eerst nu vernam welk een bedrag hij
in huis had gehad, keek niet erg
vriendelijk toen hij met een rijks
daalder fooi werd afgescheept.
OM EEN ABATTOIR VERZOCHT.
De slagers te 's-Hertogenbosch heb
ben zich tot den gemeenteraad ge
wend met het verzoek te willen be
vorderen dat de verordening op de
keuring van vleesch zoo streng mo
gelijk worde toegepast, dat deze zal
worden herzien, in dier voege dat zij
ook geheel toepasselijk worde op
slagers die buiten de stad wonen
en daar binnen vleesch leveren, en
dat de raad spoedig moge besluiten
tot den bouw van een abattoir.
UITBREIDING POLITIECORPS.
Tegen 1 Januari as. zal het politie
korps te 's-Gravenhage uitgebreid
worden met 50 agenten van politie
3de klasse.
Als aanvangssalaris zullen zij ge
nieten 12 per week.
VOETBAL.
Scheids re ch tersbon d.
De redactie van ..de Gelderlander"
heeft dezer dagen in de bladen de
mededeeling gelezen, dat er plannen
bestaan, tot het oprichten van een
scheidsrechte rsbond.
Blijkbaar is het den heeren ont
gaan. dat er boven het berichtje
..Voetbal" stond, tenminste de mede
deeling geeft de redactie aanleiding
tot de volgende ontboezeming, die we
ter wille van de curiositeit, opne
men. Dat er echter in den tegenwoor.
digen tijd nog dagbladredacties zijn,
die zoo volkomen onbekend zijn met
onze sport, hadden we niet kunnen
denken. Ziet hier, wat de heeren dan
schreven
„De nieuwste bond, waarvan we
vernemen, zal zijn een bond van
scheidsrechters.
Vier heeren. die reeds ooH eene
scheidsrechterlijke taak vermoede
lijk in arbeidsgeschillen vervulden
zullen volgens een dagblad-bericht
..alle Ned. scheidsrechters" oproepen
tot eene vergadering, ,,om te gera
ken tot de oprichting van een scheids-
rechtersbond in Nederand".
Klinkt het niet. alsof de functie
van scheidsrechter een soort van be
roep gaat worden
Het meer en meer veldwinnend ge
bruik. om geschillen ter beslechting
aan scheidsgerechten op te dragen en
aldus economische conflicten of civie.
Ie processen met al hun nasleep van
verdriet, en kosten te mijden. ver
dient slechts toejuiching.
Maar het beste middel, om die in
stelling te doen ondergaan, is wel
het volgen van den voorgeslagen weg.
Allereerste, voorwaarden tot het
standhouden van 't gebruik der
scheidsgerechten is, dat men volledig
vertrouwen in de scheidsrechters hieb-
be als onpartijdige, belanglooze ter
zake kundige mannen.
Scheidsrechters kunnen zich niet
opdringen. Ze moeten gezocht wor
den.
In de eene zaak kan deze of gene
een uitmuntend arbiter zijn, die voor
een andere volstrekt niet deugt. Van
twee tezelfder zake deskundigen kan
de één voor 'n bepaalde streek een
aangewezen scheidsman zijn en toch
voor een ander gewest om redenen
van omstandigheid geheel ongeschikt
wezen.
Wat baat een arbitersbond
Men zal toch geen naamlijst van
de leden willen uitgeven, scheids
rechters aanbiedend voor alle vakken
als ware 't prijscourant of cataloog?
En waartoe die arbitersbond
Hebben de scheidsrechters eigen be
langen te behartigen
Dan verbeuren zij bij voorbaat hun
vertrouwen, want voor arbitrage heeft
men belanglooze mannen noodig.
Een scheidsrechter is scheidsrech
ter, zoolang hij in een scheidsge
recht zitting heeft. Is de uitspraak
gevallen, 't gerecht ontbonden, dan
is hij geen scheidsrechter meer en
kan als zoodanig met anderen geen
bond meer vormen.
Neen, het scheidsrechterschap vormt
geen vak.
Men trachte geen beroep er van te
maken wanneer dan de vakschool
en het verplicht diploom
Ge kunt een accountantsbond vor
men daar beweegt ge u op mate
rieel. op exact gebied.
Maar het scheidsgerecht zal veelal,
naast materieele belangen, de hooge-
re sferen van rechtvaardigheid, van
moraliteit betreden. En daarin Iaat
zich het vertrouwen niet opdringen.
Daar heeft men rechtschapen, be
kwame ïndividueele persoonlijkheden
voor noodig, geen leden van een
cartell of ring.
(Het Sportblad).
PERS-OVERZICHT
VAN MAANDAG 6 NOVEMBER.
DE TROONOPVOLGING.
De vrijzinnig-democratische „Nieu
we Arnhemsche Courant" komt nog
eens op deze quae9tie terug. Haar ar
tikel lokte hier en daar bespreking en
bestrijding uit. Eerst haalt zij aan
wat in het tegelijkertijd openbaarge
maakte artikel van wijlen mr. A. Ker-
dijk geschreven is. Deze wilde voor
het onverhoopte geval van het kinder
loos afsterven der Koningin, dat de
natie het recht van vrije zelfbestem
ming erlangde: 't zij dan, zoo er
naar haar oordeel een voor den Ne-
derlandschen troon geschikte opvol
ger wezen mocht, dezen daartoe te
roepen, "i zij om aan liet koningschap
hier te lande een eind te maken. Dat.
'om de natie dit recht van vrije zelf
bestemming te 'doen erlangen onder
de noodige waarborgen voor over
ijling, de Grondwet gewijzigd werd.
De ,,N. A. Ct." schreef
„Ook zonder het reeds elders op den
voorgrond mlaatste vraagstuk: Ko
ningschap of Republiek, thans tot een
beslissing te willen brengen, komt het
ons toch voor dat eene andere vraag
overweging verdient, namelijk dieze
moet Nederland genoegen nemen met
welk Hoofd van den Staat ook, dat
ingevolge de grondwettelijke bepalin
gen aanspraak kan maken op den
Troon, of moet men zich het recht
voorbehouden en verzekeren iemand te
kiezen, die daartoe het meest waardig
wordt geacht?"
Beider meeningen komen dus vrij
wel overeen.
De beschouwingen van enkele ande
re bladen over haar artikel bespre
kende, zegt zij
„I-Iet Volk is van oordeel dat wij
hiermee al een heele stap naar de i*a-
lioneel'e republikeinse}! e denkbeelden
gedaan hebben, maai* nu niet halver
wege moeten blijven staan", en de
„Nederlander" acht die „commentaar
in menig opzicht verdiend.
„Wanneer .men zoo weinig oog heeft
als het Arnhemsche blad voor de
ontzaglijke voordeelen van eon erfe
lijk koningschap hetwelk alle par
tij-twisten over het hoogste gezag in
den staat bij voorbaat en volkomen
afsnijdt, eüi den luister van het gezag
doet berusten bij een door hoogeren
clan menscheiilijken wil aangewezene
dan is er niet zoo heel veel meer
noodig om ook de overige voordeelen
van het Koningschap boven de repu
bliek over 't hoofd te zien."
i Inderdaad is ler, wat ons betreft,
niets méér noodig om cle republiek
'in theorie te stellen boven het
koningschap. De „rationeele republi-
keinsche denkbeelden", waarvan Het
Volk spreekt, werden reeds door ons
gekoesterd, lang vóór het blad het
eerste licht aanschouwd© en het ad
vies, nu niet halverwege te blijven
staan, zou scheel overbodig zijn, wa
ren wij overtuigd, dat de logica der
theorie en die van het leven in dit ge
val konden en moesten samengaan.
Nu die overtuiging evenwel niet
bestaat, zullen wij zoo vrij zijn het
advies voor kennisgeving aan te ne
men. i
Ondanks zijne historie, is het Ne
derland van onzen tijd niet republi
kein sch gezind.
Niet dat we hiermee willen zeggen,
dat 't monarchale stelsel diepe wortels
heeft- geschoten in ons volk. Geens
zins de monarchale gezindheid zit er
zeer dun op. doch het koningschap
beteekent voor de overgroot© menigte,
de heerschappij van het nationale
Vorstenhuis der Oranje's, waarmee de
natie door tal van banden is verbon
den gebleven, waaronder zij weldra
honderd jaren achtereen vrede, vrij
heid en betrekkelijke welvaart heeft
gevonden.
Vooral in de latere jaren: na. 1890.
zijn die banden inniger geworden,
i dank zij het verstandig beleid van Ko-
i ningin Emma. en de hooge plichtsbe-
i trachting van H. M. de Koningin.
I Wie tegenwoordig was hij de pleeh-
tige inhuldiging in. de Nieuwe Kerk te
'Amsterdam, den 6 September 1898.
zal nooit den indruk vergeten, ge
maakt door de woorden, toen door
Haar gesproken, van wier oprecht
heid al hare daden als Koningin heb
ben getuigd. Zeker heeft Zij meer clan
iemand bijgedragen om de staatkun
dige eenheid van ons volk te bevesti
gen en de Kroon te maken tot de
draagster het symbool dier eenheid.
Republikeinsche gevoelens vinden
dientengevolge minder weerklank dan
ooit.
Andere oorzaken werken mede om
bet denkbeeld eener republiek te hou
den buiten den kring der practisclie
staatkundeonze nabuurschap met
het sterk monarchale Duitsche Rijk
en bovenal onze innerlijke verdeeld
heid. Al is onze staatkundige eenheid
door en n<a de Bataafsche Republiek
tot stand gekomen, de nationale een
heid is nor verre te zoeken, zooals de
geschiedenis der jaren 19011905 over
tuigend heeft bewezen: en zij zal niet
tot 'stand kunnen komen, zoolang ver
schil van godsdienstige overtuiging
den staatkundigen toestand, zooals
thans het "•eva! is, blijft beheer-
schen.
Daarom ieüoelden wij bij hetgeen
we schreven, niet op een republikein-
sclien regeeringsvorm, in een mogelijk
nabij zijnde toekomst, thans door
grondwetswijziging voor te bereiden,
en aanvaarden wij evenmin de conse
quenties, welke men uit hdt geschre
vene heeft gelieven te trekken.
Om verdere onjuiste gevolgtrekkin
gen te voorkomen, willen we ditmaal
duidelijk en zonder omwegen verkla
ren, dat wij wijziging der grondwette
lijke bepalingen omtrent de Troonop
volging vooral voorstaan, om de mo
gelijkheid te openen den gemaal d'er
Koningin, Prins Hendrik der Neder
landen, tot eventueelen opvolger te
kunnen benoemen."
i nvordering-maatsch appi jAndre a s
Meijer, wederom bij den klompenma
ker, die door Meijer geluk gewenschl
werd. Er was op zijn lot een prijs van
345.60 gevallen.
Hoe kan dat vroeg de klom
penmaker; de loterij begint pas
'sMaandaers te trekken.
Dat is waar, antwoordde Meij
er, maar dit was een extra-trekking
tusschen de deelnemers, die aan hun
verplichtingen jegens de inrichting
hadden voldaan.
Meijer, die zich voorstelde als de on
der-directeur der Nederlandsche Cr©-
diet- en Voorschotbank, vertelde, dat
het bedrag zou worden uitbetaald,
mits vooraf 30 werd gestort als tege
moetkoming in de administratie-kos
ten enz. De beide heeren namen ge
noegen met ƒ20 en met de belofte,
dat de 10 later zouden worden be
taald en lieten toen een gedrukt stuk
achter, voorzien met het rijkswapen
en het opschrift„Nederl. Crediet- en
Voorschotbank", op vertoon waarvan
de som van ƒ345.60 door iedere bank
zou worden uitbetaald.
Toen de heetten vertrokken waren
en de klompenmaker het stuk eensin-
zag, bleek het heel wat anders te we
zen. Hij zag in opgelicht te zijn en
diende een klacht bij den commissaris
van politie in.
Hoe kan ie zoo dom wezen, zeide
deze.
Ze moeten juist domme men;
sclien hebben, antwoordde de klom
penmaker terecht
Er zijn er nog meer te Bussum,
die zijn bedrogen en nog veel erger
dan u, merkte daarop de commissa
ris op.
Dezer dagen stond Andreas Meijer,
thans zonder bekende woonplaats,
voor de 4de kamer der Rechtbank te
Amsterdam terech' wegens oplichte
rij, namelijk dat hij mdt het oogmerk
om zich wederrechtelijk te bevoordee-
len, Kersten heeft bewogen hem 20
ter hand te stellen.
Beklaagde ontkende. Hij heeft zich
geen onder-directeur genoemd, hij
beeft den klompenmaker niet gefelici
teerd met zijn prijs. enz.
De klompenmaker verklaarde heel
omstandig hoe alles zich had toege
dragen. En volgens den voorzitter, mr.
Meinesz. was beklaagde bij liern pre
cies op dezelfde wijze te werk gegaan
als verleden jaar bij een winkelierster
der Lange Leidschedwarsstraat.
Na de wederwaardigheden, met het
lot vorderde Kersten zijn geld terug,
dat hem dan ook door den houder
der loterij is ter hand gesteld. Be
klaagde restitueerde aan den houder
der loterij de 12, die hij met het
aan den man brengen, van het lot had
verdiend.
Na het hooren van 5 getuigen, on
der wie de houder der loterij, H. de
Jong, die inmiddels de loterij aan
kant heeft gedaan, vorderde het O. M.
mr. Van Dam. een jaar gevangenis
straf tegen beklaagde, die, volgens
zijn mededeeling, reedis meermalen in
handen der justitie is geweest, doch
nooit veroordeeld is kunnen worden.
Mr. II. H. Boas, toegevoegd, verde
diger, was van oordleel, dat beklaagde
geen oplichting had gepleegd. Wat-
beklaagde deed, was z. i. niet straf
baar.
14 November a,s. uitspraak.
troep uit het Meergebied, vermeende
ik dezen niet te mogen verzenden
zonder van dit voorval gewag te ma
ken. Reeds was uit Meulabohsche be
richten bekend, dat deze vrouw naar
de Gajolanden was uitgeweken en
het mocht den civielen gezaghebber,
die tijdens zijn verblijf in Meulaboh
reeds zoo dikwijls getracht had de
hand op haar te leggen, thans ge
lukken haar verblijfplaats op de Boer
Brawan te verrassen, met het reeds
gemelde resultaat. Hiermede is een
aardig succes behaald, dat men even
wel niet te hoog moet schatten, ver
mits de voormalig zoo energieke we
duwe van T. Oemar zich in den laat-
sten tijd weinig meer met de leiding
van het verzet in het Meulabohsche
inliet. Zij wilde echter zich niet on
derwerpen, omdat zij. blind gewor
den. toch geen verschil zou kunnen
waarnemen tusschen de mooie gezel
lige kampongs en de wildernis, waar
bij nog komt, dat zij in de nabijheid
van het graf van haar zoon Radja
Bata wilde blijven, naast wien zij
wenschle begraven te worden. Het
kon haar ook weinig schelen, dat zij
door haar naaste familie werd ver
laten, en zoo moet de arrestatie van
Potjoet Maligoe. een der weduwen
van T. Oemar. in April jl. een door
gestoken kaart zijn geweest, waar
van Tjoet Nja Dèn afwist."
Gemengd Nieuws
TERUGGEKEERD.
President Roosevelt is Dinsdagmid
dag op do „Dolphin" te Washington
aangekomen. Toen hij aan land stap
te begon de marine-kapel „The Star
Spangled Banner" te spelen.
Mevrouw Roosevelt was aan de kade
aanwezig. De president ging met haar
per rijtuig naar het Witte Huis. Daar
stonden al de kinderen van den pre
sident in de vestibule te wachten.
Nog eer het rijtuig stilstond was de
president ei- al uitgesprongen om miss
Alice te omhelzen, die hij sedert haar
réis naar de Philippijnen niet gezien
had. De opeengedrongen menschen-
menigte juichte.
President Loubet is te Parijs terug
gekeerd.
tot levenslange en de beide andere
tot 15-jarige tuchthuisstraf.
MEER DAN ZES MAANDEN OP
DEN DOOI)
Een rechtskwestie, zooals nóg nooi
is voorgekomen, is thans te Berliji
aan de orde. Hugo Walter werd o
18 April ter dood veroordeeld, omda
hij zijne vrouw had vermoord. Ziji
verdediger ging in hooger beroep ei
van trap tot trap bleef de zaak ii
behandeling. Eindelijk, toen niet
meer baatte, werd een verzoek or
gratie ingezonden. Intusschen zit d
misdadiger zes maanden lang he
oogenblik af te wachten, dat hij te
dood zal gebracht worden, en is ein
delijk krankzinnig geworden.
Nu is besloten officieel een onder
zoek naar zijn geestvermogens in t
stellen en na te gaan of men hem on
der deze omstandigheden wel te
dood mag brengen.
NIEUW LUCHTSCHIP.
Dezer dagen zal ei* op het Deensch
eiland Linde een proef genomen wor
den met een nieuw soort luchtschip
waaraan Ellehammer, de uitvinder
vijftien jaar heeft gewerkt, Hetschij
zal aan een lang touw aan een mas
bevestigd worden en dan daaromheei
draaien, ten bewijze, dat men hetstu
ren kan. Ellehammer is reeds bekeni
door andere uitvindingen, o.a.
eene machine, die 20.000 sigaretten pe
dag kan stoppen en die. naar he
schijnt, tegenwoordig algemeen ge
bruikt wordt.
Kerknieuws
Rechtszaken
Koloniën
ZWENDEL.
In Juni van dit jaar vervoegde een
„meneer" zich bij den klompenmaker
TI. P. Kersten te Bussurn. Hij ver
kocht hem een lot tegen 15, in maan
delijkse!)© termijnen van ƒ3 betaal-
'baar, in een loterij, georganiseerd
door de Nederlandsche Crediet- en
Voorschotbank. Een paar dagen la
ter kwam deze persoon, in gezelschap
van den 36-jarigen agent eener schuld-
ATJEH.
Aan liet slot van een Atjeh-brief,
dato 30 September uit Koeta-Radja
aan de Deli Ct., lezen wij
„Reeds was ik met mijn brief ge
reed ,toen mij de tijding bereikte, dat
Tjoet Nja Dèn's schuilplaats dooreen
patrouille ondex luitenant Vastenou
den 19en September j.l. werd overval
len en bij verzet met vijf mannelijke
volgelingen werd neergelegd. Daar de
overvalling geschiedde door een
EEN MENAGERIE OP T TOONEEL.
Te Brussel wordt een stuk opge
voerd, waarin de heldin een excentrie
ke AmerLkaansche dienrentemster is
met vele vereerders. Zij wil slechts
hem haai- hand schenken, die moed
genoeg bezit om bij haar in de kooi
met leeuwen en tijgers te komen.
Een verliefde rentenier neemt, het
koene besluit zich aan de gevaarlijke
proef te onderwerpen doch wordt
op 't beslissende oogenblik door de
tem ster zelve terug gehouden', daar
ze van zijn moed innig overtuigd is,
waarom ze hem ook hancl en hart
schenkt.
Of cle dieren op het tooneel „echt"
zijn, dan wel menschen in dierenhui
den, melden de Belgische bladen niet.
STRUIKROOVERS.
Te Kiel hebben een viertal muiters
terecht gestaan, die in de maanden
Juni en Juli in Hölstein op de eenza
me wegen met vrucht het struikroo-
versbedrijf gehanteerd hadden.
Zij waren begonnen met een luite
nant der marine gevaarlijk te kwet
sen en uitte schudden; vergrepen zich
vervolgens aan een jong meisje, dat
op een rijwiel hen argeloos wilde
voorbijrijden bedreven tal van onge
rechtigheden en waren cle schrik van
de provincie geworden.
Voor de rechters gedroegen deze
waardige lieden zich zeer ongege
neerd. Zij lachten hardop, floten en
grijnsden de rechters aan, maar ke
ken deerlijk op hun neus, toen zij zich
hoorden veroordeelen, de twee ergsteu
KATHEDRALE KERK ST. BAVO.
Dinsdag, feestdacr van den H. Wil
librordus. Patroon der Nederlanden
Verplichting om de Mis te hooren. D<
H.H. Missen als op Zondag, te half 7
8, 9 en half 11. 's Avonds 7 uur Lo
met Rozenhoedje.
PAROCHIEKERK VAN ONZE
LIEVE VROUW.
Dinsdag, feest van den H. Willi-
brordus, Apostel der Nederlanden
verplichting om Mis te hooren.
Dinsdag- Woensdag- en Donderdag
avond om 7 uur Lof.
Catechismus volgens gewoonte.
PAROCHIEKERK VAN DE H. ELISA
BETH EN BARBARA.
Dinsdag, feestdag van den II. Wil
librordus, Patroon van het bisdon
Haarlem, verplichting van Mis hoo
ren de H.H. Missen om kwart vooi
6 8 en 10 uur. 's Avonds half 8 uui
Lof.
PAROCHIEKERK VAN ST. JAN,
AMSTERDAM STRAAT.
Dinsdag, feestdag van dietn H. Wil
li brordus. Patroons der Nederl ancien.
Op dien dag verplichting cle H. Miste
hooren. De H.H. Missen half 6, 7uui
en de gezongen TI. Mis 9 uur. De;
avonds half 8 liet Lof ter eere var
•den H. Antonius.
PAROCHIEKERK VAN DEN II.
JOSEPH.
Dinsdag en Woensdag te 7 uur Lof.
Dinsclae- feest van den TI. Willi-
brordus, Patroon van Nederland, ver
plichting van Mis hooren. De II.H,
Missen als op Zondag.
KERK VAN HET ALLERHEILIGSTE
HART, KLEVERPARKWEG.
Dinsdag, feest van den H. Willi-
brordus, verplichting van Mis hoo
ren.
De TI.H. Missen te 7 uur en 9 uur
's Avonds te 7 uur Lof.
PAROCHIEKERK VAN DEN TI.
ANTONIUS VAN PADUA.
Dinsdag, feestdag van den TI. Wil-
librordus, verplichting om cle TL Mis
te hooren. De H.H. Missen te half G,
17 uur, half 9 en cle Hoogmis te half
11. 's Avonds te 7 uur Lof en Verga-
erga-
dering der Broederschap van den H
Antonius.
(„N. H. Ct.")
Van de Boekentafel.
De Vlaamsche literatuur is een
eenige literatuur I
Dat „eenige" op te vatten zoowel
in eigenlijken als oneigenlijken zin,
waarmede ik wil aanduiden dat zij
niet alleen wonder mooi, schoon en
verheven, maar ook oorspronke
lijk is.
Tot voor korten tijd wisten wij
Noord-Nederlanders dit nog niet, of
slechts bij geruchte, maar dank zij de
verbreiding van de werken van en
kele nestors der Vlaamsche letter
kundigen, zooals Hugo Verriest en
Guido Gezelle, zijn wij achter deze
treffende waarheid gekomen. Toen
deze mare zich aankondigde, was het
alsof er onder het leesgrave Holland
een zucht voer, die drong tot een
kennismaking met datgene wat Zuid-
Nederland" s meesters op het gebied
der letterkunde geschonken hebben.
Een oogenblik deed dit zelfs denken
aan zooiets als een modegril, want
overal waai* men kwam zag men
Vlaamsch, en zoo niet., dan leverde
het toch meestal nog de stof voor de
conversatie. Ook heden ten dage is
•deze begeerte nog onverflauwd waar
te nemen, al heeft zij door haar be
stendigheid het idee van een plotse
linge opwelling verloren.
Opmerkelijk is het echter dat men
zioli in ons land bepaalde tot de
beide reeds genoemde dichters en en
kele prozaschrijvers zooale Stein
St reu veis. Maar Vlaanderen heeft
meer kunstenaars, véél meer
Onder deze laatsten behoort ook de
reeds op jeugdigen leeftijd overleden
Albrecht Rodenbach, een leerling van
Verriest en een, die zijn meester alle
eer aandoet. Ook dezen letterkunste
naar moet Holland kennen, liefheb
ben en genieten.
Om deze leemte aan te vullen heeft
Dr. J. Aleida Ni j land een bloemlezing
uit zijn vele gedichten samengesteld.
De juist© manier dus, want om een
volk gemeenzaam te maken met de
werken van een veel gedicht hebben
den kunstenaar, behoort het in 't be
zit te worden gesteld, niet van dikke
deelen compleete werken, maar van
een kleinen bundel, die het schoon
ste en beste bevat, door hem ge
schonken.
Inderdaad dit boekske is een
bloemlezing in den waren zin des
wopirds. Schoone en heerlijke bloe
men met meesterhand en kenners
blik gekozen uit een welvoorzien
perk. Trouwens hier is geen pasbe-
ginnende aan het plukken geweest,
maar wel een die op dit gebied spo
ren heeft verdiend. Ik herinner
slechts aan de door haar uitgegeven
bloemlezing uit Guido Gezelle's ge
dichten, welke algemeen geroemd
werd.
Wij staan ook hier weer voor het
werk van een Vlaamschen meester,
al mag hij niet dadelijk onder de
eersten der eersten gerekend worden.
Het ware diehtersbloed vloeit ook
hem door de aderen, en in eenvou
dige, echte natuurlijkheid, toovert
hij ons op het doek zijner zonnige
verbeelding heerlijke, diepgevoelde
verzen van reine poëzie. Ook bij hem
treffen wij aan wat zoo bekoort in
het Vlaamsche lied, die zangerige
zangen, met die lichte zacht deinen
de als van zelf vloeiende rythmus.
Hoort als hij zingt in zijn „Fanta
sie"
Het drijven watten wolkskens
van zonnelicht doorboomd.
De jongeling ziet ze drijven
en droomt
En onbewust elk wolksken na
drijft zachtjes zijn fantasia.
Doch in de ruimte smelten bei
voorbij, voorbij,
voorbij.
En dan. welk een aangrijpende
eenvoud in dat „Zondag"
Wierookwalm en orgelklang,
stille bede en kinderzang
smelten in harmonisch stijgen
t midden een godvruchtig zwijgen,
en eenvoudig wordt aanhoord
Gods eenvoudig Woord.
Wat heldere grootsche zinnen, waar
zonder moeite en spanning het ge
dacht en gevoelen openwentelen,
grootsch en harmonisch, gelijk de
baren van de zee
Vooral heeft deze bloemlezing zoo
veel waarde, omdat er tevens is in
opgenomen een beschrijving van den
dichter van de hand van Hugo Ver
riest, die haar schreef in de „Vlaam
sche Koppen". Wie kan den auteur
beter inleiden en voorstellen dan zijn
oud-leermeester?
Teekenend is het oordeel van de-
zen over den jeugdigen dichter. Hij
zegt, zich afvragend wat Rodenbach
i worden zal, zoo treffend„De dich
ter, de ziel, het hert, de geest, het
woord van het herwordend Vlaan
deren 1"
De uitgever L. J. Veen te Amster
dam die ook vele andere werken van
Vlamingers heeft verzorgd, deed een
goed werk met het laten drukken
van d;t boekje, vooral daar de uit
voering zoo goed is.
Zuid-Nederland heeft niet alleen
letterkundigen, maar kan ook, even
als ons land, bogen op verschillende
beroemde schilders, en andere kun
stenaars. Dit worden wij gewaar bij
het lezen van de beschrijving van
België, gegevén door den bekenden
schrijver G- Busken Huet. Dit boek,
waarvan thans een derde druk ver
scheen bij de uitgevers H. D. Tjeenk
Willink en Zoon te Haarlem, zag
voor het eerst in 1879 het licht. Van
zelf 5s er in deze kwarteeuw wijzi
ging gekomen in verschillende toe
standen. Daarom was het een goed
idee van de uitgevers om Max Roo-
ses te Antwerpen uit te noodigen de
zen druk te herzien en hier en daar
te veranderen. In zijn inleiding zegt
deze, dat het hem getroffen heeft, dat
Busken Huet weinig oog had voor
de Vlaamsche letterkunde, maar dat
dit wel eenigszins te begrijpen is,
omdat toen de „nieuwe school" nog
niet bekend was.
Dit boek draagt tot titel „Het land
van Rubens".
Ongetwijfeld een goed gekozen
naam, vooral als men daarbij in
aanmerking neemt dat de schrijver
zijn boek over Nederland „Het land
van Rembrandt"' doopte. Zeker zal
ieder gereedelijk aannemen dat er
in Noord-Nederland geen grooter
kunstenaar, geen man van algemee-
ner bekendheid leefde dan de schil
der der „Nachtwacht" en in Zuid-
Nederland geen beroemder dan de
i penseeier van „Afdoening". In zijn
voorrede zei Busken Huet dan ook
I „Mij is Rubens de volmaakte Belg".
Deze uitgave vond bij onze Haar-
Jemsche uitgevers een prachtige ver-
j zorging. De talrijke illustraties zijn
zeer schoon uitgevoerd.
Wat kalenders zijn voor een nieuw
jaar, dat zijn kinderboeken voor het
Sint Nicolaasfeest. Boeken toch zijn
steeds welkome geschenken en ver
rassingen voor -de jeugcl.
Er is wel veel lectuur die aangepre
zen wordt als geschikt en besiemd
voor het jonge volkje, maar toch is
een goed ouder bezorgd en voorzich
tig in zijn keuze.
Dit niet ten onrechte want veel wordt
aan de markt gebracht wat niet aan
de bestemming beantwoordt en dus
waardeloos is, en veelal ook zelfs
schadelijk. Werkelijk echte kinder
boeken zijn sporadisch. Toch zijn ze
er welNeemt bijvoorbeeld „Twee
echte jongens" hetwelk dezer dagen
bij den uitgever V. Loosjes te Haar
lem het licht zag. Dit is nu eens een
recht jongensboek, een verhaal van
eenige echte jongens met fiere karak
ters, het slag dat Hildebrand's pen
seel bezielde en dat de Genestet in
extase deed uitroepen
„U heb ik lief mijn blauwgekielde,
Mijn Hollands frisch ontloken
jeugd."
Schrijver van dit boek is GIT. Krie-
nen. een die dus op dit gebied geen
onbekende is. Hij schreef onder
meer „De zoon van den dorpssmid",
„Karei Vermeer" en „Uit de jeugd
van een Gelderschen jongen".
Het is een kinderboek, maar vol
strekt niet kinderachtig. Of groote
menschen of jongelingen het niet
mogen lezen Welzeker, als ze er
maar pleizier in hebben. Een vol
wassene, die er geen genoegen in
vindt af en toe eens een boek voor
het jonge volkje te lezen, is zelf ze
ker nooit recht jong geweest.
Als in het park de bladeren vallen
en bet najaar zijn intrede doet,
pleegt in ons lieve vaderland een
ruime oogst gemaaid en geborgen te
worden van almanakken en kalen
ders wandkalenders, scheurkalen
ders, familiekalenderszakkalen-
ders, kalenders van vereenigin-
gen, van winkelzaken, reclamekalen-
ders, kortom te veel variëteiten om
ze allemaal te noemen. Reeds nu,
terwijl de herfstmaand ter nauwer-
nood van ons afscheid genomen heeft
vloeit deze literatuurstroom al ge-
ruimen tijd. Een groot aantal is de
wereld al ingezonden en nog steeds
komen er meer van de drukpers.
Ook Warendorf's geïllustreerde fa-
rniliekalender heeft zich ditmaal niet
lang laten wachten maar is reeds ter
aflevering gereed. Zij ziet er gelijk
vorige jaren, aardig en frisch uit;
vooral aan het mengelwerk is blijk
baar veel zorg besteed. Behalve een
\loi en nauwkeurig geschreven kro-
niek van alle belangrijke wereldge-
beurtenissen in het afgeloopen twaalf-
niaandige tijdperk (en dat zijn er
heel wat) is plaats gegeven aan eeni
ge schetsen en novellen, die zeer le-
zenswaardig zijn. Een aanbeveling
voor deze kalender te geven is vrij
wel overbodig, iedereen kent haar
zij is voor ontelbare huisgezinnen
j een aangename gids en velen zien
steeds met verlangen haar verschij-
ning tegemoet.
Dan nog ontvingen wij van de uit
gevers W. J. Thieme en Cie. te Zut-
phen een exemplaar van de door hen
uitgegeven ..Internationale scheur
kalender". De benaming is wel wat
vaag en raadselachtig. Het interna
tionale van deze kalender zit name
lijk hierin, dat de verschillende vers
jes en spreuken afwisselend gesteld
zijn in de Hollandsche, Fransche,
Duitsche en Engelsche taal. Deze zijn
goed gekozen, kernachtig en leer
zaam, vooral omdat zij, als staande
in de oorspronkelijke taal, door geen
overzetting geleden hebben. Onder de
meesters welke aan het woord zijn,
treffen wij aan Goethe, Victor Hu
go, Carmen Sylva, Multatuli en El
len Key. Het schild is heel aardig,
liet geeft blauw en groen gekleurde
gestylleerde bloemen te zien op een
licht grijzen achtergrond, wat een
mooie combinatie vormt.
Over de Gewijzigde Drankwet is
wederom een handleiding versahe
nen. Thans heeft Henri Meyer een al-
phabetiscli register op deze wet sa
mengesteld, dat uitgegeven is door
A. van Klaveren te Amsterdam.
Mr. F. A. Kokosky, de bekende Am-
sterdamsche advocaat, die reeds her
haaldelijk met succes in Drank we t-
overtredingen optrad, heeft een voor-
woord voor dit boekje geschreven,
waarin hij eenige eigenaardigheden
zegt. Bij hem is de vraag gerezen hoe
het komt. dat deze wet zoovele com
mentaren, leiddraden, vraagbaken,
gidsen en hoe al deze boek
jes mogen heeten, behoeft en spreekt
als zijn meening uit, dat dit te wij
ten is aan de casuistische wijze
waarop in !t algemeen tegenwoordig
wetten, en ook weer deze wet, ge-'
maakt worden.
Er worden n.l. geen algemeene re
gels rneer gegeven, die de Rechter
moet toepassen op de correcte geval
len. neen, men -put zich uit in het!
verzinnen van de peuterigste bepalin
gen, alleen maar uit vrees, dat dit
of dat geval er niet onder begrepen
zal worden.
't Gaat daarmede als met iemand,
die een te groote bos takken w'l dra
gen, doch ze niet omvatten kan, on
derweg zal hij een groot gedeelte,
misschien wel de beste, verloren heb
ben, terwijl de rest door zijn krach
tig drukken, voortspruitende uitzijn
angst om toch alles maar te omvat
ten gebroken of gekneusd is ge
raakt. En zoo is 't ook met de heden-
daagsche wettenmakerij alles wil
men binnen het bereik der w
brengen, doch juist het goede dat
men beoogt, gaat daardoor soms te
loor en datgene, wat ten slotte w
wordt, is „in de verdrukking" g
raakt en geeft niet dat, wat men er
van verwacht had.
Dit register is een heel handig boek
je en voor hen, die vaak met deze
wet in aanraking komen, kan het
wellicht veel diensten bewijzen. Het
lastige zoeken is thans ondervangen,
Bij de uitgevers H. D. Tjeenk Wil
link en Zoon te Haarlem is nog ver-|
schenen het „Ontwerp van Wet tot.
verzekering van personen in de land
bouwbedrijven tegen geldelijke ge
volgen van ongevallen, hun in ver
band met de uitoefening van hun
bedrijf overkomen".
Dit werkje is interessant gemaakt,
doordat Mr. H. L. van Duyl, adjunct-
j commies bij het Departement van
Binnenlandsche Zaken er een inlei-
i ding voor heeft geschreven, welke
zeer zeker op den naam van een- be
langrijke studie aanspraak mag ma
ken.