BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD f 1.20 PER 3 MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. Een Verborgen Erfenis ZATERDAG 21 APRIL. DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S DAGBLAD KOST ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 55. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Natuurhistorische Wandelingen IN EN OM HAARLEM. cvni. Wie ontvlucht als stadsbewoner [niet graag de woelige, drukke stra iten, om buiten rust, frissche lucht stille, goedkoope genoegens te Ken? Eigenaardig is het, dat daarbij ook al een zekere mode, een r n aap en, een sleur ontstaat, want in vast negentig van de hon derd gevallen is de trek naai' Bloe- daal en Overveen. De cijfers der as bewijzen voldoende, hoevelen Bloeniendaal opzoeken en die, om te langer van de-schoone natuur te genieten, dit vervoermiddel kiezen, of heen, of terug, of heen en terug e. Wat het beste is, och dat zijn persoonlijke zaken, die ieder voor zich het beste uitmaakt. Wij willen ls een heel anderen kant uitgaan. Van af den Hout tot aan 't voorma- Klooster wordt Haarlem omge ven dooi' lage weilanden. Ook aan die zijde heerscht natuurschoon, al is 't van een geheel ander genre; ook daar zijn heerlijke wandelingen te maken, zoowel kleine ais groote, zoo wel van die korte eindjes, waarhij men op zijn schreden terugkeert, als van die echte lange wandelingen, die zoon ganschen namiddag vragen. Maar, vraagt ge, is het daar niet vreeselijk eentonig, al dat vlakke, la ge weiland, van uit de tram toch merkten we zulks meermalen op. Vol strekt niet, er is zelfs meer afwissen ling dan men denken zou. Laten we eerst eens zien, welke wandelingen daar al te maken zijn, om dan een volgenden keer eens één zoo'n wan deling wat nader uit te werken. Beginnen we daartoe aan den zuid kant van de stad. Het- Spaame over, even de Electrische tram gevolgd, maar niet den Burgwal op, maar rechtuit, dan staan we spoedig op het bruggetje over de Zomervaart met de scheepshelling en 't Spaame aan onze rechterhand, de Zomervaart links, en recht voor ons uit de Dub bele huurt. Deze langs, dan zullen we zien, dat we een zeer mooie wan deling hebben met tal van schoone gezichten over 't Spaame, over de weidelanden, een wandeling rijk aan afwisseling, rijk aan natuurgenot. Wordt de geheele wandeling te lang, welnu, we keeren op onze schreden terug om hetzelfde nog eens, maar thans van 'den anderen kant te be zien. Beschikken we over tijd en een paar flinke beenen welnu, dan ge nieten we van het landelijke van vele boerenwoningen langs den weg, <rm eindelijk voor de Ringvaart van de Haarlemmermeer te stuiten. Een flinke pont brengt ons spoedig op den Ringdijk, dien we langs wande len naar 't zuiden om dan over Heemstede terug te keeren. Afwisse ling is er genoeg, van ieders gading. We hadden ook de Zomervaart kun nen volgen, om meer in loodrechte richting den Ringdijk te naderen. Ook hier tal van schoone gezichten, landelijke woningen, natuurgenot •langs den weg, in de slooten, over de weilanden, in de lucht. Wie echt wil dwalen, droomend dwalen, kan zoowat halfweg de Ringvaart rechts afslaan, om langs een weg, in den beginne alleen gezoomd door weilan den, de Ringvaart bij Vijfhuizen te bereiken. Wie, vooral in den beginne, op zijn schreden halt houdt en zich omkeert, heeft een verrukkelijk schoon gezicht op de siad. Aan den Ringdijk gekomen, kan men wel den polder een eindweegs ingaan, doch die wegen leenen zich beter voor fietsrijders en automobielendan rest ons niets anders dan links of rechts te gaan en langs een langer en of korteren weg opnieuw de stad op te zoeken. Nu naar de Amsterdamsehe Poort. Die rechte, lange weg, daaraan even wijdig de Amsterdamsehe Vaart en spoedig ook de spoorweg; op den weg zelf ter weerszijden, die eveneens rechte ijzeren lijnen geven ons voor- loopig een gevoel van geklemdheid. De waterkant, dro vroeger den bota nicus herhaalde malen in verrukking i bracht is ook recht. I Afwisseling, och, die is er wel, I maar -voor den natuurliefhebber min- I der. Drie en twintig honderd Meter buiten de poort bereiken we e'ndelijk j een eldorado, dat de wandeling wel vergoedt. Daar een weiland thans 'goudgeel van de dotterbloemen, straks wit en rood van wollegras en echte koekoeksbloemen, om van tal 'i van andere planten maar niet eens te spreken. We komen er op terug, j Rechts voor dat weiland een zwart 'weggetje, zoo echt landelijk, met I zulke schoone punten. Boerenwonin- gen, dan dat breede water van de Ringvaart, neen, dat moet ieder be- j kooren. Of de wandeling geheel vrij is, we gelooven van neen, maar als 't gezelschap niet te groot is, en het gras nog niet te hoog, dan volgen we het voetpad langs de Ringvaart, om hij de Zomervaart weer uit te •komen. Is het alleen om de plantenwereld hij de Haarlemmerliede te doen, dan kunnen we bij de poort ook de tram pakken, die ons in een paar minuut jes brengt, waar we wezen willen. Toen we de Amsterdamsehe Poort uitwandelden, hadden we links ook een weg kunnen opgaan. Voor ieder is die wandeling aan te hevelen. Spoedig ïs men de Amsterdamsehe Vaart en den Spoorweg over en ge niet dan in alle richtingen, in alle opzichten. De Oude weg biedt hoven- dien ook in andere opzichten genoeg om ieder te bevallen. Hier die hout zaagmolen, ginds de watermolen, de plantengroei, de dierenwereld, bij zonderheden genoeg, schoone gezich ten over de weiden, op de stad, op de duinen zelfs, op de spoorbaan. Wie spoedig vermoeid is lteere op zijn schreden terug, anderen volgen ons tot Penningsveer. Daar is weer natuur schoon in overvloed en wat men *an den Duinkant mist, komt hier goed tot zijn recht, het water. Links voert een weg tot Spaarndam, rechts kun nen we doorwandelen naar de Lie om dan desnoods per tram de stad weer op te zoeken. En eindelijk nog regelrecht naar 't Noorden, den weg op naar Spaarn dam rechts het breede Spaarne met zijn industrie aan de boorden, links spoedig de bouwterreinen van het Klooster. Links afslaande, is men spoedig hij de Cavalleriekazerae, maar men kan ook verder gaan tot Spaarndam, om langs denzelfden weg, of over Santpoort terug te kee ren. Men ziet dus, wandelingen genoeg, maar, zult ge zeggen, erg zonnig. En in 't voorjaar dan, en in den zomer, als na vijven de felste zonneschijn voorbij ds, en... maar men ga zelve eens een oogenblik breken met de Feuilleton. (Naar het Engelseh). Ik vraag excuus, Anthony kent mij veel beter 1 Deze woorden lcwamen van Violet, die achter Tien liep en het laatsite gehoord had. Anthony kent mij beter dan iemand ten- wereld, en ik schaam mij ar over, dat mijn gedrag aanleiding heeft 'gegeven, dat Ceisar mij houdt voor degene, waarvoor hij mij zoo- even uitmaakte een meisje zonder hart of principes, die alleen leeft voor de pret en mooie kleeiren. Hij zal merken dat ik zoo niet ben. Dag Anthony I Denk aan mij als aan die Violet, waarin jij gelooft. Zij stapte in het rijtuig, dat voor de deu,r stond te waohten en Nancy an Cesar volgden haar zonder ver der een woord te spreken. Mr. Wickham, die langzaam ach ter hen aan naar het huis terugge wandeld was. stond op de stoep en hoog voor hen, terwijl zij wegreden. Voor Mrs. Egerton was er een an- gewoonte om steeds duinwaarts te trekken, men zal zien, dat dié veran dering een aangename is. J. STURING. VRAGENBUS. dat hij wankelde, die sterke Franz Harder. Maar ten slotté klonk uit den mond van den grijzen man in het zwarte gewaad 't woord over het graf „Al waren uw zonden zoo rood als schar laken, ze zullen wit worden als sneeuwen dat woord had hem be ter gesteund dan de doodgraver. f Toen beschonken jongelieden hem pemd de borst wil doen springen. Dan eens in de herberg plaagden, dat hij klemmen zijn handen zich krampach- een wilddief was, had hij er een met tig om de buks, de oogen in 't bleeke zijn reuzen-sterke handen bij de keel gelaat worden groot er als van koorts- gegnepen en sedert waagde het ni'e- gloed, elke spier trilt van opg&won- mandi weer, dat woord tegenover hem denheid en de ta nden slaan klappe- te gebruiken. i rend op elkaar. Zoo heeft ze helm Gesnapt heeft hem geen va.nl de weer aangetast de herlekoorts zooals boschwachters in al die lange jaren steeds hij dat geluid, dat geen echt Daar stond hij weer rechtop, de ja toch, één één enkelen keer, jagersbloed kan weerstaan. Eene se- oude strooper, maar zijn borst hijgde'maar die hééft niets verraden. En'conde lang doemt, voor hem uit het Den Heer v. D. t e H. De hees ter, waarvan U graag den naam de en een onderdrukt snikken «wafel mi is stom. Voorzichtiger als dBsctanentóker het feóó^feke'gd&S a ikT 4 T 1 -Dioearoooe mefc geweiq op euiaaj geklemde vos was hij anders, de sluwe zoon der.van zijn vrouw op. maar dan staat. Aalbes, t is mede een van de het lippen. Drie handen vol aarde, die wildernis, en de listen en streken, voor hem nog slechts het trotse he vroegst bloeiende heesters, die zijn met doffen klank op de kist vielen, kende hij beter dan al de groenrok-dierelk ander gevoel is onderge- bijnaam te danken heeft aan de en toen moest men hem met geweld ken met elkaar. Gevonden hadden degaan in de eenige. brandende beroer- kleur der bloemen. Zoowel bloem als wegvoeren van het graf, omdat hij gendarmes ook nooit iets in zijn huis-te om het hert te troffen. En daar heeft vooral blad doen aan onze gewone voortdurend schreeuwde: Jwl Le- je. Zelfs in den stremgem winter, to«mhij ook de kalmte weer. die noodig- is aalbessen herinneren de bessen ech- <5? d00r zl]n 81.1]en<tol1 laoh fe»da drie kinderen, die nu ook al onderom te treffen, -- langzaam heft l.ïf de ai essen neimneien, de Dessen een mensclien vrees aanjoeg. de groene zoden lagen, soms van hort-bnks tegen ddn schouder- de looi) ter komen mj deze heester met in i Toen had hij zich losgerukt enwas'ger schreiden, had hij er zijn eer in. wordt onbeweeglijk gehouden als een aanmerking. Hij komt in tal van va- met groote sprongen in de boschjes gesteld niets te stelen en; het gescho-muur voorzichtig kromt zich de riëteiten voor, met bloemen van een 'gevlucht hij >de wilde sloot. Hier zag ten wild had 'smorgens meestal daar vinger en klik. klik! - slaan de vuilwitte, tot hloedroode kleur, 't Is het momand, hoe hij met zijn harde gelegen, waarin de vroegte de be-hanen neer niet geladen, liet hert een dankbare heester waarvan men Yagers de grond omkrabde, hoe het ambten het moesten volgen. En eenschrikt en stormt aar groote sprongen ■nnrr fovia i-n'.v „„n. [krachtige ilidhaaim van het steunenechte jager was hij altijd, die steedsdoor het kreupelhout. Oq ee een taije kan annijaen ook sidderde als een espenblad, tot einde-den schoontijd in acht nam en steeds j De oude staat eerst als verstijfd Hij kweekt gemakkelijk van stek lijk eindelijk de tranen kwanten, den kogel doodelijk wist te doen tref-1 Maar dan vermindert de vreeselijk aa»- die bij het graf niet wilden vloeien, fen. Zijn jagertrots had ook hij, die [spanning in hem en hij valt neer als Aan mevr H te B We raden U eiï sterke man weende en weende voor de wet een strooper was, maar .door den bliksem getroffen. aan nw markies «iet te vee-1 lat™ lang zeer lanShelaas ook den onbedwingbarenharts- Een woeste smaal, lichamelijke pijn aan, uw perkjes niet te veel te laten Ten slotte klonk het als het geklaag tocht voor de jacht, welke dikwijlsveroorzakende, doorwoelt zijn borst opnoogen. Ze zijn dan veel meer )VaQ een kind. Hij had haar immers krachtige naturen eagen is. Wel had als hij tot bezinning komt en weet', blootgesteld aan uitdrogen, ten hij rook zoo lief gehad, zijn hleeke, stille hij daarmee geworsteld in mienigendat hij thans zijn woord heeft, gebro- het gieten loopt het meeste water er i vrouw, met de groote, bruine oogen, j slapeloozen nacht, zoo oprecht als een ken, hetwelk zijn Lene nog mei, haar gaandeweg af, zonder dat de planten d-ie gedurende de laatste vier jaren'man dat maar kan doem doch de laatste kracht hem heeft weten af te krijgen, wat ze noodig hebben. J. STURING, GEBOET Schets uit het stroopersleven, door Wilhelm Tröge. zoo koortsachtig schitterden, Nooit hartstocht was sterker geweest dan dwingen, de belofte, dat hij nooit had ze een: boos woord van hem ge-!zijn wil, sterker dan zijn liefde. j weer de buks zou aanleggen. Hij heeft boord, alle wenschen had hij haarj De boschwachters hadden niets van het de stervende plechtig en heilig bevredigd, slechts één, haar harte-! hem te vreezen hij wist het, ze de- j voor God beloofd, wat de levende nooit wensch niet, om welken haar de oogenden bun plicht, wanneer ze hem hun bereik L had. Maar nu gevoelt, li ij. dat eiken dag brandden van het weenen. [kogels achterna zonden, en een) moor- ook cle rast, van zijn eer verloren is. Dat ging boven zijn kracht. Hij weet' denaar wilde hij nog niét worden, se- Hij krijgt een gevoel van walging. Ja, thans, dat ze langzaam gestorven is <tert eenanaal mensohemblood zijn klce- -thans is hij volkomen rijp voorde ge- aan dezen onvervulden wensch, dat hen had1 gedrenkt, zonder zijn wil,vangenis, rijp voor de- boete, hij het stroopen zou laten, aan donweliswaar, maar dan toch altijd door En ..boete, boete!'' klinkt het van In de braamstruiken van de wilde vreeselijken angst, welken zij bijna zij,n, schuld, in een onzalig oogenblik. zijn lippen. Dit woord van den domi- sloot sluipt een man met zachte sehre- J nacht op nacht om hem uitstond,) Harder had thans het woud bereikt, jné heeft zich vandaag bij hel graf den naar het woud. De kleine, groenevooral ma d'ien nacht, toen hij thuis-Be grijsblauwe schemer schaduwendiep in zijn herinnering gegrift. hagedissen kruipen verschrikt in de j kwam met groote bloedvlekken aanbanden Octoberavond kruipen, uit) ...Boete!" openingen tusschen de steenen, als de zijn verscheurde kleeren. haar schuilplaatsen en sluipen ge- Een enkele, schelle kreet, die als plompe schoenen van den sluipendeHet had hem goed gedaan, dienheimzinnig om de oude stammen. Op een gehuil klinkt, en krakend vliegt onhoorbaar tegen hun staart stoo-ouden Harder, om in het kreupelhoutnauw zichtbare paden haast cle etroo-'cle kolf van de buks tegen den steen ten. I zoo te kunnen uitweenen. Het was' per zich voort, half uit vrees, dat hij harden eikeboom en verdeelt zich in Ja, het wild besluipen verstaat hij kalmer geworden in zijn binnenste en weer berouw zou kunnen krijgen overhonderden splinters; als waanzinnig uitstekend, de oude Franz Harder, en hij zag nu duidelijk, dat hij nog hetgeen hij voor heeft. slaat Harder toe, steeds weer met m de wilde .sloot kent hij elk steen-slechts twee wegen had te gaan op dei Weldra is hij aan het doel van zijn reuzenkracht de loop kromt zich tja. Het zijn er immers -wel veertigwereldvandaag nog eenmaal naar tocht, bij dén, dikken eik, een ouden.een laatste, klinkende slag en het jaren, dat hij de publieke wegen rn het woud en dan morgen naar de'reUS. dién men het leven heeft gela-waardelooze stuk ijzer vliegt met een het bosch mijdt; zijn haai- is indien hoofdplaats van het- district, naai-het ten midden in het kreupelhout. Hij 'groeten boog hier of daar in de striri- tijd grijs geworden. Vandaag doet hij groote grijze huis met de getraliedej)ukt zich voorover, bladeren en gras- ken neer. het met, omdat hij als strooper voor-vensters en de liooge muren. zoden vliegen op zij onder zijn woe- zichtig moet zijn, maar werktuigelijk j „Boete Boete had' plotseling eenleaacbe vingers, en uit een holte onder uit jarenlange gewoonte. Want wat stem in hem geroepen. Dat woordden diksten. wortel haalt hij voorzie!i- moest hij iwel in zijn zwart Zondags-greep plotseling met vasten vinger in: jjg ,een -waterdicht foudraal voor den pak op de jacht doen? 1 zijn ziel en gaf sterkte en kracht om dag, waaruit hij' aarzelend de korte Hij heeft zich niet den tijd' gegundeen besluit te nemen. j j,uks met dubbelen loop neemt, om het pak uit te trekken, waarin hij I Zijn ouden sluipweg in de wilde j Doe liefkoozend strijken die ruwe voor een uur zijn vrouw heeft hegra-sloot gaat hij daarom heden voor de handen over het koude ijzer, alsof ze nwrap7fmKm verwaro ven, zijn Lene, voor wie bij gaarne laatste maal betreden. Er zal een eind j afscheid wilden nemen en vergiffenis ff/ «3.®7,™yarci daar onder de aaide zou liggen, tus-aan komen. Wat anders zijn leven vl.ao-,m voor hetceen ze willen doen. In i J dlU,j scfaen de witte en zwarte kruisen. Ais juitmaakte zijn liefde en zijn jacht-Het wapen is de geheime trots van gjg8,- handel «rborSSf heifer eeloj aangeschoten stuk. wild is hij weg I lust, zijn «tamnfe vrouw iierft liet Harder geweest. Hij heeft W| statror»! s5'.."Ui*-SSrg. dromlfls nief zaj gestormd van den kiemen doodmak-: meegenomen onder de aarde Mat zal uit zijn mond gespaard, tot hij liet ker, waar alle mensohen hem zoo hij alleen nog hier doen? Maar een i{0.n 1,-000en voor verscheiden blanke1 r, vnigei3 auor zonderling aankeken en de predikant afscheid moet liïj toch nemen, een af- j guldens, het nieuwste en beste, wat SlJPe'e?V Tiarde man schaamt zich dar rijtuig besteld en terwijl het voorreed, kwam zij met haar doch ter naar buiten. Anthony, ik verzoek je dien mijnheer te vragen voor mij op zij te gaan, zei ze tot haar zoon, ter wijl zij minachtend met haar hand in de richting van Mr. Wickhaim wuifde. Niets anders dan heleedigin- gen heb ilc moeten verduren sinds ik 'hier in huis kwam, en ik wensch dit huis noch zijn bewoners ooit weea- te zien. Je zuster Christal weigert met mij terug te keeren. en hoe weet ik, wat er hier van haar zal worden? Ik heb nooit moeite gedaan een „mijnheer" te schijnen, mevrouw, zei Mr. Wickham. Ik ben mijn ge heele leven een eenvoudig, eerlijk werkman geweest en dat wensch ik te blij ven. Wat uw dochter betreft, u kan gerust over haar zijn. Ik zal zorgen, dat zij alles krijgt, iwat zij noodig heeft. En u moet bedenken, dat het haar vergund' is een harer bloedverwanten bij zich te hebben. Het is een groot vermogen, dat uw broeder heeft nagelaten en eenige der andere geïnteresseerden zouden kunnen besluiten het zoeken niet geheel aan ééne over te laiten. Mrs. Egerton keurde hem geen ant iwoord waardig, maar stapte .vol ma jesteit naar het rijtuig. Anthony drukte Mr. Wickham vriendschappelijk de hand. .vóórdat BoeteBoete Een raaf schiet verschrikt met ake lig gekras omh.oog. In de takken dei- eiken trillen de bladeren, trillen als van medelijden met het menschen- leed daar beneden hen. De oude man is weer bij den stam 1 neergezonken. Verward en vochtig over 't voor met Ui et wit-te haai-, met maar doordringende oogen, op zoozijn woud, dat (beun, het natuurkind, aangrijpenden toon sprak van schuld meer geweest is dan de rnenschien. en verzoening, van berouw en boete. Hoe -dikwijls hebben die woudreuzen Hij was -altijd reeds wat bang ge- zijn trouwen kameraden, hem niet in weest voor deze oogen van den ziele- 1 herder, die hem telkens op den bodem zijner ziel schenen te lezen, alls de predikant bij het strooleger van de uitgeteehdé vrouw zat. Maar vandaag, bij het graf van zijn Lene hebben ze hem door en door gekeken, dlie oogen en de lijkrede hebben zijn hart getrof fen, zoo juist aJs zoo dikwijls zijn ko gel liet 'hert trof. Daar zag hij ze opeens alle, de zwarte schaduwen van zijn leven, hoe ze met hem rondom het vierkante gat in den grond stonden en met akelige vingers wezen naar de lijkkist. Daar hoorde hij haar droevige, beschuldi gende stemmen „Je hebt ook haar, die daar rust, door je hartstocht onder den grond gebracht 1" En één gedaante was er bij, van wie het bloed in dikke, roode drop pels op 'tmos vloeide. De doodgra ver had hem moeten vasthouden, om- hij heen ging. maar Laura nam 'geen notitie van hem. Waar ben je na de lunch ge weest, Anthony vroeg Mrs. Eger ton, toen zij in het rijtuig zaten Ik wilde jou opdragen dat koppige meisje tot rede te brengen door haar het idéé om hier te Mij-ven uit het hoofd te zetten, maar ik kon je ner gens vinden. Ik wandelde wat rond in liet park, zed Anthony, die geen Lust had over zijn engagement te spreken, tot dat hij veilig en wel thuis was. En wat Christal betreft, ilc zou maar niet trachten haar van haar plan af te brengen. Als zij (het geld eens vindt, wat zal u dan zeggen Het geld vinden, riep Mrs. Egerton, met minachtend hoofd schudden uit. terwijl Laura beleedi- gend lachte. En hoe zal zij van het naodige voorzien worden, terwijl zij daar is, dat zou ik wel eens willen weten. Daar zullen wij over spa-eken, als wij thuis zijn, antwoordde An thony. Haar zoon was de eenige, door wien Mrs. Egerton zidh iets liet zeg gen en als 'hij verkoos zijn wil door te drijven, dan kreeg hij dat altijd gedaan. Hij was onveranderlijk be leefd en oplettend, en het was Mrs. Egerton onmogelijk hem te krenken. Ook wist zij. al zou zij het nooit die geweermaker in voorraad had. En nu wil hij de buks voor den laatsten keer omvatten, wil hij met eigen hand stukslaan, verplette ren? Zeker, 'het moet immers ge- hun dichte takken verborgen voor de leuren, moet gebeuren. BoeteBoe- kogels van zijn vervolgersHij ziet ze thans voor de laatste maal. En een afscheid voor *t leven zullen ze hem thans toéroepen, de duizenden ge heimzinnige stemmen van de wilder nis, die hem reeds bij de kolenbran dershut van zijn vader het wiiegel'ied zongen, 't Woud is immers zijn ouder huis -en met het wild heeft hij als kind in het kreupelhout gespeeld. Zoo zat hem de jager in"hét bloed, en daar de eigenaar van het woud wegens een oude vijandschap met zijn vader trots alle smeekbeden liem niet onder zijn jagers had willen opne men, moest hij houtsnijder worden enstrooper. 'i Sprak van zelf, het was volkomen logisch. Trouwens, een strooper van een andere soort dandle schelmen, waarvan dertien in een do zijn gaan, die uit geldzucht neer schieten wat -hun Voor Tt geweer komt, of strikken zetten. Een rilling gaat door zijn lidhaaan, en een gekreun ontwringt zich aan zijn borst en langzaam rollen twee heete droppels over den loop. Maar wat is dat'? Als een diepe, gedragen orgeltoon klinkt liet daar uit de" verte. Luisterend staat het woud. Nu dichter en. dichter bij, voor de tweede, voor de derde maal. Thans drie korte, knorrige geluiden van toorn mannelijk, krachtig en ontroe rend dreunt de strijdkreet van den koning van de wouden door dé stilte. Een zenuwschokkend geschreeuw uit elementaire kracht door de echo der bergwanden zachter herhaald. Nu kraakt liet in de struiken en majes tueus stapt een hert naar den eik. Harder is een oogenblik ineenge krompen, alsof hem een zweepslag had getroffen. Al het bloed stroomt hem naar liet hart, da,t woest klop- zelfs niet tegen zichzelf erkennen, dat hij eigenaar was van alles, wat zijn vader had' nagelaten en een ver borgen maar, sterke vrees van te ver tegenover hem te gaan, maakte dat zij zich in haar houding tegenover hem nooit te buiten gingDaarom ontving zij hem ook met ongewone zachtheid, toen hij haar na het mid dagmaal vertelde, dat die tijd vo:or de discussie, die zij- verlangd had, was aangebroken. Er zijn een paar dingen, die ik u wilde zeggen, zei hij. terwijl hij een voetkussen voor haar ha,tilde en toen naar de kachel keek. Je be hoeft niet weg te gaan Laura, het is zelfs veel beter, dat je hier blijft. Ik was ook van plan te blijven, merkte die jonge-dame kalm op. En ik ben ook overtuigd, dat ik weet, wat je van plan bent te zeggen. Moe der, bereid u voor op het aannemen van een schoondochter. Wat befceekent dat vroeg Mrs. Egerton, terwijl zij haar zoon ont steld aankeek. Je bent toch niet van plan mij te vertellen, dat je zoo dwaas geweest bent aanzoek te doen om de hand van Violet Malincourt? Laura is mij voorkomen ant woordde Anthony iwant juist dat- wilde ik u vertellen Ik ben ver loofd met Violet. Mrs. Egerton stond op met van woede trillende lippen. Vóórdat zij nog een sylabe kon antwoorden, stond haar zoon ook op, kalm maar beslist. Dat is het eene. wat ik u te vertellen had, zei hij, en ik wensch er liever op het oogenblik geen en kele opmerking over te hoeren. Het tweede is, dat ik morgen naar Lon den vertrek om daar een nieuw leven te beginnen. U en Laura kunnen hier blijven, en ik vertrouw het be stuur van alles aan uw zorgen toe, moeder. Ik zal voor Christal zorgen, en als u is ontheven van haar on derhoud eti het mijne zal het u ge makkelijker vallen rond te komen. Het spijt mij. dat u niet is ingeno men met mijn besluit, maar ik, zoo wel wat het een ails wat het ander betreft, ben vast besloten. Toen Anthony eenmaal de ivoor den „Ik hen vast besloten" had uit gesproken wist Mrs. Egerton. dat 'het nutteloos was er tegenop te ko men. Hij verliet de kamer, terwijl hij sprak, en zijn moeder en zuster zaiten elkaar ontsteld aan te kijken. Laura was de eerste, die sprak. Hij gaat in den handelzei zij en hij is van plan zichzelf aan Vio let Malincourt weg te gooien. Dat zal ik haar betaald zetten. De blikken van moeder en dochter ontmoetten elkaar. Dezelfde beslist heid was in beider oogen waar te 'nemen. voor zijn weekheid en toch laat hij zoo gaarne de bronnen der diepte in zijn ziel openen en alle hartstocht, schuld en lijden van zijn leven zich zacht oplossen in den heiligen stroom van het berouw. Thans richt ze zich op, de gebogen gestalte. Het- staal grijze oog blikt vastberaden naar het smalle pad, dat daar ginds, aan de overzijde van de open plek tusschen zwarte dennestammen door naar den Wolfsgrond leidt. Ken je hem nog, dien weg, Franz Haider, weet je nog, hoe je dien bent opgevlogen in dien Octoberaacht het is vandaag juist twintig jaar ge leden met zweet bedekt, door fu riën voortgejaagd en met bloed be zoedeld als liet hert, dat door de hon den wordt vervolgd? Denk jo er aan dat een plekje in den Wolfsgrond be dien een recht op je heeft, als je af scheid neemt van het woud en je morgen bij het gerecht wilt aange ven? Hij heeft het pad angstig gemeden, al dien langen tijd. hoe dikwijls hij er ook door een bijna magnetische kracht heen werd getrokken. HOOFDSTUK IV. Percival Malincourt en zijn vrouw wachtten met een ongeduld, dat zij ternauwernood konden verbergen op den terugkeer van hun zoon Cesaren zijn zusters. Mrs. Malincourt was de meest gedistingueerde van de fa milie, en haar eerzucht was tot nu toe nog niet bevredigd. Haar echtgenoot slaagde wel is waar goed in zijn ambt en haar dochters waren heauté's, maar toch was zij ontevreden. Zij had de mid delen niet om Violet en Nancy te in- troduceeren in de kringen, waartoe zij in haar jeugd behoord had, zij was in een voortdurende angst, dat! als zij verplicht was daarmee nog langer te wachten de grootste be koorlijkheid van haar schoonheid verdwijnen zou of d;at zij onge- wensch'te handen zouden knoopen. Een onuitgesproken vermoeden van de genegenheid van Anthony Egerton voor Violet vermeerderde nog haar angst, dat er iets gebeu ren zrou. waardoor haar eigen plan nen voor de meisjes in duigen zou den vallen en 't nieuws van den te rugkeer in liet vaderland van haar schoonbroeder had haar met hoop vervuld. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1906 | | pagina 7