Stoomvaartberidites
TRANSATLANTISCHE LIJNEN.
Het stoomschip Ternate,- van Rot
terdam naar Java, passeerde 23 Mrt.
Kaap Bon.
Het stoomschip Salak, van Rotter
dam naar Java, arriveerde 25 Maart
te Marseille
Het stoomschip Bogor, van Java n.
Rotterdam, vertrok 25 Maart van Pa-
dang.
Het stoomschip Koning Willem II,
van Amsterdam naar Batavia, arri
veerde 25 Maart te Sabang.
Het stoomschip Grotius, van Am
sterdam naar Batavia, vertrok 24
Maart van Southampton.
Het stoomschip Koningin Wilhelmi-
na, van Amsterdam naar Batavia, ar
riveerde 24 Maart te Port-Said.
Rechtszaken
DB ZAAK DER ARNHEMSCHE
BANKVEREENIGING
PLIESTER Co.
In de zitting van Dinsdag werd een
brief besproken, die beklaagde Plies
ter op 4 Mei 1904 geschreven heeft aan
Lincker.
Daarin staat o. m.
Waarde Lincker
Naar aanleiding van de groo-
te aankooporders Bibï Eybat
en Schibaiefl op 20 Mei jl.,
waarvan wederom het groot
ste deel voor uw eigen rekening of
Schmeing c s. of Stevels q.q*, wat op
hetzelfde neerkomt, moet ik u even
zeggen, hoe hoogst en hoogst onaan
genaam deze handelingen mij aan
doen.
Toen mijn lieve vader in 1899 het
hoofd neerlegde, was de Arnhemsche
Bankvereeniging geheel op een solide
basi9 en weet ge zelf wel hoevele on
aangename dagen wij in de laatste 2
jaren gehad li bben, alles door eigen
schuld (speculatie). Helaas heb ik mij
mede laten verleiden tot deze lichtzin
nige manieren van zaken doen en
heeft mij dat nu voldoende geld en
zorg gekost. Het is dan ook mijn in
nige wensch om, zoodra ik een beetje
èr uit kan. alles te liquideeren en is
de afspraak immers, dat gij en mr. De
M. hetzelfde doen.
Ik heb vrouw en kinderen en mijn
moeder heeft een belangrijk belang
hij onze zaak en ga ik liever in vrede
uit de firma, dan dat er ongelukken
gebeuren. De reden, waarom ik je een
en ander schrijf is, dat ik beangst
ben om tot hooge onaangenaamheden
te komen, indien wij een en ander
mondeling behandelen en vóór alles
Is het miin innigste wensch de goede
verstandhouding tusschen ons te la
ten voortbestaan.
Op het kantoor wil ik liever geen
woord meer spreken, omdat ik wer
kelijk hang ben, dat ik mij dan driftig
zou maken, en er dan misschien din
gen gezegd konden worden, die onze
vriendschap voor altijd verstoorden.
Werkelijk, ik begrijp je soms niet,
Lincker. Wij hebben zoo'n mooie zaak
en verdienen toch geld genoeg, waar
om nu door die dwaze speculaties van
ons zelf en van menschen, die er niet
goed voor zijn, telkens den boel inde
waagschaal gesteld.
Neem nu werkelijk het hierin ge
schrevene ter harte en dan ben ik
zeker, dat wij nog jaren zoo God wil,
in vriendschap en vrede zullen kun-
werken tot groei en bloei der
Arnhemsche Bankvereeniging.
Met een vriendelijken handdruk,
G. W. PLIESTER.
Woensdagmorgen werd de behan
deling der zaak hervat, ook nu onder
slechts matige belangstelling.
Getuige J. Kurth, voormalig boek
houder, werd andermaal gehoord. Hij
gaf een nommering van de verschil
lende debetten in de dagvaarding ge
noemd. Daaruit blijkt, dat Lincker op
31 Dec. 1906 schuldig was ruim
1,001.724. gedekt door 492,200 aan
effecten; De Meijier 251.726, gedekt
'door 208,338 Pliester 430,331,
dekt door ƒ365,615. Verder B. A.
rends Az. ƒ64,855, gedekt door
ƒ58,542; F. A. Bothe ƒ16,260, gedekt
door 8883. Zoo bleken alle in de dag
vaarding genoemde debetposten
Slechts voor een klein deel gedekt te
zijn geweest.
De beklaagden worden- hierna weer
door den president ondervraagd.
Bekl. Pliester werd gehoord over do
verduisteringen samen met Lincker
gepleegd.
PresidentWas het niet de gewoon
te bij uw Bank om, als er dekking ge
vraagd werd, maar weg te sturen-de
stukken, die voor de hand lagen
Bekl. PliesterNeen, dat wist ik
niet, ten minste niet dat het stukken
van anderen waren.
President1' wist dat toch van de
stukken Landry?
Bekl. Pliester: Ja, dat wist ik.
PresidentDat waren stukken in
vrij depót.
Bekl. Pliester Ja, stukken die hij
kon opvorderen. Ik ontving van Lan
dry een telegram om de stukken.
Daarover heb ik Lincker onderhou
den. Zij waron deels in Amsterdam,
waarvan ze teruggevraagd zijn. Daar
na zijn ze aan Landry gegeven.
PresidentU begreep toch, dat die
Stukken onwettig weggezonden waren
'dat er mee geknoeid was?
Bekl. PliesterDat kan ik niet be-
oordeelen. Als dat onrechtmatig wa9,
dan was dat iets van Lincker.
Off. van Justitie Welke was het
systeem van de bank aangaande het
beleenen van andermans effecten In
uw brief van 1994 schrijft u reeds over
dat beleenen. U hebt pertinent voor
den rechter-commissaris verklaard
regel is bij onze bank om bij. het zoe
ken van effecten voor onderpand na
te gaan of ze bij de Ned. Bank wer
den genomen, niet of ze aan iemand
en aan wien ze toebehooren. Blijft u
daarbij
BekL PliesterNoen. Alleen in het
geval van Landry cn nog een geval
wist ik dat dit onrechtmatig geschied
was.
Beklaagde De Meyier werd over het
zelfde gehoord. Hij verklaarde, dat
Lincker de effecten altijd beleende.
Eerst de zaak-Landry heeft op die
verkeerde gewoonte zijn aandacht ge
vestigd.
De heer A. R. Jolles, wethouder, cu
rator In Iet faillissement der bank,
werd vervolgens als getuige gehoord.
PresidentU is als curator tot de
conclusie gekomen, dat het een heel
leelijke zaak was?
Getuige Ja.
PresidentSinds wanneer hebt u de
zaak onderzocht?
GetuigeSinds 26 Augustus. Mijn
indruk was, dat reeds sinds eenigen
tijd de zaak niet in orde was. Anders
hadden er niet zulke groote deficitten
kunnen zijn.
Off. van JustitieIs er prolongatie
genomen
GetuigeIn mijn tijd, toen ik nog
in zaken was (kassier) was prolonga
tiesluiten het nemen van geld op on
derpand. Zijn er geen onderpanden,
dan kan er mijns inziens geen prolon
gatie zijn. Is or geen onderpand, dan
zijn het enkel boekposten. Iemand die
een prolongatie sluit van 100,000 met
onderpand van ƒ40,000, die sluit geen
eigenlijke prolongatie. Er moet zijn
110 van het bedrag.
-Mr. Everts, tweede curator in het
faillissement der bank, werd gehoord
als getuige. Getuige zeide, dat alle
fondsen in de dagvaarding als ver
duisterd gemeld, niet bij de bank aan
wezig waren.
Off. van Justitie Is u niet bekend
dat men la baisse verkocht om te
kunnen crediteeren voor de koopsom?
Getuige Ja, dit noemde men „voor
dracht". Om weer terug te boeken,
kocht de bank de stukken en dan
werd gedebiteerd.
Getuige P. Landry te Doetinchem
verklaarde
Voorjaar 1907 heb ik steeds effecten
gekocht, waarvan de koopsom ruim
gedekt was. Get. verhaalde, dat Lin
cker op de Bank de man was. Toen
hij, get. om de stukken kwam, die hij
had laten aankoopen, Steels en ande
re, stuurde Lincker hem voortdurend
met een kluitje in het riet. Hij had
altijd mooie praatjes. 7 Februari 1907
ontving get. een telegram om te ko
men. Dit was een antwoord op een
brief van getuige. Deze is toen ge
gaan en vond op de Bank bij Lincker
alleen een zeer klein deel der fond
sen. Hij, get., is toen boos weggegaan
en heeft daarna een brief geschreven
met dreigementen. Daarop is niets ge
hoord.
Toen heeft get. getelegrafeerd aan
ieder der 3 directeuren. De beklaagden
hebben daarop geantwoord, dat zij er
voor zouden zorgen, dat alles in orde
kwam. Hiervan is echter niets geko
men.
Daarna kwamen verschillende cliën
ten der Bank verklaren, dat zij geen
toestemming gegeven hadden om hun
effecten te verpanden, terwijl later
gebleken is dat dit toch geschied is.
Van A. J. Wolff te Tilburg zijn ƒ7000
tabaksaandeelen verpand. Van D. Ne-
poeu te Betuwe 67,000 aan effecten.
De Officier van Justitie vroeg nog
aan beklaagde De Meyier
Bij het tweede verhoor hebt u aan
mij gezegd, toen ik u zeide dat u als
jurist dat toch moest weten, dat u
geen effecten van anderen mocht ver
panden, dat u dit wel wist, maar dat
alle banken zulks deden.
Beklaagde gaf hierop een ontwij
kend antwoord.
(Wordt vervolgd.)
2e. een verzoekschrift van mej. E.
'C. G. Eshuijs, om eervol ontslag als
leerares aan de Meisjesschool voor
Middelbaar Onderwijs;
3e. eene motie van den heer J. J.
Groot, de strekking hebbende, dat de
Raad Burer. en Weth. zal uitnoodigen
van de gronden van het Lakenkoopers
gilde een terrein af te zonderen
den Raad voor te stellen dit tot alge-
meene speelplaats voor de jeugd te be
stemmen; ook dit in handen van B.
en W. om praeadvies.
C. dat door Burg. en Weth. onder
dankbetuiging is aanvaard een aan
bod van Mr. P. Tjeenk Willink om
aan de gemeente in bruikleen af te
staan eene schilderij door of in de
manier van P. de Grebber, voorstel
lende de Gastvrijheid van Abraham
(Genesis XVIII 1—10).
D. dat door B. en W.-zijn benoemd:
tot belastingschrijver, J. Verplanke;
en voor den tijd van een jaar tot se
cretaris van het Bestuur van het
fonds -ter bevordering van de Verze
kering te een de gevolgen van werk
loosheid; J. Gerritsz, en dat door hem
eervol ontslag is verleend aan C. v.
Dort, helper van den voorman-bloe
mist;
E dat door den Commissaris der
Koningin in de provincie Noord-Hol
land eervol ontslag is verleend als
buitengewoon gemeente-veldwachter
aan N. Konijn, eervol ontslagen agent
van politie der derde klasse;
F. dat door B. en W. is ingetrokken
art. 52 van het Huishoudelijk Regle
ment voor het Openhaar Slachthuis;
G. dat door B. en W. aan C. M.
Steyn, weduwe van A. van der Lely,
in leven agent van politie le klasse,
en haar kind een gezamenlijk pensi
oen is toegekend van 255 per jaar.
Op 16 Maart hebben B. en W. de
kas van den gemeente-ontvanger op
genomen en in orde bevonden. In kas
was aanwezig f 520748.80.
(Raadsstuk 104.)
Goedgekeurd.
De heer G. J. Burger, leeraar In de
aardrijkskunde aan het Gymnasium
verzoekt Gvegens zijn benoeming te
Nijmegen) tegen 1 April eervol ont
slag.
(Raadsstuk 101).
Conform
Vervolg Gemeenteraad
PUNT 2.
Mededeoüngen en ingekomen stuk
ken.
Mededeelingen en ingekomen stuk
ken:
Medegedeeld wordt:
A. dat zijn gesteld in handen van B.
en W. om advies:
lo. een verzoekschrift van het Be
stuur der afdeeling Haarlem van de
Noord-Hollandsche Vereeniging „Het
Witte Kruis", om subsidie te verlee-
nen ten behoeve van het 2e douche
badhuis;
2o. een verzoekschrift van Commis
sarissen van Haarlem's Medico-Me-
chanisch Zander-instituut in zake het
tarief voor het behandelen met Rönt-
gen-stralen in het St. Elisabeth's of
Groote Gasthuis;
3o. adressen van P. W. Peereboom
en Dr. W. G. Huet, houdende kennis
geving, dat zij instemmen met den
inhoud van vorengenoemd verzoek
schrift;
4o. een verzoekschrift van het Be
stuur van den Algemeenen Neder-
landschen Politiebond om subsidie te
verleenen ten behoeve van het exa
men ter verkrijging van het politie-
diploma;
5e. een verzoekschrift van J. J. Jac
ques inzake het uitbreidingsplan der
gemeente ten Zuiden van den Zijl-
weg en ten Noorden van de Oranje
straat;
6o. een verzoekschrift van het Be
stuur der afdeeling Haarlem van het
Nederlandsch Onderwijzersgenoot
schap inzake de regeling der jaar
wedden van het onderwijzend perso
neel;
7o. een verzoekschrift van L. Jacob-
son, om to worden benoemd tot mar
keiaar in machinerieën;
8o. een verzoekschrift van het Be
stuur van het Nederlandsch School
museum te Amsterdam om een jaar-
lijksch subsidie van 100 te verlee
nen;
9o. een verzoekschrift van Mej. M.
E. Lasschuit—Star om teruggave van
drie vierden van het door haar be
taalde vergunningsrecht over 1905/
1906 voor het perceel aan de Gedemp
te Oude Gracht no. 158;
10o. een verzoekschrift van J. H.
Verhoop, om vergunning tot het
plaatsen van een loodsje achter het
perceel aan de Bakkerstraat no. 19;
llo. een verzoekschrift van F. L.
Oostenbroek om hem te berichten, vol
gens welke voorwaarden de gemeente
bereid zal worden gevonden de voor
straten en pleinen bestemde gronden
op zijn terrein ten Zuiden van deAm-
sterdamsche vaart van hem over te
te nemen;
12o. verzoekschriften van H. Tee-
rink en A. K. D. Spruit om te wor
den benoemd tot plaatsvervangend
hoofd van de School voor M. U. L. O.;
13o. een schrijven van het Bestuur
van den Nederlandschan Bond van
Vereenigingen van den Handeldrij-
venden en Industrieelen MIddenstad,
inzake de invoering van den Midden-
Europeeschen tijd;
B. dat zijn ingekomen:
1e. het verslag over 1907 van de
commissie van toezicht op het Lager
Onderwijs;
PUNT 3.
verga deling met gesloten deuren.
Geheime zitting tot 3 uur.
PUNT 4.
B. en W. stellen voor, goed te keu
ren de door het bestuur van de afdee
ling Haarlem van „Het Witte Kruis"
ingediende rekening en verantwoor
ding over 1907 en de begrooting voor
1908 van het 2de Douche Badhuis.
Goedgekeurd.
(Raadsstuk 96).
PUNT 5.
Ter verbetering van den toegang
van de Amsterdamsche Poort naar de
Heerenvest, stellen B. en W. voor een
daar staand perceel afbraak aan te
koopen van P. J. Schwartz.
B. en W. vragen daar 4700 voor.
(Raadsstuk 88).
Goedgselceurd.
PUNT 6.
De kantoorlokalen der gemeente-
lichtfabrieken zijn te klein geworden,
zoodat vergrooting noodzakelijk is.
B. en W. stellen voor aan te koo
pen het perceel Kruisstraat 45/47, het
geen voor 45.000 te koop is.
Voor verbouwing zal f 10.000 tot
12.000 noodig zijn.
In dit gebouw zouden dan alle ad
ministratieve takken van den dienst
der lichtfabrieken onder gebracht
kunnen worden.
B. en W. stellen voor 58.250 voor
düt- doieil beschikbaar te stellen.
(Raadsstuk 102).
Goedgielkeuid.
PUNT 7.
De wenschtlijkheid is gebleken om
bij de stoomketels van de electrische
centrale afzonderlijke oververhitters
te bouwen, met een gemeenschappelij-
ken „economiser", ten einde daar
door besparing te verkrijgen in het
steenkolenverbruik, welke besparing
op ƒ7000 per jaar wordt geschat.
Voor de uitvoering van dit werk zal
een som van 10.000 benoodigd zijn.
Ook bestaat er behoefte aan een toe
stel voor de reiniging van ketelvoe-
dïngswater, waarvoor benoodigd is
ƒ5.000, terwijl het gebouw, waarin dit
toestel geplaatst zal worden, onge
veer ƒ8000 zaï kosten.
B. en W. vragen voor een en ander
ƒ23.000. (Raadsstuk 86.)
Goedgteikfeurd.
PUNT 8
Bij Raadsbesluit van 4 Maart werd
besloten het schrijven van den heer
M. J. F. Bolderdijk betreffende het
onderhoud van den Hout en het hu
ren van een terrein voor het kweeken
van boomen voor de gemeentelijke
plantsoenen te stellen in handen
van de Commissie van bijstand in het
beheer en het onderhoud van den
Hout en de plantsoenen, met verzoek
om daaromtrent van advies te dienen.
Genoemde Commissie acht het ge-
wenseht om, alvorens omtrent de be
doelde aangelegenehid advies uit te
brengen, zich te doen voorlichten
door een of meer deskundigen op het
gebied van den boschbouw.
B. en W. stellen voor daarvoor /lOB
beschikbaar te stellen.
(Raadsstuk 97).
De heer RINKEMA kan zich' met
deze voordracht niet vtereenigen. De
ze som van 100 is te groot erf te
klein. Spreker herinnert er aan, dat
de heer WinMer zooveel vertrouwen
de in de bijl van den hloer Sprin
ger. Maar spreker is daarop niet zoo
gerust ;alis de heer Winkler. De h-eer
Springer toch staat geheel op zichzelf
en dat is in zeker opzicht te
nespeJctteereai, maar het is verkeerd,
dat men dienlkt, 't alleen. goed te
wielen. Spreker heeft van den archi
tect een paar brieven gekregen, waar
in hij vraagt, hoe spreker het toch
eigenlijk heeft kunnen bestaan, aan
merkingen te maken op zijn (Sprin
ger's) beleidi Spreker heeft geen tech
nische kennis van boschbouw, mhar
toch wtil hij van den Hout geen park
maken, zooa2is de heer Springer rond
uit zegt te willlen. Hij verwijst naar
de hoekjes van Van Eed en, waarin
staats dat in een bosch bloemen moe
ten groeien', en dus, zegt Springer
ronduit, haikt hij boomen om, om er
bloemen te planten.
Spreker klaagt voorts over dien toe
stond op den Zijkweg. Hij weet niet,
of de Commissie geweten heeft hoe 't
daar worden zou. maar hij kan alleen
zeggen, dat het naar zijne meening
treurig is.
De heer WELSENAAR 't Is vanda
lisme.
De VOORZITTER gelooft, dat dit
alles later aan de orde zal komen bij
het groote boomen-debathoe noo-
düg een onderzoek is, is uit de woor
den van den heer Rink erna duidelijk
gebleken.
De heer MÜDOO herinnert er aan,
dat in de vorige vergadering de heer
GtooiL heeft aangedrongen op publi
catie van hei rapport-Springer. Er
is toen door den heer. Van Styrum
naar een.' middenweg gezocht, maar
Ünplaats dat die weg nu bewandeld
wordt, wordt voorgesteld advies over
een adviseur to vragen.
Spieker dringt aan op verwerping
van dit voorstel en op publicatie van
het rapport in den vorm, die de com
missie er aan geven zal.
De heer GROOT zegt, dat die ziens
wijze ook de zijne is. Mocht echter de
Raad besluiten voor <M geld adviezen
te gaan inwinnen, zal men dan ook
gaan vragen, of 'i karakter van den
Hout werkelijk veranderd is en 't op
den duur nog meer worden zal. Spre
ker heeft zich altijd tegen die reorga
nisatie verzet. Spreker heeft altijd in
den Hout den indruk gehad van een
bcsch, maar zoodra Springer's plan
zen staan in Schoten.
B. en W. stellen dus voor. niet aan
het verzoek te voldoen.
(Raadsstuk 90).
Goedgekeurd'.
PUNT 13
B. en \V. stellen voor aan de Com
missie van het Museum voor Kunst
nijverheid voor het bouwen van een
gecombineerde kisten -en rijwielloods
met afdak voor de aan dit museum
verbonden school, afwijking toe te
staan van het bepaalde bij artikel 7
1 A der Bouwverordening.
(Raadsstuk 105).
Goedgekeurd.
PUNT 14.
B. en W. stellen voor niet in te gaan
op de verzoeken der Haarl. Varkens-
slagers-Vereen., om verlaging van
het slacht- en keurrecht voor varkens;
vaststelling van een verlaagd tarief
voor varkens van minder gewicht dan
100 K.G., bepaling van den prijs der
koelcellen op 60 per jaar en verlen
ging der slacht,uren op Maandag.
(Raadsstuk 83).
De heer RINKEMA wijst er op, dat
in de vorige Raadszitting zijn neder
laag zoo gering is geweest, dat hij 't
wagen zal opnieuw een voorstel als
de vorige maal te doen. Spr. betoogt,
dat vele kleine slagers de hooge kos
ten van 'n koelcel niet kunnen betalen
en wijst op Dordrecht, Utrecht en Gro
ningen, waar door de lage prijzen de
cellen in ieders hereik zijn. In Roer-
mond kan men die cellen nog samen
non in kaart weerden gebracht, bleek Rebben, in Nijmegen eveneens. Ook
dat de Hout eem park zou worden, j Leiden zijn de prijzen lager.
Welnu, ook een park kan mooi zijn, j a^es ïn aanmerking genomen
maar spreker had bever een bosch gelooft spr., dat het in 't belang der
behouden. En daarom vraagt spreker, i gemeente is, om die prijzen te veria-
of men don nu ooit advies zul iniw'n- j gen. 't Zal natuurlijk 't deficit verhoo-
Tlitm jvn 1 4 T\n<r*lt r\>f ï-Jllr 1 C*CT1
ntn op di.t puntof werkelijk bet
karakter van den- Hout niet is veran
derd.
Do heer DE BRA'AL zegt het eens
te zijn met de heeren Modoo en
Groot. Ook spreker verbaast zich over
ait voorstel, en zal tegen stemmen.
De heer KR EL A GE zegt, diat hij: ge
heel staat op het standpunt wan. den
genmisschien stijgt het wel boven
het dubbele van 't eerstgeraamde na-
deelig saldo van ƒ10,000, misschien
moeten op den duur de slachtloonen
worden verhoogd, in elk geval is
't, van belang dat 't publiek wete, dat
elke slager een koelcel kan hebben.
Spr. stelt daarom voor om de huur
der cellen te bepalen op ƒ25 en de
heer Modoo, maar hij kan zich voor- slachttijden te bepalen voor den
stellen, dat de commissie eens ©n Maandag op dezelfde tijden als-voor
voorgoed de zaak wil doen uitmaken den Dinsdag. Dit is vooral in 't be
door ad/vies van onpartijdige desbun- lang van de varkensslagers, gelijk spr.
d*gen. Toch gelooft spreker, dat ze breeder aantoont. Het zal misschien
zich in dezen een :llusie heeft ge-: niet eens noodig zijn iederen Maan-
maakfcspreker gelooft, dat deze aan- dag een uur later te werken, maar als
merkingen, juist als influenza, om zijn voorstel aangenomen wordt, kón
ie vijf of zes jaar terug zullen ko-jhet in elk geval. Spr. verzoekt zijn
men, niettegenstaande alle adviezen, j voorstel tweeledig in behandeling te
Spreikieir wïjist er echter op, dat die I brengen.
aanmerkingen, alle komen van niet-] De heer dr. H. D. KRUSEMAN zou
deskundige zij da Ook de heer Rolder- gaarne alle argumenten breedvoerig
dijik is op dit punt geen deskundige, beantwoorden, maar de zaak loopt
en de schrijvers in de bladen zijn dit eenigszins anders dan spr. zich had
evenmin. Spreker gelooft dus, dat het voorgesteldhet is zeker zonderling,
aanhangige voorstel de zaak niet zal dat nadat de Raad onlangs anders be-
uitmalkea), en merkt ten slotte op, sloot, nu weer stemmen opgaan om de
naar aanleiding van 'die doót den koelsel-huur te veranderen. Spr. zou
heer Springer aan den' heer Ririkema dus willen voorstellen de behande-
geschaoven brieven, diat de heer ling uit te stellen dat de zaak nu op
Springer heter kan omgaan met dede agenda staat is een beleefdheid te-
bi]l dan met de pen genover adressanten.
De VOORZITTER zegt, dat de com- Het voorstel tot uitstel der zaak
missie zeker overwegen zal. om in wordt aangenomen zonder hoofdelijke
haar rapport het schrijven van den
heer Springer op te nemen. Deze had
daartegen, noch tegen deskundig ad-
vier, eeniig bezwaar. Het vertrouwen
stemming.
PUNT 15.
De Vereeniging tot verfraaiing van
der commissie in den heer Springer Haarlem en omliggende gemeenten
is ongeschokt, maar het voorstel dient en tot bevordering van het vreemde-
alleen o-m de ontruste gemoederen tot lingenverkeer, vernomen hebbende het
kalmte te brengen. Zij vertrouwt, dat - - -■
de oppositie daarmeê uit zal zijn, en
de architect niet weer, daarna, te
middien van zijn werft, zal worden
opgeschrikt door allerlei oppositie.
De heer GROOT zegt, dat het van
belang is, dat 't antwoord van den heer
Springer op een ernstig bedoeld adres
nis van' BoldJerdajk, niet in porte
feuille hlijve; spreker zal echter voor
het voorstel stemmen opdat hem niet
hot verwijt treffe, dat hij niet heeft
meêgewerkt om het volle licht te
doen schijnen.
Het voorstel wordt aangenomen
tegien,' ziijn de hoeren Modoo, Schram,
Weisenaar, Rinkema, Snelt jee, De
Braai en Van de Kamp.
PUNT 9.
In verband met het in exploitatie
brengen van de bouwterreinen hij het
Wijde Geldelooze Pad en omgeving is
het noodig, dat het wachthuisje der E.
N. E. T. bij het kruispunt in den
Koninginneweg worde verwijderd. B.
en W. stellen dus voor de indertijd
door de Bestuurderen van het Fonds
de Haas aan de E. N. E. T. verleende
vergunning op te zeggen.
(Raadsstuk 91).
Goedgekeurd.
PUNT 10
Aangezien de Ned. Bell Telephoon-
Maatschappij geen gebruik maakt van
de vergunning tot het plaatsen van
palen langs den Zuid-Schalkwijker-
weg, ten dienste van het aanleggen
en exploiteeren van een telephoonge-
leiding tusschen de secretarie van
den Haarlemmermeerpolder alhier en
de stoomgemalen van dat waterschap,
stellen B. en W. voor, deze in 1889 ver
leende vergunning weder in te trek
ken. (Raadsstuk 92).
Goedgekeurd.
PUNT 11.
B. en W. stellen voor aan J. M.
Wentink, directeur van den cursus
ter opleiding voor het examen tot ver
korten dienstplicht wederom voor het
tijdvak van 1 Maart tot 15 Januari
vergunning te verleenen tot het ge
ven van de lessen in lokalen van den
Doelen.
De vergunning geschiedt onder de
zelfde voorwaarden; op elke tien be
talende leerlingen moeten drie jonge
lieden door B. en W. aan te wijzen,
kosteloos toegelaten worden.
(Raadsstuk 85).
Goedgekeurd.
PUNT 12.
17 bewoners van den Schoterweg
verzoeken bestrating van het gedeelte
berm van den Rijksweg Haarlem-
Alkmaar, gelegen tusschen den Drie
sprong, het punt, waar Kennemer-
straat, Paul Krugerstraat op den
Schoterweg uitkomen.
Het onbestrate gedeelte is echter ge
deeltelijk Rijksgrond, gedeeltelijk ei
gendom van de Binnenlandsche Ex
ploitatiemaatschappij. Voor zoover de
aan den Schoterweg staande huizen
op Haarlemsch grondgebied staan, is
bestrating aanwezig. De overige hui-
besluit, om de in den Wagenweg lig
gende porfier-keien te doen vervan
gen door klinkers, verzoekt den Raad
om voortaan bij het bestraten een
steensoort te bezigen, waarvan de
klank niet zoo hoog is, als die van
porfier.
B. en W. stellen voor a'dressante te
berichten, dat de aard der bestrating
der wegen in deze gemeente een on
derwerp van onderzoek uitmaakt en
dat met den inhoud van dit adres zal
worden rekening gehouden.
(Raadsstuk 89).
Goedgekeurd.
PUNT ie.
B. en W stellen den Raad voor, tot
de oprichting van een school voor
zwakzinnigen over te ga.a,n en hen uit
te noodigen nadere voorstellen in te
dienen.
De heer SCHRAM dankt voor den
spoed waarmede deze zaak door B. en
W. is behandeld, en wenscht alleen te
vragen of de opening reeds tegen 1
Sept. a. s. kan worden verwacht.
De heer THIEL kan dat niet beloven
waarschijnlijk zal do opening kun
nen geschieden op 1 Januari 1909.
Trouwens zou eerst dan t Rijkssubsi
die kunnen ingaan.
De heer SCHRAM dankt voor de
meded-eling en spreekt den wensch
uit, dat er niet vele ouders zullen mo
gen gevonden worden, die uit een
zekeren angst, hun kinderen die het
noodig hebben, dit onder vijs zouden
onthouden
Goedgekeurd.
PUNT 17
Op advies der Gezondheidscommis
sie stellen B, en W. voor, de perceelen
De Witstraat 9, 11 en 13, en Minne-
broedersteeg 15 onbewoonbaar te ver
klaren, daar deze woningen onge
schikt ter bewoning zijn en niet door
het aanbrengen van verbeteringen in
bewoonbaren staat gebracht kunnen
worden.
De ontruiming moet binnen drie
maanden plaats hebben.
(Raadsstuk 62).
De heer LEVERT heeft de overtui
ging, dat dit voorstel noodzakelijk is,
doch deze ingrijpende maatregel moet
ten goede komen aan de menschen,
die uit hun huizen worden gezet. Of
dit kan geschieden, kan met de gege
vens, die aan den Raad ten dienste
staan, niet worden beslist. Men zou
moeten onderzoeken of er huizen zijn
van gelijke huurwaarde als van de
huizen die nu worden onbewoonbaar
verklaard.
Spr. heeft den indruk gekregen, 'dat
in vele ODzichten de bepalingen van
aan, dat de gemeente eéns zeX rond
zien naar gelegenheden om die men.
schen weer woningen te verschaffen,
Want in deze woningen wonen men-
schen, die geen huur betalen.
De heer WELSENAAR zegt, dat d«
woningen heel noofiig moeten worden
afgekeurd.
De VOORZITTER merkt op, dal
door 't Armbestuur in 't bezwaar vat'
den heer Van de Kamp wordt voon
zien. Zoo mogelijk zal aan den
wensch van den heer Levert worden
voldaan.
De voordracht wordt aangenomen.
PUNT 18.
Op advies der Gezondheidscommig.
sie stellen B. en W. voor, de percee
len Minnebroedersteeg 4, 6, 8,18, 24 ei
26 ongeschikt tot bewoning te verkla
ren, omdat deze niet door het aan
brengen van bepaaldelijk aan te dui
den verbeteringen ins bewoonbaren
staat kunnen worden'gebracht.
De ontruiming moet binnen dri»
maanden geschieden.
(Raadsstuk 82).
Goedgekeurd.
PUNT 19.
Benoeming van een lid in de Com
missie volgens artikel 166 der Ge
meentewet.
Benoemd wordt de heer Mr. P.
Tjeenk Willink, die de benoeming
aanneemt.
PUNT 20.
Op 1 Maart moet Dr. W. G. Huet aia
lid der Gezondheidscommissie perio
diek aftreden De commissie heeft de
volgende aanbeveling ingediend:
Dr. W. G. Huet.
G. Adrian.
(Raadsstuk 87).
Herbenoemd wordt Dr. W. G. Huet.
PUNT 21.
B. en W. stellen voor, om den heer
H. H. van Asch te benoemen tot des
kundige, in het vergunningsjaar 1908
—1909, belast met de schatting der
huurwaarden van de ïocoliteiten',
waarop de bezwaarschriften tegen het
vastgestelde vergunningsrecht betrek
king hebben. (Raadsstuk 95).
Benoemd wordt de heer H. H. vaiï
Asch.
PUNT 22.
Ter voorziening in de vacature vaü
onderwijzer aan de gewone lagere
school no. 5 (door het bedanken van
den heer J. Reyenga) hebben B. en
W. de volgende voordracht ingediend:
1. A. Tonneman, te Wormerveer
675.
2. R. M. v. d. Hart, te Heemstede,
f 700.
3. C. den Ouden, te Lisse, 700.
(Raadsstuk 106).
Benoemd wordt de heer A. Tonne
man.
Bij de
Rondvraag
vestigde de heer WINKLER de aan
dacht, op 't toenemend verkeer in den
Hout., niet alleen van wandelaars,
maar ook van wielrijders en automo
bielen. Wielrijders nemen bij voor
keur, voor hun genoegen, de kromme
paden, en dat levert gevaar op voor
oude lieden, die niet zoo spoedig kun
nen wegkomen. Spr. vraagt of daar
tegen niets te doen is, door 't aanbren
gen van de bekende roode waarschu
wingsborden.
De VOORZITTER zeide daartoe
gaarne te zullen medewerken, maar
de Hout ressorteert onder Heemstede,
welke gemeente dus een verordening
zou moeten vaststellen. Spr. heeft
daartoe in October van 't vorig jaar
stappen gedaan, en uit een verzoek
om inlichtingen dezer dagen gedaan',
blijkt, dat voorstellen te dezer zake
in den Raad van Heemstede kunnen'
worden verwacht.
De heer SCHRAM vestigt de aan
dacht op het fietsen in de bolwerken,
dat in 't. belang der veiligheid van de
wandelaars moet worden tegenge
gaan.
De heer VAN DEN BERG vestigt de
aandacht op sommige gevaarlijke pas
sage-punten in de stad, (Zijlstraat-
Markt) waar allerlei voertuigen tegen
elkaar inrijden, zoodat eenige maat
regelen wel noodig zijn. en het mis
schien overweging zou verdienen,
sommige straten voor rijwielen en
automobielen af te sluiten.
De heer RINKEMA komt terug op
de quaestie der restitutie voor de
koelcellen, waarvan van 1 Jan. tot 13
Mei geen gebruik kon worden ge
maakt. B. cn W. hebben art. 52 zeg
gende, dat 't huurjaar loopt van 1
Jan. tot 31 Dec. dan ook ingetrok
ken. Spr meent dat hier een groote
onbillijkheid is begaan tegenover de
menschen die voor 't heeïe jaar heb
ben moeten betalen. Spr. vraagt of
die restitutie nog zal worden gege
ven.
De heer Dr. KRUSEMAN zegt, dat
'dit niet mogelijk is. Maar de slagera
kunnen zich niet beklagen, want ze
hebben in Mei 't contract gefceekend,
dat over het heele jaar liep.
De heer RINKEMA houdt vol, dat
hier een onbillijkheid is begaan, en
is er volstrekt niet zeker van, dat
Ged. Staten een voorstel tot restitutie
niet zouden goedkeuren. Komt er dus
geen voorstel van B. en W.. dan zal
tspr. zelf een voorstel doen.
De VOORZITTER kan dit spr. zeer
aanraden.
De VOORZITTER vraagt den heer
Van den Berg, wanneer hij een be
lofte heeft gedaan inzake 't harde rij
den en 't voorkomen van gevaren ïn
de stad.
De heer VAN DEN BERG antwoordt
'dat hij er een paar maal over gespró
ken heeft, en toen naar de Motorwet,
die er toen nog niet was, is verwezen.
De Voorzitter heeft toen overweging
van de gemaakte opmerkingen be
loofd.
De heer MIDDELKOOP komt terug
op de restitutie-quaestie van de koel-
Woningwet en verordening worden Icellen. Hij gelooft dat tegen die resti-
gepasseerd omdat men ze niet ten vol
le kan toepassen. En toch is 't zoo
noodig, dat men bij het systematisch
onderzoek van woningen, dat door de
gemeente is aangevangen, voorname
lijk eens het oog richt op de éenkamer-
woningen. Gaarne zou hij van 't wo
ningtoezicht een officieel verslag ont
vangen omtrent de bewoning dier
éenkamer- woningen.
De heer VAN DE KAMP drong er op sloten.
tutie geen bezwaar bestaat, omdat er
ten onrechte is betaald, mits vooraf
vaststaat, dat er geld is geheven over
een termiln, waarin niets genoten is.
De heer KRUSEMAN zegt., dat
in de gelegenheid hoopt te zijn deze
opmerkingen te beantwoorden als er
een voorstel van den heer Rinkema'
komt.
De vergadering wordt daarna ge-