Haarlem!s Dagblad NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Vraag en Aanbod Een Kwartje per plaatsing Twee Kwartjes te zamen Grootte der Adv. hoogstens zes regels 23e Jaargang. No. 6762 fsïsehijrW dage5', as, behalve op 2ass= en Fsesisteges. ZATERDAG 15 JULI 1905 El HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN PER DRIE- MAANDENl Voor Haarlem - I«20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente) e 1.30 Franco per post door Nederland 1.65 Afzonderlijke nummers 0.02% Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem c 0.37% K fl de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lourens Coster, Directeur J. C. PEEREBOOM. ADVERTENTIËN: Van 1—5 -.egels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen. Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55. intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724, Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère O- L. DAG BE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre. plaatst dagelijks Advertentiën van (geen r, Wn/yvhe.1 Aft, noncesvoor DRIEMAALmits binnen een Week, voer Betaling d, Contant Stadsnieuws PROVINCIALE STATEN. (Vervolg). Om .kwart voor tweeën wordt de vergaider ing ,herop end Tot lid der Gedeputeerde Staten in gevolge art. 89 der Provinciale wet wondt benoemd de heer rnr. F. Th. Westerwoudt mét 60 st. De .lieer Westerwoudt dankt voor de eer hem aangedaan. Afgewezen wondt het verzoek van het bestuur der uitwaterende sluizen in Kennemerland en Westfriesland om subsidie ten behoeve van een op te richten stoomgemaal te Schardam. TREKHONDEN IN N.-HOLLAND. Aan de orde komt de wijziging der prov. wet inzake de trekhonden. De algemeene beschouwingen worden geopend. De heer KOOL meent, dat wanneer de bepalingen voorgesteld worden aangenomen, men bepalingen op neemt, die een doode letter zuilen blijven en geen bescherming zullen geven aan den trekhond. Spr. zou het betreuren indien de wet op deze wijze werd gewijzigd, daar dan de wet zou worden ontdo ken. De iheer Kool acht de Staten niet bevoegd zulk een wijziging vast te stellen. De lieer Jhr. Mr. J. W. G. BOREEL v. HOGELANDEN weerspreekt het standpunt van den lieer Kool. De be palingen zullen geen doode letter worden. Den rijders met honden karren zal niet het brood uit den mond genomen worden. De heer C. D. ZUR MüHLEN be grijpt niet de quaestie der bevoegd- beid. In Zuid-Holland schijnt men die bevoegdheid wel te bezitten. - Al thans de Regeering heeft er geen en kele aanmerking op gemaakt. De heer KOOL dient nu een motie in om uit te maken of de Staten al of niet bevoegd zijn tot het nemen van dergelijke maatregelen. De heer Mr. A. A. v. d. MERSCH zegt, dat het de vraag is of deze ma terie is een onderwerp van algemeen Rijksbelang. Degenen, die er een Rijksbelang in meenen te zien ver wijzen naar het Strafwetboek, waar reeds noodeloos kwellen van dieren wordt strafbaar gesteld. Np hebben alleen art. 32 b d en e van.de voorgestelde verordening be trekking op de bescherming van dieren. In zijn betrekking als kantonrech ter heeft spreker dit ervaren, dat waar het Rijk regelen en wetten geeft .de Gemeente en de Provinciale Staten de finesses kunnen regelen, zonder dat, zij nietig of onuitvoer baar zijn. Wanneer de Koningin de' bepalin gen niet vernietigt zijn zij wettig, totdat een nieuwe Rijkswet de quaes tie opnieuw regelt. PROF. Mr. G. A. VAN HAMEL meent, dat het de quaestie niet is of Zuid-Holland bevoegd is. Achten de Staten van Zuid-Holland zich be voegd, dan kunnen de Staten van Noord-Holland zich wel onbevoegd achten. Het is de vraag of art. 455 van het Strafwetboek een complete regeling voor het geheele land "beüoe1', of slechts een meer algemeene rege ling, De strafwet heeft in de praetijk niet voldaan en kon ook niet voldoen. Een wet geeft alleen straf en ds niet preventief. Spreker heeft vroeger veel gespro ken tegen de bevoegdheid vair de Staten, maar wil nu over de bevoegd- heidsquaesiie heenstappen om te komen tot een regeling. Mr. J. P. A. N. CAROLI is het nooit helder geweest, waarom deze Staten zich niet bevoegd achtten. De meening van rnr. van Hamel is die van toonaangevende kringen van het publiek recht. Ook de tegenwoordige minister huldigt deze opvatting. Uit de artikelen van Strafrecht kan spreker niet halen, dat het doe der Regeering was den Gemeenteraad en de Provinciale Staten te verbie den nadere bepalingen te maken. De heer KOOL zou voor de bepa lingen van -de voorgestelde verorde ning zijn, indien men hem kon be wijzen, dat de dierenmishandelingen daardoor zouden verminderen. De heer P. VERMEULEN zegt, dat hij wpont in een streek, waar vele hondenkarren worden gebezigd. De toestand is .daar vaak meer dan treurig. De discussies worden gesloten en de motie-Kool verworpen met 53 stemmen tegen en 15 stemmen vóór. Vóór stemden de heeren Jb. Zijp HznMr. J. C. de Vries, P. B. j. Ferf, Mr. W. Baron Roell, Mr. F. Th. Westerwoudt, Mr. II. J. C. van Tie nen, A. Kool, Mr. J. N. J. E. Thijs- seu. P. Wonder Azn., G. J- O. D. Dik kers, H. J. Calkoen, Dr. S. Schipper, Mr. .J. P. Kraakman, G. A. Loeff enJ. Tertsen. In behandeling komt art. 32Het rijden met en op hondenkarren op de rijwegen is geoorloofd onder in achtneming van de bepalingen in de artikelen vervat. De heer FEISSER stelt voor art. 32 te lezen: Bij het rijden met en op hondenkarren op de rijwegen moe ten de bepalingen in de volgende ar tikelen vervat, in acht genomen wor den. Dit amendement wordt verworpen met 59 stemmen tegen en 9 vóór. Het voorgesteld artikel wordt nu aange nomen. De hee-r Mr. A. A. v. d. MERSCH is tegen artikel 22 dat behelst, dat op de achterzijde der hondenkarren moet vermeld worden het inschrijvings nummer en de naam der gemeente waar de eigenaar woont. Het artikel wordt aangenomen. Bij art. 32 b zegt de lieer Mr. J. P A. N. CAROLI, dat het voorstel van den heer Zur Mühlen ook niet wen- sc'helijk volmaakt is te noemen. Ook de verbeteringen door Gedeputeerden en de desbetreffende commissie aan gebracht, waren pover. Spreker dient daarom een motie in, om de zaak aan te houden tot de najaarszitting en het ontwerp terug te zenden zonder hoofdelijke stem ming wordt daartoe besloten. Goedgekeurd werd de wijziging van het Bijzonder Reglement van be stuur van den Haarlemmermeerpol der, bij welke wijziging het penning meesterschap wordt opgedragen aan den secretaris van den polder. Verder weiden vastgesteld de wij zigingen enz. van een aantal water schappen. De voorzitter brengt nu dank aan de rapporteurs voor hun werk. De volgende vergadering moet vol gens de gewijzigde wet in October plaats hebben ter vaststelling der be grooting. Daar er niets meer aan de orde was, sloot de voorzitter nu de ver gadering in naam der Koningin. Binnenland UIT DE STAATSCOURANT. Blijkens bij het dep. van marine ontvangen bericht .is Hr. Ms. instruc- tïeschpip Nautilus", onder bevel van den kapitein-luit. ter zee J. F. B. van Dijk, den 12en dezer van Helle- voetsluis' naar zee vertrokken ter aan vaarding van hefc tweede gedeelte van den zomerkruistocht. cartes" kent, schrijft de Tel., men is dan ten minste gevrijwaard van de gebruikelijke verbazing, die zich bij de oplossing eener crisis meestal voordoet. Wie had b.v. ooit gedacht, in een ministerie, met dr. Kuyper, ■den völksleger-man bij uitnemend heid toentertijd ten minste aan liet hoofd, generaal Bergansius te zien opnemen Zooals bekend mag worden veron dersteld, worden door H. M. de Ko ningin voor 't vormen van een nieuw ministerie verscheidene hooggeplaats- ste personen geraadpleegd, boven en behalve dengene, die ais Kabinets formateur optreedt. Onder die hoog geplaatste personen, in wie H. M. een buitengewoon vertrouwen stelt, be hoort van zelf de luitenant-generaal Kool, de chef van den generalen staf, een van de personen, aan wie inder tijd een deel van Hare opleiding werd toevertrouwd. En juist van de zen generaal zijn in zulk een geval adviezen te duchten, die er toe kun nen leiden om een volkslegerman" met alle geweld uit liet nieuw te vormen ministerie te houden. Van het standpunt van militaire reactie beschouwd, en ook in alge meen krijgskundigen ziu, is generaal Kool ongetwijfeld een eerste kracht, die bovendien begaafd is met een groote dosis diplomatiek beleid. Maar met dat al heeft hij, volgens de veldwinnende moderne begrippen, zijn roem overleefd. Het is niet te verwachten, dat hij, zoowat de oud ste van allen in het leger, nu nog veranderen zal. Zeer gewenscht wa re het daarom, als zijn invloed thans, nu een man van meer moderne op vatting zoo broodnoodig is. zich eens niet bij de Kabinetsformatie deed gel den. De man, die op dit oogenblik be hoort op te treden, moet zijn van liet type kolonel Cool (directeur der Hoogere Krijgsschool) of Eland. Mocht men deze beiden al te „schip- perachtig" vinden, dan een burger met eenige flinke militairen als auxiliaire krachten. Onder de jongere militairen vindt men wel zeer bekwame mannen, maar zoover we kunnen nagaan, mis sen die vooralsnog de voor een mi nister zoo noodzakelijke ervaring op allerlei gebied. dat liet Ministerie nog tot deze be noemingen zal overgaan. Ook moet het Ministerie voorne mens zijn de benoeming van een Gouverneur van Suriname aau zijn opvolger over te laten. BOND VAN CHRISTELIJKE ZANG- VEREENIGINGEN IN NEDERLAND Woensdag werd op de terreinen van de renbaan op Cruysbergen bij Bussum liet achtste zangersfeest ge vierd van bovengenoemden Bond. In den morgen brachten de trei nen de duizenden zangers, zangeres sen en belangstellenden naar Bus sum en reeds vroeg waren de straten en lanen gevuld met feestgangers. Op het feestterrein was alles door het regelingscomité op uitstekende wijze georganiseerd. Door de goede zorgen van het Gemeentebestuur van Bussum verkeerde de 'sGraveland- sche weg, die anders bij zulke gele genheden zoo stoffig kon zijn, in goe den toestand, zoodat het nu een ge not was daar te wandelen. Na het zingen van Psalm 981 en 2 door alle aanwezigen, wat een machtigen indruk maakte en van het Welkomstlied door de Chr. Zang- vereeniging- „Looft den Hear" te Bus sum, hield do burgemeester van Bus sum, jhr. R. van Suehtelen van de I-Iaare, een korte toespraak, waarna de voorz. van den Bond, mr. H. de Graaf van Hoogendorp uit Den Haag, de openingsrede uitsprak. Hierna werden onder leiding van 'den heer Godefroy uit Steenwijk de zangnummers uitgevoerd. In den' loop van den dag voerden nog verschillende sprekers het woord en in de pauze «bracht de kapel van het Instructiebataljon uit Kampen, die ook de liederen begeleidde, eenige nummers ten gehoore. 's Avonds gaf de harmonie Crescen do te Bussum ter eere van het feest een concert in de Gemeentetent op den Brink, dat door velen, die nog niet huiswaarts waren gekeerd, werd bijgewoond. kindje stierf echter reeds binnen één dag. De vader gaf zijn in leven gebleven kind bij den Burgerlijken Stand aan en liet de aangifte van het. overleden kind, gelijk dikwijls in dergelijke omstandigheden gebeurt, aan den aanspreker over, die de begrafenis verzorgt, daar zulke kinderen als „levenloos geboren" ingeschreven worden. Nu is door eene vergissing van den aanspreker, in overeenstemming met een verkeerde wijze van invullen van het attest door den geneesheer, die den dood van liet vrouwelijk kindje foutief vaststelde, in plaais van het vrouwelijke het mannelijke kindje als overleden aangegeven, zoodat er voor de wet slechts van een overleden man nelijk kind sprake is. De vader geeft zich thans natuur lijk alle moeite om zijn uit een wet tig huwelijk geboren toch niet wetti gen zoon een burgerlijke „wederop standing" te doen ondergaan. Met dat al is de quaestie voor al len zeer onaangenaam, niet het minst voor den hier bedoelden ge neesheer. (N. v. d. D.) TUINBOUW EN PLANTKUNDE. De af deeding „Hilversum en Omstre ken" der Nederlandschc Maatschap pij voor Tuinbouw en Plantkunde heeft met algemeene stemmen cle vol gende motie aangenomen De af deeling Hilversum en Omstre ken stelt voor, bij mogelijk? oprich ting eener algemeene Tuinbouwfede- ratie, dat de Nederlandsche Maat schappij voor Tuinbouw en Plant kunde zich niet oplost in voornoemde federatie, maar een zelfstandig li chaam blijft, op dezelfde leest ge schoeid als tot heden. A. N. W. B. Met liet oog op de feesten op 22,23 en 24 Juli a.s. door den Algemeenen Xederlandschen Wielrijdersbond te Groningen te geven, hebben zich deze week niet minder dan 157 nieuwe le den voor den Bond aagegeven. DE PORTEFEUILLE VAN OORLOG- In het stadium, waarin wij, en de miuisterie&le crisis met ons, thans verkeeren, is het goed als de buiten wereld ook iets weet hoe het met de samenstelling van een nieuw Kam net toegaat, als men „le dessous des CONSULAAT-GENERAAL IN TRANSVAAL. Naar het Vaderland verneemt, is er thans sprake van. dat de heer F. M. Knobel, onze minister-president in Perzië, die sedert eenigen tijd met verlof te 's-Gravenhage is, benoemd zal worden tot consul-generaal rn Transvaal. Jhr. mr. J. E, de Sturler, onze con sul-generaal in Smyrna, zou hem dan opvolgen als minister-resident in Te heran. liet is echter niet waarschijnlijk, j UIT DE DIAMANTINDUSTRIE. Wij lezen in „Het Volk" I Dinsdagavond had in het „Ameri- can-Hotel" eene conferentie plaats j tusschen de besturen van Juweliers- vereeniging en Diamantbewerkers- bond, waarin voorloopige besprekin- I gen plaats hadden nopens de verlen ging van het bekende contract tot liet vastleggen der loonen. Hoewel de besprekingen, zooals ge zegd, een zeer voorloopig karakter droegen .bleek aan beide zijden ge- i neigdheid de overeenkomst te her- nieuwen met wijziging van sommige i bepalingen. KINDERVERWISSELING. Ieder «herinnert zich nog wel het geval van beweerde kinderverwisse ling in het Wilhelmina-Gasthuis, dat een optisch bedrog is gebleken te zijn. Zulke gevallen van onvoldoende waarneming schijnen meer voor te I komen. i Verleden week werd een echtpaar te Amsterdam met de geboorte van' tweelingen verblijd en wel één kindje van het mannelijk en éenvan het vrouwelijk geslacht. Het laatste ONTOEREKENBAAR. „Het Centrum" schrijft In de rechtzaak tegen den jongen man te 's-Gravenhage, die in de Scheveningsche Boschjes zonder eeni ge aanleiding een dame doodstak, is ontslag van rechtsvervolging geeischt en plaatsing in een krankzinnigen gesticht voor den tijd van hoogstens één jaar. De medici hebben den beschuldigde ontoerekenbaar verklaard, die geen misdadiger is. maar een patiënt, een gedegenereerde handelend onder de impulsie van een dwandvoorstelling. j Van straf in den eigenlijken zin mag dus, volgens dit advies, geen sprake zijn. Deze moordenaar behoort niet thuis in de gevangenis, maar in het krankzinnigengesticht. I Voor deze uitspraak der wetenschap wij zeiden liet reeds vroeger heeft men het hoofd te buigen, ook al staat het vast. dat niet elk barer uit spraken onfeilbaar is. i Waar echter de ontoerekenbaarheid op gezag der alleszins bevoegde des- kundigen moet worden aangenomen, j ware het onredelijk con streng vonnis tegen den beklaagde te verlangen. Het Recht eischt zulk een vonnis niet. i Echter blijft toch een andere vraag over, de vraag namelijkwat eischt de publieke veiligheid? De verdediger van den beschuldig de maalde zich in zijm pleidooi al heel gemakkelijk van deze vraag af. De rechter heeft zich alleen af te vragen, zeide hij, of beklaagde al of niet toerekenbaar is, zonder te vragen naar de gevolgen. Dit is wat al te eenvoudig gere deneerd. Een ontoerekenbare moge recht heb- Feuilleton. DE DUBBELGANGER, door KATIIER. CECIL THURSTONE. 30) Blessington keek om zich heen. O, ja, zeide hii daar zie ik hem. Toen zweeg hii Hij was een van de goedhartigste menschen, die men zich denken kan. maar zijn vrienden wis ten wel, dat Chilcote's plotseling ver anderen van secretaris hem gegriefd had. Eve, die zich daar eveneens van bewust was, beproefde de kleine klove tusschen haar man en Blessington te overbruggen. Vertel me eens wat van jezelf. Wat heb je al dien tijd uitgevoerd Blessington keek haar aan en glim lachte weer. Zijn vroolijkheid was al weer term- gekomen. Al dien tijd uitgevoerd herhaal de hij, quasi verontwaardigd. Om den anderen dag ben ik 's middags naar Grosvernor Square geweest, om he laas te bemerken, dat. mevrouw Chïl- cote nooit thuis is. Eve lachte. De jonge man, nog haast een jongen met zijn open, eerlijken, vroolijken aard, had in de twee laatste jaren menig zwaarmoe dig uur voor haar opgevroolijkt en zij had hem niet weinig gemist, toeri zijn plaats door Greening werd ingeno men. Ja. maar ik meen in ernst uitge voerd, Bobby. Heb je al een geschikte bezigheid gevonden Blessington trok een scheef gezicht. Er is iets op til daarom doe ik hier vanavond dienst, om 't zoo maar eens uit te drukken. De oude Bramfell en papa maken het samen zoo'n beetje in orde. Als dus Lady Bramfell of Lady Astrupp vanavond hun zakdoek of hun waaier laten val len, moet ik die oprapen. Begrijpt u 1 Zooals je mijn waaiers en zak doeken verleden jaar en 't jaar daar voor opgeraapt hebt? Eve glimlachte. Blessington's vroolijk gezicht werd plotseling ernstig. Tk wou, dat u dat niet gezegd had, zeide hij. Toen zweeg hij opeens en er kwam een luisterende uitdrukking op zijn gezicht .De lach van een man in hun nabijheid had zijn oor getroffen. Het was geen luide lach, maar een lach, die men in een ontvangzaal in Londen zelden hoort. er lag be- lamgstdlling. genoeglijkheid in en, hoe eigenaardig het ook klinken moge, hij scheen ook kracht uit te drukken. Eve en Blessington keerden zich beiden onwillekeurig om. Wel almachtigzeide Blessing ton- met gedempte stem. Eve zeide niets. Loder had zijn praatje met Sakeley geëindigd en het was zijn lach, die hun beider aandacht had getrokken. De belangstelling in hetgeen Sake ley gezegd had, lag nog op zijn gezicht uitgedrukt, toen hij zich bij hen.voeg de. Terwijl Blessington hen aan zag komen, zeide hij weder op gedempteu toon als bij zichzelf Ik heb nog nooit opgemerkt, dat hij eigenlijk zoo lang is: dat komt. omdat hij vanavond veel rechter loopt dan gewoonlijk. Weer zeide Eve niets, maar in stilte gaf 7.ij Blessington gelijk. Loder scheen haar niet te zien. tot dat hij vlak bij haar wras. Toen bleef hij naast haar staan esi zeide Ik sprak daar juist even met Sa keley. Hij vraagt me of ik van de week eeiïs met hem in Cadogan Gar dens dineer. Maar Eve antwoordde niet, daar zij wachtte, tot hij iets tegen Blessington zou zeggen. Zij keek hem haastigaan maar hoewel hun oogen elkaar ont moetten. begreep hij niet, wat haar blik zeide. Het was een moeilijk oogenblik. Zij wist. dat hij ongeloofe- lijk bijna onvergeeflijk afgetrokken kon zijn: maar dat was hij alleen al« hij aan zijn „zenuwen" leed, zoo als zij 't noemde. Maar dien avond bleek het haar alles ten duidelijkste. dat hii zoo helder van geest was als ooit. Er kwam een lichte blos on haar wangen en zij wierp een zijdeling- schen blik op Blessington. Zou hij 't zelfde denken als zij Maar hij be keek met aandacht een Chineasche wapenrusting, die in een nis in den muur hing. Bobby heeft een gezellig praatje mot ine gemaakt, terwijl jij doorMr. Sakeley in beslag wordt genomen, zeide zij. Terstond wendde Loder zich tot Blessington. Hoe maak je het zeide hij met zeer twijfelachtige hartelijkheid. De naam Bobby zeide hem niets. Tot zijn verbazing zag hij. dat Eve eenigszins donker keek en dat Bles sington's roode kleur nog iets hooger werd. Hij begreep dus dat hij deriVer- keerden toon had aangeslagen. Er volgde een korte, haast pijnlijke pauze. Toen, meer bij intuïtie, dan doordat hij het werkelijk zag, bemerk- Ie Blessington, dat Eve's oogen zich van hem naar Loder wendden, en met tact wist hij de situatie te red den. Hoe maakt u het, mijnheer antwoordde hij glimlachend. Mag ik u er wel mee feliciteeren, dat u ir zoo zoo uitstekend uitziet Ik ver telde mevrouw juist, dat ik zitting heb in een commissie van bijstand voor Lady Astrupp van avondik hen edn soort van spion, die rapporteert wat er op de buitenposten te zien. is. Zij zit al in haar kiosk. Hij sprak vlug en zijn schertsende woorden, met zijn vriendelijke jon gensachtige stem gezegd, maakte een einde aan ddir pijnlijken toestand. Eve dankte hem mot een glimlach. Dan mogen we iemand in actie ven dienst niet aan de praat houden, zeide zij. en 'tis daarenboven waar lijk wel tijd. dat we onze gastvrouw gaan begroeten Zij glimlachte weer, en Loder's arm even aanrakend, wees ze mqt een hoofdknikje naar de ontvangzaal. Toen zij deze binnentraden, was lady Bramfell druk aan het recepi- eeren van haar gasten. Zij was een lange, hoekige vrouw, die behalve dat zij mooie handen en voeten had en denzelfden lieven klank van stem als haar zuster Lilian, in geen enkel op zicht oi> deze geleek. Zij sprak met I een groep gasten, toen Eve en' Loder I naderden en het geluid van haar stem trof Loder plotseling het was, alsof die vaag hem aan iets herinnerde. Lmaar aan wat, werd hem niet duide- lijk. Dit gevoel verdween echter ter stond. zoodia zij zich omkeerde en Eve begroette. i Hoe lief van je, om te komen, zeide zij en het kwam Loder voor. dat er een meer spontane glimlach op haar gezicht verscheen. Toen stak zij ook hem haar hand toe. En jij ook voegde zij er bij met wellevende vriendelijkheid, waarin echter een weinig verbazing lag. Als we je nu maar niet al te erg verve len Loder keek haar met belangstelling aan; hij merkte dat er een andere uitdrukking in haar oogen kwam toen zij ze van Eve op hem richtte, en dat ook haar stem iets koeler klonk, toen ze zich rechtstreeks tot hem wendde. Dit prikkelde hem. Dat is geen compliment voor me, zeide hij. Verveling is, dunkt me, een euphemisme voor hersenloosheid.. Lady Bramfell glimlachte. Zoo. zeide ze. wil je je reputatie, dat je bijna nooit in gezelschappen verschijnt, gaan verdedigen Loder lachte ook even. Hoe kleiner die reputatie is. hoe meer verdediging ze noodig heeft. Er kwamen nieuwe gasten de gast vrouw bezoeken Eve maakte met eon glimlach ruimte, en toen zij verder de zaal doorliep, moest Loder haay wel volgen. Tusschen do groep rond om Lady Bramfell én de groote me nigte gasten aan het andere eind van de zaal en de daarin uitkomende danszaal was een nagenoeg ledige ruimte, zoodat zij voor een oogenblik alleen waren. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1905 | | pagina 5