maend, d,at e-r iemand om 'haar gaf,
maar hij was heengegaan zonder, iets
te zeggen en zie had geprobeerd, hean
te vergeten. Ze welide zich als een
wdld'e vogel, die opgesloten was
eon kooitevergeefs had; ze mJet haai'
vleugels tegen de tralies geslagen en
nu hield ze zich rustig, benieuwd of
dio dieaur ooit geopend zou worden.
Toen juffrouw Pendleton de kamer
verlaten had^ wierp Lefi'tia zich op'i
d'e harde paardenharen sofa nieer en
gaf haar opgekropt ge-mloed lucht in
een tranenstroom.
Dien volgenden morgen gebeurde er
iets wonderbaarlijksLetitia kreeg
oen brief
Op zichzelf reedis was dit vrléeoma,
want Letitia had niemand, die haar
schreef. Maai- de inhoud van dien
brief was nog vreemdler.
Nortihiam.
Lieve juffrouw Letty (ze hadden
hdar tihuis altijd zoo genoemd). Meer
dan zes jaar is 't geiteden, dat we
elkaar ontmoet hebben, maar ik heb
u geen oogtemblik vergeten. Ik schrijf
u om u meo te deelen^ dat ik een
plaats als diokter in (het buitenland
heb gekregen en om u te zeggten, wat
ik u vroeger niet mocht zegg.en dat
ik u bemin, Letty. Ik heb u bemind!
Van het oogemblilk af, dat ik uw va-
dier verving" gedurende zijn ziekte.
Ik had wilton spr eken vo-or ik heen
ging, maai* u was zoo jong, zoo lief,
en ik kon u toen niets anders aanbie
den dJan mijn liefde. Als u zich de da
gen van weleer nog herinnert, als u
iets om mij geeft en mijn aanzoek;
wilt aannemen, liefste Letty, schrijf
mij dan per kee/remde post. Ik ver
zoek u dit, omdaJt ik naai". Londen
moet gaan en daar benige schikkin
gen moet treffen. Voor ik naar mijn
standplaats vertrek, kom ik u opzoe
ken. O Letty, ik hoop, dat je ant
woord „ja" zal; zijn.
Percy F. Barton.
P. S. Als ik niets hoor, zal ik daar
uit opmaken, dat u me niet wonscht
be ontvangen, maar ik waag het' te
hopen, dat n schrijven zult.
Toen Letty den brief uitgelezen
had, waren haar blauwe oogjetn vol
tranen van dankbaarheid.
Bet is te mooi te wonderbaar
lijk, mompelde zij- En.daarna riepz-e
ontroerd uitDe deur is open ein
delijk opien l
Pietje, arme Pietje, fluisterde zij
liegen den vink, die kalm en ernstig
naar haar zat te kijken op zijn stok
je, jij zult in je kooi sterven, maar
ik zal uit die mijne ontsnappen
diatn ben ik vrij. Pi'etje vrij Nicht
Jane zei, dat ik dankbaar moest zijn
en dat ben ik nu ook^nu ik iets heb
om dankbaar voor te zijn. Ik kan het
niet geloovenhet lijkt wiel. een
sprookje. Wat heb ik gedaan, om zoo
veel- geluk te ondervinden En toen,
smet een lachje v.an louter vreugde,
ging Letty zitten om een brief te
schrijven, diie begon m'et de woorden
„Mijn lieve Percy".
Ze schreef hem wat hij wiiae we
ten d'at zij hem lief had-, al zes
jaar, en gaarne en dankbaar zijn
aanzoek aanvaardde. Letty las na,
/wat zij geschreven had, knikte goed
keurend, diee-d den brief in een enve
loppe, die zij dicht maakte en waar
op zij het adres van Percy schreef.
Daarna ging ze zitten peinzen1.
Nog voor de inkt droog was, schrik
te Letty uit haar -broomen op, dio 01*
't geluid van oen zw'aren slag in de
kamer boven haar.
Het meisje snelde naar boven om
te zien wat er aan die hand was. Toep
ze d'e kamer binnentrad, slankte ze
den kreet van ontsteltenis.
öp den rioer, m'et het gelaat naar
benoden, lag juffrouw Pendleton on
beweeglijk ter neer.
Letty knielde naast haai* neer, Su
san, die naar boven gesneld Was,
toen ze Letty hoorde gillen, hielp om
de- vrouw op te tillen, -en samen leg
den ze haar op bed. Daarna stuurde
Letty het dienstmeisje om den dok
ter t/e halen, terwijl zij bij juffrouw
Pendleton bleef.
Na een naar het Letty Voorkwam
eindeloos wachten, kwam de dokter.
Gedurende zijn behandeling gaf juf
frouw Pendleton te/ekenen van terug-
kearend bewustzijn.
Letty volgde zijn. instructies nauw
keurig op.
Toen alles wat iged-aan kon worden
ïn het belang der patiënte, gedaan
Was, ging de oude dokter naar berne-
dJen, gevolgd do-or Letty. Samen gin
gen ze de eetkamer binnen.
Is ze erg ziek? vroeg het meisje
inet bevende stem.
Erg zi'ek, wfas het antwoordzij
heeft eetn beroerte .gehold.
Zou ze doodgaan fluisterde
Letty, angstig.
Wie zal dat zeggen Ze kan
fnoig jaren leven, maar ze zal nooit
(herstellen haar rechterzijidfe is ge
heel verlamd1.
Dus ze wordt hulpbelhoeverid
Ja, heeilemaal. Gelukkig dat ze
(zoo'n flinkei verpleegster als u Weeft,
lieve jonge dame. I-Iet zou heusch erg
treurig zijn als ze niemand had om
voor haar to zorgen. Liefde doet
meer om het leed in de wereld te ver
zachten dan de knapste dokter. Het
®ali een Lastig geval worden, voegde
hij er bijze -moet. heel zorgvuldig
opgepast, worden. Ik heb u de noodi-ge
aa-nw ij zingen gegeven
Letty boog het hoofdzij kon niet
tepreken, wat moest ze zeggen De
dokter stak haar zijn hand toe. Ik
kom vanavond terug, zei hij. Toen'
Letty zijn handdruk" voelde, riep ze
in vertwijfeling uit„Wat moet ik
doen Wat moet ik doen
De oude man keek haar over zijn
gouden brill aan en niets wetend van
Percival Barton on d'e ..open deur"
glimlachte hij, terwijl hij antwoord
de
Lief meisje, ik ben er zeker Van,
dat je je plicht zult doen.
Toon ,hij wtelg Was, liet Letty zich in
den stoel vallen..
Mijn plichtmompelde zij mijn
plicht.is het mijn plicht Waarom
zou ik de open deur mijn rug toe
draaien als er zooveel achter licht f
Wat is nicht Jarie voor mij 'Hef zou
heusch erg treurig izijn als ze nie
mand had om voor haar te zoig,en, zei
do dokter. Zij wilde die woorden ver
geten.
Had diie vriendelijke oude heer af
geweten van haar onverwachte kans
op geluk, zou zijn raad dan niet an
ders geweest zijn
Ik boa er zeker van, dat je je
plicht zult doen
Waarom haid hij dat gezegd, vroeg
ze zich af, waarom zou hij daar zoo-
zeker van geweest zijn?
Do brief, dien «ze gesclureven had,
lag nog op tafelze had! nog eenige
uren den tijd om Idem op de- post te
doen.
De deur was nog niet gesloten
Elen gekreun in de kamer hoven
haar ideed 'het meisje hare overpein
zingen staken en naar het bod van
juffrouw Pendleton snellen. Letty
was, zoo-als de dokter gezegd had,
e'en flinke verpleegster en) het lijden
idler zieke nam haar gettreeie aan
dacht in beslag. Het arme mensch
kon thans een paar woorden stame
len, di-e Wet meisje begreep.
Letty Wad 'Wet izoo dkuk rne.t voor
haar patiënte te zorgen,, dat ze maar
weinig tijd' hiald om ha te denken-. De
beproeving werd grootör, naarmate
juffrouw Penidletoln haar spraakven
mogen terugkreeg.
D'e uren verliepen, d'e zieke slo-ot
i oogien en lag still. 'In de- stilte vian
de kamer kwamen de vroegere ge
dachten weer bij Letty op.
De tijd kroop voortzij moest een
besluit nemen. De brief lag In de. ka
mer beneden geadresseerd aan Perci
val Barton die brief, die liefde,
hoop en vreugde vo,or haar batee-
kende.
Waarom zou ze hom niet verzen
den? Waarom niet?
De klok sloeg het kwartier ze
had nog vijftien minuten den tijd o-m
heart op de post te doen, daarna was
het te laat. Langzaam sloot zich die
deur voior haar. De traites van de
kooi zouden h-a-ar rnieör dan tie voren
gevangen houden, ;Za voelde, dlat ze
't niet kon dragen.
Letty ging naar die deur toe, raakte
dear knop aan, doch -week plotseling
terug.
Wat moet ik doen ?-herhaalde' ze
in Vertwijfeling len weer diachit zei
aan de woorden Van dien dakter
„ik weiet, di-at je je plicht zult doen".
Oh, God lreJpe mij 'bad zij. God-
h-elpe mij Een ster keek op lxaar
neer, toen ze opzag naar dien donker
wordendie/a hemelze zag dis ster
dó»or een floers Man tranen,.
Die groote kerkklok sloefg het h'eiele
uur.
Letty stond daar met saamgjekhe-
p-en- (handen en gebogen hoofd], ter
wijl (elke slag als 't ware Ihaar hart
doorboorde.
De deur was -niet mieer open zij'
hiad ze zelv.e gesloten-.
Toien Letty het hoofd' weer ophief,
scheen er 'een nieuw licht in Waar
0,o-gein het wais het licht van plichts
vervulling uit vrijen wil maar ten
'lcoot-i vaïi licxxv-aol 9
Diien nacht, waren er (onrustbaren
de verschijnselen bij juffrouw Pondie-
to,n die dokter keek erg érnstig. Le-t-
t-y stond met eien bleek, vertrokken
gezicht bij het bed.
Tegen den morgen beseften zij dat
•a,He, hoop -op herstel weg was en vóór
-er een nieuwe dag aanbrak, was de
ziel der lijdende vrouw aan het li
chaam ontstegen.
Letty weende niet. De tragedie- van
idien dood scheen weinig te beteeke-
n-en tegenover de tragedie vain het
lei ven,, en met droge oogen Bat Wet
mei-sje terheer.
Ehkale dagen later stond Letty
troosteloos un't te kijken naar he-t
tuintje achter bet huiis. Ze keek maar
two© .spreeuwen,, die een nest bouiw-
dem on vergeleek hun lot met dat Van
den armen vink in het kooitje na'ast
(baar.
Haa,r gedachten werdiein onderbro
ken doordat er plotseling gebeld
Weird. Er waren in- die laatste .dagen
zooveel mienschm geweest, diat hlet
hiaar Weiindg kon schelen;, wie ca* nu
weer wla-s. De deur van de karn eb,
•w'aarim ze stond1, werd geo.pond en
weer dicht gedaan. Letty draafde
rich om en zag een (slanken jongen
man voor zich staan. Eeni 0ogenblik1
verdween de kleur van ihfaar wanigfen
•om dadiel-jj.k Weer terug te köeren.
Haar oogen wenden gróót van blijde
verbazing.
Percy! riep zij uit, is het moge
lijk! Ben je het heusch?
Wie anders zou het zijn? zfeft'hij,
vroolijk lachend
-..O, Percy, het is wondierbaarlijk!
Hoe ben je zoo gekomen?
Hoe ik zoo gekomen ben? her
haalde de jonge man verbaasd; door
j brief natuurlijk, vrouwtje
Mijn brief, riep Letty ongeloovi.
i-f rni ir» I-vT-io-f9 TTV-aK ïl-
schenkomst was, dat Letty in die
wereld van geluk en liefde wais geko
men, gelegen achter de open deur.
Een gevaarvolle tocht
Uit het Duiitsch.
uitmijn brief? En die 'heb ik ni'et
eens verzonden.
Nu-, hier i-s hij antwoordde Per
cival Barton, terwijl hij Letty's der-
sten minnebrief uilt den zakbaalde.
Had je hem dan niet willen verzen
den, lieve
Hem willen zenden O, als jc
eenls wist hoe motedlijk ik er wieer-
sf and aan kon bieden om hem te zen
den
Toen Vertelde Letty, in zijn armen
•gesloten, haar verhaal.
Het was heusch een wonder, dat
mijn brief je bereikte zonder dat ik
hem gezonden had zei ze ten slotte,
en beiden waren te gelukkig, te te-
weden, om een meer waarschijnlijke
oplossing vam het mysterie te wen-
schen.
Beneden iln de keuken was degeen,
die het wonder verricht had, druk be
zig een kdekepan te schuren, terwijl
ze vroolijk een liedje zong. Ze hield in
eens op en zei bij zichzelf
Wel, daar heb ik warempel ver
geten, aan juffrouw Letty te vertellen,
dat ik een postzegel op haai4 brief
heb geplakt, toen ze 't zoo druk had
met het verplegen van de arme juf
frouw ik was 'r nog een postzegel
schuldig, ik ben benieuwd, of die
knappe, jonge mian, dile dia-ar net ge
komen is, dezelfde is, aan wiien ik den
brief gezonden heb.
Zoo peinzend, begon het kleine
d' enM-rneisj'e weer te 'zingen, weinig
vermoedend, dat het door haar tus-
I-Iet was in dien tijd der oni<ie>rham-
(deiLimigen van die Conferentie, te Alge-
dras, dat een. élégant geld eed heer
het kantoor dar Hamburger firma
Sfccinmian eai Lader binnentrad en den
chef van het groote mijimwerkersge-
miooitsclmp wemsdhite te spreken.
To>eh hij tegenover dezen standi,
verklaarde- hij de vrijheid te hebben
genomen de -eerste firma van het vas
te land die. concessie voor een lood-
mijn in Afrika aan te Meden, wrike
door dc-Marakkaansche regeering aan.
iwn wals afgestaan. Ten- bewijze daar
van toomde hij een document, diat
rniet Arabische letters was geschreven,
verscheiden schstsen en. plans v.an- die
mijn, verscQiillendie berekeningen voor
die exploitaitie, over de kosten v.an he.t
tramsport over zee, emiz. Tengevolge
van de onzekerheid op politiek gebied
dacht de firma er in dien beginne in 't
geheel niet aan om het voorstel in na
dere overweging te meunen, maar ten
iSflioibtle ging ze er toch too over om
hei erts-, dat die ombekende bad mee-
gebra-ciht, te laten onderzoeken en bet
Arabische dooumiemt te laten vertalen.
Bij heit onderzoek bleek hei erts bui
tengewoon Tijde aan goed. metaal te
(zijn en het ooncessiebeiwljs was- on
getwijfeld geheel oMereenikomistaig de-
wieitiielijlke voorscliriften opgemaakt.
Toen do vreeimdieling voo-r de twee
de maal op het kantoor kwam, li-af
de firma zich- reeds in onderhandelin
gen mie-t hem. in, ma,ar wijl ze practi-
sdhlei zakenanenscheiji aan 't hoofd
had, waren deze ov-er den lagen priis
welken de verkooper d-e-r ootuoeissie
nioe-mde, en n-o'g mieer oivier zijn a-'am-
driaigen op een acc-oord, verbaasd,
zoodiat ze vermoedden, dat er bedrog
achter de zaak stak. Waarom was d-e
mijn vroeger niet bewerkt? Waarom
zou d-e vreemdeling ze hun voor dlien
billijken prijis kunnen aanbieden?
Daar z-e op deze vragen, geen bepaald
antwoord van hem konden krijgen,
hielden zie hem van week tot weck
aan de praat en zonden onldertus-
scben een van hun vertrouwdste in-
enters naar Marokko, opdat hij over
de mijn ra-pport zou kuranien uitbren
gen.
Hun keuze vie-l op Walter Brunaiier,
'n ervaren kenner en deskundige in
metallurgische zaken-, die als neef
van een der firmanten het volle ver
trouwen der firma genoot. Daar hij
echter noch met "t land n-och met de
taal en de zeden bekend wals, gaf mien
hem Eduiard Gehring, een ingenieur,
die in Afrika-ansche mijnen practische
ervari-ngan "h-ad o-pgedaan, al© gelei
der mee. Bru-nne-r en Gehring waren
van hun jeugd' af vriend ear en Eduiard
Ge-hnng maakte Julia Bruamer sedert
iaair en dag het hof. Het was dus dui
delijk, dat de firma geen betere keu
ze had kunnen doen en Walter ver
heugde zich, d'at hij zijn vriend, wel
ke sedertdri-e jaren in Algiers werk
zaam was, in Marseille zou ontmoe
ten, om vandaar dan met elkander
n/aair Marokko te gaan.
Walter Brunner was zeer trotsch
o,p de opdracht, welke men hem had
ga'geven; G-ehring dacht in de eerste
plaats aam d-e gevaren van zulk een
expeditie. Tarbaroa, dat in Europa
geheel onbekend was, werd zelfs in
Algiers, waar Gehring het laatst ver
blijf hield:, als een der meest woeste
gevaarlijkste plaatsen aan de
noordkust van Afrika beschouwd,
wlant hie-t lag te m-idldien van ©enz'amie
beirtgen tussc-hen d-e wo-estijn en de zee
gebied van onbeschaafde, bloed
dorstige sta-mmen. Wel is waar schrik
ten diergelijke mededeelirugem hem
ntet af, maar ze gaven hem aanlei-
om alle maatregelen van voor
zichtigheid bij de gewaagde 'espeditie
tte nemen. Hij voiorzaig zich van goede
achterladers en- revolvers en wiachtes
-zijn vriend in Bon-a op.
In Juli gingen ze op reis en bereik
ten reeds dOn tweeden dag de Mhrok-
ikaanschie grens, waar hun telkens en
telkens weer hetzelfde veiteaal van, d:e
bloeddorstige woestheid der bergbe
woners werd ge'd.'aan, die gewapend
waren als de- Fransch© troepen- en.
rich in hun versterkte, dorpen tot den
laatst en m an ve rdedigden.
Dorstig, vermoeid en uitgeput be
reikten de beide vrienden eindelijk
dien derdien dlaig het doel van bun
tocht: Tarbaroa, waar d'e bewoners in
holen en ondier oude ruines uit den
Riomieiimschen tijd huisd-en. Slechts
zelden zag men een huis van steen;
gewoonlijk waren eenige boomtakken
voldoende, di-e over de in puin geval
len muren waren gelegd, om de be
woners tegen de tropische hitte en
den stroomenden regen te beveiligen.
Vo om-chtiigheidshaiLye sloeg de klei
ne karavaan op eien kleine hoogte bui
tten. het dorp haar tenten- op. De paar
den in veiligheid gebruidhi, de bagag©
raidden tusscben het vuur en de klei
ne kemelsharen tent, welke het hoofd
kwartier vormde, opgestapeld. Gelh-
rtng, Welke de- leefwijize der men-
Ricihem. kende en geeh gastvrijheid van
hen verwiach/tte, begon al spoedig den
'omtrek te verkennen. Hij zag mis
schien honderd inboorlingen-, die al
len goed gewapend, m/a-ar roerloos in
't midden van» het dorp lagen. Ner
gens wias ander® een. levend wezen te
•zien-, morgens hoonde men eendig ge-
druiscih-. Hbs dlaialde de nacht neer en
hulde alle® in het duister; nog altijd
echter zag men de witte gewaden der
inboorlingen in hun legerkamp. Om
tegen elke overrompeling beveiligd te
rijm, zette men dubbele posten uit en
nauwelijks had' men het avondeten
genuttigd, of het werd levendig in 't
kamp der inboorlingen-, Ieder greep
rijn revolver en keek met bezorgde
blikken in de richting vanwaar
geluid kwam, Plotseling zag men in
het schijnsel van hef kamp-vuur een
gestalte, die langzaam voorwaarts
schreed. Hef was een oud man, gebo
gen door de jiaren, met ongekamd en
baard en verward- haar, wiens lende
nen met een zak waren oniigord en
om wiens schouders een witte man
tel fladderde.
•De Arabieren,!, di-e hem vergezelden;
wierpen» zich voor hem en begroetten
Ihiern met dien naam El Decwisch (de
gekke).
Ieder Derwisch is in hun oogen een
profeet; door hem te worden aange1-
naafct, is een voorrecht; hem1 te kwet
sen 'n onvergeeflijke z-onde. Er kon
geen twijfel bestaan aan de krankzin
nigheid van de-zon „heilige", die het
kamp der Europeanen- binnendrong.
Zonder complimenten nam hij de bos
te plaats: aan- het vuur in, ongeuoo-
di@d nam hiji hetgeen er van- den
avondmaaltijd was overgebleven en
verslond het met buitengewone gretig
heid, waarbij, hij in het geheel hielt
op de Europeanen schoen te letten.
Daarop hulde hij zich in een wollen
deken en begon zachtjes altijd gelijk
klinkend)© woorden zonder beteekenis
te zangen, welke hem spoiedig in slaap
wiegden.
Walter B-runner 'had de handelin
gen van den- derwisch miet verbazing
gadages'lnigem en wtas eerst van. plan
gawjeést om den indringer af te wij
zen,, maar Gehring had hem nog bij
tijds verlhindcrd zulk een fout te be
gaan, Kalm lieten ze den dcorlangdu-
rig© ontberingen uitgeleerden „be.u-
ige", welken de brandende woestijn,
bet vuil en de ontberingen van zijn
verstond hadden beroofd., slapend op
den grond liggen en nadat ze zich nog
eenmaal hadden overtuigd, dat alle
voorz-orgsmaatrefgeien waren geno
men, gingen ze zelf öok slapen. Ge
durende dem nacht gebeurde er niets
bijzonders.
Toen men den volgenden morgen
weer wakker werd, was de derwisch
verdwenen en niemland wist wanneer
hij was vertrokken' of waabheen hij
was gegaan en- daar alleen het thans
druk hadden om die werktuigen uit te
pakken en de instrumenten in elkaar
te zetten, werd er ook weinig a.an-
idiacht aan de zaak geschonken
"Vloor hen verhief zich- de dónkere
berg met de vele kloven, welke op zijn
Ioodgelialte onderzocht zou worden,
Vlele sporen van vroeger, misschien
'Roimeinisebe werken, wezen hun den
weg naar de plek, waar vele- schach
ten en gangen aangelegd wiarem, die
thans echter alle dreigden in te stor
ten. Terwijl ze een der grootste gan
gen. bijna ondier den top van- den berg
volgden, zagen ze aan alle kanten
duidelijke sporen van het metaal, dla.t
in vroeger tijden was weggehaald.
'Olm echter precies te weten, "hoeveel
lood er in het binnenste van den berg
zat, moesten ze steeds verder in de
hobbelige, oneffen gang doordringen,
tot ze eindelijk uit de verte, in de
-richting van hun kamp, schoten hoor
den. Haastig snelden ze naar dien in-
gang en zagen nu in één «kinwelke,
benarde polsi-ti-e ze verkeerdeni
Die Bedouinen hadden, in elk geval
van de afwezigheid der Europee selhe
leaid.ers gébruik gemlaakt en het kamp
aangevallen,de Mtoorsche gel-eidcr%s
verjaagd of gedood}, de, paarden dood
geschoten, de tenten varwoiest en
m/a,akten nu aanstalten, om de bagiage
te plunderen. Nu kwiam het er miaar
op aan, rniet lang te aarzelen- en te
dralen, wlant het wilde geschreeuw
van de Arabier en, dat dezen aanhie
ven, toen ze die Europeanien- boven op
de bergfhehimg zagen, lief geen twijfel
beslöaaan aan hetgeen zei voor hadden.
AJts- nazenden vloigem ze bij den berg
óp, schloten hun lange geweren woest
opgewonden af en vuu-rden elkaar wie-
dorkeerig aan om de beide Duitschers
daarboven neer te schieten.
Vier Van elke mónisciltelijke hulp
(hadden diezen nauwelijks- nog eenige
hlob.p op redding. Maar ze waren vast
besloten hun leven zoo duur mogelijk
te verhoopiem. De trwiee eerste aanval
lers vielen neer, maar in plaats dat
de Arabieren daardoor ontmo.edigd
werden, scheen Ihiet hun met nieuwe-
kracht te bezielen.
Telkens wi'eer stormden ze vóóruit
tof dien aanval en telkens weer vielen
de beide eersten neer, zoodat ze; aidb
(tien slotte verwonderd terugtrokken.
'Ofschoon de Europeanen, den aan
val met succes hadden- afgeslagen,
was hun positie volstrekt niet gun
stig, want hun voorraad ammunitie
was klein.
Achter de' steenklompen van d-e (ou
de gang verschanst, zonder vo edsel en
iwater, konden; de beide vrienden er
wel niet op rekenen, dat een belege
ring door een horde wilde Bedouinen
lang zouden- uithouden. Gedurende-
den dag spaarden ze hun- kruit, of-
sicliolon nu .en dan een Bodonien bru
taal den heerg op rende en zijn ge-
wleer in de- richting van- hun schuil
plaats afschoot. Eindelijk daalde de
nacht weer, maar hij.' bracht geen
redding. Ze konden hun gang niet
verlaten, ook moesten ze vreezen dat
de inboorlingen zouden beproeven on-
idied die be/schenmlimig dier duisternis
dichter bij ben te kotmien. (Bij beurten
waakten de vrienden de® nachts, zon
der dat ze weiden aangevallen-, en
toen de zon de bergwand weer schit
terend belichtte, wiaren de Bedouie-
nen nog al-tijd in het dal ged-egerd,
De beide vrienden hadden- geen stuk
brood en helaas o-ok geen drup water
meer. Herhaalde maieai beproefden
de Arabieren de ongelukkige gevan
genen gedurende de hitte van den dag
te- overrompelen, ma-ar ofschoon ze
door dorst gekweld Werden en, aan
•redding wanhoopten, gelukte bet hun
ftoeh telkens miet eenige go-edigemiiikt-
isoboten de voorste aanvallers neer te
doen tuimelen. Tegen den avond ech
ter was bun ammuniti e op (en ze spra
ken er in- allen ernst over om- riclh
over tte geven. Maar Gehring kende
die vallschibeid dezer sltfa,mimen, even
goied .als bun woestheid,.
Walter hi eld (hiet .eerste gedeelte van
den nacihit de wia-cht; Eduard het twee
de^ Gedurcndle de eerste wacht bleef
«allee rustig; bet scheen, als-of de Ara.
bieren- besloten hadden, de belegerden
door honger en dorst in hun macht
te krijlgen. Glaring Werd door izijn
makker gewieSat en begaf zich op zijn
post. Plotseling kromp (Inij van schrik
ineen,, toen een. hond zwaar op zijn
'schouder werd, gelegd, en toen haj
ric.li omllve-erde zag hij den. derwisch
fiegenover zich.
Deze ging bedaard naast hiem zit
ten en -zed: Ah tl sa rib! (Geef mij te
drinken.!) Op dit oioigeniblik vloog Geh
ring een gedachte door het hóófd
'Wiater hiald; hij niet meer, maar Wal
ter had nog een- teug cognac in zijn
veldffliasch. Haastig ging hi j naar de
plaats, Waair WlaiWlher lag, nam de
veldfl nsch, keerde wleer naar den der-
wiscih te,rug;, miaa-kte- een eerbiedige
buiging en bood hem den drank aJan.
Die waomEinnigie dronlk den cognac in
één teug uit en daar hij niet gewoon
w-as aan alcohol, sprong hij op
zwaaide zijin stok woest in 't rond,
-alsof bij Edu(ard wilde aanvallen,
Walter pakte hem. bij den arm, en
dwóng hem te gaan ziften. Hoe- meer
Idie aljcollnol zijn uètweilkirig (oip den
ïwi-Mle uitoefeud.'e, des te meer scheien
de hartstochtelijke toom van- den,hei
lige" in vriendschappelijke gevoelens
te v-eranderen; weldra begon de der
wisch. hem miét .klagende- stem. te
smieeben om h,em nog meer drinken-
te geven-. Gehring moest hem in bef
Arabisch vert.eiltem, dat ze niet meer
te drinken hadden, maar beloofde
hem allies;, wiat hij maar wenschte,
■wanneer hij hen een eind vender dan
hnn legerplaats wilde brengen.
„Fissa, fiss'a,, imlshd!" (Spoedig,
ispoieidiiig, laten we gaan;!) ,w,as zijn, ani-
iWioórdJ en dit wlai's voo-r de beadle vrien
den nóg een flauw straaltje v.au hoop.
-Leun) enldie op de beide- Europeanen,
slo-e,g hij die armen om- hun hals en
izoo gingen de vrienden met vlugge
schreden dien berg af. Zij kenden- den
-eerbied, wieflffeen een B/edouiiieai voqr
oen der-wisch koestert en- wisten ook,
dat ze tegen eiken overval beschermd
'wiaren,, Zoolang die ,,,-h-eiiiLiige1" hen ver-
-geze'lde. Met die kracht der wanhoop
-klemden ze zich dus aan don krank
zinnige, die hun beschermer en hun
gevangene; tegelijk was. Hun
'voerde hen midden door bet Anafoisohie.
kamp-, waar ze met luide vloeken en
idlreigenide gebaren werden ontvangen.
'Maar ze snelden verder zonder een
-oogemblik stil te staan of achterom te
kijken, hun geplunderd kamp voor
bij naar de grens, waar hun vrijheid
ien veiligheid- wachtten.
In d-e bescherming dier boVenaard-
sdbe krachten van don dertwiisch kwa
men ze ongehinderd door de huilende
/en dreigende vijanden. Uren achter
leen liepen ze voort, tot- hun vermoei
de beemem hen nauwelijks mieer wil
den dragen', miaar de herinnering aian
den doodsangst, waaraan ze waren
ontkom/en, .en de hoop op redding, die
ihfem. wleaiikitle, drelsf ben rusteloos
voort. Iri de sc-baduw van- een cactus
-rustten ,ze een poos uit en dloo-r eenige
bessen verfrischt, welke de derwisch
(hiod verzameld, konden ze hun to-cibt
voortzetten en na twe-e dagen van Mj-
,ua ouafgelbro.loen loopen bereikten ze
rniet stuk .geloopen voiefen de Fransche
buitenwacht.
iSteiaxmian en- Lader kloc-htien de con
cessie ni-ef en nog hedeai- rust het me
taal va,n, Tarbarca in den schoot der
laarde. De» beidie vrienden werden voor
(de oritberiinigenj, welke ze bij hun
a.yon.tuuT baddien gelied.eai-, rijkelijk
schadeloos gesteld. Gfschioion ze hun
voormialigcn redder nooit weer KeB--
ben gezien en. ook niet meier zullen
eden, hebben ze bom niet vergeten en
nóg dikwijls roepen ze elkander toe:
„'Geef mij te drinken!" En dan klin
ken ze op de gezondheid van Ei Der-
'wiach. (N. v. .t N.).
In Malart, April en Mied, gieen dad
geen vocht, noch regen,
Geen wijngaard kreeg een spruj
noch. ook het booing©was,I
Het veld lag al® verdord j-a, zond
bLolem- op 't gras,
Den twaalfden van Mei naar oudio
stijl gerekend,
Toen vrloior liet nog zoo sterk, als ee
oud sobrij-ver teekent.. 1
Diat er wel een kraai zou kunnen ov<
I gaan,
'En daar oO(k inet gemak, ja zondj
•vree® op staan, j
't Wias Sint Jiamsdiag zoo koud, als dt
de oiudia wouw/en,
Heft zonder vuur in do kerke ni-et k<
bouwen,
WanEiiopAg volk vol vrees, geen vrud
(ten te bekomen.
Toch piloiegdlen zij' hun land, ma;
garisclh niet zonde r schromen
Dóch oiolv i,nlbe(gendieie!l, een volk va
Jobs geslacht,
Die hebben ololk de xiücht met lijk
izaiamheid verwacht,
Zij hoopten op hun Gód, die alle
sdkikt ten beste, 1
En hun ook zegen gaf, ja, overvloei
op 't leste,
-Na Peter en Pa-ulusdag, kwam diaef
verianderi-nigj,
't iScbeen of die IDem,cl voior hen Ope
'gitegJ,
De koude die was weg, geheel en
verdwenen, f
De zon -beeft over diag vv-eer als- vo-q
heen gesdieaien.
Des nachts bo:en was. hier weed als -mi
-een zo-ele lu-cbt,
Het regende igestaa-g op alle oogst
vrucht,
Zoodat in korten tijld het gras en ka
ren bloeide,
Als in- 't land Iüa-naö-n, de m,e-lk en ho
nig vloeide, I
Zij kregen viermaal mee-r van korej
,en van graan, j
Als ieder in zij-n sdhiunr te voren (htai
gedo,an-.
it Werd alles heel goedkoop van ee|
waar, spijs en brood, i
Men kon een schepel ta-rvv toen koe
pen voor -acht -groot,
-De rogge wel voor zeis, van wagen
en ook schuiten,
De garst Wel voo-r.vu'er groot, de haivle
voör vie-r duiten-,
De appels, die men no-emt Sf. Jian, dt
kocht men goed,
Voor anderhalf groot de mand, heel
smakelijk en zoef,
De guldelingen die- die- beislte en se-hoorn
s-te zijn-,
Vian buiten -geel al® goud:, zoo smal
kelijlk als wijn,
Van buiten glad en gaaf en rondonj
even zuiver,
Die kocht mien to en do mlanid voor am
dexhiailiven stuiver,
De peren dagelijks dié mien ter mark:
ihradlit.
Die werden voior vier groot hij mlan
den vol verkocht,
't Was alles overvloed- in boomgaari
tuin en velden,
Een kar hooi kon ni.et miee-r als a.cM
tien stuivers geldein.
En 't allerhelste zwijn-, dat op die m'aiM
lag
Voor een twee gulden ma,ar, zoo ie
der boorde en zag,
'Een vet of deftig rund, of koebeest dia
men vonde,
Wiens snee-u gewogen heeft honden*
en twintig ponde,
En dlaariiij dik van vieesch, en rond
om ev-en vet,
Werd miaar op acht gu-lden en twe<
Istuivers gezet,
Zoo kan Glod hét voorzien-, en wed ir-
korte dagen,
ALs wij hem dienen maar Zijn wii-1 e®
welbehagen-,
Dan maakt hij Wederom zoo alteis is
geweest,
Gelu-kkig is de mensch-, die Hem vaa
harte vreest.
De slechte Zomer.
De treurige zomer, dien we doorge
maakt -hébben en. waarvan- w,e, nu de
r weer in de- maand i-s gekomen, wel
g-eem vergoeding meer hebben te ho
pen, heetfit een van onze lezers a.an-
leidiing gegeven een vers uit zijn1
ijieugdi, dat hij in de herinnering be
waard had-, op te schrijven en ter
plaatsing in te zenden.
't Was dek wel een benauwd jaar,
lal was het heel anders dan 1907.
MERKWAARDIGE GEBEURTENIS
IN HET JAAR 1435.
'f Wals half in de Sprokkélmiaand
Toen beeft bet -zo'o begonnen.
Dat men zag over dag, geen schijnsel
van de zonrie,
(Bij nacht kón men den Hemel mer
ken aan,
'En- zien bet schijnen van de sterren
en de maan,
De wind was Otort en kond,, an- daarl -do-or haar wijden vleugelsdag nog ver
WAT DE VOGELS ZINGEN.
Hi-erover vertelde1 professor René
Bloch in de „Revue -musicalei"
In het algem-eon, zegt hij; ge-ldt be
gezang der vogels bij de volken meei
als een goed dian als een slecht voor
toeken. Maar ook orthteil en gevaai
worden door de gevederde1 bewoner;
der lucht ni'et zelden verkondigd. Bi;
de Slavische volken, vooral bij de
Polen en Li-tth-aUers, kondigt bet ge
kras van den uil ongeluk en dooe
aan-hetzelfde ongeluk dreigt
verscheidene Duitsche streken hél
hu-is, op den muur waarvan ziet
de kleine Vischarend, neerzet in
van maneschijn helderen nacht, on
zijn eentonig, -zwaarmoedig geroei
door de stilte te laten weerklinken.
Heeft men bet verschijnen van dezer
vogel in 'het dorp opgemerkt, dian
heet het, dat in hetzelfde buis, waar
op de zeldzame na-chtzanger uitrust
heel spoedig iemand sterven zal. Eten-
zelfde geloof heerscht in een ander,
ver verwijderd land, in Hindostan
Het krassen der raven, wórdt in Rus
land en in Servië als een aankonii
ging dat bloed vergoten zal w.ordien
beschouwd.
De zwaan gold in bet Grie-kscthte ei
!t Germaiansche volksgeloof lang als
een waarzeggende vogel en nog be
den ten dage leeft in onze taal d«
herinnering aan zijn treurig melodi
sch'en zang, dien bij aanheft, als bi
zijn einde- voelt naderen.
Spreken wij' niet van zwanenzang,
als w.ij het laatste werk Van ee®
groot m-arn, een dichter meestal, be
doelen Nu is onze geiw-one zwiaat
wfaarüjk niet in staat tonen voort tl
brengen, die bet zooeven aangedui
de ge-loof rechtvaardigen zouden
maar e,r zijn wel wilde- zwanen, de
zangzwaan en die dwtergizwaan, die
-tijdens baar vlucht schelle en scherp
tonen uifsfooten en een klinkend e®
suizend geluid veroorzaken, dat
viel óp de wegen, I sterken. Witen zulk elen- melodie var