RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD. TEUN SCHARESLIEP. afi waren ten eten gevraagd bij at Hein. _T. >t was een pret! Niet alleen, oin- eöucle Trui, Oom's huishoudster, stekker kookte, maar omdat Oom i zoo mooi kon vertellen. En wie wai Ooan ook nu weer zou doen, h've 't hem eens vriendelijk vroe- En ja liet kwam al uit zoo- 1 ve gehoopt hadden, en Oom Hein ons na den eten tg: ..Wat nu? Een spelletje? toen „Waar woon je toch, Teun?" met het eten? „Maar pannekoeken" „Overal" zei Teun, en met het zoi Moeder, die konden op het pot- vleeschmes, dat hij juist onder lian-kacheltje in de mangelkamer gebak den had, wees hij in een grootenken worden. Dat leek ons! Vroolijk Do o/loplc je niet Als je werk even goed is als In a R. Die dikke inktmop op je lyaauctio netjes, dan zijn we al een heel eind. raadsels, hè, Ma? 'tWas maar goed. (Deze raadsels behooren niet bij want je brieven zijn keurig geschre- dat je hem zoo netjes weggemaakt een wedstrijd. De namen van ven Ik verlang al naar je inzending, hadt, want nu zag je inzending er ge- de kinderen, die mij vóór Don- wil je dat wel gelooven lukkig toch nog keurig uitIk vind derdagmorgen oplossingen het niet zoo heel erg. dat Mama een zenden, worden in het vol- Jo en Betsy P. Wel, wel, de jonge klein beetje geholpen heeft. Hoe is 't gend nummer bekend ge- dames waren zeker een beetje belee- met Bé'en Marietje maakt). digd over dat „gespookt", niet?Vond je dat een beetje te erg? Nee, ik wil Jes van D. Jarig geweest, en een kring om zich liefln. „Overal, waarer gingen wij naar school. Zoo tot aan] ,Ingezondm d00r Age Beine- £*1 galoot, dit t»tflesttaWvïri horloge ^kr^n 1 wil, J^'ik fejïci' maai messen en scharen te gijpende ^knieen ^door^^ sneeuw stappen. mg_), eeniging niet meeviel, toen je zoo'n teer je nog wel, hoor; pas maar zijn. Nu eens lueb ik een lekker bed,Dat leek ons ook. dan weer slaap ik 's nachts in een j Maar 't viel buiten niet mee. Toen schuur. Soms lig ilc op stroo in eenwe uit school kwamen, was het weer stal. En 't gebeurt ook wel eens, dJat nog minder. We konden niet uit onze ik een slaapkamer heb, zóó groot en oogen zien. De storm joeg ons voort., j zóó ruim en zóó frisüh, a'ls julllie je Bijna hadden we een ouden man en Ik ben een vogel en een vodje hoofdpijn hadt. Dan hen je er ook niets op je horloge, en wees er voorzichtig Ik kan praten, eai ben ook stom. voor in de stemming, hè? Gelukkig mee! Doe je het iederen dog- aan? Men Men zet mij in een kooi te pronken maar, dat het nogal gauw over was. Wat zullen ze je op school bewonderd veegt mij weg; is dat Met en nu hoop ik voor je, dat d'ieakeddge hebben, is 't niet zoo? Veel groeten dom hoofdpijn het heele jaar niét meer te- voor Johan en voor jezelf rug komtNu, verder heb je je in de 2. (Ingezonden door Zusjes Mar- vacanitie vast niet verveeld, anders Christina B. Wel, Christientje, tens.) I Mijn geheel bestaat uit twaalf i tens en is een straat in Haarlem, i 5 3 4 Ls een jongensnaam. I 12 10 4 8 6 is een familielid. I 5 3 4 7 is een meisjesnaam. 1 2 3 4 5 6 is een kleur, j 9 11 12 is een knaagdier. k! feu we „0, Oom als 't u blieft, nellen Liefst een ware gebeurte- 7 aje schoven Oom's leuningstoel bij ajachel en Oom begon iedereen in 't dorp kende Teun Scharenslijper, cm iedereen hield ei hem. Als wij jongens zijn „Solia- elep I Scharesliep hoorden, lie- ii we op een draf naar Moeder, en zorgden we er voor, dat er voor ion wat te slijpen was. was dan ook een aardige oude jij. Altijd vroolijk. altijd vriendtijk. zoo tevredenToch had hij het io gemakkelijk. Zoo op je ouden y( de provincie af te loopen, dikwijls slecht weer, dat was in die dagen alles. Straatwegen waren er toen niet. De wegen waren meest over- •zdecht Als Teun met zijn karretje ikt' on3 huis stil hield, stonden wij ei al op te wachten. En als hij dan d> t slijpen was, en hij zijn wieltje ei snorren van: sjrr, sjrrrrzoodat dronken uit het staal vlogen, dan Akten wij gewoonlijk een praatje. a*s vroegen we Item niet kunt denkem, dat er zijn. Maar een klein meisje omgeloopen daar slaap ik alleen maar, als do 't Was onze vriend Teun, maar zon- finiksteek ia ziin loon verdienste heel schraal is En als ik der zijn karretje. In zijn besneeuwd "„/gS 5ffi mij dan naast mij>n karretje op den pak zag hij er nog ouder uit. harden grond! neerleg, dan wil 't wel verschrompeld en zoo geelbleek, weid1 sleurt men ons uit ons huis. Wie zijn wij was 't niet zoo gauw omgegaan), wed wat heb je een alleraardigst, mandje let- ik Dag, tweetalvoor mij gemaaktDat was nog een* een leuke NieuwjaavsverrassingT Ik i Marie Gr. Ja, dart. dacht ik wed, zal het trouw gebruiken, vind je dat eerst verwennen de Tantes Come, en geen goed plan? Dank je wel, hoor dan heeft zijn Moeder er de last maar van, als hij telkens opgetild wil wor- Leonard G. Wat een gezellige. den en zijn zin wil hebben. Maar lange brief kreeg ik van je Toen je zijn Moeder zal zekey wel weer gauw zoo druk aan 't schrijven was. was Gerard Ha- een klein gehoorzaam jongetje van Moeder zeker ook wed blij. waait toen hem maken! Wat leuk toch, dat hij zal 't ook wel stol geweest zijn, niet0 zoo dol op muziek is en zoo graag op 't Is nu zeker hard werken op school. 't orgel hoorde spelen Geef den moed om alles weer in te halen, of valt nog maar niet op met de raadsels; dat nogal mee? Nu, voor jullie vind wie weet hoeveel je er nog vindt't Is ik het ook maar heel lx*t, dat het «s maar goed, dat ik je nog wat tijd ge- gaan dooien, en ik vind, dat Moe vol- laten heb, vind je niet? komen gelijk heeft. Schaatsenrijden .Ingezonden door Gus en Hei-man vind ik anders ook heel leuk. hoor i Vogelsang). Li ze S. Lize, Nellv de M. heeft je Dien daturn 6 Februari heil) je goed Ik hen een dier; onthoofdt men mij. boek uit, en ze laat je heel hartelijk onthouden kranig, hoor! En hoe is't dan ben ik honderd jaar. bedanken. Ze heeft het bij mij terug met de Roodhuiden 't Zal wel in laten brengen, dus kom je het nu Moeder's smaak vallen, dat dergelijk* G. 'Ingezonden door Gerard Hek- weer halen? Schieter tegenwoordig strooptochten op zolder gehouden wor- kelmani. heelemaal geen tijd meer over voor den! Van de raadsels kan ik er \vel M at maakt ge hieruit een briefje, zeg En hoe is het met een paar gebruiken, maar nu houd ik ossaiannclti Anna? gauw op, want ik schrik er va.n. zo* lang als de brief is Ingezonden door Paulina Mey- Gerard H. Jou moetik nog eens ers). even apart bedanken voor dien mooi Annie K. Niet klein en niet dik'. Waarom kan men geen stotteraars versierden brief. Erg aardig, hoor! Hè. dan heb ik 't toch leelijk mis ge wei-trouwen Hierboven zie je wel, dat ik het vol- had! Maar kijk, Annie, nu zal ik i» komen met je wensclien eens ben. en eens wat vertellen, als je nu weèr S. Ingezonden door Barbara Tim- nu zullen we ook maar hopen, dat raadsels inzendt, schrijf je dan all» nier). het uitkomt., vind je niet oplossingen onder elkaar Iedere op- In een kleine, zeer kleine woning lossing op een niéuwen regel Je raad- leven wij met ons 32-gen, 16 boven en Betsy van W. Wel. wat is dat ?ei is goed, hoor! Dag. Annie! 16 beneden. Wij zijn niet allen even vervelend, dat je nog niet heelemaal oud, maai- hebben allemaal evenveel beter bent. Maar ik wil best gelooven. Age B. Gelukkig maai-, dat all» te zeggen. In vrede leven wij tezamen, dat je toen in die kou niet naar bui- boeken weer mooier zijn Jammer dat maar toch zijn we alle moordenaars, tem mochtGa je nu Maandag weer ik niet thuis was. toen jullie ze terug Wat onze woning nadert, wat er bin- naar school toe'? En heb je je niet kwam brengen. hè? Krijgen jullie nenkomt, het wordt gekneusd, ge- verveeld in dien tijd. of ging dat nog- iedere week boeken uit de Bibliotheek? kneed en gepletterd. Maar dan moe- al? Nu vooreerst niet meer ziek wor- je wilt Vader en Moeder zeker wel ten wij het weer afstaan aan onzen den, hoorvoor me bedanken voor hef kaartje L_ huisbaas. Wie iets achter houdt, iets jwd verbergt, een dolksteek is zijn loon.! Margretha K. Wat heb je me Hilda R. 'k Zal er voor zorgen. Zoo Zoo zijn we, en als we oud en suk- een grappig versje gestuurd! Ik vind dat dat éne raadsel veranderd!wordt, keiachtig worden, wijst men ons de het echt leuk, en zaJ het goed bewa- Hilda, dus dart, komt in orde Heb je 3. (Ingezonden door mer). j Waar groeit de beste wijn 4. i,Ingezonden door Mina Vink). Zoek hieruit een begraven stad 1 Hier is spek in gekocht. i moed verlies. Maar als ik de sterren kom je vandaan in dat mooie weer? dan maar zie, is 't, alsof ze mij toe- En wie heb je daar bij je?" roepen: „Wat nu, oude Teun? „Toe, Miekê' vertel dart de Jonge- (insrezoiiden door Betsv Schaam je je niet? Wou je dan heb- hoeren eens!" Rruvni ben, dat het je altijd voor den wind Maav Mieke begon te schreien. wy .'maakt ce uit deze letters0 ging?""„Zoo koud, Grootva!" snikte ze. Wat maakt ge uit aeze letters. En dan slaap ik in, en dan va;lt hert „Ja, mijn schartje. Dat is ook zoo. t list a dzinr enu ti gewoonlijk den volgenden dag met Grootva zal je gauw bij een lekker het wea-k weOr mee. Dag, JongeJiee- vuur brengen. Dan kun je je warmen, ren Zul je Moeder vriendelijk be- en dan krijg je wat te eten." ie1^ danken? Pas op ze zijn scherp!" ,,'t Is mijn kleinkind, Jongeheeren.' En verder ging hij weer, de oude, Ik breng haar naar Moeder Gerrirtje. 1 brave Teun„Scharesliep Schare- Zo heeft op één dag Vader en Moeder sliep!" verloren. Och! och! Geen Vader en 't Was lierfst, toen we Teun 't laatstgeen Moeder meer. En nu hoopt oude gezien hadden. 'tWas bar koud, toen Teun, dat de Goede God hem nog wat we hem weer zagen. Er woei eenijzi- .in 't leven zal laten, om voor die dear ge wind. die de sneeuw op groote hoo- te zorgen. Dag, Jongeheeren1 peai joeg. i Toen we thuis kwamen, hadden we De kleintjes konden niet naar school, 't druk over Teun. We .hadden toch In de kouken zag het zwart van rook. 'zoo'n medelijden. De meiden bromden. Hoe of liet moest ..Zoo zei Vader. „Maar aan je me 10. (Ingezonden door Dina. Een man, die lieert veel wist. En eens gevlucht is in een kist, En zoo gebracht werd op een boot. Dat is Je mag ook een raacteeil sturen1, hoor, anders moest zijn? Of heeft Moe daar dat vind ik best; weet je wat moois? ook een klein beetje aan geholpen? En was de verjaardag prettig Geluk- de kig maar. dat Moe weer beter was: Truus S. Als je oen briefje aan dat maakte hol vast dubbel plezie- Nelly schrijft, mag jo liet bij mij bren- rig gen, en jo mag 't ook aan. haar zelf j sturen, net zooarts jo zelf wilt. Haar i Bernard S. Maar jongen, wart a.dres is Ruiohaverstraat 23. De cou- Ves- heb jij me een mooie nieuwjaars- rant, die je kwijt bent, kan. je denk ik i wensen gestuurd Een prachtige kaart nog wol krijgen aan het Bureau van is het, en echt leuk om neer te zet- ..Haarlem's Dagblad". Groote Hout ten Hoe is 't er mee? Ben je nog straat 55. 't Kost 21/2 cent, d.us dat i» druk aan 't timmeren en knutselen'? te doen, hè? 't Was een lange brief Daar was de vacantie erg goed hoor! 't Raadsel is goed. Hoo is 'tnu voor, hè? met je? Brievenbus Waar- we Vader. We singen nen met alle jongens en meisjes, aae kregen! Is het boek mooi? En heeft Daarin stond een mij op 1 Januari zulke hartelijke ge- Herman en A li P. Jamnier, dat paUwtje al veel pret gehad met d» >osje met vijf gulden, lukwensohen zonden, eens eventjes te het weer is gaan dooien Ja, jongens/ aankleedpoppendoosIk hoop voor 1 zakgeld, 't Was bijna bedanken. De Brievenbus stond bijna zoo gaat het, verheug je maar nooit jullie, dat je eens gauw een briefje Anna van D. Zoo, krijg ik nu Abram, Theo. Aait o on, G e r- eindelijk eens een brief van je! .Ik rjt en Suzo v. B. Jullie vijfjes moet (Brieven aan de Redactie van dacht nu heusch, dat je me heelemaal ik nog eens even apart bedanken voor de Kinder-afdeeling moeten hadt vergeten, en van Nel dacht ik al die allerleukste zelf gemaakte kaart. gezonden worden aan Mej. niet veel beter! Was de Kerstboom Wat aardig bedacht, en wat hebben M. C. van Doorn, Sophia- mooi Ook allebei nog wel bedankt jullie "t keurig uitgevoerd straat No. 22. Haarlem). voor de aardige briefkaartEn ben je blij, dat de vacantie al weer voor- Zusjes M. Wat Iiebben jullie aar- Allcreerst moet ik dezen keer begin- bij is? dige cadeautjes bij den Kerstboom ge kregen Is het boek mooi? En heeft d» voor una u-ijgvopcioavi. icuigtiu. i. n iw --j j --i - je ©ons gauw ©en briefje genoeg om er een echten kanarie voor niet stil, en ik werd heusch bijna ver- op mooi ijs, yóor dat het er heusch van x6lly krijgt. Heb je haar al lang te koopen. Als we het Teun gaven, legen onder dien regen van aardige isOver dat iastigo raadsel moetje geleden geschreven? konden we °-een kanarie koopen. verrassingen al die mooie nieuw- nog maar eens goed denken, hoor Dat was jammer Maar als we het jaarskaartjes en al die welgemeende Het is heusch zoo moeilijk niet, als DienaDr. Je edrste raadsel is Teun niet gaven, wie weet, hoeveel felicitaties! Allemaal wel bedankt, het er wel uitzietEn een poeet iseen goed, het tweede vind ik niet zoo erg nachten hij "dan moest doorbrengen in hoor. en - nu moet ik toch ook nog zanger of dichter Heb ik je nu een geschikt. Ja, je brieven worden al die groote frissehe slaapkamer. Dat een mooie wensch afstegen alle- beetje op weg genolpon En hoe is t, flink lang: je leert het zeker, denk je was erger. En we gaven het Vader, maal heel, heel veel geluk in 1906! met de konijntjes'. ook niet? Nu moet j'e zorgen, dat ze Vader deed er nog wat bij, en Moeder Ik hoop, dat we dikke vrinden nidt el- er ook echt netjes uit gaan zien gaf kleeren van Zus voor Mieke. En kaai' zullen blijven, dat we heel veel Catliarina K. En nu is deze jon-, nog dienzelfden avond werd alles bii brieven aan elkaar zullen schrijven, ge dame weer aaii de beurt. Nee, je, Marie en Johanna B Naar Moeder Gerrïtje bezorgd. Ct wordt haast, een vers!) en ten slot- hoeft met alle onderdeelen van eenut^chrt LWe^° Nu d<ui ull' ik wel ..Voor kleine Mieke. van Teunsvrind- te, dat het ook voor onze Kinderru- woordeer b.^te^hnj^m.^aH^n het ge,oovenf dafS gïS 2jd ^or een jdelijden heeft Teun niet veel. (om help je niet?" i „Wil. helpen!" Nu begrepen we Vader. We gingen nen met alle jongens en meisjes, die naar onze kast. 1 T" doosje. Een doosje ons opgespaard zakgeld, 't Was bijna jes'. hadden we op de doos geschre- briek een heel goed jaar zal worden! "Si Brief overbleef. E5 veel 'pret gehad' ven. Toen we den volgenden morgen JJSmKTwH dat ie ni de SS-Jü Ik nog eens naar boeken voor Jol- MM| 1 Bent ze,6er "-111 aat je na ThïSÜS- lie k'iken> h?°r Kom Woensdag maar aan't ontbijt zaten, daar had je Team. NellydeM. In 't nieuwe jaar zal bent zeker blij Hij kwam ons bedanken. Hij was toeii ik beginnen met een brief te schrijven weer aan t leeren en aan Hcerliik dat U.m zoo gelukkig. De tranen liepen hem aan Nelly, als mijn oudste vriendin- ken kon gaan, niet? Ben je weer 1 ,0™gorf vooruit gaat] hèIk Imop j maar, dat Moe weer gauw heelemaal Roelof B. 'sMiddags om zes uur1 in groot© doeken hun have en De tram neemt op zich, de rei n's te verspreiden over de straten: lwijken der stad. Electrische von- sidderen langs de kabels. In een menblik zijn wij op de Piazza San mando. Hier stap ik uit, wijl ik kt, dat naast het koninklijk paleis, ai terras is met een borstwering «waar men den Vesuvius zien kan. ik voel weer onder mijn voeten het ia-plaveisel, dat mij reeds zoo me-1 lie zool heeft gekost en schuif met J menigte westwaarts. Onder het mdbeeld van Roger den Noorman, üen in de schelpvormige nis mijne lenden, de straatjongens van Sint' acia, en spelen met vodden van kaar- rs om de paar stuivers, die ze van emdelingen gebedeld liebben. "SVat ikt hun de woedende Vesuvius hun part kan de wereld ver-' ^tn. nu de magistraat hun Sancta £ia, met zijn geliefd ongedierte, ver fde. 'e koetsiers roepen mij toe van den maar ik wil geen rijtuig en wan- met mijn ransel op den mg ver- Nu voorbij het standbeeld van jtor EmanueL die zijn degen op- i/t. als stond het in zijn macht, de genten te gebieden. Nu heb ik den zoö gelukkig. De tranen liepen hem aan Nelly, als mijn oudste vriendin- hen kon gaan, over de wangen. Maar wij waren ook netje. Ik geloof, datje de tweede keer. moois aan 't maken? gelukkig. Het heeft lang geduurd, voor loon de Kinderrubriek kwam, al een: flink'zal ziin wij onzen kanarie konden koopen, briefje aan mij schreef, weetje 'tntog Roelof B. s Middags om zes uur want we lieten de helft van ons zak- welMaar toen was 't nog maar een het boek al uit'? Nu, jij kunt lezen,! gellid voor Mieke staan. Maai' we heb- kinderachtig briefje, en nu zijn we hoor! Goed, dat er nog twee andere. Hendrik en Gerda r. Jullie ben er geen spijt van gehad. Mieke eigenlijk al haast aan de groote-men- boeken waren ook! Heb je 't laatstetweetjes komen aan t eind vandaag, was een allerliefst kind. Ze loerde sChen-brieven toe, is 't niet? Ik kijk moeilijke raadsel al gevonden? maar dat vind je zeker niet heel erg. 1 flink. Toen ze 14 jaar was, word ze altijd naar binnen, wanneer ik voor- jbè Ja, ik denk ook, „Gerda" kent (dagmeisje bij den Burgemeester. En bij kom, maar ik zie je haast nooit.' GustaPhl. Ook wel bedankt vooriedereen, en zoo leuk, hè, dat weiedc- j toen ze 16 jaar was, verdiende ze al Op de pop zal i'k eens goed letten! Ik je goede wenschen, en ik wensch. re week aan elkaar schrijven Maar i zooveel, dat ze voor Grootva zorgen ben erg benieuwd naar het vers; maar Grootma en Tante en. jou nog eenswaarom heb je nu zoo'n pret om mijn Ikon. Grootva kwam in huis bij Moeder ik kan je nog niet vooruit beloven, dat even apart een gelukkig jaar toe! Ik brief? Je lacht mie toch niet uit? Pa* IGerritje en had een gelukkigen ouden ik het plaats. Eerst moetik het eens hoop, dat je raadselinzend'ing heel op, hoor, oaideugd;Nu, voor van de dag Wij zochten hem dikwijls op. en lezen, en ik weet ook niet, of er wel goed' is; ik heb 't nog niet nagekeken.week zullen we maai- weer als beet* tot aan zijn dood heeft hij onze nies- plaats is. Dag. Nel! weet je Wat aardig, dat Herbert bij maatjes afscheid nemen. Dag! 'sen en scharen geslepen." kwam Ik vind, dat hij erg lang, Cornells V r. Heerlijk, dat liet geworden is Hdb je al iets van hem M. C. VAN DOORN. S. ILCKEN. raden, goed gaat. Dat is ook al een gehoord uit Kampen Dag, Gusta mooi begin van het nieuwe jaar, vind i boek van het paleis bereikt, dat eens behoorde aan de Bourbons. Nu zweeft de blik over de pannen daken, beneden mij in het duister, over lage masten, waaraan zeilen on rustig fladderen in den wind, naar den onweerstaanbare, den Monte Ve- suvio, die de blikken van allen tot zich weet te trekken. Daar staat hij, groot en almachtig, hij alleenmet den mantel van den nacht om zijn schou ders, om zijn hoofd de vuurkroon en over zijn borst neerglijdend het rood gloeiend, fonkelend, schrikwekkend ge waad. Voor de majesteit van zulk eene grootheid verzinkt mijn ik in 't niet. j Sidderend sta ik daar voor hem, die j met één ademtocht uit zijn borst dui-, zend bloeiende levens kan vernieti gen. Het is mij, of ik vastgenageld l hen hier op de lava-vlakte, die stamt: uit zijn werkplaats; of ilc moet af-j /vachten, dat een catastrofe vervuld; j wordt-, aJs die voor 2000 jaar Pompeji verslond. Ik word bang en zie rond naai' men- J schen. Daar loopen ze, de paaren. en i blikken elkaar in de oogen, heden, I 'zooals alle dagen, zorgeloos, alsof er geen gevaar bestond voor hun liefde-' leven. Ben ik dan de eenige, op vvien de uitbarsting van dein Vesuvius indruk maakt IN GROOT GEVAAR. Het gebeurt niet vaak, dat een wild dier in gevangenschap een mensche- lijk wezen verdedigt tegen de aanval len van andere dieren. En allerminst zou men dat denken van den hyena, met zijn gluiperige oogen en zijn krachtige bewegingen. Echter heeft Theodoor Fischer, een dierentemmer te Berlijn, het alleen aan zijn hyena te danken, dat hij met vreeselijk ge wond of zelfs gedood werd. Niet lang geleden had Fischer twee groote beren, die hij dresseerde. Deze dieren bleken weldra de meest onhan delbare in den geheelen circus. De leeuwen in hun kooi kropen op den blik van den temmer in een hoek, en op het geklap van zijn zweep spron gen zij door de vlammen heen. Niet zoo de beren. Op zekeren dag trad de dierentem mer. die boos was omdat hij niet ver der kwam met de dressuur, stoufmoe- dig hun kooi binnen. De beren keken woedend naar hem, en hij dreef ze in een hoek. j Met een zweep klappend, alsof er een pistool werd afgeschoten, liep de temmer vooruit, steeds den blik ge- jvestigd op de dieren, j Plotseling schenen de beide beren in woede te geraken. Hun slaperig uiterlijk veranderde ineens, en wild brullend gingen zij op hun achter- pooten staan en bewogen z'ch lang- jzaam, met uitgestrekte pooten in de richting van den temmer. Een oogenblik werd Fischer ang stig. Hij vreesde, dat de beren hem gingen aanvallen. Te ontsnappen was onmogelijk, want iusschen hem j en de deur versperden de beren hem den weg. I Stap voor stap, nog half vreezend voor hun hulpeloozen tegenstander, j liep de beer vooruit, dicht op den voet gevolgd door de berin. De dierentemmer begreep, dat een hevige worsteling hem te wachten stond. Een zwarte poot zwaaide door de lucht, en raakte bijna zijn gezicht Hij sprong terug. I Wéér gingen de beren langzaam vooruit. Voetje voor voetje ging de dierentemmer uit den weg. Zij zouden hem tegen de tralies van het hok j drukken. Als zij hem daar eenmaal i hadden, was hij verloren. Een wan- hopigen blik door de kooi werpend, (zag hij de kleine deur der aangren- zende kooi. Daarin zou hij veilig zijn. Luid schreeuwend sloeg hij den voorsten beer met zijn zweep op den muil daarna was hij met één sprong bij de deur. Hij voelde hoe zijn rug werd aangeraakt, en toen tuimelde hij de kooi binnen. Te uitgeput om zich te bewegen, keek de dierentemmer naar de deur. In zijn vluqht had hij geen tijd ge- had die te sluiten. Reeds had een van de beren ontdekt, waardoor hij ontvlucht was, en laag kruipende be- proefde het dier, om ook door de ilage deur te komen. IToen gebeurde een zonderling diüg. Achter dpn temmer weg sprong een Ihyena op de beren los. j Een vreeselijk gebrul vervulde de 'hokken en de ruimte erom heen Bloed bespatte den vloer. Maar de beren waren niet bang voor den aan val. Fischer keek angstig toe. Nooit heeft iemand met groóter spanning den uitslag van een strijd afgewacht. Steeds opnieuw vielen de beren aan, maar telkens dreef de hyena ben terug en bedekte hen met wonden. Plotseling hoorde de lemmer het geluid van stemmen. Een aantal op passers snelden op de kooien toe. Roodgloeiende ijzeren staven werden tusschen de tralies doorgestoken. Toen was het gevecht spoedig uit. En de dierentemmer kwam te voorschijn, ongedeerd, ondanks het vreeselijk» half uur in de kooi der beren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1906 | | pagina 9