NIEUWS» en ADVERTENTIEBLAD.
23e Jaargang. No. 6775
fsffswtegisS dage^ks, behalve ®p 2oaa= en Feestdag®».
MAANDAG 31 JULI 1905
-
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN
P3R ©ROE MANDEN}
Voor Haarlem 120
Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente) 1.30
Franco per post door Nederland 1.65
Afzonderlijke nummers ...e 0.02%
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem 0.37%
j, 9 de omstreken en franco per post 0.45
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster Directeur J. C. PEEREBOOM.
ADVERTBNT1ËN:
Van 1—5 -.egels 50 Cts.; iedere regei meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Redactie en Administratie; Groote Houtstraat 55.
istersommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724,
Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère GL. DAUBE Co;, JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre.
Haarlemsche
Handelsvereeniging
Ooodgek. bij Kon. Besl. van 12 Not. 1899.
De Haarlemsche Hande'lsvereeni
ging hier ter stede, opgericht 10 Mei
1892, hedft in den loop van deai tijd
wel haar recht van bestaan bewezen.
In zeer vele gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreffende, is zij op
getreden etn dikwijls met groot suc-
cès. Jammer echter dat men alge
meen niet mee/i- blijk geeft, dit te
waardeeren. door als li'd der vereeni-
ging toe te treden. Er zijn wel meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, neringdoende,
ja, zelfs particulieren, moesten lid
worden, om tenminste te laten gevoe
len. dat men het werk op prijs stelt,
dat de Haarlemsche Handelsvereeni
ging steeds opneemt, als doemde, wat
hare hand vindt om te doen.
De voordeelen, die de Vereeniging
buiten hare bemoeiingen van verschil
lenden aard haren, leden aanbiedt,
rijnzeer vele en zeer groote tegenover
de geringe, jaarlijksche contributie
van ƒ3.50, die gevraagd wordt.
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging bemoeit zich in de eei-ste plaats
er mede de belangen van hare leden
te bevorderen, door onwillige betalers
voor hen tot betaling aan te manen,
eninformatiën voor hen in te .winnen.
Bovendien hebben de leden het recht
het hun gratis te verstrekken advies
van de rechtsgeleerde adviseurs der
Vereeniging te vragen, die ook. in
proceduren an faillissementen gratis
voor hen optreden, natuurlijk alleen-
voor zaken betroffende den handel en
het bedrijf der leden.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver
eeniging zijn de hearen Mrs. Th. de
Haan Hugenholtz, H. Ph. de Kan
ter, Spaarne 24, alhier.
Het bureau der vereeniging is ge
vestigd Lange Begijnestraat 22.
Voor incasso's door bemiddeling
der vereeniging wordt een vast recht
van 5 pCt. der vordering berekend.
Bovendien moet 10 ct. voor port steeds
worden bijgevoegd, bij inzending van
vorderingen door bemiddeling der
advocaten te innen.
De kosten van informaties naar
buiten de stad woonachtige personen
bedragen 60 cts. per informatie plus
5 cts. porto-vergoeding. Information
naar binnen de stad wonende perso
nen worden gratis verstrekt.
Pretentiën op buiten de stad wo
nende personen worden niet behan
deld, wanneer niet 10 ct. voor porto
vergoeding is toegevoegd.
Ruim 1748 informatiën en rechts
kundige adviezen werden in het af-
geloopen jaar gegeven.
In Maart en April 1905 zijn 61 vor
deringen tot een bedrag van
1365.851/2 betaald, 11 vorderingen
zijn uitgesteld.
Men wordt geraden alvorens te le
veren aan J. Hulsefbosch, Caféhouder,
Gedempte Raamgracht, hoek Sophia-
straat, zich om inlichtingen te ver
voegen aan het kantoor.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
Alle brieven, aanvragen, reclames,
of wat dan ook, moeten worden ge
adresseerd aan het bureau, dat ge
opend is dagelijks van 's morgens 9
tot 1 uur en 's namiddags van 2 tot
i uur, waar dan ook verdere inlich
tingen zijn te bekomen.
HET BESTUUR.
Binnenland
ARBITRAGE EN
VREDES-BEWEGING.
De bekende propagandist voor de
vredes-idée Edwinn Ginn heeft een
werk geschreven, waarin bij zijn plan
ontvouwt. Daarin zegt hij o. m.
De oorlogsellenden worden met
ieder.en oorlog vreeselijker de oor
logslasten jaarlijks drukkender, en
toch bezit de vredesbeweging nog
niet de macht, die zij zou moeten
hebben.
Toch wordt de beweging niet ge
stuit. door mangel aan inzicht aan
gaande de verschrikkingen des oor-
logs wèl door een nog overal heer-
schenk gebrek aan organisatie. De
wereld kan eenige honderden veree
niging,en van arbitragisten aanwijzen;
er bestaan eenige dozijnen blaadjes,
die de zaak propageeren, en eenige
honderden mannen en vrouwen wij
den zich met inspanning van al hun
krachten aan deze taak. Maar liet to
taal aan geld. dat over de geheels
wereld voor dit doel wordt besteed,
zou nog niet toereikend zijn. om het
vierde deel te bekostigen van een
modem slagschip eerste klasse.
Alle hervormingen moeten begin
nen bij de opvoeding. Wij zouden
een groote staf van vredes-opvoer-
ders noodig hebben, die rondgingen
om alle onderwijzers op te wekken
tot deze schoone taak en hen op de
hoogte te houden der beweging. Uit
alle moderne leerboeken moest alles
wat den oorlog verheerlijkt. ge
weerd worden en meer aandaclit ge
schonken aan de helden van het da-
gelijksche leven, die zonder zwaard
heldendaden verrichtenb.v. de dap
pere brandweermannen, de ge nee s-
heeren en verplegers bij besmettelij
ke ziektenvan hen, die in de don
kerste holen van misdaad en ellende
doordringen, om die ellenden aan't
Jicht te brengen en hel pubheke ge
weten wakker te schudden, enz.
Wij willen niet het 'geringste ont
nemen aan den roem van zooveel
edele mannen, die liun leven voor
hun vaderland offerdenmaar wij
verzetten ons tegen het stelsel, dat
een dergelijk offer vordert van zoo
veel hoogstaande mannen, wier ka
rakter edel blèef, niet dóór maar
niettegenstaande den oorlog.
Verder hebben wij een corps van
arbeiders noodig, ten dienste1 van de
pers. De pers oefent zeer grooten
14
vloed uit, en het is van zeer groot j
gewicht, dat de toon der bladen wat
dit gewichtig onderwerp aangaat, op
liet hoogste peil gehouden worde.
Meer en meer zijn wij overtuigd, dat
een vakblad in deze niet met zooveel
succes kan werken, dan een goed in
gericht informatie-bureau, dat in elk
land aan de groote bladen artikelen
levert. Het orgaan eener vereeniging
bereikt alleen de ledeneen dagblad
artikel vindt millioenen lezers. Daar
om zou men in ieder land een cen
traal bureau moeten vestigen mat
een vast corps van arbeiders, die al
het materiaal ziften tn het beste pre
pareert voor de groote bladen.
Ook onder de geestelijken zou men
bepaalde vredes-propagandisten moe
ten zoeken en daartoe de besten on
der hen aanwijzen, om met hun
ambtsbroeders te spreken, te corres-
pondeeren en hen geestdrift voor de
ze zaak in te boezemen. Ieder pries
ter zou moeten voelen, dat hij een
zijner eerste plichten verzuimt, wan
neer hij dit arbeidsveld veronacht
zaamt.
De helft der heden aan vernielings
werktuigen weggeworpen milliarden
zou kunnen benuttigd worden voor
een net van goede verkeers- en spoor
wegen heidestreken konden ontgon
nen. meren drooggemaakt en verbin
dingen te water aangelegdop alle
punten der aaTde zouden scholen,
boekerijen en musea ontstaan, de
groote huurkazernes konden verdwij
nen en vroolijke tuinsteden en groote
speeltuinen worden aangelegd men
zou de pensioenen kunnen vergroo-
ten en uitbreiden, wetenschap en
kunst dienen enz.
Wat wij behoeven is een nooit ver.
flauwende, onvermoeide kracht, die
de zaak levendig houdt. Daarom
I wenseh ik vervolgd Ginn een
organisatie te stichten die de school
J voor den vrede zou kunnen genoemd
i worden.
Maar daartoe is veel geld noodig;
dit is wel gedeeltelijk te vinden uit
particuliere bijdragen, maar nietvol-
doende. Daarom zou ik wenschen,
j dat in ieder land ,,de regeering door
j een ruime subsidie de zaak steunde".
1 Wanneer ter wereld iets gedaan moet
j worden dan moet iemand het aanpak
ken. Praten is heel goed, en het
woord moet altijd aan de daad
voorafgaanmaar platen alléén
bouwt geen bruggen over den vloed,
en het koren op de velden wordt
niet door woorden tot scharven
jeugdige protégés bekent en bemind debat was, dat de conclusie van de
tracht te maken. Een zeer groot deel rapporteurs in hoofdzaak onveranderd
der onderwijzers steunt ernstig de'werd aangenomen. Alleen werden de
arbitrage-zaak, terwijl de tegemoet-1 gevallen, waarbij een beroep op het
komende houding der vaderlandsche ambtsgeheim niet mocht gelden bij
pers door de pacifisten ten zeerste misdrijven tegen het genie ene recht,
wondt gewaardeerd. enz. nog wat nader gedefinieerd.
Tot op zekere hoogte is het Per-1 De correspondent van „Het Vader-
m an ent Vredesbureau te Bern te be-land" schrijft voorts naar aanleiding
schouwen als een centraal bureau, j van het besluit van dit congres hei
de berichten uit het 14-daagsch Ber- volgende
ner blaadje vinden gedeeltelijk haarl »Het zij mij vergunde hier te ver-
weg naar de bladen, maar een be- klaren, dat ik deze beslissing van het
paald informatiebureau uitsluitendc<mgres. waarvan een aantal advo-
ten dienste der pers bestaat nog niet. i caat-journalisten deel uitmaken, voor-
Graaf Apponyi, de beleende Hongaar- al daaroni toejuich, omdat jiog on-
sche pacifist, heeft op de in terpari. 1 lanSs pp de bijeenkomst der Neder-
oonferentie te Weenen nog de mo- landsche Jourmihsteii-Vöreeruging,
gelijkheid eener Union Internationa-1 waar hetzelfde vraagstuk aan de orde
le de la Bresse ten dienste van den 21011 hfl. treurige verschijnsel
wede besproken i heeft voorgedaan, dat de sprekers, die
De groote beiommering bij ajle journalist en jurist waren
plannen blijft echter altijd het gebrek z,ch V/1 me€r )un-l dan journalist
aan middelen. Men zou veel wil- 8«™eldenm dat rij zoozeer bleker,
len en met kan niets doen! OP te gatm m dor fonnalrsnie enwet-
^dGTcn PWjkstrsid!rkaelafh1a ïevoStten vomle'ffingHjke én ni
art 1 X-ujkssuosiaie aan da fnnrtio waIUa cIa immmlist.
..Maatschappijen tot bevordering van
den wereldvrede". Welk een illu
sie
zakelijke functie, welke de journalist
in het ld ven der moderne gemeen
schap vervult.
Ili weet niet, of de niededeeling van
den heer Israels omtrent de aan-
imibxïTfVc'r schrijving van dén gouverneur-gene-
juuruNA.L.ibi. raai aan de Indische dagbladen, juist
'7- is. Ik heb hooren beweren, dat de
HET BEROEPSGEHEIM VAN DEN
Op het dezer dagen te Luik gehou ,IW vl<AV
den Pers-congres is deze quaestie we- heer Vierhout zijn geïncrimineerde
behandeld. De vraag werd be- niededeeling had opgenomen, vóór
sproken of de journalist al dan niet
het recht heeft om het afleggen van
getuigenis voor den rechter te weige
ren op grond van zijn beroepsgeheim,
een vraag, die door hetgeen aan den
heer Vierhout in Indlë overkomen is,
dat deze aanschrijving geschiedde.
Maar zelfs, al had de heer Vierhout
detee aanschrijving werkelijk overtre
den, dan bleef zijn gevangen neming
evenzeer ongerechtvaardigd. Tuiniers.
j de heer Vierhout wordt niet ver-
ook voor ons land van groote actueele volgd, omdat h ij zelf iets publiceer-
beteekems is geworden. de, wat hij niet mocht publiceeren.
I De rapporteurs over dit onderwerp maar omdat hij de justitie niet .wil
waren tot de conclusie gekomen, dat helpen in het vinden van den bureau-
de journalist, die den naam openbaar j ambtenaar, die militaire geheimen
maakt of aan den rechter mededeelt - zou hebben verklapt. En hierin ligt
van iemand, die hem in vertrouwen het liart van de quaestie.
eenige belangrijke niededeeling heeft) \Vjj vragen niet gelijk men op de
I gedaan, zich niet alleen als journalist juristen-bijeenkomst meende en gelijk
onteert, maar ook het levensbelang beheer Israels hier herhaalde straf-
der pers schendt; en dat bet redactie- ifeloosbeid vQpr alles wat wij gelie-
gelieim steeds onschendbaar moest ;Yen te schrijven; maar eischen alleen
zijn uitgezonderd dan in sommige dat men ons niet. door middel van
gevallen, waarbij misdaden tegen het gijzeling dien modernen vorm der
gemeene recht zijn gepleegd. I middeleeuwsche pijniging - tracht te
Een belangrijke discussie volgde om- ^wjngen om den eersten den besten
trent dit onderwerp. O.m. sprak de[rechter van instructie behulpzaam te
bonden. Daarom roep ik ieder vre
delievend burger en ieder verstandig
mensch op mij met de uitvoering
van dit plan behulpzaam te zijn."
„Het Vaderland" wijdt eenige re
gelen aan de bespreking van dit stuk
en zegt
„Veel van hetgeen de schrijver
noemt, wordt op kleiner schaal reeds
gedaan. Ieder weet bijv. om bij
ons land te blijven hoe ijverig
en volhardend de Ned. Kinderbönd
het arbitrage beginsel onder haa/
internationale secretaris Taunay, die
in een gloeiende rede een beroep deed
op liet bewustzijn van het gewicht van
de journalistiek als orgaan der ge-
meenschap, en o. m. zei
j Om zijn verheven taak goed te kun
nen vervullen, moet de journalist ken
nis nemen van heel veel geheimen
een ieder moet hem te allen tijde alles
kunnen toevertrouwen, zonder dat de
(vrees moet bestaan, dat hij teeeniger
j tijd gedwongen zal kunnen worden
om zijn zegsman te verraden. De jour
nalist moet veel verder en dieper
kunnen naspeuren dan de rechter,
dan de politie-man. Daarom moet zijn
beroepsgeheim even onschendbaar zijn
als dat van andere personen, die
soortgelijke gewichtige functies ver
vullen in de maatschappij.
zijn in liet opsporen van iemand, die
een z. i. strafbaar feit heeft gepleegd.
Noch op den biechtvader, en noch op
den medicus oefent men dezen dwang
uit. Waarom dan wel op den journa
list?
GRACHT-IDYLLE.
Hoek Looiers- en Prinsengracht.
Ongeveer tien uur in den ochtend.
't Schamele buurtje ligt heet te puf
fen .onder 't felle zongeschater. 't Wa
ter bobbelt onwelriekende blaasjes.
De keien gloeien. De rampzalig-ma
gere -boompjes staan mistroostig-dor
te geeuwen, 't Is te warm
Als 't erg warm is, wordt de Am-
Het'siot Tan "Tiet "vrij*''"geanimeerde sterdamsche spes pa triae van vle-
gelacMig, als ze is, totaal ongeniet
baar.
n Oud mensch je, doorzakkende
knietjes, stumperig-klepperende wang
plooien, armelijk vaal grijs, ganz
ohrie Charakter, wordt gesard door
'n negen-a-tienjarig jongmensch uit
de buurt, 't Rammelig bibber-bekje
trekt •zenuwaehtig-venijnig, de vale
oogjes glimmeren nijdig, 't Mensfchje
scheldt peuterig-kwaad.
„Judas - - gemeene vdlsche judas
mot jij mot jij nou 'n oud mins
mot jij die treitero, hè?" Ze doet
'n vergeefsehfen uitval naar 't jonge
tje, dat dóór gaat.
„Ouwe snuafneus waai* liei-je
die mus vandaan? Je mooie mus sel
je bedoele - jongèèès hei-je die
liallefe gare al gesien? Mot jekijke
en 't jongetje doet ten aanschou-
we van bewonderende en mee-jou-
wende kornuiten n uitval naar 'n
mutseband van 't zielige oudje. Maar
met 'n plotsvheftig sprongetje heeft ze
den rekel aan '11 arm vast, en grijnst,
met schitterende kraaloogjes.
„Zie zoo zie zoo gemeene
valsclie - - lamme judas bij de
bijvoeglijke naamwoorden 'n overeen
komstige reeks meppen „en crescen
do" op 't .hoofd van 't jongetje, dat
begint to schreeuwen.
Schiet in 'n 60-kilometer vaartje de
verbolgen moeder van 't brullende
jongske toe grijtpt z'n anderen
arm, sjort, trekt, duwt en kijft
..Blijf-je van me jonge af. mager
merakel - - la-je 'm nou lós flod
dermadam - wi-j'em nou as de weer-
lig loslate Bcefmenschje, over
stuur, paars van drift, grijpt, vaster
met krommende klauw-vingers.
„En ik la-'n-em niet los en ik
doèn 't niet jou jonge heit mijn
gesard zoo'n oud mins schame
mos-ie sich z'n ooge uit z'nkop
Kwaadaardig geruk aan weerskan
ten. Reproductie van 'n kampstrijd
in touwtrekken. Massa toeschouwers,
waaronder 'heer. gekleed in blauw
„complet'' en wandelstok. „Status
quo" eenigen tijd onveranderd. Op
den drempel van de apotheek op 't
hoekje verschijnt hoofdschuddend 'n
rosse assistente, vergezeld van 'n ge-
brilden provisor.
De moeder, con-fuoco, en met over
slaand drift-geluid
..Krimmeneel noggentoe mins 1
as 'k me niet inüüel as 'k me niet
iühiel voor je grijse hare mot jij
mijn jonge soo hengste heit-ie jou
wil gedaan
Ruk links, forto.
„Dat. hoitrde, dat heit-ie hij hèt
me gesard en gescholde
Ruk rechts, fortissimo, 't Jongetje
spartelt heftig.
Haarlemmer Halletjes
Een Zaterdagavondpraatje.
Zoo staat dan de schutterij op 't
punt van te verdwijnen, wel te ver
staan als dienstdoende schutterij.
Burgemeester en Wethouders stellen
den Raad voor, aan de Koningin te
verzoeken, d,e schutterij overeenkom
stig artikel no. zooveel van deland-
weerwet, tot rustende schutterij te
verklaren en ik denk, dat de Raad
op dat voorstel wel zal ingaan, met
inbegrip van de heeren Van Styruni
en Groot, die op 't gebied van de
schutterij wel zoo ver mogelijk van
elkander al staan. De heer Van Sty-
rum toch is, sedert zijn collega Mr.
Bijvoet niet meer als kapitein fun
geert, wel de meest schutterlijke
(zetterzet hier vooral niet schutte
rige van de Raadsleden, daar hij
als auditeur bij den Schuttersraad
een belangrijk ambt vervult. De heer
Groot daarentegen is de anti-schut
ter bij uitnemendheid, daar hij er
zelfs nooit toe komen kon te stem
men vóór de begrooting van de
schutterij, die ons toch door wet en
hooger gezag is opgelegd en niet
maar zoo'n aardigheidje is van ons
gemeentebestuurHoever deze twee
Raadsleden dus ook op 't gebied der
schutterij van elkaar verwijderd zijn,
dezen keer zullen ze er denk ik, toe
meewerken om de dienstdoende in
een rustende schutterij om te toove-
ren Daarna krijgen ze beiden riist
de heer Van Styrum als auditeur en
de heer Groot als opposant.
Niet dat de schutterij in den laat-
sten tijd een buitengewoon vermoei
end leven leidde. Eigenlijk voerde ze
niet veel anders uit, dan smelten,
een toestand waarbij niet veel in
spanning gevergd wordt. Ze smolt
weg. Een welwillend man die altijd
bereid is mij inlichtingen te geven,
en \yiens naam ik derhalve niet
noem, daar anders ook anderen van
deze bron gebruik zouden maken,
hetgeen weer ten gevolge zou kun
nen 'hebben, dat de bron ook voor
mij gesloten werd, wat me kwalijk
passen zou (hier stel ik mijn lezers
voor, dat we eens gezamenlijk adem
■halen) die welwillende man dan
heeft zich de moeite gegeven, eens
voor mij uit te rekenen, hoe §terkop
dit oogenblik de dienstdoende schut
terij wel kan wezen. „De officieele
sterkte", zoo zei hij, „is 548 man.
die door vertrek en overlijden ver
mindert, terwijl de opengevallen
plaatsen niet worden aangevuld. Ver
der is er sedert 1903 telkens 1/5 in de
reserve gegaan, maakt dus met het
1/5 dat de volgende maand weer in
reserve gaat, te zamen 3/5, waar
door de officieele sterkte komt op
omstreeks 220 man. Nemen we de
vermindering door overlijden en ver
trék aan op tien procent, dan zou op
dit oogenblik de schutterij een wer
kelijke .sterkte hebben van honderd
vijf en zestig en twee tiende man,
een'aantal niet eens groot genoeg om
een aanval van 'de Spaarndammers
j af te slaan, gesteld dat de goeiertser
aan mochten denken om Haarlem
stormenderliand in te nemen.
Zouden we .nu zóo'n legerkorps
de welverdiende rust niet gunnen
Ik wel cn ik vermoed de heeren in
den Haag óok w'el, al knoopen die
daaraan dan ook voorwaarden vast.
Een van die voorwaarden is, dat de
bezoldiging van de functionarissen,
die thans aan de dienstdoende schut
terij verbonden zijn. doorgaat tot
1908, het jaar waarin anders de schut
terij van zelf zou zijn verdwenen.
Deze bezoldigde schutterij leden zijn
de 1 uitenant-adjudant, de adjudant-
onderofficier, de bode van den schut
tersraad. de tamboers en andere
„officianten", zooals dat in den offi-
eieelen stijl wordt genoemd. Deze
heeren kunnen dus voortaan op. hun
visitekaartje deii titel voeren van
„Rentenier bij de Rustende Schut
terij". Let wel, dat ik dit niet uit
zure afgunst zeg. Over 't algemeen
moet cle mensch zóo hard werken
voor een vaak onevenredig klein
stukje brood, dat zoo'n extraatje hem
van harte mag worden gegund. Al
leen zou ik wenschen, dat er een
Raadscommissie wend benoemd, om
na te gaan of de tamboers wel in
training blevenzoo'n rentenierende
tamboer zou anders licht zijn vaar
digheid verliezen. Om deze ramip te
voorkomen, zouden de tamboers elke
week aan leder lid van deze Com
missie een serenade kunnen gaan
brengen, welk mijns inziens prae-
lisch denkbeeld ik gaarne in de over
weging van ons gemeentebestuur
aanbeveel.
Mochten de dienstdoende schutters
hun vreugde, dat zij nu rustend gaan
worden, in kermisbezoek willen ver
tolken, dan zullen zij daar een van
de grootste attracties niet meer vin
den. Tewe komt niet. De kermisin-
schrijring voor stoomdraaimolens
heeft tot tweemaal toe geen resultaat
gehad. B. en W. hadden als mini
mum 4500.gesteld cn de inschrij
vers wilden niet meer, dan ƒ3030
geven, wat nog een aardig somme
tje mag worden genoemd. Hebben
B. en W. dezen keer de schroef wat
heel stijf aangedraaid Of willen de
heeren stoomcarouselhouders eens
probeeren, of zij door wegblijven het
gemeentebestuur ook klein kunnen
krijgen Dan denk ik, dat ze daar
niet veel plezier van zullen beleven.
Hoe aangenaam B. en W. als Colle
ge een duizend gulden of wat voor de
gemeentekas ook vinden, persoonlijk
zullen zij er niet rouwig om wezen,
dat die afgrijselijke schreeuwleelijk
dit jaar niet op de Groote Markt ver
schijnt. Ook de bezoekers van Con-
sael zuilen er wel bij varen. Vroeger
drong, telkens als ze hun mond voor
een hap beignets of poffertjes opeir-
den, een onsmakelijke gil van Tewes
stoomfluit mee naar binnen. Dit jaar
zullen ze ongestoord kunnen smullen.
En nu is meteen ook de quaestie-
Van Gasteren opgelost. Eerlijk gezegd
had ik me over onzen populairen
Gerrit al een beetje ongerust ge
maakt. Hoe kan nu, zoo vroeg ik me
zelf angstig af, één man op drie ver
schillende plaatsen tegelijk wezen
Hij kan, twee zalen tegelijk exploitee-
rende, bij wijze van spreken met zijn
eene been in de Kroon staan en met-
zijn andere in de zaal van St. Bavo,
die immers schuin aan den overkant
ligt, maar hoe hij dan meteen
nog toezicht zou kunnen houden
fin een. schouwburgtent op 't terrein
van de voormalige Gasfabriek, ver
klaar ik niet te begrijpen. Evenwel,
alle bezwaren zijn te overwinnen en
deze moeilijkheid werd overwonnen
door Stoel en Spree, die precies ne
gen guldentjes hooger inschreven,
zoodat de heer Van Gasteren deze
plaats niet kreeg.
Het gemeentelijk jaarverslag is nu
toch verschenen en dikker, dan ooit.
Ik geloof wel niet, dat er iemand is
die het ooit van a tot z doorleest, of
het moest de corrector op dedrukkerij
wezen waar 'het gemaakt wordt,
maar toch bevat het boek een schat
van inlichtingen en is het zoo lang
zamerhand een soort van Haarlem
sche Regeeringsalmanak geworden.
Je vindt er letterlijk van alles in,
zelfs idingen die je meende, dat
anders waren. Zoo lees ik bijvoor
beeld met belangstelling, dat de ver
eeniging Debating Society, opgericht
den SOsten Januari 1853, zich ten doel
stelt oefening in de kunst van spre
ken en débatteeren en dat ieder lid
op zijn beurt verplicht is. zich met
de verdediging van stellingen te be
lasten. En nu wil het geval, dat de
vereeniging niet haar Engelsehen
naam in geen jaren bijeen' is ge
weest, juist omdat helaas, dat ik
het zeggen moet de leden die ver
plichting van óp hun beurt stellin
gen te verdedigen, niet geregeld na
kwamen. Wanneer de leden dit jaar
hun leven niet beteren en ik heb
niet vernomen, dat daar veel kans
op is) dan kan het gemeentebestuur
deze volzinnen het volgende jaar zeer
wel uit het jaarverslag schrappen,
evenals liet dat gedaan heeft met de
merkwaardige niededeeling die er
vroeger in voorkwam namelijk, 'dat
in deze gemeente geen mijnbouw
bestaat
Ja, wel vinden we van alles in ons
gemeente-verslag, zelfs een dictee
van het lager onderwijs pver den
eik. waarin onder anderen maar
kloekweg verklaard wondt, dat de
eik de koning van het woud is, waar
over we misschien nog wel van mee
rling zouden kunnen verschillen. Al
thans in onze streek is hoog eiken
hout zeldzaam. In ditzelfde dictee
vernemen we, dat in den herfst me
nige arme in het verzamc-len van af
gevallen eikels een middel van be
staan vindt, wat voor Haarlemmers
misschien ook wel een nieuwigheid
wezen zal.
Maar laat ik niet vittenals de
kindertjes in het dictee eikels maar
niet met een lange ij, en woud niet
met een t op 't eind hebben geschre
ven, dan heeft het in elk geval zijn
reden van bestaan niet gemist. En
ik schaar mij des te liever bij de te
vredenen, omdat door het verslag
heen een opgewekte toon heerscht.
Zoo zegt de Stads-bibliothecaris daf
de lotgevallen van de bibliotheek met
opgewektheid kunnen worden neer
geschreven. maar laat er dadelijk op
volgen, dat het dak. lekt en dat er
geen gerustheid over de boekerij zai
kunnen komen, vóór het geheele dak
van het Prinsenhof naar den eisch
zal zijn nagezien en verbeterd. En
dat terwijl de afdeeling Publieke
Werken er vlak tegenover gehuis
vest is
Nog erger ramp «dreigt de biblio
theek, er zal weldra geen plankruimte
meer wezen. „Maar", zegt de biblio
thecaris. „voor dit fatale oogenblik
hoop ik in staat te zijn gesteld, maat
regelen op dit stuk te kunnen ne
men."
Welke die maatregelen zijn verne
men wij niet. Meer planken waar
schijnlijk. Maar wéór? Ik denk, dat
af en toe de bibliothecaris begeerige
blikken werpt naar de Museumzaal,
i die onmiddellijk aan de bibliotheek
j grenst. Het arme Museum, opgedron-
gen door de Secretarie aan den
eenen, door de boekerij aan den an
deren kant, zal ten slotte nog het
stadhuis worden uitgedrongen
FIDELIO.