BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD Wandelingen ZATERDAG 17 MAART. DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S DAGBLAS? KOST f 1.20 PER 3 MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 55. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Natuurhistorische IN EN OM HAARLEM. cm. Een onderwerp, geheel van Natuur historische)! aard, zijn de schooltui nen. Een ieder weet reeds wat dat zijn, waartoe ze moeten dienen en m enigen onderwijzer heeft zich in de zen reeds beijverd om te doen, wat hij doem. Icon. Dat er velen zijn ge weest, die h et doel wel eens een weinig voorbijgestreefd hebben, dat anderen van al hun pogen zoo wei nig resultaten kregen, och, dat ligt voor de hand. Zoo gaat liet gewoon lijk. Er zal wel eens iemand moeten opstaan; die de zaak ter hand neemt, want waarlijk in die richting is er nog een terrein, dat zoo braak ligt als wat ter wereld, 't Is er mede, als met een groote plek woeste grond, waaraan nijvere kleine lui zoo jaar in, jaar uit kleine stukjes ontwoeke ren, in cultuur "brengen, en daarvan de vruchten plukken totdat eindelijk lnm draagkracht is bereikt, totdat ze eindelijk genoeg hebben om te bear beiden, genoeg om te bemesten enz. Het grootste deel blijft braak liggen, totdat het geheel door anderen wordt aangepakt, die de zaak grondig aan vatten, en binnen enkele jaren is de zaak beslist, en al moet daarbij dn de eerste jaren dan ook eenig geld, spoedig begint men vruchten te oog sten, de kleine winsten worden groo ter, en een vruchtbaar geworden plekje grond vermeerdert, den na-tio- nalen rijkdom. Zoo ook met de schooltuinen en wat daarmede middellijk of onmid dellijk in verhand staat. Over het nut van dergelijke tuintjes is men het al lang eens. Ze kunnen in goede han den een belangrijke factor worden voor., bet enderwijs. Over de bijzon dere inrichtingen, over' de manier waarop de zaak dient aangepakt te wonden, is men het ilang niet eens, en wel, naar ik geloof, om de een voudige reden, dat nog lang niet ge noeg is vastgesteld, welk doel men zich daarbij voorstelt. Men spreekt er veelal over, alsof men reeds igebaat is, als aan de ver schillende onderwij sinricb tingen maar voldoende aanschouwingsma teriaal kan worden verstrekt. Aanschouwingsmateriaal, waarvoor Natuurlijk voor het onderwijs in de plantkunde. Maar dan dient men toch in de eerste plaats eens te we ten, wat er ,zoo al van de planten op de verschillende scholen behandeld dient te worden. Dat de lagere scholen daarbij een grooten rol zullen moeten spelen, ligt voor de hand, om de eenvoudige-re den, dat daar aanschouwing op den Haarlemmer Halletjes Een Zaterdagavondpraatje. o-- Een jaar of wat geleden kon Haar lem met eenig recht de stad der quaesties worden gtenoemd. Toen wou het toeval, dat er achter elkaar drie of vier lastige zaken op de prop pen kwamen, die de gemoederen aan (men kan ook zeggen van) de kook brachten, maar na den storm is een windstilte ingetreden en maken we hier volstrekt niet méér ruzie, dan in andere gemeenten. Zelfs is het stil ler dan ooit en wanneer niet deze week een heele verzameling dikke woorden waren geuit aan 't adres van politie en justitie over de nog altijd maar niet eindigende Hogerhuis-zaak, dan zou men haast kunnen denken, dat Haarlem ging hehooren tot de 'villes mortes (doode steden) van Ne derland. Daar komt me nu midden in die kalmte een van onze grootste dag bladen mef een bericht onder het op schrift Weer een Haarlemsche Quaestie. Je schrikt als je 't leest. Wat zou er aan de hand wezen? Is de Groote Kerk zonder vergunning van B. en W. een' halven slag omge draaid Hebben de bewoners van de Bakenessergracht op een nacht stil letjes die gracht gedempt? Niets van dat al. Het heele geval loopt over trottoirbanden. Bij een aanbesteding van dit „gewichtig" artikel heeft niet de laagste inschrijver A. de bestelling gekregen, maar een andere inschrij ver B. A. kwaad vraagt, aan den Raad om in zijn rechten te worden hersteld. Burgemeester en Wethou ders, hierop adviseerende, verklaren dat de directeur der openbare werken het financieel belang der gemeente verbonden heeft aan den eisch van voorgrond treedt en in de tweede plaats, omdat het aantal daarvan verreweg dn de meerderheid is. Is men nu op de andere inrichtingen soms gebonden door een examen, dat in 't zicht is, dan wordt de weg wa,t meer afgebakend, maar bij de lagere scholen zal in de meeste gevallen het wel meer te doen zijn om de ont wikkeling van de verstandelijke ver mogens, dan om het aanbrengen van tal va.n namen en begrippen. Leeren waarnemen en vergelijken zal daar wel steeds op den voorgrond staan; maar dat waarnemen kan op zeei verschillende manieren plaats grij pen zeer verschillend materiaal kan daarvoor als grondslag dienen. En vreemd genoeg^ gaan vele voorgan gers op 't gebied daarin op heel vreemde manier voor. Tal van nieti ge planten en plantjes, van wier voortbestaan onze maatschappij niet in de geringste mate afhankelijk is, worden tot in de fijnste bijzonderhe den nagekeken en bestudeerd. En nu mag dit op zichzelf nuttig zijn veel nuttiger kan die tijd besteed worden door in de eerste plaats wat belang rijker planten te nemen hoornen, cultuurgewassen, enz. en in de twee de plaats daarvan de voornaamste bijzonderheden te bekijkener as af wisseling genoeg. Hier 'weidt men wat uit over den bladstand, daar is het de vrucht die wat meer op den voorgrond treedt, elders weer de za den, enz. enz., doch alles te zamen wordt stukje voor stukje het oog wat algemeener ontwikkeld en in wat meer practische richting. En dan toch nog is er variatie genoeg mogelijk, en dan toch nog ,al was nu het aan tal te bespreken planten ook juist bepaald, dan nog behoefde het onder wijs niet naar een algemeen model geschoeid te worden. Dezelfde zaak kan door twee verschillende personen op heel verschillende wijze worden aangepakt, beide in 't geheel niet strookende met onze zienswijze, dan toch nog kunnen de resultaten wel goed zijn, boven onze verwachting, wanneer ieder op zijn beurt voor dat gene, wat hij geeft maar alles ge voelt. Dus de schooltuinen zouden aan schouwingsmateriaal kunnen geven, hoe en op welke wijze de aanvragen in te richten zijn, hoe en wanneer aan die aanvragen kan worden voldaan zou nader moeten worden geregeld, en dat een toegeven aan elke aan vrage maar zoo niet kan, zal ieder inzien, als bijv. zulks zou moeten dienen om maar eens een mooi bou quet in school te hebben, of als 't was een toegeven aan de zucht, om ook eens wat te vragen. Dan toch zou een terrein aanwezig moeten zijn grooter dan men wellicht zou denken; want al is de natuur ook zoo dankbaar mogelijk, al geeft -ze wat ze kan, spoedig zou er „neen" moeten worden gezegd. Er zou van tal van bloemheesters bijv. een heele voorraad aanwezig moeten zijn wilde men allen tevreden kunnen stellen. Hoeveel spinazie, om maar eens iets te noemen, zou er niet geteeld moe ten worden, om aan alle aanvragen t,e kunnen voldoen, als men n.l. eens van plan was zijn leerlingen daar van eens alles te laten zien, tot proe ven toe. Men ziet dus al zoo wat, waar ik heen wileen centrale •schooltuin. Een tuin dus waaruit men het allernoodigste aanschou wingsmateriaal zou kunnen 'beko men, een tuin, die de verschillende schooltuintjes van materiaal zou kun nen voorzien, het eene jaar wat vïo- len, dan weer primula's, slaplanten, kooien, een enkel heestertje, stek- materiaal enz. enz. een tuin, waarin de leerlingen on der leiding van den onderwijzer zou den kunnen zien, hoe de planten ge zaaid worden, hoe men gaat stekken, hoe.. maar waartoe meer. In 't kort dus een tuin, groot ge noeg om eens een hoekje koren te kunnen teelen, om den leerlingen eens te laten zien, hoe men onze groenten kweekt enz., maar er is veel te veel aan verhonden, om dat alles in zoo'n kort bestek nauwkeurig te bespreken, "t is me dan ook maar te doen geweest om er cle aandacht eens op te vestigen. Mocht er een maal eens nader werk van worden gemaakt, dan Is het te hopen, dat voor men tot uitvoering overgaat de wenschen van het onderwijs zelve ook eens gehooid worden. J. STURING. VRAGENBUS. Den lieer v. C te H. Het verschijnsel waarover U me schrijft, doet zich meer voor, n.l. dat aan één tulp meer bloemen komen. Dit kan op twee manieren. Ten eerste Kun nen er meerdere bloemstengels uit den bol te voorschijn komen (sterke krachtige hollen, eigenlijk meerdere te zamen), en ten tweede kan de bloemstengel zich vertakken, zooals dat met uw „ducje" het geval is. Aan mej. Ch. te H. Zeker wil ik gaarne aan Uw verzoek voldoen het is altijd prettig te vernemen, dat je werk op prijs gesteld en tot vra gen enz. aanleiding geeft. Uw droog bloeier, zeker de „wonderbol", of lie ver met eigen naam Arum cornu- tum, was de oorzaak van den rede twist .Vergun me een klein pasje ter zijde. Als we eens een wagen vol •as laten drogen, dan ontwijkt er heel wat water, en als het eenmaal hooi geworden is, is er nog wel wat in, maar de grootste hoeveelheid is er uit. Dat hooi laten we kennis ma ken met een vlammetje, n.l. we ver branden het doch zoo, dat we alle asch nauwkeurig bewaren, dan zien we, dat het gras bevatte 1. water, 2. brandbare stoffen en 3. asch (onbrandbare stoffen). Dit Is steeds met alle planten het geval, zoodat we hebben na te gaan, waar de planten 1, 2 en 3 vandaan halen. Het water wordt door de wortels uit den bodem opgenomen en is voor allerlei doeleinden in 't planten- lichaam noodig. Een daarvan is het vervoer van de plantenvoedingsstof- fen en zooals ons uit de verbranding blijkt zijn deze van tweeërlei aard brandbare en onbrandbare. De on brandbare, zooals kalk, kali. enz. moe ten mede uit den bodem worden op genomen, dit is de mest. De brand bare suiker, zetmeel, olie enz. wor den niet uit den bodem opgenomen, maar worden in het plantenlichaam bereid en wel in hoofdzaak uit het water van den bodem en het. kool zuurgas, dat in de lucht- aanwezig is, met meerdere of mindere hulp van de uit den bodem opgenomen mest. Daarbij speelt het zonnelicht een zeer voorname scheikundige rol, dat brengt n.l. de ontleding van dat kool zuurgas tot stand en de verbinding van een deel daarvan met bet water tot zetmeel. Dit zetmeel, enz. is voor de planten het reservevoedsei, waar uit ze putten kunnen in moeilijke omstandigheden. Alle overblijvende deelen bollen knollen, wortelstok ken, zaden enz. bevatten naast water en een weinig aschbestanddeelen steeds heel wat van dat reservevoed sei, zoo ook met uw knol. die zonder water, zonder aarde kan bloeien. Hadt U nu den omtrek van uw knol en tevens 't gewicht bepaald (indien de bloemstengel nog niet. veris in geschoten*, kan zulks nog), dan zoudt U zien. dat na den bloei de omtrek en het gewicht (met de bloem er bij) enorm verminderd zijn. En toch is de voedselvoorraad dan nog niet op, want naast den bloemsten gel aan den voet vertoont zich op nieuw een knop, 't. is een gewone biadknop. A'ls die zich verder gaal ontwikkelen, wordt, het tijd, dat de knol weer in den grond komt, wil men ten minste niet, dat de plant zichzelve geheel uitput. In den grond ontwikkelen zich dan spoedig wortels die" onder opname van water en zou ten (mest.) dat blad tot volledige ont wikkeling brengen, natuurlijk heeft dat ook nog weer aan den knol wat reservevoedsei, zetmeel enz. gekost. Nauwelijks echter heeft, het groene blad zich ontwikkeld of de zaak ver- deugdelijk werk. A., nog kwader, komt nu op tegen deze opmerking, wat begrijpelijk is. Het geval wordt nog ingewikkelder door technische fijnheden. Weet u wat staande groe ven in trottoirbanden zijn? Niet? Wat liggende groeven zijn dar.'? Ook niet Nu, ik evenmin. Moeten we ons daarvoor dan warm maken, als voor een Haarlemsche quaestie Ik denk er niet aa.n. Evengoed kunnen onze buren in Heemstede zich het harnas gaan aanschieten over het droevig lot van hun mede-ingezetene, nog wiel *een Raadslid, die een proces over naar hij meende tevee'l betaald gas- geld. voor den kantonrechter met vlag en wimpel heeftverloren. De zaak liep over een bedrag van... neen, ik durf liet niet zeggen. Laat ik eerst wat moed verzamelen. Over bet algemeen kan ik me begrijpen, dat iemand, die het om financieele redenen niet behoeft te laten, wel eens graag procedeert met. een ge meentebestuur. Je kunt overtuigd •zijn van de noodzakelijkheid van ge zag en toch af en toe eens kriebelig .worden als het op je zelf wordt toe gepast. Het Iieem steedse he Raadslid nu i s geen revolutionair, ik meen zelfs te weten, dat hij anti-revolutio nair wenscht te heeten. Geen tegen stander des gezags alzoo. En. toch ging hij aan 'I, procedeeren tegen ons gemeentebestuur om een som van geen vijftienduizend, geen vijftien honderd, enfin het moet er dan maar uit, om een som van vijftien guldens Het spreekwoord zegt Wie recht om een koe. Die geeft er een toe. Hoeveel maal vijftien gulden hier toegegeven zullen moeten worden, zullen alleen de procesvoerder en zijn advocaat vernemen. Maar, zal men zeggen,, het ging niet om de knikkers, maar om 't - recht van t. spel. Dat is ook van toe passing op een zeventienjarig meisje, bijna onderwijzeres, die wegens de Kinderwetten zal moeten lerecht- staan, omdat zij in den Hout een bloem heeft'geplukt. Geen hals-mis daad. De misdadigster behoeft geen slapelooze nachten te hebben over de straf, die haar wacht. Met een beris ping zal 't wel afloopen. En een in zender in dit blad heeft al bij voor baat de verdediging van het meisje op zich genomen, door de opmerking, dat in het zomerhalfjaar les in plant kunde moet worden gegeven en dat 1 de gemeente niet eens een behoorlij ken schooltuin beschikbaar stelt., zoo- j dat het den inzender verwondert, dat dergelijke overtredingen al niet veel vaker zijn gebeurd. Is dus voor de scholen het zomer halfjaar al begonnen? Zoo ja, dan prijs ik het optimisme bij ons lager onderwijs. Maar zonder gekheid is die redeneering van den galanten in zender niet een klein beetje falie- 'kant? Mag een onderwijzeres of een aanstaande onderwijzeres de dingen, die zij ter uitvoering van het leer plan noodig heeft, en op geen andere manier krijgen kan, gaan kapen? Als dat regel wordt, voorzie ik de ijselijkste dingen. Stel dat een onder wijzer het hoog noodig vindt, zijn leerlingen eens een volledig denk beeld te geven van een olifant. Hij heeft zoo'n beest, nietde gemeente zorgt niet eens, dat er een olifant voorhanden is ten dienste va.n 't aan- j schouwelijk onderwijs. Onze onder- wijzer, niet voor een kleintje ver- vaard, weet raad. Hij tramt naar Amsterdam, schaakt den' olifant uit Artis en komt den volgenden dag triomfantelijk het beest in de klasse I demonstreeren Voor olifanten hebben we een plaat, zal de onderwijzer zeggen. Ei, en voor bloemen heb je platen in soor- tenen heele boeken vol beschrijvin- gen. Laat ons de zaken beschouwen zooals ze zijn en van het meisje,, dat 1 de bloem plukte verklaren, dat we er haar niet om zullen haten, maar dat j toch desniettemin het plukken van 1 bloemen in openbare parken een bal- dadigheid is, waarvoor ontwikkelde jonge menschen te hoog behooren te staan. Ik sprak daar van berisping. Den vierden April aanstaande zal de kan- j tonrechter eenige overtreders volgens de Kinderwetten berispen. Wat ze gedaan hebben De een heeft met geschoeide voeten tegen de deur van een pakhuis getrapt. De bijvoeging „geschoeid" is veelbeteekenend, ze wijl blijkbaar zeggen, dat 't feit, ware het. met ongeschoeide voeten bedre-1 ven, de straf wel meegebracht zou i hebben. Ga maar eens voor een pak- huis staan, en schop daartegen met je uioote voetMaar dan asjeblief tegen !je eigen pakhuis, anders kom je ook voor den rechter De tweede zondaar heeft met kas- tanjes naar de electrisc.be tram ge gooid,., een nare liefhebberij, die zeker straf vordert en de vierde heeft met. steenen gesmeten naar een in het bericht niet genoemd doel, maar dat er zeker niet speciaal voor bestemd zal zijn geweestbovendien heeft hij een winkeldeur opengegooid, hetgeen ook niet te pas komt in het gure winterweer. Zij zullen nu berispt worden over deze feiten, in tegenwoordigheid van I hunne ouders. Best, Dat werk is aan Mr. Van der Mersch wel toever- trouwd. Maar waar ik verbaasd over sta is dit, dat terwijl de zaak op 12 Maart is berecht, de berisping pas op 4 April volgen zal. We waren het l er allen, dacht ik, zoo treffend over eens, dat een kind onmiddellijk de andert. Korreltje voor korreltje wordt onder invloed van 't zonlicht uit wa ter en 't koolzuur der lucht het zet meel gevormd in de groene deelen, en weer vervoerd naar de bewaar plaatsen, hier de knol. Steeds groo ter en grooter wordt die, zelfs is er genoeg om hier en daar kleinere knollen te doen ontstaan, die welis waar niet genoeg krijgen om te kun nen bloeien, maar nog maar een jaartje geduld en ze zijn ook zoo ver. Zooals U dus ziet, hadden beide par tijen gedeeltelijk gelijk1 en 3 ko men uit den grond, 2 daarentegen voor 't. grootste deel uit de lucht, doch alles te zamen genomen gaat steeds hand aan hand. Den héér L. te Z. Zeker ken ik dat vreemde diertje, het is de veenmol. Of het schadelijk is, vraagt .ge. Nu, dat zou ik denken, vraag het maar eens aan de kwee kers. Die doen,; wat in hun vermogen is, om ze te vernietigen, gewoonlijk door ze weg te vangen. Wil men dit met succes doen, dan dient men de leefwijze van dit dier eerst wat nader te bestudeeren. Misschien kom ik er de volgende week wel op terug. J. STURING. De wraak van den Doode Door GEORG LUNEBURG. In een eenzame kroeg aan den weg, welke van Coolgardi.o naar- {Manziek in de West-A ustraliseh e i goudvelden leidt, ging liet op den middag van een heeten Februari- dag zeer levendig toe. Tiet was in den tijd. dat de spoorweg nog niet was gelegd en de postkoets van Cobb Co. no,g lief. verkeer tusschen de beide plaatsen onderhield. Bij de bar stond een groep per- suilen die wol ©enigszins vreemd j bij elkaar afstaken. Mannen in on- berispelijke 'kleeding. zjj het dan i ook erg. bestoven door de reis en I goudzoekers in het meest primitieve diggerscostuum. jong en oud, aan- zienlijk en gering, maar allien naar het scheen ij vorig hun best doende, orn bet stof in hun kelen met de whisky van den kastelein naar be- neden te spoelen. j Voor de deur stond in den zonne gloed de mailcoach, ale postwagen. De vijf paarden lieten de koppen hangen en maakten van het korte I o ogenblik va.n a-ust gebruik om wat te slapen, voor zoover tenminste de vliegen, wélke bij duizenden om hen i li een vlogen, hun dat niet verhinder- den. Hun bestuurder stond eveneens bij de bar. Welnu. gentlemen, riep hij thans, als ge 't goedvindt, gaan wc weer verder. Instappen als 't u be lieft. Maar daartegen protesteerde een der goudzoekers op luiden toon Och wat, Jim, je komt altijd nog- vroeg genoeg in Mienzres. Hoort straf moet gevoelen voor 't gepleegde kwaad. En nu ligt er hier tusschen verhoor en straf weer een tijdsruimte van drie weken. Meer dan lang ge noeg, om het kind de heele overtre ding te doen vergeten, Eén ding vind ik daarbij gelukkig en wel, dat de ouders bij de berisping- present zullen kunnen zijn. Als ik een beetje kijk op ouders hel>} dan zullen zij zich deze berispingmin stens evenveel aantrekken als hun baldadig kroost, waarvan het gevolg wel eens kan wezen, dat de zondaars wanneer ze thuis komen, nog eens een flink pak op de broek toe krijgen van vader, wat ik (onder ons gezegd en gebleven, want dat mag je in on zen overzachten tijd niet zeggen) een heel nuttige zaak vind. Een moeilijk ding is de opvoeding-. Er moet ook een beetje fortuin bij, ik bedoel niet vermogen, maar geluk. Soms draaien kinderen, waai- alle zorg aan besteed is, door 'een samen loop van omstandigheden toch nog den verkeerden kant uit. Van sommi ge misdrijven kun je niet anders zeg gen, dan dat ze gepleegd zijn uit on benulligheid. Bij een ingezetene wordt een bankje van zestig gulden vermist hij verdenkt de dienstbode, die voor plezier de stad uit is en jawelze valt door de mand. Meer dan de helft is nog over. Maar stel u nu voor. dat het meisje een spaar bankboekje bezit, waar ze niet aan geraakt heeft, Is het niet. om mede lijden te krijgen? En toch heeft ze, om de zestig gulden te pakken te krij gen, een kast en een trommel moeten openbreken Raadselachtig zijn vele verschijnse len in 't menschelijk leven. Zoo heeft men gevraagd, hoe 't toch komen kan, dat het dammen, een spél dat langen tijd zoo weinig in tel geweest is, nu weer opkomt en meer en meer eens jongens, ik geef nog een rondje! Gij allen zult up het welzijn van Bob Turner drinken. Moge u liet ge luk ter zijde staan, zooals het dat liem deed. Joe. schenk al deze heeren nog eens in Bob Turner haalde uit zijn zak een dik pak bankpapier en nam er een biljet van vijf pond af. Hij sloeg op de toonbank, dat de glazen rin kelden. Daarna stak hij de bankno ten weer in den zak. Joe Banks, de kastellen, wachtte niet lang of Jim de koetsier, de rei zigers en de andere gasten goed zon den vinden de uitnoodiging aan te nemen. Dat sprak immers van zelf en bovendien moest van deze gelegen heid van oponthoud gebruik Worden gemaakt, om zooveel mogelijk van zijn slechten whisky aan den man te brengen en zooveel mogelijk goe de shilling-s daarvoor in het laatje te strijken. Jim stelde voor, dat men op Bob s gezondheid zou drinken, en luide dreunden de lioera's door de kleine kroeg. Toen riep Jim Maar nu - alle man aanboord als 't u belieft De meeste personen uit de kroeg gingen met hom inee naar buiten en van alle kanten klauterde men in en op de mailcoach. Maar Bob Turner vond hei vol strekt niet goed. dat er aan de mooie drinkpartij zoo spoedig een einde zou komen. Hij snelde de anderen ach terna en beproefde nu eeus den een dan den ander bij de beeuen van. zijn i ion ge zitplaats weer naar bene den te trekken. Toen hem dat niet wilde gelukken, greep hij de teu gels die Jim juist had opgenomen, en schreeuwde met een stentorstem - Gentlemen, dat is niet moo», dat ge zoo aan den haal gaat. Hier is het ellendige overschot van de vijf pond en. de drommel zal me halen, •'als dat ook niet. verteerd wordt. Jim, jij oude krokodil, kom je eens dade- i lijk naar beneden en drink nég eens i mee I Den volgenden keer. zei Jim en legde de zweep op de paarden na- j da! hij Bon een zoo hcvigcn stool I had. gegeven, dat deze vau het vcor- rad, waarop hij stond naar bens- i den viel en zoo lang als hij was in bet zand rolde. i In vollen galop rolde de wagen weg. Een der passagiers riep - Een hoera voor Bob Turner I i En terwijl drie krachtige lioera's uit een groote stofwolk o.pstegen. j stond hij. wien ze golden, met- een krachtigen vloek weer van den grond op. i Kom Bob, ik drink er nog een met je. klonk daar naast hein een stem. welke toebehoorde aan een man, die naar het uiterlijk te oor- deelen, eveneens een lid van den honorabelen stand der goudzoekers scheen te zijn. Bob keek hem een oogenblikje aan mot oogen. die niet meer volkomen duidelijk schenen te zien. En vervol- gens zei hij. terwijl hij hoen en weer wiegelde Sam Kearney, je bent welis waar slechts een gewone digger zoo als ik, maar voor een digger ben jo een buitengewoon geslepen schelm. wordt beoefend. Ik begrijp niet, dat iemand zich daarover verwondert, Is niet ons heele bestaan in dit lage polderland een dam-spel Waar zouden we blij ven bij stormen, zooals we er pas een gehad hebben, wanneer we niet veilig zaten achter dijken en dam men Alles om ons heen spreekt van dammenZaandam, Nieuwendam. Amsterdam, Edam, Monnikendam, wij bestaan bij de gratie van de we tenschap der dammen. En mocht soms iemand beweren, dat dat dit er niets mee te maken heeft, omdat liet woord damspel afkomstig is van jeu des dames, damesspel, daar liet voornamelijk bij 't schoone geslacht in trek was, dan neem ik toch geen woord van wat ik gezegd heb, terug. 1 Met belangstelling heb ik gelezen dat. de bloembollenkweekers gedre ven door het overvragen van de mest- schippers, coöperatief koemest willen aanschaffen. Ik heb daarover de mee ning gevraagd van een bekenden kvveeker, die ook aan sociale vraag stukken doet. Hij juichte het denk beeld toe, de tijd was er, meende hij, juist rijp voor. „Ten opzichte van de kweekers vroeg ik. ,tNeen". zei hij, „wegens het vee. Vergeet niet, dat de koeien meer en meer gewend raken aan het. coöpe ratief leveren van de melk in land bouwstreken vind je coöperatieve fa brieken bij hoopen. Welnu, waarom zouden ze dan ook niet overgaan tot coöperatieve levering van de mest Welk een voordeel, zoo dacht ik, ligt er toch in het hebben van een breeden blik op de dingen van den dag FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1906 | | pagina 7