BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD
Feuilleton.
24>te Jaarga g
MAANDAG SI DECEMBER 1906
No. 721»
DE ZATERDAGAVOND
HAARLEM'S DAGBLAD KOST
f8.20 PER 3 MAANDEN
OF 10 CENT PER WEEK.
ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 55.
DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6.
IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN
ADVERTENTIËN DOELTREFFEND.
ONZE ANNONCES
WORDEN OPGEMERKT.
Natuurhistorische
Wandelingen
IN EN OM HAARLEM.
CXLIV.
Waf een drukte, wat een bedrijvig
heid heerschte daar op liet kleine
pleintje, dat toegang tot het station
verleent. De duisternis der langewin-
ternac-hiiwi heeft nog niet sieireet en
al plaats .behoev/en te maken voor de
toch. reeds naderende dagvorstinne.
't 1® dan ook nog maar even zeven
uur. Bij tweeën en drieën naderen
»6 en voegen zich bij de overigen. Dat
groepje proieit voortdurend aan, 't is
a?e©ds de twintig gepasseerd en nog
komen er .meer. Zoo'n groepje wekt
altijd de belangstelling. Nieuwsgieri
gen voegen zich er hij en zijn ze zoo
gelukkig door dezen of genen hunne
nieuwsgierigheid bevredigd' te zien,
dan blij1 ven ze er ook bij, om andere
belangstellenden, andere nieuwsgie
rigen maar dadelijk, desnoods onge
vraagd in te lichten. Na gehouden
appèl, blükt dat allen present zijn,
vooruit dus naar binnen. Daar wor
den de kleine „scuepk aartjes" uitge
deeld, die bij het groote biljet behoo-
ren. Nog hier en daar een enkelen
blik op het oude station, dat er met
het 'liaarie sneeuw schilderachtig
neerligt, 't. Heeft zoo iets weg vaneen
m'ddeleeuwsche burcht, die ruïne
werd, maar waaraan de tand des tijds
nog heel wast te knagen zal hebben..
In die aneening wordt men nog meer
gesterkt door liet voor het station om
gewoelde terrein, die steemtioopen
b;er, die aardlioopen daar. die opge
broken buizen, enz., enz.
Maar er is zooveel tijd niet meer en
onze trein zou ondertussehen aan de
andere ziide van de gebouwen op het
Noorder perron kunnen aankomen en
vertrekken. Verzamelen we. ons dus
liever daar. Daalr rijdt, de trein bin
nen, door de gering© drukte zijn een
■veertig zitplaatsen spoedig veroverd
en weldra is de pratende, babbelende
menigte binnen en daardoor de woe
lige drukte op het perron zelve heel
wat verminderd. Een fluit, een ruk
en daar zet de trein zich in beweging.
Laten we u vertellen, wie diat zijn.
Aanvoerder, geleider, of hoe mearzoo
iemand noemen wil, ben ik zelf. De
overigen zijn de leerlingen van den
Tuin bo uw-Winter cursu swa armed©
ik op excursie trek. En het d'oel Dat
is Rotterdam. En dat in den winter,
lees ik daar op die vragende blikken?
Waarom niet Is er dan in den win
ter hiets te vinden. Zeker, meer dan
ge zoudt vermoeden. De vrije natuur
is nimmer zonder bijzonderheden,
en voor hom, die ni'et bang is voor
een kouden neus valt er steeds waar
te nemen, steeds te genieten en meer
nog is dit het geval, wanneer men
een speciaal onderdeel, in dit geval
den tuinbouw wil bestudeeren, en wij
voor ons bijzonder geval, voor dezen
■éénen korten dag een kijkje willen ne
men in de Rotterdamsche bloemisten-
wereld. Bloemisten toch, schijnen van
geen winterkou te weten,voor hen.
bestaat.... bo, zoo eirg is 't niet, of
liever, nu zijt .ge de plank een beetje
mis. Of ze wat om de kou geven.', óf
•de kuude hun centen kost, Het wdl
toch nog al wat zeggen, om' al die in
richtingen. al die kassen vorstvrij te
houden, ia, soms zelfs in die kassen
een temperatuur 'te houden lelijk aan
of hooger dan die onzer zomermaan
den.
Ge wildot dan ook zoggen, bii hen
is steeds wiat te zienbij hen bestaat
geen winter, en .als men afgaat op
al die schoone bloemen en dan dat
heerlijke fijne groen, neen, zulk weer
kan 't buiten niet zijn. of zij weten
•ons van bloemen te voorzien, en
schieten ze zelve te kort, welnu, Zuid-
Frankrijk is dichtbij.
Daar snort die trein ondeirtussc'hen
voort, alles wit, velden, boom en,
struiken, siooten, plassen, huizen,
enz. En zoo waarhet hangende
luchtje, dat al niet veel goeds voor
spelde begint zoetjesaan de klein®
vlokjes neer te strooien. Daar zijn we
te Rotterdam in korten tijd deelt ook
het geheel® gezelschap in .de algemee-
'ii© kleur en 't is daarom een verade
ming als we in de groiote serre van
d'e R. Diergaarde binnentreden. Een
gestamp en geklop brengt de mien-
schen wat op'hun verhaal en spoedig
■s het contrast, dat buiten en binnen
boerscht, opgemerkt. Het breede pad,
dlat door de '.groote serre slingert,
heeft spoedig tal van rustige toe
schouwers, die 'hier die groote Cac-
■teeën, elders andere fraaie planten
bevvondelren.
Reuzenagaves met hare dikke Ma
de-rail zullen wel niet lam- mieer op
den bloei laten wachten. Araucaria's
in groote kuipen zouden ons in den
waan brengen op het e'lamd Norfolk
verplaatst te zijn. Daarnaast tal van
schoone palmen en hooge boomva
rens, die in de hooige ruimte gemak
kelijk een plaatsje vinden. Ook in
het nog weer afgesloten gedeelte
waren tal van planten, die m enigpon
©en uitroep van ver wonder ing ontlok
ken. Hier een enkele nMvel d'erin.er.
daair -een kleine ferechtiwiTzins-. el
ders een wat breedere verklaring.
Gretig wordit b. v. geluisterd naar
hét medegedeelte bij 't aanschouwen
van de mooi© bekerplanten» die in de
mei vocht gevulde bekers, die aan de
uiteinden der 'bladeren hangen, al-
ler-iei vleesciivoedsel weien te veror
beren. Die hoog© omusa's, waarvan
een tweetal met vruchten hangen,
geven een duidelijk beeld van die zoo
genaamde pisangs en ais dan even
woir.dt stilgestaan bij het gemakkelijk
in te scheuren blad, dan begrijpen
allen, hoe 't mogelijk is, dat deze
planten hier mooier moeten zijn van
blad, dan in In-die, waar ze aan wind
en negen zijn blootgesteld, waardoor
die groote, breede bladeren van drie
M. en meer spoedig aan flarden zijn
gescheurd. Opmerkelijk ziin de van
glazen steemem opgemetselde wanden
van die eene kas, die voor de planten
echter ten gevolge van d© noodzake
lijke cemenfclaagjes te weinig licht
doorlaten op sommige plaatsen.
Suikerriet, koffie en andere Indi
sche gewassen vinden hier en daar
een plaats.
Nu naar ©en andere kas. De jassen
worden toegeknoopt en de dwarrelen
de sneeuwvlokken videgen ons weer
om de ooren. Daar zijn we in d© ser
re, waarin in 'i midden een groot
bassin des zomers de grootsche Vic
toria regia herbergt, die met hare
groote bladen menigeen in verruk-
lrng brengt. Nu bloedt hier en daar
nog ©en enkele waterlelie, die dit als
overblijvende planten kunnen doen,
de groot'sche schoone van de Ama
zonen-rivier is ©en éénjarige plant,
die dus ©11c jaar afsterft en den win
ter als zaad overblijft, klein© zwarte
knikkertjes. De Indiische rijstsoorten
hebben het hier. wel wat te koud nog,
daarvoor dienen in onze serres beter
'de- soorten uit Zuid-Europa. Die groo
te stengels, vian hoven net para
pluis's, herkent menigeen bijna niet,
die diezelfde plant toch menigmaal
in potten heeft gekweekt, de naam
echter maakt alles duidelijk ©n nu
even gekeken naar de groote papy
rus-plant der oude Egyptenaren. tus-
schen iwelks 'stengels eenmaal Mozes'
wiiegj e vastraakte.
De hoeveelheid bloemen is met
groot, 't zijn meest wat Orchideeën,
die wat afwisseling brengen, of
schoon vorm 'en kleur der bladeren
van de verschillend© planten, bene
vens van sómmige vruchten de een
tonigheid verre houden.
Wat. 'n kas met varens, hier zou
voor ©en bloemist heel wat te snij
den vallen, voor-al 'in 't voorjaar met
zijn trekgoed, dat d'e bloemen, zoo
als seringen, magnolia's, prunus,
enz. meest op het kal© hout vóórt
brengen. Bijzonderheden genoeg en
tal van potlooden zijn dan ook in be
weging om den -een of andere va
riëteit later te kunnen teruggeven.
Zoo krijgen alle kassen een beurt,
en ook de dieren worden niet verge
ten. He t ni eu we apen huis, de woning
der groote re roofdieren en eindelijk
•het nieuwe reptielenhuis worden af
gewisseld met kleinere of grootere
tochtjes door de steeds dwarrelende
sneeuwvlokjes.
't Is opmerkelijk, hoe spoedig men
de buitennatuur vergeet, om binnen
weer waar te nemen en op te merken.
Maar het mensehelijk lichaam vraagt
evenals elke machine telkens nieuw
voedsel en het groot© restauratie-
gebouw heeft plaats genoeg. Dat
biedt een ©ogenblik verademing
vooral als allen gezeten ziin en de
molen in werking is gesteld. Een en
kele kwinkslag hier, een opmerking
daalr. doet duidelijk zien, dat. de geest
onder de lui goed is.
Als allen verzadigd ziin (en er
wordt, nogal iets naar binnen ge
schoven j. meent de geleider het ge
schikte m oment gekom en om met een
enkel .wöoj?d aRen mede te dealen
wat hen wacht, 't een zware tocht'
7Ü'n. mnfi.r nie™.erirl inpt Tie
righeden te maken en spoedig ligt de
•Diergaarde achter ons. Dat zoo af en
toe een sneeuwbal de voorsten in rug
of nek treft., wie zal dat. een Holland-
schan jongen kwalijk nemen Echt
Kerstmis-weer.. Op het Ho.g&ndorps-
plein wordt een tram igepakt, zoodat
in een oogwenk motor- en volgwagen
vol zitten, 't Gaat den weg on naar
Kralingen, tot 'bijna het eindpunt
der tramlijn. Nu nog even bet villa
park door en we zijn in 't vrije veld.
Het lage wei,land biedt geen schuil,
't is ©ven in den wind op. die 'thans
meent het gezelschap op de proef te
moeten stellen, maar jawel, niemand
laat zich afschrikken al zat de sneeuw
ook een vingerdik op jas en aange
zicht. 't Is koud ook, vriezend weer
en de weg is glad, maar elke nieuwe
ophaalbrug houdt de moed er in, a.1
was 't alleen maar de hoop dat het
de laatste zou zijn. Eindelijk, daar
zijn we er, en de ruime kassen vol
scnoiona rilanten (wie zo-u die hier ge
zocht hebben doet spoedig dat
tochtje vergeten. De heer Hartlieb,
are per riïtuig ook even gekomen is,
I doet de rest,, door te zeggen ,,Nu, nu,
ik bewonder jelui moed" en de aan
geboden sigaar maakt het gezelschap
net weer slagvaardig. Wel hebben de
feestdagen den voorraad heel wat
doen slinken, maar een echte tuin-
j man geniet al «venveel van al wat
nog in knop staat, als van datgene
1 wat de warmte en vocht ie voorschijn
riepen. Varens en ander snijgroen,
schoone palmen en Aracaena's, arons-
kelken eai erica's, seringen en enkele
i appqlsoorten. krijgen ieder een beurt,
i Van de groote collectie poinsettta's
zijn nog een vijftig pianten over, die
met Nieuwjaar zeker wel alle de wo
ningen der welgestelde Rotterdam
mers zullen opvroolijken met haar
■heerlijk roode krans van schutbla
den. Dat ze op het laatst van den
bloei zijn. bewijzen wel de te voor
schijn komende vrouwelijke bloemp
jes van deze wolfsmelkachtige. We
de plant niet mocht kennen, wondt
even in kennis gesteld met het witte
melksap, dat uit elke wonde rijkelijk
■vloeit.
Spoedig wordt v-an den eigenaar af
scheid genomen en de terugtocht aan
vaard, want de korte winterdag
noopt tot spoed. Verraderlijk waait
het wïndie een paar hoeden over den
weg en wat erger is over de dichtge
vroren sloot. D© draagkracht van het
ijs i,s echter groote-r, dan men eerst
vermoedde en spoedig is on de vluch
telingen weer beslag gelegd. Nu kan
men ook even aandacht schenken aan
- de .hoogsteigenaard g© gallen ©p de
wilgen langs den weg. Die kleine ro
zetjes van bladeren, dat zijn de be
kende wilgenroosjeseindknoppen,
door een galmug aangetast., wat oor
zaak werd, dat wel die blaadjes zich
ontplooiden, maar de stengel zich
niet verlengde. Die andere lijken wel
wat op de bekende rozenbedeguars.
De tram brengt het gehieele gezel
schap spoedig aan den Westersingel,
waar de kweekerij van den heer V. d.
Valk nog wordt geïnspecteerd. Van
het .vele schoons, dat deze kweekerij
aanbiedt, wordt lang niet het ware
genoten, want alles ligt onder het
dekmateriaal nog ondoorschijnender
gemaakt .docvr de laag sneeuw, maar
"t was afgesproken, het stond op het
programma en in 't onvermijdelijke
schikte zich ieder.
Nu nog een inspectie gedaan en d'e
kweekerii bezocht op ih'et dak van den
heer Boussard. Ook daar heette het,
iin den zomer te komen, zooais elders
reeds meer, zeker getuigende van de
■goede (gezindheid jegens het gezel
schap, maar daaraan viel nu niet te
veranderen. Wat hier .gezien moest
worden, de tuin op het dak, was er
nu ook. Met de noodige voorzichtig
heid werd trappen geklommen en
spoedig was men, waar men wezen
wilde. Door rondom hern verrezen ge
bouwen was het kw.pp.Ven zoo goed als
onmogelijk geworden en wat de een
zocht doipir verplaatsing der kweeke
rij naar buiten, naar 't vrije veld,
werd hier in de hoogte gezocht. Op
de plek Tond verrees een groot stel
woningen en spoedig waren daarbo
ven ©p het dak tal van bakken en
lage kassen gdceed om de nlanten te
herbergen.
Nu nor even aangelegd om bij de
warme kachel en onder gezelliger)
kout. het onaangename geheel tie ver
geten, dan de stad nog even in in
kleine .clubjes ©n op hei aaingeaeven:
uur in 't station ontbrak er op het
appel niemand. De kaartjes uitgedeeld
en op 't nenron. Wat ©en menscben,
wat een drang, hoe plaatsruimte te
vinden voor al de excursionnisteh
Een klaarstaande, froio werd tot
volgtrein gepromoveerd, die eerst
niet, 'loen weer wel, dan weer nieten
eindelijk op hoog bevel weer wel in
Haarlem zou stoppen. En ondanks
j den toevloed van de- haardsteden
I weer opzoekende reizigeft-s. ondanks
d© meer dan ©en uur in vertraging
I zijnde treinen, kwam het gezelschap
I nog tten minuten vroeger ons nieuw©
j station binnen dan was afgesproken.
'Wel voldaan rustten allen spoedig
J uit. rijker aan ervaring, vol van
j nieuwe indrukken, die zoo -mondig op
I de gewone avondjes nog worden aan
gevuld.
Uit de Hoofdstad.
J. STURING.
VRAGENBUS.
1. Den Heer R. alhier. U hebt goed
1 opgemerkt. De Aucuba. en niet Occu-
ba, zoeals de meesten den naam ui-t-
spreken, is een goede thermometer,
i ten minste voor de graden, die om en
bij het- vriespunt spelen. Nauwelijks
toch daalt de temperatuur, of debla-
deren gaan hangen, een massa vocht
uit de bladstelen treedt terug, verder
naaT binnen, en de .overblijvende hoe-
j veelheid vocht krijgt daardoor een
sterkere concentratie, waardoor be-
i vriezing minder te vreezen is. Het-
zelfde doen meer van die groenblij-
j vende heesters, b. v. de rhododendron,
de klimop, enz., enz.
2. Aan Mej. L. te H. Het vogeltje
ioor U bedoeld, zal zeker een pimpe1-
j mieesje ziin dat kleine, li©v© ding is
j zoo vriendelijk, zoo innemend, dat
het dadelijk vrienden maakt.
J. STURING.
De Verdwijning
van Gerald Rathboae
(Naar het Eugelseh v«a Guy Tfeema).
27)
Aan helt Viclori a-station stond d©
auto van Siir Wililiam te wachten.en
hij werd .snel door de verdichte stra-
',ten van Londen geneden' maar zijn
eigen huis in Regent's Park.
Hij rookt© een sigaar en boog zich
voorover, om naar heit panorama van
■.gaande en komende menschep onder
'het licht der gaslantarens t© kijken.
En terwijl hij d© stro omen m©n-
sdhm zat te bekijken, die langs d©
straten van de groote stad golfden,
•evenals het bloed stroomt ietn klopt
door d© aderen, kwam ©r ©en onbe
schrijflijk gevodl van trots over hem.
Spoedig - o zoo spoedigzou
hij meester zijn van iederen geesten
Kiel, die verblijf hd©ld in ©en vlee-
sch&lijk omlh.ul.sdl ©n di© nu zoo snel
«,a.n die raampj.es van zijn machine
voorbijgingen.
Geen geheimen, groot of klein, be-
Ismgrijk of niet, waardig of niet, zou-
-dien vooir hem nog verborgen, blijden
©n hij alleen' had door de kracht van
zijn intellect ©n door de buitengewo
ne .sterkte van zijn wil, d© meest ver
bazingwekkend© en geheim zinrrigs te
van al haar geheimen aan de natuur
ontlokt
Er was nu nog maar weinig te doen
vóór dat de groote mtvimdlmg aan
de .grootste geleerden van die wereld
bekend gemaakt kon worden.
Reeds Werd er iets van' hetgeen in
tiet laboratorium in Regent's £ark
gedaan werd, onder de wetenschap
pelijk© wereld bekend. E.em Mad, dat
dicor Sir WiQl'lam gelezen werd, en
'dat de „Negentiende Eeuw" heette,
j vertkondligdie gewaagde theorieën over
I di'! functiën des gee.stes en bereidde
alle geleerd© koppen, in Europa voor
op eiene groote om/wenteling in de we-
tenschap.
teder had zijn ooigen dus al op den
Engelschen geleerde gevestigd en de
voorloopige berichten omtrent zijn©
vinding werden reeds ddor veldn over-
wogen. Het publiek wist alleen, dat
j d® groote geleerde jaren lang bezig
I was m©t het oplossen van allerlei
probliemen, die 'geen waarde voor hem
hadden.
j Maar toch was ©r in de hoogst©
kringen groote verbazing en belang-
stellinig.
Er bleef duis nog maar weinig te
doen over, nog enkele experimenten
moesten, volbracht wordenhet appa
raat zelf was volkomen in orde. Zijn.
werking onder bepaalde condities was
zeker. Maar het was nog noodig om
het door middel van achtereenvolgen
de experimenten op een levend men
schelijk brein t© beproeven.
Gedurende het laatst© j aar van hun
werk hadden Gouldesbrough en Wil
son Guest steeds meer de groote nood
zakelijkheid daarvan gevoeld. Zij be
grepen, d/at daardoor en daardoor al
leen die kroon op h.un jareaiiangon
arbeid gezet zou worden.. Geen van
beiden had daarover nog ©en woord
tot, den amdier gesproken., tot nu vier
maanden geleden ongeveer. Toen had
Guest, welsprekend geworden door
dien wijn op e©n gedenkwaardigen
avond, de onuitgesproken gedachte
van hem en zijn meester ondier woor
den gebracht.
Een menschelijk brein, een levend
menschelijk brein en een levend men
schelijk Lichaam hadden z-ij absoluut
uo o di g.
Er was geen; gebrek aan daar
aan is nooit gebrek geweest weten
schappelijke enthousiasten, die zich
aan dat experiment wilden onder
werpen. Maar in dit geval was ©en
vrijwillig sujet oirumo,gelijk, om rede
nen, die spoedig duidelijk zullen -wor
den.
Daarom waren d© beide mannen
steeds vervuld va.n de gedachte, hoe
en waardoor zij een levend wezen
zouden kunnen krijgen, 'die zich ab
soluut aan hun wil zou onderwerpen.
En toen was hiet toeval Sir Wil
liam gunstig geweest.. Hij had kans
gezien zic.h tegelijkertijd van eetn ge-
haten mededinger t© bevrijden en van
een sujet voor zijn experimenten te
voorzien. Hij had niet geaarzeld: dier
gelijke mdnschien deinzen voor niets
terug.
Gerald: Rathbone was verdwenen.
D© auto bleef staan voor de deur
in den grooten somberen muur, d'e
bet huis van Sir William omringde.
Hij 'zei den chauffeur 'goedemnacht,
die zijn machine ging wegbrengen
naiar een garage, ©n opende de poort
met zijn sleutel.
Terwijl hij door dien donkeren tuin
liep, ©n het groote vierkante huis
vow zich zag, voelde hij zich hoogst
aangenaam ©n op zijn gemak. Allo
mo©iIijkhied©n waren voor het oogen-
'blik voorbij, hij kon we©r terug naar
zijn gToot©n hartstocht, zijn levens-
I werk, den dienst van de wetenschap.
I Hot was ongeveer tien uur, en toen
hij de voordeur opende en de hal
binnentrad, was daar alles stil als
het, graf. Hij sloeg op d© gong, die
aan dien wand hing, en die somber
I door de hal weerklonk.
Niemand kwam op dot signaal. Sir
William bedacht, dat de huisknecht
zeker uit zou zijn. Wilson Guest had
waarschijnlijk om een of ander©reden
den bediende toestemming gegeven,
i uit te gaan.
I Hij liep de hal door, duwd© zacht
Jaren geloden. sprak ik eens onwil
lekeurig tegen een plattelandisburge-
meester van een gemeente van
toch nog pi. m. 7000 zielen over
■den Wethouder van Onderwijs in
Amsterdam.
„Wethouder van Onderwijs Wet
houder van Onderwijs viel Zijn
Edelachtbare mij geraaid in de re
de, ,,de Wet kent geen Wethouders
van Onderwijs. Er zijn alleen Wet
houders. en diaairrne» uit."
Ik zweeg verbluft, wel wetende, dat
ik tegenover een WelEdelachtbare
aan liet kortste eindje zou trekken.
Toch had ik, zakelijk, destijds gelijk,
al was wellicht ook de burgervader
wettelijk in zijn volste recht. Wij
hebben hier een Wethouder van
Onderwijs, evengoed ais w© b.v. heb
ben ©en Wethouder van Publieke
Werken en een Wethouder van Fi
nanciën. Tusschen de inrichting van
het NederLanclscbe Staatsbestuur en
de regeering van d© stad Amsterdam
is een ver doorloopande parallel te
trekken. Dit geldt ook voor d© an
dere steden in ons land wel in meer
dere of mindere mate, maar voor Am
sterdam is het wel meest sprekend.
De ministerieeie departementen in het
Staatsbestuur zijn de wethouder li j ke
departementen in 'het stadsbestuur,
het parlement is d.e gemeenteraad, -ere
ministerieeie premier is de burge
meester. Wel is het stedelijk kabinet
niet zoo sterk aan mutatie onderhe
vig als het landelijk kabinet tengevol
ge van het, wisselvallige verkiezings-
rad-van-avontuur, doch stelt ook de
samenstelling van den Raad tamelijk
vér-strekkend© voorwaaipd©n aan het
Dagelijksch Bestuur der gemeente.
Zoo moet dan ook voor den toeschou
w-er van verre, die de wetenswaardig
heden uit de hoofdstad ontvangt uit
de rubriek .Binnen! an d scire Berich
ten", liet op dit oogenblik wel den
schijn hébben, of hier een ministe
rieeie crisis 'voor de deur staat. Kort.
gele'd'en toch verscheen in de pers het
bericht, dat de Wethouder van On
derwijs ziin functie ging neerle~~.cn
nu. na de laatste Raadsvergadering
weet ieder U te vertellen, dat ook de
Burgemeester ziin post zal verlaten.
Of deze twee feiten met elkander in
•eenig verband staan, weet niemand
met zekerheid te zeggen. Wel weet
Jan er dit van en Piet dat, maar het
merkwaardige van het geval is, dat
1 Jan ien Piet, die heiden zeggen, het
zéker te weten, elkaar voortdurend
tegenspreken, terwijl beideal op hun
ibeurt nog weer in tegenspraak zijn
met Klaas, die ook al beweert, van
alles goed op de hoogte te zijn.
D© Wethouder van Onderwijs, Mr.
Van Hall. was de eerste, die zijn be
sluit tot heengaan te kennen gai. Ook
buiten onderwijskringen is deze heer
geen onbekende, daar echter onder
den naam J. N. van Hall. De heer J.
N. van Hall is de thans Mma zeven-
en-zestig-iarige grijsaard, die zich ais
letterkundig© een naam wdst te ver
werven, vooral op het terrein der
dramatiek. Hij wias de oprichter van
het Nederlandsch Tooueelverbond",
hij redigeerde het blad „Het Toon eel'
hij dichtte, schreef tooneelcritieken
en boekbeschouwingengaf een
bloemlezing de ,dicht.ers-van-dezen-
tijd" uit. Deze dichter aanvaardde
in 1895 de onderwijis-portefeuillie in
het dagel ijksoli bestuur, terwijl hij
reeds van 1883 af zitting had in den
Raad. De meeninoen over dten
dichter-paedagoog-wethouder loopen
vooral in onderwijskringen, nogal'
uiteen. Neen, beter, liepen uiteen,
wiant tegenwoordig is men daar vrij
wel tot eenstemmigheid gekomen,
welke éénstemmigheid dan hierin be
staat dat men eigenlijk geen van allen
weet, of mien het heencann van derf
Wethouder beia.mmieren of toejuichen
moet. Dit komt waarschijnlijk, omdat
do baaien deur open, die naar d'e stu
deerkamer leidde, en trad zijn eigen
kamer binnen..
Het vuur brandde vroolijk, de elec-
trische lampen gloeiden, maar er was
niemand. Op zijn schrijftafel lag een
stapdl brieven, op ©en ronde tafel
naast het vuur stonden een koude
kip en een flesch Bordeaux. Blijk
baar Wias zijn 'eerste vermoeden juist
geweest en waren d© bedienden uit.
i Hij ging de studeerkamer weer uit,
liiep de gang langs en ontsloot een
andere dieur, waarachter niemand be
halve hijzelf en Guest mocht blnimen-
dringen, eon deur, die altijd gesloten
gehouden werd ©n die naar die labo
ratoria, machinekamers en werkka
mers leiddie, die achter aan het huis
waren bijgebouwd op een' plek, waar
eerst eein groot lawntennisveld was
geweest.
Na de deur achter zich gesloten te
hebben, liep Sir William een kort©
gang dJoor. De eerste deur rechts
waarop in witte kleur d© letter ,,A"
stond', werd door hem geopend en hij
keek naar binnen..
i D© kamer was leeg, ofschoon sch.it-
terend verlicht. Het was een vertrek,
waarin groot© tafels, waarop teeken
ingrediënten, vellen papier en schet
sen.
G-uest was er niet.
Na die deur geslo-ten te hebben, ging
hij weer verder en trad het chemisch
leboratorium binnien, een. langwerpig,
Ide dichter den Wethouder in zijn po
litieke loopbaan nog al eens parten.
Iheeft "-f^^eeld. Een politicus moet nu
eenmaal iemand zijn met een krach-
tigen wil en iemand, die zich niet
door ethische teergevoeligheden mag
laten beheerschen, evenmin als hij de
speelbal mag ziin van vrienden met
geprononceerder meening.
Deze Wethouder van Onderwijs
heeft ivoor zijn departement veel
goeds gedaan, dat is zeker. Vroeger
kampte de hoofdstad dikwiils met ge
brek aan behoorlijke schoolruimte,
gebrek aan personeel bij het onder
wijs. Dan werd er maar gauw ©en
'ieehjfce, onooglijke houten loods ge
plaatst, en er wèis weer een school
de hoofden trokken het heele landJ
door, om geschikte leea'krachten voor
de hoofdstad te zoeken. Maar onder
.hiet bewind van dezen Wethouder
verdwenen alle houten hulpscliolen,
werd het chronisch gebrek aan perso
neel meer en meer verkleind, ver
kreeg Amsterdam een salaris-rege
ling voor onderwijzers, die nó~ voor
hiet overC'TOOte deel der NederJand-
sche gemeenten als voorbeeld mag
dienen.
Ligt het vermoeden voor de ihaudi,
dat de heer Van Hall heengaat, om
dat hij er „genoeg van heeft", ook
cle 'onistandigilleden-, waaronder onze
burgervader af wil treden, doeax
daaraan denken. De heer Van Leeu
wen zal met Mei a. s. «es jaar deu
burgemeesterszetel he'bben bekleed,
dat is dus over een maand of vijf. In
de laatste Raadszitting zei-die de Bur
gemeester, dat hij gaarne de leppen
de zaken af wilde doen, opdat, in (Ben
binnen vijf maandeai een ander op
zijn plaats komt te zitten, die gele
genheid zal hebben, zich er in te wer-
keu. Dat wil dus met andere woorden
j zeggen Met M©i a. s. .ga ik jullie
I verlaten, dan neem ik ^een herbo-
roeping meer aan. Welke zijn nu di©
gelegenheden, waarvan ik daareven
sprak Vooreerst de beuirsouaestie.
En deze is weer een -onderdeel van
■een grootere quaesti©die van Pu
blieke Werken.. Daar schiint hef. te
genwoordig alles behalve „couleur do
rose" te zijn. Jan Ongeluk valt noodt
'alleen, maar sleurt, altijd de anderen
-mede in het verderf. Jan Ongeluk is
hier de nieuwe Beurs, die zoo vrij ge-
weest is. scheuren te krijgen, welke
„voorioooig" aan de gemeente hefc
bagatel letie van 83.000 gulden zullen
kosten. En nog waf i Want do hee-
ren Raadsleden walden weien, wie nu
eigenlijk .verantwonrdeBlk gesteld,
moest, worden voor .Tan's stoutheid.
De een zei de dat het de schuld was
van ü"m architect, de ander klaagde
dien directeur van P, W. aan en een.
derde wees na er het. Pngel h'ksch Bo
st uur en fTe.ri WeJ.hnud er van P. W.
Ter riottp hWTr yiiernand
voldoende nr> de hnno-% tfi ziin <1«
mairrmen, die hef. Irnndem weten, blc-
ven n,liVoT,,Hvn. Inw
•Maar in de laatste jaren heeft de
wethouder Van Hall veel van zijn aan
zien bij het Onderwijzerscorps verlo
ren. Of hij te veel toegaf aan zijn
dichterlijke impulsie, ik durf ihet niet
heooi'deelen, maar zeker is het. dat hij
onophoudelijk -cloor een stroom van
circulaires ,Aan het Hoofd der School'
of „Aan Hoofd en personeel" de on
derwijzers van zich heeft vervreemd,
om geen erger woord te gebruiken.
Niet alleen hij de „De roode Bende"
verloor de heer Van Hall zijn vertrou
wen, maar ook bij „Ban" en „Achter
ban" om in gebruik el ij ken term te
spreken, ja, zelfs bij de hoofden en
klasse-onderwijzers die anders gaarne
de zijde der autoriteiten kiezen, kreeg
ten slotte de wethouder gedaan. D©
berucht geworden „slagcirculaire",
waarbij ihet den onderwijzers op poe
ne van ontslag verboden werd, van
laag vertrek, met bovenlicht overdag
er. electriscbie veriichtiinig 's avonds.
I Toen hij bedaard die deur opendeed,
•hoorde bij daarbinnen beweging, en
onmiddellijk daarop zag hij aan liet
■andere eind dien mam, dien hij
zocht.
Het vertrek was in volslagen duis-
ferms gelhuid, behalve op een plek,
waar itwiee witgloeiend© bollen een
m 'erktafel verli ohtten.
I Do assistent stond gebogen over e©n
gascomifoor, waar boven een groote
glazen tube was vastgemaakt., wiaarin
een of andere vloeistof kookt©,
j Plotseling hoiorde hij d.e naderend©
voetstappen van Sir William, en
sprong op. Eén enkel oogenblik werd
het gladde rood© gelaat op diait ge
luid met een uitdrukking van schrik
overtogen. Dat was bij het licht dier
beide gloeilampen duidelijk te onder
scheiden, ofschoon het overige deel
van het lichaam in de duisternis ver
borgen bleef.
Zoo, ben je hierzei Gouldies-
brough. Het gehoede huis scheen wel
uitgestorven.
Guest zuchtte van verlichting en
begon toen op zijn eigenaardige, bij
na vrouwelijke manier t© babbelen.
I Bij Jupiterzei hij, je deedt mij
J schrikken, William. Ik hiad geen id6e,
wanneer je terug zoudt komen.. Mijn
zenuwen zijn tegenwoordig als die
van een jongejuffrouw. Hi, hi
(Wordt vervolgd).