HAARLEM'S DAGBLAD. T ADQÜSTU81808 Stadsnieuws Uit de Omstrekec Binnenland FEUILLETON KERMISVIERDERS. IL .Weer met m'n kiek-toestel op hot pad, om moment-opnemingen ta ma- ken... Nog eens brengen we een bezoek aan bet theater op de Botermarkt, en bewonderen de twee metrmeel-lnge- w r even-mamnen, die als wasson-beel- den dienst doen... Nu ia 't avond en hebben eommlge kermlsvierders wat Schiedammer paar binnengewerkt en zijn in echte •kermlspret-stemmtag gekomen.., Daar nadert zoo'n collectie Jeugdige pretmakers, die vol bewondering naar ,4e wit-gemaakte mannen kijken... Tm begrijpen de „mop" en overleggen, boe ze 't best en „aardigheidje" kun nen uithalen... Een sluipt weg en komt terug met een zak met 25 één- eente-ollebollenl Nu beginnen de pretmakers de was senbeelden met oliebollen te bekoge lden t— 't lijkt veel op het bombarde ment van Port-Arthur!,., De Jongelui kunnen ook goed mik ken, want telkens belandt een olie bol In 't gezicht van een der beelden. '<t Ging maar; klitsL. klitsL, klits... 25 keerl.w De arme beelden hebben wat te ver- lÜurenl.., Hun mooi wit meel gezicht druipt «an vettigheid. En 't leelijke van de zaak is, dat ze •bun rol als wassen beelden moeten uitspelen... niet mogen wegloopent... geen pijnlijk gezicht zetten!... Daarbij komt, dat de schare kijk- Justigen voor de tent natuurlijk ver maak ln 't geval krijgen en braaf lachen... Lachen mochten de wassen beelden ook al niet, maar... daar hadden ze ook geen behoefte aant... ORGELBESPELING in de Groote of St. Bavokerk te Haar lem, op Dinsdag 11 Augustus 1908, des namiddags van 1 tot 2 uur* door den neer W. Ezermam Programma No. 1. Preludium „Eroica"* G. B. v. Krieken. No. 2. Andante (1ste Symphonic), Beethoven. No. 3. Sonate, Ch. Fink\. a. Allegro moderator b. Andante. c. Allegro risoluto. No. 4. Marsch uit Jephta, H&ndel. No. 5. Die Ehre Gottes, Beethoven. HET KASTEEL DUIN- EN KRUID- BERG. De correspondent von do N. R, Ct. )e Santpoort schrijft; Kennemerland is een kasteel rijker geworden. Het bezit van oudsher het #lot Marquette, tusschen Heemskerk en Gastrlcum, sinds 1612 aldus geh-ee- ten naar Daniël de Hertaing, „heere van Marquette in Henegouwe", als mede het Blot Assumburg, gelegen „binnen den Heemskerker banne om trent te midden tusschen Beverwijk en Uitgeest". Thans is, op een kwar tier afstand van de veelbezochte ruï ne van Brederode, bij Santpoort, op het landgoed Duin- en Kruidberg een nieuw kasteel verrezen. Duin- en Kruidberg is geep nieuwe buitenplaats. Het eene deel ei' van: Do Kruidberg (Cruytbergh) was inde Zeventiende eeuw eene bekende „hof stede", welke in 1681 in bezit kwam Van „Zijne Hoogheid den lie ere Prin- »e van Orangie", die blijkens den verkoopbrief en de (vier) qui tan ties, Aanwezig in het Rijksarchief te 's-Gra- .venhage voor f 30.000 eigenaar werd. Het lijdt geen -twijfel of de haam Kruidberg doelt op „de groote verscheidenheid van schoone en aan gename bloemen en kruiden, welke in deze btreeken groeijen, en die ook het deel van dit Bergje zullen geweest zijn, voor dat de kunst zich te veel met hetzelve bemoeid had." (Loosjes, Hollands Arkadia, 1804). Reeds bij hei •leven van den prins (stadhouder-ko ning Willem III) kreeg de hofstede een tweeden naam, welks beteekenis duidelijk 1st 's Prlncenbosch. De overlevering zegt dat Willem III er dikwijls hooft vertoefd en dat Z. H. er gaarne verblijf zocht. Hij hield er geheime raadplegingen, „uithoofde van de onmogelijkheid om er beluis terd to kunnen worden" en besloot er (zoo wordt beweerd) in zeker klein vertrek tot den overtocht naar Enge land (1688), Constantijn Huygens, de zoon, 's Prinsen secretaris, schreef eens in zijn journaal: Ao. 1682 October. 8 Sat.: Ging S. H. ooer den eten om op de Gruyt- perg te slapen; mij belastende doen al voor de tweede moed dat tegens maand soude maken te Soestdijk te wesen. Met dien dood van Willem III (1702) verging de glorie van den Kruidberg. Het jachtverblijf verloor zijn vorste lijk huisraad en raakte allengs meer ln verval. In 1812 is het nog domein (dat is te zeggen; staatsdomein) en wordt dan bewoond door den Amster- damschen heer J, G. van der Melden, die in de stukken wordt genoemd; „fermier d'une maison de campagne, ayant appartenu a la maison de Nas sau". Na 1845 komt de Kruidberg, dan 87 bunder groot, ln handen van mi nister mr. F. A. van Hall, die reeds bezitter Is van den Dulnenberg, Van het oude buis van den Kruidberg is thans weinig meer over dan een mooie eikenhouten trap en één© ka mer. Nu en dan komen vrienden van geschiedkundige bijzonderheden dit overschot bezien. De Dulnenberg, het andere deel van het tegenwoordige landgoed, reeds voorkomende in eene acte van 1625, wordt in het bekende en merkwaardi ge werk van Yan Nidek: Het Zegen- pralent Kennemerlant, vertoont ln 100 Heerelij ke Gezichten van doszelfs voornaamste Lustplaetzen, adelijke Hulzen, Dorp- en Stedegebouwen" (1728) aldus aangeduid: „Dulnenberg, de boschrijke lust- plaetze van den heere Willem Hen drik Kerckerinck, gelegen aen de hoo- go Zantduinen, nevens het weleer be ruchte jaght- en lusthuis, de Kruit berg genaemt, dat sedert den doot van zijne Brittannische Majesteit, Wilhem den derden, zijnen luister geheel en al verloren heeft, en genoegzaam ver laten legt." Ook dit Duinenberg heeft een tijd van verval gekend. Als de latere ei genaar mr. Van Hall in 1841 besluit tot een nieuwen aanleg, dan Is er niets dan eemig geboomte bij eone vin- kebaan. Den bouw van een nieuw huis en den aanleg der partijen draagt de minister op aan een Engel- scben architect. Een paar jaren later koopt hij den Kruidberg aan, voegt dit oude jachtverblijf bij den herboren Duinenberg en geeft aan het geheel den passenden naam van heden: Duin en Kruidberg. Do tegenwoordige eigenaar, de heer J. T. Cremer, oud-minister van kolo niën, heeft vlak tegenover het in 1841 gebouwde huis, aan den voet der dui nen Ln reaaissance-stijl eene huizing doen verrijzen, welk© den naam van kasteel ten volle verdient. Het indruk wekkende gebouw, dat vóór cf op 1 April 1909 geheel voltooid inoet wor den overgeleverd, is ontworpen door de Haagsche architecten J. J. en M. A. van Nieukerken. Boven bosch en duin verheffen zich de beide torens. De hoogste van beide •reikt tot dertig meter boven den grond. De andere, de zoogenaamde diensttraptoren, met lift, is 21 meter. Een paar cijfers geven een indruk van de afmetingen van dit rijk kas teel. De frontbreedte bedraagt 47 me ter. De hal is 9.50 bij 8 M., de eetzaal 9.70 bij 7 M., de blllardzaal 15 bij 7.70 M, Langs boudoir, salon en blllard zaal loopt, ter lengte van 29 M., een 9.50 M. breed terras, met trappen, die naar den vijver leiden. Er zijn onge veer zestig kamers, zalen en vertrok ken. Naar de elschen van dezen tijd zijn in het kasteel aangebracht: ïieete- luchtvorwarming, warm- en koud wa terleiding, electrlsche verlichting, clectrische stofzuigmachine, liften, telefooncel enz. Door electrische be weegkracht wordt het water uit Nor- tonpompen beneden bi bet bosch op gewerkt naar de reservoirs ln het hoo gs duin, vanwaar het, gezuiverd, af geleid wordt naar het kasteel, de moes- en bloemtuinen, de grasperken en de fontein. Zoodra de bouw, die reeds anderhalf jaar aan tal van ar beiders werk geeft, ls voltooid, zal de aanleg van de buitenplaats naar de opvatting van den tuinarchitect L. A. Springer, uit Haarlem* worden ver anderd, In de omgeving van Haarlem ver blijden zich velen over het ontstaan van dit kasteel, dat van Kennemer- land «en sieraad zal boeten en onder ds grootsche buitenverblijven in Ne derland <ter dego zal mieetellen, De heer Cremer, die, evenals zijn ambt genoot en voorganger, minister Van Hall, veel van het buitenleven houdt en als deze een zeer werkzaam leven leidt (ook nu weder'als president van de Nederlandsche Handelmaatschap pij), vertoeft jaarlijks zoo lang moge lijk op Duin- en Kruidberg. Met name des Zaterdags geniet hij er volop van het stille, wijde duin. Algemeen ver wacht men dan ook, dat hij en zijn gezin, thans officieel woonachtig te Amsterdam, zich hier later duurzaam zullen vestigen. Ook vertrouwt men, dat de vrije wandeling op het, door herhaalde uitbreiding, 500 hectaren groote landgoed zal blijven bestaan. Aan wie zich voorneemt de fazanten niet op te jagen, van de aangegeven paden niet af te wijken en geen stroo- perswork te verrichten, wordt op ver zoek door den secretaris gaarne een wandelkaart afgegeven. Een bezoek aan Duin- an Kruidberg is zeer aan te bevelen: om den zeidzamen (eigen) weg naar de zee, om de heerlijke, be groeide duinen, om de bloemen en die ren in het duin, en nu voortaan ook om het kranige huis, bet nieuwe kasteel in bet mooie Kennemerland. Wie het oude huis van minister Van Hal nog eens verlangt te zien, heeft den tijd tot het volgend jaar, maar niet langer. Want is het kasteel dooi de iamilie Cremer betrokken, dan wordt het nu door baai* bewoonde huis van 1841 afgebroken. Majesteit zich inlicb- DE KONINGIN-MOEDER OP DE TENTOONSTELLING. Woensdag heeft Koningin Emma een bezoek gebracht aan de tentoon stelling „Voor het Kind" te 's-Graven- bage. Begeleid door den voorzitter van de commissie van uitvoering, den beer J. D. Ros en mej. A. G. Dyserinck, ving de Vorstin een rondwandeling door de verschillende zalen aan, een rondwandeling van ruim anderhalf uur, want het bleef niet bij het wer pen van een vluchtigen blik op het tentoongestelde, maar tot bijzonderhe den liet Hare ten. Bij haar binnentreden in de con greszaal werd Koningin Emma ver welkomd met vroolijk kindergezang. Eerst zongen de kinderen onder lei ding van den heer Van der Laan bet Wilhelmus van Nassau we en daarna vertolkten de kleinen in hun gezang dat, hoe prachtig ook de vacanüe is, zij gaarne hier naar toe waren ge gaan, omdat de arbeid, hier gedaan, bet heil der jeugd beduidt Ten slotte zongen de kinderen Hare Majesteit een welkomstliedje toe. De Vorstin was blijkbaar zeer inge nomen met de alleraardigste verras sing. Op de binnenplaats woonde de hoo- ge bezoekster een openbare gymnas tiekles bij. De stokoefeningen van de meisjes en de vrije oefeningen van de jongens schonken der Vorstin, die met Haar gevolg op bet bordes had plaats genomen, veel genoegen, en vriendelijk glimlachend dankte Zij de jongelui voor hun driewerf herhaald hiep, hiep, hoera I Later, in een der bovenlokalen volg de KoningLn Emma met belangstel ling een les ln handenarbeid in de practijk, door leerlingen van de scho len van de heeren Ligthert en Van der Laan. Zooals gezegd, óveral legde H. M. de grootste belangstelling aan den dag. Vooral ook de leermiddelen enz. in het belang van het achterlijke kind trokken in hooge mate Hare aan dacht. Na zich na afloop nog eenige oogen- blikken in 4e bestuurskamer met de commissieleden te hebben onderhou den, verliet H, M. het gebouw. Bulten stond een talrijke menigte, niet wachtensmoede* om Haar harte lijk toe te juichen. ONDANKBARE PATIëNT. Ongeveer 14 dagen geleden werd, zoo meldt de „Tel." een Dultscher, ernstig ziek, opgenomen in de R.- Katholieke Ziekenverpleging te Am sterdam, Hij werd natuurlijk met veel zorg verpleegd, nacht en dag werd bij zijn sponde gewaakt, tot hij eenige dagen geleden door den dokter genezen word verklaard en ln zijn huiskleeren in den tuin mocht wande len. De Dultscher nam er een goed leven van, liet zich door wijn en Lekkere schoteltjes aansterken, tot... bij plot seling den aftocht blies, zonder ie mand vaarwel te zeggen. En het erg ste, hij vergat blijkbaar nog onder den invloed van zijn ziekte de re kening te vragen. 's Avonds miste men hem eerst op bet appèl. De le klasse patient heeft sedert niets moor van zich laten hoo- rent EENHEID VAN TUD. Naar aanleiding van de a.s. invoe ringvan eenheid van tijd voor het ge- heele land komt een correspondent van de „L. Crt." er aan herinneren, dat men lot nu toe op het platteland ec aan gewoon is. voor ieder dorp een eigen tijdregellng op na te hou den. Deze regeling is gewoonlijk ge heel overgelaten aan den klokkenist. Dewijl sommige torenuurwerken niet secuur loopen, heeft men vaak ln plaatsen, die vlak bij elkaar liggen, 10 30 minuten tijdsverschil. Wan neer nu binnenkort de Amsterdam- scbe tijd als eenheid van tijd inge voerd wordt* ware het zeker wensche- lijk, zegt de correspondent, dat de plaatselijke tijden vervielen. NEDERLAND OP DE BELGISCHE TENTOONSTELLING. De oud-minister De Marez Oyena bracht in zijne kwaliteit van commis saris-generaal van Nederland voor de Belgische tentoonstelling in 1910, een bezoek aan Brussel. Z. Exc. was vergezeld van den heer W. Kromhout Czn., architect te Amsterdam, en den heer J. A. Frede- rlks, lid van de Rijkscommissie tot het opmaken en uitgeven van een in ventaris en eene beschrijving van de Nederlandsche monumenten van ge schiedenis en kunst. Het doei van dit bezoek was, naar men ons mededeelt, de terreinen, waarop de Belgische tentoonstelling zal verrijzen, te bezichtigen en eene keuze uit de nog onbesproken terrei nen voor het Nederlandsche paviljoen te doen. De heeren Werden ontvangen door den hertog van Ursel, den commissa ris-generaal van België en den graaf Adrian van den Burch, directeur-ge- neraal van do tentoonstelling, welke heeren de Holiandsche zaakgelastig den verder begeleidden en voorlicht ten, Er werden namens de Nederland sche commissie twee terreinen bespro ken. De afzonderlijke Holiandsche af- deeling zal 10.000 M2. beslaan. Hier onder is dus niet begrepen de plaats ruimte, door de Nederlandsche fa brikanten in de afdeeling machine rieën en werktuigen in te nemen. LEERT UWKINDEREN ZWEMMENI Veroorlooft ons een paar woorden te zeggen naar aanleiding van het diep treurig bericht in uw nummer van 27 Juli aangaande het verdrinken van twee jonge me&schen in het Eeans kanaal. De natuur la wreed in vele geval len; soms schijnt zo slechts wreed te zijn en is de schuld toe te schrijven aan kortzichtigheid, niet van de toe vallige slachtoffers, maar van de groote massa, of liever van diegenen, die de groote massa moeten leiden. Voor zoover mij bekend, kan elk vier voetig dier zwemmen; met eenige moeite en leiding kan ook de mensch zich dat spoedig loeren. Maar, is het niet heusch een groote schande, dat in ons w ater 1 Eind meer dan 75 misschien wel 90 van alle men- sohen niet kan zwemmen? En Is het niet een allertreurigst iets, dat b.v. bij de eohlppersbevolking vaak met eenige trots fl) wordt geconstateerd, dat men mei het natte element niet vertrouwd is? Aan wie de schuld van zoovele kost bare levens? Aan lichamelijke onge schiktheid ligt het zeker niet, maar hebben niet de meestsu van ons Hol landers watenrees? (vaak in den meest ultgebreiden zin van 't woord). Van hun prilste jeugd af moet de kinderen het groote nut en de drin gende noodzakelijkheid van te lemen zwemmen, worden ingeprent, In elk geval behoorde men alle soldaten grondig zwemonderrlcht te geven, maar van nog veel meer belang en nut zou het zijn, indien men, even als in Zweden, school-zwem-cur- sussen ging instellen. Groote kapita len zijn daarmee niet gemoeid en het nut is onschatbaar. Elk kind moet leeren inzien, dat 't een schande is niet te kunnen zwem men, maar eerst moeten dan de ou ders Inzien, dat het een onvergeeflij ke nalatigheid is, hun kinderen geen gelegenheid te geven en hen niet te dwingen, zich aan het natte element te gewennen. Ieder moet begrijpen, dat de Zweedsche zwemspreuk: Zwem kunst geeft gezondheid, kracht en moed, waarheid bevat. En dan, welk een goed ding, ons volk aan waterge bruik te gewennen. Waar zijn diegenen, die zich deze hoogst gewichtige zaak, waarop merk waardig genoeg, bijna nooit de aan dacht wordt gevestigd, ter harte wil len nemen? (P. Gr. Ct.) DE HAAGSCHE POLITIE- QUAESTIE. De burgemeester van Den Haag heeft (gelijk we reeds meldden) den hoofdinspecteur van politie F. R. N. Lelyveld, wiens naam in den laatsten tijd vaak genoemd is in verband met dien van vrouw Führop (Duitsche Greet), met ingang van gisteren uit den politiedienst ontslagen. „Het Vaderland" merkt naar aan leiding. van dit blijkbaar niet eervol ontslag op „Na de bij de jongste troebelen be kend geworden gedragingen van de zen gewezen hoofdambtenaar, was hij in het politiekorps niet meer te handhaven. Dat eerst nu ontslag volg de, nadat te voren een mildere straf van twee maanden inhouding van traktement was opgelegd, kunnen wij ons alleen verklaren uit een verlan gen van den burgemeester, om de re sultaten van het gehouden justitieel onderzoek af te wachten vóór aan de gepleegde misdragingen definitieve gevolgen te verbinden. Blijken moet nog, of het politleschandaal met de zen maatregfl zal zijn afgedaan." BLOEMEN OM HET DAM- MONUMENT.. Naatje Eendracht komt ln d'r bloe mentuin. Vanmorgen is er een begin ge maakt met het aanbrengen van deze Idyllische versiering aan juffrouw Eendracht's 6teenen voet. Tot twaalf uur was er één kruiwa gen aarde en een halve kruiwagen bloempotscherven in het bekken ge stort, waarin voorheen bij Hoogst feestelijke gelegenheden het water uit de leeuwenkoppen neerklaterde. Is de vruchtbare bodem er eenmaal, dan worden er palmen en bloemen geplaatst. Maandag zal deze versie ring gereed zijn. Nu men op deze wijze den Dam gaat verfraaien, krijgen de prijsvraagin- zondere, die op het Damplein bloe men en perken en een standbeeld bo ven op tramwachthuisjes ontwierpen, mogelijk kans, dat hun curieuse denkbeelden nog ten uitvoer gebracht worden, maar met dat al heeft Naatje Eondracht haar verloren arm nog niet terug. EEN ZONDERLINGE SCHRIJFFOUT In het publicatiekastje van een der gemeenten in N. Br. kan men de na volgende „bekendmaking" lezen: „Do Burgemeester van... maakt hekend, dat onderstaande verlofgangers op den len Augustus overgaan naar de landweer en herinnert hen hierbij om zich ter secretarie aan te melden voor 15 Augustus e.k. en hunne z a k- D o e k j es mede te brengen. Onze Lachhoek. GALANT. Schoenhandelaar, bij wlen een mooie, Jonge dame een paar laarsjes heeft gokoéht: „Kan Ik u misschien nog met een andere kleinigheid die nen?"- DE GRENS. „Neen," zei de hoofdredacteur, „we kunnen uw verhaal niet gebruiken. Het ls te oorspronkelijk." „Wat", zei de schrijver, „ik dacht Juist, dat dit een aanbeveling was." Jawel, maar wij trekken de grens bij de spelling." KOST NIET VEEL. „Deze japon past niet bij mijn teint, ik moet een andere hebben.'' „Alweer meer uitgaven, die toilet ten zullen mij ruïneeren." „Domoor, ik bedoel niet een andere japon, maar een ander teint". ONGEWONE UITLEGGING. „Tijd is geld," zei de student en bracht zijn horloge naar de lommerd. UIT DE KAZERNE. Onderofficier; „O zeker, iedere sol daat draagt de maarschalkstaf ln den ransel, maar het pootsgocd vergeet de stommerik in te pakken," BLOEDVERGIFTIGING. Te Zundert is aan bloedvergifti ging .overleden de heer Pillot, wijn handelaar, broeder van don burge meester van Zevenborgen. Bij hei openen eenerflescb, had hij zich aan de hand verwond. EMIGRATIE NAAR CANADA. De Minister van Buitenlandsche Zaken brengt ter kennis van hen, die naar Canada zouden willen emigree- ren, dat aldaar op dit oogenblik slechts behoefte is aan ervaren land bouwers, die eene hofstede kunnen betalen of land koopen, alsmede aan vrouwelijke dienstboden. Naar spoorwegarbeiders is geduren de dit seizoen geen vraag meer. BARBAARSCII. Te Warmond is oen ongehuwde moeder, de 20-jarige C. Heemskerk, gevankelijk naar Den Ilaag vervoerd, omdat haar pasgeboren kind is ver dwenen. De 25-jarigo V. aldaar wordt verdacht het kind in een kookfornuis te hebben verbrand. Hij werd ook door den rechtcr-commissa- ris gehoord. HENGELAARS. De Friescke wateren worden in de zen tijd weer druk bezocht door vreemdelingen, vooral door amateurs- visschers. Ditmaal komen de heeren niet bedrogen uit, wanneer ze zich veel hadden voorgesteld van de visch- rijke Frlesche wateren. Te Grouw werd zelden zooveel baars met den hengel gevangen als in de laatste dagen. Zoo zag men Zondag ICO stuks, die twee personen in 3 uur tijds hadden bemachtigd. Dat getal zou ongotwijfel veel grooter geweest zijn, indien het den visschers niet aan het noodige aas had ontbroken de voorraad wormen was verbruikt. Een paar heeren uit Arnhem, daar logeerende, vingen in twee dagen 270 baarzen. De aangehaalde voorbeelden zijn slechts twee uit vele. Verhalen over emmers en netten vol hoort men bij menigte eu er is meestal geen over drijving in het speL NEDERLAND EN VENEZUELA., Reeds vaak is sprake geweest vaar deai brief van onzen minister-resident Do Reus, in het orgaan van „Hou en Trouw", waarin de president van Ve nezuela aanleiding tot do uitwijzing van den heer' De Reus vond. Deze brief luidt als volgt Caracas, 0 April 1908. Mij refereerendo aan uw schrijven van 26 Februari j.L, spijt hot mij uwe vereeniging te moeten melden, dat tegenwoordig wel allerminst de tijden iiier gunstig zijn voor den handel. Het regeringsstelsel van den tegenwoordige», sedert 1899 vrij- wol dictatoriaal heerschonden presi dent, dat economisch op het schep pen en naderhand op grond van al lerlei spitsvondigheden op 't vernie tigen van monopolies uitdraait, heeft het land zoo goed als geruïneerd. Do eenige lichtstraal ln deze duistere tij- Naar het Engelsch, door Krthur W. Marchm'öht. 281 Purvis was een duivelachtige schurk, vervolgde de heer Ringrose, en was voortdurend bezig mij allerlei verhalen op te disschen, om zijn eigen misdaden te verbergen. Illj zweeg even om na te denken. •—Ja, toen kwam de crisis. Er werd ©en groot bedrag aan geld uit mijn kantoor gemist tusschen twee- en drie honderd pond en ik moest mij daardoor heel wat ontzèggonhet was in die dagen voor mij een groot verlies. Ik ondervroeg iedereen, en zwoer, dat ik een vervolging zou in stellen, totdat Ik het geld terug nad. Ik herinner mij, dat Parmentor in dien tijd uit was, en Purvis stelde mij ;voor, alle lessenaars van de klerken na te snuffelen. Ilc deed het en vond ongeveer twintig dertig pond ln ^én lessenaar van Parmenter verborgen. Juist op dat oogenblik kwam hij bin- non en werd zoo bleek als een doek, toen hij mij in zijn lessenaar zag kij ken en ik hield hem dadelijk voor don dief. Natuurlijk deed ik dat. U begrijpt, er was zooveel reden voor. Niet waar vroeg hij, als wilde hij zich nog tegenover Olive excuseeren. Ga voort, als 't u belieft, mijn heer Ringrose, riep Olive, bleek en zeer opgewonden. Wees niet bang, kind. Uw vader had er niets mee te doen gehad. Het was niets dan een vergissing van mij en een schurkenstreek van Purvis. O, Goddank I Parmenter beweerde, dat hij on schuldig was, en zei, dal hij alleen geschrokken was, omdat er brieven in zijn lessenaar waren, die hij niet graag in handen van anderen wenBch- te te zien. Ik geloofde hem nieten omdat ik er niet in kön berusten, het geld te verliezen, gaf ik hem de keus, om terug te geven wat hij genomen had, of voor de rechtbank te ver schijnen. Hij deed dien dag zijn uiterste bes£, achter de waarheid te komen en kwam 's avonds bij mij, om mij te vertellen, dat het hem niet ge- lukt was. Hij kon zijn onschuld niet bewijzen, en smeekte om tijd, er bij voegende, dat hij het geld zou terug botalen, als hij den dief niet kon vinden. Ik was hard later heb ik dat Ingezien. Ik zei, dat lk hem den volgenden mor gen ln hechtenis zou laten nemen. Ik deed het niet en geloof niet, dat ik het ooit gedaan zou hebben, omdat ik hem wel mocht lijden en in den grond van mijn hart vertrouwde. Maai' ik heb hem nooit weergezien. Ik ben er van overtuigd, dat hij onschuldig was. Hij was de verper soonlijking van eer, verklaarde Olivo. O, dat weet ik nu ook. Die schurk, Purvis, heeft alles cp zijn ge weten. Hij bestal mij rechts en links en eindelijk, toen ik hem vervolgde, kwam alles uit en hij bekende. Hij was zoo slim als een vos, en het laatst, dat ik van hem geboord heb, was, dat hij weer in hechtenis was genomen en gestraft werd mét twin tig jaar dwangarbeid. En hij verdien de iedere minuut daarvan. De eenige fout van uw vader was, dat hij ver zeild raakte in dat slechte gezelschap. Een paar jaar later schreef hij mij, nogmaals zijn onschuld betuigende en hij zond mij de geheelé som, die was weggenomenen bij drio latere gelegenheden zond hij mij een gelijk bedrag. Ik deed alles wat in mijn macht was, om achter de waarheid to komen, maar kon niet te weten ko men, waar hij was. Ik zou wel willen, dat u meer succès had gehad, zei Olive, met tro nen in de oogen. Ik ben er van over tuigd, dat zijn laatste dagen vergald werden door die oude zaaken zij vertelde hem. wat 6* gebeurd was iu de weck vóór den dood van haar va der. Het was mijn schuld niet, dat hij 't niet wist. lief kind, dat verzeker ik u. En wat het geld betreft, het heeft altijd apart gelegen, klaar om terug gegeven te worden, als ik hem ooit mocht terugvinden. Nu hij er niet meer is, Is het natuurlijk voor u. Het bewijs van zijn onschuld is het beste nieuws, dat ik in dagen ge hoord heb, yerklaarde Olive, door haar tranen heen glimlachend en toen zij de vreemde geschiedenis te genover Jack en mijnheer Casement herhaalde, was haar hart lichter, dan het na haars vaders dood nog ge weest was. Zij waren niet geslaagd in hun on derzoek. Samen hadden zij mevrouw Merridew ondervraagdmaar zij was hén met een stalen voorhoofd te gemoet gekomen, bewerende, dat zij niets wist van hetgeen men met be trekking tot Olive nad gedaan. Bedenk, dat ik niets van haar leven weet. Ik hoorde of zag nooit lets van haar tot mijn komst te Bel- borough, verklaarde zij met een air van beleedlgde onschuld. Ik vond haar in moeilijkheden hier ln het sta tion en stak de vriendenhand naar haar uit. Integendeel, voor zoover lk weet, sprak de oude vrouw Tisley de waarheid en toen de doktoren een certificaat afgaven, flat «y krankzin nig was, wat kon ik toen doen? Breng die vrouw hier en de anderen, die er bij waren ilt denk, dat een advocaat als Mr. Mathers gemakkelijk gevon den kan worden en zij zullen het- zolfde zeggen als ik. Ik zou nu wel willen, dat ik de moeilijkheden aan het station haar gang maar had la ten gaan. U zal dat nog vaak genoeg wen- schen, vóór dat wij met elkaar heb ben afgerekend* mevrouw, zei Jack woedend. Maar mijnheer Casement bracht hem tot bedaren. De zaak zal natuurlijk grondig onderzocht worden, zei hij. Daar is bijv. het ernstige punt van de valsche tolegramraen on den zoogenaamden speoialiteit, Ilc kan alleen zoggen, dat lk al les zal doen, wat in mijn macht staat om u te helpen, was het antwoord, met de grootste bedaardheid gegeven, ik was volkomen door de omstandig heden op een dwaalspoor gebracht. En ln weerwil dat hij al zijn krach ten Inspande, mijnheer Casement kon niets meer doeD. De zoogenaamde advocaat, de gefingeerde specialiteit waardoor Dr. Larkhall zich heele- maal had laten overrompelen en vrouw Tlaley, ja, zelfs de menschen, die de kamers zoogenaamd aan me vrouw Merridew verhuurden, waren verdwenen en konden niet worden op gespoord. Jack noch de notaris twijfelden er een oogenblik aan, of alles was door mevrouw Merridew "op touw gezet. waB te weten gekomen, dat Olive iq Sheffield zou komen, en had voorut haar regelingen getroffen. Maar het was alles zóó slim over legd, dat haar rol er in volkomen verborgen was gebleven en toen de anderen als sneeuw voor do zon ver dwenen waren, was er absoluut geen bewijs van haar medeplichtigheid. Daarom moesten zij voor 't oogen* blik da zaken in handen van Mr. Ringrose stellen en stil afwachten. Ook hadden zij in 't minst geen succes met betrekking tot den aanslag in de spoorwegcoupé. De spoorweg-autori- teiten deden hun uiterste best, om don man le vinden, maar zonder re sultaat en het geval werd gevoegd bij het groote aantal niet ontdekte spoorweg-mysteries, Olive echter voelde zich zóó ver- ruimd, dat de naam van haar vader was 6choon gewasschen van de be schuldiging van misdaad, dat zij nieuwe moed kreeg en tameLiJk on verschillig was over het mislukken van Het andere onderzoek. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 5