Een moedig krijgsman
in mijn lot to schikken. Ik nam het
besluit slechts een uur of wat op te
blijven, en dan stipte orders te geven
dat men mij den volgenden morgen
vroeg zou roepen, om mijn ontdek
kingstocht door London's straten te
kunnen beginnen.
Tot nog toe had ik over de bedie
ning niet te klagen gehad, maar de
zonderlinge manieren van den eersten
kellner uit het logement begonnen
thans mijn wrevel op te wekken. Ik
kon niet nalaten op te merken, dat
hij dfcspunt van zijn servet voor zijn
mond hield, toen ik mijn avondeten
bestelde, waartoe ik vleesehpastei en
een flesch poorter had gekozen.
Waarom lach je toch? zei ik op
strengen toon, toen ik den man weer
o pbedekte manier zag grinniken, ter
wijl hij 't gevraagde voor me neerzet
te: „is 't hier in Londen zoo iets won
derlijks, dat iemand vleesehpastei
Voor z'n avondeten gebruikt?
Voor z'n avondeten? Neen, men
heer, Maar als ontbijt dat is iets
heel ongewoons.
Als ontbijt? herhaalde Ik. Wat
bedoel je? 't Is eigenlijk belachelijk,
dat een natie, die zonder tusschen-
poos dag en nacht dooreet, een of an
der maal zulk een naam zou geven.
Maar het avondeten ontbijt te noe
men is toch wel 't toppunt van dwaas
heid.
Wel, menheer, we noemen 't hier
'ontbijt, misschien dat een vreemde
ling. zooals u, die naar bed gaat da
delijk na de lunch, en die er zulke
bijzonder vreemde uren op na houdt,
't wel bij een anderen naam noemt.
M'n goede man, zei ik, laten we
geen ruzie maken. Ik voel me niet
heel wel en 't is alsof mijn hoofd rond
draait terwijl ik naar je luister.
Hij mompelde iets dat ik niet geheel
verstond, van geen wonder en vleesch
pastei en poorter Yoor ontbijt; maar
in elk geval hoorde ik duidelijk dat
hij zei „voor ontbijt."
Je spreekt er van, m'n goede En-
igelschman, gang ik voort, dat ik er
zonderlinge ureo op na houd. Ik heb
hier in je hoofdstad nu één boelen
nacht doorgebracht, en begin aan den
tweeden, en ik heb tot mijn verbazing
gemerkt, dat niemand naar bed gaat,
maar iedereen eet en drinkt en aan
zijn bezigheden gaat, precies alsof 't
klaarlichte dag was.
Maar, menheer, 't is dag, be
toogde de kellner, met een ernstig ge
zicht, 't is nu halftien in den mor
gen.
Dag! Morgen! riep ik, terwijl ik
in de door gas verlichte kamer rond
keek, en toen door de ramen een blik
wierp In de door gas verlichte straten
en op de grauwe, donkere lucht.
Groote hemel, noem je dit dag?
Zeker, menheer; en een Yrij goe
de dag nog wel voor November.
Maar de zon? Waar is de zon
gebleven?
'k Weet het niet, menheer. Die
gaat, denk ik, naar 't buitenland des
winters, tegelijk met de groote lui.
We hebben in dezen tijd van 't jaar
geen zon in Londen."
Ik was in de hoogste mate ontdaan
over de mededeeling die me gedaan
.werd. Ik had wel eens in een gedicht
iets gelezen over „een land waar het
altijd middag was, maar van een of
ander land beneden da Noordpool,
waar 't altijd nacht was, had ik niet
gelezen, en ik had nooit van 't be
staan van zulk een land gehoord.
Omtrent èen zaak slechts was ik in
staat onmiddellijk een besluit te ne
men; 't was dat het plan omtrent na
turalisatie moest worden losgelaten.
Naar huls, de kortste weg naar
huis! was de kreet die in mijn binnen
ste weerklonk. Wat mijn voorgesteld
bezoek aan Essex betrof ik zocht
dien naam op in een encyclopaedic
en bespeurde dat die streek beschre
ven werd als laag gelegen, moerassig
en onderhevig aan neveldampen,"
zuodat iedere beweging in die rich
ting huiten quaestie was. Als de we
reldstad met haar millioenen gaslam
pen, haar electrisch licht, en al de
voordeelen van wetenschap en be
schaving, niet in staat was een meer
heldere atmosfeer aan- te bieden dan
die ik nu aanschouwde zonder zon,
zonder maan, zondier sterren, groote
hemel! wat moest Essex dan wel we
zen? Dat er van jachtgenot geen spra
ke zou kunnen zijn, hieraan viel,
meende ik, in 't minst niet te twijfe
len, en het schieten op nachtuilen en
vleermuizen lokte me niet aan. Ik
schreef dus een briefje aan mijn
vriend, waarin ik hem meedeelde, dat
ik door onvoorziene omstandigheden,
genoodzaakt werd van mijn plan af
te zien, terwijl ik de hoop uitdrukte
later eens gelegenheid te zullen vin
den hem het voorgenomen bezoek te
brengen. Het eerste gedeelte van mijn
schrijven was waar; het tweede was
volstrekt niets meer dan een beleefd
heidsvorm, want 't besluit stond bij
mij onwrikbaar vast, om, zoolang ik
leefde, nimmer meer een voet op den
bodern van dit afschuwelijk land te
zetten.
Om één uur 's namiddags, zooals
geheel onnoodig in het spoorboekje
vermeld stond (want namiddag en
voormiddag waren allebei 't zelfde)
reed ik langs de door gas verlichte
Straten naar het door gas verlichte
station, en nam mijn plaatskaartje
naai* huis.
Wij mogen dan in Frankrijk niet
zoo rijk en niet zoo verstandig zijn,
we mogen ons niet op zoo'n uitsteken
de constitutie kunnen beroemen, noch
politieke, noc hphysieko, ais die goe
de Engelschen; maar bij ons volgt
ten minste de dog op den nacht, het
hceie jaar door. De zon schijnt hier,
zelfs op de onrechtvaardlgen, terwijl
in Engeland, drie maanden van het
jaar, Aristides zelf met een lantaarn
zou moeten rondgaan precies als
ware hij Diogenesl
(Vad.).
Zaken gaan voor.
In het jaar '1889 was men te Bar
relsville (Pennsylvanië), met de ex
ploitatie van acht verschillende pe-
troleumwerken bezig. Op een diepte
van honderdtwintig meter had men
rijke petroleumhronnen ontdekt, wier
inhoud met pompen naai' hoven wercl
gehaald. Barrelsville was in den tijd
van drie maanden ontstaan, en telde
ongeveer tweehonderd huizen. Het
plaatsje noemde zich stad, want het
had oen kerk en drie herbergen, maar
stond niet in een goeden reuk, wat
eigenlijk heel begrijpelijk is, want de
geheele streek rook zoo ontzettend
naar petroleum, dat do vreemdelin
gen, die voor bet eerst te Barrelsville
kwamen,.niet wisten hoe ze zich hou
den moesten. Maar men went aan al
les zelfs aan petroleumsfcank, tenslot
te merkt men het niet eens meer.
Een der rijkste en aanzienlijkste
aandeelhouders Ln de bronnen was
Samuel Graham, die een villa had in
het naburige plaatsje Sharpsville.
Daar woonde hij met zijne vrouw en
zijne dochter Florine. Mevrouw Gra
ham was altijd ziek, en Florine ver
veelde zich des te meer, omdat er in
Sharpsville noch in Barrelsville con
certen, comedies on partijen werden
gegeven.
Graham had in den laatsten tijd op
eenigon afstand van 2ijn petroleum-
bronnen een raffinaderij aangelegd,
waarin de petroleum dadelijk van on
zuiverheden gereinigd werd. Daar de
bijproducten eveneens een goeden af
zet vonden, maakte hij prachtige za
ken. Ten slotte verkochten ook de an
dere bron-eigenaars hunne ruvyo pe
troleum aan hem, zoodat de raffina
derij steeds vergroot moest worden.
Als opzichter der raffinaderij had
hij een jongen Yankee uit Connecticut
laten komen, die zijn zaakjes voor
treffelijk verstond en voor handels
man in de wieg was gelegd. Hij heet
te I-Iarry Wallstoue, was chemicus,
en niet alleen zeer geschikt voor zijn
vak, maar ook zeer aangenaam in ge
zelschap, sportman, waarom Graham
hem dan ook dikwijls ontving, om de
zich vervelende dames te amuseeren.
Zoo waren Harry en Florine dikwijls
bij elkaar, praatten gezellig met el
kaar en het sprak bijna van zelf, dat
ze op elkaar verliefd werden.
Graham merkte hier niets van,
want hij liet ten eerste zijn dochter
geheel vrij in haar dóén en laten, en
ten tweede had hij het hoofd steeds
vol zorgen over zijn zaak.
Juist thans waren zijne zorgen zeer
groot. Te Barresvillo was plotseling
een nieuwe firma gekomen, die proe
ven nam met 'boren de firma
Ashton en Barber.
Ze hadden een adviseur meege
bracht, een geoloog, die een nauw
keurig onderzoek instelde en toen
verklaarde, dat in de nabijheid van
Graham's raffinaderij zich een on
der aardsch e petroleumbron bevond.
Graham on de andere grondbezit
ters lachten, want op die plaatsen
was herhaaldelijk naar petroleum ge
boord, zonder dat men iets gevonden
had.
De petroleurn ligt immers, zooals
bekend is. ingesloten in holen in den
grond en deze schenen zich daar niet
te bevinden. Maar Ashton en Barber
hadden geld; ze schaften zich een
boortoestel aan en boorden. Toen zij
tot een diepte van honderdtachtig me
ter gekomen waren, vertoonden zich
sporen von petroleumhoudend water.
Dat maakte Graham bezorgd. Er
dreigde ee.n groot nadeel voor de ge
heele zaak te Barrelsville, wanneer
Ashton en Barber werkelijk succes
hadden. Bovendien had de adviseur
beweerd, dat op de plaats waar ge
boord werd, zich de* grootste petro-
leum-vindplaats van den ganschen
omtrek bevond.
Het was dus niet juist op een ge
lukkig oogenblik, dat Harry Wallsto-
ne bij Graham kwam met zijn huww-
lijksvoorstel.
Maar Graham scheen toch niet ver
baasd en nog minder boos te zijn.
Ga zitten ,zeide hij gemoedelijk,
neem een sigaar en laten we in alle
kalmte de zaak bespreken. U hebt dus
mijn dochter lief
Ja, antwoordde Harry, en uwe
dochter heeft mij ook lief. Natuurlijk
wenschen we nu samen te trouwen.
Heel natuurlijk. Dat is voor u
ook geen slecht zaakje. Ik zou juist
evenzoo gedaan hebben. Dus laat ons
deze aangelegenheid heel correct be
handelen. Ronduit gezegdU kunt
mijn dochter niet trouwen. Over 't ge
heel k^m ik goed met u opschieten, u
bent een goed handelsman, on het
doet mij veel leed u te moeten afwij
zen, maar in mijne ondernemingen
steekt het kapitaal van mijn vriend
Goodwin, en er is tusschen ons va
ders uitgemaakt, dat de zoon van
Goodwin met Florine trouwen zal.
Geef ik nu Florine aan u, dan trekt
Goodwin zijn kapitaal in, en ik ben
failliet. U zelf beschikt niet over veel
kapitaal, al is ook uw arbeidskracht
en uwe bekwaamheid groot. LI ziet
dus, dat de zaak niet gaat.
Onder deze omstandigheden zie
ik dat in, zei Ilarry. Ik vraag u dus
om mijn ontslag.
Dat zult u hebben. Binnen acht
dagen zal ik voor u wol een opvolger
gevonden hebben, en dan kunt u
heengaan. De liefde tusschen u en
Florine i3 nog jong. Jullie zult elkaar
binnen korten tijd vergeten zijn, U
weet hoe spoedig men anders gaat
denken, wanneer men elkaar niet
meer ziet. Nogmaals u zoudt me als
schoonzoon heel welkom zijn geweest,
maar Goodwin heeft recht op mijne
dochter voor zijn zoon en ik heb zijn
kapitao' Niet waar, de aangelegen
heid is tv -Ie meest correcte wijze tus
schen ons afgehandeld
Zeer zeker, mijnheer Graham.
Do mannen schudden elkaar do
hand en Wallstone ging heen. Hij
zag wel in, dat er niets meer te doen
viel .Graham had volkonien gelijk.
Het was wel is waar pijnliilc maar
als de zaken in 't spel komen, 'dan
moet al het andere wijken.
Een luid gekraak schrikte heau bel
den uit hunne gedachten op.
Zij keken van waar het geluid
kwam. Het boortoestel der firma Ash
ton en Barber was gedeeltelijk Inge
stort en een geweldige straal petro
leum schoot omhoog. Er moest een
reusachtig onderaardsch petroleum-
bekken zijn aangeboord en de onder
hoogen druk staande gassen dreven
thans de petroleum in een machtige
fontein de lucht in.
Zoo iets wa3 te Barrelsville nog
nooit vertoond.
Zooals reeds gezegd, lag de petro
leum, die men in andere, minder die-
po schachten had gevonden, rustig
in dg onderaardsche bekkens en
moest door pompen naar boven ge
werkt worden.
Toestelion om een dergelljken straal
op te vangen, waren dan ook niet
voorhanden en zoo stonden zoowel
de arbeiders als de beambten der fir
ma Ashton en Barber geheel rade
loos.
Na een uur was er reeds een petro-
leumoverstrooming in de omgeving
van de boormachine en toen stroomde
een geheele rivier tusschen de boor
machines en gebouwen van Barrels
ville door. Uit de naburige plaatsen
werd telegraphisch hulp gecomman
deerd, rnaar alle pogingen mislukten.
Nog steeds was de kracht der gassen
zoo groot, dat iedere pijp, dio men
in de opening van het gat zette er
weer uit geslingerd werd. In de stra
ten stond de petroleum drie voet hoog
011 de bewoners der stad begonnen te
vluchten. Het work stond overal stil.
Eindelijk op den derden dag, na
dat millioenen liters petroleum uit
het gat -waren gestroomd, scheen de
kracht van de gassen minder te wor
den. Het gelukte aan een paar moedi
ge en flinke arbeiders den straal op
te vangen en in hun macht te krij
gen.
Maar daarmee was alleen nog maar
iets gewonnen voor de firma Ashton
en Barber, de toestand voor de stad
bleef buitengewoon gevaarlijk. Het
ongeluk was niet te overzien, wan
neer slechts een enkele onvoorzichtige
een lucifer wegwierpDan zou de
petroleum in brand raken en Barrels
ville met al zijn inrichtingen en ge
bouwen zou binnen weinige uren in
vlammen zijn opgegaan. Eigenaars
en arbeiders vereenigden zich om de
petroleumplaag te ontkomen. Met
vaten schepten-- zij de vloeistof op en
grosven een geul om van daar de pe
troleum ln een oude rivierbedding te
laten stro omenwaar men haar weer
opving. Maar de grond van Barrels
ville wa3 tot op een diepte van een
meter met petroleum doortrokken en
het vreeselijke gevaar voor brand
bleef aanhouden.
Harry was vroolijk, toen de acht da
gen voorbij waren, en hij zijn trac-
Eement ontving, en vertrekken kon.
Mag ik uwe familie nog een af
scheidsbezoek komen maken vroeg
hij.
Ik verzoek u, dat niet te doen,
antwoordde Graham. Mijn dochter
weet, dat u haar echtgenoot niet kunt
worden. Ik heb haar de redenen daar
voor uiteengezet en zij heeft er zich
bij neergelegd. Ze zal niet met u ont
vluchten of een dergelijke domheid
uithalen, want ze weet, dat ik haar
I11 dat geval onterven zou. U blijft
hoop ik niet lang meer in cleze
streek
Ik denk hier nog eenige dagen
te blijven, maar u staat toch toe, dat
ik een afscheidsbrief aan uwe doch
ter schrijf?
"Voor mijn part, mijnheer Wallsto
ne. Zooals ik zelde, het spij't me zeer,
dat u mijn schoonzoon niet worden
kunt. Vaarwel.
Het was den dag nadat Harry zijn
ontslag had gekregen, toen er te Bar
relsville brand uitbrak. Wat men
vreesde was dus geschied. Alles, wat
armen had, snelde tor hulpe. Ook
Harry. De spuiten en andere blusch-
toestellen uit Sharpsville gearriveerd,
waren weldra op weg naar de plaats
des onheils. De meeste huizen van
Barrelsville waren van hout en tot
op een halven meter hoogte hadden
ze dagen lang in de petroleum ge
staan. In een van deze houten hui
zen was door onvoorzichtigheid brand
ontstaan en de vlammen vonden een
welkom voedsel in de met petroleum
doorweekte deurposten en balken.
Onophoudelijk giiig de brand ver
der men zag weldra in, dat alle po
gingen tot blusschen vergeefs wa
ren. In een oogwenk gingen geheele
huizenrijen in vlammen op en weldra
zag men iets zeer eigenaardigs.
Door de hitte van 't vuur ontwikkel
den zich uit dèn van petroleum door
weekten grond gassen, welke eveneens
aangestoken werden. Zoo was het mo
gelijk, dat huizen,, die tamelijk ver
van Barrelsville verwijderd waren,
ook plotseling 111 vlammen opgingen.
Als dwaallichten huppelden de
Vlammen, voedsel vindend aan de op
stijgende gassen, over het vrije veld.
Tegen don middag wist men, dat
geheel Barrelsville -verloren was. De
mensehen moesten zich beperken in
do van den brand het verst verwijder
de huizen het eigendom der bewoners
te bergen. Ook deze moeite bleek wel
dra te vergeefs, want ook de buiten
vrijstaande hutten vlogen in brand
door het uit den grond opstijgende
gas..
Toen hot avond werd, had liet ge
vaar zijn toppunt bereikt. nwn
steeds had gevreesd, begon tuuns
het vuur sprong op een in werkiug
zijndo petroleunischacht over. Het
tastte don boortoren aan, vernielde al
het houtwerk, en ten slotte vatte een
reusachtige tank, een verzamelbekken
dat ongeveer honderdduizend vaten
petroleum bevatte, vuur. Een ontzet
tend zwarte, dikke walm steeg tegen
den hemel op en werd toen door den
wind verder gedragen, ook do afgele
gen plaatsen verkondigden, dat een
geweldige brand was uitgebroken.
Vervolgens ontplofte een tweede tank,
en de brandende petroleum stortte
zich over het volgende boorwerk en
zette ook dit in vlammen. Toen de
morgen kwam, scheen het lot van al
le petroleum schachten beslist. Men
had getracht aarden wallen op to
werpen om het vuur te koeren en de
brandende petroleum tegen te houden
maar ook het zand, waarmee iriefide
wallen opwierp, was van petroleum
doortrokken, en spelend huppelden
de vlammen over den aarden wal en
tastten het naastbij zijnde pompwerk
aan.
De spoorweg bracht uit da naburige
groote steden beroepsbrandweer te
hulp, maar de petroleum gassen spot
ten met elke bestrijding.
De brand was ook de terreinen van
Graham genaderd, en bovenal lag de
raffinaderij met hare reusachtige bas
sins, waarin millioenen liters petro
leum werden bewaard, heel gevaar
lijk.
Graham zat wanhopig in zijn bu
reau. Den volgenden morgen was hij
een bedelaar, want zijn fabrieken wa
ren niet verzekerd, omdat wegens het
groote brandgevaar de verzekerings
maatschappijen voor deze petroleum-
werken een bijna ongehoorde premie
verlangden. Alle voorraden, alle ge
bouwen en machines, alles, alles ging
hoogstwaarschijnlijk dien nacht ver
loren zijn eigen kapitaal en dat
van zlin vriend Goodwin.
Laat in don namiddag verscheen
deze, die van den ontzettenden brand
in Barrelsville had gehoord. Hij stel
de voor den brand met chemicaliën te
bestrijden. Deze poging werd ook ge
daan, maar ze mislukte volkomen.
Nog maar onkele uren bloef den bei
den eigenaars Goodwin en Graham
over. Reeds was de hitte van het na
derende vuur zoo groot, dat men het
nog nauwelijks in do houten gebou
wen kon uithouden. Het noodlot was
dus niet meer af te wenden.
Verslagen, gebroken, zaten de bei
de compagnons in het bureau, toen
Harry binnentrad.
Wij hebben niet veel tijd te ver
liezen, mijne heeren, zei hij. Ik hoor
de, dat mijnheer Goodwin hier was,
on ik dacht, dat wij met elkaar za
ken konden doen. Binnen drie uur
zal ook hier do heele boel in brand
staan. Uw geld, mijnheer Graham en
mijnheer Goodwin, gaat verloren,
want u bent niet verzekerd. JaxnmeT
vaai de fabrieken Wat geeft u me,
wanneer ik den brand blusch
U wilt den brand blusschen
vroeg Goodwin met een verachtelijk
lachje.
Maar Graham nam deze laatste
kans met beide handen aan.
Wat. kunt u dat? riep hij op
springend. Dan maar gauw, gauw, 't
is hoog tijd I
- Kalmpjes^ kalmpjes, mijnheer
Graham, zaken gaan voor. Wat geeft
u me
Wat verlangt u, mijnheel* "Wall
stone
U kunt het wel denken, mijnheer
Graham: de hand van uw dochter.
Bovendien zal ik als deelnemer in de
firma worden opgenomen. Daar mijn
heer Goodwin juist hier is, kunnen
we de zaak gemeenschappelijk be
spreken. Wil mijnheer Goodwin zijn
geld redden, dan moet hij zich ver
plichten mijn huwelijk met Florine
toe te staan, zonder' u het kapitaal,
waarmee hij bij u deelnemer is, op
te zeggen. Wil hij het niet, dan zal
hij zijn geld verliezen, en u het uwe.
Ik zet u in zekeren zin het pistool op
de borst, mijnheer Graham, maar za
ken zijn zaken, u hebt mot mij niet
anders gehandeld en thans zijn voor
mij de kansen gunstig.
Goodwin en Graham overlegden
een oogenblik met elkaar, toen zei
Goodwin
Gosd, mijnheer Wallstone,
bluscht u den brand, en ik verklaar
het met uwe voorwaarden eens te
zijn. Ook mijnheor Graham geeft zijn
toestemming. Wij staan u toe als deel
nemer in de firma op te treden. Redt
u de geheele zaak, en een vierde er
van zal u toebehooren en uw aandeel
vormen.
Dat is dus in ordezei Harry,
nadat hem de beide eigenaars ten
toeken van de bekrachtiging hunner
belofte de hand hadden gegeven. Ik
zal de zaak voorbereiden, ondertus-
schen stelt u onze overeenkomst
schriftelijk op. Direct na de onder-
fceekening daarvan begint mijn red
dingswerk. Is er vuur onder de ke
tels, mijnheer Graham?
Neen, we hebben het uit vrees
voor brand gebluscht.
Dan moot vuur gemaakt worden.
We moeten binnen drie kwartier,
hoogstens een uur, stoom op hebben.
Er moet met overblijfselen uit de raf
finaderij gestookt worden, zoodat we
een flink vuur krijgen. Laat u door
de war kb e l de werklieden bijeenroe
pen.
Tien minuten later loeiden onder
de ketels der pompen de vlammen en
daar de petroleum-afval niet ge
spaard werd, en daardoor een buiten-
gowoon hevige en heete vlam werd
verkregen^ steeg de stoomspanning
in de manometers reeds na korten
tijd. Ondertusschen was het verdrag
onder teek end en Ilarry liet de groote
loeren slangen, die anders aan de
pompen waren verbonden om de pe
troleum naar de reservoirs te voeren,
aaneenkogpelen en gereed leggen.
Een uur later was hij met zijn voor
bereidselen klaar. Reeds naderden en
kele vlammen, de sporen van het uit
den grond opstijgende gas volgend,
ook het fabrieksterrein van Graham,
nog kon men onkele kleine vlammen
uitslaan mot natte doeken, ja zelfs
uittrappen, maar een stroom bran
dende petroleum kwam thans van de
naburige sclmNi'en aangestroomd
over een hree'" minstens dertig
meter, on daartegv..»OYer scheen geen
redding mogelijk. 1 f
Harry had opgemerkt, dat branden
de petroleum door hot onttrekken van
lucht gebluscht kan worden. Zelfs het
uitstrooien van aarde helpt niets,
wanneer dezo eveneens mot petroleum
doortrokken is, want gooit men de
aarde op de petroleum, dan ontwik
kelen zich direct gassen, die opnieuw
doorbranden. Wanneer echter ge
makkelijk ontvlambare, ongeraffi
neerde ruwe olie in een kleine meta
len schaal wordt aangestoken, dan
kan men de vlam uitblazen. Thans,
nu hot het uitdooven in het groot
betrof, kwam I-Iarry op de gedachte,
door gebruikmaking van stoom het
uitdooven te verrichten, en hij hoop-
ite, dat de stoom de vlammen van
hun zuurstoftoevoer zouden berooven
on zo zou uitblazen.
Toen de brandende petrolsum-
etroom zoover was genaderd, dat
men de stoom uit de lederen slan
gen kon laten stroomen, werden de
noodige signalen naar het ketelhuis
gegeven en mot luid gesis en gebruis
spoot de stoom uit de slangen en het
vuur to gernoet. Eerst schoen die aan
val geen resultaat te hebben, maa>*
reeds na enkele minuten wisten de
arbeiders hoe ze de slangen moesten
bantoeren en hot gelukte werkelijk
•den brandenden stroom langzamer
hand uit to doovon.
Drie uren duurde dit werk, terwijl
het stoken uit alle macht werd voort
gezet. Hot was een geluk, dat de wa
terpompen, die den ketel voedden,
niet weigerden, en dat men genoeg
petroleumvaten had om voortdurend
lievige vuren onder do ketels aan te
houden. Ook de gassen, die zich uit
den grond ontwikkelden, konden met
behulp van de stoomstralen gedoofd
worden.
Het terrein van Graham en twee
naburige petroleumwerken waren ge
red. Ook dat der firma Ashton Bar
ber, wier petroleummassa's eigenlijk
de schuld van de ramp droegen, ble
ven behouden.
Daar de heeren Ashton Barber
ook aanwezig waren, had Goodwin
van de goede gelegenheid gebruik ge
maakt om op het oogenblik van het
grootste gevaar nog goede zaken te
doen. Voor Harry met zijn blus-
schingspogingen begon, moesten Ash
ton en Barber eveneens aannemen,
dat al hun bezittingen eveneons verlo
ren waren, en het reusachtige pefcro-
leumbekken, dat zij aangeboord had
den, voor hen niets meer waard was.
Toen derhalve Goodwin plotseling
bij hen binnenkwam on vroeg of ze
hun petroleumwerken wilden verkoo-
pon, waren ze-ten hoogste verbaasd,
maar overlegden niet lang. Aan den
oenen kant hadden zij de volkomen
verwoesting van hunne bezittingen
voor oogon, aam den anderen kant de
mogelijkheid, toch minstens een deel
der waarde te redden. Zij namen het
zekere voor het onzekere en verkoch
ten aan Goodwin en Graham hun ge
heele terrein, dat later bijna onuit
puttelijk bleek.
Den volgenden dag, na het afwen
den van hef gevaar, werd in de villa
van Graham de verloving van Harry
met Florine, en de deelneming van
den nieuwen compagnon in de firma
Graham, Goodwin Co. gevierd. Alle
partijen waren tevreden met den af
loop der zaak en dat kan van alle
zaken niet gezegd worden.
(Pr. Gr. Ct.)
Binnen.
Kapitein Jean Richard. Gij hebt mij
laten roepen?
Merlin Thionville wees den kapi
tein een stoel en pookte het houtvuur
op.
Richard bleef echter staan, hij
wachtte in militaire houding-
Merlin Thionville liep zenuwachtig
heen en weer, zijn voetstappen klon
ken hol in den kelder, waar zij zich
bevonden om beveiligd te zijn tegende
bommen van den vijand.
Het was Messidor van het jaar I
der Fransohe Republiek (1793) en se
dert drie maanden waren de Fram-
schen ingesloten te Mainz, dat door
de Pruisen werd gebombardeerd.
Merlin bleef voor Richard staan en
zelde:
Wij zijn tot het uiterste.
De kapitein verbleekte.
Wanneer binnen een maand dé
Republiek niets voor ons doet...
Hij voltooide den zin niet, maar dat
was niet noodig; Richard begreep hem
volkomen: wanneer cr niet spoedig
spoedig hulp kwam, zouden de Fram-
scheri Mainz moeten overgeven. Dit
moet tot eiken prijs voorkomen wor
den, tot eiken prijs.
Men heeft mij gezegd, dat gij een.
goed ruiter zijt, hernam Merlin.
Ja, burger.
Ik zend u wellicht den-dood te
gemoet.
Het zij zoo.
Merlin Thionville gaf hem een pa
pier.
Een brief voor Custine. Ik heb
dicht Ln elkaar geschreven, opdat gij
hem heter zult kunnen verbergen. Ilc
beschrijf hem onzen toestand to; in
de kleinste bijzonderheden. Als deze
brief irt die handen der Pruisen viel,
was 't met ons gedaan, zij mógen niet
weten, dat wij van honger vergaan.
Zij zullen het niet weten.
C moet te paard den Rijn over
trekken. Durft ge?
Gapet XIV heeft het ook wel ge
daan.
Twee kilometers stroomopwaarts
Do vijand ligt lager.
Tot uw orders, burger-vertegen
woordiger.
Merlin monsterde hem van hoofd tot
voeten.
Gij hebt geen laarzen, Germain,
De grenadier, die in een hoek zat
te dutton, stond op,
Haal èen paar laarzen en olie.
In een 0na:wenk was de grenadier
terug met 0paar hooge laarzen van
een Duitschen postillon. Het leer was
hard geworden, maar de grenadier
smeerde 't met olie in, die ten slotte
langs de laai-zen droop en toen wa
ren zij in zooverre zacht geworden,
dat Richard ze kon aantrekken.
Vervolgens w'! 1 - het vuur
gaan maar de grenadier trok hem
aan den arm terug en riep:
Pas op, gij zoudt branden als
dor hout met die geoliede laarzen,
burger-kapitein, Richard ging heen
na een militairen groet aan Merlin
Thionville, die aan de ruw-houtcn ta
fel zat.
Op een hoeve nabij Mainz had de
belegeraar, de Pruisische generaal
Wurmser, zijn hoofdkwartier opge
slagen.
Den Pruisen ontbrak het non niets,
die generaal hau a.jxi stafolficxc^.. bij
zich aan een goed voorzien diner ge-
noodigd en de Fransche wijn stroom
de over de tafel, waarop gebraden
vleesch en heerlijke visch uit den
Rij nstond, terwijl het tafelzilver
glinsterde in het geelachtig schijnsei.
Het ging er vroolijk toe en
champagne dronk men op den onder
gang dor nieuwe Republiek.
Een trompetter-majoor trad binnen
«n bleef in onberispelijke houding
aan de deur staan tot het den gene
raal zou behagen hem aan te spre
ken.
Wat Is er? vroeg Wurmser.
De huzaren van Wolfrat hebben
een kapitein der patriotten gevangen
genomen.
Wanneer?
Een uur geleden op den anderen
oever.
Waar is hij?
Hier.
Breng hem voor ons.
Hij verzette zich als een razende
en daarom hebben wij hem de han
den op den rug gebonden.
Goed.
De trompetter-majoor ging heen.
Een officier der patriotten.
Dat nieuws ging als een loopend
vuurtje da tafel rond.
Aller oogen richtten zich naai* de
deur.
Richard trad binnen met gebonden
handen.
Generaal Wurmser keek hem spot
tend aan en vroeg:
Zoo burger, komt ge ons eens
vertellen over hoeveel dagen wij ta
Mainz zullen zijn?
De kapitein haalde minachtend de
schouders op.
Zoodra ge er als krijgsgevangene
wordt bnnengebracht.
wordt binnengebracht.
Generaal Wurmser dronk zijn glas
uit en bleef kalm zittten.
Hij had een papier bij zich, zel
de de trompetter-majoor, dat zeker
een belangrijke mededeeling inhield,
want toen hij gevangen werd, was
zijn eerste beweging het in te slik
ken.
Wurmser en de stafofficieren, ke
ken elkaar aan en daarop vroeg eerst
genoemde aan den trompetter-ma
joor:
Waar ging hij heen?
Westwaarts.
Ha, dius naar Custine.
Dit gaf den opperbevelhebber te
denken.
Hij heeft zes huzaren gedood, eer
wij hem gevangen hadden, hernam
de trompetter-majoor.
Zoo.
Generaal Wurmser wenkte een
kleinen grijsaard met lange haren,
dia een groenen rok met fluweelea
kraag droeg en niets militairs over
2ich had.
Heer dokter, die man heeft in 'fe
lichaam een papier, dat ons zal in-
llGhten omtrent hetgeen er te Manz
voortvalt. Dat moet ik hebben.
Uw excellentie kan er op reke
nen. Ik zal hem een braakmiddel in
geven, of zoo het noodig is, de maag
opensnijden.
De oogen van kapitein Richard fon
kelden. Men bracht hom naar een na
burig vertrek en een dragonder werd
voor de deur op post gezet en met ge
trokken sabe!.
In die kamer, waar Richard alleen
was, brandde een groot houtvuw.
Hij schuimbekte van woede, toen
hij bedacht, dat hij Mainz aan den
vijand zou overleveren.
Zijn handen waren nog steeds ga
bonden. Hij rukte met uitersto in
spanning van krachten aan de koor
den, maar deze waren te stevig en
weerstonden zijn spierkracht.
Toen voelde hij zich zwak en ween*
de.
Voor zijn geestesoog zag hij zijn
moeder, zijn vaderland, het bombar
dement, de republikeinen van zijn
compagnie, Merlin Thionville, Ger
main, die zijn laarzen met olie in
smeerde.
Germain.
Die naam was hem als een open
baring.
Pas op, gij zoudt branden als
dor hout.
Richard wierp het hoofd fier in d«u
nek.
II ijhoorde de vlammen knetteren
onder den schoorsteen, het rossige
schijnsel van het vuur wierp eon on
zeker licht ln het vertrek.
In de verte zong een Duitscha sol
daat een vaderlandsch liedje, hei ge
luid drong slechts zwak tot hem door;
bij wijten word het refrein door an
deren in koor herhaald.
Dat gezang hlonk hem als een doo-
denzang in de ooren.
Nu aarzelde hij niet langer, trad
vastberaden op het vuur toe «n stak
er zijn beide voeten in, nadat hij op
een houten bankje voor den schoor
steen was gaan zitten.
De olie vatte dadelijk vlam, Ri
chard brandde als een toorts.
Toen de dokter een uur later met'
zijn middelen en zijn instrumenten
naar den patriotten-kapitein ging,
vond hij slechts een verkoold lijk.
BLOEMENGEUREN.
Prof. Ed. Verschaffeit heeft een be
knopte studie gepubliceerd over „bloe
•mengeur". Het is verschonen in het
Chemisch Weekblad. De Amsterdam-
sche hoogleeraar heeft daarin vooral
getracht eon gedocumenteerd litera
tuuroverzicht te leveren over het on
derworp in quaestie. Aan het, opstel