en ADVERTENTIEBLAD. NIEUWS» 24e Jaargang. No. 7094 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- @n Feestdagen. MAANDAG 13 AUGUSTUS 1906 JB Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te "Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publiclté Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F: JONES, Succ., Parijs, 31bls Faubourg Montmartre. ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; 50 Cts. voor 3 plaatsingen a contant. Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. ABONNEMENTEN PEK ÖRSE MAANDEN; Voor Haarlem 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente) 1.30 Franco per post door Nederland 1.65 Afzonderlijke nummers 0.02 H Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem 0.37 H de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. TWEEDE BLAD. Haarlemsche Handeïsvereeniging öoedgak. bij Kon. Baal. vari 12JNov. 1899. De Baarlemsche Harwielsvereen'- giag hxar ter stede, opgericht 10 Mei 1892 heeft in den loop van den tijd wel haar recht van bestaan bewezen. In zeer vele gevallen, zaken van ver schillenden aard betreffende, ie zij opgetreden, en dikwijls met groot succes. Jammer echter, dat men al gemeen niet meer blijk geeft, dit te waardeeretn, door als lid der vereeni ging toe te treden. Er zijn Wel meer fflwifi 600 leden, maar 'dat is niet vol doende. Elk handelaar, neringdoen- ttSe. ja, zelfs particulieren, moesten lid worden, om tenminste te laten .gjavoelen, dat men het werk op prijs ©telt, dat de Haarlemsche Handeis vereeniging steeds opneemt, als doende, wat hare hand vindt om te doen. De voordeelen, die de Vereeniging buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren leden aan- Medt, zijn zeer vele en zeer groote tegenover de geringe, jaarlijkschë contributie van f 3.50, die gevraagd wordt. De Haarlemsche Han.delsvereeni- ^ing bemo eit zi ch in de eerste plaats er mede de belangen van hare leden te bevorderen, door onwillige beta lers voor ben tot betaling aan te manen en informatiën voor hen in te winnen. Bovendien hebben de leden •het recht het hun gratis te verstrek ken advies van diea, rechtsgeleerden adviseur der Vereeniging te vragen, die ook in prooeduren en faillissemen ten gratis voor hen optreedt, na tuur lijik alleen voor zaken betreffen de den handel en het bedrijf der leden. Rechtsgeleerd adviseur der Veree niging is de heer Mr. Th. de Haan Hugenholtz, Spaarne 24, alhier. Het bureau der Vereeniging is ge vestigd Janswieg 11. Voor incasso's door bemiddeling der Vereeniging wordt e&n vastrecht van 5 pCt. der vordering berekend. Bovendien moet 10 ct. voor port steeds worden bijgevoegd, bij inzen ding van vorderingen door bemidde ling der advocaten te inhen De kosten van informatiën naar buiten de stad woonachtige perso nen bedragen 60 cts. per informatie plus 5 cts. porto-vergoeding. Infor matiën naar binnen de stad wonen die personen worden gratis verstrekt. Pretention op buiten de stad wo edende personen worden niet behan- Haarlemmer Halletjes ÉEN ZATERDAGAVOND PRAATJE. Als t kermis is, moet je« huilern- Deze stelregel is me van mijn prillste jeugd af bijgebleven, toen ik in de houten tenten van .mievrouw de wedu we 'BakkenSlips, en de heeren Hart, ■afgrijselijke drama's ging zien, zooals „Marmeren beelden, IJkoudie 'har ten", ,,De Schipbreuk van die Medusa." en dergelijke. In den grond van de zaak ja nog weinig of niets veran derd. Mevrouw de weduwe Bakker— Stips en idle firma Hart zijn ter ziele of rentenieren. Ik hloop heit laatste. Maar op elle kermissen zijn ze niet meer. Daar staan nu Stoel en Spree en ge ven kluchten, die ze zelf maken, waar in ik een belangrijken vooruitgang meen op te merken, daar in mijn jon ge jaren de schouwburgidireoties, die ik noemde, het altijd met. stukken van andleren moesten dodn. Op dat Standpunt, staat ook nog de Koninklijke Vereeniging ,,Hct Neder- !a.n$scb Tooneel", die Donderdiag- iavond „Maria Stuart" opvoerde van zekeren FriedriclT vom Schiller. Het begint al heel keurig, met twee ediel- lU'i, Van Schoenhoven en Marcel Myin, die samen een oude linnenkast door boeken, waarvan een nuensch zou den ken dat er niets in is, maar die dan toch nog allerlei kostbaarheden blijkt ite bevatten van mevrouw Mann Bouwmeester, die een oogenhl'ik later van 't geval hoort en heel koelbloedig zegt, dat 't haar niet schelen kan, om dat ze juist dien,zélf dein. d.ag een en ander aan de lieer en had) willen pre sent geven. Dit is te toevallig', dan dat Van Schoonhoven, die op 't programma baron Van BUrielgh heet, het zou wil len gelooven. Een smadelijke -glihu deld, wanneer niet 10 ct. voor porto- vergoeding is toegevoegd. Ruim 1748 informatiën en rechts geleerde adviezen werden ïh het af- geloopen jaar .gegeven* In April '1906 zijn 24 vorderingen tot een bedrag van f 587.09 betaald; 8 vorderingen worden afbetaald, 9 vorderingen zijn uitgesteld. Men wordt geraden alvorens te le veren aan C. Kenbeek, Volkslogement De Witstraat 30, Mejuffrouw G. Heij- eelaar, Klein Heiligland 25 rood, Me juffrouw S. Demison, Leidsche Plein 30rood, zich om inlichtingen te ver voegen aan het kantoor. Vóór dat men er toe 'Overgaat een Breimachine te ko open van E. F. Meyer dfeècteur der firma „La Ruche", Gel- dienschekiaclle 8 Rottendam, vraige men iniiclhtiinigen aan ons bureau, Jans weg Tl. Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers onge schonden te blijven. ALle brieven, aanvragen, reclames of wat ook, moeten worden geadres seerd aan het bureau, dat ge opend is dagelijks van 's morgens 9 tot 1 uur en 's namiddags van 8 tot 4 uur, waar dan ook verdere in lichtingen zijn te bekomen. HET BESTUUR. Uit de Hoofdstad. Dó dagtaak is afgeiloópen het is 'n gloeiende dag geweiest, en heet stond de. zonnebraaTding haar gloed uit ie .schreeuwen over diaken .en huizen. Strak stond de stalen luchtkoepel oiVer ■de veraideunanglaoze >stad., en geen "wuiiviende raischiiinig- van wind bekoel de de voorbij.gan.gers op de straten. Thans is die dag heengegaan is de zon, moe .van het razend!© schijnen, ter. -raste: geig'aian achter saimeinigepiak- t wolkende. lucht -grauwig heeft zich saainiigepakt; en als 'n Jafeniiis. is 'n iregeinbui neeiigestort oiveir de üi warme wachting verbeidende bewo- mens van Amsterdam., En nu i-s liet luc'lvtaig geworden Maar in de huizen hangt <d'e htiibte j nog na., is het stikkend-heet nog, dringt geen koelte dooi*. En dik, die bier binnen te .denken z>'!t wat dik u vertellen, zal uit .de stad 'zon/der ge beurtenissen en zonder openbaar le ven, ik heb het benauwd, ik zit (ver geef mij de onhoffelijke en onfra.nsohe bekentenis eemer pbysiek© waarheid) ik zit te zweeten, omdat ilc geen lucht befb, .en ge-enst o f. Kent. gij het gevoel, of kunt ge u langs den wieg den.' fantasie bijbrengen van 'in moeder die brood: snijden wil, snede nla snede, voor 'n groot gezin, en met- angstig en blik o.p hot door zorg gegroefde gelaat biet hokte stukje brood' meet, dat zoo lach krult zijn lippen, dien de hleel© Schouwburg goed zien kan, daar Van Schoonhoven boven allen op 't tooniert uitsteekt, een eigenschap, die hem. waarschijnlijk geschikt maakt voor die boosaardige rolileni, omidat naar we weten het kwaad altijd .steeds weer zoo hoog mogelijk don kop opsteekt. Mania Stuart spreekt voortdurend op somberen toon, ze weet wat er vierder in 't stuk komen moet en dat ze op gezag van Schiller in 't zesde •tafereel haar hoofd op het blok mloetj leggein. Wie 'Zou bij zoo',ni vooruitzicht vroolijk kunnen blijiv.en Niet mle- vrohiw MannBouwmeester, idie haar oogen meert al omboog of omlaag be weegt, maar zelden iin rechte lijn vfoor zich uit. Bovendien, is ze gevan gen en wordt door haar bewakers niet vri eindelijk behandeld, wat ze hun evenwel .met woeker teruggeeft, door hun eveneens .allerlei on.pleMeriglbe- .den te zeggen, zoo dat de toeschouwer, die wat zwak in zijn 'historie is en het rt.uk va.n den heer Schiller nog niet heeft gelézen, bij zichizelven .denkt.„waar moet op clen duur al die ruzie belanden?" Juist op dat oogehblük gaat het scherm, neer en .speelt .die muziek van het tiende, .ge kleed in burgerkleeren, omdat, er ten •tijdie van Elisabeth nog geen staand leger in Nederland bestond, ons een vroolijk mopje voor, om ons weer in .opgewekte stemming te brengen. Deze poging mist haai uitwerking .niet. Met een vroolijk gemoeid aan schouwen w.e in 't twééde bedrijf me vrouw Elisabeth HoltropVan Gelder, dlie voor diezeai avond., omidat het zoo in 't stuk te pas komt, Elizabeth van Engeland heet. Om. haar Koninklijke waardigheid aan .iedereen goed dui delijk temaken, draagt ze: èen kroon op beur haren en zit op een. troon, on der een baldakijn, .net alsof het, pla fond lekt en. ze liefst droog wil blij- Idein is, dn immer kleiner wordt, en dat niet genoog zal zijln voor haar' talrijk gezin? Kunt ge u haar zorg voor stelten en kommer, omdat ze weet, d!at. ten slotte toch allen eten moeten? Welnu, dan weet ge met een, wat wij, arme stakkers van jour- na-ILsten, te verduren hiebben aam zorg en .angst als we brieven moeien schrij ven! in den hoogzomer, als er geen nieuws is, dat het mededeel en waard is Zie, iik ben 'n verdraagzaam man. Ik gun u allien het allerbeste, en elk mijmer vijanden twee scherpe oogen, om er mijn voorspoed mee te aan schouwen. Menlsdhiiecvtendler kan het al nliet. Zelfs het kiieihe ldnidje, .dat ai 'rv uur bo.veaï m'n hoofd te huilen Jii'gt en te drenzen en te weeklagen, omidat het niet slapen kan> gun alle 'n Slaap, al ,zou dlie ook dagen duren. En mijn huisjuffrouw, die v.oor mijhe ziel is, wat „verscbe waai.'" is voor m'n kat, gun ik 'n gekrulde pruik, waarbij haar huidige totaal niets ge lijkt- Maar ik -wensdbte, dat gij all.dn van Juni tot September niet geneigd waart 'n. gedrukte letter onder de oogen te nemen, d.an zou het uit zijn rrueit deze kwelling voor ons, penne- Ji'kkeirs der duisternis, vrijwillige duimzuigers, deze kwelling- van 'n vuist te maken-, zonder 'n hianld te hebben; deze kweM.nig van u naduws te vertellen, dat niet geschied is M'n grootvader bad 'n vrind, diie 'n igroote idwaas was, en die nu jaren al idiood is. Levendig 'heninner ik me nog, hioe wij, kinder en-, al lachten van •verwachting, als we in de verte z'n zwaaiende gestalte zagen uadere-n, beniieiiwcl welke oaiyooEzdene dwaas heid hij thans weer opsnijden zou of uithalen. Den eanen keer bracht bij .ons allen 'n rtieuwe cent mee, die hij blinkend en. wel te voorschijn hiaal- d-e, om zé ons tter. te geven, ,em die- hij bij het heengaan ons weer afnam, zeggende dat het niet. goed was v'oor kindereiU, oim geld te hebban. Een ander maall voer hij met one.ov.er .de rivier, maar liet in het midden van den .stroom keer.en, omdat 'hef bij na der inzien aan .gene zijde van den stroom geien haar beter was. Maa.r .eens op 'n goeden, diag noodig- de bij ons en 'n schep andere kleine jonigens', om uit rtjidèn, te gaan naar Muiden en daar hdt slot te zien. We waren verrukt ojver dit voorneahen -ellen aivonid te voren vertelde Qiij ons nog Van de sohoone punten en fraaie landschappen, dlie wij zien zo-uidenon derweg. En stellig was ik niet de eenige. .der jeugdige igenioodigdleoi, dlie 'smaclits van. gespannen verwachting niet Slapen bon. Den volgenden morgen stonlden we reeds vroeg- gepakt en gezakt. De een had! 'n botaniseen-.troanmel meegeno men, 'n tweede gewichtig, 'n veldL flesdh zich. oingegespt, 'n derde drodg •met het gezicht van een gebla.seerden ven. Eerst is .er een heel gezelschap •om haar heen., maar naderhanid blij ven 'dirie deftige heeirein over, i.eld'ei' met een grooten ketting oan den hals, waaraan een kioioissaile medaille ben gelt. In 't voorbijgaan heeft Elisabeth (wiel te verstaan van Engeland') baar hanid en hart toegezegd aan dien Ko ning van Fraaikrijk, ten aanhoor© van clen bëelen hofstoet. Burgeamien- schen beJiandelen dergelijke zakenzoo niet, waar iedereen bij is, maar. er zijn nu eenmaal dingen, die Koningin nen anders doen. Zijn nu de drie deftige heer en al leen overgebleven., dan begint de ver gadering van den Raad. AJs onze bur gemeester het ge zi en li aid, zou hij zich geërgerd hebben, want ieder voerde er st'aanldie het woord. B.ehalv© cle Ko ningin ,dde zat. Natuurlijk loopt, het gesprek over Marta. Stuart. De recht bank had haar veroordeeld; zal Elisa beth: haar nu ter doocl laten brengen, ja of nee? Ja, zegt Burleigh, die wel wat heel bloeddorstig is, maar d.an toch ook precies weef wat hij wil. Nee, zegt Talbot, een heele ouwe heer, die op 't programma blijkt in 't dagelïjksch leven Holtrop te herten en .dlns niemand anders te wezen, -dan de echtgenoot van mevrouw Holtrop—Van Gelder. Is dit op zich zelf al verrassend, nog merkwaardi ger is het, dat hij zijn eigen vrouw zóó weinig kent. De lange redevoerin gen, die hij houdt, zijn juist het tegen-, deel vaar geschikt om EQri'sabeth (va.n Engeland) tot zachtheid' jegens Maria Stuart te stemmen. Hij tracht Marta op allerlei manieren te veronlsohuTdi- gien en roemt haar schoonhield in zulke taal, dat Elisabeth, jaloerschen verwoed', hem hut zwijgen oplegt. Vól kernen terecht. Ail's ilc een vrouw was, zou ik óók niet willen, dat mijn man zoo heftig stond te renom/meieren over de bekoorlijkheid va.n een andere tourist 'n verrekijker .onder den arm. We verzamelden ons in het huis v.an onzen zonderlingen gastheea-. die met 'n-.gehieiimainn.ig.eai. lach op z'n gezicht, en 'n hoog'en hoed op z'n dunne lok ken, insgelijks reisvaarcliig ons stond op te wachteh. Vóór die cleur stoncl wachtend de. oudeiwetsche Jan Ple zier. Ilc weet niet of de kinderen.dezer dagen, nog 'n .goed begrip hebben van zoo'n voertuig. De koeteier zat in de hoogte op 'n minimaal klein bankje, waar daarentegen bij een gewoon rijtuig die bok is, waren drie zitplaat sen., en de kattenbak hing achter aan. Zulk een verrukkelijke barkas met twee stevige knollen bespannen wacht te ons voor die deur. Wij allen ver beidden in spanniiinig, diat het teek-en van te vertrekken zo-u worden gege ven. Eindelijk sprak .die antieke gast heer „Vooruit, jongens! instappen .en joelend drong de kinderschaar naar .buiten., en zocht elk een plaatsje in de koets. Hi j «elf bleef met soepti- schlen oogopslag ons gadeslaan op de sloep van .het huis. We talmden tot hij in zou stappen. Maar ineens zei -hij gestreng „Jongens, stap .eens allemaal uit Geen menscli begreep wat het te be duiden had, maar daar hij geen man was, -ohi hom niet. aanstonds te ge hoorzamen, verlieten we .allen ge hoorzaam het- beloofde land. Toen al len weer voor de gang stonden in die geopende huisdeur, .zei bij tot -den koetsier „Oprijden nu maar", en cldze, 'blijkbaar vooraf .ingelicht, klapte met de' tong en voort reed de leege- zaak. Wij stonden met z'n allen verbluft Wet rijituilg na te stanen, 'n .ondeugend1© traan sprong luier en da air uit eien don ker jongensoog, balt nog straks hol der had geblonken. En op redienee- rendien toon .ging de zondeilinige oude mian voort Kim dieren daarmee kunnen jullie niet te vroeg, kennis maken. Daarom heb ik je luier laten komen. Dat. zijn nu debeproevingen d'es le vens Zelden denk ik meer aan d'i© sddert lang-veiigeten historie, m.aar ais ik in den zomer, uit het doodlsche der m- gesla.p.en stad; correspondeer,en moet voor mijn nieuwsgragen lezerslcning, dan: is het of .ik wederom de stern hcor.e)n za.1 van dien waaarwijizen ou den vrind van m'n grootvader. Dan iis het of ik .luem weer hoor zeggen met zijn krakenldi geluid „Ziedlaar nu de beproevingen des levens." Maar stildaar herinner ik nue plotseling, welk 'n schoon© en stich telijke scène ik beleefd heb op den Zwaneniburgvv.aJ, wiaar edn ronuan werd afgespeeld in drie dertien, van welken roimia.n ik de tweede helft van het laatste hoofdstuk van het derde deel voor m'n oogen heb zien geschie den vrouw en d.'art nog wel in 't publick, zoo maar, op een, tooneel I De -derde raadsman, Jan C. de Vos, zegt geen ja en geen nee. 't Is of hij denkt: „voor mijn. part had- die Graaf van Leicester nooit geleefd, dan hoefdie ik hem hier niet uit te beel den", een verzuchting, di© ik me voor kan stellen, want hij is te dik voor een ridder en begrijpt, wel, dat hij nooit voor 't publiek aannemelijk kan maken, waarom Elisabeth- (van Enge land) juist op hem zoo bijzonder ge steld is. Hij geeft dan ook op onver schillige manier, langs zijn neus weg, soms ook cloor zijn neus heen, den raad! om haar levenslang ge vangen te houden. Al deze raadgevingen bevallen Eli- sabth ni et, die van haar man het al"-- lerminst. Wat dort. ze dus? Haar eigen zin, zooals iedereen die raad vraagt. Aan een jongmensdh, dat ze pas tien minuten geledien beeft ieeren ken nen, draagt ze op, Marta Stuart langzaam en ongemerkt van kant te maken. Deze jongeheer, Ko van Dijlc genaamd., maar volgens 't pro- gramipa Mortimer, belooft haar dat, maar zonder van plan te wezen, het schelmstuk uit te voeren. Integendeel is hij stiekum op de hand van Maria Stuart, die hij uit de gevangenis wil verlossen. Deze Ko van Dijk-is, voor zoover ik weet, geen familie van Yan Dijks beschuit- en broodfabriek te Haarlem. Hij is, om zoo te zeggen, brood noch beschuit, maar een groo te valscherik en 't is dan ook maar heel goed, dat 'hij zich naderhand, wanneer zijn bedrog gebleken is, zelf van kant maakt. „Weet j-e wat", heeft intussoh'eaï de Vos de Koningin nog aangeraden, „ga eens wat, met Maria Stuart pra ten. Wie weet of je niet op een idee komtDat gaat aan. Maria mag Voor de begrijpelijkheid van cl.ö his torie zie ik nue dus verplicht iets vroeger te beginnen Zij was 'n jonge meld, rank van leden als 'n jonge den., rood vaan wan gen als 'n appel in den herfst, blond- lokkig als een moderne Kunegonde. Zij was volmaakt; -alleen haar neus had de bedehkeiijke neiging, wélke aan deni tooien te Pisa niet vAeemd i-s. Hij daarentegen was 'n flinke knaap, doch' zeer leelij'k. 'n onoogelij.k kerel tje. Zat echteer goed in z'n geld. ter wijl zij niets bezat. Vandaar, dat zijn vader d'r zoo gloeiend tegen was, als de hare er izich vóór had ver klaard. In zijn •ouderlijk hu-is dloók dientengevolge •voortdurend cle ruzie op, trachtte mén dien jongen te over reden het mrtslke tos te laten, en/maar wefllvarenclier bruidje uit te zien-. Soms Wedfeiide de jonge man, wee van al •hét gesoebat en gekijf, of hij er geen eind aan maken zou. Maar alls hij een oogenbli k liane lieve 'leden omvat hield, en blikte in haar lieve oogen, en 'n zoen kreeg op z'n wang van d'r lieven mond, dan vergat hij niet al leen de Busaaische .neigingen van Iia- treii neus, maar ook d'e bedenkingen Zijner •ouders, en hunne Jiefdte was hedhter dlan ooit. Dat duurde en, duur de tot op dien avond d'e bom barst te Reeds vroeg o.p dien avond was z'n /vader thuis .gekomen, vtoekens- en twistziek. Het was kennelijk, ©lat hij •niet kaarsschoon was. Z'n vrouw d!ie alleen thuis was, béefdte van angst. I-Iij liegclle zich vadsig neef in zijn stoel, en sliep onrustig in. Na een poos kwam cle zoon het huis in, met z'n meisje, clat de steen was .dies aan stoots. Hun gestommel op de tra,p diced, den half-ontnuchterd en vader opwa ken. En daar begon het lieve leven •het was 'n gescheld, en 'n gewechlen /n kabaal van bellang. Er werd ge- dreü'gcl en geklopt, en gevochten. D.c twistenden raakten de straat op, er ontstond 'n tumult, 'n. rauwe gil hét meisje was te water gesprongen, de jongen haar achterna. En cle va der, met verwarde dronkemanisehap, trok zijn jas uit, ©n ook hij plompte zwaar de gracht in. Allerwegen snel den cle helpers toe. De vader wenicl op gehaald en hij 'lag' te steunen aan den waterkant, en kwam spoedig; weer bij. Maar naar hdt meisje en den jongen mam werd lang gezocht, en toen men zo -eindelijk vond- en afzichtelijk op haalde), en neerlegde op den grond, en terug te roepen poogde in flat zorg zame leven, toen -bleek hetdat ze al lang gegaan waren naar hdt land, waar geen twist nueer i-s of gekijf, maar eeuwige rust alleen. Het meisje werd begraven. Zwart stond de menigte, opgedrongen om het sterfhuis. Er moesten bereden politie agenten konden om cle orde te hand haven. Toen de kist was uitgedragen, weid stil 'n krans neergelegd op de van den slotvoogd eens in 't park wandelen, voor welke -feestelijke ge legenheid een karpet op den vloer is gelegd, alsof gekroonde voeten van een beetje grint zouden beschadigen. Weldra verschijnt ook Elisabeth, de zen keer met e.en hoed op; de kroon •is zeker huisdracht en heeft ze dus in 't paleis gelaten. De twee dames behandelen elkaar niet frisch. Eerst gaat Ellsaheth wat we in 't dage- lijksch leven noemen „uitpakken", terwijl Maria onderdanig is. Ieder in de zaal begrijpt dat dit zoo niet du ren mag en jawel, op eens zét ook Maria zich schrap en vertelt Elisabeth eens flink wat ze wel is, waarna de twee vischdam.es scheiden. Elisabeth vertrekt met groote stappen, Maria blijft op 't karpet, aangezien ze ge vangen is. De heer Holtrop heft zijn armen ten hemel alsof hij zeggen wil„..goeie hemel, wat zijn ze daair aan de gang geweestHet .publiek applaudisseert, 't scherm gaat weer op, de twee da mes verschijnen buigend naas-t el kaar, de heer Van Gasteren ver schijnt en biedt elk een bouquet aan. Ik Wad hem wel' wi-ll'en toeschreeu wen „toe nou mijnheer Van Gaste ren, verzoen ze nou met mekaar, 't is zoo'n prachtige gelegenheidmaar 't was al te laat. Het scherm was al gevallen. Intusschen is de dubbelzinnige hou ding van Jan C. Leicester, ik bedoel graaf Leicester, in de gaten geloo- pen. 1 Werd tijd, je moest wel heel ownoozel wezen om dat niet te zien. Jan C. evenwel; ook niet voor de poes, weet zich er handig uit te draaien, maar moet tot zijn straf zelf bij Maria's terechtstelling tegenwoor dig wezen. Want 't, pleit is beslist. Burleigh, de bloeddorstige, heeft het jonge dioodeHet was 'n gesel reuk van de moeder van den met haar ver dronken jongen. Toen de vader verscheen werden dreigeend© uitroepen vernomen, en vuisten werden opgestoken. Met ge bogen hoofde vólgde hij achter den wagen, waarin zijn zonde lag, die hem pijnigde Ziedaar 'n gebeurtenis uit cle war me hoofdstad. Ti Geschiedenis, die al weder bewijst, hoe cle drankduivel vlortc zaait, en- tweedracht en onder gang. „Ons volk", zegt 'n oude spreekwij ze, ,.is ontwoekerd aan de baren." Men bedoelt clan ons land. Maar het moge waar zijoi, dait het ontwoekerd ils aa.n het water, het is niet minder waar, dat het nog niet ontwoekerd »s aan cle jenever. Bacchus, die oolijke spotter, is cl© god der niisdadigliepIcL De gevangenis is -op de- flesch ge bouwd. Stadsnieuws KENNISGEVING. -De "Burgerneerter v.an Haarlem, brengt bij dletee ter (kennis van d'e ingezetenen deizer geimeetijte, d&lt KMI ap dern G Augustus 1906 ji. executoir verklaard kohier no. 1 bedrijfsbelas ting idieizer gemeente dienst 19061907. op bedien -aan dien ontvaniger der di recte -ljeJiOsltimgein is ter Ihand gesteld. Wordemldie de ingezetenen, tevens herinnerd, dat de heJastanscliuldigen verpl&cM zijn hunnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen. A k te-,exaniens L. O. Utreolit. 9 Aug. (Gymnastiek.) Op geroepen 4 mann'el. candidatenge ëxamineerd 2, niet opgekomen 2. Ge slaagd de'beer R. W. F. Post te Haar lem. M a.an d 1 ij ks O v eraicht van de vereeniging WeHdiaidigibeta naar Veaimogen. 'Boekjaar J November 190531 October 1906. Voor Ijeftiiorttigon wend' icgestaan- Brood en lievenismfflddlél'en j 2211.85^ Brandrtoffen. f 313.58 Ligging- en kloedingrtukken 68.89 Geld .en diversen r- 4479. Verplegihgekorten S7.171 Adim.i'ofistealtaek'orteai' 9-11.97 Totaal f 8105.38 In hooger beroep. F. Moerkerk alhier, die ter zake van oplichting door de Rechtbank al- luier is veroordeeld tot 9 maanden ge vangenisstraf, is tegen dat vonnis in hooger beroep gegaan. gewonnen. Met een geweldige kras van haar veeren pen heeft mevrouw Holtrop het doodvonnis geteekend. En mijnheer Holtrop, die er den hee- .len avond zoo tegen was Heeft hij, als een verstandig man, gezegd: „hoor eens vrouw, geèf haar nou maar grafie, 't scheelt maar één be drijf en wat maalt het publiek erom, of we een trein vroeger- of Iatetr in Amsterdam terug zijn?" Dat zou ze ker indiruk hebben gemaakt op een verstandige vrouw. Maar neen, de heer Holtrop houdt alweer met een zangerige stem een vermanende toe spraak. Daar kan zijn vrouw niet te gen, daar zou ik óok niet tegen kun nen. Mevrouw MannBouwmeester moet dus nu dood. Er helpt niets meer aan. Haar bedienden en kamerjuf fers, die we tot dusver heelemaai niet gezien 'hadden en dus wel lui waren in 't vervullen van hun plich ten, snikken, nu ze naar 't schavot moet, het h-eele tooneel van tranen vol. Jan C. met een nieuwen mantel aan komt er bij staan en krijgt voor 't laatst de waarheid nog eens te hu oren. Tal van dames pinken ter sluiks tranen weg of snuiten met ver dachte haast zich den neus. En na dat voor 't laatst geapplaudisseerd is en Maria, die dood is, voor 't voet licht heeft gebogen, is 't voor goed uit en gaan we naar huis met dern in druk, dat het gezelschap vrijwel aan elkaar gewaagd, Elisabeth geen haar beter was dan Maria en Mortimer bijna een even grooten deugniet als Jan C,, ik meen als Leicester. FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1906 | | pagina 5