NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
23e Jaargang.
No. 6963
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
ZATERDAG 10 MAART 1906
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENTIE N:
per drie maanden: Van 15 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor Haarlem1.20 Haarlem van 15 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel.
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der B'j Abonnement aanzienlijk rabat.
gemeente)„1.30 Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing;
Franco per post door Nederland„1.65 WfrliliflSf 50 Cts. voor 3 plaatsingen a contant.
G^lusfreercf Zondagsblad, voor Haarlem I 0°m jM£MÈÊd^£ Re(iactie en Administratie: Groote Houtstraat 55.
de omstreken en franco per post „0.45 intercommunaa! Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ.. Parijs, 31bis Faubourg Montmartre.
AGENDA
Zaterdag 10 Maart.
De KroonH. B. S.-vereenigingDe
Kies vore eniging van Stellendijk
De Cid(; 7| uur.
Hotel De LeeuwerikEerste Kenne-
mer Bouw-Maatschappij Jaarlij lt-
sclxe Aigemeene Vergadering, 3 u.
Museum van Kunstnijverheid Firma
Wed. C. G. Kleyüoamp, Rotterdam
Tentoonstelling van Japansche
Kunstinzending.
Amsterdam (Paleis voor Volksvlijt)
Automobiel ententoonstelling, 105
OM ONS HEEN
ccl.
DE CID VAN CORNEILLE.
Het gaat met sommige Fransche j
klassieken al precies als met die van
andere volkende bewondering er l
voor is niet meer onverdeeld. Geen
wonderHoeveel eerbied we ook
mogen hebben voor den klank der
verzen van Coraedlle of Racine, inde
manier waarop ze hun onderwerp
behandelen en in dat onderwerp zelf
ligt voor ons, die eeuwen later geko
men zijn, dikwijls meer iets kluch
tigs, dan dramatisch. De Franschen
zelf .hebben dat wel gevoeld, een van
hunne spreekwoorden erkent hetd u
sublime au ridicule il n'y a
qu'u n pas. Er ligt slechts éen
schrede tusschen het verhevene en het
belachelijke. Welnu, zoo staan ook
de verzen van Gorneille's C i d op den
grens van 't belachelijke en twintig
jaar geleden schreef de toenmalige
student Mr. J. G. L. Nolst Trenité een
parodie op het tooneelstuk, waarin
zonder naar* grof effect te streven,
het werk het kleine stootje kreeg,
waarmee het juist op den komischen
kant gekomen is. Utrechtsche Stu
denten voerden het destijds voor 't
eerst op en nu heeft, de vereenigmg
van leerlingen van de Hoogere Bur
gerschool het voor den dag;gehaald
en zal het morgen, Zaterdagavond,
met de kiesvereeniging van Stellen
dijk ten voordeele van de Toynbee-
vereeniging opvoeren.
Wie het zullen gaan zien (en dat
zullen er velen zijn, want werk en
spel moeten verdienstelijk zijn) doen
wel met er den echten Cid nog
eens op na te lezen- En voor 't geval
dat zij het werk niet bij de hand
hebben, laat ik er hier een kort uit
treksel uit volgen.
De hoofdpersonen zijn Chimène,
dochter van Don Gomes en Don Ro-
drigue, zoon van Don Diègue. Deze
twee jongelui beminnen elkander.
Vervolgens treden opDon Feraand,
eerste koning van Castilië, en zijn
dochter, die ook een goed oog heeft
op Don Rodrigueverder don Sanche,
verliefd op Chimène, don Alonse, een
bijrolletje. De twee jonge dames heb
ben elk haar- vertrouweling, Leonor
is de juffrouw van gezelschap der
prinses en Elrire die van Chimène.
Alle voorwaarden zijn dus aanwe
zig tot samenstelling van het tradi-
•tdoneele stuk in vijf bedrijven en
Coraeille heeft daarvan dan ook be
hoorlijk gebruik gemaakt. Het stuk
begint met een gesprek tusschen Chi
mène en haar vertrouweling, die er
op uit gestuurd is om eens te infor-
ineeren wat Don Gomes wel van hare
liefde voor Rodrigue denkt. Heel
listig heeft zij het doen voorkomen,
alsof de jonkvrouw geen voorkeur
heeft voor Rodrigue of Sanche, maar
eenvoudig zal afwachten, wat haar
vader beveelt. „En als ik mij niet
vergis", voegt ze er bij, „zal hij u
wel bevelen, de liefde van Rodrigue
te beantwoorden."
Hiermee is 't eèr-ste tooneel bot uit
en verschijnt de prinses, die tegen
over Leonor schrikkelijk jammert
over haar ongelukkige liefde voor
Rodrigue.
Deze klaaglijke figuur schijnt een
parodie op zichzelf en wordt nog
lachwekkender, omdat Leonor, meer
bezorgd voor de vorstelijke waardig
heid dan de vorstin zelf, meent goed
te doen ,door haar er aan te herin
neren, dat Rodrigue maar een een
voudige ridder is en dus bij haar niet
past. De prinses ziet dat ook wel in
en verklaart, dat ze liever sterven
Cid beteekent heer, in den zin
van heerschar.
wil, dan beneden haar stand trouwen!
Heeft zij zelfs niet de verhouding
tusschen Chimène en Rodrigue aan
gemoedigd Maar toch, toch bemint
zij hem en eindigt het gesprek met de
klacht
,,Mijn zoetste hoop is alle hoop
straks te verliezen."
Van dezen kant dreigt het jonge
paar dus, geen gevaar.
Maar wat gebeurt er. De koning
benoemt don Diègue tot gouverneur
van den prins van Castilië en don
Gomes, die ook naar de betrekking
gedongen had, as daarover niet te
spreken. In een gesprek dat ze hier-
over voeren, gaat het voortdurend
scherper toe, totdat don Diègue zegt,
1 dat de ander de betrekking onwaar-
dig was, waarop don Gomes met een
i oorveeg antwoordt,
i Leiden is nu~in last. De vader van
Rodrigue acht zich beleedigd, ja ge-
i schandvlekt, maar kan wegens zijn
leeftijd zelf den degen niet meer
voeren.
O woede, zoo roept hij uit, o woede
cn wanhoop, o vijandige ouderdom,
j heb ik zoo lang geleefd om deze
j schande te ondergaan. Ben ik in de
I 'krijgsverrichtingen grijs geworden,
alleen om in éen dag zooveel lauwe-
i ren te zien verdorren
i Er is natuurlijk maai- één midxiel
om de zaak weer in orde te brengen:
de don moet gewroken worden en er
is ook maar één wreker Rodrigue.
j Groote schrik bij den j ongeling als hij
j van 't geval lioort, maai- don Diègue
is onverbiddelijk en met echte oude
mannen-zelfzucht roept hij uit: „Ik
ken uw liefde. .toon u een waardig
zoon van een vader, zooals ik.Ga, snel,
vlieg en wreek ons
Rodrigue begrijpt, dat er niet veel
anders op zit, maar houdt vooraf
uog een lange alleenspraak van zes
coupletten, die allen eindigen op 't
woord Chimène. Vervolgens zoekt hij
don Gomes op, die geweigerd heeft te
voldoen aan een bevel, des konings
om verontschuldigingen te maken,
en nadat zij als katten een heel too
neel lang tegen elkaar hebben staan
blazen, gaan onze twee haneveeren
de deur uit en steekt Rodrigue den
vader van Chimène dood.
Onmiddellijk verandering van too
neel. Don Diègue verrukt, Chimène
doodsbedroefd, vol toorn op Rodrigue,
tegen wien ze de gerechtigheid des
konings inroept. Deze, die met het
geval geen raad weet, doet wat een
gewoon sterveling ook doen zou hij
stelt de beslissing uit. En Chimène
verklaart: „Om mijn roem te bewa
ren en een einde te maken aan mijn
smart, wil ik hem vervolgen, zijn
dood veroorzaken en na hem ster
ven."
„Onnoodig", zegt Rodrigue, die bij
deze woorden binnenkomt, „hier ben
ik zelf, dood mij". En hij biedt haar
zijn degen aan, maar Chimène kan
daartoe toch niet besluiten en na
vrij wat toespraken van weerskanten,
zegt zij „Ga, ik haat u niet."
,-,Gij moet", zegt Rodrigue.
„Ik kan niet", antwoordt zij.
„Deze toestand zou lang kunnen
duren, wanneer niet weldra een an
der gebeuren zich voordeed. De Moo-
ren bedreigen de kust. Don Diègue
spoort zijn zoon aan, hen te gaan
bevechten met vijfhonderd andere
ridders, die allen waren gekomen om
de beleediging, hem door Don Gomes
aangedaan, te weken. Rodrigue laat
zich dat geen tweemaal zeggen, stelt
zich aan. 't hoofd der edelen en ver
slaat den vijand.
De koning looft zijn dapperheid en
kent hem den naam toe van Cid,
dien de Mooren hem uit eerbied heb
ben gegeven, maar Chimène blijft
vragen, dat de held wegens het doo-
den van haar vader ter dood zal
worden gebracht. De koning begrijpt
dat dit te ver gaat en weigert, te meer
daar hij bemerkt, dat Chimène hem
nog altijd liefheeft. Alleen staat hij
toe, dat Sanche Rodrigue uitdagen
mag.
Maar vóór dit geschiedt komt Ro
drigue van haar afscheid nemen hij
zal zich niet tegen de aanvallen van
Sanche verdedigen en den dood door
zijn wapen ondergaan.
Na het tweegevecht komt Sanche
haar zijn degen aanbieden. Chimène,
meenende dat Rodrigue gevallen is,
scheldt hem, nog al onbillijk, uit voor
allee wat. leelijk- is en toont onver
holen hoe zij Rodrigue nog bemint.
Dan blijkt, dat de ridder nog leeft.
En Sanche, getroffen door haar on
wankelbare liefde, doet afstand van
alle aanspraken op de schoone voor
wie hij zijn leven waagde, Chimène
zelf neemt Rodrigue weer iu genade
aan en alles zou tot een blij einde
gekomen zijn, wanneer niet de ko
ning een spaak in 't wiel kwam ste
ken met de opdracht, dat Rodrigue
de Mooren in hun eigen land zal
gaan bevechten. Na een jaar mag hij
dan Chimène trouwen.
Hiermee valt de gordijn. Hopen wij,
dat zij elkander gekregen hebben.
Het is wel deze soort van stof, die
aanleiding kan zijn tot een geestige
parodie. Belangstellenden zullen
nieuwsgierig zijn naar de manier,
waarop Mr. Nolst Trenité dit heeft
gedaan.
J. G. P.
Buiteniandsch Overzicht
De Finsche Senaat bracht Donder
dag het onderzoek nopen3 de nieuwe
statuten voor den Landdag en de wet
op
HET ALGEMEEN KIESRECHT
VOOR FINLAND
ten einde. Het recht om te kiezen en
te worden gekozen, wordt toegekend
aan alle burgers van beide seksen
die den leeftijd van 24 jaar hebben
bere'kt-
De agent-generaal van den Oost-
Chineeschen spoorweg voor de Oos
telijke havens maakt bekend, dat de
toestand nu zoo is, dat begin April
EEN WEKELIJKSCH SNELTREIN-
VERKEER tusschen Wladlwostock en
Europa kan werden geopend. De
I treinen zullen aansluiting hebben
met den stoombootdienst naar Naga-
saki en Sjanghai.
i In zuidelijk Rusland woeden nog
steeds
j BOERENONLUSTEN.
j In het gouvernement Cherson zijn
I verschillende landgoederen beroofd'
en platgebrand, het vee deels ge
slacht, deels weggedreven. Duizen-
den desjatinen grond worden door
de boeren geploegd. In het district
I Soedsja, gouvernement Koersk, heb-
ben boeren op de dorpspolitie losge-
slagen, die twee politiek verdachte
personen wilde aanhouden. Dragon
ders die te hulp waren geroepen en
een paar stukken hadden meege
bracht, beschoten het dorp. Negen
boeren werden gedood en velen ge
wond. Maar het ergst leed het vee
onder het bombardement.
Uit andere landen.
DE CONFERENTIE TE ALGECIRAS
Door den Oostenrijkschen afge
vaardigde is Donderdag inzake het
politie-toezicht een voorstel inge
diend, strekkende om aan Spanje
toe te vertrouwen het politie-toezicht
over Tetuan, Mogador en Mazagran;
aan Frankrijk over Tanger, Larra-
che. Rabat en Saffiaan Zwitser
land en Nederland over de 8e haven
Casahlanca met een officier-inspec
teur.
Algemeen wordt verwacht, dat de
Fransche gedelegeerden zullen over
gaan tot beraadslaging over het
nieuwe Oostenrijk-Hongaarsche voor
stel. dat het internationale karakter
van de voorloopige politie-instructie
wil waarborgen.
In elk geval wordt door de Duit-
sche gedelegeerden het voorstel van
graaf Von Welsersheimb. wegens de
waarborgen voor een gelijke oecono-
mische behandeling in de politie
organisatie die het bevat, als basis
beschouwd voor een overeenkomst.
Er wordt verzekerd, dat minister
Rouvier, toen hij aan den heer Ré-
voil het ontslag van het kabinet me
dedeelde, hem tevens kennis gaf, dat
do vroegere instructies iu zake de
conferentie, zooals die door een be
sluit van de Kamer goedgekeurd
zijn, gehandhaafd blijven. De heer
Révoil diende dientengevolge het
Fransche ontwerp op de politie in,
waarin o. m. de keuze des Sultans
tot Fransche en Spaansche politie-
Lnstructeurs wordt beperkt, en waar
in o.ver de door Duitsohland ver
langde contróle wordt gezwegen.
Daarom ook achten de afgevaar
digden het bovengenoemde Oosten-1
rijksche ontwerp het meest geschikt
voor behandeling.
Aangaande de zitting van Donder
dag kan nog het volgende worden
medegedeeld.
De conferentie heeft de opmerkin
gen en amendementen van de Ma-
rokkaansche gedelegeerden op het
bank-ontwerp verzonden naar het co
mité van redactie. Toen de conferen
tie in comité-generaal was overge
gaan, verklaarde de heer v. Rado-
witz. dat zijne regeering zich niet
zo-u verzetten tegen de organisatie
der politie door Frankrijk en Spanje
in de open havens, behoudens te ge
ven waarborgen. De president las
daarop de bovenaangehaalde Fran
sche en de Oostenrijksche ontwerpen
voorde gedelegeerden besloten Za
terdag weder bijeen te komen ter
voortzetting van de bestudeering der
bankquaestie en ter onderzoeking
van de grondslagen van het politie-
ontwerp.
HET MINISTERIE ROUVIER
AFGETREDEN.
Omtrent de zitting der Fransche
Kamer van Woensdag, waarin het
vertrouwen aan de Regeering werd
ontzegd, kan nog het volgende wor
den gemeld
..Bij den aanvang- van de zitting
werden 3 interpellaties ingediend, de
eerste door de heeren Plichon en
Cochin, de tweede door den abbéLe-
mire. de derde door den heer
Guieysse.
De heer Plichon .zijn interpellatie
toelichtende, besprak het gebeurde te
Boeschepe. Volgens zijn rnededeeling
is de gewapende macht bij de inven
tarisatie aldaar opgetreden, zonder
dat oen lastgeving van den prefect
was getoond' en heeft de geestelijk
heid evenals overal en altijd tot
kalmte' aangemaand.
Deze bewering werd aan de lin
kerzijde met kreten van afkeuring
•ontvangen.
De heer Guieysse vroeg den minis
ter-president wat hij van plan is te
doen tegen dien gewapenden op
stand.
De heer Aristide Bxiand afgeyaar
digde van St. Etienne hield daarop
een zeer gematigde rede over de wet
op de scheiding, welker toepassing
door de tegenpartij door allerlei
slinksheden en ophitserijen onmoge
lijk wordt gemaakt Hij voegde den
tegenstanders toe..De verantwoor
delijkheid voor
DE SMARTELIJKE GEBEURTE
NISSEN,
die wij beleven zal op u blijven
drukken en de wet zal blijven wat ze
in werkelijkheid is een wet van vrij
heid en die als gij het hadt gewild,
ook een wet van verzoening had kun
nen zijn. Wordt ze een wet van
doodslag, dan is het door uwe
schuld. Maar als de opgewondenheid
die deze gebeurtenissen gewekt heb
ben, bedaard zal zijn, wanneer de
brave lieden, die zich bedreigd ach
ten in hun geloof en hun bezit, zul
len bemerken, dat gij misbruik hebt
gemaakt van hun lichtgeloovigheid,
dat in deze zaak het minder gaat om
den godsdienst dan wel om de poli
tiek dan zal hun haat uw loon zijn.
i Maar trots al die tegenwea'king,
I zullen wij onze kalmte bewaren je
gens hen. die om hun politieke doel
einden te bereiken, de wet met bloed
willen bevlekken.
Wij zullen niet in hun kaart spe
len, de wet zal met omzichtigheid
worden toegepast."
De abbé Lemire hield daarop een
eveneens gematigde rede en eindig
de met een beroep op den president
van den ministerraad: „De Katho
lieken" zegt hij, ..willen Frankrijk
en de republiek verdedigen, ze heb
ben
ONTZAG VOOR DE WET
en de overheid, maar laat dan ook
de regeering eerbied toonen voor hun
geweten."
De minister van binnenlandsche
zaken verklaarde, dat alle noodige
maatregelen zijn genomen om hevi
ge incidenten te voorkomen. In de
steden, waar te voorzien is. dat er
tegenstand zal worden geboden, zal
op zijn bevel, de inventarisatie in al
le kerken tegelijk plaats hebben, ten
einde de betoogers te verdeelen. De
regeering zal nog voorzichtiger te
werk gaan. maar de wet moet wor
den gehandhaafd.
De progressistische leider Ribot
ried do Katholieken aan zich toch
neer te leggen bij de wet. Hij zeide
..Men dient zich er rekenschap van
te geven, dat de Kerk met de wet
zal kunnen leven, er zelfs nieuwe
autoriteit uit putten en zich te gelij
ker tijd wennen aan het versterkend
en vruchtbaar regime der vrijheid.
„Gij hebt het vooruitzicht op een
godsdienstoorlog, ge kunt ook een
vredeswerk verrichten, te midden
van een in verwarring gebrachte
maatschappij. Ik bezweer u
TRACHT NAAR VERZOENING."
Negen moties werden daarop inge
diend. De eerste, van den heer De-
rille. drong aan op krachtige toe
passing van de wet. die van den
heer Péret strekte tot goedkeuring
van de verklaringen der regeering
de overige kwamen van katholieke
zijde en drongen aan op schorsing
van de uitvoering der wet.
Minister-president Rouvier ver
zocht der Kamer de inotie-Péret aari"
te nemen.
De radicaal Massé stelde daarop
aan de regeering de vraag of zij de
wet zal weten te doen eerbiedigen,
dan of ze zal bukken voor den opj
stand.
Nogmaals nam de heer Rouvier het
woord en zeide: ..Als ge geen ver
trouwen stelt in de regeering, laat
het dan maar blijken en vormt een
nieuw kabinet.
Met ijzige stilte werden deze woor
den ontvangen. Daarna had de
stemming plaats met den bekenden
uitslag, dat de motie-Péret met 267
tegen 234 stemmen werd verworpen.
De meerderheid van 267 stemmen,
die het' kabinet ten val bracht om-
rotte de geheele rechterzijde. de
helft der progressistische republikei
nen met der* heer Ribot, het. meeren-
deel der socialisten en een aantal
radico-socialisten.
Na de stemming verklaarde
ROUVIER
dat hij den wensch had gekoesterd,
zijn taak ten einde te brengen., maar
dat de Kamer hem door hare stem
ming een last had afgenomen die op
hem begon te drukken. Als ik mijne
bedoelingen scherper omschreven
had. vervolgde hij, had ik 350stem
men kunnen krijgen. Maar men
wenschte niet, dat het kabinet gedu
rende de verkiezing aan zou blijven.
De strijd zou moa-gen opnieuw zijn
begonnen. Daarom was het beter er
dadelijk een einde aan te maken.
Wat de conferentie te Algeciras be
treft, zoo hoop ik mijn opvolger een
gunstiger toestand na te laten dan
ikzelf bij mijn optreden vond.
Volgens Havas. zal Rouvier. als
het te Algeciras nog tot ver wikke lin-
gen mocht komen vermijden, ver-
bintenissen aan te gaan die de vrij-
heid an handelen van zijn opvolger
zouden beperken. De algemeene op-
vatting is dat de president den nieu- j
wen eerste-minister links zal kiezen, 1
om een levensvatbaar kabinet te
j krijgen.
EENE BELANGRIJKE REDE IN DE
i ITALIAANSCHE KAMER.
Minister Sonnino deelde Donderdag
I 'net program van het kabinet mede
hij wijdde uit over de quaestie van
de exploitatie der spoorwegen door
den Staat en over de verbeteringen
die in de Zuidelijke provinciën inge
voerd moeten worden. Italië zal ge
trouw blijven aan het drievoudig
verbond, het zal de traditioneel e
vriendschap met Engeland en de op
rechte vriendschap met Frankrijk
handhaven. De heer Visconti Venos-
ta vervult te Algeciras de taak van
belangeloos vredestichter, wat een
teeken is van de oprechte gezindheid
jegens bondgenooten en vrienden.
De verklaring kondigt onderhande-
lingen over handelsverdragen met
Spanje aan en eindigt met een be-
roep op allen om mede te werken tot
oplossing van de sociale problemen.
De verklaring werd levendig toege
juicht.
Op voorstel van den heer Sonnino
weigert de Kamer het ontslag van
president Marcora aan te nemen,
maar deze blijft volharden bij zijn
besluit. De verkiezing van een nieu-
wen president zal Zaterdag plaats
hebben. De zitting wordt opgeheven.
Stadsnieuws
Orgelbespeling
in de Groote- of St. Ravo-kerk te
I-laarlem op Dinsdag 13 Maart 1906.
des namiddags van 12 uur. dooi
den; heer W. Ezerman.
Programma
No. 1. Preludium en Fuga, J. S.
Back.
No. 2, Adagio uit de 4e Symphonae,
i Beethoven.
No. 3. Sonate No. 2, A. Giulmant.
1 a. Allegro moderato,
j b. Larghetto.
c. Allegro vivace.
No. 4. Andantino, W. Volckmar.
No. 5. Duet uit Stabat Mater, Ros
sini.
Doopsgez. Zangkoor.
Het „Doopsgezind Zangkoor" ver
leent zijne medewerking bij een
avond die, waarschijnlijk begin
April, georganiseerd wordt door de
afdeeling ..Haarlem" van het Alg.
Ned. Verbond en de Zuid-Afrik. Ver-
eeniging.
Het koor zal een zestal Hollandsche
nummers voordragen, waarmede het
bij zijn concert in December j.l. zulk
een verdiend succes had.
Burgemeester van Haar-
iemmerliede en Spaarnwoude.
Bij Koninklijk besluit van 8 Maart
is Jhr. Mr. E. H. E. Teding van
Berkhout benoemd tot burgemeester
der gemeente Haarlemmerliede en
Spaarnwoude. De benoemde is de
zoon van den onlangs overleden bur
gemeester dier gemeente Jhr. W. P.
Teding van Berkhout.
Telephoongeheimen.
Deze klucht, waarvan onze mede
werker voor tooneel, de heer Frans
Netsoher, bij de eerste opvoering zoo
veel goeds zei, gaat Maandag a.s. in
de Kroon voor den tweeden keer.
't Is naar het eenparig gevoelen dev
toesehouwers een allergrappigst stuk.
FRANS ROSIER.
Donderdag is Frans Rosier pev
trein van 12 u. 9 minuten van Rot
terdam naar Gouda vervoerd, onder
sterk geleide van rijksveldwachters,
om daar geconfronteerd te worden
met de weduwe Overgauw. op wie
Zaterdag geweld gepleegd werd met
het doel haar te beitelen. Zooals men
weet, bestaat er een sterk vermoeden
dat Frans ook aan deze inisda-ad
schuldig is en dat het geld, te
Utrecht in zijn bezit gevonden, van
dezen diefstal afkomstig is.
Even zwaar als Woensdagavond bij
zijne aankomst geboeid, bracht de
celwagen hem aan het station. Voor
alle zekerheid waren zijne armen ook
nog met sterke touwen gekneveld en
op den rug vastgebonden terwijl een
stel boeien zijn polsen omsloot.
Buiten het gewone reizend publiek
was er niemand aan het station,
d.aar de zaak niet bekend was.
Eenige agenten in burgerkleeding
waren op het station aanwezig.
Frans was gekleed met kort don
ker jasje, geruite broek roode pan
to fels en pet op.
De rechter-commiissaris bij de
rechtbank te Rotterdam mr. M. Po
lak, en de substituut-officier mr. I.
Z. Mazel zijn mede naar Gouda ge
gaan, om Fraais daar het verhoor a<
te nemen. Zij werden vergezeld van
den substituut-griffier mr. J. A E.
van Rhode van der Kloot.
Uit Gouda seint men
Onder sterk geleide is Rosier hier
des middags aangekomen. Hij werd
per rijtuig naar het politiebureau ge
bracht. Trots het barre weder, was
er t ene massa volk vóór het bureau,
op de straat en vóór de wijkverple
ging. waar de weduwe O. verpleegd
wordt.
Straks heeft de confrontatie plaats.
Ook het huis waar de inbraak ge
schiedde wordt bezocht.
Men meldt uit Utrecht aan de Tel.
Het is thans uitgemaakt, dat aan
de poliüe-agenten Reitsrna en Fon-
teyn, die Frans Rosier „levend te
pakken hebben gekregen, de uitge
loofde belooning zal worden uitge
reikt.
Uit Gouda meldt men nog aan de
„N. R. Gt." omtrent de confrontatie
van Rosier het volgende
.Dadelijk na. aankomst aan het po
litiebureau werden verschillende per
sonen opgeroepen, om met den ver
dachte te worden geconfronteerd, die
allen in Rosier den persoon herken
den. dien ze in den avond, vooraf
gaande aan de inbraak, in den om
trek van de woning van de weduwe
Overgauw Onder de Boompjes hebben
gezien.
Rosier onderging op het politiebu
reau nog verschillende verhooron. Hij
b idld zich echter zeer onverschillig en
antwoordde slechts kort of in 't ge
heel niet.
Ongeveer half vier werd hij per rij
tuig overgebracht naar de wijkverple
ging aau de Haven, waar de weduwe
Overgauw wordt verpleegd, met wie
Rosier daar ter plaatse werd gecon
fronteerd.
De weduwe, die naar omstandighe
den vrij wel is, doch nog al last heeft
van koorts, HERKENDE IN ROSIER
ONMIDDELLIJK PERTINENT DEN
PERSOON, DIE BIJ HAAR HEEFT
INGEBROKEN in den nacht van j.l.
Vrijdag op Zaterdag.
Onder de personen, die Rosier ver
der hebben herkend, behoort ook
iemand uit Zevenhuizen, die in Ro
sier den man herkende, die bij hom
voor de woning heeft staan zingen.
Hoogstwaarschijnlijk om aan eonige
centen te komen.
Een groote massa mensclien had voor
het politiebureau en voor liet gebouw
dei- wijkverpleging post gevat, om, ais
't kon, den beruchten inbreker to zien.
En aan velen is dit gelukt. Sommigen
herinneren zich, of meenen zich ten
minste te herinneren, Rosier ook in de
laatste dagen der vorige week gezien
te hebben. Doch al deze dingen zijn
slechts geruchten, en daarom vermeld
ik ze maar liever niet.
Rosier zou er slechts pleizier van
hebben, als hij ze zou kunnen lezen,
zooals hij ook plezier heeft gehad van
al de vroeger gepubliceerde berichten.
Dit heeft hij tenminste aan een der
veldwachters verteld. Tegen de veld
wachters wil hij zijn mond nog wel
eens open doen, maar zoodra een der
rechtere het woord tot hem richt, te
hij zoo gesloten als een pot. Eens heeft
hij gesproken. Het was toen een der
heeren hem vroeg, of hij nu werkcliik
Rosier niet was.
Hij antwoordde daarop
„Dat lteb ik reeds aan den veld
wachter gezegd."
Dat was alles.
't Voornaamste echter is, dat hij door
allen is herkend. Doch er is meer be
wijsmateriaal, wat de politie nog niot
direct kan en mag meedeelen.
Dit wordt echter spoedig gepubli
ceerd.
Rosier werd weder per rijtuig naar
het station gebracht, waar hij langa