BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD
f 1.20 PER 3 MAANDEN
OF 10 CENT PER WEEK.
Een Verborgen Erfenis
ZATERDAG 21 APRIL.
DE ZATERDAGAVOND
HAARLEM'S DAGBLAD KOST
ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 55.
DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6.
IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN
ADVERTENTIËN DOELTREFFEND.
ONZE ANNONCES
WORDEN OPGEMERKT.
Natuurhistorische
Wandelingen
IN EN OM HAARLEM.
cvni.
Wie ontvlucht als stadsbewoner
[niet graag de woelige, drukke stra
iten, om buiten rust, frissche lucht
stille, goedkoope genoegens te
Ken? Eigenaardig is het, dat
daarbij ook al een zekere mode, een
r n aap en, een sleur ontstaat,
want in vast negentig van de hon
derd gevallen is de trek naai' Bloe-
daal en Overveen. De cijfers der
as bewijzen voldoende, hoevelen
Bloeniendaal opzoeken en die, om
te langer van de-schoone natuur
te genieten, dit vervoermiddel kiezen,
of heen, of terug, of heen en terug
e. Wat het beste is, och dat zijn
persoonlijke zaken, die ieder voor
zich het beste uitmaakt. Wij willen
ls een heel anderen kant uitgaan.
Van af den Hout tot aan 't voorma-
Klooster wordt Haarlem omge
ven dooi' lage weilanden. Ook aan
die zijde heerscht natuurschoon, al
is 't van een geheel ander genre; ook
daar zijn heerlijke wandelingen te
maken, zoowel kleine ais groote, zoo
wel van die korte eindjes, waarhij
men op zijn schreden terugkeert, als
van die echte lange wandelingen, die
zoon ganschen namiddag vragen.
Maar, vraagt ge, is het daar niet
vreeselijk eentonig, al dat vlakke, la
ge weiland, van uit de tram toch
merkten we zulks meermalen op. Vol
strekt niet, er is zelfs meer afwissen
ling dan men denken zou. Laten we
eerst eens zien, welke wandelingen
daar al te maken zijn, om dan een
volgenden keer eens één zoo'n wan
deling wat nader uit te werken.
Beginnen we daartoe aan den zuid
kant van de stad. Het- Spaame over,
even de Electrische tram gevolgd,
maar niet den Burgwal op, maar
rechtuit, dan staan we spoedig op
het bruggetje over de Zomervaart
met de scheepshelling en 't Spaame
aan onze rechterhand, de Zomervaart
links, en recht voor ons uit de Dub
bele huurt. Deze langs, dan zullen
we zien, dat we een zeer mooie wan
deling hebben met tal van schoone
gezichten over 't Spaame, over de
weidelanden, een wandeling rijk aan
afwisseling, rijk aan natuurgenot.
Wordt de geheele wandeling te lang,
welnu, we keeren op onze schreden
terug om hetzelfde nog eens, maar
thans van 'den anderen kant te be
zien. Beschikken we over tijd en een
paar flinke beenen welnu, dan ge
nieten we van het landelijke van vele
boerenwoningen langs den weg, <rm
eindelijk voor de Ringvaart van de
Haarlemmermeer te stuiten. Een
flinke pont brengt ons spoedig op
den Ringdijk, dien we langs wande
len naar 't zuiden om dan over
Heemstede terug te keeren. Afwisse
ling is er genoeg, van ieders gading.
We hadden ook de Zomervaart kun
nen volgen, om meer in loodrechte
richting den Ringdijk te naderen.
Ook hier tal van schoone gezichten,
landelijke woningen, natuurgenot
•langs den weg, in de slooten, over de
weilanden, in de lucht. Wie echt wil
dwalen, droomend dwalen, kan
zoowat halfweg de Ringvaart rechts
afslaan, om langs een weg, in den
beginne alleen gezoomd door weilan
den, de Ringvaart bij Vijfhuizen te
bereiken. Wie, vooral in den beginne,
op zijn schreden halt houdt en zich
omkeert, heeft een verrukkelijk
schoon gezicht op de siad. Aan den
Ringdijk gekomen, kan men wel den
polder een eindweegs ingaan, doch
die wegen leenen zich beter voor
fietsrijders en automobielendan
rest ons niets anders dan links of
rechts te gaan en langs een langer en
of korteren weg opnieuw de stad op
te zoeken.
Nu naar de Amsterdamsehe Poort.
Die rechte, lange weg, daaraan even
wijdig de Amsterdamsehe Vaart en
spoedig ook de spoorweg; op den weg
zelf ter weerszijden, die eveneens
rechte ijzeren lijnen geven ons voor-
loopig een gevoel van geklemdheid.
De waterkant, dro vroeger den bota
nicus herhaalde malen in verrukking
i bracht is ook recht.
I Afwisseling, och, die is er wel,
I maar -voor den natuurliefhebber min-
I der. Drie en twintig honderd Meter
buiten de poort bereiken we e'ndelijk
j een eldorado, dat de wandeling wel
vergoedt. Daar een weiland thans
'goudgeel van de dotterbloemen,
straks wit en rood van wollegras en
echte koekoeksbloemen, om van tal
'i van andere planten maar niet eens
te spreken. We komen er op terug,
j Rechts voor dat weiland een zwart
'weggetje, zoo echt landelijk, met
I zulke schoone punten. Boerenwonin-
gen, dan dat breede water van de
Ringvaart, neen, dat moet ieder be-
j kooren. Of de wandeling geheel vrij
is, we gelooven van neen, maar als
't gezelschap niet te groot is, en het
gras nog niet te hoog, dan volgen
we het voetpad langs de Ringvaart,
om hij de Zomervaart weer uit te
•komen.
Is het alleen om de plantenwereld
hij de Haarlemmerliede te doen, dan
kunnen we bij de poort ook de tram
pakken, die ons in een paar minuut
jes brengt, waar we wezen willen.
Toen we de Amsterdamsehe Poort
uitwandelden, hadden we links ook
een weg kunnen opgaan. Voor ieder
is die wandeling aan te hevelen.
Spoedig ïs men de Amsterdamsehe
Vaart en den Spoorweg over en ge
niet dan in alle richtingen, in alle
opzichten. De Oude weg biedt hoven-
dien ook in andere opzichten genoeg
om ieder te bevallen. Hier die hout
zaagmolen, ginds de watermolen, de
plantengroei, de dierenwereld, bij
zonderheden genoeg, schoone gezich
ten over de weiden, op de stad, op
de duinen zelfs, op de spoorbaan. Wie
spoedig vermoeid is lteere op zijn
schreden terug, anderen volgen ons
tot Penningsveer. Daar is weer natuur
schoon in overvloed en wat men *an
den Duinkant mist, komt hier goed
tot zijn recht, het water. Links voert
een weg tot Spaarndam, rechts kun
nen we doorwandelen naar de Lie
om dan desnoods per tram de stad
weer op te zoeken.
En eindelijk nog regelrecht naar 't
Noorden, den weg op naar Spaarn
dam rechts het breede Spaarne met
zijn industrie aan de boorden, links
spoedig de bouwterreinen van het
Klooster. Links afslaande, is men
spoedig hij de Cavalleriekazerae,
maar men kan ook verder gaan tot
Spaarndam, om langs denzelfden
weg, of over Santpoort terug te kee
ren.
Men ziet dus, wandelingen genoeg,
maar, zult ge zeggen, erg zonnig. En
in 't voorjaar dan, en in den zomer,
als na vijven de felste zonneschijn
voorbij ds, en... maar men ga zelve
eens een oogenblik breken met de
Feuilleton.
(Naar het Engelseh).
Ik vraag excuus, Anthony kent
mij veel beter 1
Deze woorden lcwamen van Violet,
die achter Tien liep en het laatsite
gehoord had.
Anthony kent mij beter dan
iemand ten- wereld, en ik schaam mij
ar over, dat mijn gedrag aanleiding
heeft 'gegeven, dat Ceisar mij houdt
voor degene, waarvoor hij mij zoo-
even uitmaakte een meisje zonder
hart of principes, die alleen leeft
voor de pret en mooie kleeiren. Hij
zal merken dat ik zoo niet ben. Dag
Anthony I Denk aan mij als aan die
Violet, waarin jij gelooft.
Zij stapte in het rijtuig, dat voor
de deu,r stond te waohten en Nancy
an Cesar volgden haar zonder ver
der een woord te spreken.
Mr. Wickham, die langzaam ach
ter hen aan naar het huis terugge
wandeld was. stond op de stoep en
hoog voor hen, terwijl zij wegreden.
Voor Mrs. Egerton was er een an-
gewoonte om steeds duinwaarts te
trekken, men zal zien, dat dié veran
dering een aangename is.
J. STURING.
VRAGENBUS.
dat hij wankelde, die sterke Franz
Harder.
Maar ten slotté klonk uit den mond
van den grijzen man in het zwarte
gewaad 't woord over het graf „Al
waren uw zonden zoo rood als schar
laken, ze zullen wit worden als
sneeuwen dat woord had hem be
ter gesteund dan de doodgraver.
f
Toen beschonken jongelieden hem pemd de borst wil doen springen. Dan
eens in de herberg plaagden, dat hij klemmen zijn handen zich krampach-
een wilddief was, had hij er een met tig om de buks, de oogen in 't bleeke
zijn reuzen-sterke handen bij de keel gelaat worden groot er als van koorts-
gegnepen en sedert waagde het ni'e- gloed, elke spier trilt van opg&won-
mandi weer, dat woord tegenover hem denheid en de ta nden slaan klappe-
te gebruiken. i rend op elkaar. Zoo heeft ze helm
Gesnapt heeft hem geen va.nl de weer aangetast de herlekoorts zooals
boschwachters in al die lange jaren steeds hij dat geluid, dat geen echt
Daar stond hij weer rechtop, de ja toch, één één enkelen keer, jagersbloed kan weerstaan. Eene se-
oude strooper, maar zijn borst hijgde'maar die hééft niets verraden. En'conde lang doemt, voor hem uit het
Den Heer v. D. t e H. De hees
ter, waarvan U graag den naam
de en een onderdrukt snikken «wafel mi is stom. Voorzichtiger als dBsctanentóker het feóó^feke'gd&S
a ikT 4 T 1 -Dioearoooe mefc geweiq op euiaaj geklemde vos was hij anders, de sluwe zoon der.van zijn vrouw op. maar dan staat.
Aalbes, t is mede een van de het lippen. Drie handen vol aarde, die wildernis, en de listen en streken, voor hem nog slechts het trotse he
vroegst bloeiende heesters, die zijn met doffen klank op de kist vielen, kende hij beter dan al de groenrok-dierelk ander gevoel is onderge-
bijnaam te danken heeft aan de en toen moest men hem met geweld ken met elkaar. Gevonden hadden degaan in de eenige. brandende beroer-
kleur der bloemen. Zoowel bloem als wegvoeren van het graf, omdat hij gendarmes ook nooit iets in zijn huis-te om het hert te troffen. En daar heeft
vooral blad doen aan onze gewone voortdurend schreeuwde: Jwl Le- je. Zelfs in den stremgem winter, to«mhij ook de kalmte weer. die noodig- is
aalbessen herinneren de bessen ech- <5? d00r zl]n 81.1]en<tol1 laoh fe»da drie kinderen, die nu ook al onderom te treffen, -- langzaam heft l.ïf de
ai essen neimneien, de Dessen een mensclien vrees aanjoeg. de groene zoden lagen, soms van hort-bnks tegen ddn schouder- de looi)
ter komen mj deze heester met in i Toen had hij zich losgerukt enwas'ger schreiden, had hij er zijn eer in. wordt onbeweeglijk gehouden als een
aanmerking. Hij komt in tal van va- met groote sprongen in de boschjes gesteld niets te stelen en; het gescho-muur voorzichtig kromt zich de
riëteiten voor, met bloemen van een 'gevlucht hij >de wilde sloot. Hier zag ten wild had 'smorgens meestal daar vinger en klik. klik! - slaan de
vuilwitte, tot hloedroode kleur, 't Is het momand, hoe hij met zijn harde gelegen, waarin de vroegte de be-hanen neer niet geladen, liet hert
een dankbare heester waarvan men Yagers de grond omkrabde, hoe het ambten het moesten volgen. En eenschrikt en stormt aar groote sprongen
■nnrr fovia i-n'.v „„n. [krachtige ilidhaaim van het steunenechte jager was hij altijd, die steedsdoor het kreupelhout.
Oq ee een taije kan annijaen ook sidderde als een espenblad, tot einde-den schoontijd in acht nam en steeds j De oude staat eerst als verstijfd
Hij kweekt gemakkelijk van stek lijk eindelijk de tranen kwanten, den kogel doodelijk wist te doen tref-1 Maar dan vermindert de vreeselijk
aa»- die bij het graf niet wilden vloeien, fen. Zijn jagertrots had ook hij, die [spanning in hem en hij valt neer als
Aan mevr H te B We raden U eiï sterke man weende en weende voor de wet een strooper was, maar .door den bliksem getroffen.
aan nw markies «iet te vee-1 lat™ lang zeer lanShelaas ook den onbedwingbarenharts- Een woeste smaal, lichamelijke pijn
aan, uw perkjes niet te veel te laten Ten slotte klonk het als het geklaag tocht voor de jacht, welke dikwijlsveroorzakende, doorwoelt zijn borst
opnoogen. Ze zijn dan veel meer )VaQ een kind. Hij had haar immers krachtige naturen eagen is. Wel had als hij tot bezinning komt en weet',
blootgesteld aan uitdrogen, ten hij rook zoo lief gehad, zijn hleeke, stille hij daarmee geworsteld in mienigendat hij thans zijn woord heeft, gebro-
het gieten loopt het meeste water er i vrouw, met de groote, bruine oogen, j slapeloozen nacht, zoo oprecht als een ken, hetwelk zijn Lene nog mei, haar
gaandeweg af, zonder dat de planten d-ie gedurende de laatste vier jaren'man dat maar kan doem doch de laatste kracht hem heeft weten af te
krijgen, wat ze noodig hebben.
J. STURING,
GEBOET
Schets uit het stroopersleven, door
Wilhelm Tröge.
zoo koortsachtig schitterden, Nooit hartstocht was sterker geweest dan dwingen, de belofte, dat hij nooit
had ze een: boos woord van hem ge-!zijn wil, sterker dan zijn liefde. j weer de buks zou aanleggen. Hij heeft
boord, alle wenschen had hij haarj De boschwachters hadden niets van het de stervende plechtig en heilig
bevredigd, slechts één, haar harte-! hem te vreezen hij wist het, ze de- j voor God beloofd, wat de levende nooit
wensch niet, om welken haar de oogenden bun plicht, wanneer ze hem hun bereik L had. Maar nu gevoelt, li ij. dat
eiken dag brandden van het weenen. [kogels achterna zonden, en een) moor- ook cle rast, van zijn eer verloren is.
Dat ging boven zijn kracht. Hij weet' denaar wilde hij nog niét worden, se- Hij krijgt een gevoel van walging. Ja,
thans, dat ze langzaam gestorven is <tert eenanaal mensohemblood zijn klce- -thans is hij volkomen rijp voorde ge-
aan dezen onvervulden wensch, dat hen had1 gedrenkt, zonder zijn wil,vangenis, rijp voor de- boete,
hij het stroopen zou laten, aan donweliswaar, maar dan toch altijd door En ..boete, boete!'' klinkt het van
In de braamstruiken van de wilde vreeselijken angst, welken zij bijna zij,n, schuld, in een onzalig oogenblik. zijn lippen. Dit woord van den domi-
sloot sluipt een man met zachte sehre- J nacht op nacht om hem uitstond,) Harder had thans het woud bereikt, jné heeft zich vandaag bij hel graf
den naar het woud. De kleine, groenevooral ma d'ien nacht, toen hij thuis-Be grijsblauwe schemer schaduwendiep in zijn herinnering gegrift.
hagedissen kruipen verschrikt in de j kwam met groote bloedvlekken aanbanden Octoberavond kruipen, uit) ...Boete!"
openingen tusschen de steenen, als de zijn verscheurde kleeren. haar schuilplaatsen en sluipen ge- Een enkele, schelle kreet, die als
plompe schoenen van den sluipendeHet had hem goed gedaan, dienheimzinnig om de oude stammen. Op een gehuil klinkt, en krakend vliegt
onhoorbaar tegen hun staart stoo-ouden Harder, om in het kreupelhoutnauw zichtbare paden haast cle etroo-'cle kolf van de buks tegen den steen
ten. I zoo te kunnen uitweenen. Het was' per zich voort, half uit vrees, dat hij harden eikeboom en verdeelt zich in
Ja, het wild besluipen verstaat hij kalmer geworden in zijn binnenste en weer berouw zou kunnen krijgen overhonderden splinters; als waanzinnig
uitstekend, de oude Franz Harder, en hij zag nu duidelijk, dat hij nog hetgeen hij voor heeft. slaat Harder toe, steeds weer met
m de wilde .sloot kent hij elk steen-slechts twee wegen had te gaan op dei Weldra is hij aan het doel van zijn reuzenkracht de loop kromt zich
tja. Het zijn er immers -wel veertigwereldvandaag nog eenmaal naar tocht, bij dén, dikken eik, een ouden.een laatste, klinkende slag en het
jaren, dat hij de publieke wegen rn het woud en dan morgen naar de'reUS. dién men het leven heeft gela-waardelooze stuk ijzer vliegt met een
het bosch mijdt; zijn haai- is indien hoofdplaats van het- district, naai-het ten midden in het kreupelhout. Hij 'groeten boog hier of daar in de striri-
tijd grijs geworden. Vandaag doet hij groote grijze huis met de getraliedej)ukt zich voorover, bladeren en gras- ken neer.
het met, omdat hij als strooper voor-vensters en de liooge muren. zoden vliegen op zij onder zijn woe-
zichtig moet zijn, maar werktuigelijk j „Boete Boete had' plotseling eenleaacbe vingers, en uit een holte onder
uit jarenlange gewoonte. Want wat stem in hem geroepen. Dat woordden diksten. wortel haalt hij voorzie!i-
moest hij iwel in zijn zwart Zondags-greep plotseling met vasten vinger in: jjg ,een -waterdicht foudraal voor den
pak op de jacht doen? 1 zijn ziel en gaf sterkte en kracht om dag, waaruit hij' aarzelend de korte
Hij heeft zich niet den tijd' gegundeen besluit te nemen. j j,uks met dubbelen loop neemt,
om het pak uit te trekken, waarin hij I Zijn ouden sluipweg in de wilde j Doe liefkoozend strijken die ruwe
voor een uur zijn vrouw heeft hegra-sloot gaat hij daarom heden voor de handen over het koude ijzer, alsof ze nwrap7fmKm verwaro
ven, zijn Lene, voor wie bij gaarne laatste maal betreden. Er zal een eind j afscheid wilden nemen en vergiffenis ff/ «3.®7,™yarci
daar onder de aaide zou liggen, tus-aan komen. Wat anders zijn leven vl.ao-,m voor hetceen ze willen doen. In i J dlU,j
scfaen de witte en zwarte kruisen. Ais juitmaakte zijn liefde en zijn jacht-Het wapen is de geheime trots van gjg8,- handel «rborSSf heifer
eeloj aangeschoten stuk. wild is hij weg I lust, zijn «tamnfe vrouw iierft liet Harder geweest. Hij heeft W| statror»! s5'.."Ui*-SSrg. dromlfls nief zaj
gestormd van den kiemen doodmak-: meegenomen onder de aarde Mat zal uit zijn mond gespaard, tot hij liet
ker, waar alle mensohen hem zoo hij alleen nog hier doen? Maar een i{0.n 1,-000en voor verscheiden blanke1 r, vnigei3 auor
zonderling aankeken en de predikant afscheid moet liïj toch nemen, een af- j guldens, het nieuwste en beste, wat SlJPe'e?V Tiarde man schaamt zich
dar rijtuig besteld en terwijl het
voorreed, kwam zij met haar doch
ter naar buiten.
Anthony, ik verzoek je dien
mijnheer te vragen voor mij op zij
te gaan, zei ze tot haar zoon, ter
wijl zij minachtend met haar hand
in de richting van Mr. Wickhaim
wuifde. Niets anders dan heleedigin-
gen heb ilc moeten verduren sinds ik
'hier in huis kwam, en ik wensch dit
huis noch zijn bewoners ooit weea-
te zien. Je zuster Christal weigert
met mij terug te keeren. en hoe weet
ik, wat er hier van haar zal worden?
Ik heb nooit moeite gedaan een
„mijnheer" te schijnen, mevrouw,
zei Mr. Wickham. Ik ben mijn ge
heele leven een eenvoudig, eerlijk
werkman geweest en dat wensch
ik te blij ven. Wat uw dochter betreft,
u kan gerust over haar zijn. Ik zal
zorgen, dat zij alles krijgt, iwat zij
noodig heeft. En u moet bedenken,
dat het haar vergund' is een harer
bloedverwanten bij zich te hebben.
Het is een groot vermogen, dat uw
broeder heeft nagelaten en eenige
der andere geïnteresseerden zouden
kunnen besluiten het zoeken niet
geheel aan ééne over te laiten.
Mrs. Egerton keurde hem geen ant
iwoord waardig, maar stapte .vol ma
jesteit naar het rijtuig.
Anthony drukte Mr. Wickham
vriendschappelijk de hand. .vóórdat
BoeteBoete
Een raaf schiet verschrikt met ake
lig gekras omh.oog. In de takken dei-
eiken trillen de bladeren, trillen als
van medelijden met het menschen-
leed daar beneden hen.
De oude man is weer bij den stam
1 neergezonken. Verward en vochtig
over 't voor
met Ui et wit-te haai-, met
maar doordringende oogen, op zoozijn woud, dat (beun, het natuurkind,
aangrijpenden toon sprak van schuld meer geweest is dan de rnenschien.
en verzoening, van berouw en boete. Hoe -dikwijls hebben die woudreuzen
Hij was -altijd reeds wat bang ge- zijn trouwen kameraden, hem niet in
weest voor deze oogen van den ziele- 1
herder, die hem telkens op den bodem
zijner ziel schenen te lezen, alls de
predikant bij het strooleger van de
uitgeteehdé vrouw zat. Maar vandaag,
bij het graf van zijn Lene hebben ze
hem door en door gekeken, dlie oogen
en de lijkrede hebben zijn hart getrof
fen, zoo juist aJs zoo dikwijls zijn ko
gel liet 'hert trof.
Daar zag hij ze opeens alle, de
zwarte schaduwen van zijn leven, hoe
ze met hem rondom het vierkante gat
in den grond stonden en met akelige
vingers wezen naar de lijkkist. Daar
hoorde hij haar droevige, beschuldi
gende stemmen
„Je hebt ook haar, die daar rust,
door je hartstocht onder den grond
gebracht 1"
En één gedaante was er bij, van
wie het bloed in dikke, roode drop
pels op 'tmos vloeide. De doodgra
ver had hem moeten vasthouden, om-
hij heen ging. maar Laura nam
'geen notitie van hem.
Waar ben je na de lunch ge
weest, Anthony vroeg Mrs. Eger
ton, toen zij in het rijtuig zaten Ik
wilde jou opdragen dat koppige
meisje tot rede te brengen door haar
het idéé om hier te Mij-ven uit het
hoofd te zetten, maar ik kon je ner
gens vinden.
Ik wandelde wat rond in liet
park, zed Anthony, die geen Lust had
over zijn engagement te spreken, tot
dat hij veilig en wel thuis was. En
wat Christal betreft, ilc zou maar
niet trachten haar van haar plan
af te brengen. Als zij (het geld eens
vindt, wat zal u dan zeggen
Het geld vinden, riep Mrs.
Egerton, met minachtend hoofd
schudden uit. terwijl Laura beleedi-
gend lachte. En hoe zal zij van het
naodige voorzien worden, terwijl zij
daar is, dat zou ik wel eens willen
weten.
Daar zullen wij over spa-eken,
als wij thuis zijn, antwoordde An
thony.
Haar zoon was de eenige, door
wien Mrs. Egerton zidh iets liet zeg
gen en als 'hij verkoos zijn wil door
te drijven, dan kreeg hij dat altijd
gedaan. Hij was onveranderlijk be
leefd en oplettend, en het was Mrs.
Egerton onmogelijk hem te krenken.
Ook wist zij. al zou zij het nooit
die geweermaker in voorraad had.
En nu wil hij de buks voor den
laatsten keer omvatten, wil hij met
eigen hand stukslaan, verplette
ren? Zeker, 'het moet immers ge-
hun dichte takken verborgen voor de leuren, moet gebeuren. BoeteBoe-
kogels van zijn vervolgersHij ziet
ze thans voor de laatste maal. En een
afscheid voor *t leven zullen ze hem
thans toéroepen, de duizenden ge
heimzinnige stemmen van de wilder
nis, die hem reeds bij de kolenbran
dershut van zijn vader het wiiegel'ied
zongen, 't Woud is immers zijn ouder
huis -en met het wild heeft hij als
kind in het kreupelhout gespeeld.
Zoo zat hem de jager in"hét bloed,
en daar de eigenaar van het woud
wegens een oude vijandschap met zijn
vader trots alle smeekbeden liem niet
onder zijn jagers had willen opne
men, moest hij houtsnijder worden
enstrooper. 'i Sprak van zelf, het
was volkomen logisch. Trouwens, een
strooper van een andere soort dandle
schelmen, waarvan dertien in een do
zijn gaan, die uit geldzucht neer
schieten wat -hun Voor Tt geweer komt,
of strikken zetten.
Een rilling gaat door zijn lidhaaan,
en een gekreun ontwringt zich aan
zijn borst en langzaam rollen twee
heete droppels over den loop.
Maar wat is dat'? Als een diepe,
gedragen orgeltoon klinkt liet daar
uit de" verte. Luisterend staat het
woud. Nu dichter en. dichter bij, voor
de tweede, voor de derde maal. Thans
drie korte, knorrige geluiden van
toorn mannelijk, krachtig en ontroe
rend dreunt de strijdkreet van den
koning van de wouden door dé stilte.
Een zenuwschokkend geschreeuw uit
elementaire kracht door de echo der
bergwanden zachter herhaald. Nu
kraakt liet in de struiken en majes
tueus stapt een hert naar den eik.
Harder is een oogenblik ineenge
krompen, alsof hem een zweepslag
had getroffen. Al het bloed stroomt
hem naar liet hart, da,t woest klop-
zelfs niet tegen zichzelf erkennen,
dat hij eigenaar was van alles, wat
zijn vader had' nagelaten en een ver
borgen maar, sterke vrees van te ver
tegenover hem te gaan, maakte dat
zij zich in haar houding tegenover
hem nooit te buiten gingDaarom
ontving zij hem ook met ongewone
zachtheid, toen hij haar na het mid
dagmaal vertelde, dat die tijd vo:or
de discussie, die zij- verlangd had,
was aangebroken.
Er zijn een paar dingen, die ik
u wilde zeggen, zei hij. terwijl hij
een voetkussen voor haar ha,tilde en
toen naar de kachel keek. Je be
hoeft niet weg te gaan Laura, het
is zelfs veel beter, dat je hier blijft.
Ik was ook van plan te blijven,
merkte die jonge-dame kalm op. En
ik ben ook overtuigd, dat ik weet,
wat je van plan bent te zeggen. Moe
der, bereid u voor op het aannemen
van een schoondochter.
Wat befceekent dat vroeg Mrs.
Egerton, terwijl zij haar zoon ont
steld aankeek. Je bent toch niet van
plan mij te vertellen, dat je zoo
dwaas geweest bent aanzoek te doen
om de hand van Violet Malincourt?
Laura is mij voorkomen ant
woordde Anthony iwant juist dat-
wilde ik u vertellen Ik ben ver
loofd met Violet.
Mrs. Egerton stond op met van
woede trillende lippen. Vóórdat zij
nog een sylabe kon antwoorden,
stond haar zoon ook op, kalm maar
beslist.
Dat is het eene. wat ik u te
vertellen had, zei hij, en ik wensch
er liever op het oogenblik geen en
kele opmerking over te hoeren. Het
tweede is, dat ik morgen naar Lon
den vertrek om daar een nieuw leven
te beginnen. U en Laura kunnen
hier blijven, en ik vertrouw het be
stuur van alles aan uw zorgen toe,
moeder. Ik zal voor Christal zorgen,
en als u is ontheven van haar on
derhoud eti het mijne zal het u ge
makkelijker vallen rond te komen.
Het spijt mij. dat u niet is ingeno
men met mijn besluit, maar ik, zoo
wel wat het een ails wat het ander
betreft, ben vast besloten.
Toen Anthony eenmaal de ivoor
den „Ik hen vast besloten" had uit
gesproken wist Mrs. Egerton. dat
'het nutteloos was er tegenop te ko
men. Hij verliet de kamer, terwijl
hij sprak, en zijn moeder en zuster
zaiten elkaar ontsteld aan te kijken.
Laura was de eerste, die sprak.
Hij gaat in den handelzei zij
en hij is van plan zichzelf aan Vio
let Malincourt weg te gooien. Dat zal
ik haar betaald zetten.
De blikken van moeder en dochter
ontmoetten elkaar. Dezelfde beslist
heid was in beider oogen waar te
'nemen.
voor zijn weekheid en toch laat hij
zoo gaarne de bronnen der diepte in
zijn ziel openen en alle hartstocht,
schuld en lijden van zijn leven zich
zacht oplossen in den heiligen stroom
van het berouw. Thans richt ze zich
op, de gebogen gestalte. Het- staal
grijze oog blikt vastberaden naar het
smalle pad, dat daar ginds, aan de
overzijde van de open plek tusschen
zwarte dennestammen door naar den
Wolfsgrond leidt.
Ken je hem nog, dien weg, Franz
Haider, weet je nog, hoe je dien bent
opgevlogen in dien Octoberaacht
het is vandaag juist twintig jaar ge
leden met zweet bedekt, door fu
riën voortgejaagd en met bloed be
zoedeld als liet hert, dat door de hon
den wordt vervolgd? Denk jo er aan
dat een plekje in den Wolfsgrond be
dien een recht op je heeft, als je af
scheid neemt van het woud en je
morgen bij het gerecht wilt aange
ven?
Hij heeft het pad angstig gemeden,
al dien langen tijd. hoe dikwijls hij
er ook door een bijna magnetische
kracht heen werd getrokken.
HOOFDSTUK IV.
Percival Malincourt en zijn vrouw
wachtten met een ongeduld, dat zij
ternauwernood konden verbergen op
den terugkeer van hun zoon Cesaren
zijn zusters. Mrs. Malincourt was
de meest gedistingueerde van de fa
milie, en haar eerzucht was tot nu
toe nog niet bevredigd.
Haar echtgenoot slaagde wel is
waar goed in zijn ambt en haar
dochters waren heauté's, maar toch
was zij ontevreden. Zij had de mid
delen niet om Violet en Nancy te in-
troduceeren in de kringen, waartoe
zij in haar jeugd behoord had, zij
was in een voortdurende angst, dat!
als zij verplicht was daarmee nog
langer te wachten de grootste be
koorlijkheid van haar schoonheid
verdwijnen zou of d;at zij onge-
wensch'te handen zouden knoopen.
Een onuitgesproken vermoeden
van de genegenheid van Anthony
Egerton voor Violet vermeerderde
nog haar angst, dat er iets gebeu
ren zrou. waardoor haar eigen plan
nen voor de meisjes in duigen zou
den vallen en 't nieuws van den te
rugkeer in liet vaderland van haar
schoonbroeder had haar met hoop
vervuld.
(Wordt vervolgd).