Een moedig krijgsman in mijn lot to schikken. Ik nam het besluit slechts een uur of wat op te blijven, en dan stipte orders te geven dat men mij den volgenden morgen vroeg zou roepen, om mijn ontdek kingstocht door London's straten te kunnen beginnen. Tot nog toe had ik over de bedie ning niet te klagen gehad, maar de zonderlinge manieren van den eersten kellner uit het logement begonnen thans mijn wrevel op te wekken. Ik kon niet nalaten op te merken, dat hij dfcspunt van zijn servet voor zijn mond hield, toen ik mijn avondeten bestelde, waartoe ik vleesehpastei en een flesch poorter had gekozen. Waarom lach je toch? zei ik op strengen toon, toen ik den man weer o pbedekte manier zag grinniken, ter wijl hij 't gevraagde voor me neerzet te: „is 't hier in Londen zoo iets won derlijks, dat iemand vleesehpastei Voor z'n avondeten gebruikt? Voor z'n avondeten? Neen, men heer, Maar als ontbijt dat is iets heel ongewoons. Als ontbijt? herhaalde Ik. Wat bedoel je? 't Is eigenlijk belachelijk, dat een natie, die zonder tusschen- poos dag en nacht dooreet, een of an der maal zulk een naam zou geven. Maar het avondeten ontbijt te noe men is toch wel 't toppunt van dwaas heid. Wel, menheer, we noemen 't hier 'ontbijt, misschien dat een vreemde ling. zooals u, die naar bed gaat da delijk na de lunch, en die er zulke bijzonder vreemde uren op na houdt, 't wel bij een anderen naam noemt. M'n goede man, zei ik, laten we geen ruzie maken. Ik voel me niet heel wel en 't is alsof mijn hoofd rond draait terwijl ik naar je luister. Hij mompelde iets dat ik niet geheel verstond, van geen wonder en vleesch pastei en poorter Yoor ontbijt; maar in elk geval hoorde ik duidelijk dat hij zei „voor ontbijt." Je spreekt er van, m'n goede En- igelschman, gang ik voort, dat ik er zonderlinge ureo op na houd. Ik heb hier in je hoofdstad nu één boelen nacht doorgebracht, en begin aan den tweeden, en ik heb tot mijn verbazing gemerkt, dat niemand naar bed gaat, maar iedereen eet en drinkt en aan zijn bezigheden gaat, precies alsof 't klaarlichte dag was. Maar, menheer, 't is dag, be toogde de kellner, met een ernstig ge zicht, 't is nu halftien in den mor gen. Dag! Morgen! riep ik, terwijl ik in de door gas verlichte kamer rond keek, en toen door de ramen een blik wierp In de door gas verlichte straten en op de grauwe, donkere lucht. Groote hemel, noem je dit dag? Zeker, menheer; en een Yrij goe de dag nog wel voor November. Maar de zon? Waar is de zon gebleven? 'k Weet het niet, menheer. Die gaat, denk ik, naar 't buitenland des winters, tegelijk met de groote lui. We hebben in dezen tijd van 't jaar geen zon in Londen." Ik was in de hoogste mate ontdaan over de mededeeling die me gedaan .werd. Ik had wel eens in een gedicht iets gelezen over „een land waar het altijd middag was, maar van een of ander land beneden da Noordpool, waar 't altijd nacht was, had ik niet gelezen, en ik had nooit van 't be staan van zulk een land gehoord. Omtrent èen zaak slechts was ik in staat onmiddellijk een besluit te ne men; 't was dat het plan omtrent na turalisatie moest worden losgelaten. Naar huls, de kortste weg naar huis! was de kreet die in mijn binnen ste weerklonk. Wat mijn voorgesteld bezoek aan Essex betrof ik zocht dien naam op in een encyclopaedic en bespeurde dat die streek beschre ven werd als laag gelegen, moerassig en onderhevig aan neveldampen," zuodat iedere beweging in die rich ting huiten quaestie was. Als de we reldstad met haar millioenen gaslam pen, haar electrisch licht, en al de voordeelen van wetenschap en be schaving, niet in staat was een meer heldere atmosfeer aan- te bieden dan die ik nu aanschouwde zonder zon, zonder maan, zondier sterren, groote hemel! wat moest Essex dan wel we zen? Dat er van jachtgenot geen spra ke zou kunnen zijn, hieraan viel, meende ik, in 't minst niet te twijfe len, en het schieten op nachtuilen en vleermuizen lokte me niet aan. Ik schreef dus een briefje aan mijn vriend, waarin ik hem meedeelde, dat ik door onvoorziene omstandigheden, genoodzaakt werd van mijn plan af te zien, terwijl ik de hoop uitdrukte later eens gelegenheid te zullen vin den hem het voorgenomen bezoek te brengen. Het eerste gedeelte van mijn schrijven was waar; het tweede was volstrekt niets meer dan een beleefd heidsvorm, want 't besluit stond bij mij onwrikbaar vast, om, zoolang ik leefde, nimmer meer een voet op den bodern van dit afschuwelijk land te zetten. Om één uur 's namiddags, zooals geheel onnoodig in het spoorboekje vermeld stond (want namiddag en voormiddag waren allebei 't zelfde) reed ik langs de door gas verlichte Straten naar het door gas verlichte station, en nam mijn plaatskaartje naai* huis. Wij mogen dan in Frankrijk niet zoo rijk en niet zoo verstandig zijn, we mogen ons niet op zoo'n uitsteken de constitutie kunnen beroemen, noch politieke, noc hphysieko, ais die goe de Engelschen; maar bij ons volgt ten minste de dog op den nacht, het hceie jaar door. De zon schijnt hier, zelfs op de onrechtvaardlgen, terwijl in Engeland, drie maanden van het jaar, Aristides zelf met een lantaarn zou moeten rondgaan precies als ware hij Diogenesl (Vad.). Zaken gaan voor. In het jaar '1889 was men te Bar relsville (Pennsylvanië), met de ex ploitatie van acht verschillende pe- troleumwerken bezig. Op een diepte van honderdtwintig meter had men rijke petroleumhronnen ontdekt, wier inhoud met pompen naai' hoven wercl gehaald. Barrelsville was in den tijd van drie maanden ontstaan, en telde ongeveer tweehonderd huizen. Het plaatsje noemde zich stad, want het had oen kerk en drie herbergen, maar stond niet in een goeden reuk, wat eigenlijk heel begrijpelijk is, want de geheele streek rook zoo ontzettend naar petroleum, dat do vreemdelin gen, die voor bet eerst te Barrelsville kwamen,.niet wisten hoe ze zich hou den moesten. Maar men went aan al les zelfs aan petroleumsfcank, tenslot te merkt men het niet eens meer. Een der rijkste en aanzienlijkste aandeelhouders Ln de bronnen was Samuel Graham, die een villa had in het naburige plaatsje Sharpsville. Daar woonde hij met zijne vrouw en zijne dochter Florine. Mevrouw Gra ham was altijd ziek, en Florine ver veelde zich des te meer, omdat er in Sharpsville noch in Barrelsville con certen, comedies on partijen werden gegeven. Graham had in den laatsten tijd op eenigon afstand van 2ijn petroleum- bronnen een raffinaderij aangelegd, waarin de petroleum dadelijk van on zuiverheden gereinigd werd. Daar de bijproducten eveneens een goeden af zet vonden, maakte hij prachtige za ken. Ten slotte verkochten ook de an dere bron-eigenaars hunne ruvyo pe troleum aan hem, zoodat de raffina derij steeds vergroot moest worden. Als opzichter der raffinaderij had hij een jongen Yankee uit Connecticut laten komen, die zijn zaakjes voor treffelijk verstond en voor handels man in de wieg was gelegd. Hij heet te I-Iarry Wallstoue, was chemicus, en niet alleen zeer geschikt voor zijn vak, maar ook zeer aangenaam in ge zelschap, sportman, waarom Graham hem dan ook dikwijls ontving, om de zich vervelende dames te amuseeren. Zoo waren Harry en Florine dikwijls bij elkaar, praatten gezellig met el kaar en het sprak bijna van zelf, dat ze op elkaar verliefd werden. Graham merkte hier niets van, want hij liet ten eerste zijn dochter geheel vrij in haar dóén en laten, en ten tweede had hij het hoofd steeds vol zorgen over zijn zaak. Juist thans waren zijne zorgen zeer groot. Te Barresvillo was plotseling een nieuwe firma gekomen, die proe ven nam met 'boren de firma Ashton en Barber. Ze hadden een adviseur meege bracht, een geoloog, die een nauw keurig onderzoek instelde en toen verklaarde, dat in de nabijheid van Graham's raffinaderij zich een on der aardsch e petroleumbron bevond. Graham on de andere grondbezit ters lachten, want op die plaatsen was herhaaldelijk naar petroleum ge boord, zonder dat men iets gevonden had. De petroleurn ligt immers, zooals bekend is. ingesloten in holen in den grond en deze schenen zich daar niet te bevinden. Maar Ashton en Barber hadden geld; ze schaften zich een boortoestel aan en boorden. Toen zij tot een diepte van honderdtachtig me ter gekomen waren, vertoonden zich sporen von petroleumhoudend water. Dat maakte Graham bezorgd. Er dreigde ee.n groot nadeel voor de ge heele zaak te Barrelsville, wanneer Ashton en Barber werkelijk succes hadden. Bovendien had de adviseur beweerd, dat op de plaats waar ge boord werd, zich de* grootste petro- leum-vindplaats van den ganschen omtrek bevond. Het was dus niet juist op een ge lukkig oogenblik, dat Harry Wallsto- ne bij Graham kwam met zijn huww- lijksvoorstel. Maar Graham scheen toch niet ver baasd en nog minder boos te zijn. Ga zitten ,zeide hij gemoedelijk, neem een sigaar en laten we in alle kalmte de zaak bespreken. U hebt dus mijn dochter lief Ja, antwoordde Harry, en uwe dochter heeft mij ook lief. Natuurlijk wenschen we nu samen te trouwen. Heel natuurlijk. Dat is voor u ook geen slecht zaakje. Ik zou juist evenzoo gedaan hebben. Dus laat ons deze aangelegenheid heel correct be handelen. Ronduit gezegdU kunt mijn dochter niet trouwen. Over 't ge heel k^m ik goed met u opschieten, u bent een goed handelsman, on het doet mij veel leed u te moeten afwij zen, maar in mijne ondernemingen steekt het kapitaal van mijn vriend Goodwin, en er is tusschen ons va ders uitgemaakt, dat de zoon van Goodwin met Florine trouwen zal. Geef ik nu Florine aan u, dan trekt Goodwin zijn kapitaal in, en ik ben failliet. U zelf beschikt niet over veel kapitaal, al is ook uw arbeidskracht en uwe bekwaamheid groot. LI ziet dus, dat de zaak niet gaat. Onder deze omstandigheden zie ik dat in, zei Ilarry. Ik vraag u dus om mijn ontslag. Dat zult u hebben. Binnen acht dagen zal ik voor u wol een opvolger gevonden hebben, en dan kunt u heengaan. De liefde tusschen u en Florine i3 nog jong. Jullie zult elkaar binnen korten tijd vergeten zijn, U weet hoe spoedig men anders gaat denken, wanneer men elkaar niet meer ziet. Nogmaals u zoudt me als schoonzoon heel welkom zijn geweest, maar Goodwin heeft recht op mijne dochter voor zijn zoon en ik heb zijn kapitao' Niet waar, de aangelegen heid is tv -Ie meest correcte wijze tus schen ons afgehandeld Zeer zeker, mijnheer Graham. Do mannen schudden elkaar do hand en Wallstone ging heen. Hij zag wel in, dat er niets meer te doen viel .Graham had volkonien gelijk. Het was wel is waar pijnliilc maar als de zaken in 't spel komen, 'dan moet al het andere wijken. Een luid gekraak schrikte heau bel den uit hunne gedachten op. Zij keken van waar het geluid kwam. Het boortoestel der firma Ash ton en Barber was gedeeltelijk Inge stort en een geweldige straal petro leum schoot omhoog. Er moest een reusachtig onderaardsch petroleum- bekken zijn aangeboord en de onder hoogen druk staande gassen dreven thans de petroleum in een machtige fontein de lucht in. Zoo iets wa3 te Barrelsville nog nooit vertoond. Zooals reeds gezegd, lag de petro leum, die men in andere, minder die- po schachten had gevonden, rustig in dg onderaardsche bekkens en moest door pompen naar boven ge werkt worden. Toestelion om een dergelljken straal op te vangen, waren dan ook niet voorhanden en zoo stonden zoowel de arbeiders als de beambten der fir ma Ashton en Barber geheel rade loos. Na een uur was er reeds een petro- leumoverstrooming in de omgeving van de boormachine en toen stroomde een geheele rivier tusschen de boor machines en gebouwen van Barrels ville door. Uit de naburige plaatsen werd telegraphisch hulp gecomman deerd, rnaar alle pogingen mislukten. Nog steeds was de kracht der gassen zoo groot, dat iedere pijp, dio men in de opening van het gat zette er weer uit geslingerd werd. In de stra ten stond de petroleum drie voet hoog 011 de bewoners der stad begonnen te vluchten. Het work stond overal stil. Eindelijk op den derden dag, na dat millioenen liters petroleum uit het gat -waren gestroomd, scheen de kracht van de gassen minder te wor den. Het gelukte aan een paar moedi ge en flinke arbeiders den straal op te vangen en in hun macht te krij gen. Maar daarmee was alleen nog maar iets gewonnen voor de firma Ashton en Barber, de toestand voor de stad bleef buitengewoon gevaarlijk. Het ongeluk was niet te overzien, wan neer slechts een enkele onvoorzichtige een lucifer wegwierpDan zou de petroleum in brand raken en Barrels ville met al zijn inrichtingen en ge bouwen zou binnen weinige uren in vlammen zijn opgegaan. Eigenaars en arbeiders vereenigden zich om de petroleumplaag te ontkomen. Met vaten schepten-- zij de vloeistof op en grosven een geul om van daar de pe troleum ln een oude rivierbedding te laten stro omenwaar men haar weer opving. Maar de grond van Barrels ville wa3 tot op een diepte van een meter met petroleum doortrokken en het vreeselijke gevaar voor brand bleef aanhouden. Harry was vroolijk, toen de acht da gen voorbij waren, en hij zijn trac- Eement ontving, en vertrekken kon. Mag ik uwe familie nog een af scheidsbezoek komen maken vroeg hij. Ik verzoek u, dat niet te doen, antwoordde Graham. Mijn dochter weet, dat u haar echtgenoot niet kunt worden. Ik heb haar de redenen daar voor uiteengezet en zij heeft er zich bij neergelegd. Ze zal niet met u ont vluchten of een dergelijke domheid uithalen, want ze weet, dat ik haar I11 dat geval onterven zou. U blijft hoop ik niet lang meer in cleze streek Ik denk hier nog eenige dagen te blijven, maar u staat toch toe, dat ik een afscheidsbrief aan uwe doch ter schrijf? "Voor mijn part, mijnheer Wallsto ne. Zooals ik zelde, het spij't me zeer, dat u mijn schoonzoon niet worden kunt. Vaarwel. Het was den dag nadat Harry zijn ontslag had gekregen, toen er te Bar relsville brand uitbrak. Wat men vreesde was dus geschied. Alles, wat armen had, snelde tor hulpe. Ook Harry. De spuiten en andere blusch- toestellen uit Sharpsville gearriveerd, waren weldra op weg naar de plaats des onheils. De meeste huizen van Barrelsville waren van hout en tot op een halven meter hoogte hadden ze dagen lang in de petroleum ge staan. In een van deze houten hui zen was door onvoorzichtigheid brand ontstaan en de vlammen vonden een welkom voedsel in de met petroleum doorweekte deurposten en balken. Onophoudelijk giiig de brand ver der men zag weldra in, dat alle po gingen tot blusschen vergeefs wa ren. In een oogwenk gingen geheele huizenrijen in vlammen op en weldra zag men iets zeer eigenaardigs. Door de hitte van 't vuur ontwikkel den zich uit dèn van petroleum door weekten grond gassen, welke eveneens aangestoken werden. Zoo was het mo gelijk, dat huizen,, die tamelijk ver van Barrelsville verwijderd waren, ook plotseling 111 vlammen opgingen. Als dwaallichten huppelden de Vlammen, voedsel vindend aan de op stijgende gassen, over het vrije veld. Tegen don middag wist men, dat geheel Barrelsville -verloren was. De mensehen moesten zich beperken in do van den brand het verst verwijder de huizen het eigendom der bewoners te bergen. Ook deze moeite bleek wel dra te vergeefs, want ook de buiten vrijstaande hutten vlogen in brand door het uit den grond opstijgende gas.. Toen hot avond werd, had liet ge vaar zijn toppunt bereikt. nwn steeds had gevreesd, begon tuuns het vuur sprong op een in werkiug zijndo petroleunischacht over. Het tastte don boortoren aan, vernielde al het houtwerk, en ten slotte vatte een reusachtige tank, een verzamelbekken dat ongeveer honderdduizend vaten petroleum bevatte, vuur. Een ontzet tend zwarte, dikke walm steeg tegen den hemel op en werd toen door den wind verder gedragen, ook do afgele gen plaatsen verkondigden, dat een geweldige brand was uitgebroken. Vervolgens ontplofte een tweede tank, en de brandende petroleum stortte zich over het volgende boorwerk en zette ook dit in vlammen. Toen de morgen kwam, scheen het lot van al le petroleum schachten beslist. Men had getracht aarden wallen op to werpen om het vuur te koeren en de brandende petroleum tegen te houden maar ook het zand, waarmee iriefide wallen opwierp, was van petroleum doortrokken, en spelend huppelden de vlammen over den aarden wal en tastten het naastbij zijnde pompwerk aan. De spoorweg bracht uit da naburige groote steden beroepsbrandweer te hulp, maar de petroleum gassen spot ten met elke bestrijding. De brand was ook de terreinen van Graham genaderd, en bovenal lag de raffinaderij met hare reusachtige bas sins, waarin millioenen liters petro leum werden bewaard, heel gevaar lijk. Graham zat wanhopig in zijn bu reau. Den volgenden morgen was hij een bedelaar, want zijn fabrieken wa ren niet verzekerd, omdat wegens het groote brandgevaar de verzekerings maatschappijen voor deze petroleum- werken een bijna ongehoorde premie verlangden. Alle voorraden, alle ge bouwen en machines, alles, alles ging hoogstwaarschijnlijk dien nacht ver loren zijn eigen kapitaal en dat van zlin vriend Goodwin. Laat in don namiddag verscheen deze, die van den ontzettenden brand in Barrelsville had gehoord. Hij stel de voor den brand met chemicaliën te bestrijden. Deze poging werd ook ge daan, maar ze mislukte volkomen. Nog maar onkele uren bloef den bei den eigenaars Goodwin en Graham over. Reeds was de hitte van het na derende vuur zoo groot, dat men het nog nauwelijks in do houten gebou wen kon uithouden. Het noodlot was dus niet meer af te wenden. Verslagen, gebroken, zaten de bei de compagnons in het bureau, toen Harry binnentrad. Wij hebben niet veel tijd te ver liezen, mijne heeren, zei hij. Ik hoor de, dat mijnheer Goodwin hier was, on ik dacht, dat wij met elkaar za ken konden doen. Binnen drie uur zal ook hier do heele boel in brand staan. Uw geld, mijnheer Graham en mijnheer Goodwin, gaat verloren, want u bent niet verzekerd. JaxnmeT vaai de fabrieken Wat geeft u me, wanneer ik den brand blusch U wilt den brand blusschen vroeg Goodwin met een verachtelijk lachje. Maar Graham nam deze laatste kans met beide handen aan. Wat. kunt u dat? riep hij op springend. Dan maar gauw, gauw, 't is hoog tijd I - Kalmpjes^ kalmpjes, mijnheer Graham, zaken gaan voor. Wat geeft u me Wat verlangt u, mijnheel* "Wall stone U kunt het wel denken, mijnheer Graham: de hand van uw dochter. Bovendien zal ik als deelnemer in de firma worden opgenomen. Daar mijn heer Goodwin juist hier is, kunnen we de zaak gemeenschappelijk be spreken. Wil mijnheer Goodwin zijn geld redden, dan moet hij zich ver plichten mijn huwelijk met Florine toe te staan, zonder' u het kapitaal, waarmee hij bij u deelnemer is, op te zeggen. Wil hij het niet, dan zal hij zijn geld verliezen, en u het uwe. Ik zet u in zekeren zin het pistool op de borst, mijnheer Graham, maar za ken zijn zaken, u hebt mot mij niet anders gehandeld en thans zijn voor mij de kansen gunstig. Goodwin en Graham overlegden een oogenblik met elkaar, toen zei Goodwin Gosd, mijnheer Wallstone, bluscht u den brand, en ik verklaar het met uwe voorwaarden eens te zijn. Ook mijnheor Graham geeft zijn toestemming. Wij staan u toe als deel nemer in de firma op te treden. Redt u de geheele zaak, en een vierde er van zal u toebehooren en uw aandeel vormen. Dat is dus in ordezei Harry, nadat hem de beide eigenaars ten toeken van de bekrachtiging hunner belofte de hand hadden gegeven. Ik zal de zaak voorbereiden, ondertus- schen stelt u onze overeenkomst schriftelijk op. Direct na de onder- fceekening daarvan begint mijn red dingswerk. Is er vuur onder de ke tels, mijnheer Graham? Neen, we hebben het uit vrees voor brand gebluscht. Dan moot vuur gemaakt worden. We moeten binnen drie kwartier, hoogstens een uur, stoom op hebben. Er moet met overblijfselen uit de raf finaderij gestookt worden, zoodat we een flink vuur krijgen. Laat u door de war kb e l de werklieden bijeenroe pen. Tien minuten later loeiden onder de ketels der pompen de vlammen en daar de petroleum-afval niet ge spaard werd, en daardoor een buiten- gowoon hevige en heete vlam werd verkregen^ steeg de stoomspanning in de manometers reeds na korten tijd. Ondertusschen was het verdrag onder teek end en Ilarry liet de groote loeren slangen, die anders aan de pompen waren verbonden om de pe troleum naar de reservoirs te voeren, aaneenkogpelen en gereed leggen. Een uur later was hij met zijn voor bereidselen klaar. Reeds naderden en kele vlammen, de sporen van het uit den grond opstijgende gas volgend, ook het fabrieksterrein van Graham, nog kon men onkele kleine vlammen uitslaan mot natte doeken, ja zelfs uittrappen, maar een stroom bran dende petroleum kwam thans van de naburige sclmNi'en aangestroomd over een hree'" minstens dertig meter, on daartegv..»OYer scheen geen redding mogelijk. 1 f Harry had opgemerkt, dat branden de petroleum door hot onttrekken van lucht gebluscht kan worden. Zelfs het uitstrooien van aarde helpt niets, wanneer dezo eveneens mot petroleum doortrokken is, want gooit men de aarde op de petroleum, dan ontwik kelen zich direct gassen, die opnieuw doorbranden. Wanneer echter ge makkelijk ontvlambare, ongeraffi neerde ruwe olie in een kleine meta len schaal wordt aangestoken, dan kan men de vlam uitblazen. Thans, nu hot het uitdooven in het groot betrof, kwam I-Iarry op de gedachte, door gebruikmaking van stoom het uitdooven te verrichten, en hij hoop- ite, dat de stoom de vlammen van hun zuurstoftoevoer zouden berooven on zo zou uitblazen. Toen de brandende petrolsum- etroom zoover was genaderd, dat men de stoom uit de lederen slan gen kon laten stroomen, werden de noodige signalen naar het ketelhuis gegeven en mot luid gesis en gebruis spoot de stoom uit de slangen en het vuur to gernoet. Eerst schoen die aan val geen resultaat te hebben, maa>* reeds na enkele minuten wisten de arbeiders hoe ze de slangen moesten bantoeren en hot gelukte werkelijk •den brandenden stroom langzamer hand uit to doovon. Drie uren duurde dit werk, terwijl het stoken uit alle macht werd voort gezet. Hot was een geluk, dat de wa terpompen, die den ketel voedden, niet weigerden, en dat men genoeg petroleumvaten had om voortdurend lievige vuren onder do ketels aan te houden. Ook de gassen, die zich uit den grond ontwikkelden, konden met behulp van de stoomstralen gedoofd worden. Het terrein van Graham en twee naburige petroleumwerken waren ge red. Ook dat der firma Ashton Bar ber, wier petroleummassa's eigenlijk de schuld van de ramp droegen, ble ven behouden. Daar de heeren Ashton Barber ook aanwezig waren, had Goodwin van de goede gelegenheid gebruik ge maakt om op het oogenblik van het grootste gevaar nog goede zaken te doen. Voor Harry met zijn blus- schingspogingen begon, moesten Ash ton en Barber eveneens aannemen, dat al hun bezittingen eveneons verlo ren waren, en het reusachtige pefcro- leumbekken, dat zij aangeboord had den, voor hen niets meer waard was. Toen derhalve Goodwin plotseling bij hen binnenkwam on vroeg of ze hun petroleumwerken wilden verkoo- pon, waren ze-ten hoogste verbaasd, maar overlegden niet lang. Aan den oenen kant hadden zij de volkomen verwoesting van hunne bezittingen voor oogon, aam den anderen kant de mogelijkheid, toch minstens een deel der waarde te redden. Zij namen het zekere voor het onzekere en verkoch ten aan Goodwin en Graham hun ge heele terrein, dat later bijna onuit puttelijk bleek. Den volgenden dag, na het afwen den van hef gevaar, werd in de villa van Graham de verloving van Harry met Florine, en de deelneming van den nieuwen compagnon in de firma Graham, Goodwin Co. gevierd. Alle partijen waren tevreden met den af loop der zaak en dat kan van alle zaken niet gezegd worden. (Pr. Gr. Ct.) Binnen. Kapitein Jean Richard. Gij hebt mij laten roepen? Merlin Thionville wees den kapi tein een stoel en pookte het houtvuur op. Richard bleef echter staan, hij wachtte in militaire houding- Merlin Thionville liep zenuwachtig heen en weer, zijn voetstappen klon ken hol in den kelder, waar zij zich bevonden om beveiligd te zijn tegende bommen van den vijand. Het was Messidor van het jaar I der Fransohe Republiek (1793) en se dert drie maanden waren de Fram- schen ingesloten te Mainz, dat door de Pruisen werd gebombardeerd. Merlin bleef voor Richard staan en zelde: Wij zijn tot het uiterste. De kapitein verbleekte. Wanneer binnen een maand dé Republiek niets voor ons doet... Hij voltooide den zin niet, maar dat was niet noodig; Richard begreep hem volkomen: wanneer cr niet spoedig spoedig hulp kwam, zouden de Fram- scheri Mainz moeten overgeven. Dit moet tot eiken prijs voorkomen wor den, tot eiken prijs. Men heeft mij gezegd, dat gij een. goed ruiter zijt, hernam Merlin. Ja, burger. Ik zend u wellicht den-dood te gemoet. Het zij zoo. Merlin Thionville gaf hem een pa pier. Een brief voor Custine. Ik heb dicht Ln elkaar geschreven, opdat gij hem heter zult kunnen verbergen. Ilc beschrijf hem onzen toestand to; in de kleinste bijzonderheden. Als deze brief irt die handen der Pruisen viel, was 't met ons gedaan, zij mógen niet weten, dat wij van honger vergaan. Zij zullen het niet weten. C moet te paard den Rijn over trekken. Durft ge? Gapet XIV heeft het ook wel ge daan. Twee kilometers stroomopwaarts Do vijand ligt lager. Tot uw orders, burger-vertegen woordiger. Merlin monsterde hem van hoofd tot voeten. Gij hebt geen laarzen, Germain, De grenadier, die in een hoek zat te dutton, stond op, Haal èen paar laarzen en olie. In een 0na:wenk was de grenadier terug met 0paar hooge laarzen van een Duitschen postillon. Het leer was hard geworden, maar de grenadier smeerde 't met olie in, die ten slotte langs de laai-zen droop en toen wa ren zij in zooverre zacht geworden, dat Richard ze kon aantrekken. Vervolgens w'! 1 - het vuur gaan maar de grenadier trok hem aan den arm terug en riep: Pas op, gij zoudt branden als dor hout met die geoliede laarzen, burger-kapitein, Richard ging heen na een militairen groet aan Merlin Thionville, die aan de ruw-houtcn ta fel zat. Op een hoeve nabij Mainz had de belegeraar, de Pruisische generaal Wurmser, zijn hoofdkwartier opge slagen. Den Pruisen ontbrak het non niets, die generaal hau a.jxi stafolficxc^.. bij zich aan een goed voorzien diner ge- noodigd en de Fransche wijn stroom de over de tafel, waarop gebraden vleesch en heerlijke visch uit den Rij nstond, terwijl het tafelzilver glinsterde in het geelachtig schijnsei. Het ging er vroolijk toe en champagne dronk men op den onder gang dor nieuwe Republiek. Een trompetter-majoor trad binnen «n bleef in onberispelijke houding aan de deur staan tot het den gene raal zou behagen hem aan te spre ken. Wat Is er? vroeg Wurmser. De huzaren van Wolfrat hebben een kapitein der patriotten gevangen genomen. Wanneer? Een uur geleden op den anderen oever. Waar is hij? Hier. Breng hem voor ons. Hij verzette zich als een razende en daarom hebben wij hem de han den op den rug gebonden. Goed. De trompetter-majoor ging heen. Een officier der patriotten. Dat nieuws ging als een loopend vuurtje da tafel rond. Aller oogen richtten zich naai* de deur. Richard trad binnen met gebonden handen. Generaal Wurmser keek hem spot tend aan en vroeg: Zoo burger, komt ge ons eens vertellen over hoeveel dagen wij ta Mainz zullen zijn? De kapitein haalde minachtend de schouders op. Zoodra ge er als krijgsgevangene wordt bnnengebracht. wordt binnengebracht. Generaal Wurmser dronk zijn glas uit en bleef kalm zittten. Hij had een papier bij zich, zel de de trompetter-majoor, dat zeker een belangrijke mededeeling inhield, want toen hij gevangen werd, was zijn eerste beweging het in te slik ken. Wurmser en de stafofficieren, ke ken elkaar aan en daarop vroeg eerst genoemde aan den trompetter-ma joor: Waar ging hij heen? Westwaarts. Ha, dius naar Custine. Dit gaf den opperbevelhebber te denken. Hij heeft zes huzaren gedood, eer wij hem gevangen hadden, hernam de trompetter-majoor. Zoo. Generaal Wurmser wenkte een kleinen grijsaard met lange haren, dia een groenen rok met fluweelea kraag droeg en niets militairs over 2ich had. Heer dokter, die man heeft in 'fe lichaam een papier, dat ons zal in- llGhten omtrent hetgeen er te Manz voortvalt. Dat moet ik hebben. Uw excellentie kan er op reke nen. Ik zal hem een braakmiddel in geven, of zoo het noodig is, de maag opensnijden. De oogen van kapitein Richard fon kelden. Men bracht hom naar een na burig vertrek en een dragonder werd voor de deur op post gezet en met ge trokken sabe!. In die kamer, waar Richard alleen was, brandde een groot houtvuw. Hij schuimbekte van woede, toen hij bedacht, dat hij Mainz aan den vijand zou overleveren. Zijn handen waren nog steeds ga bonden. Hij rukte met uitersto in spanning van krachten aan de koor den, maar deze waren te stevig en weerstonden zijn spierkracht. Toen voelde hij zich zwak en ween* de. Voor zijn geestesoog zag hij zijn moeder, zijn vaderland, het bombar dement, de republikeinen van zijn compagnie, Merlin Thionville, Ger main, die zijn laarzen met olie in smeerde. Germain. Die naam was hem als een open baring. Pas op, gij zoudt branden als dor hout. Richard wierp het hoofd fier in d«u nek. II ijhoorde de vlammen knetteren onder den schoorsteen, het rossige schijnsel van het vuur wierp eon on zeker licht ln het vertrek. In de verte zong een Duitscha sol daat een vaderlandsch liedje, hei ge luid drong slechts zwak tot hem door; bij wijten word het refrein door an deren in koor herhaald. Dat gezang hlonk hem als een doo- denzang in de ooren. Nu aarzelde hij niet langer, trad vastberaden op het vuur toe «n stak er zijn beide voeten in, nadat hij op een houten bankje voor den schoor steen was gaan zitten. De olie vatte dadelijk vlam, Ri chard brandde als een toorts. Toen de dokter een uur later met' zijn middelen en zijn instrumenten naar den patriotten-kapitein ging, vond hij slechts een verkoold lijk. BLOEMENGEUREN. Prof. Ed. Verschaffeit heeft een be knopte studie gepubliceerd over „bloe •mengeur". Het is verschonen in het Chemisch Weekblad. De Amsterdam- sche hoogleeraar heeft daarin vooral getracht eon gedocumenteerd litera tuuroverzicht te leveren over het on derworp in quaestie. Aan het, opstel

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 12