BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD MnnMigiei fS.20 PER 3 MAANDEN ®F 10 CENT PER WEEK. Natuurhistorische Wandelinget In de Gevangenis PBUhJLeTON 25* Jaargang maandag 20 januari 1908 No. 5735 DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S DAGBLAD KOST ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 55. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Rubriek voir Vrouwen Rokken. Rjofbes pitimcesse. Juipa corselet Hoe kten. Bij het bespreken van nffleulwe cos tumes, brengen we soÉiïtójds terloops de andemnotikm ter sprake, doch wél beschouwd is diat niet voldioende. De rckiken maken een voornaam deel van oms toilet uiilt m 't iis niet te (verwonderen, diat de élégante Pari- stenne hij elk toilet een bepaalden rak heeft dlie daaranedto wat snit en kleur betreft overeenstemt,. Onze practiscihe HoÜiandlsahe vrou wen. zuilen er echter niet aaai denken sioh zulk eene rokkenvenzameling aan te schaffen; liet komt er daarom voor ihaar op aan, die benoodiigfdle rokteen met tact te biezen. •Bij een eenvoudig lailleur-oostuim e met voétvTijien rok dat men dagelijks draagt behoort een eenvoudige moiiré ctok met sobere degelijke garneering, w. z. een zoodanige waarin men niet met die haikteeu der laarzen blijft hangen; overbodig hieraan toe te voe gen, dat zulk ,een rok ook voor slecht weer geldt, want er is niets leelijikers denkbaar dan strooikan van kant of tule die door den regen of modder be dorven zijn. De prachtige zijldien rokken met tu le volants en kanten incrustaties, zijn (uitsluitend bestemd' ocm onder rijke toiletten gedragen te worden door vrouwen die niet te voet, noch per tram of omnibus uitgaan. Voor zuinige vrouwen, dlie over be scheiden middelen beschikken, bestaat •ar in rokken eene zeer groote keuze, die alhoewel niet tot die luxe soorten beÖiooren|dle, n(iet miflmder ichlie klee- Üieo Men vergete niet dat alleen die zij- Idien rok op élégance kan aanspraak maken, doch zijidie is nu eenmaal zeer onsterk. (Moiré rokken zijln daarentegen buti- tfangewoon sterk en worden in alle modekleuren gebracht. Vooral ondier japonrokken die ongevoerd zijn en zonder losse voeringrokken inge- aactoit;- verdient de moiré rok allle aan beveling. Goed wollen moiiré geeft dien japon nen den vereisclhlbein iSteun. De gar- Bieering dezer rokken is zeer verschil lend. Men kan die naar verkiezing niet smalle op elkander val:lende strookjes inrichten, of wèl met een „volant en forme" die dan wederom mat opnaaiisels, rnches of bamdJftiuf- sweel gegarneerd wordlt. Aanbevelenswaardig is een 30 c.M. hooge strook op de machine geplis- seerd die van ondieren met een bi ais van fluweel of wel met schuine strookjes gegarneerd 'wordt, waar door de pllissé wordt uitgetrokken en siju volle wijdte vertoont. De volants worden zéér wiijd genomen, doch de rakken zijn over het algemeen nauw en worden door middel van biezen om de heupen passend gemaakt, zoodat ze niet meer met s oh uitbanden, doch met drukknoopen gesloten wonden. De moderne oostumerabken, die zoo nauwkeurig om heupen passen zou den eiken rimpel van den onderrok in het oog doen vallen. De nieuwste mode brenigit ons weer tal van robes princesse en „jupes cor selet" (hoog opgeknipten rok). Bij ideze modellen moeten ook de onder rokken als robe princesse of opgeknip ten ro kworden ingericht, daar men anders een dwarsplooi ter hoogte van de taille fkrijtgt dlie het toilet zou cant- Belwiilve moiré rokken worden ook dunne laken, oadhema/re, satin laiine, en lustre rokken gebracht; de drie laatste soorten (behoeven een dunne foulé voering. De nieuwe mode der japonnen ver bant alile voeringen en voeringrok ken. De robes princesse zijn van on deren énorm wijd lang van veren en slepend van achteren; zoadat het voor de draagsters een heel» kunst zal zijn in baar nieuwe toiletten te loepen; en 't is heusch niet belachelijk als ik zeg idat men zidh boerin zal moeten oefenen, om niet te vallen af op zijn minst een gek figuur te slaan. Bij de opgeknipte rokken komen ah zelf de boléro's weer op het tooneel, al zijn 't ook taille- en geen mantel- boléro's. Het onderscheid tussdhen de ze twee is uiterst gering. (De laatste modeberiohiten uit Pa- rijls melidlan, ons dat de groote hoeden weldra tot bet verleden zuilen behoo- ren. Dit neemt echter niet weg, dat mm gedurende dlit seizoen nog (weinig anders iziiet. De énorme (kapsels, welke noodi; zijn, om die hoeden die in den laatsten (tijd reuzen afmetingen hadden aange nomen, tolt hum recht te brengen, zijn voorzeker mede oorzaak, diat deze zoo spoedig imogedijlk van hielt tooneel ver' di wenen. Dames dlie in het 'bezit zijn van mooie kwaliteit vtiMïïioeden, behoeven zich van deze modeverandering niets aan te trekken, want best "vdilt kan men meermalen laten veranderen. MAiRIE VAIN AMSTEL. IN EtN OM HAIAIROU0M. CIC. Wie 'geregeld! met o.pon oogen wan delt, merkt meer, veel meer op, dan hij, die alleen wandelt om te wan- idielien. lEen Tnaituiurhlistorious, die zoowel oog beeft voor de levende als voor de dooide natuur merkt altijd wat op. Toen het ijzeren sitoompaard me voor een veertien daigen met gezwinde pas zuidwaarts voerde, stopte het daar, waar menig Haarlemmer gedurende idle zomermaanden een of meer dagen doorbrengt, ver vam die d)ageüijikscbie besio mimerin gem Dank zij de verwarmende werking vam de stoom was die winterjas aan dem kapstok gehangen en zaten we heerlijk in die verwarmde coupé, ter wijl >de «afkoelende werking van die 'buitenlucht onzen adem tegen de mi lten deed bevriezen. Sittardl gepas seerd, oen weinig de ruiten ontdooid en eens naar buiten getuurd naar het heuvelachtige terrein. Slank stonden daar de Canadeesche populieren, een boomsoort, die nog al winstgevend schijnt te zijn, want hier en daar ko men er nog ai veèl voor. 'En in die ont bladerde takken nesten? En wat veel. Maar èn de plaats èn de kleur brach ten het hersenraderwerk in werking. Ze hingen meer aan de takken dan mem van .vogelnesten gewocm is; en de kleur varieerde meer in het groen, dan men van dorre, bijeen 'gezochte takken vam vogelnesten verwaohten kam. Nog eens waarnemen, wat ijs vam de ruiten gekrabd, met de war me sigaar de ruiten wat ontdooid en gewacht tot weer nieuwe boomen in 't gezicht kamen. Neen, nesten zijm het miet, het is de mistletoo, .de vogel lijm, die maretakken, die... zie, daar zijn er weer. We zien liet thans duidelijk aan de vorksgewijze vertakte stengels, we meenten zeifis hier en d'aar bessen te aanschouwen; witte, slijtmige bessen, ■die de plant den naam vogellijm be te zorgden. Eb de groene kleur is dui delijk waar te nemen'. Menig Haar lemmer kent die plant, maar weet zeker niets of zeer weinig van die •groeiplaats af. 't ;Ls een eigenaardige plant, die vooral in idem winter goed in het oog valt, 's zomers verborgen tusschen 't loof. En waar kunnen de ingezetenen van de Spaamestadi die planten dan gezien hebben? Herinnert ge u het Kerstfeest nog? Herinnert ge u bij de bloemisten voor die ramen gezien te hebben., hoe ®e trachtten door aan voer vam bloemen uit Zuid-Frankrijk door het in bloei- brengen van serin gen, sneeuwballen, enz. enz., het. voel- vacht, dia veerem meer gelijkende op haren dam op vee ren. Die groote duiker, die fuut dan, met zijn gezoomde naar achteren staan de zwemvoeten, vertoont evenals de kleine een duidelijiken overgang tot de alken of vetgamzen.En vet zijm die die ren, wamt het koud ©Maaswater, door de strooming zoowat geneed op 0 gr. C. gebracht, >zou aan bet lichaam| heel wat warmte onttrekken, zoo het diier miet beschut was door een dicht vederkleed en een dikke vetlaag. Of die dieren nog voedsel "kunnen 'dimden? Zeker wel, op 'en ondier hat water zijn ze in hun element. 'Veel erger zijm de andere vogeltjes er aan toe, onze standvogeis en tal van zwerfvogels. Laten wij die lieve gewiekte luchtbewoners een Weinig Een klein schoteltje miet water, af en toe ontdooid., is een genot voor düe diertjes; geplaatst op een zonnig plek je, is 't een genot voor oms, die dier tjes te ai en genieten. En dan wat broodkmiiimpjes, een enkel korreltje rijst ofgerst, kam dat de uitgaven in eischiem publiek steeds meer de lange maaudi veel vertioogen? 'k Geloof lange wintermaanden te doen verge ten? Herinnert ge u, dlait toen tevens voor die ramen takken lagen van onze bekende hulst,, die heester met ge doomde bladeren, die im dien winter getooid is (met mood groen, maar te vens met mooi rood'. En naast düe hudstlbakklein het ntet. J. STURING. VRAGENBUS. Aan den Heer O. te H. Uw ficus zall aangetast wezen door een zwam, waardoor die bruine plekken -onti- metean die bleekgroene takken met tétaan. Om de vermeerdering tegen te witte bessen en eveneens bleekgroene 'gaan, is het goed zoig te dragen, dat bladeren. Dad, was de plant in kwes» bladeren geregeld worden gezui- (tiie, dlie men vam uit den trein, beter i verd met wat zeepwater, nog op een: .wandeling zien kan. Erg aangetaste bladeren raad ik u Die plant dan is een woekerplant, i aan snijden en te verbranden, 'een plant, dlie met haar wortels door verplanten doet u liet best in de bast in het hout inboort, en daar ,^0*' voorjaar, voordat die groei op dam met die boorwortels, ook wel ü'eiliv begint. Was de plaint eemmaall ■zuigwartels geheeten een giroote zui- begonnen te werken, dan zou een gendte weririmg uitoefent op die sappen verplanting schad/e aam die wortels •van den boom. ,De plek, waar diie plant ll-'l0e,n" post gevat heeft, zwelt min of meer OP, wordt dikker, knobbelig zelfs en de groei vam den tak zelf wordt er danig door gestoord. Waar komt die plant, die voor ons vaderland alleen voorkomt in .ZuMUümburg, toch van daan? Qp anze wandeling zullen we voigels opmeitken, eem soort lijister, ide miisteülij.stor, die van de bessen snoept, en zoo de verspreiding in de hand wenkt. De zaden van. die süjmi- ge bessen onllkiiemen op de takken en J. STURING. Door Charles Foley. De. gevangenen wandelden geduren de dien rusttijd op de kleine binnen plaats. De oude Matthias had zooals om tegen Kerstmis afgesneden fce wor den. Die vogel brengt me eem andler vo geltje voor dien geest. Loopendie over lang «uit J«t, vele jaren voor uioh S™00*",!1? zii" "laateip, Ni «Iw rnunr ee nbundol tokken ?twL^t, .waard verdriet en bromdie als altijd in zich zalven ,Uv,x uuu Vijf Jaar.smacht ik nu reeds in de Maasbrug, en turende naar de „ï1 moet het er nog tien kleine en sroote iisschot^en die door 'm ulthoilde<n' (ien 3aar van el- r1Itó ®r<>T i3sscüiotsen die door k,nde en wanhoop Nood!t zal ik t den snellen stroom onder dé steeman dorp weerzien, mijn huisje en mijn brug worden doorgedreven, richtten mooi tuintje met de bloemen er in wie onize schreden tusschen de Maas die ik zelf hiel) gekweekt, ik ben' te en. liet Luiker Kanaal in de richting oud. ik kom er stellig niet meer van den St. Pietersberg. Spoedig zien levend uit. En toch ben ik onschuldig we de Jeker im dia Maas vallen en in fa moet ik voor een ander boeten. Ik het istroomendie water ziende, maken ,Y; inun,er-3 n)e"t gestolen, neen, neen! •we ken-niis met het zoogenaamde ha- cri^ShiL, f* 'löin 'l'e^ ^e' gelzakje of Weine dluikar, een ™gel«e, BrraiiWelk "een"- onrèSvaTrdfg' even grooter dam een spreeuw, maar beid en ellende, o mijn hemel dan als een eend- 't Is na verwant aan j z&g> 0U|d)t% begint het gebrom al- dien grooteu duiker, die zoo vaak in -weer vroeg de bew^aarder. Houd de bontwinkals wordt aangetroffen, i er toch eindelijk eens mete op 1 Je De gezoomd» zwemvoeten staan ver maakt je maar hoe langer hoe onte- niaar achteren, zoodat hei diertje ge- vredener en hot helpt je niemendal. makkelijk duükem kan. De korte vleugels diuiden aan, diat •het dier al zeer slecht vliegen kan, en staart heeft het dier al zeer weinig. En de borst is als een zijden dons Geen mensch gelooft toch, wat je ver telt. En juist vandaag moest je je niet beklagen. Een uit je dorp, die van daag vrij komt, heeft cLen directeur verlof ge\raagd om mei je te mogen spreken. Hij was wegens mishande ling in de gevangenis, maar heeft zich zóó goed gedragen en zóóveel berouw getoond, dat hein een deel van zijn straf üs geschonken. Hij komt er met acht maamden af, de ge luksvogel Neem een voorbeeld aan hem in plaats van je altijd en altijd weer te beklagen. Ik beklaag mij, amdait ik on rechtvaardig gestraft ben, bromde de oude. Ik heb nooit iets kwaads ge daan, dat Ls de zuivere waarheid. Eens zal dat aan 't licht komen, maar voor mij zal het dan te laat zijn, want ik gevoel, diat ik eiken dag zwakker word. Maar liever wil ik achter deze muren sterven dian een valsche getuigenis afleggen. Doe wat je wilt, oude stijfkop Draai je oogen naar de dieur in plaats van mij zoo aan te kijken. Zeg nog eens, dat ik je niet goed behandel Tegen het voorschrift in laat ik je met je plaatsgenoot alleen. Alfc je boodschappen hebt aam je bloedver wanten of vrienden, maak dan van de gelegmhieid gebruik, ik, ben doof en blind. De bewaarder, die m den grond van zijn hart medelij dem met den. ouden man had, gdng naar 't andere eind der binnenplaats, om het onder houd der twee niet te storen. Matthias had geen boodschappen mee te geven, om de eenvoudige re den, dat hij evenmin vriendien als bloedverwanten bezat. Kindieren had hi] nietzijn vrouw was vam verdriet gestorven, toen hij door de gendar mes was weggehaald. En daar de pachter Flavien bewijzen tegen, hem had ingebracht, welke hij niet weer leggen kon, verachtten hem al zijne voormalige vrienden in het dorp. Maar toch klopte hem 'luet hiar.tvani vreugde, toen hij den jongen man herkende, wiens aanblik alle herin neringen aan een gelukkig verleden bi] hem opwekte. Wat, ben jij hét, Fritz Wat ben je groot geworden, sedert ik je voor het laatst heb gezienMaar het :s waar, toen was je nog een knaap, toen je het id'orp verliet om in den vreemde te gaan. En nu ben je man en oen knap man ook, o,p mijn woord. En je komt nu vrij J.e hebt wel ge luk Ja, ik he' een, kol ofssaai gieltuk bevestigde 0 ,oaige mam, stralend van, blijdschap, jeugd en hoop. En bet is waar als man, ik mag zeg gen als eerlijk man, verlaat "ik deze gevangenis, welke ik als een rechte deugniet ben binnengetreden. Ik wensch je daarmee geluk, mijn jongen. Ik verdien de gelukwenpchen niet, antwoordde de jongeman vroo- lijlc. Om eerlijk te zijn de eer van mijn bek ee ring komt toe aan made moiselle Demise, de kleine naaister tegenover de fabriek, waarin ik ge werkt heb. Is het eem fatsoenlijk meisje, die Denise Een hart als goud, vader Mat thias. Ze keek altijd dioor het venster maar mij, zonder ooiit met mij te spre ken, en ik, domkop, had de oogen ergens anders. Maar toen men mij achter de tralies had gezet, toen ik alleen was, verloren, in da lange, slapelooze nac'hLen kun je raden, aan wie ik toen dacht? Aaii de kieine Denize GeradenIk zag het altijd voor mij, haar mooi, zacht gezicht, en bij deze herinnering begon ik weer te hopen. De directeur, die medelijden met mijn jeugd had, vroeg mij, of ;k ntet iemand kende, die een goeden invloed op mij zou kunnen uitoefe nen en mij zou kunnen steunen in mijn pogingen om weer een fatsoen tijk mensch te v orden. Toen was het alsof ik een ingeving kreeg, en op goed geluk Noemde je de kleine Denise? Ja, ik vertelde den directeur wat er in mij omging, en mij.n openhar tigheid moet hem zeker goed bevallen zijn, want hij schreef naar de stad om inlichtingen in te winnen. En ze heeft geantwoord? Nog meer ze is zelf gekomen en heeft met den directeur gesproken. Die heeft zeker vooruit gezien, welk een goeden invloed ze op mij zou hebben, en stond haar toe terug te ikomen en met mij zeiven te spreken. Ach, teen ik haar voor de eerste maal zag, nog schooner en zachter dan fn de stad, was het mij, .alsof er eer» goede fee tot mij was neerge daald om mij te redden. En ze heeft 'mij gered Sedert ze mij bekende, dat ze mij reeds lang in Stilte beminde en mij beloofde in weerwil van alles ook verder te beminnen en zelfs mijn klein vrouwtje te worden, ben ik een ander mensch geworden. Ik kon haar met een goed geweten zweren, dat ik nooit weer iets kwaads zou bedrij ven', want ik gevoelde, dat ik deze belofte zou houden. Nu ben ik vrij, \Toeger dan ik durfde hopenover tien minuten zullen die deuren van mijn gevangenis opengaan en ik zal daar buiten, aan de andere zijde van den muur, mijn Denise in mijn ar men drukken. O, wees maar niet bang, dat ik weer zal beginnenmijn verloofde, mijn kleine vrouw zal mij voor alle booze verzoekingen bewa- Ten. En de wereld zal een schurk ar mer en een braaf mensch rijker zijn. Meegesleept door de blijdschap en het geluk van den jongen man, druk te Matthias hem de hand, èn sta melde Ik ben. gelukkig voor jou* Fritz Geef je Denise een extrankus voor mij ik heb toch niemand mieer op de wereld om te kussen. Ik zial mij ver beelden den kus hier te hooren, en dat zal mij het hant verwarmen. Dat zal gebeuren Het doet mij leed, dat ik je hier moet achterlaten. Ik weet wel nieit, waarom je hier bent, maar stellig zijn de rechters zeer streng tegen je geweest. Streng Zeg liever onrechtvaar dig, Fritz Want ik heb de misdaad, welke mij ten laste wordt gelegd, niet gepleegdik ben onschuldig veroordeeld. Maar ik kan het niet bewijzen en zal wel in die gevangenis moeten isterven. Ja, ja, je moet onschuldig zijn, vader Matthias. Dat ziet men aan je oogen en hoort het aan je stem. Des te meer spijt het mij, dat ik je hier moet achterlaten, terwijl ik mijn vrijheid geniet. Maak je daarover maar niet be zwaard, mijn jongenIk ben niet j oJjoersch, integendeel, ik gun je van harte het geluk, dat je werkelijk ver dient. Je hebt zwaar genoeg geboet. Dunikt je dat Zeer zekerIk weet wat je ge daan hebthet is niet iets heel erg» en je kunt kalm, zonder gewetens- knagingen van hier gaan. Ik zou j,e gaarne willen geloo- ven, mompelde Fritz. En getroffen door de kalme berus ting van den ouden man, welke in hem liet verlangen naar berouiwv naar boete wekte,-» venvoLgde hij Maar de vechtpartij, waarvoor ik veroordeeld werd, is niet de erg ste misdaad, -welke ik beging. Ik heb je immers gezegd, dat ik een slechte }<ere.l wala, eer die liefde mij Teran der de. Ik ben zeker, dat je overdrijft. Deze vaderlijke toegevendheid van den grijsaard overweldigde den jon gen man; levendig werd bij hem de begeerte om alles te bekennen en zijn hart te verlichten, en nog zach ter voegde hij er bij Ik stel vertrouwen in je, vader Matthias, en het doet mij goed, dat ik eens den last van mijn hart kan praten. Misschien overdrijf ik werke lijk, want ik heb slechts één enkele strafbare handeling begaan. Maar diei'serg, zeer erg, ik heb gestolen.' De oude man kreeg een schok bij Naar het Duitsch. 6) HOOFDSTUK I. In het Oostelijk deel van idle reu- zenstad Londen is de Shadrock- Btraat, van alle vuile straten uit dat stadsgedeelte de vuilste, In de ge- heele straat staat maar éen van die oude, deftige huizen uit baksteen op- getrokken die zoo'n cachet geven aan hun omgeving. Verder waren er .niets dan kleine, sombere huizen,die sinds mensdh en heugenis nooit op nieuw geschilderd waren, en eenige door bouwspeculanten opgetrokken Tilla's, die zich voordeelig van hun omgeving onderscheidden. Eén dezer niéuwere huizen, een hoekhuis, ken merkte zich door een blinkende naamplaat met het opschrift Dr. med. JULIUS ROLLING, Arts. Hier was Julius Rolling den moei lijker! strijd om het bestaan belgon- nan, een "•eentonig bestaan, tmerk- waaixllig verschillend van liet leven vol avonturen' van den ontdekkings reiziger 'Van vroeger, toen hij inde Kvi'ido, verstijfde dennewouden van liet Noorden leefde. Hij staat alleen i'n de wereld. Va der. moeder, het zusje, dat hij vijf tien jaar Ereleden zoo irundg Kef had, allen zijn dood. Hun 'graven zijn te vinden op het kerkhof van een dorp je in Hampshire, waar ziin vader dertig jaar lang predikant geweest is. De naam an zijn oudere zuster had Julius'Rolling van het oogeufohk af, dat hii de school im Winchester had verlaten, niet weer uitgespro ken., maar in een geheim vakje van ziin schrijftafel bewaarde hij haar portret, dat haar in al haar schoon heid weergaf. Twee jaar ouder dam hij, trotsch op den tallentvollen broeder, was Hanna bii alles zijn raadgeefster en bondgenoote geweest. Evenals hij hield zij hartstochtelijk veel van mu ziek en evenals hij had zij er onge woon veel aanleg voor. Hanna's schoonheid en wondervol bekoorlij ke stem gaven haar een bevoorrech te plaats in het graafschap. De eemi- voindige, oude predikant was gedwon gen zijn stille, behaaglijke studeer^ kamer te verlaten, om zijn dochter op een bal bij den markies v. Red- fern, of naar een concert bij baron Vering af nu hier en dan daarheen op avondpartijen te vergezellen Hanna Rolling werd zelfs tot een langer verblijf bij barones v. Vering uïtgenoodigd. De predikantsvrouw had van haar dochter dé hoogste verwachtingen. Ongetwijfeld was haar gevierd dich tertje bestemd een schitterende par tij te doen. Uit de groote sclraar ver eerders zou Hatnna zeker den «deï sten, voornaamstan en rijksten tot echtgenoot kiezen. Uit dezen droom izou de irioeder •maar al te spoedig opgeschrikt wor den. Op zekeren dag kwam er een brief in de pastorie aan, waarin Han na 'haar ouders beiridhtste, diat zij getrouwd -was met een man, over wiens persoonlijkheid zij om bepaal de redenen niets naders mocht mee- deelen. Haar ouders moesten haar dezen stap verge.\ton of liaar ver- igeten. De predikant em zijne vrouw ver borgen hun groot verdriet met (waren heldenmoed. Aam de dienstboden werd verteld, dat Hamma familie in Londen was gaan opzoeken. Vroeg in den morgen had zij het huis ver laten in gezelschap van den tuin mansjongen, die haat kleinen koffer naar het station droeg. De diep ongelukkige ouders lazen den afscheidsbrief der dochter zoo vaak door, tot ieder 'ivoord! ofnuii- wisohbaar in hun hart was geprent. Maar daarmee kwamen zij niets naders omtrent ihet lot vam hun doch ter be weten. In hun kring vam ken nissen was niemand:, dien zij van de ze geschiedenis op de hoogte konden brengen. Met de (grootste voorzichtigheid waagde de predikant aan eemige vam zijn gemeenteleden te vragen, of zij de laatste weken ook een vreemde ling in het dorp hadden opgemerkt. Ja, antwoordde de graanhande laar Hüser. Er was onlangs eem or ganist in het hótel „de Adelaar" ko men logeeren. "Wat Ihij hier wilde, wist niemand. Op gewone weekda gen was hij altijd in de kerk en be speelde het orgel. Dat zal juffrouw Hanna u natuurlijk wel verteld heb ben zij moet hem dikwijls gezien hebben, als zij naar de repetities van liet zangkoor ging. Het bedroefde gelaat van den'pre dikant werd bleek. Ja, dat zou hem zijn. Neem. antwoordde hij, (mijn dochter heeft mij daarvan niets ver teld, of ala zij het gedaan heeft, dam heb ik er niet op gelet. Het was een heel knappe man. met zwarte oogen en lang, zwart haar. Hij zag er heelemaal niet uit als een Emgelschmam, maar isprak heel goed Etagelsch. Jong? Tusschen de vijf en twintig en vijf en dertig. En waarschijnlijk iemand uit den gegoeden stand? Hij was gekleed als een fijne mijnheer en liet ook het geld rijkelijk vloeien. En •hij moet het klavier be speeld hebben als de duivel. Muziek Ja, dot was het toover- mid'del, da't zijn dochter moest heb ben meegesleept. Kent u den naam van dien vreemdeling? vroeg de predikant. Ik heb nooit namén kunnen ont houden, maar mevrouw Maruhm, de vrouw, van den pianostemmer, kan u natuurlijk zeggen, hoe hij heet. Neen, neen, zei de predikant ze- •nuwacbtiiis" opgewondens ik ben er heelemaal miet nieuwsgierig maar. Goeden morgen, mijnheer Hüser. Hij gimv?" die straat verder op naar Maruhn. den pianostemmer. Wilt u zoo gauw mogelijk eens in de pastorie komen en onze piano stemmen, vóórdat mijn dochter thuis komt? Naar ik Qioor, kreeg n on langs een vreemdeling uit het hótel .,de Adel'aar" hfier, om een goede piano io kunnen bespelen. Ja, mijnheer Vandeleur I Nu, dat is iemand, die spelen kan, eerwaar de Zoo iets heb ik in mijn leven nooit meer gehoord. En hij was niet eens musicus van beroep. Hij kwam mij voor als een rijk man die het i'n Londen wat 'al te bont gemaakt 'heeften nu naar buiten ging om hier in de frissche luoht weer op zijn verhaal te komen. En waarmee hield hij zich be zig? Met orgelspelen in cenze kerk. De sleutel liet 'hij zicih door den kos ter geven. Het verbaast mij, dat u daar niets van weet. Wenzel heeft mij daar nooit tets van gezegd en toch is hij eigenlijk niet bevoegd, den sleutel van <4e kerk zonder mijn toestemming af te geven Stephan Rolling strompelde met inspanning de zonnige straat langs tot hij een tuinpoort inging, die naar de kerk leidde. Thomas Wenzel, de koster, woonde op het plein tusschen de kerk en de hoofdstraat Bij de komst van den predikant stond de 'koster haastte op, om zijn chef mest eerbiedigen groet te ontvangen. (Wordt vwTolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 11