebutnrrreege
9. (Ingezonden door Herman deLagh.)
Mijn eerste is gezond voor kinderen.
Op mijn tweede loopt men. s
Mijn geheel is een sterrebeeld.
10. (Ingezonden door Jacoba Smit.)
Waarom kraait de haan met zijn
oogen dicht?
Raadseloplossingen
De oplossingen van de raadsels dei-
vorige week zijn
1. Frans Narebout.
2. Kus.
3. Koningstraat.
4. Wanneer hij Hollandsch kent:
5. Pinksterbloem.
6. Moor-room.
7. Een slak.
8. Wie tusschenbeide iets onder
vindt, leert bovenmate.
9. De oogappel.
10. Delft elft elf.
Goede oplossingen ontving ik deze
week van
Corrie van Zadel 5, Nellie Modoo 10.
Daniël Smits 5, Zusjes Martens 5,
Wim Germeraad 10, Coba Barthel 9,
Izaak Smits 5, Cornelia Leeuwen
kamp 8, Johan van den Bosch 7,
Annie Langeveld 10, Mina Vink 9,
Leonard Germeraad 10, een inzender
zonder naam 9, Catharina Kokkelko
ren 6, Benin ar d Seders 4, Mimi Vuik 9.
De Nieuwe Wedstrijd
Wat voor wedstrijd zou 't nu eens
zijn? Vooreen teekenwedstrijd is het
te mooi weerwe gaan nu liever bui
ten spelen dan avond aan avond te
besteden aan zoo'n teekening, waar
zoo heel veel werk aan is, en die al
tijd nog mooier moet worden. Nee,
een teekenwedstrijd is veel beter ge
schikt voor de winteravonden. Een
verhaaltjesvvedstrijd dan? Nee. ook
al niet. eerst 't verhaaltje be de tijken,
dan in 't klad maken en daarnahee-
lemaal in 't net schrijven. Nee, dat
duurt ook al veel te lang. Een woo ro
deowedstrijd? Maar die hebben we
pas gehad
Ja. wat dan
Wacht, ik ben er; ik weet al wat
we moeten hebben, 't is een
SCHRIJFWEDSTRIJD.
„Hè. wat is dat?" zul je zeggen
„schrijven, dat kunnen we nu alle
maal welDaar heb je alweer ge
lijk in, schrijven kunnen we alle
maal, maar daarom is dit nu juist
zoo'n mooie wedstrijd, want nu kan
iedereen meedoen, en de prijzen wor
den toegekend voor de netst geschre-
ven inzendingen. Eigenlijk moest
zeggen, voor de netste inzendigen,
want het schrijven is dezen keer wel
het voornaamste, maar ik kijk er
toch ook naar of je papier er netjes
uitziet, en of je niet aan 't knoeien
bent geweest met inkt of verf of lijm.
Nu zal ik je vertellen, wat je mag
schrijven, 't Is niet veel, 't is maar
een enkel zinnetjeGerard Hekkel-
man. een van mijn vriendjes, heeft 't
vroeger eens bedacht, en hij had er
toen een mooie rebus van willen ma
ken, maar dat ging jammer genoeg
niet. Inplaats van dien rebuswed
strijd zullen we 't zinnetje nu maar
voor den schrijfwedstrijd gebruiken.
Gerard heeft het zoo opgeschreven:
Kinderen, vraagt Uw ouders
abonnê te worden op Haar
lem's Dagblad dan leunt ge
oolc mee doen aan de wed
strijden in de Zaterdagavond!
Dit zinnetje, waar je zeker veel pret
om zult hebben (die Gerard bedenkt
mooie dingen, hè?) schrijf je dus zoo
netjes mogelijk op een vel papier.
Daaronder komt
I. je naam.
II. je leeftijd.
III. je woonplaats.
IV. de woorden ,,Dit heb ik zelf
geschreven
De kleinere jongens en meisjes mo
gen met inkt of met, potlood schrij
ven. de" grootere schrijven natuurlijk
met inkt.
Nu moet ik je nog vertellen over
de prijzen, want ik heb dezen keer
een heeleboel afdeelingen gemaakt,
en in iedere afdeeling wordt één prijs
toegekend. De prijzen zullen bestaan
uit schilderdoozen. figuurzaagkaar-
ten. kookkacheltjes, spellen en mooie
boeken.
In de eerste afdeeling doen mee
alle kinderen van zeven jaar of jon
ger.
De tweede afdeeling is voor kinde
ren van acht jaar, de derde voor
negenjarigen, de vierde voor tienja
rigen. de vijfde voor elfjarigen, de
zesde voor twaalfjarigen, de zevende
voor dertienjarigen, en de achtste af
deeling is voor jongens en meisjes
van veertien jaar of ouder.
De kleintjes behoeven dus niet te
denken „Ik schrijf toch niet zoo
mooi als de grooterenwant dat
komt er nu eens niets op aan,
HONDEN EN HONDENMODE.
De hond. is meer dan een huisdier,
hij is een huisvriend. Vraag 't ieder,
die er een hond op nahoudthij zal
u wonderen vertellen van de hoeda
nigheden van 't dier, bovenal van
de trouw en in de meeste gevallen
zal hij de mededeeling erbij geven,
dat de vriendschap van z'n hond
hem meer waard is, dan die van
menschen. Een mededeeling, waar
door ge u gekrenkt zult gevoelen, ais
ge zelf geen hond hebt; hebt ge er
wel een, dan valt ge den spreker bij.
Altijd zijn honden de lievelingsdie
ren der menschen geweest. De ko
ningen van Frankrijk bezaten altijd
een aantal honden van grootewaar
de. Onder Lodewijk XI waren voor
namelijk doggen in de modeen klei
ne langharige hondjes. In do 16e
eeuw waren er vooral veel kleine,
die van Malta en Napels werden
aangevoerd en in Lyon op de markt
gebracht. In de 17e eeuw plachten
de Fransche dames kleine poedels,
die uit Artois en Boulogne kwamen,
in den mof bij zich te dragen. Men
had den groei van deze hondjes te
gengehouden door ze in de eerste
dagen na de geboorte met wijngeest
in te wrijven. Onder Lodewijk XV
waren de meest geliefkoosde exem
plaren Deensche doggen, King Char-
les-hondjes en Affenpintchers.
Aan het hof en bij de voornamen
in den lande hadden de honden eigen
personeeloppasseressen, bakkers,
kleermakers enz. Zij kregen een uit
gebreide garderobe en halsbandjes
van fluweel.
Filou, de lievelingshond van Lode-
wijk XV had een halsband van goud
met diamanten bezet. Karei VIII
Hendrik IV en Lodewijk XIII lieten
altijd één van hun honden bij zich
in bed slapen.
Als Karei IX zat te eten, mochten
de honden gerust over tafel loopen
en springen. Voor hondenbeet was
men in dien tijd niet bang. Er was
een goed recept voor. Men sneed den
hond een handjevol haar af en loop-
te dit met een gloeiende kool in wijn.
Als men van dezen wijn dronk, dan
zou de wonde genezen.
TENGEVOLGE VAN DEN OORLOG.
Een der vele gevolgen van den te-
genwoordigen oorlog tusscheai Rus
land en Japan is de schaarschte en
bijgevolg de hooge prijs van de kam
fer. Deze dure gomsoort vormt een
van de belangrijkste bestanddeelen
van rookzwak buskruit. Om zeker te
zijn van een voorraad, voldoende voor
een oorlog van onbepaalden duur,
heeft Japan den uitvoer verboden niet
alleen van de gezuiverde gom, maar
zelfs van het ruwe product.
De uitvoer van Formosa miet dien
van Japan samen vormt den gan-
schen wereldvoorraad. De rijkste kam-
ferbosschen bevinden zich in het
woeste binnenland.
De wijze, waarop de kamfer uit het
hout wordt getrokken, is eenvoudig
en niet kostbaar. De spanen worden
in een ijzeren ketel op een zacht vuur
verhit. De kamferdamp, die uit de
spanen opstijgt, wordt door een bam
boe-buis naar een koelbak geleid, wijl
hij gecondenseerd wordt in den vorm
van sneeuwachtige kristallen. De ru
we kamfer wordt daarna in vaten ge
pakt en krijgt gelegenheid té bezin
ken. Na korten tijd scheidt de kamfer-
I olie zich af en wordt verwijderd. Dp-
i ze is van rele kleur. De kamfer zelf.
I de neerslag, die nog een zekere hoe-
i veelheid oile bevat, wordt in kisten
gepakt, door koelies naar een of an-
dere handelsplaats overgebracht en
van daar naar de fabrieken, waar zij
gezuiverd wordt.
Vóór Donderdag, 3 Augustus, moe
ten alle inzendingen aan mij gezon
den worden, en je hebt dus flink tijd
om eens heel, heel goed je best te
doen
Jongens en meisjes, die tot nu toe
nog niet meededen aan de wedstrij
den, kunnen nu ook eens een mooi be
gin maken, want de wedstrijd is niet
te lastig en geschikt voor iedereen.
Mijn oude vriendjes en vriendin
netjes weten wel, dat ze weer welkom
zijn
En ten slotteSchrijf maar prettig
en vergis je niet!
Voor de Boekenkast
Van de week vond ik weer eens
een echt gezéllig boek voor onze Boe
kenkast. 't Is tegenwoordig al zoo
prettig vroeg licht 's morgens, en als
je dan opgestaan bent. en 't is eigen
lijk nog geen tijd om met drukte ma
ken te beginnen, omdat alle andere
menschen in huis nog slapen, dan
moet je wel stil en rustig zijn, en
dan is het heerlijk om zoo'n prettig
dik boek te voorschijn te halen, en
je te verdiepen in een mooi verhaal.
Nu zal ik je vertellen, hoe mijn
boek heet. De titel is„Om aan de
kleintjes voor te lezen."
plezier je toch in deze gezellige ver
tellingen zult verdiepen.
Een alleraardigst verhaal is bijvoor
beeld van die kleine jongen, die een
groote tram present kreeg. Niet zoo'n
heel klein trammetje, maar een
echte, heusche groote-menschentram.
Begrijp je hoe dat mogelijk is? En
dat waar gebeurd© verhaal van die
vriendelijke beer, en het aardige
sprookje van ..De verloren Prinses
Hoe die terechtkwam? Ja, dat moet
je maar eens nalezen, hoor
"t Is van een groene toovenaar en
een zwarte dwerg" en een prins, die
de taal van alle dieren verstaat
En dan krijg j© die grappige ver
telling van domme Liesje, die een
vlokje haar uit Moeder's mof knipte
om in haar medaillon te doenDat
„een grappige droom" grappig is,
hoef ik je zeker niet te vertellen, en
dan komt Cecile's Dennenboom",
dat is nu weer een echt mooi ver
haal
Het plaatje, dat je hierbij vindt is
ui1, het sprookje van den Dwergmet
den gelen pompoen, als je goed kijkt
zie je den dwerg en ook den pom
poen. die hier op 't plaatje wel niet
geel is, maar in werkelijkheid toch
heusch geel was.
En verdernee, verder vertel
ik niets meer. Kies, als je eens een
Brievenbus
..O, voor de kleintjeshoor ik boek mag uitzoeken, dit maar gerust
jullie al roepen, maar, je moet me uit, dan doe je een goede keus,
goed begrijpen, het is niet voor zulke
heele ldeintjes, want, al zijn de ver
halen ook wel geschikt om aan de
kleine broertjes en zusjes voor te le
zen. ik wed toch, dat. al ben je
ook 11 of 12 jaar, je met heel' veel
geef het dan een eereplaatsje op de
boekenplank of in de boekenkast
Het is bij iederen boekhandelaar te
krijgen en het ïs geschreven door A.
C. Kuiper.
(Brieven aan de Redactie van de
Kinder-afdeeling moeten gezonden
worden aan Mej. M. C. van Doorn
Sophiastraat No. 22. Haarlem).
Nelly de M. Vandaag is mijn
vriendinnetje Nelly weer het eerst aan
de beurt. Ik vind het aardig dat je
zulke goede maatjes bent met Marie
Gr., maar het verwondert me niets,
want ik ben ook beste maatjes met
haar, hoorDat arme poesenvriendje,
dat maai- aldoor aan 't zoeken is. Is
't witte poesje nog niet terecht? Ik
vind dat je erg netjes met inkt ge
schreven hebt, en ik hoop 'ook, dat je
aan den wedstrijd zult kunnen mee
doen. Ook wel bedankt voor de felici
tatie De groeten aan je zusters. Dag.
Nel
Corrie van Z. Wel, kleine Cor
rie, wat heb je me een mooie brief
kaart gestuurd Dank je wel, hoor,
ik vind het erg aardig van je Nu
moet ik je ook al mot je verjaardag
feliciteeren, dat is wel erg vroeg, maar
waarom ben je dan ook juist op een
Woensdag jarig? 't Volgend jaar
moet je niet zoo'n raren dag uitzoe
ken Zijn het alle drie kleine poesjes,
en kunnen ze het goed met elkaar
vinden
Daniël S. Ik vind het erg prettig,
dat ik zoo'n goede keuze voor je ge
daan heb. Heb je al in het boek gele
zen. en is het mooi Dat vertel je me
een volgenden keer zeker wel eens,
is 't iniet
Mina V. Wat grappig, dat je op
school naast Jo L. zit babbel jullie
wel eens samen over de raadsels Nu.
over den nieuwen wedstrijd valt niet
veel te babbelen, dat moet je toch
zelf doen, hè? Heb ik niet iels erg
prettigs uitgezocht Ik verheug me er
al op. de volgende week weer zoo'n
langen brief te krijgen
Zusjes M. Dank je wel voor je
mooien brief, Paulientje. en ook voor
de gelukwenschen. Vindt. Sophie het
nog altijd prettig op de naailes,
gaat Mini daar later ook naar toe?
Wat zal die Sopbie het goed loeren,
hè?
Joen Betsy P. Je bent een
grappenma akster. hoor! Ik geloof
heusch, dat je alles uit de courant
haalt, maar dan kun je toch beter
kijken dan ik, want ik heb er niets
van gezien Maar met raden zal ik
maar onhouden, want jij kunt oen
geheim zoo goed bewaren, dat ik er
op die manier toch niet achter kom
Ja, die vijfhonderd woorden, het is
jammer, dat ze te veel plaats zouden
innetmen om in de courant te zetten
anders zou je het allemaal kunnen
zien. De plaatjes zaJ ik bewaren,
doe mijn groeten aan Moe. Dag
Corrie L. Wel, Corrie, heb je
in je prijs gelezen, en is het niet_erg
naar je z>n Ik hoop, dat je er niet
door vergeet om naar school te gaan,
want dat zou me erg spijten, weet
jeMaar, daar hoef ik natuurlijk
niet bang voor te zijn, wat zeg jij
Johan van don B. Zoo nieuws
gierig naar den nieuwen wedstrijd
Nu, dan ben ik erg blij, dat je liet
vandaag te lezen krijgt, nu is er ten
minste één nieuwsgierig jongetje min
der op do wereld Ga je nu eens heel
mooi schrijven?
Annie L. Nu, als je in Leiden
logeert, vind ik het niet heel erg, dat
je eens geen raadsels inzendt. En je
j eigen raadsel Ja, daar weet ik
j heusch niets van, ik weet alleen maar
j dat ik nog een heele massa raadsels
heb Zeg, als je een dag te voren zoo
veel te schrijven weet. weet je wat je
dan doen moet? Een dag te voren
schrijven Is dat geen goeden raad?
Bennard S. Blijft het haast het
zelfde, of je in de zevende of in do
achtste klas zit En ga je nog naar
de achtste klas toe? Ik wist niet. dat
je al zoo'n eind wasVan welke los
houd je nu wel het meeste, of is dat
moeilijk te zeggen
Cathariena K. Ik vind het erg
aardig, dat het zingen zoo goed ge
gaan is. maar je hebt er ook wel hard
ivoor moeten studeeren, hè? Ik wil
best gelooven, dat het briefjes schrij
ven er toen bij inschoot! Doe je ook
mee met den nieuwen wedstrijd
Izaak S. Je bent knapper dan ik,
hoor el, wel, wat heb je een mooie
i oplossing voor dat sommetje gevon-
den Er valt nu niets tegen in te
brengen Weet je nu ook nog in welk
i geval twee maal twee vijf is
Wim on L eonard G. Wat zijn
jullie weer ferm aan 't raadsels op
lossen geweest! Daar valt nu niets
.aan te verbeteren.hèVinden jullie
den prijs niet mooi, en ben je al aan
t lezen geweest, Wim
TEGENGIF VOOR NICOTINE.
Dr. Zalackas heeft in het sap van
de waterkers, dat hij verkreeg door
het fijnstooten der versche planten,
een zeer werkzaam tegengif tegen ni-
icotine gevonden.
j Hij spoot een konijn in met eene
I doodende dosis nicotine en toen het
Idier den dood nabij was, spoot hij
het een weinig van het sap der wa-
j terkers, vermengd met een beetje ca
feïne in. Na tien minuten volgde een
hevige ontlasting, die naar tabak
rook. Een uur later werd net diertje
nogmaals met het sap ingespoten en
langzamerhand werd het weer he el et
maal gezond.
Proeven op honden genomen, had
den volmaakt hetzelfde verloop.
WAAR ZENUWEN ONBEKEND ZIJN
De vrouwen van Japan zijn er voor
bekend, dat zij in tegenstelling met
haar westersche zusters, altoos zoo
geheel haar zelfbeheersching weten te
bewaren. „Patent-medicamenten" om
zenuwachtigheid te genezen, hebben
maar weinig aftrek in Japan. Wat het
bet eekent„last van zenuwen te heb
ben", is daar onbekend. Japansche
doctoren zijn maar zelden rijk.
Eoai reiziger, onlangs teruggekeerd
uit het land van de Rijzende Zon,
heeft getracht een verklaring voor de
zen staat van zaken te vinden.
Om te beginnen", zegt hij. „is er
nooit eenige verandering in de mode
daarom heeft de Japansche vrouw
nooit eenige zorg daarover. Dan is het
huishouden zóó vereenvoudigd, dat
de Japansche huishoudster nooit
wordt geplaagd door de beslommerin
gen, die de zenuwen sloopen en de
westersche vrouwen vóór haar tijd
doen verouderen. Een Japansch huis
heeft geen draperiën en geen stoffige
hoeken en gaten door overvloedige
versierselen. Iedereen trekt zijn schoe
nen uit bij het binnenkomen van een
huis en geen slijk en stof worden mee
naar binnen gebracht.
Japansche vrouwen zitten niet een
heelen nacht op om te overleggen hoe
zij het best voor den dag zullen ko-
men. Zij martelen haar hersens niet
af met allerlei plannen om haar
dochters aan rijke jongelui uit te hu-
welijlten. Zij behoeven nooit uit een
j magere portemonnai© een vet diner te
i betalen. 7ij leven eenvoudig, geluk-
j kig vreedzaam, dienstvaardig, en zij
hebben het daarbij zeker niet slechter
dan hier, waait do meeste bereiken een
goeden ouderdom.
TOGO HEICHACHIRO.
Er zijn weinig feiten in de geschie
denis der eeuwen meer opmerkelijk
dan dit, zegt een medewerker van de
„Pall Mall Gazette", dat Japan, dat
ten allen tijde van Togo's geboorte,
nog in mystiek duister gehuld was,
nu een zee-en landmacht is van den
eersten rang.
En toen in 1851 de zoon van Togo
Kichizoemon ter wereld kwam, moe
ten wel alle acht millioen goden van
Japan glimlachend gestaan hebben
bij zijn wieg. Want hij, Togo Hei-
chachiro is de man geworden, die de
Armada van het Russische keizerrijk
wegvaagde van de Japansche wate
ren.
Togo is een doodeenvoudige man,
met groote wilskracht.
In 1903, toen de minister van Ma- j
rine, baron Yamamoto, hem opriep
om te Tokio te komen, was hij com-1
mandant van het marine-station te
Maizoeroe. Op den dag, dat dit be- j
richt hem bereikte, was hij voor de
eerste maal na een zware ziekte i
weer op.
Zijn vrouw bracht hem den bri#f
aan den ruststoel, waarop hij lag.
Togo las haastig den inhoud.
„Geef mij m'n uniform", zei hij
daarna, „ik ga naar Tokio".
„Maar je bent er te ziek voor",
antwoordde mevrouw Togo, „je kunt
die reis onmogelijk doen."
„De zee zal me juist goed doen en
't kan ook niet anders."
Zoo vertrok dan de nog doodzwak
ke man naar Tokio, en waarlijk, de
zee knapte hem op.
Togo Heichachiro is verbazend
klein, zelfs voor 'n Japanner. Hij ie
geen lastige commandant, al wil hij
de discipline streng in acht genomen
zien. Hij is bijzonder stil en in zich
zelf gekeerd en kent letterlijk geen
vrees, of 't zou moeten zijn voor do
hulde van de bevolking.
Te Maizoeroe werd hij de „stüle
man" genoemd, hij bracht er dagen
en halve nachten in zijn bureau door
en nooit zag men hem met iemand
spreken, behalve wanneer hij bij 't
komen en gaan zijn officieren
groette.
Het huiselijTt leven van den admi
raal is zoo eenvoudig mogelijk, zijn
huis te Tokio is ingericht als dat van
'n eenvoudig burgerman, 'n Gezel-
schapsmensch is hij niet.
Een gezantschapsattaché, die hem
op zijn schip de „M'kasa" bezocht,
stond v.erbluft van hem.
„Ik kon m'n oogen niet gelooven",
zeide hij. „zoo'n klein, nietig kerel
tje, zoo bescheiden en zoo verlegen,
bijna als een jong meisje. Ik keek
naar z'n smalle schouders en z'n
schuchtere manier van praten en
zich bewegen en kon maar niet ber
grijpen, dat dit nu een Cesar of een
Napoleon, of een Nelson uit de ge
schiedenis was."
Mevrouw Togo vertelt, dat de stil
zwijgendheid van den admiraal dik
wijls zelfs door zijn huisgenooten
verkeerd wordt begrepen. „Weet ge",
zeide ze eens tot een vriend van haar
man, die haar bezocht, „wat hij tot
mij zei, toen hij vertrok om 't opper
bevel over de vloot op zich te nemen?
„Wees zoo lief en pas op m'n hon
den". 't Is Soo'n eigenaardig
mensch."
Togo is ook literator.Toen hij be
noemd was tot admiraal van de vloot
en op het punt stond te vertrekken,
gaven zijne vrienden een afscheids-
feestmaal te zijner eere. Daar las
hij een gedicht voor, welks oorspron
kelijkheid van gedachte en wellui
dendheid van woorden een ieder in
verbaasde bewondering brachten.
Zijn liefde voor planten en bloe
men is in Tokio spreekwoordelijk
geworden, hij heeft er een prachtigen
chrysantemum-tuin.
En het is een openbaring, dezen
wonderlijken kleinen man te hooien
zingen en spelen op zijn biwa, een
soort Oostersche guitaar.
Togo heeft twee zoons, Ilyo en
Minoroe, en één dochter, Yachio.
Eigenaardig is het ,waar de leden
van Togo's gezin zeer aan elkaar en
j hun vader gehecht zijn, een liefde,
die woderkeerig is, dat zij, zoolang
j Togo op de vloot is, hem nooH schre-
ven, of een brief van hem ontvingen.
Dit is teekenend voor den aard der
Japanners.
Alleen ziet men te Tokio dagelijks
i Hyo Togo naar het ministerie van
j Marine fietsen om het laatste oorlogs-
j nieuws te halen.
HET KLOPPENDE HART VAN EEN
DOODE.
In den laatsten tijd hebben onder
zoekers op geneeskundig gebied zich
meermalen bezig gehouden mei be-
langwekkende proeven, om het uit het.
l doode lichaam genomen hart weer tot
i leven te brengen.
i Onlangs heeft zich op dit gebied
'een zéér opmerkelijk geval voorge-
1 daan, waarover dr. Deneke. in de
IVereeniging van geneeskundigen, in
Hamburg, het een en ander meedeelt,
Om twee minuten over achten des
morgens werd eene 43-jarige misda-
digsteï door middel van de giullotine
ter dood eebracht, Tien minuten later
.werd het lijk in een gevangeniscel
ontkleed en opende men de borstkas.
Op dat oogenblik vertoonden zich
aan het hart nog enkele trekkingen
i der spieren. Nu werd de groote slag
ader, de aorta, doorgesneden en daar -
in een glazen buis gebonden, en om
i kwart over achten werd het hart uit
het lichaam genomen, en het bloed
vaten-systeem van het hart aanstonds
door middel van de glazen buis, gron
dig doorgespoeld met een zwakke op
lossing van keukenzout van 35 gr.
Celsius, totdat de uit het hart stroo-
mende vloeistof nagenoeg klem-loos
geworden was.
Het nu geheel slappe hart. waaraan
geen spoor van beweging meer was
te bekennen, werd om 23 minuten over
achten in een daarvoor vervaardigd
Nelly M. Wel, Nelly, als je tien
omkeert, wat krijg je dan De andere
raadsels zijn goed. Vond Pa het boek
ook mooi, en vind je de plaatjes niet
aardig? Had je nooit van den jon
gensnaam „Onna" gehoord Die be
staat toch heusch I Nee, 't is geen
raadselwedstrijd, zooals je ziet, maar
toch iets, dat jij en Bertus wel pret
tig zult vinden, is 't niet Aardig,
dat Bertus nu ook weer mee gaat
doen
I n c o n n u. Wie isnu toch „In-
connu" en „Etiënne" En wie woont
er in Groslay Allemaal raadseltjes,
lijkt hot welWat een mooie kaart
W el bedankt, jongejuffrouw of jon
genheer Inconnu Etiënne
Coba 13. Wel. Coba, er zijn toch
ook wel klokken in Friesland, waar
geen gewicht aan hangt, en buiten
Friesland zijn toch ook wel klokken,
waar wèl een gewicht aan hangt
van je raadsel kan ik je heusch nog
niets beloven. Aan dat „Dag. Juf
frouw" zie ik wel. dat je veel vaneen
schrijfwedstrijd houdt, is hot niet
zoo
Inzender zonder naam, Wie
is dat uu weer? Jo naam vergeten bij
de oplossingen te schrijven O, o
Een volgenden keer beter oppassen,
hoor
M. C. VAN DOORN.
apparaat gebracht en met zekere zou
ten bevattende vloeistof, de zooge
naamde oplossing van Lockei, en la
ter met zorgvuldig geprepareerd
bloed doorspoeld.
Daarbij werden eerst langzame, la
ter zeer krachtige en regelmatige sa
mentrekkingen van het hart waarge
nomen, die echter langzamerhand
weer afnamen.
Eerst drie volle uren na de onthoof-
din«T bleef echter het hart voor goed
stilstaan.
VERTROUWBARE
WEERPROFETEN.
Het weer is tegenwoordig 's zomers
zoo veranderlijk, dat men blij mag
zijn, dat er ten minste weerprofeten
bestaan, op welke men zich verlaten
kan, en, dankbaar, als men op nog
meer zulke raadgevels, dan die men
al kende, opmerkzaam gemaakt
wordt. Als weerprofeten uit de plan
tenwereld gelden, in de allereerste
plaats, de bladeren van den kastan
jeboom, d'e, bij goede weervooruit-
zichten, ook als de hemel bewolkt Is,
de vijf vingers naar alle richtingen
uitspreiden, maar bij naderenden re
gen zicJi vallen laten en samentrek
ken, gelijk de hand doet als ze een
snuifje neemt. De scharlakenrood©
pimpernel is nog vertrouwbaarder.
Zij verwacht den dag, op welken het
regenen zal, ook bij blauwen hemel
met vast gesloten knoppen en voor
spelt den regen vijf, tien, zelfs vier
entwintig uren vóór hij er is. De
paardebloem, welker witte wol
lige. bol in 't voorjaar elke weide
tooit, staat in 'haar volkomen bol-
rondtc, slechts zoolang, als er mooi
weer in uitzicht is bij naderenden re
gen trekt zij de fijne dradenbosjes te
zamen en vormt zij een miniatuur
bezem Alle klaversoorten klappen
haar drie blaadjes dicht en buigen
den stengel om, als er regen nadert.
Kikvorschen zijn geel bij aanhoudend
mooi weer, doch worden bruin, als
er regen dreigt; spinnen arbeiden
aan de voltooiing barer webben
slechts dan als er uitzicht is op lang-
durigen zonneschijnals zij in den
vroegen morgen haar draden spin
nen. kan men veilig voor de buiten
partij het lichtste toilet kiezen. Als
de uil bij regen krast, wordt het
gauw mooi weer, terwij], als de
pauw bij mooi weer schreeuwt, het
zeker spoedig regent. Als de slakken
wegkruipen, is regen in aantocht en
als zwaluwen laag bij den grond
vliegen, >s dit een bewijs, dat lichte
insecten, die 't allereerst de vochtig
heid gevoelen, den grond hebben op
gezocht. Onfeilbaar in haar voorspel
ling zijn de meeuwen, die bij regen
brengenden westenwind over de kust
vliegen, soms ver landwaarts in en
een vreeselijk geschreeuw aanheffen.