HAARLEM'S DAGBLAD. DERDE BLAD. Amsterdamsche Kout Haarlemmer Halletjes Stadsnieuws Binnenland MAANLAG 18 MEI 1908. CLXXIV. Ver buismaand 1 Somde ik in mijn vorigen brief al een paar karakteristieke eigenaardig heden van Mei op, voor de hoofdstad mag niet vergeten worden, dat ze de verhuismaand bij uitstek is. En wat dat te beteekenen heeft, begrijpt ie der die de weinig-hokvastheid der Amsterdammers kent. De hoofdstede- iingen, de ouderw-etscheai ten minste, dwepen nog altijd met hun geboorte grond: ze zeggen als ze hier of daar een dagje hebben doorgebracht: ,,Er is toch maar één Amsterdam" en zijn overtuigd ioch maar nergens an ders op den duur te kunnen „aar den." De kwalificaties, die zij daarbij aan de velschillende provinciesteden geven, Rotterdam en Den Haag niet uitgezonderd, zal ik maai' in de pen houden. Doch hoe gehecht ze ook mogen zijn aan hun stad, ten opzichte v.i'i hun woning denken de meesten er al heel Fmnsch over. Zeker, er zijn nog menschen, die, nu al op hoogen leef tijd nog in 't zelfde huis wonen, waar zij het eerste levenslicht aanschouw den er zijn ook nog hokvaste bewo ners, die je vertellen dat ze al ze ventien jaar of nog langer op 't zelf de bovenhuis wonen, maar... dat zijn de uitzonderingen die den regel beves tigen. In de nieuwe buurten zijn ver schillende straten, waar elk heel of gesplitst bovenhuis, zoo om de zes weken van sleutelbezitter verwisselt maar dragen deze snel-verhuizers nu ook den bijnaam: vliegende vogels, de doorsnee-Amsterdammer verhuist toch om :t jaar. Ten minste, wan neer hij geen winkelnering of iets dergelijks drijft, dan is hij natuurlijk aan zijn huis gebonden als 'n tele grafist aan zijn standplaats. Altijd tot dat hij een kooper vindt, maar zelfs winkels in nieuwere stadsgedeel ten veranderen om den haverklap van eigenaar. De officie ele verhuisdag, die door B. en W. wordt vastgesteld is ge woonlijk 1 Mei. Maar 't spreekt van zelf, dat onze Amsterdamsche kruiers, vooral do deftiger transportmaat- schappijen als: Holland ondanks het vele losse volk dat zij dan aanne men, liet op zoo'n dag zouden afkun nen, zoodat inderdaad de he ele Mei maand voor Amsterdam verhuis- maand is. Daarbij komt, dat jonge- lieden, die van rozengeur en maaien- i schijn droomen een voorkeur hebben voor deze maand om bij den ambtie- i naar van den Burgerlijken Stand het traditioneele boterbriefje te halen en I het „hutje" te betrekken. Nu raakt van die „hutjes" ook al het poëti- I sche af, want met het weinige, waar- 1 mee een minnend hart tevreden zou zijn, neemt de gemeente geen genoe gen sinds ze er een woningwet op na houden, waardoor „huizen", die niet aan zekere eischen voldoen af gekeurd worden. Wat niet wegneemt, dat er nog slechte woningen genoeg zijn, óók huiten de Singelgrachten, U huizen ten minste die óf niet aan de I eischen van de hygiène of niet aan die van de veiligheid voldoen, zooals verleden jaar in de Mamixstraat bij den brand met 't bekende noodlottige gevolg bleek. In theorie ziet ieder op tegen het verhuizen. Ongerekend nog de di recte onkosten, het beschadigen van huisraad, het ongeregelde „ingepakt" zitten op de oude en nog niet „aan kant" op de nieuwe woning, zegt men niet ten onrechte: „hier laat je wat en daar krijg je wat". Elke wo ning heeft haar gebrek dat gewoon lijk eerst aan het licht komt, als men haar zekeren tijd heeft betrokken. Maar toch is de kans groot, dat de menschen, die dit jaar verhuisd zijn, zich inderdaad verbeteren. Want van 19031906 zijn er 3000 woningen te veel gebouwd; er is in dien tijd geen rekening gehouden met den achteruit gang van Amsterdam waai' in het afgeloopen jaar bijv. het aantal inwo ners niet alleen vrijwel stationair bleef, maar in sommige maanden zelfs verminderde. Een direct gevolg daarvan is, dat het aanbod van wo ningen in de oude stad groot is en er een opschuiving heeft plaats ge had. Krotbewoners hebben thans voor een deel betere woningen betrokken, zonder dat dit hun financieel te be zwarend is geworden. Immers op de Willemstraat en in allerlei Jordaan- sche zijstraten vindt men nog aller lei krotwoningen, met afgesleten, steile trappen, etc., zoo typisch reeds door Justus v. Maurik beschreven, waarvoor de „melker" zoo noemt het volk hier de eigenaar van zoo'n „perceel" met pleizier een rijksdaal der durfde eischen. Welnu voor f 2.60 kan men tegenwoordig achter in het Kinkerkwartier of buiten de Haar lemmerpoort aardige, frissche, knap pe boveiihuisjes te kust en te keur krijgen. En voor diegenen, die voor niet al te groot gezin bijv. f 3.25 per week kunnen betalen, zijn ei' ook in betere buurten, omtrek Ceintuurbaan iof zelfs in de oude stad lieve wonin gen te huur. Mits men de moeite wal doen wat lang te zoeken, iets waar de meeste menschen nog al tegen op zien. Of er nog iets te doen is voor de allerarmsten, zij die minder dan f2 moeten .verwonen, staat te bezien. Aan den rand der stad zijn altijd nog kazerne-woningen te bouwen (aan de overzijde van 't IJ zooals door som migen is betoogd, is 'n pure onmoge lijkheid zoolang het IJ niet is over brugd) maar daarin voelen zelfs die kelderbewoners zich niet altijd thuis, ongerekend nog, dat zij soms juist in die oude volksbuurt hun verdien- ten hebben. Doch het is heusch geen wonder, dat de huren in Neerland's hoofdstad afslaan. Was het maar omgekeerd! Dan zou daarin het bewijs liggen dat ieder hier wonen wilde, omdat de stad vooruitging, er geld verdiend werd en het leven er aantrekkelijk was. Stijgende huurprijs staat veeiai in verband met snellen vooruitgang' (Budapest), dalende wijst op verval (Edam). Zooals ik reeds zei, de Amsterdam mer is niet hokvast ten opzichte van zijn woning. Nooit geweest ook. Maar tot voor betrekkelijk korten tijd verhuisde men wel, maar bleef toch in zijn buurt, 'n Echte Jordaner zou niet spoedig Kattenburger of Ridderstra- ter en nog veel minder Duivelshoeker worden. Een Haarlemmerpoorter, voelde zich niet thuis in de vroeger rumoerige mondaine IJ. IJ.- buurt. Als provincie-bewoners of ste delingen had en heeft betrekkelijk ook elk dier buurtbewoners nog zijn type. Maar de verschuiving en do nieuwe volkswijken hebben hierin veel verandering' gebrachtde buurt- i assen vermengd, koloniën gesticht. Het Van Lennepkwartier is thans voor een groot deel een kolonie van de Jordaan, Kattenburg heeft een „Oost" in de omgeving van de Dap perstraat en 'n „West" bij de Zout keetsgracht. In buurt IJ. IJ. hebben de meest conservatieve Haarlemmer- dijkscho elementen zich genesteld en EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE 't Is stil in de journalistiek, onge- Sevenaard stil. De oudste journalisten herinneren zich niet, dat het in de maand Mei ooit zoo stil was. Wat natuurlijk al heel weinig te beteeke nen heeft, omdat het geheugen van de oudste journalisten het meest ge- leden heeft. Maar in elk geval is het stil. Stil in het algemeen maatschap pelijk verkeer, daar de vergaderingen een eind genomen hebben. Stil ook in 't gemeentebestuui-, waar alleen Mr. Thiel ons verrast niet' telkens nieuwe voorstellen. Van onderwijs gesproken ik heb onlangs iemand met verwondering hooren gewagen van het feit, dat de onderwijzers, die de vroegere leiding van deze afdee- ling niet goed vonden, nu ook de te genwoordige weer afkeuren. „Zelfs in Schoten", zoo zei hij, „zoeken ze lokalen op, om den wethouder te lijf |te gaan." Mij verwondert dat volstrekt niet. De wethouder, die de afdeeling Haarlem van den Bond van Neder- landsche Onderwijzers voldoet, is nog niet gevonden. Toch kan ik hem wel beschrijven. Het zal zijn een man, die vóór hij iets doet, een bode naar bet Bondsbestuur zendt met de com plimenten en hoe de heeren het wil len hebben. Die de bevelen, welke hij dan ontvangen zal, naar de letter Uitvoert-. Die het niet waagt, daarvan ook maar een tittel of jota af te j Wij ken. Alleen voorzie ik één bezwaar. de typische iiideeling onzer stad in buurten met speciale bevolking is nu ook niet meer zoo zuiver te maken als 'n een jaar of wat geleden. Toch is er nog veel waars in als men spreekt van 't roode district (Muider- poort en omstreken), de radicale buurt (IJ. IJ.), de orthodoxe buurt (Kattenburg), de onderwij zersbuurt (Raampoort), enz. Dat die buurtgrenzen verflauwd zijn, vindt voor 't grootste deel zijn oorzaak in de verbetering' der com municatiemiddelen. Die eer mag naar de Amsterdamsche gemeentetram niet onthouden wor den, nl. dat zij de afstanden heefi doen verdwijnen. Voor z'n werk be hoeft niemand het meer te laten daar te gaan wonen, waar het bean lust. En juist omdat die tram zoo'n belang rijke rol in ons leven is gaan spelen, moet de critiek haar niet worden ge spaard, moet zij zoo aangenaam, voordeelig en pvactisch mogelijk wor den gemaakt. Waar voor ook niet. Ze is toch onze, gemeente-tram en geen melkkoetje van hooge divideu- ten-trekkende aandeelhouders Het volmaakte is bij onze Gemeentetram' nog geenszins bereikt. De tarieven bijv. zijn zeker verbeterd nu men een pasje voor een dubbeltje en een boek je. van 5 kaartjes kan krijgen, maar eenvoud is toch het kenmerk van 't ware en daarom ware een 5-cents tarief op alle lijnen zoo gewenscht. Het succes zou er zeker nog door stij gen. Op de meeste lijnen hebben we thans vroeg ritten, waarvan de enke le reis (meestal voor een kleiner tra ject dan het tegenwoordige) mits vóór 8 uur genomen, slechts 3 ets. kost, terwijl de retourkaart die tot 8 uur 's avonds geldig is, met een ge>- lijk bedrag wordt betaald. In 't alge meen voor handwerkslieden zijn deze vroegritten een groot gemakzij die op bun werk moeten zijn op een uur, dat de meeste Amsterdammers nog op één oor liggen, worden daardoor al leen in de gelegenheid gesteld op een uur afstands loopen van hun fabriek of karwij, te komen. Maar toch zijn er bij dit stelsel twee groote onbillijkheden. Eerstens dat niet op alle lijnen vroegritten bestaan zoodat de ecne Amsterdammer van ccrn voorrecht wordt uitgesloten, dat de ander wel bezit en tweedens, dat hij wiens arbeidsdag anders is gere geld twee maal meer voor hetzelfde „noodzakelijk kwaad" moet betalen, onverschillig of zijn portemonnaie nu juist twee maal zoo goed is gespekt. Erger is het nog, dat waar veler ar beid in een groote stad eerst lang na twaalven eindigt (posterij, telegrafie, dagbladen, drukkerijen, theaters, kof fiehuizen, spoor, enz.) dan voor hen geen tram meer rijdt, zooals bijv. in Brussel. - „I-ij.—<.1-- -j ook het gemis van open motorwa gens zooals men die ook in de Belgi sche hoofdstad en elders vindt. Want bij heerlijke zomerdagen, als het an ders een genot zou zijn eeü ritje met de open tram te maken, moet men nu in lijn 5, 17, 8, 13 enz. altijd in een dichten wagen zitten te puffen, met het gevolg, dat men dan altijd een der andere lijnon overbevolkt, waar open bijwagens worden gebruikt. Die open bijwagens zijn gewoonlijk zoo stampvol dat de dichte motorwagen „voor niks gaat", 't Is dan een duur paardje dat trekt, want het publiek laat hem met een gerust geweten weg rijden en wacht op den volgenden open wagen, waarin plaats is. Door een dee) van de Jordaan rijdt nu de autocar der gemeente, minder deftig hier al in hobbclkar omgedoopt. Of de voordeelen het van :1e .uadeekri winnen, is voor ons nog geen uitgemaakte zaak. Zeker, een verbinding was hoogst noodig, maar bad men het niet even goed met een ouderwetsche omnibus met imperiale kunnen doen Wie wel eens in Brus sel van de Beurs naar Enseele is ge- omnibust, weet welke gevaarlijke hoogten en hellingen er mee kunnen worden bereden. Onze gemeente-auto is bijna voor- Wanneer mettertijd dezepersoon geboren is, wanneer hij ooit in den Raad gekomen zal zijn, dan zullen zijn collega's hem nooit tot wethou der van onderwijs benoemen. Ik vrees derhalve, dat de Bond zal moe ten voortgaan tot in een onafzien baar verschiet, met het oneens te we zen met den wethouder van onder wijs. Onverschillig, of hij Thiel heet of anders Behalve de onderwijsplannen is het dus stil in de journalistiek. Ik ben er deze week eens op uitgegaan om te onderzoeken, of anderen het óók zoo stil hadden. De eerste bij wien ik mijn licht opstak, was een winkelier. Hij verklaarde met groo- ten nadruk, dat het bepaald stil was. Vergeleken bij vroegere jaren was er van drukte geen sprake. Ook deze beschouwing mist, als ik me niet vergis, de bekoring van de nieuwheid. Het is wel eigenaardig, dat juist die vroegere jaren altijd zooveel beter en drukker zijn ge weest. Misschien behoeft ons dat niet al te veel te verontrusten, omdat volgens den natuurlijken loop der dingen elk tegenwoordig jaar op zijn beurt weer een vroeger jaar wordt, dat dan dus naderhand weer als voordeeliger kan worden geprezen. Overigens is 't, zooals ik van dezen geloofwaardigen man mocht verne men, dan op dit oogenblik bepaald stil. Kijk, dacht ik, laat ik de proef eens nemen met iemand, die con sumptie-artikelen maakt. En daartoe koos ik brood, als het eerst noodlgs levensmiddel, uit. „Hoe gaat 't in de zaken vroeg ik. Tot mijn verwondering antwoord de hij „Stil. Zeker, er is bezigheid, maar 't is het ware niet." „Eten de menschen dan geen broocl meer vroeg ik. „Och, jawel, maar er heerscht in zaken een toestand van depressie." Naar ik onlangs vernomen heb, duurt die van den Fransch-Duitschen oorlog af. Toen de vrede in 1871 ge- teekend was, scheen iedereen hon ger, dorst, verlangen naar allerlei nuttige en kostbare zaken, zóólang te hebben opgeschort, dat er in den eersten tijd aan de vraag niet kon worden voldaan. Toen de eerste drang over was, brak de malaise aan, die tot nu toe, dus sedert. 36 jaar, zou geduurd hebben. Volgens die redeneering heeft een groot deel van het thans levend ge slacht de maatschappij alleen in ab- normalen toestand, namelijk in stil te, gekend. Zou daaruit misschien ook de groote verspreiding van ze nuwaandoeningen in de laatste ja ren kunnen worden verklaard De man, tot wien ik mij vervolgens om inlichtingen wendde, een ambte naar van de belastingen, verklaarde met een gezicht vol overtuiging, dat het stil was. Ik kan niet anders zég gen, dan dat me deze opmerking een beetje hinderde. Als ik en een ander met moeite het zure geld van de belasting bijeen schraap en het naar 't kantoor kom dragen met zuchten, die als een stormwind door de oud bakken kantoorlokalen gaan, dan bestemd een groot ongeluk te krijgen. Als men de gevaarlijke bochten ziet bij het op- en afgaan van de Toren- sluis, dan voel je bij intuïtie die auto gaat vandaag of morgen de plomp in, en daar zij zoo uitmun tend is afgesloten, heeft geen der passagiers er in zoo'n geval veel kans op, het na te vertellen. Hoek Blauwburgwal en Singel woont een bakker, die elk oogenblik op een auto-bezoek in zijn winkel moet rekenen en de Prinsensluis wekt droeve herinneringen op aan het ongeluk met de brandweer-auto. Dal er tot nog toe niets ernstigs is gepasseerd, strekt de bekwaamheid der chauffeurs wel lot eer I Ver trouwbaar zijn die auto's echter niet, Zaterdag j.l. waren op een zeker oogenblik 5 van de 7 wagens defect, zoodut het wel gebeuren kan, dat je ergens te laat komt, als je van de hobbelkar gebruik wilt maken. Dan is er soms een lucht in die n a- t u u r 1 ij k dichte wagens, om on passelijk te worden en is de snelheid overdag ook niet grooter dan van een gewone p aarden-omnibus, wat in het belang van de voetgangers in do drukke, nauwe straten maar heel ge lukkig ook is. Alleen 's avonds na tienen snort zij er flink van door. Maar al had de hobbelkar nu ook nog veel meer ge breken, we zouden haar toch niet kunnen missen. Alle wagens zijn ge regeld goed bezet, zeg maar vol. Zij die in de straten achter den Haar lemmerweg wonen, waar de verbin ding met het hartje, der stad slecht en de wandeling alleronaangenaamst is, zijn nu uit hun isolement verlost. Neem ze daarom niet weg, EdelAcht- bare Heeren, vóór gij ons er iets be ters voor in de plaats gegeven hebt. Lijn 14 (de meest officieele betite ling van de hobbelkar) rijdt door het Noord-Westelijk deel ran de Jor daan. En daarom stelde de heer Henri ter Hall, die in het Rembrandt- theater een Amsterdamsche „Doe er een deksel op" opvoerde, deze lijn dan ook door een Ka-kom-er-uit-type voor. Jordaners op het tooneel zijn dik wijls waarborgen voor succès, de beer Reyding heeft indertijd door z'n „Pietje Puck' al liet lekkers van „Luilekkerland" gered en Grootveld is dooi' dien eenen rol „Grootveld" geworden. Doch hoe goed getypeerd ook, ge woonlijk zijn t maar nagemaakte Jordaners, die op de planken ver schijnen. De echte zag je vroeger in den schouwburg.„De Leeuw" in de Warmoesstraat, en nu ook nog wel eens op sommige dertig-cents-come- dies, waar draken worden opgevoerd van comme ci en met de r gerold en Jordaansch gesproken wordt door den „bëron" van comme ca. Op een andere wijze bracht de heer e c h t e Jordaners op de planken. Daar waren Herculessen, waarvan één 'n zak meel, wegende 250 kilo's, optilde. Als iemand uit het publiek het ook kon, mocht hij den zak mee nemen. Nu, daar waren liefhebbers voor. De heeren van den hoogsten rang daalden als engelen uit den hooge neer en kwamen op de Bühne. Zij deden hun petjes af, trokken hunne jassen uit, spuwden in de handen, gingen als jongens die 't meer bij de hand gehad hebben, op den zak dan sen, maar 't gaf hun geen steek zij konden geen houvast krijgen. Sommigen gingen er bij liggen, zij duwden den zak tegen de schouders, kropen er soms onder, maar hoe moe en warm zij zich ook maakten, het was alles tevergeefs. Maar het andere publiek, dat rus tig was blijven zitten, lachte en ge noot dubbel. Zoo'n echt spectacle va- rié zie je maar zelden. Natuur gaat toch maar boven de kunst. Wat niet wegneemt, dat de kracht kunstenaar, die in een wip den zak optilde en er mee wegwandelde toch een welverdiend reuzensuccès in- oogstte. H. HENNING Jr. Gemeenteraad. Vergadering van den Raad der ge meente Haarlem op Dinsdag 19 Mei 1908, des namiddags te half twee uur, in de Slatenzaal (Prinsenhof). De volgende zaken zullen aan de orde worden gesteld 1. Mededeslingen en ingekomen stukken. 2. Voorstel 'Commissie art. 166 gc meentewet, wijziging Aigemeene Po litieverordening. 3. Id. B. en W. goedkeuring reke ning en verantwoording voormalige corporatiën, neringen, ambachten en bedrijven, dienst 1907. 4. Id. id. id. begrooting id., dienst 1909. 5. ld. H. van den Berg, verzoek schriften Haari. Medico-Mechanisch Zander-Instituut, P. W. Peereboom en Dr. W. G. Huet, niet onderzoeken of behandelen in het St. Eüsabeths- of Groote Gasthuis met Röntgenstra len van daar niet verpleegde patiën ten. 6. Id. B. en W. wijziging regl?> ment Hoogere Burgerschool en regie, ment Meisjesschool voor M. O. 7. Id. id. opheffing (in beginsel) van school no. 11. 8. Id. id. verhooging p'ost volgn. 157 begrooting 1908. 9. Id. id. verkoop opstallen percee- len Klein Heiligland en gedeelte Ge reformeerde Weeshuis en beschik baarstelling gelden aankoop steenen. 10 Id. id. verknop grond Wijde Gelde'ooze Pad aan C. Nederkoorn en J. Machïelse Jr. 11. Id. id. verzoekschrift W. Hoes- bergen, vergunning hebben palen in Leidsche Vaart. 12. ld. id. goedkeuring huishoude lijk reglement fonds ter bevordering van de verzekering tegen de gevol gen van werkloosheid, met nader ad vies Bestuur fonds. 13. Schrijven id. verzoekschrift F. L. Oostenbroek, in zake bouwvergun ning. 14. Voorstel id. in gebruik geving schoollokalen aan de gemeente Scho ten. 15. Id. id. aanwijzen ingezetenen, om zitting te nen-.en in stembureau's. 16. Benoeming lid Commissie be zwaarschriften plaatselijke directe belasting (aftreding-W. P. J. T. van Linden Tol). 17. Aanbeveling B. en W. benoe ming lid Commissie A wering' school verzuim. 18. Voordracht id. benoeming hoofd Eerste Burgerschool. HAARLEMSCHE STOOMVERF- FABRIEK. In de Vrijdagmiddag gehouden aandeelhoudersvergadering van de liee-n W. de Leur en Co., werden de balans, winst- en verliesrekening goedgekeurd. In plaats van wijlen mr. de Clercq van Weel werd de heer Vam Some ren Grieve als commissaris gekozen. Faillissementen IJ m u ider Trawler-maatschappij en. Uit de Vrijdagmiddag ter griffie gedeponeerde stukken in zake de faillissementen der IJmuider Traw lermaatschappijen blijkt, wat lasten en baten aangaat, het volgende: Maatschappij Overijssellasten f 129,172,73, batei» 6972,781/2, tekort f 122,199,941/2; Brabant: lasten 170,211,54, baten 123,616.461/2, te kort f46,595,071/2Gelderland: las ten f 253,213,47 1/2, baten f 191,053,90, tekort /-62,159,571/2Holland lasten f 130,365,521/2, baten f 67,224,30, te kort 113,141,221/2 Groningen: las ter. 138,500,4-4. baten f100,000, te- kort f 38,500,44Friesland lasten f 188,880,541/2, baten 147,428,511/2. tekort 41,452,03; Zeeland: lasten 193,797,481/2, baten f 100,000, tekort f 94,797,481/2. Het totaal der lasten overtreft dat der baten met f 519,837,771/2. Betwist voor iedere maatschappij een vordering van f2000, ingediend door mr. A. J. Ga zon de la Meuse, als missende alle oorzaak, de overeenkomst, waarop deze zich beroept. HOLLANDSCHE ELECTR1SCHE SPOOR WEG-MAATSCH. Op de Vrijdag gehouden aigemeene vergadering van aandeelhouders wer den het door de directie uitgebrachte verslag en de balans over het jaar 1907 goedgekeurd. Ter vervanging van den heer R. van Hasselt, die bedankt had.,, werd tof directeur benoemd de heer J. J. 's Jacob, lid van den Raad van Ad ministratie der II. IJ. S. M. te Am sterdam. De heer mr. Joh. Enschedé, die aan de beurt van aftreding was, werd als commissaris herkozen, terwijl in de door het. overlijden van den heer N. D. Kemiiik ontstane vacature, tot commissaris werd benoemd de heer F. II. van Wichen. Eindelijk werd be sloten den' Raad van Commissaris sen aan te vullen met twee leden, waartoe benoemd werden de heeren N. H. Nierstrasz en R. van Hasselt. vind ik er iets tergends in, dat een belastingman zegt, dat 't in zijn vak stil is. Een soortgelijke gewaarwording kreeg ik, toen ik een dokter met een soort van verongelijkt gezicht hoorde zeggen, dat 't heel „stil" was. Hij voegde 't er niet bij met zooveel woorden, maar liet toch vrij duide lijk blijken, dat hier zijns inziens een abnormaliteit in 't spel was. En dat, terwijl hij juist zekere voldoe ning moest ondervinden, wanneer de menschen hem niet noodig hadden. Met trots zou hij daarop als resul taat van zijn kunst mogen wijzen. Een medicus daarentegen, die niet zekere tevredenheid gewaagt van zijn voortdurend drukke practijk, maakt daarbij zichzelf geen compli ment over het succes van zijn optre den. Toen ik deze overweging beschei denlek meedeelde aan den dokter, die mij er over sprak, keek hij mij aan met een verachting, die ik een voudig buiten staat ben om weer te geven. „Weet je dan niet", zoo zei hij, „dat de menschen in 't geheel geen dokter noodig zouden hebben, wan neer ze niet zoo bang waren van water en frissche lucht en niet zoo verzot op allerlei schadelijke din gen De mensch, goede vriend, is precies een sok, hij moet door zijn dokter voortdurend gerepareerd wor den, totdat er geen mazen meer aan is Dan is zijn eindje daar. Overigens zooals ik je zei, is het in de practijk stiL" Vervolgens heb ik aan een fabri kant gevraagd, hoe het hem ging. Hij verzekerde mij met den ernst op zijn gezicht, dat het bijzonder stil was. „De binnen- en buitenlandsche con currentie breken ons den hals, wij gaan onder door de onnatuurlijk la ge prijzen, de hooge loonen en de dure grondstof." Ook deze beschouwing is niet nieuw. Ik heb nog nooit een fabrikant ontmoet, die zei, dat het druk was, de concurrentie dragelijk en de prijs redelijk. Integendeel heb ik van den zelfden fabrikant al een paar jaar geleden vernomen, dat de concurren tie hem den hals brak. Ziedaar een natuurkundig wonder. Wie kan er leven met een, ja met meer dan een gebroken nek, anders dan een fabri kant En wie kan, voortdurend ver der ondergaande door de lage prij zen enz., toch boven blijven Langzamerhand kreeg ik een saai idéé van onze tegenwoordige samen leving. Wat een slaperige maatschap pij moet het zijn, waarin iedereen het stil heeft. Naar afwisseling verlangend sprak ik dus een politieman aan en vroeg hem, hoe het ging in zijn vak. „Och", zei hij, ,,'t is maar stil. Alle dagen koekoek éénzang, op surveil lance, een paar processen-verbaal over kleinigheden, af en toe een dronken "kerel naar 't bureau. Neen, 't is heel stil. Ik heb het, zou ik zeggen, nog maar zelden zoo stil ge kend." Dit joeg me op de vlucht en een lieele poos daarna miste ik den moed, nog weer iemand naar zijn ervaring te vragen. Toen ik de vraag achter- HOFBERICHTEN. Vrijdag waren ten paleize Het Loo bij H. M. de Koningin aan tafel ge- noodigd generaal-majoor De Veer, commandant der 2de divisie ie Arn hem, jhr. A. Roëll, burgemeester vau Arnhem, en mevrouw jhr. Sand- berg van Leuvenum, kamerheer tn buitengewonen ciienstde heer Van Steijn, intendant van het domein Het Loo kapitein jhr. Van Suchte- len van de Haare, adjudant van den Prins, en mevrouw Van Suchtelen. Z. If. II. PRINS HENDRIK OP HET LOO TERUG. Z. K. H. Prins Hendrik is Donder dagavond uit Schwerin te Apel doorn teruggekeerd, vergezeld van zijn adjudant jhr. Van Suchtelen van de Haere. H. M. de Koningin, ver gezeld van baronesse Rangers en ba ron Van Tuyll van Serooskerken was aan het station aanwezig, om den Prins te verwelkomen. Baron Van Tuyll van Serooskerken geleidde den Prins van het 2e perron naar de wachtkamer, waar de be groeting van het Koninklijk Echt paar plaats had. In open rijtuig werd daarna naar het Het Loo gere den. DE WETHOUDER DE SAUVAGE XOLTING. De heer De Sauvage Nolting heeft bij den Gemeenteraad te Amsterdam riin rmtsbur nis wetho«atjr ingediend „daar zijh algenooi nn? ruimen, tijd zal duren". EEN BUITENKANSJE. Een timmermansknecht, reeds ee- nige weken zonder werk, won in de 4e klasse den hoofdprijs van de N. V. „De Tijdgeest". EEN TOLQUAESTIE. Op advies van het bestuur van de* z.g. Grintweg HilversumLarerf heeft de gaarder aan de-n tol bij het St. Janskerkhof zijn actie tegenover de den tol-ontduikende melkboeren opgegeven. Hij is opgehouden met liet graven van gaten en greppels in de heide, hetgeen dienen moest om hun den doortocht achter het tolhek" om te beletten. Voorloopig hebben de boeren het dus gewonnen, doch slechts voorloopig, wijl liet bestuur van Grintweg en tol natuurlijk op -middelen zint om den doortocht evenals vroeger te doen plaats heb ben uitsluitend door den tol. Even zeer is echter waar, dat, wanneer de boeren zich per adres tot het be stuur van den weg wenden om ver mindering van het tolgeld, zij wei kans hebben dit te krijgen. Het is ook te veel36 cent voor heen en terug en dat steeds tweemaal per dag. ecnvolgens deed aan een agent in' automobielen, aan een spoorweg conducteur en aan een stoomboot kapitein, was ik ternauwernood meer verwonderd, toen ze zeiden, dat het stil was en dat ze het nog nooit zoo stil hadden gekend. Het was onder die omstandighe den, dat ik het huis van Wouter voorbij kwam en besloot, er even' binnen te gaan om te rusten. Daar mijn waarde neef al sedert een twitf- tigtal jaren renteniert, meende ik, dat het overbodig zou zijn, hem te vragen naar de levendigheid in zijn bedrijf. Maar hij was me al voor. Met treffende duidelijkheid bracht hij me aan !t verstand, dat hij 't overdruk had. „Eerst moet ik bloemen begieten, dan een rekening nazien, dan een' brief schrijven voor Koosje, die liaar vinger verbrand heeft, dan is 't tijd voor de koffie, vervolgens moet ik" naar den tandarts, dan een tijd schrift afbestellen bij mijn boekhan delaar, danhoor eens, neem me niet kwalijk, kom op een anderen, keer eens teiaig, want ik weet niet, hoe ik met dat alles klaar komeh moet." Toen ik weer buiten was, had ik het begrepen. Wie werken hebben liet stil in hun vak, wie niet werke* hebben het druk in hun bedrijf. Zoodra ik tijd kan vinden (want al is het stil, toch heb ik geen tijd) zal ik over dit merkwaardig verschijn, sel eens een dik boek gaan schrij ven, FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 9