Verschijnt dagelijks, behalve op Zoo* en Feestdagen. NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Haarlemsche andelsvereeniging PARIJ3CHE BRIEVEN. HET TOONEEL 0nz9 Lachhoek. 25e Jaargang. No. 7583 MAANDAG 18 MAABT 1908 B HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN PER DRIE MAANDEN* Haarlet»1.20 •^©r de dorpea in des omtrek waar een Agent gevestigd is (kom dsr gemeente) 1.30 5 per post door Nederlands 1.65 z nummers0.02H I Zondagsblad, voor Haarlem037J4 o, de omstreken en franco per post 0.45 ügav« der Vennootschap Lonrens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. ADVEF mmSNi Van 15 regels 50 Cts.: Iedere regwi meer 10 Os. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels 1.—elke regel meer/OJO. Reclames 30 Cent per regfiL Bij Abonnement aanzienlijk rabat AdvertentiSn van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; 50 Cts. voor 3 plaatsingen k contant Redactie en Administratie! Groote Hoots treat 55. ktfercommnnaal Telefoonnummer der Redactie 600 ei der Administratie724 Drukkerij: Zolder Buitenspaarae 6, T "•oonmimiiier 122. Tot de plaatsing van advertentiên en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA, Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. TWEEDE BLAD. r.adgek. bij Kon. Beal. van 12 Nov. 1899 De Haarlemsche Handelsvereeiii- ng hier ter "stede, opgericht 10 Mei heeft in den loop van den tijd el haar recht van bestaan bewezen, zeer vele gevallen, zaken van ver- ihillenden aard betreffende, is zij igetreden en dikwijls met groot ïcces. Jammer echter, dat men alge een niet meer blijkt geeft, dit te aardeeren, dool" als lid der Vereeni- toe te oreden. Er zijn wel meer ia 600 leden, maar dat is niet vol- oende. Elk handelaar, neringdoen- ja zelfs particulieren, moesten lid orden, om tenminste te laten gevoe- n, dat men het werk op prijs stelt, it de Haarlemsche Handelsvereeni- ng steeds upneemt, als doende, wat ire hand vindt om te doen. De voordeeien, die de Vereeniging ïiten hare bemoeiingen van ver- hillenden aard, haren leden aan- edt, zijn zeer vele en zeer groote genover de geringe jaarlijksche ntributie van ƒ3.50, die gevraagd ordt. De Haarlemsche Handelsvereeni- Qg bemoeit zich in de eerste plaats mede, de belangen van hare leden bevorderen door onwillige beta- voor hen tot betaling aan te men en informatiën voor hen in te nnen. Bovendien hebben de leden recht, het hun gratis te verstrek- advies van den rechtsgeleerden 'iseur der Vereeniging te vragen, ook in proceduren en faiïlisse- nten gratis voor hen optreedt, na- ïrlijk alleen voor zaken betreffende handel en het bedrijf der leden. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver- liging' zijn de lieeren Mrs. Th. de lan Hugennoltz en A. H. J. Merens, aarne 94, alhier, die voor de leden ;en werkdag van 24 uur des na- ddags ziin te spreken, ïïet bureau der Vereeniging is ge- tigd Jansweg 11. 'oor incasso's door bemiddeling Vereeniging wordt een vast. :ht van 5 pet. der vordering bere- ■a- tovendien moet 10 cent voor port. eds worden bijgevoegd, bij Lnzen- van vorderingen door bemidde- der advocaten te innen1. )e kosten van :nfoa-miatiën waar tea de stad woonachtige personen-. Iragen GO cte. per informatie, plus cents porto-vei'goediijng. Informa- mar binnen de stad won-endo sonen wonden .gratis venst-reikt. 'retentien rp buiten de stad wo- de personen worden niet behan- warmeer niet 10 cts voor porto- ftoedimg is toegevoegd tfiini 1748 informatiën en reohts- •eid» adviezen werden in het af ge ien jaar gegeven oor het vereenigmgsjaar 1908/0 '*sn nu reeds nieuwe leden toetre- dle alsdan tot 1 Mei a_s. alle hechten genieten als gewoon li<L December 1907 en Januari 1908 53 vorderingen tot een bedrag ƒ1022.89 betaald, 8 vorderingen dea afbetaald, 18 vorderingen zijn esteld, sn wordt geraden alvorens te le-' t> aan. A. L. Corver, Kennemer- ii No. 3, J. van. Kammen, Leid splein 47 rood, ook wel adres op aode Van Kranenburg, Schouw - laan 25, N. Wiebes, vrachtrijder, anendaoiscke Weg 209, Bloemen- 1, Mejuffrouw De Rooij, Lange aastraat 7, zich om inlichtingen «voegen aan het kantoor. Jlgens art. 7 dient het geheim der au van wanbetalers ongeschon- te blijven. la brieven, aanvragen, reclames ?ot ook, moeten worden, geadres- d aan het bureau, dat geopend ogfelijkia van 's morgens 9 tot 1 uur, 'snamiddags van 2 tot 4 uur, tr dan ook. verdere inlichtingen te bekomen1. otBestuur heeft bemerkt, dat men i? meent, dal men, hoewel geen lor H. H. V., toch van haar infor- 'ën. kan bekomen en brengt nu «aals en uitdrukkelijk ter kennis, alleen aan leden der Vereeniging Jriatiën door haar worden ver- U er dot voor informatiëD op.- ^ter stede woonachtige personen tbetaling mag worden gevorderd. HET BESTUUR XX. In de hoofdstad van een zeker rijk in Europa was een speelbank, die zich niet als zoodanig uitgaf, doch' zich bij den burgerlijken stand had laten inschrijven als weldadigheids inrichting. Dit deed ze voor alle vei ligheid, nad^maal in bedoeld rijk het grof-spelen uitsluitend geoorloofd is aan de Beurs. Wat ik vreemd vind, maar wat toch waar is. In diezelfde hoofdstad was een veel schrijvende journalist, die de ge woonte had, uit vijf krantenartikelen een zesde saam te prutsen, door mid del van een chemisch sausje, dat door ongeletterde en naïeve lezers nogal smakelijk werd gevonden. Op zekeren dag gevoelde onze penny-a- liner grooten lust om van programma te veranderen en eens ,,naar het le ven" te schrijven. Als hij eens de speelbank bezocht... Ze eischte daar toe wel vreemdelingschap en lidmaat schap maar, enfin, daar was waar lijk wel iets op te vinden. De artike len zouden er zelfs des te belangrij ker en geruchtmakender om worden. Inderdaad verschenen er artikelen over de speelbank in kwestie, artike len in den trant der romans van Pon- son du Terrail en Emile Gaboriau. Tevens trad onze journalist die er intusschen niet tegen opgezien zou hebben, aan een buitenlandsche speelbank te Monte-Carlo bijvoorbeeld een kansje te wagen bij deze gele genheid als moralist op; dat kon al licht zijn prestige als schrijver ver- lioogen. Die speelbank was een schan de voor ons land van noesten arbeid, enz. enz.! Ze moest door ons volk in getrapt worden! Op, mannen! Hetche mische sausje hield ditmaal ook vi triool in. De naïeve lezers vonden on zen journalist een goed vaderlander, nazaat van Helmers. Vrij langen tijd daarna kwam de zaak van de „bewuste" speelbank voor het "erecht. Onze broodschrijver was een der getuigen. En bij het ver hoor bleek, dat Roepie Frazenmaker.. de speelbank heelemaal niet had be zocht. Hij was teruggeschrikt voor de entréegelden 20.waarvan hij niet wist, zoo verklaarde hij, of hij ze van zijn blad zou vergoed krijgen! Scherpe kritiek, tusschen twee haak jes, op bedoelde krant, nog wel van de zijde van een medewerker. Roepie, en met hem de krant, sloeg op die te rechtzitting een poover, pieterig en jammerlijk figuur. Zelfs de galgenhu mor, dien hij zich bij die gelegenheid veroorloofde te debiteeren, was van min allooi. Ernstige moraal: Journalisten, in sommige gevallen is fantasie geoor loofd. Fantaseert dan vrij, vooral als ge het mooi of geestig kunt doen. Maar houdt in élk geval den laster en de opruiing buiten spel. Anders zijt ge een ellendig scribent. Richt dan het zoeklicht op eigen geweten. Den 3d en dezer was het hier Mar- di-gras. Biina had ik dien Parijschen vreugdedag belasterd. Het regende 's ochtends, het regen de 's middags De wereld doet heel dikwijls erg raar met feestdagen. Kiest er gemeenlijk triestige dagen voor uit. Wat zou er van den jubelavond worden? Het feest zou in het water vallen, meende ik vast. Wrevelig scherpte ik bij voorbaat mijn pen en schreef een hoongedicht van 800 re gels, waarvan ik, met auteurs-ijdel- heid, de eerste 16 hieronder aan de vergetelheid ontruk: Heden is het Mardi-gras, Dag van vreugd' en van jolijt... Morgen brengen, olala! 't Regent, 't regent heel den tijd. Regen klatert, regen stroomt, En de hemel kijkt ontroerd. 't Feest is nu al afgeroomd. Sjonge, sjong'. wat is 't beroerd! 'k Ga vanavond niet van huis, 't Wordt toch vast een feest van niks. 'k Ga niet uit, blijf liever thuis; Doe geen stap, zelfs voor geen riks. 'k Wed, dat op de boulevards Niemand te bekennen is. Let maar op, of het niet waar is. Lamme regen brrr! 't is frisch! Nadat ik evenwel de 800 Danteske regels voleindigd had, dacht ik plot seling aan Roepie's optreden. Het schaamrood steeg me naar de bruine wangen, waardoor een mixtum-com- positum-kleurtje ontstond. Ik besloot mijn plicht te doen en, ten spijt van allen regen, 's avonds tóch naar de boulevards te gaan. Ik heb er geen spijt van gehad. Mooi weêr" of klaterregen als de Parij zenaar feest wil vieren, laat hij zich door niets weerhouden. „On n'a pas idéé de ga en province", zegt de rechtgeaarde Parij zenaar dikwijls. Met- „province' bedoelt hij niet slechts de provincie, doch ook IJsland, Hol land, Patagonië, Australië, kortom, alle mogelijke oorden en werelddee- len, die hij voor zeer achterlijk houdt. 's Avonds was de regen wat be daard. Het druppelde alleen nog maar, zoo nu en dan. Pluvius scheen het zelf ook wel wat erg te vinden, als de feestvierenden natte confetti in 't gedicht zouden krijgen. Droge confet ti, zoo dacht de regengod, kittelen hoogstens: natte doen pijn en plak ken. De groote boulevards waren vol menschen. In de meeste café's was het een heksentoer, zich een plaatsje te vex*overen. Er waren actieve en er waren passieve voetgangers. Actieve, die lachten en joelden, en holden en stilstonden, en naar. rechts, links, voor en achter met confetti gooiden, vroolijke toespraken hielden. Passie ve^ die, zoolang er geen gedrang of stremming was, regelmatig heen en terug wandelden, belangstellend om zich heen keken en stillen schik had den. Het spreekt vanzelf, dat de pas sieven het allermeest actieve worpen confetti in het gezicht kregen. Gecostumeerden en gemaskerden haalden malle fratsen uit en slaakten af en toe kreten van pleizier, die, dunkt mij ook ten tijde van de Baby lonische spraakverwarring moeten zijn gehoord Een der gekostumeer den stelde Abd-el-Kadèr voor. Ik hield hem staande en riep hem, zonder zin noch slot. een dertigtal Arabische woorden toe, 'geestelijke restantjes uit mijn Indischen tijd. De man stond een oogenblik perplex; op een landge nootelij k avontuur had hij dien avond klaarblijkelijk niet gerekend. Daarop vermande hij zich, stootte et telijke simili-Arabische keelklanken moeizaam uit en eindigde zijn weder woord met de niét-Arabische, woor den- .FieViü-mni-la. pais;!" Waaibp hij 'm zelf ficheerde. In weinig tijd lagen de confetti dui men dik op de breede boulevards. Wij liepen als op rozen, ook ten opzichte van de kleurschakeeringen. Geen rij tuigen, omnibussen, automobielen dwongen ons tot snelle uitwijkingen en haastige zijsprongen. Slechts te gen de tijden van theatergang en -uit gang kregen de vehikels vrije passa ge. Een zee van geluiden. Allerwegen brouhaha. Op tallooze plaatsen brach ten camelots van allerlei leeftijd en van beide geslachten zakken confetti aan den man en riepen om het hardst: Le véritable kilo a cin- quante centimes!" Er schijnen, tus schen twee haakjes, ook onechte ki lo's te ziin, zooals de vele, die een krachtpatser omhoog heft, en de wei nige, die een gezette dame weegt. Kermis-vocalisten en -instrumenta listen overal. Gelukkig, dat ik niet als muziekrecensent fungeerde en in een stemming was om de stemvork van mijn gehoor een zalige rust te gun nen. Want uitteraard lieten zich de zen avond ook de grootste stumpers hooren, wel wetende, dat men in feest stemming «ewoonlijk goedgeefsch is en zich noch om K-kruis noch om Q- mol bekommert. Een grijsaard was er bij,.wien de kommer en de zorg op het magere, rimpelige gezicht te lezen stonden en die een lied van wel tien coupletten zong, waarin telkenmale voorkwam, dat „la vie est joyeuse". Arme 'stakkerd! liet huiverde mij. Dien avond haalde hij gelukkig zoo veel op, dat hij er wel een week op kon teren. Aldus: vive Mardi-gras. De dames, met wie ik uitging j eigenlijk gingen zij met mij. uit, maar uit galanterie moet je de wereld wei eens omkeeren die dames muakten de juiste opmerking, dat het Fran- sche volk zelfs in de grootste uitgela tenheid niet grof wordt, en verheug den er zich over, dat er, anders dun bij ons te lande, geen aangeschoten en hossende mmschen waren, die joden doorgang- versperden of je in hun vulgaire, ongebreidelde vaart mee sleepten- Hoe verrukt, dacht ik, zou den mijn geleidsters niet zijn over de allororcLeljjkste Javanen, daar in het verre., ventte lend, waar wij de zege ningen der christelijke beschaving heeten te brengen. Een mijner geleidsters lachte op een gegeven oogenbtók luidkeels. Rrrpp een. volle laag confetti vloog baar in den mond. „Fermez voire bouchezei de gooier glimlachend. Dat was de eerste maal in mijn leven, dat ik een Franschman in het pu bliek een dame hoorde beduiden, dat zij haar mond moest houden. 'n Stuk of twintig studenten, met zwarte baretten op, waaromheen roo ds bandjes met bijbehoorende in signes, hadden hun klassiek Quaxtier Latin ook mijn kwartier, asje blieft verlaten en waren in een der café's van den Boulevard Monfmartre neèrgestreken, Het café voer er wel bij. Talloozen wenschtem hun grap pen bij te wonen een naar hun geor dend studentengezang te luisteren. Niiet één was er dronken, en er wer den geen glazen gebroken. Summa summarumer was zéér veel „Levensgang", zonder aanstelle righeid van .Menschenwee". Leve Mardi-gras 1 Ik heb zoopas mijn....hm... Dantesk gedicht levend verbrand. Van gedichten (1) naar dichters 'S maar één stap. Eigenlijk minder nog. De open fauteuils aan de Académie Frangaliee, vacant gekomen door den dood van André Theuriet, Marcel in Berth elot en Sully-Prudhomme, zajn den 5den dezer weêr.... hoe zal ik het zoggen.... vergeven geworden. Voor den fauteuil van wijlen romanschrijver André Theuriet had den zich drie dichters candidaat steLd, met name Jean Richepin, Henri de Rógnier en Edmooid Haraucourt, alle drie dichters van groote beteeke- .hils. Bij de derdie herstemming Jcwam Jean Riclieplin, de beroemdste van het drietal, ial6 gekozene uit. Voor den fauteuil van Berth elot had zich slechte één candiidaat aange meld 'de journalist Frame-its Char mes, opvolger van Ferdinand Brune- tüère als directeur van de gewichtige „Revue das Deux Mandes". Het is mij glad ombekend, welk charme het jour nalistiek werk van den, heer Charmes heeft om het te zijnen opzichte uitge sproken dignus est imtrare te recht vaardigen. Voor don fauteuil van wijlen den inderdaad onsterrfelijkem dichter Sul ly-Prudhomme haddon zich vier letterkundigen Jean AioaaxB, Emile Per,gerat, Auguste Dorchain en Char les de Pomairolö en de mathema ticus Henri Poimcarré candidaat ge steld. Dorchain trok zich op het laatste oogenblik terug. Men ver wachtte algemeen, dat óf Jean Aicard óf Emile Berg eraf. zou worden geko zen. MisDe wiskundige zal" op Suiily-Prudhomme's plaste gaan zit- teriTm W ru -r>, dat üetmamid, die Poim(t)carré, is: Viem- kant-pumit heet, voorbeschikt, te, om mathematicus te worden of te zijn •Maar te drommel, hoe kam een dfich- terszi&M met^.uccès bekampt worden door een man van punten, vierkanten enz., mis zijn concurrenten dichters i zijn Waarom belegerde hij niet den zeitefl van wijlen, dan wetenschapsman Perth elot Francis Charmes' ver diensten zouden dan wel erg verblee- kem bij die der drrie anderen. Maar moesten Charmes en Poincarré er perse in gedraè-id worden De receptie der nieuwgekozenen- zal waarschijnlijk eerst tegen den herfst plaats hebben. Waarom eerst dim zal menigeen vragen. Wel, het gebruik, de heilige tradi tie, brengt mede, dat de nieuweling eene lofrede uitspreekt op zijn voor ganger, en eon der veteranen van het. 0 nisterfel i jfcheidshuis den nieuweling antwoordt met een rede, waarin des rieuwelimigs werken ter sprake wor den- gebracht. De eerste onsterfelijke, die zoo'n „discours dJe néception" heeft gehou den, was de advocaat natuur lijk een advocaatOlivier Par tru. die in 16-40 de poorten van Riche lieu's stichting voor zich ontsluiten zag. Zijn balie-welsprekendheid is, om zoo te zeggen, de moeder der nxal- 1 traditie in kwestie. Mal. Ja, waarachtigmal. Als, bij voorbeeld, de nieuweling de werken van zijn voorganger verre van mooi of goed vindt? Als hij tot e.em gansch andere, een tegengestelde richting behoort Als het oeuvre van zijn voor ganger buten zijn bevattingsvermo gen of zijn studieveld ligt? Om bij do jongste verkiezingen te blijven hoe kan de journalist Charmes den door Berthelöt, den grooten weten schapsman, verrichten arbeid naar behooren upprecieerem Eu wat be grijpt de mathematicus Poincarré van Sul 1 y-Pr.udhamme's fijne poèzie. Het is, welbeschouwd, één-en-al pop penkasten j. Zoo'n nieuwe „immortel" verklaart altijd, dat zijn benoeming hem een onverwacht geluk of een ongedachte eer was. Saperl'ipofpette 1 er zijn er ibijk die zich vijf tot toen jaar candi daat hebben gestold, met onverdro ten ijver en onverzwakte eerzucht. En dan de antwoorden der recepi- eerende veteranenDaar loopt ge meenlijk een aardig» dosis borelllsme door. Wat borellisme is? Borellismo is afgeleid van Boret (Iïenri) en beteekenthet xiitsluitend melden van dat minimale gedeelte der waarheid, hetwelk te stade komt, en het verzwijgen van de gevaar lijke rest der waarheid. Voorbeeldin een van zijn zooge naamde „replieken" schreef do heer Borel, dat hij ziin inlichtingen, niét had; van de geïncrimineerde heeren S. en H. Maar hij verzwéég „pour lo besoin de la cause", dat hij ze wél had van den bróéder van S., tevens ondergeschikte en zendbriefschrijver van beide eerstgenoemden. Tweede voorbeeldin dezelfde „re pliek" schreef hij, dat hij zijn benoe ming niet aan een zékeren persoon te donken bad. HIik zag hem pas, toen de heer H. me al benoemd had'." De lieverd verzwéég, dat zijne tweede echtgenoot» tevoren als zijn zendelim ge bij bedoelden persoon was geweest zonder wiens voorspraak en aandrang hii niét ware benoemd geworden. Verdere voorbeeldendo geïdeali seerde autobiographieën ,,Het recht der liefde", „De leugen der eer", enz. Zie, dat te borellisme. Welnu, ik heb in de laatste dagen gesnuffeld in d- hoop „discours de réception", en, het is mij gebleken, dat in de ant woorden der wel k om-heetende ouwe- lingen het borellisme dikwijls hoogtij viert. De waarheid wordt gemeenlijk derwijze gekort-, geplodid, geschikt, verminkt en dus, ,,en soirane", verlen gend, dat het portret van- den nieu wen broedei- vrij onherkenbaar is. Och, de homo1 n o v u s moet vooral niet denken-, dat hij zoo malar dade lijk de cvenboor-tige is van zijn oudere collega's. Dies wordt hem d'e lof ka rig toegemeten en worden: hem hate- lijkheid'jes niet bespaard. De nieuweling heeft niet het recht om op zoo'n altijd min of meer ver nederende welkomstrede te antwoor den „Fiche-moii la padx Om op Rüchepin terug te komen deze man, die zich in de republiek der letteren hoogelijk heeft onder scheiden als dichter, romanschrij ver, tooneelschrijver, conférencier en tooneelcriticus, en die indertijd, in ziin „Nana-Sahib", met groot succès als t-ooneelspeler is opgetreden de- z? literator van den eersten rang is in vroegere jaren óók geweest: ma troos, sjouwerman en schoorsteen veger. Een veelbewogen leven, wat En een formidabele kraan OTTO KNAAP. Stadsnieuws HET JUBILEUM VAN MEVROUW ELLENBERGER. Het orkest in onzen schouwburg is bij tooneeluitvoeringen gewoonlijk een leege zwarte verlaten diepte, die gapend de hoogere rangen aan kijkt. Maar branden er lichtjes, piept het geziegezaag van violen er uit, en... is de zaal slecht bezet, dan is er iets bij zonders te doen. En Donderdagavond brandden er de lichtjes in het orkest, uit de diepte klonken in de pauze wat hippel- en trippeldeuntjes, de zaal was slecht be zet; dus er was iets bijzonders gaande. En dat was zoo: mevrouw Ellenber ger was hier gekomen om haar veer tigjarige tooneelloopbaan te vieren. Maar voor de mager bezette zaal was een exams te vinden: mevrouw Ellenberger moge in de gloriedagen van Veltman en andere beroemdhe den van vroeger tijden als artiste van het tweede plan haar verdiensten en ook in Haarlem haar vrienden geteld hebben, het geslacht van heden kent haar bijna niet en dan nog hoofdza kelijk uit gesprekken van ouderen. Ook het stuk was niet gelukkig gekozen. .Zwarte Griet" was, evenals verscheiden andere stukken van Ro sier Fa assen, geschreven om hem zelf en mevrouw Beersmans aan een paar „mooie" rollen te helpen. Trinette Beersmans als Zwarte Griet en Faassen als de pastoor heb ben in dit stuk dan ook menigen triomf gevierd. Maar deze romanti sche draak pakt nu niet meer. De valsche sentimentaliteit, het te koop loopen met allerlei goedkoope braafheid 't werken op een succes bij het, schellinkje, de overbluffende on waarheid der teekening van men schen uit het volk dit alles maakt dit zoogenaamde „volksstuk" tot een narig, sentimentalig ding. dat korze lig maakt om naar te kijken als men dénkt, aan den verloren tijd. Mevrouw Ellenberger had gisteren in de rol van Zwarte Griet, die zij met behoorlijke verdiehste speelde, maar één oogenblik, waarop zij 'm nog eens op ouderwetsche manier ,van Jetje geven kon". Dat was in de slotscène. Het publiek was heel lief vóórhaar; het applaudisseerde telkens en ten slotte kreeg ze drie bloemstukken: een van Cremer", een van den eige naar, en een van den directeur van den schouwburg, waarvoor zij harte lijk met eenige woorden bedankte. FRANS NETSCHER. Li aderen u vond. Het programma van den Liederen- avomd, te gevx-n door Joh-arma van Linden v. d. Heuvell en Hendrik C. van Oort op Dinsdag a.s., bevatlie deren van Rossi, Bac-hi, Yon Hauseg- ger. Van- Tussenbroek, v. Bracken Focic en Schumann (DichterlLebe) duetten van H&ndek Henschel!, Cor nelius, v. Ren Ti os en Hilda ch. Het lijdt geen twijfel, of velen zullen dteze hier zoo geliefde zangeres met haar heerlijke steanmidAelen willen hoo ren. Cliënt. Zou u me even het oor willen 1 oen en? Bankier iverstrooid)Jawel, maar tegen zes procent en met twee borgen. Onderwijzer. Waarom zijn de vis schen stom? Keesje. Ook 'n vraag, meester] probeer u eens om onder water to praten I MISPLAATSTE FANTASIE. Arthur heeft bijzonder veel fan tasie, niet waar? vroeg Arthurs ma ma aan zijnen onderwijzer. Ja, mevrouw, en wel voorat hf aardrijkskunde en geschiedenis. Student A. Ik had wel trek er gens een potje bier te gaan drinken. Student B. Welnu, doe wat je niet laten kunt. Student A. Jawel, amice, maar ife heb geen cent op zak. Student B. O zoo, laat dan wat je niet doen kunt. WAT HET FEUILLETON TE LEZEN GAF. Terwijl de gezworenen onder doodelijke stilte hunne zetels haddea.' ingenomen, stond de voorzittter op eri met een plechtig gebaar op den met bloed bevlekten dolk, die op de tafel vóór hem lag, wijzend, riep hij den beschuldigde toe: (Wordt vervolgd). ARMOEDE IS GEEN SCHANDE. Mijn gelaat is miin fortuin, zei zij. Nu, antwoordde hij, armoede is geen schande, doch het is dikwijls lastig en minder aangenaam. OOK EEN ARTIKEL. Aristokraat (uit de hoogte). Ja, mijn naam is eigenlijk niet Hubers, ik reis namelijk incognito. Reiziger. Zoo, zoo, in conjito, zegt u? 'n Nieuw artikel?.. Ik reis In leder. EENE NIEUWE LOONREGELING. De vereeniging van Boek- en Steen drukkerspatroons te Haarlem heeft in hare vergadering van 12 dezer beslo ten de navolgende loonregeling voor het personeel der zetterijen, met In gang van 1 April a.s. in te voeren. 1. Een maand na de invoering der regeling wordt het minimum uurloon voor een zetter bepaald op 19 cent, en op 1 Januari 1909 op 20 cent. 2. Het in sub 1 genoemd loon geldt voor personen boven de 25 jaar. Voor elk jaar daar beneden wordt het mi nimum 1 cent lager gesteld. 3. Om in bovenstaande regeling te vallen wordt de 20-jarige leeftijd ver- eischt. 4. Deze regeling geldt voor 7/10 van het personeel. 5. Tot het personeel worden niet gerekend de jeugdige personen die minder dan 3 cent per uur verdie nen. De navolgende drukkerijen hebbe* zich bereid verklaard deze loonrege ling in te voeren: De Erven F. Bohn; J. A. Boom, Joh. Enschedé Zonen, HaarL Druk kers- en Uitgevers-Maatschappij v.h. Gebr. Nobels, P. L. M. Ketting, J. L. E. I. Kleynenberg, De Erven Loosjes, Vennootschap Lourens Coster; Met Meylink, H. A. van Olphen, Ruygrok en Co. HOE 'T MISLOOPT. E-nxlelijk en t«n laatste had Jan ge- teéketmd, hij was gekeurd, was naar Harderwijk geweest, liep nou in zijn. mooie pakje rand en in z'n zak ram melde 't handgeld... Hij kan toch geen werk meer krijgen door die ka meraads van achter de balie -in de Rechtszaal... En nou kon-ie ze thuis uit de brand helpen, en zichzelf een paar goede weken bezorgen, en dan trok-ie zich, eenmaal op de boot, ver- dei" van. den, rommel niks aan. Zóó uit Harderwijk liep-ie de stad i\ te flaneer en met een dure sigaar een van 2 1/2 in "t hoofd. jongens kop nog, vooral nu onder 't kinder achtige mutsje; in de spiegelruiten be- kedk-ie zichzelf en vond, dat 't hem. toch kranig stond, 't grijze pakje met de oranje-biezen.... En in een koffiehuis, niet al te def tig, want daar zouen ze 'm niet dul den. nam-ie op z'n gemak een coa- jakje.... dat kon d'r nou óók af... en toon 't zoo lekker smaakte nog een. Opgewekt en monter wandelde hij dan weer langs de straten, liep toen - - in een vlaag van nieuwsgierigheid, hoe ze 'm vinden zouën de Jans straat in, waar-ia alle kameraads van oud» verwachten kon nu "t -tegen half twee- ging, heropen"ings-uur van. de zitting. 't Was een heel hoeraatje toen ze

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 5