likhom vragen of gij re «dis een beskuit Itebt genomen ten opz.ioh.te van iBogdtun Wyrimba? Zijt gij daar zoo nieuwsgierig naar? Misschien, en miissöliaon ook niet •Luister, schout, naar wart, ik u zeg- jgen wal. Zij noemen mij eon heks, nu, gij lacht daarom, oven goe'd als ik. Ik ben goed katholiek en bid mijn ro zenkrans zoo goed als de beste. Sinds die verdronkene mijn hond gedood heeft, ben ik geheel alleen. Ik Iheib niets meer, om voor te zorgen. En dat 'geeft iemand verkeerde ge dachten. Daarom dacht ik maj mij zelf: Ga naar den scshout, en vraag of hij je Bogdan Wyrimba Wil 'geven, om hem te verzorgen. Zoo iets had' de schout nooit kun nen denken. Wat vertelt-gij mij nu voor on- Eln, Bassin Dvoralk? Heeft het kind niiet uw hond mat steenen gegooid? Dat heeft hij. Ik wil hern loeren, dat hij dit niet doen moert. Gij zijt een nietswo ardig© vrouw. Wel mogelijk, schout. Spreek met de rechters in de stad, of wie daar de baas is, dlaiar weet ik niets ■wan. Bogdan zal het goad bij mij heb ben, en hij behoudt zijn erfdeel. Ik wü er geen penning voor ontvangen. Ik wil iemand om. uniji_ heen heb ben. Anders is binnen tien jaar alles wat hij mi bezit, aan kostgeld uitbe taald. Ais gij hem. mij geeft, heeft hij een aardig beetje gelid' als hij groot is. En meent gij, dat ik niet goed voor hem zorg, dan kunt gij bom im mers eiken dag weder terughalen? Er werden lange beraadslagingen gehouden, en als er een andere kans had bestaan, had Bassin Dvorak foiaar zin niet gekregen. Ma-ar de boe nen wtiklien geen vreemde in huii-s hebbenof er ruim voor betaald (wor den. En zoo gebeurde het, dart Bog dan Wyrimba bij de heks kwam. W ken en ma-andlen duurde het., eer Bassin het hart van het kind had veroverd'. Er was altijd weer nieuw geduld en: nieuwe liefde moodiig, om de koippighiedd en de vrees van dien knaap te verdrijven'. Maar sindis het (verschrikkelijke voorval op die War like was de heks eene andere vrouw geworden. En eindelijk, kwam er een 'dJag, dat Bogdan zijn armen ombaar hoils sloeg, en zich aa-n haar vast klemde. De jaren gingen voorbij, het kind groeide op. Flauwer en fl-auwer werd de herinnering aan zijne ouders. sia Dvorak vervulde ham plaats zoo goed', dat hij hun gemis niet voelde. En toen de dorpelingen sagen, met hoeveel liefde Bogdan Wyriimtoa aan zijne pleegmoeder gehecht w,as, wer den zij ook vriendelijker. Bogdan hiad reeds lang do school verlaten. Hij hielp Bassia Dvorak bij haar werk. Als eenige steun der oude TftTvmiw bii vrij van den miiMtai- moest in de stad voor heFkantonige- trecht verschijnen. Daar moest hij de rekening en verantwoording, nazien, die men hean voorlegde. Hij vond al les goed, zette zijne handteekeniing, en kreeg de vrije beschikking over esen niet onbeduidende ®om geld!. •Rieedis wilde hij terugkeeren, toen hem een schrijven overhandigd werd, dat zeventien j:aar geleden bij de rechtbank gedeponeerd was. Hij ont stelde, toen hij las: „Mijn gediefde Bogdan! „Ik schrijf dit voor u op. Ik zal misschien sterven, en alls iik dood ben,, zal niemand u zeggen, wat gij doen moert. Dan zult gij opgroeien onder vreemden. Uw vader was een goed' mensch. Hij zou nog lang ge leefd' hebben, en gij zouidt geen wees zijh, als er geen slechte beidlemsche ttnensdhen wiaren. Dezen brilef zult gij eerst ontvangen als gij volwassen zijt. Ga dan iin het dorp of over de Warühe naar den Rooversberj zoek Bosnia Dvorak, de heks op. Als zij nog Heeft, ga dan naar haar toe en .zeg; Mij zenden Lucek Wyrimiba en Mnryla Wyrimba. Zij kunnen aiich miert meer op u wreken, want beiden zijn dood-. Maar ik ben hun zoon!" En neem dan den riem- uit haar boot je en zeg: „Met dezen riem hebt gij mijn vader geslagen, zoodat hij' ver dronken is. Zijn ziel is in den hemel. Met dezen riem sla ik u, opdat gij tor helle irnoogt varen! Vaarwel, B'og- Ülan, mijn geliefde zoon. En ais gij Bassia Dvorak, de heks, gedood hebt, kom dian aan mijn graf en vertel het mij. Moge de Heilige Maagd u altijd zegenen! Dat wensohlt uwe moeder Miaryla Wyrimba." Bogdan beefde over zijn, geheeLe lichaam. Hij wildle den met zooweel moeite geschreven brief nogmaals le izen. Doch alles schemerde hem voor d'e oogen. Bassia Dvorak, zijn pleeg moeder, die hij boven alles liefhad, had zijn vader vermoord! Bassia Dvo rak,-. zijn pleegmioed-er, die hij bo ven alles liefhad, moest hij met den riem uit de boot doodslaan! .Duizenden gedachten en gewaar wordingen ontwaakten in hem. Zijn geheel© ziel was in opstand. Eindelijk besloot hij', za'dh. tcvt den schout te wenden. Deze wias eeh grijsaard ge worden. Bogdan zedde niets van den brief. Hij bedankte hem- voor; zijn (toezicht als voogd, ofschoon hij wei nig daarvan bemerkt bad, en zaide: Gij zijt oud; en hebt veel- onder vonden. Herinnert gij u nog den dag, toen mijn vader stierf? De grijsaard bewoog de lippen, De Warthe verbergt er velen, mijn zoon. Uw vader had haar lief, en -toch heeft zij hem, den dood ge bracht. Wat zal men er van zeggen? En hoe is hij verdronken. Men zegt, dat Bassia Dvorak er bij was en geholpen heeft. Er wordt zooveel gepraat. Drie waren er bij. Uw vader, die kan niet meer spreken. Uw moeder nu ja, d-iie lieeft het dioor het geheet© dorp rond'gesckreeuiwd, Laat die oude ge schiedenissen rusten. Uw ouders zijn dood, en Bassia Dvorak heeft u wel gedlaan. Bogdan Wyrimiba ging naar huis. De sbho-ut wist het dus, zijn moeder had gelijk. Voor haar hut bij den Roorversberg za,t Bassia, De geit at uit haar hand. Wiart scheelt er a,an, lieveling? vroeg zij,, hem aankijkend-. Zijt gij niet tevreden? Er is toch geld vooru. Het is niet om het geld', sprak Bogdan. En toen kwam hij dicht naar haar toe. Bassia Dvorak, ik danilc u voor al het goede, dat gij mij zoovele jaren hebt bewezen. Gij waart mij tot vader en moeder. Hebt gij mijn vader en moeder gekend? De oude vroaiw was" opgestaan en .zag hem aan met strakke blikken. Verward stak zij' de bevende hand 1 uit. Lieveling, zeade zij met klank- looize stem, wiat vraagt gij mij daar? Tot dusverre heli ik u' mo-eder ge noemd Tot dusverre. Langzaam tastend zochten haar vin gers de bank. Bassia Dvorak, ging hij voort, lees dezen brief. Van- wiënr? Vaar de rechtbank. Mijn moeder heeft hem geschreven. Mijn echte moe der Waarschijnlijk kort voor baar dood. De' oude vrouw liet heit hoofd op de borst zinken. Uw echte moederIk kan niet meer lezen lees gij h'em Luister Woord voor woord, heel lanig-zaam, las hij het geschrift voor. E-en lange stilte volgde. De Warthe bruischte. Bassia Dvorak, wat wilt gij hier op antwoorden? Veel zou ik kunnen zeggen, fluis terde de Oude wouw, als tot zichzelf sprekend. Het hel-pt toch nietls. Ma- ryla Wyrimba, 'gij zijt sterker dan ik. En plotseling scheen haar-kracht te rug te keerein. Bogdan Wyrimba, sprak zij, kom mede. Zij ging vooruit, naar d'e rivier. Hij olgdie haar. Bij hert schuitje richtte Bassin Dvorak zich hoog op. Haar haren waren wit. Bogdan, Wyrimba, hier is de riem. God zij u qu mij genadig En zij boog het witte hoofd, wachtte met gekruiste armen. De zoon van den veerman bleef on beweeglijk staan, geleund op den riem, waarmede zijn vader was gesla gen. Toen wierp hij hem op den groncl, en liep weg, langs de Warthe. Toen Bassi-a het hoofd ophief, zag zij hem steeds v'e-rder gaan, den loop der Warthe volgend. Zij riep hem. Als versteend bleef zij staan. Haar oogen waren -zwak geworden, maar zagen hem toch nog. Hij keek niet om. Alles verliet haar. De Warthe ontnam haar alles. Zij bleef staren naar het voet pad, ook toen ei' geen spoor maer te De menseden in liet doip schudden het hoofd. Den geheel en zomer lang zat Bassia dag aan dag op de bank'en staarde zich hiailf blind. In dien winter keek zij uit het raam. Hé, moeder, hoe gaaf hlet? riep soms een boerenvrouw, die van de markt. kwam. Ik diank u voor uw belangstel ling. Ik wacht op Bogdan. Mijn lie- veiling, blijft lang wieg. Zij wachtte nog vele jaren. Toen hij ook in de vierde lente nog niet terugkeerde, kwam zij op het denk beeld', dat zij hem moest gaan opzoe ken,. Iliji zou wel ergens aan de War the zijn. De Warthe liét nooit iemand weer los. Zij verkocht dus haar vee, en wat er verder te verkoopen Adel. Toen maakte zij'een pak van de kleederen en- enkele gedachtenissen, stak het geld in den zak en liep voor het laatst die oude, wrakke hut door. U wil ook niemand hebben, sprak zij, zelfs bet water niet, dat toch alles neeant wat het krijgen,kan. Gij staart te -h-oog. Laat ons eenjs zien of het vu-ur u hebben wil. Het vuur wilde de hut wel hebben. De vlammen grepen liaar aan, en ter wijl zij knetterend opstegen en hiaar zegeli-ed zongen, terwijl de sparren kraakten, en de blauwe rook daarbo- i zweefde, stapte Bassia Dvorak in de oudie boot en voer de Warthe af naar het Oosten. In het dorp heeft nie mand haar ooit wedergezien. Ook Bog dan Wyrimba is nooit teruggekomen. („Hbld.") Met de grootste Boot over. Een oud-Amsterdammer, die thans te New-York woont, kwam dezer da gen daar terug. Hij had den over tocht gemaakt met de „Lusitania", do nieuwe boot van de Cunard-lijn. Zaterdag 19 October uit New-Yarlt vertrokken, was hij Donderdag 24 October aan de Iersche kust. De reis van werelddeel tot we relddeel, dat Avil zeggen Van Sandy Hook (Amerika) naar Daunts Rock Ierland) AVerd gemaakt in 4 dagen, 22 uren, dat is 23.61 knoop per uur als gemiddelde snelheid. Voor wie (geen technicus is, valt 't moeilijk zich in te denken, welk een over-winning dit' is op de materie reuzenschip van 45.000 ton of 45 millioen K.G. met zulk een snelheid door het water te bewegen. Niet minder dan 25 ketels en ma chines, die 68000 PK., kunnen ont wikkelen, zijn daartoe noodig. Wij vroegen, onzen landgenoot naar zijn indruk van de reis. I-lij Was er niet enthousiast over. „I-Iet mooie van de zeereis gaat er af", zeide hij. „Men voelt zich niet meer aan boord van een schip, maar in een groot hotel. Men wandelt door corridors, hals en zalen, grooter dan in de meeste hotels, men stij,gt en daalt per eleotrische lift, vijf verdie pingen, zit voor open haarden, waan: in houtblokken knetteren, telepho ne ert uit zijn hut met de heele we reld precies als in een groot ho tel van den eersten rang. „Op dagen met slecht weer, zooals Wij ze troffen, merkt men van de zee niets. AJl-een wat schommeling en S'Cheepsgeiu Ldien .herinneren er aan, (bit men drijft op dien grooten oceaan tusschen twee werelddeelen. „En aan den andleren kant merkt men van die twtee werelddeelen te veel. Het zo-rgelooze "rust-gevende ge voel, dat men vroeger op de zeereizen huid, doordien geen bericht van land ons kon bereiken, is nu ook weg door de Mar c oni-telegramm-en „Ziehier, hoe het slechte nieuws van Walilstreet op de boot als extra tijding werd meegedeeld'. Two special messages. First. Knickerbocker Trust has suspended payment. Second'. Trust Company conditions are rious, but strongest interests a villi stand together. Closing Prices, enz. „De stemming leed er onder. Wie niet zeeziek was do,or -die zee, kreeg .een gelijksoortig gevoel door die Mar coni-1 elegr ammern „Was die boot vol?" ,,lk hoorde, zoo goed als geheel op een 40 plaatsen na er kunnen 500 le klasse, 500 2e klasse, 1400 3e klasöe meegenomen wordien. Voeg daarbij 800 kop bemanning, -dan hebt g zielental van 3200 een kleine maente op zichzelf. „Ge kunt begrijpen wat- ©en veront- lAvoiardedijke. positie de kapitein van zoo'n schip heeft en "Wat de hofmees ter heeft te do.en, die voor al die pa pieren m-oet zorg dragen, en dit nu binnen de vijf dagen moiet klaarspe len. In de bureelen van het schip ■wondt dikwijls 's nachts overgewerkt evengoed als op het land". „Wat betaalde u voor den over- tocht?" „Enkele reis le hl. 181. Die prijs varieert echter met het seizoen en d!e hut. Trouwens op die boot gaat hef als in den schouwburgelke plaats beeft zajn eigen prijs; in de adver tenties wordt ©chten alleen van de laagste prijzen g©sproken en van de ze zijn er gewoonlijk slechts in zeer beperkt getal. „Het is dan ook niet aan te nemen dat zulk een boot rendeert. Denk eens de ketels alleen verslinden 1000 Eng. ton (die ton is 540 K.G.) kolen per diag. „Zulk ©en siehip is alleen mogelijk als de stoombootmaat'sch. dioor den staat geholpen wordt m'et goedkoop gelift (21/2%) en een jaarlijksche sub sidie. „De maatschappij zal dit ontvanL gan, zoodra zij er in slaagt ©en heen- en terugreis te maken met een ge middelde snelheid van 25 knoopen Daar het op 'zijn, proeftocht, over 1200 mijlen 251/2 knoopen maakte, ver wacht men, dat als de bemanning geheel gewend en de machinerieën ingeloopen zijn, aan den bovenge- ri,.-7fl)...wAirclp.r voldaan.Dè réis ""1'itöü naar New-York zal dan 41/2 d'ag duren. „De Zaterdagsche Engelsche maal zo.u don op Donderdagavond te New.- York kunnen binnen zijn en één d!ag vroeger dian thans het geval is, wor den uitgedeeld. Dit is zeker, wel een offer uit de schatkist waarddoch d'e beweegreden van het kolossale subsidie moet toch' meer .daarin wor den gezocht, dat de Engelsche regee ring in tijd van nood dit snelvarenL de schip bij hare marine zal kunnen voegen. Bij den bouw is daarop gerer kend." Hat is reeds in herinnering ge bracht, dat het dezer dagen 100 jaar geleden is. d'at het eerste stoomschip de wereld verba'asdie. Niet onaardig het, nog ©en© na te gaan hoe de snelheid in de jongste 50 jaren, ge leidelijk vermeerderde „In 1856 maakte d'e ..Persia" een record door den oa'ertocht van Enge land naar de Ver. Staten- te doen in 9 dagen, 1 uur en 45 minuten. In 1866 bracht de S-co'tltia het record op 8 dalgen, 2 uur en 48 minuten. In *1869 maakte de „City of Brus sel®" de reis in 7 dagen, 22 uur en 3 minuten. Het duurde 11 jaren voor het re cord onder de 7 dagen werd gebracht. Dit deed de „Alaska" in 1882, toen zij in 6 dagen, 18 uur en 37 minuten over ging. Zeven jaren later, in 1889, bracht die „City of Paris" het record op 5 diagen, 19 uiur en 18 minuten. Achttien jaren zijn noodig geweest om van het 5-dagen-record op het 4- dhgen-record te komen. Men ziet (daaruit reeds, welke tech nische moeilijkheden bij het vergroe ien der snelheid1 te overwinnen zijn. Waarschijnlijk is deze jongst© over- winnSaig daaraan te danken,, dat de ,Ln rifainia" met stoomturbines werkt, een wijze van worth©wegen welke bovendien het voordeel heeft, van het schip minder te doién trillen. Engeland is nu weer in het, bezit van het ..blauwe lint", (hiert denkbeel dige zéigtefeeken van de stoomboot maatschappijen, die het transatlnnt tisrh record heeft gemaakt. „Wedt- u, wat wel een heel grootsdh gezicht is", zeide onze zegsman, bij het afscheid nemetn ,,de blik in (Ie haven van Liverpool, toen daar d. drie grootst© schepen der wereld, de .Lusitania", de „Mauretania" en de „Lucania" hij elkaar logen. Dat zijn toch van die overtuigende en tastba- h e wij ss't nlclcen vain, nationale kracht, waarvoor men zijn hoe.d af neemt, „Maar.... a;ls u dat in het Hsbl. gaat plaatsen, moet u toch t/evens on zen lardgenooten ook ©en veer op de muts steken, door er eens bij tie ver tellen, dat de „New Rotterdam", die de Holland-Am erikalijn op stapel heeft gezét om in het voorjaar van in de vaart te komen, slechts 7000 ton kleiner wordt dan de „Lu sitania" en dat dit schip niet Wordt gebouwd met regeeringssubsidie, maar uit de winst der onderneming. „Dat vind ik nog veel kraniger dan de praestatïe der Engelsc'lifen. En hiermede basta (Hbld.) Celstraf. Een derde artikel van „Kijker" in de „Telegraaf" behandelt den gods dienst achter de tralies. De officieel© voorschriften daaromtrent izijn de volgende „Zooveel mogelijk worden op alle Zon- en erkende godsdienst'ge feest dagen in de gestichten of daartoebe- Woerende kerkgebouwen, godsdienst oefeningen gehouden. De bedienaren van den godsdienst zijn ook belast met het geven van godsdienstonder wijs, voor zoover dit mogelijk blijkt. Ilun kan intusschen te dien eindle ©em godsdienatcxn deijwi j zei- wonden toe- Bij gevangenen, fti'e belmoren tot ©en godsdienstige gezindte, waarvan geen leeraar aan 'het gesticht Vierbon den is, wordt de%verlangd en zoo mo gelijk, een leeraar van hun kerkge- 1 nootschap toegelaten. De hoofden dier gestichten zijn be voegd gevangenen eenmaal, op hun verzoek, van het bijwonen der gods dienstoefening vrij te stellen, wan neer bij 'hen met het oog op deh dienst in het gesticht, hiertegen geeu .bezAvaar bestaat. Meer vrijstellingen achter elkander, aan denzelfden per- 'soon, worden met door hen verleend; alsdan wordt' de beslissing; van het ©olillege Alan regenten veiieiaoht. Wordt een verzoek tot vrijstelling door hét hoofd afgewezen, don kan de gevangene bij hot college van re genten in hooger beroep komen. In die strafgevangenissen zijn- de veroordeeldleu beneden den leeftijd van 40 jaar, indien zij ©en straf van drie maanden ol langer moeten on dergaan, en indien na onderzoek be vonden is, dat zij onderwijs behoe ven, tot 'het ontvangen daarvan' ver plicht." In verband, met de wijze, WaSapm dit gedwongen stelsel, dart „Kijker" niet afkeurt, wérkt, releveert hij ©en rede van don heer Buts, godsdienst leer a.ar in de Arnli. gevangenis, ge houden op de vergadering Arin net ..Genootschap tot zedelijke verbete ring van gevangenen". Deze spreker zei het volgende „Mberten wij bet celstelsel beschou wen als een middel om te bestraffen' of als een middel om te verbeteren? Als men het moet beschouwen ails straf, don is ér' geen fijner straf denkbaar. Moet hot dienen om dié Maatschappij te Avreken, dan is er e:en bitterder wraak. Wart is ten slotte het ©enige, dat den mensch doodt? Dat is de gedachte aan een A',er dor-ven verleden. Wat is hert eenige, dat den mensch Levend kan maken De gedachte aan een hoopvolle toekomst. Nu is de celstraf een zoo ontzettend fijne straf, omdat men er door ge doemd wordt altijd te denken aan het schrikkeli jk verleden, niet met berouw roMönref'rf'"wceroïil SfeeÊSSBÏf®; Wilt gij de celstraf als verbetering, wilt gij- van de vrijheid bcrooven ais middel tot verbetering Het Evangélii© leert spreker, dat de Weg, waarlangs de mensch beter 'kan Avorclen, de weg der vrijheid is. De geest kan men ten slotte niet binden. Slechts is mogelijk, de gedachten te leiden, er een zekere richting aan te geven dooi' zedelijke, godsdienstige vierb'eterinig. Ware die er in de cel Titelt, dan zou 't er nog veel slechte; uitzien. Spreker heeft wel eenis gezegd tot een gevangen,©wees maar blij, dart j© niet door de muren heen kunt kij ken. Als bet pijn doet aan. den ■mensc-h een vogel te booren fluiten, dan is daarmee de celstraf veroor deeld. In Arnhem hangen verschillend© spreuken, bijbelteksten, aan den wand, die de menschen onmogelijk 'kunnen verstaan. „Laart den dag niet Voorbij gaan vóór dat gij overdacht hebt wart gij dien dag hebt gedaan", is ontzet tend pijnlijk A"oor een man, die den heel mi' dag niets anders doet don kou sen breien. Zoo'n spreuk is prachtig voor een man in vrijheid. Spreker vindt het ©en groote pij-na- jing voor de menschen, dart ze op Zondag niet mogen arbeiden, wan neer zij hert zelf AviUen. Laat men uit overdreven eerbied voor somm'iger overtuiging de menschen niet pijni gen. Als predikant zou spreker vol strekt niet tegen arbeid op Zondag in de cel zijn. Van bekeering en berouw kan in de gevangenis nooit sprake zijn. Voor bekeering moert men do vrijheid' g'e- nieten. Bekeering is geen woord., maar ©en daad en daden kunnen dn de g©- vanigenis niet bedreven worden. Be- rouAv wat daarvoor in de gevange nis doorgaat is meestal spijt kan ook slechts in d'e vrijheid waarde hebben. Om, deze reden gelooft spreker, dat de cel is te verwerpen. Er i®, maar zijn vaste overtuiging, slechtjs één ding, dat tot verbetering kan ledden. de ervaring v,a.n de liefde van d'en mensch en van God. Als gij in staat zult zijn de cel te maken tot een riaats, wiaar de misdadiger ervaart de liefde van den menhch en. van God. dan. mag de c-elstraf blijven," In Leeuwarden was- men juist bezig een© gevangeniskerk te bouwen, toen de schrijver diaar was. Tot dusA'.er had d'e prediker immer aid den op de gang op 'n verheven- leid gestaan, en de celbewoners, glu rend door 'n reet van de even-aan staande deur, ontvingen aldus hun portie van de spijze des eeuwigen Le vens. Maar dat was nu uit voor goed; nu kwam ©r 'n kerk We gingen een trap op, w'aar je'in d-e verte reeds hameren, zagen, AVer- ken 'hoorde, en stonden in „de kerlt". liet was.... neen, het was de meest verfijnde ironie, die ooit hedacht is. Het was d'e ergelijkste heiligschennis die ooit aan godsdienst bedreven werd. En dait was niet 'n roste uit de duistere middeleeuwen maar 'n ge bouw, dart opgericht werd in den aam-, vang der tAvintigste eeuw, en dat kerk" genoemd werd. Een podium, met 'n spreekgestoelte in '1 midden. Beneden, ampbüiheatter-géb'ouAVd, ©enige rijen aanéénigezette schild wachthuisjes, met deurtjes van ijzer gaas. Boven een balkon, over dlegan- sc'lie breedte der kerk otok weer' over de geheele voorzijde bespannen met ijzergaas. Anders niets... dat was „de kerk' Hier moet de leer dier Protestanten gepredikt worden 'n leer naa,r pro test tegen „onvrijheid" genoemd. llier moet voor Katholieken gepre dikt ivvordeai, wier groote wijsgeer d'e HThomas van Aquinas gezegd lieeft: „De straffen van dit afandsch© l'ev.en zijn veeleer bestemd om te nezen, dan om te vergelden'. Had ik ongelijk te spreken van ironie De prediker, die op z'n spreekge stoelte staat, .schouwt aldlus naar de menschen in de kleine hokken bene den, ©n in t groote liok boven, alle maal achter 'het gaas'. En aldlus moet hij zeggen tot deze zondaren „Be vrijdt uwe ziel van schuld" Kan men dan bevrijden zijn© ziel, wanneer het lichaiaim is ingeperst in 'n rechtop staand© doodkist met gaas voor de Oogen Eén prediker, die hier boudy- Aveg spreken durft vah liefde,, op- standing, genade, moet éérst lin zich gedood hébben alles...wat voor pre diking noodig is." „Wilt u me eens in zoo'n hokje sluiten vroeg ik den directeur. „Zeker welzei d'eze. En bereid- Vaardig werd ik er in gesloten. Hert paste precies. Aain m'n zijdien klemdien de wanden. Voor me was liet gaas, wiaardOor je schemering zien kon, onzeker, 'n OogentoJiik bleef ik zoo zitten. En toen kwiami het als 'n obsessie over me: „Stel je voor, diat je hier zat, na 'n zwaar misdrijf. Dart dé prediker sprak van. bero-uw en boete. Dat het -je aangreep; dart je 't benauwd kreeg; dart 't noodzWeeit je uitbrak. In diilt hok, Avjaar j© geen be weging in maken kunt... vv.eJik 'n fol tering... Wat mioet er geileden wor den- in deze bokken...' „Laat m© d'r uit!" zed ik schor. De d3irecrt©ur sloot de deur weer open. Toen keken we samen.of ik ook varf aan m/n jias had. Want die boel wias nog'nat.... Vandaar gingen we naar boven, en stonden samien even, achter het gaas, naar beneden te staren. „Wat doet dart pijn aan jé oogen!" zei de directeur, wrijlvend l'angs de- zijne. En ook ik wreef langs m'n oogen..' Een conclusie? De schrijver geejf-t dde met de ivoorden van een hoofd onderwijzer eenier strafgevangenis. Verreweg de meeste gevangenen Wor den in. dé ceil godsdienstig. Veilien doordat zij herinneringen uit hun jeugd ophalen, anderen tengevolge A'ian het berouw over de daad, die hum in de gevangenis bracht en ook zajh er, dd-e godsdienstig doen zonder liet te meenen, maar alleen om daar door bij d© ambtenaren der gevange nis in ee.n goed] blaadje te komen. De ken het dubbel noodig om. diepe ka rakterstudie te. maken van de onge lukkiger, die hun srtmf in die. cel moeien ondergaan Be bron van Sam. Mister ISrtaiïhortitl© stond voor zijin. diour, spuwde ©en of tiweeanaul nog kmaichtiiger dian gewoonlijk op dien ground en maakt© mot zijn vuist een dreigende beweging tegen een. wolk. die in het aftrekken van den ïio^ riizonrt verduisterde. Hert Avas een. walk van sprinkhanieai ©n. nog ikrabbeldien duizenden van die afschuwelijke insecten om hem heien en knopen tegen de houten pa len van die omheining. ien bij, zijn bee- nen oimllnoog. Starborttl© bewoog zich nauwelijks; biji keek naar de neger jongens, diie ondier luid gezang die (sprinkhanen roosterden en. opaten en hij 'koek niét naar zijn veilden en ooftiboiomein,, want hij wist; wed pre cies, hoe ze eer uitzagenZe waren totaal kaal gevreten. De farmer was er niet do man naar om zich ©elven wart wjj(s te maken; hij1 was geruï neerd .en zoo ongeveer de geheel© ■streek met hean. Hij- draaide zich kooit op de hiieüen om, wierp noig gauiw met ©en steen naar een' vreem den 'hondi, diiie de jonge kalkoenen uit joeg, en ging daarna in dient Avinkei, dien. zijn buurman Habakuik J enikilns hield'. De éigen aar van dezen winkel, waar 'ongeveeff, van alles ver krijgbaar was, za.t alleen, tioen Srtar- hotitile binnentrad; hij maakte niet veel praatje®, imiaiar goot ©en -tinnen beker vol whiisiky en zette diien voor zijn klant op de tafel. De farmer dronk dén beker leeg en zei rtoien !koelbloednig: Ik heb geen cent meer, man. Jenkins nam die mededeefling heel kalani op, Dlait dioet er niet toe; wil je nog een tweeden beker? Ik ga, toch bank roet en 'it is beter, dlart jij er wat van krijgt dan mijtn schiuldeischers'. iStarboiti]© liet zich niet noodiigien. Hij dronk ook den tweeden/ beker uirt, veegde zich den khavel af en zei tot zijn buurman; Ik zal nu mijn. paard uirt den sfftal halen' en naar 't Westen gaan. /'Me dlunkt, diat er spoiedig fhieel wart meer goedkoop land en heel wat meer landfoopers zullen zijn. Jenkins lachte. Vertrouwen en vertrouwen. Ik ©al meenemen, wat niet spijker- en nagel,vast ,iis, en ook op reis gaan. Ik moet trouwens ook voor mijn jongen zorgen.., Samuel. Sarn, waar ben je? •Een fijne, hoog© Stem antwoordde. Ze kwiaan urt een, leeg meelvat, waar uit thans ©en dwergachtige', ver groeide gestalte opdook. Daar ben ik en. ik hei) uw mooie ipdiaaunien mee laangehoo-ïd. '/t Is geen- geheim, bromde Jen- Ikiins. Niectu, miaiar een domheid', gaf de jongen ten antwoord'. Kijk ©en®, va der, gij hebt geld noodig. Starhoiile wil driaiken, gij' wilt rustig leven en ik wil in boeken leenen en wart fat soenlijks worden. Jij? vroeg Sltiarbottle lariiiend. Ja, ik, ofschoon ik een liehaam- 'heb alls ©en banjo'. Heit geld avM iik u verschaffen, want ik heb dien v©r- Stanldigsten kop in h.ert gelieeLe land ■Luistert! iMJert een handiigen, sprong ©art hij boiAien op de tafel voor de tapkast, vvenlk'f/e de mannien:, dlait ,ze' dicht bij hem moesten Itomien, en begon te vier- itelCLen'. Veertien dagen later stond de far mer op het binnenplein reisvaardig naast zijn paard, dart even verdrietig scheen als zijn meester. Bet snuffelde tenminste ontevreden boven de kuip met water, Avaarin het gedrenkt zou wordien, en verried dien grootst mo- 'geillijllvcn afkeer om den inhoud der kuip tot zich te nemlen, want een in alle kleuren a'.an den regenboog schit terende, olieachtig© laag, lag op het water en er steeg een dloordningende reuk uit op. Hoofdschuddend bekeek Srtarbottle h,et gavall, hliield de kuip nu eems. in de zon, rook ©r dan weer een® aan, tolt Bidj! eindelijk dioor zlj'n edgenaar- dige hiandeliinigen de opmeikizaam- 'heidi van ©eniige in, de zo-n. liggende burgers trok. /Men ging naar hem te© ©n stelde hean de vraag, of hem de afscheid/s- smart kranlczinnig had gemaakt. In plaaitis van eemfig antwoord te geven hiefd hij hun hert corpus deliiotli on der den neus. Groote. verbazing aan d© andeaie izijdle. Hij: wees op d'e pomp. Dadelijk vlogen. ©emiJgen er heen en brachten den zwengel in bewogaing. Wat om hoog kwam, zag er precies ©oo uit als de vfloeiistof in de kuip. De she- aliff, die ziich onder de onderzoeker® beiviondi, wenidldie zich tot die omstan ders. Vrienden, me diunikt,, diat onze anledeburger Stalrbotrtle, izo-oeven op 't ïwunt stond van de grootste domheid van aijm leivieni te toegaian, toen hij dirt gezegend oord' wilde verlaten. Want zoo Avaar als ik meea* dan twee voert groot bien, dirt hiie-r is petroleum. Inldieirdaiaidi, dart was het. Als een loopend vuurtje -verspreidde zich die tijding door de pflaarts en in den om- treflc. De Wékellijksche Aardbeving, gaf een extra nummer en profeteerde, dlart de niieuwe 'bron binnenkort 50.000 vaten, per dag zou leveren. Tegelijk verhoogde het blad miert hét oog op dien toekomistigen blloei der stad dien abonnementsprijs en verklaarde niet mieer, zooaüs tot nog moe, net anun/niemieajjlisig^ld' in boter, eieren, enz. te. willen ontvangen. •Hert diuurdle nlert lang, of er kwa men speculanten. De put gaf nog al tijd petroleum. In de nabijheid moest ©en- resérvodr vion belangrijken oan- vlang zijn. iMen steldie .Shnrfoortti),© ©n Jenkins voor om boringen op hun terreinen te l aten doen., maar z© weigerden idat. Jenkins verklaard©, dart hij' van den heelen oliiezwendel niéts wilde weten, en> ShaalbottHe zei, diait hij zou (laten boren, als die put hem petroleum, ge noeg had opgeleverd,. En de puit gaf nog afl'tajid; reeds stonden ©en aantal- vaten gevuld op het binnenplein en Jenkins, die een groote hoeveel heid petroleum; in dien kelder had, kon. die zijne niet verkoopen, omdat Stalrboltrtle goedklooper was. Nabuur-' lijk gaf dat aanleiding tot twist en ma een heftige publieke scène wonen de buren geslagen vijanden. Dart kwam de speculanten zeer ge legen. Niu bewerkten ze' ieder afzonderlijk en maakten heim duidelijk, dart wan neer hij op zijn grond' en> bodem lileit boren, hij misschien de bron vian zijn buurman leeg zou halen. En zij be reikten hum doel. Jenkins beloofde zijn klein terrein er voor te leenen en w,as met drieduizend dollars tevre den. Sltiarbottle echter stelde heel' an dere eiischem, maar eindelijk kwam men ook hilar tot een accioord en voor, dlerrtilendudizend dollars ging, de fairim, die ntet het twintigste deel van. dl© som waard was, in 'handen der spe culanten over. Me dunkt, dat jullie een mooi zaakje hebt gemaakt, toen. je Star- bottle dat cling afkocht, zei' 'dé sheriff en de omstanders, 'die op rekening van den koop er het ©ene glas na het andere dlronik.en, gaven d'en spreker gelijk. Die koopers zelf ook, want juist op 'dezen dag vloeide de bron bijzonder rijkelijk en gaf evenveel pe troleum als water. In dien nacht, welke op den geluk- waardSgen dag volgde, ©liep men in 'die plaats bijzonder vastwant hert gébruik van alcoholisch© dranken, waartoe ook Jenkins en Starbottl© vrijwillig hun deel hadden bijgedra gen, was buitengewoon groot weest. Toen tegen den middag van den volgenden dag het gezelschap weer bijeenkwam, werd het gewone, on derwerp van gesprek, de tegenwoor dige1 en d$ toekomstige olieproduc/- bie afgewisseld door een ander. De twee huren waren er niet meer, waren in den nacht zonder verdere plichtplegingen vertrokken. Het eeni ge, wat zij hadden achtergelaten, was een wit bord bij de pomp, waarop-met een ongeoefende hand de woorden „De bron van Sam" waren gekrab beld. Terwijl het in de benevelde her sens langzamerhand wat licht be gon te worden en de „Wekelijkscfhe

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1907 | | pagina 2