het geklop, zonder van zijn werk op
te zien.
De roode zomerhoed verscheen om
de deur en het meisje trippelde naar
hem toe, ging in een stoel tegenover
hem zitten en streek met een vlugge
handbeweging een i ge weerbarstige
donkerbruine krullen naar achteren.
Vind ik je alweer in die stoffige,
droge napieren begraven, Chris
lachte zij.
Hij wierp zijn pen neer.
Ik wist niet, dat jij het was,
Edna, zei hij vroolijk. Het spijt me,
dat ik zoo ruw was, maar ik ten zoo
overladen met werk. dat ik zelf niet
wist, waar ik Was.
Zij vertrok een weinig hlaate be
koorlijk gezichtje.
Dat is jammer, zeide zij, omdat
ik zoo gaarne wilde, dat je me mee
naar het mijnwerlöersbal nam. Je
weet dat liet het eerste is. dat in het
kamp wordt gegeven en het zal juist
zoo mooi worden.
Hij aarzelde en er vertoonde zich
een spijtige trek op iziyn feJaat-
Ik ben bang, dat ik niet gaan
kan, Edna, zeide hij. Je ziet, dat ik
mijn handen op het oogenblik zoo
vol heb, dat ik aan -geen genoegens
kan denken.
Zij stak pruilend haar lippen voor
uit.
Je denkt veel te veel aan werken,
zei ze. Het is het eenige niet het
leven.
Ongelukkig is 'het juist een groot
deel van het leven voor mij. ant
woordde hij. Je weet, dat de maat
schappij van plan is hier spoedig een
groot kantoor te stichten en het ia
van de allergrootste beteehenis voor
mij, dat ik daar chef van wordt.
Dan zal ik met mijnheer Walla
ce gaan, zei zij.
Een pijnlijke trek vertoonde zich op
Julian's s-elaat, toen hij haar aan
keek.
Het spijt me Bdna, maar je
moet weten, dat Wallace hedennacht
naar Carbola moet rijden om goud
van deze week weg te brengen.
Je schijnt het er op aangelegd
ie hebben om mij geen enkel plezier
te gunnen, Chris, antwoordde ze ver
drietig. Kan niet een ander in de
plaats van mijnheer Wallace gaan
Er is niemand, wien ik zoo'n ver
antwoordelijkheid op de schouders
sou kunnen leggen.
Zij perste haar lippen on elkaar.
Ik geloof niet. dat het goed is,
om hem voor zoo'n expeditie uit te
eenden, merkte zij op. Hij is met
200 goed bekend met den weg en
Mc. Durmer en zijn bende hebben ge
dreigd op den een of anderen dag de
goudzending aan te houden.
Maar het is zijn plicht. Edna,
eei de jonge man.
Het meisje stond van haaT stoel op,
haar oo"©n fonkelden en haar stem
beefde toen zij antwoordde
Zijn plicht schijnt hem altijd bij
de meest gevaarlijke baantjes te roe
pen.
En met dit onrechtvaardig verwijt
op haar'lippen, verliet zij haastig het
vertrek.
n.
Julian zag haar op het paar dstij-
gen en door de lange rijen van ten
ten galonpeeren. Toen ging hij weer
zitten, en verzonk in gepeins. Het zou
zeer gemakkelijk voor liem zijn om
ook aan die genoegens deel te ne
men, zoo gemakkeiiik, dat het hem
bijna dwaas toescheen te weigeren,
maar de ruwe school van het leven,
-waarin hij was opgegroeid, had hem
een ruw stoïcisme .ingeprent, dat in
de eerste plaats arbeid boven alle an
dere din pén voorschreef. En de Laat
ste woorden van 't meisje deden hem
gelooven, dat het werkelijk Wallace
was, dien zij tot begeleider wilde
hebben.
Zijn gedachten gingen terug over
de tien lange jaren, die waren ver-
loopen sedert hij in het kamp was ge
komen als een jongen met. vele iucht-
kasteelen, en het hoofd vol van het
romantische, onafscheidelijk verbon
den aan het leven in de tenten en om
het kampvuur. De fortuin had hem
niet begunstigd en zijn luchikastee-
len waren verdwenen als sneeuw voor
de zon. Maar in die dagen van moe
deloosheid: verscheen hem een la
chend bruinharig meisje, de dochter
van een mijnwerker, die met hare
kinderlijke vertroostende woorden de
wanhoop over zijn tegenspoed weg
nam. Om haar had hij jfnet hand en
tand tegen het noodlot gestreden, en
toen er een nieuw bankiershuis werd
geopend, werd hij aangewezen als de
voorloopt ge bestuurder.
Toen was Wallace uit de stad over
gekomen om hem en zijn drukke be
zigheden bij te staan, en Julian ge
voelde dat zijn komst een schaduw
tusschen hem en het m'edsje had ge
worpen. Wallace had een vriendelijk
voorkomen, was op en top een ste
deling, iets ouder dan Julian, hoewel
niet Van 'zooveel ondervinding en
werkkracht.
Hij was van een zwakke, beweeg
lijke natuur, maar had op een onver
klaarbare manier door riin zelfge
noegzaam optreden het meisje voor
zich gewonnen.
Het leven op de straat van denaar
het kamp terugkeerende mijnwerkers
deed Julian met hernieuwden ijver va
ziin parv-eren verdiepen, toen ér op
de deur werd geklopt en er een tele
gram werd hinnengeworpen. Hij
maakte het vlug open en zar meteen
oogopslag dart het van het hoofdkan
toor te Cabarlng kwam. het luidde:
Neem heden snecïal© voorzorgen
bij de goudverzending. McDurmer's
bende moet zich in den omtrek schuil
houden.
De woorden van het meisje klonken
hem nog in zijn ooren. toen hij het
telegram op tafel wierp. Haar onge
rustheid voor de veiligheid van Wal
lace had hem dwaas toegeschenen,
maar nu dreigde er werkelijk gevaar
hij het t.ransporteeren van het goud
over de hergen: Mc Durmer was een
stoutmoedige gewetenlooze bandiet,
die het reeds lang met' de politie aan
den stok had. Er was misschien een
hinderlaag. Een schot in den rug en
een paard zonder berijder, van zijn
■goudlost ontdaan, was aan de gena
de van de aanvallers overgeleverd. De
gedachte kwam bii hem op. dat, in
dien er iets met Wallace mocht ge
beuren. het moisio hem ongetwiifeld
daarover verwïitingen zou doen. Haar
laatst© verwijt deed hem nog pijn.
Eensklaps hoorde hij luide stoppen
op de waranda en zijn collega ver
scheen in de deur.
Het paard is gezadeld eu wacht
Ligt het goud klaar?
Het was een jonge man van om
streeks 28 jaar met zachte, vrouwe
lijke trekken. Julian keek van zijne
papieren op en zag hem aan.
Alles is klaar Wallace maar je
behoeft deze week niet te gaan.
Waarom niet, vroeg de ander,
terwijl zijn gelaat van vreugde op
helderde.
Ik ga zelf.
Maar je hebt het nu toch zoo
erg druk. niet waar
Ja, tamelijk druk, antwoordde
Julian, maar het is van belang,
dat ik vannacht zelf naar CabaMag
ga-
Het scheen Wallace toe. dat door
een bijzondere beschikking zijn vu
rigste weusch vervuld zou worden.
Hij had gedacht zich dien nacht op
een eenzaam bergpad te bevinden,
terwijl Julian en het meisje samen
dansten in het verlichte gemeente
huis zijn gezicht kon zijne vreugde
daarover niet verbergen.
En bovendien Wallace, zeide zijn
chef, toen hij het vertrek wildie verla
ten, ik zou gaarne willen, dat je
Miss Machray naar het mijnwerkers
bal vergezelde, ik geloof, dat je haar
daar een groot plezier mee zoudt
doen.
Wallace stemde direct toe en was
buiten z5ch zei ven van verwonde^
ring.
III.
Een uur later, toen de schemering
zich over de vlakte uitspreidde, ver
bet Julian heimelijk het kamp en
volgde het lange, donkere pad, dat
naar de heuvels leidde. Het was een
rit van 40 mijlen door een ruwe en
rotsachtige streek, op sommige plaat
sen nauwelijks begaanbaar voor een
geitmaar zijn pa and was een onver
moeide b'ergponny, die stevig op haar
pooten stond en zoo vlug was als de
wind. Het beest nam korte, vlugge
sprongen terwijl het den kop voor
uitstak en met de hoeven die steenen
op deed vliegen.
Na een snellen rit van 10 mijlen
over het steile pad' bereikte hij een
plek in het gebergte, hoog boven het
kamp gelegen. Ver benedien hem ge
leken de dicht aaneengesloten rij'e.-n
tenten een groep bieeke sterren, en
Julian hoorde in zijn verbeelding het
schuifelen van dansende voeten op
den gladden vloer van de zaal en de
zeurige muziek van de hasrmonica.
Hij zag verder Edna, wier gezicht
gloeide van opwinding, de zaal rond
zwevende in Wallace's armen, glim
lachend naar hem opziende.
Hij verbande echter al deze droevi
ge gedachten en reed gestadig voort.
Hij verdween in het donkere geberg
te en hij hoorde niets dan het scher
pe. korte geluid der paardenhoeven
op den harden granietrots en het
zachte gekreun van den wind door
de gom- en mirtenboomen.
Het gewicht van den ruiler en van
de leeren zakken begon het paard te
vermoeien en de adem kwam er hor
tend en stootena uit. t oen twee spit
se bergtoppen op eienïgen afstand
zichtbaar werden, sprong Mj uit den
zadel eu leidde het paard over het
rotsachtig pad.
Het was de berucM© Turonpas, een
smal geitenpad tusschen twee reus
achtige granietmassa's en hij wist,
dat dit de plaats zou zijn, waar Mc.
Durmer in een hinderlaag zou liggen,
indien hb van plan was, hem te over
vallen. Hij meende zich te herinne
ren, dat hij wel eens had hooren spre
ken over een kronkelend rijpad over
het gebergte, waardoor de pas ver
meden kon worden 'en hij dacht het
wel te kunnen vinden. Voor zichzelf
was hij niet. hang, maar hij had on
der zijn berusting de zuur verdiende
spaarpenningen van vele mijnwer
kers. en dit nojdzaakte hem om voor
zichtig te zijn. Gedeeltelijk klimmen
de. gedeeltelijk kruipende van het
eene bosje gras naar het. andere,
leidde hii zijn ponny over de bijna
loodrechte hellingen, zoo nu en dan
stilhoudend om te luisteren, terwijl
al zijn zenuwen op het hoogst ge
spannen waren. Maar de duisternis
rondom hem scheen een afgesloten
ruimte, waarin slechts zijn eigen
schreden op den rotsbodem klonken
als de trillingen van een stemvork.
Hij had den top bereikt en stond
stil om op adem te komen, toen. een
zacht gefluit weerklonk van een rots
tegenover hem gelegen. Op hetzelfde
oogenblik doemden drie gestalten
naast hem op en hij hoorde een ruwe
stem uitroepen
Geef u over, vreemdeling
Zijn hand greep naar de revolver
aan zijn zijde en 'hij schoot vanaf zijn
heup biina. op *t zelfde oogenblik wa
ren drie vurige tongen in de duistei-
n-i's zichtbaar met een flikkering en
een geknal en hii wankelde naar zijn
paatd. Hii had nog voldoende kracht
om in den zadel te klimmen en zijn
paard aan te zetten tot éen woester»
galop het bergpad af.
Er weerklonk een tweede oorver-
dPovend salvo en hij keerde zich een
wrin-i.sr in dep zadel om. toen hij een
minlijken schok gevoelde. De ponny
nam een razenden galop' aan.
IV.
Het bal was geëindigd. "Wallace en
Edna sloegen den hoek om. waar het
kantoor stond, welks grauwe om
trekken zich donker afteeken den te
gen den achtergrond van de witte ten
ten. Er .scheen eenig rumoer in de
nabijheid van het gebouw te heer-
schen. De deur stond open, en een
helder schijnsel kwam uit een klein
vertrek achter het kantoor. Een zes
tal miinworkers stonden buiten fluis
terend te spreken en aan de omhei
ning was een paard met trillende
flanken en geheel overdekt met
schuim.
Het meisje zag, dat het Julian's
paard was aan de witte bles aan het
voorhoofd en haar gezicht werd plot
seling bleek.
Wat is er gebeurd riep zij uit.
Een van de mijnwerkers, die haar
bemerkte wendde zich om en aarzeb
de te antwoorden, toen hij haaramg-
stigen blik zag.
Tk ben bang, dat het heel egg is.
zei hij. Die Mc Durmer moet den ar
men Julian opgewacht hebben en
heeft hem een ernstige wonde toege
bracht, de dokter geeft niet veel hoop.
Haar lippen beefden en een doode-
lijke bleekheid verspreidde zich over
haar lief gelaat.
Eenige oogenblikken ïater knielde
zij neer in de kleine kamer, waar het
gele licht van een flikkerende kaars
een onzeker licht verspreidde, naast
het. bed, waarop de gewonide man lag
uitgestrekt.
Chris, 0 Chris, snikte zij, 0
Chris, ze" to oh wat tegen me.
Hij wendde zijn gezicht naar haar
toe en trachtte de uitdrukking van
pijn, die er op lag voor haar te ver
bergen.
Dus jij bent het werkelijk, Ed
na? zei hi i met een glimlach, ik dacht
wel, dat ie zou komen, zoodra je het
hoorde.
Maar waarom ben je gegaan
riep zij op bartstocMelijkên toon uit.
Hij aarzelde een oogenblik en een
flauwe glimlach gleed over zijn ge
zicht.
Ik hoorde dat Mc Durmer ineen
hinderlaag lag en het zou laf geweest
zijn, wanneer ik Wallace in de val
had laten loopen.
Zij boog zich teeder over hem heen,
haar bruine haar streelde licht zijn
wangen. Zij zagen elkaar diep in de
oogen en toen, in algeheele overgave,
boog zij het trotsche hoofd en kustte
hem.
Den volgenden dag kwam de dok
ter met stralend gezicht uit de zieken
kamer en wendde zich tot de menig
te belangstellende mijnwerkers, die
voor de deur stonden.
Ik begrijp er geen steek meer
van. ze; hij. Wanneer ooit iemand
overeenkomstig de voorschriften der
wetenschap had moeten sterven, is
het Julian, maar hij is er bovenop en
hij zal wel spoedig weer beter zijn.
Ik begrijp niet wat de reden daarvan
kan zijn.
Maar de man en het meisje wisten
het beiden.
Ais Plaatsvervanger
Door Maxiimo AuJdlouin.
Ik moeit zeggen, mijn goede va
der hefeft me daar eau eigenaardige
opdracht gegeven, riep André d'Ornay
terwijl ihij den brief van zijn papa op
die tafel wierp. Ik moet hiem een juf
frouw van gezelschap bezorgen', die
zooveel defugden bezit, dat je er ge
woonweg van duizeltWaar moet
ik zoo'n witte raaf vinden? Nu, mis
schien met wat overleg en goedlen
■wil
D' Ornay stak een sigarette aan,
liet zich in zijn stoel vallen en begon
d'j advertenties te lezen; maar geen
enkele er van trok zijne bijzondere
opmerkzaamheid. Hij wilde reeds met
lezen ophouden, toen zijn oog op de
volgende regels viel
„Een jong meisje, 24 jaar oud,
„liefderijk van gemoed, van goe-
,,de familie, zou gaarne met een
,,rijk heer, zelfs wanneer hij oud
„of ziekelijk is, willen trouwen,
„ter wille van haar vader. Ze is
„ook bereid buiten te wonen. Brie-
ven. cim miej. g. a., adres uoll
„portier Rue des Arènes No. 7."
De eenvoudigheid van deze annon
ce maakte op d' Ornay een levendigen
indruk. Hij maakte er uit op, dat de
persoon, welke ze had opgegeven, ,een
eerlijk, oprecht karakter moest heb
ben.
Bij opmerkzaam nalezen werd die-
ze eerste indruk nog versterkt en. on
der den droefgieestigen invloed van
dr schemering liet hij zijn gedachten
naar 't verleden teruggaan. Daar zag
hij in het halfdonker eeh gestalte
voor zich, die langzamerhand de
trekken van een andere onbekende
aannam, welke eens met hem in aan
raking was gekomen, 't Was een ar
me muziek- of taal onderwijzeres, die
drieanaal per week in het huis kwam,
waar ze bij de huurders op de boven
ste verdieping les gaf. Verscheidene
keéren had ihïj haar op de trap ont
moet-
Door haar schoonheid en nog meer
door de zachte en edele uitdrukking
van haar gelaat getroffen, had hij
een steeds grooter wordende gene
genheid voor haar gevoeld. Daarbij
wilde een eigenaardig toeval, dat hij
baar telkens tegenkwam. Hij groette;
zij beantwoordde zijn groet, en, ver
heugde hij zich over déze ontmoeting,
het meisje scheen ook volstrekt niet
boos over de oplettendheid, welke hij
haar betoonde.
Maar toen waren plotseling haar
lessen opgehouden en wijl hij haar
adres niet kende, was hiun verkeer tot
deze weinige ontmoetingen beperkt
gebleven.
Maar thans kwam plotseling hiet
beeld van de arme muriekoraderwij-ze-
res naast dat van juffrouw S. A.
voor zijn geest. Welk een droeven
roman van ellende doorleefde dit jon
ge meisje, dat ze zich op haar jaren
:ot voorwerp van zulk een handel wil
de maken. Alleen om haar vader in
zijn laatste dagen tot steun te zijn,
wilde ze haar bloeiende jeugd aan
een oud man wijden. En ze ging daar
niet lichtzinnig op in. Op haar leef
tijd weet men wat men dJoet; haar
offer was wel overwogen en over
legd.
Ze wist wel, wat ze 'achterliet, en
welke plichten haar wachtten. Om
trent haar voorkomen was er niets
medegedeelddat verried gepaste be
scheidenheid, waardoor het boven
dien reeds roerende beeld der onbe
kende nog vollediger werd gemaakt.
Als ze maar niet leelijk is
Maar neen D' Ornay kwam tot de
overtuiging, dat ze niet leelijk kon
zijn. De „andere" was immers ook
verrukkelijk geweest
En hoe Icon men rich zoo'n fijnge
voelige ziel in een misvormd lichaam
voorstellen 1
Nu, me dunkt, dat zou iets voor
papa rijn; ja, waarom niet? Laat
me eens overleggenNaar alles te
oordeelen, heeft juffrouw S. A. aan
de mogelijkheid van zulk eem huwe
lijk blijkbaar gedacht 'als aan een
laatste redmiddel en zou zéker harte
lijk blij rijn, als het haar bespaard
bleef. En wat wordt er nu eigenlijk
geëischt Ze moet een oud) soldaat,
die aan irh-eumatiek lijdt, wat opvroo-
lijkenNu, juffrouw S. A. kan haar
vader meenemen, hij kan dicht bij
het kasteel wonen, en ik rie niet in,
waarom alles op deeze wijze niet uit
stekend geschikt zou kunnen worden.
Na deze monoloog eindigde André
zijn overwegingen met de woorden
Waarlijk, men kan het dn elk ge
val eens probeerenik ga morgen
naar de Rue d' Arènes 1
Links op de vijfde verdieping,
had de portier gezegd. Op de deur
was een. kaart gespijkerd, welke een
tweeledig opschrift droeg: Felix Saint
Aubin, gep. esc aiirons-chef Mejuffr.
Amélia Saint Aubin', onderwijzeres
in het Fnamsch, het Engelsch en het
pianospel.
D' Ornay drukte op het knopje van
da eleotriisclie belbijna op hetzelfde
oogenblik werd de deSur geopend, en
een jong meisje werd zichtbaar.
U?
D' Ornay had een uitroep van blijde
verrassing niet kunnen onderdrukken
toten hij in. de onbekende de jonge on
derwijzeres voor zich zag, wélker ver
dwijnen een veel dieper indruk op
hem had gemaakt dian hij zich zelven
•wilde bekennen.
Het van de trap komende licht viel
op een gelaat \%n zeldzame» reinheid,
dat door een diadeem, van dik, kas
tanjebruin' haar nog schooner werd
gemaakt.
Ook het jonge meisje had den be
zoeker herkend1, en ofschoon ze haar
verrassing niet zoo duidelijk liet blij
ken als hij, kon ze toch ook een ze
kere gemoedsbeweging niet onder
drukken.
U herhaalde hij, u bent juf
frouw S.A.
En toén hij nu om die gunst van een
privaat onderhoud had verzocht,
vroeg ze verlof haar vader te mogen
waarschuwen, maar kwam na een
poosje terug en noodigde hem uit, om
haar te volgen. Ze ging hem voor
naar een kleinen salon, waar dé wei
nige meubels zoo gerangschikt wa
ren, dat ze een goeden indruk xnaak-
Itl een armstoel bij het venster zat
een grijsaard mét een -witten knevel,
levendige oogen en het gezicht vau
een soldaat. Hij droeg een Griéksche
muts en een kamerj apon, las een cou
rant en rookte daarbij uit eéne lange
Lieve papa, zei het jonge meisje.
De bezoeker trad nader.
Sta me toe, majoor, mij aan u
voor te stéllen André d' Ornay, audi
teur bij den Raad van State.
D' Ornay riep de majoor, ter
wijl hij beproefde op te staan, wat
hem echter niet gelukte. Au, drom
mels dié vervloekte jicht! Neem
me niet kwalijk, meneer, maar bet is
niet mijn schuld, dat ik u zittend
moet ontvangenD'Ornay, zei u...
Bent ji misschien verwant met den
generaal, die zoo heet?
Ik ben zijn zoon.
Zijn zoondan is er tusschen
ons beiden geen lange voorstelling
noodig. Uw hand, meneerIk heb
onder uw vader gediendeen flink sol
daat, dien ik van ganscher harte lief
heb.
De majoor stak dien jongen man de
hand toe, welke deze stevig drukte.
Ja, hij heeft mij nog als onder
luitenant gekend en ik werd juist
ritmeester toen men hem pensionneer-
de. Ik wist, dat hij nog leefde, want
we zenden elkander op Nieuwjaar een
kaartjemaar 'ik ben blij, dat ik van
u wat naders boor. Hoe gaat het den
generaaL toch 7
Och, het gaat hem met zijn rfïeu-
matiek niet veel betér dan u met uw
jicht, majoor.
Jicht en rheumatiek zijn broer
tje en zusje; ©en heel akelige fami
lieOch, 't is zoo jiammerik
'heb aan het hoofd van. .zoo'n mooi es-
cadron gestaan en nu moet ik hier
stijf in mijn stoed zitten-. Nu, men kan
niet alles hebben'; het is nog een ge
luk, wanneer zachte vrouwenhanden
iemand die laatste dagen gemakkelij
ker maken.
Terwijl hij ©en blik vol liefde op
zijn dochter wierp, vervolgde de oude
heer
Haar liefde verzacht veel bitter
heid en dat 'heeft de generaal zeker
ook gedacht, daar hij weer trouwen
wil.
Weer trouWen riep d' Ornay
verbaasd.
Wel zeker, zei de majoor met de
hem eigen openhartigheidkomt u
dan niet op Lilly's advertentie?
Zeker
Welnu dan, als u niet in eigen
aangelegenheden komt, dan kan het
toch alleen maar voor den generaal
rijn.
Die gevolgtrekking was volkomen
logisch. Maar de jonge man was erin
het eerste» oogenblik toch wat ver
bluft door. Hij had de wending, wel
ke het gesprek zoo spoedig nam, niet
voorzien. Hoe zou hij nu die waar
heid zeggen zonder dezen vader bit
ter té krenken, wanneer hij -hem het
eigenlijke doei van zijn bezoek mede
deelde. Kon en mocht hij hem beken
nen, dat. hij er slechts aan had ge
dacht om het jonge meisje als zieken
verpleegster, als een soort dienstbode
voor zijn vader te winnen, maar heo-
lemaal -niet als ©chtgenoote
Intusschen had1 juffrouw Saint Au
bin op een wenk van blaar vader dé
kamer verlaten en de oude heer ver
volgde op mededeélzamem toon
Ik begrijp allesdé généraal
heeft u als éclaireur vooruitgezonden,
om het terrein eens te verkennen
Ja, ja, wij arme menschen vallen
maar al té vaak in handen van "'-n-
trlgante menschen. Beken 't maar, ik
heb alles geraden en dat is het ge
heime doel van uw bezoek.
Dé jonge man knikte half werktuig
lijk met het hoofd.
Welnu danu hebt Lilly en u
hebt mij gezien; wij zijn brave men
schen, maar ook niets meer. Ik heb
mijn pensioen en mijn ridderkruisen,
dat is alles. Lilly heeft om mij zelfs
haar lessen moeten opgeven, daar
we geen dienstmeisje meer kunnen
houden. Daar we buitendien nog
schulden hebben, komen we niet best
uit en moeten aan de toekomst den
ken. Wat moet er van mijn arm kind
worden, als ik plotseling sterf? En
zoo heeft het brave kind dan beslo
ten rich op te offeren en wil iedereen
trouwen, die haar maar hebben wil...
haar en mij. Want ze wil niet van
mij scheidenMaar zooveel kan ik
u wél zeggen, de man, die haar krijgt
is goed afwant Lilly is een braaf
meisje, dat haar echtgenoot door te>e-
dere zórg honderd maal zal vergoe
den, wat hij misschien tegen zijn zin
voor haarvader doetIk zou haar
niet aan iedereen geven, maar ik ken
den generaal en ben overtuigd, dat
ze bij hem niet ongelukkig zal wor
den want in hem zou ze ten minste
zoo geen echtgenoot, dan toch een
tweeden vader vinden. Ziezoo, me
neer d: Ornay, dat kunt u uw vader
zeggenhet is nu zijn zaak om een
besluit te nemen. Stemt hij toe, dan
brengt u mij zijn antwoordzoo niet,
aan is een brief voldoende om de on
derhandelingen iai te breken.
Het j'onge meisje, dat door haar
vader werd geroepen, verscheen weer
in 't salon. In dén blik, welken ze op
den bezoeker wierp, lag tegelijk me
delijden en angst.
André -ging deze blak -zeer ter harte,
maar hij nam afscheid en -reed nog
denzelfdien avond naar hét kasteel
d' Ornay,
Twee daigem later versoheen André
weer bij dien majoor.
Drommelsriep dleze lachend, u
brengt me spoedig het 'antwoord van
uw papa.
Dit antwoord, majoor, berust op
den indruk, welken ik bij mijn be
zoek vara eergisteren héb ontvangen,
en als er in uw beschikkingen niets
veranderd is, heb ik de eer u officieel
om de hand van mejuffrouw Saint
Aubin té vragen.
Ze is u toegestaan, meneer d' Or
nayals ik zoo zeg ,,u", dan is
dat natuurlijk maar bij mander van
sprekenU bent de generaal, dien
u, zooals men dat noemt, per procu
re, vertegenwoordigt.
Ja zeker, per procura, en ik ver
zoek u mijn papa niet kwalijk te
nemen, dat hij niet hier kan kornan
zijn gezondheidstoestand veroorlooft
hem -dat niet.
Ach ja, die vervloekte rheuma
tiek, dat begrijp ik
Hij -heeft mij daarom ook volle
dige volmacht gegeven om de voorbe
reidende maatregelen te nemen, en
als u zelf mij het afdoen der gebrui
kelijke formaliteiten wilt toevertrou
wen, ben ik g-aarue tot uw dienst. U
behoeft me dan alleen maar de noo-
döge stukken té geven.
Natuux'lijku ziet, het is met mij
even treurig gesteld als met den bra
ven generaal en mijn brave dochter
heeft absoluut geen idlée van dé voor
schriften der wetWeet u wél, dat
u een, heel beminnelijk ien voorko
mend! schoonzoon per procura bent?
Wait nu de toatériëele belangen
van mejuffrouw Sairat Aubin be
treft
O, riep de majoor, laten we, als
't u belieft, daarover niet spreken.
Als mij maar wordt toegestaan niet
al té ver van mijn dochter te leven
zonder iemand té hinderen
U zult niet van elkaar worden
gescheidenIk behoef wel nieit uit
drukkelijk te verklaren, dat de toe
komst van mevrouw d' Ornay in elk
opricht wordt verzekerd.
Men had' nu nog maar afspraken te
maken omtrent de huwelijksvoltrek
king an kwam overeen, om die over
een maand op 't kasteel Ornay te doen
plaats hebben. Tot zoolang zou een in
Parijs wonende tante van den gene
raal zich beschikbaar stellen, om het
meisje bij de inkoopen behulpzaam te
zijn.
Daarop trok zich Aradré, vergezeld
van zijn aanstaande stiefmoeder te
rug. Toen hij bij de trap -afscheid
wilde nemen, vroeg hij op zaöhtem
toon
Is alles overeenkomstig uwen
weusch geregeld, juffrouw?
Het jonge meisje werd bleek; men
kon zien, dat ze rildehaar oogen
werdén dof en- haar mond vertrok
zich krampachtigze wendde het
hoofdi af, om met -zachte stem te ant
woorden]
Ja, meneer, het I's alles goed zoo;
ik dank u
Nu zed hij op zonderlingen toon
O, u verdient gélukkig té worden
e~i voor zoover het van mij afhangt,
zal mevrouw d' Ornay het worden
ook.
Toen de deur weer dicht was ge-
paan, had! juffrouw Saint Aubin moei-
om rich op de been te houden.
Mijn hemel, smeekte ze, heb me
delij-den met mijgeef mij moed;
voor 't oog van allen, maar vooral
vcor mijn vader moet ik gelukkig
zijn.
Het rollen van een rijtuig op het
voorplein verkondigd© de aankomst
van dén majoor en zijn dochter, die
den vorigen avond bij vrienden van
d' Ornay waren afgestapt, en nu, ge
kleed voor de plechtigheid, den brui
degom op zijn kasteel opzochten.
Op dén drempel van den grooten
ontvangsalon stond de genei-aal in
gala-uniform, met al zijn ridderorden
op do borst, leunend© op den arm
van zijn zoon, om 't jonge meisje te
ontvangen, dat over eenige oogen
blikken zijn roemrijken -naam zou
dragen.
Zé kwam eindelijk, bekoorlijk
schoon i-n haar wit bruidsgewaad, het
gelaat witter -dian haar sluier, maar
met vasten tred' en ©en glimlach, op
de lippen nader.
Zich oprichtende was de generaal
haar tegemoet gegaan, zoo vlug zijne
kwaal hem dat veroorloofde. Galant
kuste hij haar de hand, beschouwde
haar m-et ontroering era beworadiaring
en zei
Mijn lief kind, mijn zoon heeft
me niet bedrogen, eln daar je glorie
rijk een proef hebt doorstaan, waar
aan ik je met opzet heb onderworpen,
rie ik, dat je even dapper als schoon
bent, en aanspraak hebt op al het ge
luk, dat, naar ik Loop, van nu af je
deel zal worden
Ik ben zeer oud en jij zeer jong,
daarom mag -ik me niet vleien, dat
je dit geluk aan mijn zijde zult vin
den. Maar ik weet, een ander zal met
vreugde de verantwoordelijkheid op
zich nemen en daarom vraag ik ver
lof, om die op hem te mogen over
dragen. Dien „ander" ken je ookhij
wa9 mijn afgezant bij jeDaar hij
reeds je bruidegom per procura was,
zul je zoo goed moeten zijn te ver
oorloven, dat ik hem de rol laat be
houden, die hij tot dusver, voor zoo
ver ik weet, tot ons aller tevreden
heid heeft gespeeld
Hij opende rijn armeen.
Mijn dochter 1
Daarop nam hij haar hand, legde
deze in die van André en voegde er
bij:
Je zult bij dien ruil niets verlie
zen
Wait? riep dé majoor verbaasd.
De generaal keerde rich om, en
klopte hem vertrouwelijk op den
schouder
Jij, oude jongen, hebt geen stem
in 't kapittel. De eene schoonzoon is
immers evenveel waard als de ande
reEn geloof me, in het huwelijk
is een generaal nog maar een stum
per tegenover een reserve-luiten an
vara 27 jaar 1
Maar, generaal
Wel, wat heb je er tegen in t
brengen Spreek op
Wat ik in te brengen heb
Ja 1
Heelecmaal nietsmaar dé papi<
ren, de afkondiging, kortom, alle foi
malitéitera?
Dat is -alles in -orde, best© vrierw
wat- bekommer jij je daaromHi
ha, daar sta je verbaasd van te ki
ken? Ja, ja, je had je eigenlijk nw
nis een récruut in het ootje moete
laten nemen, en dat nog wel doo
zoo'n misdadiger van ©ear a.uditeui
die van jouw onwetendheid gébruil
heeft gemaakt, om alle jrapierén- i
zijn voordeel te veranderenJ«
ja, je bent er rnooii ingelooipen Mae
je behoeft je er niét over te ergeretn
kijk ons bruidspaar maar ©eras aam
Bij deze woordien wees dé gearerao
met zijn st-ok naar de jongelui.
André stond bij zijn bruid, cile tham
met blozende wangen en glimlachen
den mond naar hem luisterde. Be
den stonden hand in hand en oog -
oog, en leefden reeds in den drooi
van geluk, die voor hen begon.
Wel, hoe is het, kinderen, zulle
we maar raiet gaan? zei de generaa
met rijn zware commandostem. D
burgemeester zou ongeduldig woi
den dus. voorwaarts marsch-
André boog zich tot zijne toekom
stige vrouw voorover, en fluisterd
haar toe
Vergeef me het dubbelzinnig
spel, dat ik heb gespeeld
Hij kon meer dan vergiffenis leze
in dén blik, waarmee ze op deze -
op zijn zachtst genomen overbodig
vraag antwoordde
Een Grost
Uit 't Zweedsch door 'MARTA OFFEP
De eiectrische tram stond stil ei
een lang, mager heer met een bril op
met kortgeknipt haar, bruinen knev«
en scherpe gelaatstrekken stapte ei
uit.
Hij bleef besluiteloos op de straa
staan en keek den tramwagen achtei
na, die langzaam verdween. De plot
selinge besluiteloosheid vormde eei
scherp contrast met .het uiterlijk vai
den man; het scheen dat hij het zei
voelde en er verlegen door werd. E
'lag iets buitenlandsch in zijn doei
en in zijn kleeding, zelfs zijn g-a.-n;
scheen die vara een buitenlander. Eei
geoefend oog zag, dat de hoed, de pa
letot en het schoenwerk van moden
Engelsch fatsoen waren. Hij stak eet
sigarette aan en begon langzaam doo
de straat te loopen.
Nogmaals herdacht hij de pleizier
reis, welke hij van uit -Amerika, he:
land zijner werkzaamheid, had onder
nomen, de groote steden, welke hi
had bezocht en bekeken, de aangena
me en nuttige kennismakingen, wei
•ke hij had kunnen aanknoopen, di
handelsverbindingen, welke 't hen
gelukt was gedurende de rede te slui
ten. Ja, alles te zamen was heel goei
gegaan volgens een verstandig opge
maakt plan ©n dank zij een goed voor
ziene beurs. Maar thans bleven hen
nog een paai- dingen te -doen over, di(
hij dwaas noemde, omdat hij ze -over
bodig achtte, die absoluut geen voor
deel voor hem opleverden en strikt ge
nomen ook v-oox niemand anders.
Nu ja, -de eene taak wilde hij nu da
delijk verrichten hij was van pi ai
geweest zijn oude kindermeid te be
zoeken, -die, zooals hij wast, hier ge
trouwd was. Dat zou volstrekt nie:
zoon onaangenaam bezoek worden
hij had in New-York een dameshorlo
ge gekocht met -een kleine briljant e:
in; dat zou ze mooi vinden en het koi
haar meteen bewijzen, wat een „ke
rel" de vroegere „jongen" gewordei
was. Hij faad het étui in den zak -
o, het kon heel aardig worden, zooi
babbeluurtje over herinneringen ui
de kindsheid; zij was de eenige noj
levende van degenen, die hij uit riji
kinderjaren kende, en het was nu vij
en twintig jaren geleden, dat hij haai
voor de laatste maal had gezien
Maar eerst moest hij nog naar wild
vreemde menschen om hun een groei
over te brengen.
Die groet, ja dat was het dwaz/
en onaangename. Hij had alle senti
mentaliteit van zich afgeschud; het le
ven had reeds lang met harde hari
in zijn lot ingegrepen -en hij was ei
aan gewoon geraakt om met gelijk!
munt te betalen. Maar wanneer 't iel»
feeders en onverstandigs betrof, weit
hij twijfelend; hij fcon zich d-ara nan
welijks uitdrukken en handelde 01
overlegd. Zoo moest hij ook wel in e&
goed, zwak uur geweest zijn, toen bi
dit op zich genomen had: den gro»
van een doode over te brengen e
wel van een doode, die in zulk een el
lende was gestorven als de arme, vei
loopen en door drank verongelukt
Georg. Reeds toen Georg in Amoril
kwam, was hij onmogelijk en de los
bondigheid, welke men hier thuis rei
moerlelijk als zelfstandigheid had gt
prezen, kon hij nooit kwijtraken.
Hoe was 't ook weer o ja, hij tv
dokter worden, en zijn vader, di
wachtmeester of zoo iets was. rond'
volstrekt niet pl-edzïerig, dat hij voc
veearts ging studeeren hij was nS
melijk vara 6tudi.e veranderd. Mafi
zelfs tot veearts kon hij het niet brei
gen de hemel weet welke dingen hi
(hier had uitgehaald; in elk geval, ii
was in rijn geboorteplaats onmogelij
geworden en daarom bracht men hl
laatste bijeen en zond hem naar Am»
rika. Ja, ja, maar het gelukt niet a!
tijd het daar tot -iets te brengen!
Toen Georg in de zaak kwam, waai'
in hij zelf deelhebber was, had rrtf*
hem het opzicht over de paarden tofr
vertrouwd, daar hij een soort intei
dant voor de gansche transporta.fd«
ling was. Nu bleek Georg's on dan!
baarheid: nadat hij voor den eerst*