maend, d,at e-r iemand om 'haar gaf, maar hij was heengegaan zonder, iets te zeggen en zie had geprobeerd, hean te vergeten. Ze welide zich als een wdld'e vogel, die opgesloten was eon kooitevergeefs had; ze mJet haai' vleugels tegen de tralies geslagen en nu hield ze zich rustig, benieuwd of dio dieaur ooit geopend zou worden. Toen juffrouw Pendleton de kamer verlaten had^ wierp Lefi'tia zich op'i d'e harde paardenharen sofa nieer en gaf haar opgekropt ge-mloed lucht in een tranenstroom. Dien volgenden morgen gebeurde er iets wonderbaarlijksLetitia kreeg oen brief Op zichzelf reedis was dit vrléeoma, want Letitia had niemand, die haar schreef. Maai- de inhoud van dien brief was nog vreemdler. Nortihiam. Lieve juffrouw Letty (ze hadden hdar tihuis altijd zoo genoemd). Meer dan zes jaar is 't geiteden, dat we elkaar ontmoet hebben, maar ik heb u geen oogtemblik vergeten. Ik schrijf u om u meo te deelen^ dat ik een plaats als diokter in (het buitenland heb gekregen en om u te zeggten, wat ik u vroeger niet mocht zegg.en dat ik u bemin, Letty. Ik heb u bemind! Van het oogemblilk af, dat ik uw va- dier verving" gedurende zijn ziekte. Ik had wilton spr eken vo-or ik heen ging, maai* u was zoo jong, zoo lief, en ik kon u toen niets anders aanbie den dJan mijn liefde. Als u zich de da gen van weleer nog herinnert, als u iets om mij geeft en mijn aanzoek; wilt aannemen, liefste Letty, schrijf mij dan per kee/remde post. Ik ver zoek u dit, omdaJt ik naai". Londen moet gaan en daar benige schikkin gen moet treffen. Voor ik naar mijn standplaats vertrek, kom ik u opzoe ken. O Letty, ik hoop, dat je ant woord „ja" zal; zijn. Percy F. Barton. P. S. Als ik niets hoor, zal ik daar uit opmaken, dat u me niet wonscht be ontvangen, maar ik waag het' te hopen, dat n schrijven zult. Toen Letty den brief uitgelezen had, waren haar blauwe oogjetn vol tranen van dankbaarheid. Bet is te mooi te wonderbaar lijk, mompelde zij- En.daarna riepz-e ontroerd uitDe deur is open ein delijk opien l Pietje, arme Pietje, fluisterde zij liegen den vink, die kalm en ernstig naar haar zat te kijken op zijn stok je, jij zult in je kooi sterven, maar ik zal uit die mijne ontsnappen diatn ben ik vrij. Pi'etje vrij Nicht Jane zei, dat ik dankbaar moest zijn en dat ben ik nu ook^nu ik iets heb om dankbaar voor te zijn. Ik kan het niet geloovenhet lijkt wiel. een sprookje. Wat heb ik gedaan, om zoo veel- geluk te ondervinden En toen, smet een lachje v.an louter vreugde, ging Letty zitten om een brief te schrijven, diie begon m'et de woorden „Mijn lieve Percy". Ze schreef hem wat hij wiiae we ten d'at zij hem lief had-, al zes jaar, en gaarne en dankbaar zijn aanzoek aanvaardde. Letty las na, /wat zij geschreven had, knikte goed keurend, diee-d den brief in een enve loppe, die zij dicht maakte en waar op zij het adres van Percy schreef. Daarna ging ze zitten peinzen1. Nog voor de inkt droog was, schrik te Letty uit haar -broomen op, dio 01* 't geluid van oen zw'aren slag in de kamer boven haar. Het meisje snelde naar boven om te zien wat er aan die hand was. Toep ze d'e kamer binnentrad, slankte ze den kreet van ontsteltenis. öp den rioer, m'et het gelaat naar benoden, lag juffrouw Pendleton on beweeglijk ter neer. Letty knielde naast haai* neer, Su san, die naar boven gesneld Was, toen ze Letty hoorde gillen, hielp om de- vrouw op te tillen, -en samen leg den ze haar op bed. Daarna stuurde Letty het dienstmeisje om den dok ter t/e halen, terwijl zij bij juffrouw Pendleton bleef. Na een naar het Letty Voorkwam eindeloos wachten, kwam de dokter. Gedurende zijn behandeling gaf juf frouw Pendleton te/ekenen van terug- kearend bewustzijn. Letty volgde zijn. instructies nauw keurig op. Toen alles wat iged-aan kon worden ïn het belang der patiënte, gedaan Was, ging de oude dokter naar berne- dJen, gevolgd do-or Letty. Samen gin gen ze de eetkamer binnen. Is ze erg ziek? vroeg het meisje inet bevende stem. Erg zi'ek, wfas het antwoordzij heeft eetn beroerte .gehold. Zou ze doodgaan fluisterde Letty, angstig. Wie zal dat zeggen Ze kan fnoig jaren leven, maar ze zal nooit (herstellen haar rechterzijidfe is ge heel verlamd1. Dus ze wordt hulpbelhoeverid Ja, heeilemaal. Gelukkig dat ze (zoo'n flinkei verpleegster als u Weeft, lieve jonge dame. I-Iet zou heusch erg treurig zijn als ze niemand had om voor haar to zorgen. Liefde doet meer om het leed in de wereld te ver zachten dan de knapste dokter. Het ®ali een Lastig geval worden, voegde hij er bijze -moet. heel zorgvuldig opgepast, worden. Ik heb u de noodi-ge aa-nw ij zingen gegeven Letty boog het hoofdzij kon niet tepreken, wat moest ze zeggen De dokter stak haar zijn hand toe. Ik kom vanavond terug, zei hij. Toen' Letty zijn handdruk" voelde, riep ze in vertwijfeling uit„Wat moet ik doen Wat moet ik doen De oude man keek haar over zijn gouden brill aan en niets wetend van Percival Barton on d'e ..open deur" glimlachte hij, terwijl hij antwoord de Lief meisje, ik ben er zeker Van, dat je je plicht zult doen. Toon ,hij wtelg Was, liet Letty zich in den stoel vallen.. Mijn plichtmompelde zij mijn plicht.is het mijn plicht Waarom zou ik de open deur mijn rug toe draaien als er zooveel achter licht f Wat is nicht Jarie voor mij 'Hef zou heusch erg treurig izijn als ze nie mand had om voor haar te zoig,en, zei do dokter. Zij wilde die woorden ver geten. Had diie vriendelijke oude heer af geweten van haar onverwachte kans op geluk, zou zijn raad dan niet an ders geweest zijn Ik boa er zeker van, dat je je plicht zult doen Waarom haid hij dat gezegd, vroeg ze zich af, waarom zou hij daar zoo- zeker van geweest zijn? Do brief, dien «ze gesclureven had, lag nog op tafelze had! nog eenige uren den tijd om Idem op de- post te doen. De deur was nog niet gesloten Elen gekreun in de kamer hoven haar ideed 'het meisje hare overpein zingen staken en naar het bod van juffrouw Pendleton snellen. Letty was, zoo-als de dokter gezegd had, e'en flinke verpleegster en) het lijden idler zieke nam haar gettreeie aan dacht in beslag. Het arme mensch kon thans een paar woorden stame len, di-e Wet meisje begreep. Letty Wad 'Wet izoo dkuk rne.t voor haar patiënte te zorgen,, dat ze maar weinig tijd' hiald om ha te denken-. De beproeving werd grootör, naarmate juffrouw Penidletoln haar spraakven mogen terugkreeg. D'e uren verliepen, d'e zieke slo-ot i oogien en lag still. 'In de- stilte vian de kamer kwamen de vroegere ge dachten weer bij Letty op. De tijd kroop voortzij moest een besluit nemen. De brief lag In de. ka mer beneden geadresseerd aan Perci val Barton die brief, die liefde, hoop en vreugde vo,or haar batee- kende. Waarom zou ze hom niet verzen den? Waarom niet? De klok sloeg het kwartier ze had nog vijftien minuten den tijd o-m heart op de post te doen, daarna was het te laat. Langzaam sloot zich die deur voior haar. De traites van de kooi zouden h-a-ar rnieör dan tie voren gevangen houden, ;Za voelde, dlat ze 't niet kon dragen. Letty ging naar die deur toe, raakte dear knop aan, doch -week plotseling terug. Wat moet ik doen ?-herhaalde' ze in Vertwijfeling len weer diachit zei aan de woorden Van dien dakter „ik weiet, di-at je je plicht zult doen". Oh, God lreJpe mij 'bad zij. God- h-elpe mij Een ster keek op lxaar neer, toen ze opzag naar dien donker wordendie/a hemelze zag dis ster dó»or een floers Man tranen,. Die groote kerkklok sloefg het h'eiele uur. Letty stond daar met saamgjekhe- p-en- (handen en gebogen hoofd], ter wijl (elke slag als 't ware Ihaar hart doorboorde. De deur was -niet mieer open zij' hiad ze zelv.e gesloten-. Toien Letty het hoofd' weer ophief, scheen er 'een nieuw licht in Waar 0,o-gein het wais het licht van plichts vervulling uit vrijen wil maar ten 'lcoot-i vaïi licxxv-aol 9 Diien nacht, waren er (onrustbaren de verschijnselen bij juffrouw Pondie- to,n die dokter keek erg érnstig. Le-t- t-y stond met eien bleek, vertrokken gezicht bij het bed. Tegen den morgen beseften zij dat •a,He, hoop -op herstel weg was en vóór -er een nieuwe dag aanbrak, was de ziel der lijdende vrouw aan het li chaam ontstegen. Letty weende niet. De tragedie- van idien dood scheen weinig te beteeke- n-en tegenover de tragedie vain het lei ven,, en met droge oogen Bat Wet mei-sje terheer. Ehkale dagen later stond Letty troosteloos un't te kijken naar he-t tuintje achter bet huiis. Ze keek maar two© .spreeuwen,, die een nest bouiw- dem on vergeleek hun lot met dat Van den armen vink in het kooitje na'ast (baar. Haa,r gedachten werdiein onderbro ken doordat er plotseling gebeld Weird. Er waren in- die laatste .dagen zooveel mienschm geweest, diat hlet hiaar Weiindg kon schelen;, wie ca* nu weer wla-s. De deur van de karn eb, •w'aarim ze stond1, werd geo.pond en weer dicht gedaan. Letty draafde rich om en zag een (slanken jongen man voor zich staan. Eeni 0ogenblik1 verdween de kleur van ihfaar wanigfen •om dadiel-jj.k Weer terug te köeren. Haar oogen wenden gróót van blijde verbazing. Percy! riep zij uit, is het moge lijk! Ben je het heusch? Wie anders zou het zijn? zfeft'hij, vroolijk lachend -..O, Percy, het is wondierbaarlijk! Hoe ben je zoo gekomen? Hoe ik zoo gekomen ben? her haalde de jonge man verbaasd; door j brief natuurlijk, vrouwtje Mijn brief, riep Letty ongeloovi. i-f rni ir» I-vT-io-f9 TTV-aK ïl- schenkomst was, dat Letty in die wereld van geluk en liefde wais geko men, gelegen achter de open deur. Een gevaarvolle tocht Uit het Duiitsch. uitmijn brief? En die 'heb ik ni'et eens verzonden. Nu-, hier i-s hij antwoordde Per cival Barton, terwijl hij Letty's der- sten minnebrief uilt den zakbaalde. Had je hem dan niet willen verzen den, lieve Hem willen zenden O, als jc eenls wist hoe motedlijk ik er wieer- sf and aan kon bieden om hem te zen den Toen Vertelde Letty, in zijn armen •gesloten, haar verhaal. Het was heusch een wonder, dat mijn brief je bereikte zonder dat ik hem gezonden had zei ze ten slotte, en beiden waren te gelukkig, te te- weden, om een meer waarschijnlijke oplossing vam het mysterie te wen- schen. Beneden iln de keuken was degeen, die het wonder verricht had, druk be zig een kdekepan te schuren, terwijl ze vroolijk een liedje zong. Ze hield in eens op en zei bij zichzelf Wel, daar heb ik warempel ver geten, aan juffrouw Letty te vertellen, dat ik een postzegel op haai4 brief heb geplakt, toen ze 't zoo druk had met het verplegen van de arme juf frouw ik was 'r nog een postzegel schuldig, ik ben benieuwd, of die knappe, jonge mian, dile dia-ar net ge komen is, dezelfde is, aan wiien ik den brief gezonden heb. Zoo peinzend, begon het kleine d' enM-rneisj'e weer te 'zingen, weinig vermoedend, dat het door haar tus- I-Iet was in dien tijd der oni<ie>rham- (deiLimigen van die Conferentie, te Alge- dras, dat een. élégant geld eed heer het kantoor dar Hamburger firma Sfccinmian eai Lader binnentrad en den chef van het groote mijimwerkersge- miooitsclmp wemsdhite te spreken. To>eh hij tegenover dezen standi, verklaarde- hij de vrijheid te hebben genomen de -eerste firma van het vas te land die. concessie voor een lood- mijn in Afrika aan te Meden, wrike door dc-Marakkaansche regeering aan. iwn wals afgestaan. Ten- bewijze daar van toomde hij een document, diat rniet Arabische letters was geschreven, verscheiden schstsen en. plans v.an- die mijn, verscQiillendie berekeningen voor die exploitaitie, over de kosten v.an he.t tramsport over zee, emiz. Tengevolge van de onzekerheid op politiek gebied dacht de firma er in dien beginne in 't geheel niet aan om het voorstel in na dere overweging te meunen, maar ten iSflioibtle ging ze er toch too over om hei erts-, dat die ombekende bad mee- gebra-ciht, te laten onderzoeken en bet Arabische dooumiemt te laten vertalen. Bij heit onderzoek bleek hei erts bui tengewoon Tijde aan goed. metaal te (zijn en het ooncessiebeiwljs was- on getwijfeld geheel oMereenikomistaig de- wieitiielijlke voorscliriften opgemaakt. Toen do vreeimdieling voo-r de twee de maal op het kantoor kwam, li-af de firma zich- reeds in onderhandelin gen mie-t hem. in, ma,ar wijl ze practi- sdhlei zakenanenscheiji aan 't hoofd had, waren deze ov-er den lagen priis welken de verkooper d-e-r ootuoeissie nioe-mde, en n-o'g mieer oivier zijn a-'am- driaigen op een acc-oord, verbaasd, zoodiat ze vermoedden, dat er bedrog achter de zaak stak. Waarom was d-e mijn vroeger niet bewerkt? Waarom zou d-e vreemdeling ze hun voor dlien billijken prijis kunnen aanbieden? Daar z-e op deze vragen, geen bepaald antwoord van hem konden krijgen, hielden zie hem van week tot weck aan de praat en zonden onldertus- scben een van hun vertrouwdste in- enters naar Marokko, opdat hij over de mijn ra-pport zou kuranien uitbren gen. Hun keuze vie-l op Walter Brunaiier, 'n ervaren kenner en deskundige in metallurgische zaken-, die als neef van een der firmanten het volle ver trouwen der firma genoot. Daar hij echter noch met "t land n-och met de taal en de zeden bekend wals, gaf mien hem Eduiard Gehring, een ingenieur, die in Afrika-ansche mijnen practische ervari-ngan "h-ad o-pgedaan, al© gelei der mee. Bru-nne-r en Gehring waren van hun jeugd' af vriend ear en Eduiard Ge-hnng maakte Julia Bruamer sedert iaair en dag het hof. Het was dus dui delijk, dat de firma geen betere keu ze had kunnen doen en Walter ver heugde zich, d'at hij zijn vriend, wel ke sedertdri-e jaren in Algiers werk zaam was, in Marseille zou ontmoe ten, om vandaar dan met elkander n/aair Marokko te gaan. Walter Brunner was zeer trotsch o,p de opdracht, welke men hem had ga'geven; G-ehring dacht in de eerste plaats aam d-e gevaren van zulk een expeditie. Tarbaroa, dat in Europa geheel onbekend was, werd zelfs in Algiers, waar Gehring het laatst ver blijf hield:, als een der meest woeste gevaarlijkste plaatsen aan de noordkust van Afrika beschouwd, wlant hie-t lag te m-idldien van ©enz'amie beirtgen tussc-hen d-e wo-estijn en de zee gebied van onbeschaafde, bloed dorstige sta-mmen. Wel is waar schrik ten diergelijke mededeelirugem hem ntet af, maar ze gaven hem aanlei- om alle maatregelen van voor zichtigheid bij de gewaagde 'espeditie tte nemen. Hij voiorzaig zich van goede achterladers en- revolvers en wiachtes -zijn vriend in Bon-a op. In Juli gingen ze op reis en bereik ten reeds dOn tweeden dag de Mhrok- ikaanschie grens, waar hun telkens en telkens weer hetzelfde veiteaal van, d:e bloeddorstige woestheid der bergbe woners werd ge'd.'aan, die gewapend waren als de- Fransch© troepen- en. rich in hun versterkte, dorpen tot den laatst en m an ve rdedigden. Dorstig, vermoeid en uitgeput be reikten de beide vrienden eindelijk dien derdien dlaig het doel van bun tocht: Tarbaroa, waar d'e bewoners in holen en ondier oude ruines uit den Riomieiimschen tijd huisd-en. Slechts zelden zag men een huis van steen; gewoonlijk waren eenige boomtakken voldoende, di-e over de in puin geval len muren waren gelegd, om de be woners tegen de tropische hitte en den stroomenden regen te beveiligen. Vo om-chtiigheidshaiLye sloeg de klei ne karavaan op eien kleine hoogte bui tten. het dorp haar tenten- op. De paar den in veiligheid gebruidhi, de bagag© raidden tusscben het vuur en de klei ne kemelsharen tent, welke het hoofd kwartier vormde, opgestapeld. Gelh- rtng, Welke de- leefwijize der men- Ricihem. kende en geeh gastvrijheid van hen verwiach/tte, begon al spoedig den 'omtrek te verkennen. Hij zag mis schien honderd inboorlingen-, die al len goed gewapend, m/a-ar roerloos in 't midden van» het dorp lagen. Ner gens wias ander® een. levend wezen te •zien-, morgens hoonde men eendig ge- druiscih-. Hbs dlaialde de nacht neer en hulde alle® in het duister; nog altijd echter zag men de witte gewaden der inboorlingen in hun legerkamp. Om tegen elke overrompeling beveiligd te rijm, zette men dubbele posten uit en nauwelijks had' men het avondeten genuttigd, of het werd levendig in 't kamp der inboorlingen-, Ieder greep rijn revolver en keek met bezorgde blikken in de richting vanwaar geluid kwam, Plotseling zag men in het schijnsel van hef kamp-vuur een gestalte, die langzaam voorwaarts schreed. Hef was een oud man, gebo gen door de jiaren, met ongekamd en baard en verward- haar, wiens lende nen met een zak waren oniigord en om wiens schouders een witte man tel fladderde. •De Arabieren,!, di-e hem vergezelden; wierpen» zich voor hem en begroetten Ihiern met dien naam El Decwisch (de gekke). Ieder Derwisch is in hun oogen een profeet; door hem te worden aange1- naafct, is een voorrecht; hem1 te kwet sen 'n onvergeeflijke z-onde. Er kon geen twijfel bestaan aan de krankzin nigheid van de-zon „heilige", die het kamp der Europeanen- binnendrong. Zonder complimenten nam hij de bos te plaats: aan- het vuur in, ongeuoo- di@d nam hiji hetgeen er van- den avondmaaltijd was overgebleven en verslond het met buitengewone gretig heid, waarbij, hij in het geheel hielt op de Europeanen schoen te letten. Daarop hulde hij zich in een wollen deken en begon zachtjes altijd gelijk klinkend)© woorden zonder beteekenis te zangen, welke hem spoiedig in slaap wiegden. Walter B-runner 'had de handelin gen van den- derwisch miet verbazing gadages'lnigem en wtas eerst van. plan gawjeést om den indringer af te wij zen,, maar Gehring had hem nog bij tijds verlhindcrd zulk een fout te be gaan, Kalm lieten ze den dcorlangdu- rig© ontberingen uitgeleerden „be.u- ige", welken de brandende woestijn, bet vuil en de ontberingen van zijn verstond hadden beroofd., slapend op den grond liggen en nadat ze zich nog eenmaal hadden overtuigd, dat alle voorz-orgsmaatrefgeien waren geno men, gingen ze zelf öok slapen. Ge durende dem nacht gebeurde er niets bijzonders. Toen men den volgenden morgen weer wakker werd, was de derwisch verdwenen en niemland wist wanneer hij was vertrokken' of waabheen hij was gegaan en- daar alleen het thans druk hadden om die werktuigen uit te pakken en de instrumenten in elkaar te zetten, werd er ook weinig a.an- idiacht aan de zaak geschonken "Vloor hen verhief zich- de dónkere berg met de vele kloven, welke op zijn Ioodgelialte onderzocht zou worden, Vlele sporen van vroeger, misschien 'Roimeinisebe werken, wezen hun den weg naar de plek, waar vele- schach ten en gangen aangelegd wiarem, die thans echter alle dreigden in te stor ten. Terwijl ze een der grootste gan gen. bijna ondier den top van- den berg volgden, zagen ze aan alle kanten duidelijke sporen van het metaal, dla.t in vroeger tijden was weggehaald. 'Olm echter precies te weten, "hoeveel lood er in het binnenste van den berg zat, moesten ze steeds verder in de hobbelige, oneffen gang doordringen, tot ze eindelijk uit de verte, in de -richting van hun kamp, schoten hoor den. Haastig snelden ze naar dien in- gang en zagen nu in één «kinwelke, benarde polsi-ti-e ze verkeerdeni Die Bedouinen hadden, in elk geval van de afwezigheid der Europee selhe leaid.ers gébruik gemlaakt en het kamp aangevallen,de Mtoorsche gel-eidcr%s verjaagd of gedood}, de, paarden dood geschoten, de tenten varwoiest en m/a,akten nu aanstalten, om de bagiage te plunderen. Nu kwiam het er miaar op aan, rniet lang te aarzelen- en te dralen, wlant het wilde geschreeuw van de Arabier en, dat dezen aanhie ven, toen ze die Europeanien- boven op de bergfhehimg zagen, lief geen twijfel beslöaaan aan hetgeen zei voor hadden. AJts- nazenden vloigem ze bij den berg óp, schloten hun lange geweren woest opgewonden af en vuu-rden elkaar wie- dorkeerig aan om de beide Duitschers daarboven neer te schieten. Vier Van elke mónisciltelijke hulp (hadden diezen nauwelijks- nog eenige hlob.p op redding. Maar ze waren vast besloten hun leven zoo duur mogelijk te verhoopiem. De trwiee eerste aanval lers vielen neer, maar in plaats dat de Arabieren daardoor ontmo.edigd werden, scheen Ihiet hun met nieuwe- kracht te bezielen. Telkens wi'eer stormden ze vóóruit tof dien aanval en telkens weer vielen de beide eersten neer, zoodat ze; aidb (tien slotte verwonderd terugtrokken. 'Ofschoon de Europeanen, den aan val met succes hadden- afgeslagen, was hun positie volstrekt niet gun stig, want hun voorraad ammunitie was klein. Achter de' steenklompen van d-e (ou de gang verschanst, zonder vo edsel en iwater, konden; de beide vrienden er wel niet op rekenen, dat een belege ring door een horde wilde Bedouinen lang zouden- uithouden. Gedurende- den dag spaarden ze hun- kruit, of- sicliolon nu .en dan een Bodonien bru taal den heerg op rende en zijn ge- wleer in de- richting van- hun schuil plaats afschoot. Eindelijk daalde de nacht weer, maar hij.' bracht geen redding. Ze konden hun gang niet verlaten, ook moesten ze vreezen dat de inboorlingen zouden beproeven on- idied die be/schenmlimig dier duisternis dichter bij ben te kotmien. (Bij beurten waakten de vrienden de® nachts, zon der dat ze weiden aangevallen-, en toen de zon de bergwand weer schit terend belichtte, wiaren de Bedouie- nen nog al-tijd in het dal ged-egerd, De beide vrienden hadden- geen stuk brood en helaas o-ok geen drup water meer. Herhaalde maieai beproefden de Arabieren de ongelukkige gevan genen gedurende de hitte van den dag te- overrompelen, ma-ar ofschoon ze door dorst gekweld Werden en, aan •redding wanhoopten, gelukte bet hun ftoeh telkens miet eenige go-edigemiiikt- isoboten de voorste aanvallers neer te doen tuimelen. Tegen den avond ech ter was bun ammuniti e op (en ze spra ken er in- allen ernst over om- riclh over tte geven. Maar Gehring kende die vallschibeid dezer sltfa,mimen, even goied .als bun woestheid,. Walter hi eld (hiet .eerste gedeelte van den nacihit de wia-cht; Eduard het twee de^ Gedurcndle de eerste wacht bleef «allee rustig; bet scheen, als-of de Ara. bieren- besloten hadden, de belegerden door honger en dorst in hun macht te krijlgen. Glaring Werd door izijn makker gewieSat en begaf zich op zijn post. Plotseling kromp (Inij van schrik ineen,, toen een. hond zwaar op zijn 'schouder werd, gelegd, en toen haj ric.li omllve-erde zag hij den. derwisch fiegenover zich. Deze ging bedaard naast hiem zit ten en -zed: Ah tl sa rib! (Geef mij te drinken.!) Op dit oioigeniblik vloog Geh ring een gedachte door het hóófd 'Wiater hiald; hij niet meer, maar Wal ter had nog een- teug cognac in zijn veldffliasch. Haastig ging hi j naar de plaats, Waair WlaiWlher lag, nam de veldfl nsch, keerde wleer naar den der- wiscih te,rug;, miaa-kte- een eerbiedige buiging en bood hem den drank aJan. Die waomEinnigie dronlk den cognac in één teug uit en daar hij niet gewoon w-as aan alcohol, sprong hij op zwaaide zijin stok woest in 't rond, -alsof bij Edu(ard wilde aanvallen, Walter pakte hem. bij den arm, en dwóng hem te gaan ziften. Hoe- meer Idie aljcollnol zijn uètweilkirig (oip den ïwi-Mle uitoefeud.'e, des te meer scheien de hartstochtelijke toom van- den,hei lige" in vriendschappelijke gevoelens te v-eranderen; weldra begon de der wisch. hem miét .klagende- stem. te smieeben om h,em nog meer drinken- te geven-. Gehring moest hem in bef Arabisch vert.eiltem, dat ze niet meer te drinken hadden, maar beloofde hem allies;, wiat hij maar wenschte, ■wanneer hij hen een eind vender dan hnn legerplaats wilde brengen. „Fissa, fiss'a,, imlshd!" (Spoedig, ispoieidiiig, laten we gaan;!) ,w,as zijn, ani- iWioórdJ en dit wlai's voo-r de beadle vrien den nóg een flauw straaltje v.au hoop. -Leun) enldie op de beide- Europeanen, slo-e,g hij die armen om- hun hals en izoo gingen de vrienden met vlugge schreden dien berg af. Zij kenden- den -eerbied, wieflffeen een B/edouiiieai voqr oen der-wisch koestert en- wisten ook, dat ze tegen eiken overval beschermd 'wiaren,, Zoolang die ,,,-h-eiiiLiige1" hen ver- -geze'lde. Met die kracht der wanhoop -klemden ze zich dus aan don krank zinnige, die hun beschermer en hun gevangene; tegelijk was. Hun 'voerde hen midden door bet Anafoisohie. kamp-, waar ze met luide vloeken en idlreigenide gebaren werden ontvangen. 'Maar ze snelden verder zonder een -oogemblik stil te staan of achterom te kijken, hun geplunderd kamp voor bij naar de grens, waar hun vrijheid ien veiligheid- wachtten. In d-e bescherming dier boVenaard- sdbe krachten van don dertwiisch kwa men ze ongehinderd door de huilende /en dreigende vijanden. Uren achter leen liepen ze voort, tot- hun vermoei de beemem hen nauwelijks mieer wil den dragen', miaar de herinnering aian den doodsangst, waaraan ze waren ontkom/en, .en de hoop op redding, die ihfem. wleaiikitle, drelsf ben rusteloos voort. Iri de sc-baduw van- een cactus -rustten ,ze een poos uit en dloo-r eenige bessen verfrischt, welke de derwisch (hiod verzameld, konden ze hun to-cibt voortzetten en na twe-e dagen van Mj- ,ua ouafgelbro.loen loopen bereikten ze rniet stuk .geloopen voiefen de Fransche buitenwacht. iSteiaxmian en- Lader kloc-htien de con cessie ni-ef en nog hedeai- rust het me taal va,n, Tarbarca in den schoot der laarde. De» beidie vrienden werden voor (de oritberiinigenj, welke ze bij hun a.yon.tuuT baddien gelied.eai-, rijkelijk schadeloos gesteld. Gfschioion ze hun voormialigcn redder nooit weer KeB-- ben gezien en. ook niet meier zullen eden, hebben ze bom niet vergeten en nóg dikwijls roepen ze elkander toe: „'Geef mij te drinken!" En dan klin ken ze op de gezondheid van Ei Der- 'wiach. (N. v. .t N.). In Malart, April en Mied, gieen dad geen vocht, noch regen, Geen wijngaard kreeg een spruj noch. ook het booing©was,I Het veld lag al® verdord j-a, zond bLolem- op 't gras, Den twaalfden van Mei naar oudio stijl gerekend, Toen vrloior liet nog zoo sterk, als ee oud sobrij-ver teekent.. 1 Diat er wel een kraai zou kunnen ov< I gaan, 'En daar oO(k inet gemak, ja zondj •vree® op staan, j 't Wias Sint Jiamsdiag zoo koud, als dt de oiudia wouw/en, Heft zonder vuur in do kerke ni-et k< bouwen, WanEiiopAg volk vol vrees, geen vrud (ten te bekomen. Toch piloiegdlen zij' hun land, ma; garisclh niet zonde r schromen Dóch oiolv i,nlbe(gendieie!l, een volk va Jobs geslacht, Die hebben ololk de xiücht met lijk izaiamheid verwacht, Zij hoopten op hun Gód, die alle sdkikt ten beste, 1 En hun ook zegen gaf, ja, overvloei op 't leste, -Na Peter en Pa-ulusdag, kwam diaef verianderi-nigj, 't iScbeen of die IDem,cl voior hen Ope 'gitegJ, De koude die was weg, geheel en verdwenen, f De zon -beeft over diag vv-eer als- vo-q heen gesdieaien. Des nachts bo:en was. hier weed als -mi -een zo-ele lu-cbt, Het regende igestaa-g op alle oogst vrucht, Zoodat in korten tijld het gras en ka ren bloeide, Als in- 't land Iüa-naö-n, de m,e-lk en ho nig vloeide, I Zij kregen viermaal mee-r van korej ,en van graan, j Als ieder in zij-n sdhiunr te voren (htai gedo,an-. it Werd alles heel goedkoop van ee| waar, spijs en brood, i Men kon een schepel ta-rvv toen koe pen voor -acht -groot, -De rogge wel voor zeis, van wagen en ook schuiten, De garst Wel voo-r.vu'er groot, de haivle voör vie-r duiten-, De appels, die men no-emt Sf. Jian, dt kocht men goed, Voor anderhalf groot de mand, heel smakelijk en zoef, De guldelingen die- die- beislte en se-hoorn s-te zijn-, Vian buiten -geel al® goud:, zoo smal kelijlk als wijn, Van buiten glad en gaaf en rondonj even zuiver, Die kocht mien to en do mlanid voor am dexhiailiven stuiver, De peren dagelijks dié mien ter mark: ihradlit. Die werden voior vier groot hij mlan den vol verkocht, 't Was alles overvloed- in boomgaari tuin en velden, Een kar hooi kon ni.et miee-r als a.cM tien stuivers geldein. En 't allerhelste zwijn-, dat op die m'aiM lag Voor een twee gulden ma,ar, zoo ie der boorde en zag, 'Een vet of deftig rund, of koebeest dia men vonde, Wiens snee-u gewogen heeft honden* en twintig ponde, En dlaariiij dik van vieesch, en rond om ev-en vet, Werd miaar op acht gu-lden en twe< Istuivers gezet, Zoo kan Glod hét voorzien-, en wed ir- korte dagen, ALs wij hem dienen maar Zijn wii-1 e® welbehagen-, Dan maakt hij Wederom zoo alteis is geweest, Gelu-kkig is de mensch-, die Hem vaa harte vreest. De slechte Zomer. De treurige zomer, dien we doorge maakt -hébben en. waarvan- w,e, nu de r weer in de- maand i-s gekomen, wel g-eem vergoeding meer hebben te ho pen, heetfit een van onze lezers a.an- leidiing gegeven een vers uit zijn1 ijieugdi, dat hij in de herinnering be waard had-, op te schrijven en ter plaatsing in te zenden. 't Was dek wel een benauwd jaar, lal was het heel anders dan 1907. MERKWAARDIGE GEBEURTENIS IN HET JAAR 1435. 'f Wals half in de Sprokkélmiaand Toen beeft bet -zo'o begonnen. Dat men zag over dag, geen schijnsel van de zonrie, (Bij nacht kón men den Hemel mer ken aan, 'En- zien bet schijnen van de sterren en de maan, De wind was Otort en kond,, an- daarl -do-or haar wijden vleugelsdag nog ver WAT DE VOGELS ZINGEN. Hi-erover vertelde1 professor René Bloch in de „Revue -musicalei" In het algem-eon, zegt hij; ge-ldt be gezang der vogels bij de volken meei als een goed dian als een slecht voor toeken. Maar ook orthteil en gevaai worden door de gevederde1 bewoner; der lucht ni'et zelden verkondigd. Bi; de Slavische volken, vooral bij de Polen en Li-tth-aUers, kondigt bet ge kras van den uil ongeluk en dooe aan-hetzelfde ongeluk dreigt verscheidene Duitsche streken hél hu-is, op den muur waarvan ziet de kleine Vischarend, neerzet in van maneschijn helderen nacht, on zijn eentonig, -zwaarmoedig geroei door de stilte te laten weerklinken. Heeft men bet verschijnen van dezer vogel in 'het dorp opgemerkt, dian heet het, dat in hetzelfde buis, waar op de zeldzame na-chtzanger uitrust heel spoedig iemand sterven zal. Eten- zelfde geloof heerscht in een ander, ver verwijderd land, in Hindostan Het krassen der raven, wórdt in Rus land en in Servië als een aankonii ging dat bloed vergoten zal w.ordien beschouwd. De zwaan gold in bet Grie-kscthte ei !t Germaiansche volksgeloof lang als een waarzeggende vogel en nog be den ten dage leeft in onze taal d« herinnering aan zijn treurig melodi sch'en zang, dien bij aanheft, als bi zijn einde- voelt naderen. Spreken wij' niet van zwanenzang, als w.ij het laatste werk Van ee® groot m-arn, een dichter meestal, be doelen Nu is onze geiw-one zwiaat wfaarüjk niet in staat tonen voort tl brengen, die bet zooeven aangedui de ge-loof rechtvaardigen zouden maar e,r zijn wel wilde- zwanen, de zangzwaan en die dwtergizwaan, die -tijdens baar vlucht schelle en scherp tonen uifsfooten en een klinkend e® suizend geluid veroorzaken, dat viel óp de wegen, I sterken. Witen zulk elen- melodie var

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1907 | | pagina 8