NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD, 23e Jaargang. No. 6803 Verschijnt dagessj'.-, Xehalve op Zon- en Feestdagen. VRIJDAG 1 SEPTEMBER 1905 'S DAGBLAD ABONNEMENTEN PER 13RÏE MAANDEN: Voor Haarlem 1.20 Voor de dorpen in den omtrëk waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente) 1.30 Fran»."* oer post door Nederland1.65 Afzonderlijke nummers 0.02% Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem 0.37 de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Loarsns Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. AD VERTENTIÊN: Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen. Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55. intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Drukkerij; Zuider Buitenspaarne 6= Telefoonnummer 122. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Hoofdagenien voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parffs, 31bls Faubourg Montmartre. Wegens den Koninginnedag ver schijnt dit blad heden te 12 uur in 4 pagina's. AGENDA Vrijdag 1 September. Tooneelzaal „De Kroon"Haar- lemsoh TooneelSe Non Vero, 8u. Bloemendaal (Duin en Daal)Volks bond Jaarvergadering. OM ONS HEEN xciii. IETS OVER LUCHTREIZEN. Op het programma van de feest viering' voor den Koninginnedag staat vandaag de opstijging van den luchtballon Ivuko met zijn eigenaar, den luchtreiziger Pottum. Deze hui selijke Hoilandsohe naam doet wei nig aan iets zenuwspannends, aan iets levensgevaarlijks denken, terwijl er in den naam van het luchtschip zelfs iets joligs, iets uitgelatens is, iets van 't geluid van een overmoedig kraaiende haan. „KukoKuko Oppervlakkig beschouwd is er dan ook weinig gevaar aan zoo'n lucht vaart verbonden. De kapitein (want iedere aëronaut is kapitein en draagt gewoonlijk een fantasie-uni form van blauw cheviot met gouden strepen) klimt in zijn mandje, ge-1 woonlijk een paar uur na het tijd- j stip dat aangekondigd is, welk feit hij gewoonlijk aan de traagheid van de gasfabriek toeschrijft, de touwen gaan los en nauwelijks is hij op een behoorlijke hoogte in de wolken ge komen, of hij zint op een fatsoenlijke manier om weer neer te dalen, zoo dat dan ook gewoonlijk zijn punt van aankomst niet ver van zijn punt van uitgang gelegen is. Toch is in onze oogen een lucht reisje nog iets griezeligs. Wel gaat onze beschaving schoorvoetend in die richting, door tandradbanen, zweefsporen en hangende overzet- ponten, maar op welke manier dan ook, aan tie aarde blijft ze nog han gen en los de lucht in gaan be schouwt ze nog als 't werk van roe- keloozen of op zijn best waar het bestuurbare ballons betreft, van waaghalzerige uitvinders. Het is dan ook nog lang niet zeker, .of de ..eer Pottum een liefhebber zal vinden, die tegen betaling van vijftig gulden, zijn geestdrift voor dezen vaderland- schen feestdag toonen wil, door mee j de hoogte in te gaan. Toch is de tegenwoordige luchtbal lon met zijn lichtgas, zijn ballast, zijn stevige mand, zijn klep om het gas te laten ontsnappen, een toon beeld van veiligheid, vergeleken bij zijn voorgangers. Het waren de ge broeders Montgolfier, die in 't laatst van de achttiende eeuw het eerste luchtschip uitvonden. Van gas was toen nog geen sprake. Zij vulden hun ballon met lucht en verwarmden die met een stroovuur. Overigens was het systeem dood eenvoudig. Wilden zij hooger stijgen, dan porden ze hun vuur wat op, verkozen zij te dalen, j dan werd het vuur verminderd. Na- j tuurlijk was dit vuur, vlak onder een ballon van uiterst brandbaar taf, een gevaar op zichzelf. Een heftige schommeling, een onverwachte lucht stroom kon het heele toestel inbrand doen vliegen en den luchtreiziger het leven kosten. Dat kwam dan ook meermalen voor. Een van de vele Franschen die zich in de luchtsport gewaagd heeft, P-iiatre des Roziers, besloot kort nadat de Montgolfièra zooals zenaar haar uitvinders genoemd werd, ver vaardigd was om het Engelsche ka naal daarmee over te steken. ïntus- schen waren anderen hem voor. De Franschman Blanchard deed met een Engelschen dokter Jeffries dezelf de reis van Dover uit en kwam be houden in Frankrijk aan. Eenige maanden daarna steeg PilAtre des Ro ziers met zekeren Romain te Bou logne op. Gaston Tissandier geeft 'daarvan in zijn door onzen stadge noot Ds. Jo. de Vries onder den titel de Martelaars der Weten schap bewerkt boekje, een beschrij ving. „Trotsch en statig verhief de ballon zich loodrecht tot zijn hoogste punt, berekend op 600 vamen, vervolgens richtte hij zich naar het Noorden, tot beven de klippen van la Crèche, waarna zij door den hoogen lucht stroom langzaam naar het vasteland begonnen af te drijven. Nog trilden de bijvalsbetuigingen der onafzien bare schare door de lucht en oogde men bewonderend en deelnemend het luchtschip na, toen een ontzettende kreet, uit duizend monden opgegaan, maar al te duidelijk liet \ermoeden wat er gebeurd was. De ballon rim-, pelde, viel ineen en met een onbe schrijflijke en telkens toenemende snelheid plofte het gansche samen stel met de (wee ongel ukkfgen naar de aarde. Hartverscheurend was het, de beide al te stoutmoedige reizigers daar te zien nederliggen, meer dan verpletterd door den ongehoorden val." Toch werden anderen hierdoor niet afgeschrikt. Graaf Zambeccari, een Italiaan, steeg na herhaalde vergeef- sche pogingen, met zijn twee vrien den Andreoli en Grassetti te midder nacht, in dichte duisternis op. Het is ijzig koud. Twee uur daarna hooren zij water klotsen, maar zien niets. Begrijpend, dat dit de Adriatische zee moet zijn, werpen zij ballast uit en stijgen snel, maar krijgen nu, in de hoogere luchtlagen, last van bra king, neusbloeding en kou. Bij zons opgang zien zij van verre land, maar een luchtstroom drijft den ballon weel* naar zee. Voorbijvarende sche pen, angstig voor 't vreemde mon ster, durven geen hulp bieden, tot ten slotte een kapitein, moediger dan de anderen, hen aan boord neemt, allen in deemiswaardigen toestand. Grassetti geeft nauwelijks teeken van leven meer, Zambeccari en Andreoli liggen zoo goed als in onmacht. Maar de graaf heeft er nog niet ge noeg van. Hij zet zijn reizen voort, totdat hij in 1812, al te haastig opge stegen, het lot van Pil&tre des Ro ziers op zijn beurt ondergaat en m zijn brandenden ballon te pletter valt. Tissandier geeft een treurige op- somnrng van andere luchtschippers, die liet leven hebben gelaten: Olivari te Orleans, Mosment te Rijssel, Bit- torf te Mannheim. Zelfs vrouwen werden verlokt om in het zwakke schuitje door de lucht te zweven. Me vrouw Blanchard had zelfs den roe- keloozen moed in haar ballon vuur werk af te steken. De ballon raakt in brand, het publiek dit vooreen nieuw kunststuk houdende juicht. Wonderlijk genoeg zakt het branden de gevaarte langzaam naar beneden en glijdt af langs een huis, maar juist op 't oogenblik. dat mevrouw Blanchard meent gered te zijn, haakt het schuitje aan den muur en wordt zij door den schok op straat gewor-1 pen, waar zij den dood vindt. Sadler, een Engelschman, komt om in een storm, Arban stijgt te Barcelona op en is nimmer weergezien. Later zal Andrée, die met zijn ballon de Pool wil doorzoeken, hetzelfde lot treffen. Maar een van de meest avontuur lijke reizen is wel die van Crocé Spinelli met Sivel en Tissandier zelf geweest, die als ik mij wel herinner, door Jules Verne in een van zijn kleine geschriften uit voerig is beschreven. Hun ballon de Zénith was van geheel anderecon structie, dan de wrakke toestellen, waarin de eerste luchtreizigers hun leven waagden. Toch zou blijken, dat de hoogere luchtstreek een grimmige gastheer is. Het was den 15den April 1875, dat het drietal opsteeg, met de bedoeling zoo hoog mogelijk te stij gen om onderzoekingen te doen in 't belang van de wetenschap. Helaas, zij hadden teveel op hunne krachten gebouwd. Toen de ballon tot op 8600 meters gestegen was, werden zij alle drie in de ijle, koude lucht door een verstijvendsn slaap bevangen. Tis- j sandier was de eenige, die toen het luchtschip daalde, weer tot zichzelf kwam, de twee anderen waren dood. Tegenover deze drama's schijnt de opstijging van den heer Pottum een onschuldig vermaak. Toch zal mis schien, zooals ik zei, geen Haarlem mer gevonden worden, die het tocht je meemaakt, want al is het stroo vuur door het veel ongevaarlijker gas vervangen, nog altijd is de lucht een onvertrouwbaar element en de ballon een weinig handelbaar voer tuig. Het is wel merkwaardig, dat sedert Montgolfier de vraag van den bestuurbaren luchtballon nog niet is opgelost-, althans niet in dien zin, dat hij een bruikbaar vervoermiddel is geworden. Het werk van Santos Dumont, met veel geld en inspan ning ondernomen, behoort naar 't schijnt toch altijd nog tot het gebied van do proefnemingen. De groote ont dekking, die den luchtballon tot een practisch bruikbaar voertuig maakt, is nog altijd niet gedaan. J. C. P. Koninginnedag. De klokken spelen Een blij hoezee. En vlaggen deelen De mare ons mee. Aan aller ooren Vermeldt de wind Daar is geboren Een Vorstlijk kind Zoo zong de dichteres in den na zomer van 1880, toen de tijding door het land ging. dat de aloude Oranje stam opnieuw uitgebot, een lote rij ker was geworden. Een trilling van blijdschap ging door het gansche land, een trilling die de harten beroerde en verheuging gaf aan het volk, dat zich de roem rijke jaren van het verledene herin nerde en nu weer opnieuw ging droomen van een schoone toekomst van welvaart, rust en vrede onder een weldadig bestier van een Konink lijke Vrouwe, En het Nederlandsche volk kreeg het kleine Prinsesje lief. Met opgeto genheid verhaalde men elkaar van de kleine voorvalletjes uit haar jeugd, eigen aan elk jong kinderleven, doch nu het „onze WiUemiéa" betrof, nog bekoorlijker schijnend door het waas i van vereering door de onderdanen I haar toegedragen. Nog inniger werd die liefde, toen I in haar prille jeugd. Haar Vader, de Koning, ten grave ging. Hoor maar, hoe onze stadgenoot Ds. J. de Vries daarvan verhaalt in zijn rouwzang „Op den dood des Konings". Maar als een blijde dageraad. Die uit de donkere wolken breekt, De sombre windsels van zich slaat, Van Jicht en leven spreekt. Maar als een argloos, vroolijk kind, Dat in zijn rouwkleed Jacht. En 't van den doffen weemoed wint Met onschulds toovermacht, Zoo treedt ons stil een beeld van zegen De blijde hoop uit allen nood. Als uit de diepten van den. dood. Ontsluierd tegen. Daar rijst zij jong en blond en schoon. Zij draagt een schepter en een kroon, En groeit vast met de jaren; Zij heft beschermend hare hand En wij, wij vreezen voor het Vader land Geen stormen en gevaren Wij heffen dan, naar oud Germaan- sche zeden, Met vrijen arm en eigen kracht, Haar hoog op 't schild, en mengen onze beden Voor 't Vaderland en voor een nieuw geslacht. Vrij zien wij o.p, met ridderlijke harten Naar onze Koninklijke Hope, wel bewust, Dat wij den nood der toekomst kunnen tarten, Waar zij op trouwe schoudren rust. In toenemenden mate hebben die gevoelens van liefde en toewijding, van trouw en aanhankelijkheid, in kracht gewonnen, toen onze Koningin onder de voortreffelijke leiding van haar Vorstelijke Moeder opwies en weldra den leeftijd bereikte, dat Zij zelf de teugels van het bevind in handen nam. Wij, stugge Nederlanders, zijn niet dweepziek van natuur, maar onze jonge Vorstin heeft ons het harte week gemaakt en de dichter met het poëtische pseudoniem Fiore della Neve heeft niet overdreven, toen hij uitzeg- de, wat in de Hollandsche harten ge voeld werd, dat Zij was: Onze bloeme, rozerood, Onze duive, ons kleinood, j Hope Gij van elk gezin, Onzer harten Koningin. Op wier beeld aan eiken haard, 't Peinzend kind in vroomheid staart. Aan wier stralend vriend'lijk hoofd 't Dapper jongske trouw belooft. Zoo is het gebleven Men roepe slechts de onvergetelijke dagen' van September 1S98 in het ge heugen terug, toen Zij te Amsterdam werd ingehuldigd, men denke slechts aan de feestdagen ter gelegenheid van Haar huwelijk met den Prins dei- Nederlanden en hoe geheel het volk ontroerd werd in de bange dagen, toen de Koningin op het ziekbed ter neder geworpen werd, om te bekennenja, Zij is het dierbaar kleinood des volks gebleven tot op dezen dag. Ook buiten onze landpalen is Hare Majesteit zeer geliefd. In onze ge dachten terug gaande herinneren we ons weer het bulletin in lichtletters vaneen der Parijsche dagbladbureaux toen de ziekte der Koningin een gun stige wending nam. La Santé de la reine de Hollande est meilleure en het spontaan blijdschap-geroep van duizenden Franschen was een teeken. hoe na de Hollandsche Koningin den Franschen aan het harte lag. We herinneren ons het uitzenden van de „Gelderland", om den grijzen balling Paul Krüger naar Nederland te brengen..., doch het zou ons te ver voeren alles neer te schrijven.', wat ons op het oogenblik weel- voor den geest komt. Heden dan is het de vijf-en-twintig- ste verjaardag onzer beminde Konin gin. Nederland zal weer heden, als elk jaaa-, feestvieren en onze goede veste Haarlem zal daarin niet achterblij ven. Ook hier zullen de vlaggen zwieren met den oranjewimpel in top, en zul len de blijde liederen schallen ter eere van Koningin Wilhelmina. Bij de vele gelukwenschen. die de zen dag uit de lage landen aan de Noordzee opstijgen, voegen wij ook eerbiedig de onze. Een gelukkig leven zij Hare Majes teit onze Koningin beschoren aan de zijde van den Prins-Gemaal, ook tot •heil van land en volk Buitenlandsch Overzicht De correspondent van de Matin te Portsmouth seint hoe de historische dag, de Dinsdag, aanbraak met een schitterenden zonneschijn bij prach tig blauwen hemel. Toch vermoedde niemand, dat daarin een voorteeken lag van de blijde gebeurtenis, die eenige uren later de wereld zou ver rassen, uitgenomen natuurlijk de Ja panners op wier onbewegelijke sfin xen-gezichten geen enkele aandoe ning te lezen was. Alleen Sato had iets van een droeven glimlach op zijn lippen bij het begroeten der voor het marinegebouw verzamelde jour nalisten en nieuwsgierigen. Witte zag er ernstig uit en drukte bij 't verla ten tan zijn hotel zwijgend de hand zijner bekenden. Achter hem kwa- hen Rosen en Nabokof zwijgend aan. Toen de Russen de vergaderzaal binnenkwamen waren de Japanners daar al. Witte en Komoera begroet ten elkaar zonder een woord te spre- ken. Rosen en Takaliira wisselden een paar woorden in 't Engelsch. De secretarissen drukten elkaar de hand. Witte nam plaats en Komoera tegen over hem daarna de anderen. Nadat de secretarissen de protocollen der laatste zitting hadden ter tafel ge legd. stond Witte op en verklaarde, dat Rusland herhaalde onder geener lei vorm een schadevergoeding aan Japan te kunnen betalen, maar dat het bereid was een deel van Sacha- lin af te staan. Dat was RUSLAND'S LAATSTE WOORD. Nabokof vertaalde Witte's woorden in 't Fransch en Adachi ze weer in 't Japansch voor Komoera. Witte stak intusschen kalm een sigarette op en wachtte. Komoera antwoordde eindelijk, zon- der^ zijn tegenstander aan te kijken, in 't Japansch en zette de meening zijner regeering uiteen. Witte luister de met kennelijk ongeduld totdat op eens het groote oogenblik aanbrak. Zonder een spoor van aandoening verklaarde Komoera, dat de Mikado, gedreven door GEVOELENS VAN MENSCHELIJKHEID, hem had gemachtigd Rusland's voor stel aan te nemen. Glimlachend luis terde Witte naai- deze verklaring en verzocht Nabokof, die haar vertolkte en sterk onder den indruk .dezer on verwachte woorden was, ze te her halen. Ook de overige Russen wa ren niet bij machte hun ontroering te verbergen, maar de Japanners ver trokken geen spier op hun gezicht bij het zien van de blijde aandoening der Russen, Witte betuigde daarop Komoera zijn dank voor dit wijze besluit en stolde e©n wapenstilstand voor. Ko moera beloofde dit voorstel naar To kio te seinen, maar gaf tegelijk te verstaan, dat het zou worden inge willigd. De Russen verlieten toen de zaal, vrij uiting gevende aan hun voldoe ning èn hun verwondering. De Japan ners bleven zitten tot de Russen weg waren, zonder inmiddels een woord te wisselen. Witte was bij zijn terugkeer in zijn hotel om half twee het voorwerp van luide ovaties. De grondtoon van alle beschouwin gen en opmerkingen in de buitenland- sclie pers over de heugelijke groote gebeurtenis van Dinsdag is in de al lereerste plaats eene ALGEMEENE WELVERDIENDE HULDE aan President Roosevelt, De Matin verkondigt bij een por tret van Roosevelt ook den roem van „den vredestichter". De telegram men, zegt zij, brengen aan 't licht hoe de „coup de théAtre" tot stand kwam, maar zij kunnen niet genoeg zeggen van den man, die op dit ge schiedkundig oogenblik, hoog boven alles uitsteekt en alles beheerscht door de grootheid van zijn wiL Dat is President Roosevelt. Hij is de groo te overwinnaar in dezen reuzenstrijd; en de hardnekkige en moedige strijd, dien hij alleen, in de beschaafde we reld aanbond voor de zegepraal van de vredeszaak, vormt het bewonde renswaardigste wapenfeit, waarop een volk trotsch mag gaan. De Echo de Paris is van mee ning, dat zooveel nobele inspanning verdiende met succes te worden be kroond. De uitslag is te danken aan één man, aan Roosevelt, maar onge twijfeld ook aan de vredelievende uitwerking van het Engelsch-Japan- sche verbond. Niet alleen Russen en Japanners maar de heele wereld be hoort den President der Vereenigde Staten dankbaar te zijn. De Radical meent ook, dat de wereld Roosevelt dankbaar moet zijn en voorts, dat Japan door zijn gema tigdheid de wereld nog eenmaal een. les heeft gegeven. De Petit Parisien zegt. hoe de dag van Dinsdag voor altijd ge denkwaardig zal blijven als eindpaal van een der bloedigste en vernielend- ste oorlogen, die het menselijk ge slacht hebben geteisterd. Niet enkel de vrienden van den vrede, maar de geheele wereld zal verheugd zijn over het goede nieuws. Na Roosevelt komt een gelukwensch toe aan de afgezan ten te Portsmouth, den Tsaar en don Mikado. Van de Engelsche bladen zegt de Daily Telegraph, dat jde opti misten in 't gelijk zijn gesteld. Het onverwachte is gebeurd. De verlich ting zal groot zijn. Zoowel aan Rus land als aan Japan zal de wereld blijvend en oprecht dank weten. Maar niet vóór de innerlijke geschie denis van dezen oorlog zal worden geschreven, zullen wij weten welk een groot aandeel President Roose velt heeft gehad in het tot stand bren gen van den vrede. De Times laat zich aldu3 uit „Als de vrede verzekerd is, dan is die gewichtige gebeurtenis te dan ken aan de gematigdheid en" groot moedigheid van Japan. De Daily Chronicle: „Japan lieeft den weg der grootmoedigheid gevolgd, die even goed de weg der wijsheid was." Van de Duitsche bladen schrijft de Kölnïsche Zeitung: „De vrede van Portsmouth is de eervolle beëindiging van een strijd, zooals de wereldgeschiedenis er geen tweede kent aan hardnekkigheid, taaiheid, opofferende dapperheid en omvang der offers; moge het bloedige zaad nu vruchten dragen voor wer ken des vredes en welvaart der vol keren den beiden strijdenden par tijen, die elkaar verzoend de hand reiken, tot eerePresident Roosevelt, den eerlijken makelaar, tot roem en der wereld tot voorspoed." Uit de wijze waarop in de RUSSISCHE EN JAPANSCHE KRINGEN te Portsmouth de vredessluiiing is op genomen, blijkt dat. terwijl de Rus sen vol vreugde zijn over denuitslag der onderhandeliugeu. de Japanners integendeel zeer \erontwaardigd zijn. De intrekking van de Japansche eischen betreffende een oorlogsschat ting lieeft deze verontwaardiging op gewekt en dit was te verwachten, na alles wat in den laatsten tijd omtrent de stemming onder Japanners be kend was geworden. Van de bladen is alleen DE ECLAIR niet tevreden over den uitslag. Dit blad schrijftPresident Roose velt heeft het spel gewonnen. Hij is persoonlijk verantwoordelijk, onder zijn pressie is de vrede gesloten. Hij dreigde den Japanners de levensmid delen te onthouden en den Russen het crediet te verzwaren. Het is wel de eerste maal, dat de macht van het geld zoo duidelijk tot het neer leggen der wapens dwong. De vrede zal niet duurzaam zijn, Azië zal het veroveringsgebied van Japan blijven en Europa zal dit op zijn kosten er varen. zoodra de financiën van Ja- pan het rijk van den Mikado de vrije beschikking over zijn strijd krachten zullen hebben hergeven. Uit de telegrammen, Woensdag van PORTSMOUTH verzonden, blijkt nog, dat rnet de op stelling van het Vredesverdrag een begin is gemaakt. President Roosevelt ontving een. stroom van telegrammen met geluk wenschen, waaronder er waren van Koning Edward, Keizer Wilhelm en President Loubet. Hij zond zijn ge lukwenschen aan den Keizer van Ja pan on betuigde zijn eerbied voorde wijsheid en edelmoedigheid waarvan deze blijk heeft gegeven. Minister Witte ontving de geluk wenschen van Tsaar Nicolaas; die van de officieele personen ie Peters burg bleven achterwege. In het Neue Palais is het volgende telegram aan DEN KEIZER ontvangen „Zijne Majesteit Wilhelm II. keizer van Duitschland te Berlijn. Ilc dank U ten zeex-ste voor Uw gelukwenschen en wensch van deze gelegenheid ge bruik te maken om mijn diepe waar deering uit te spreken voor de wijze, waarop Gij steeds hebt medegewerkt aan de pogingen om vrede te brengen in liet. Oosten. Het is mij een zeer gx-oot genoegen geweest mot U samen te werken tot dit doel. Theodore Roo sevelt." De corröspondent van de Matin" seint De Russische gedelegeerden spreken hun vreugde en hun voldoening over het tot stand komen van den vrede openlijk uit. De correspondent verhaalt verder, dat in Portsmouth alle klokken geluid wei-den ten teeken van vreugde. In de Japansche kringen is men echter diep verontwaardigd. Een secre taris van legatie barstte in tranen uit op het vernemen van de aangenomen vredesvoorwaarden. Men zegt dat Komoera op zichzelf „harahiri" behoort toe te passen; doet hij dit niet, dan vermoordt hem zeker het Japansche volk. De Japansche ge delegeerden worden nu reeds door de politie bewaakt. De correspondent weet uit vertrouw bare bron de reden van dia woede der Japanners te melden.. Markies Ito is de voornaamste vredestichter ge weest, daar zijn politiek ideaal steeds een verbond met Rusland is geweest, tegen de algemeene volksmeening in. De correspondent meldt ten slotte nog, dat Witte gezegd heeft: ..Frank rijk mag blijde zijn. het kan niet zoo blij zijn als ik." DE INTERPARLEMENTAIRE CONFERENTIE. De leden der interparlementaire confex-entie, die Woensdagmiddag te Luik vereenigd waren aan een banket, hebben een teldgram met hai-telijke gelukwenschen gezonden aan presi dent Roosevelt, bij gelegenheid van het sluiten van den vrdde tusschen Japan en Rusland. In dit telegram wordt de tusschexikomst van presi dent Roosevelt van harte toegejuicht. Graaf Apponyi, de Hongaai-sche oud- minister. hield een welspi-ekende rede voering ter verheerlijking van den vredede Engelsche afgevaardigde Stanhope deed lietzelfde uit naam van de Engelsche gedelegeerden. Hoe sterk de stemming voor eeax. re publiek IN NOORWEGEN is, kan hieruit blijken, dat een con servatief blad als het „Morgenblad", tegenwoordig ook officieus orgaan der regeex-ing, het koningschap nog slechts op deze wijze aaixbeveelt. Onder onze democratische grondwet ten opzichte van de binnenlandsclie politiek is het zoo goed als onverschil lig of ons staatshoofd den titel draagt van koning of president. Maar voor een goede vex-standhouding met Zwe den moeten wij hot koningschap kie zen. hetgeen ook Noorwegen den weg tot de vx-eemde vorsten en regeeriix- gen verlicht. Stadsnieuws Feestviering Koninginnedag, i De feestviering werd Woensdags l avond ingezet xxxet een concert van't orkest van het Concertgebouw te Am sterdam in de groote zaal van de So ciëteit Vereeniging. Onze muziekvex-slaggever schrijft daarover het volgende In verhouding tot de belangrijk heid was het concert, dat Woensdag door het Concertgebouw-orkest werd gegeven, slecht bezocht. Wat het be stuur dei* Sociëteit in deze muziek uitvoeringen zijn leden aanbiedt ver dient wel wat meer waardeering. Het programma gaf een keur van degelijke, maar niet te inspannende toonwerken. Webers frissche Jubel- ouverture opende de rij. Volgden „Caprieci© Espagnol" van Rimsky. j Korsakow„Walthers Preislied" en fragmenten uit de 3e acte van „Die Meistersinger". Verder in het tweede deel werken van Ambroin Thomas, Bizet en Wagner, een en ander be sloten door Van Anrooy's pittige „Piet Hein"-rhapsodie. Voor mij had dit concert nog het interessante dat het mij deed kennis maken met den heer Heuckeroth als dirigeixj. Eerlijk gezegd viel mij aan vankelijk die kennismaking niet mee. De Jubel-ouverture leek mij te ge jaagd en het tempo-verschil tussclfcu le en 2e thema te voelbaar. Dat overigens de snolTe figuren der strij kers zich niet uit den massalen ko.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1905 | | pagina 1