iAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. Es IT Onze Lachhoek. FEUILLETON DONDERDAG 8 OCTOBER 1908 Schipbreuken, Don lScLe.n September, des voormld- dags half negen, zag de wachtheb bende 3e stuurman Permiem, van het Hamburger tankstooinschip „Phoe bus", een drijvend wrak met een vlag aan do gaffel. De „Phoebus" had pas een twee dagen aanhouden den orkaanachtigen storm doorstaan ea was daardoor ongeveer 85 zeemij len zuidwaarts uit den koers gedre ven. Kapitein Schierhorst liet onmid dellijk naar het wrak toe sturen en in korten tijd was dit bereikt. Het was de Noorsche bark „Fox", uit Arendal, die een treurigen aan blik opleverde. De storm had het schip vreeselijk toegetakeld. De hal last was overgeworpen en de bark lag met de bakboordsreeling in het water. De marsstengen waren gekapt en de onderraas hingen bij het over halen van het zwaar werkende wrak bijna in 't water. De bemanning stond samengedron gen op het achterdek en riep, toon de „Phoebus" dichtbij passeerde, dat zij het schip verlaten moest. De lieden hadden echter geen boot om uit te zetten, daar alle booten door do gol ven weggeslagen waren. Aan boord van de, .Phoebus" werd onmiddellijk besloten, trots de nog zeer hooggaande en zeer ruwe noord westelijke zee en de uit noord oostelijke richting tomende geweldig hooge deining, de groote reddings boot uit te zetten, om de redding to beproeven. De „Phoebus" stoomde naar de loefzijde van het wrak, en nadat de zee door het rijkelijk uitgie ten van olie zooveel mogelijk gekal meerd was, gelukte ..het de .stuur- boordsboüt te water te brengen. Do boot kwam gelukkig aan de lij-zijde van het wrak, maar het was onmo gelijk daar langszij te komen, daar zij te sterlc afdreef en heftig werkte. Meermalen liep ze gevaar door het sterk overhalende wrak onder water gedrukt te worden. Het gelukte ook niet een bruikbare verbinding tusschen het wrak en de reddingsboot daar te stellen. Ten laat ste riep de le stuurman den lieden toe over boord te springen, en zich met dunne lijnen in de boot te laten halen. De schipbreukelingen riepen echter terug, dat haaien in de nabijheid der boot waren. Nauwelijks had de bootsbemanning dit verstaan, of «enige groote haaien doke-n In onmiddellijke nabijheid der boot op sn waren duidelijk te herkennen. De haaien waren zoo brutaal, dat zij als 't ware langszij van de boot kwamen. Dit gaf den bootsman aanleiding de bootshaken te nemen en twee der visschen de haken in den rug te stoo- I ten. Dit hielp, de dieren bleven thans op een redelijken afstand of in groo- I tere diepte, i Intusschen was aan boord van het i wrak aan den bezaanstop een jol ingescheerd, waarin zich een strop i bevond. Aan de strop werd een dun- I ne lijn vastgemaakt, waarvan het andere einde zich pog in de boot be vond. Een der schipbreukelingen 1 werd hier langs in de boot gehaald, I Het reddingswerk was echter zeer I moeilijk, daar de heen en weer slin gerende, met stukken zeil bezette raas bij h6t zware werken yan het j wrak de te redden lieden gemakke- lijk doodslaan konden, j Niet minder dan anderhalf uur was noodig om de eerste schipbreukelin gen half naakt in de buot te krijgen. Daar twee matrozen der bootsbeman- I ping zeer afgemat waren, voer dc boot naar de in de nabijheid drijven- i de „Phoebus" terug en leverde de geredden daar af. De twee afgematte redders werden door den 3den stuur man Bröllau en den matroos Schcer- peltz vervangen, waarop de reddings boot weer naar het wrak voer. Gelijk tijdig liet kapitein Schierhout nu het wrak, dat sneller dreef dan het ge stopte stoomschip, langs het achter schip voorbij drijven, in de hoop, dat dc schipbreukelingen nu oversprin- gen zouden. Volgens mededeeling van den later geredden kapitein van de bark was dit echter piet mogelijk, daar men op het 45 graden scheefliggende wrak geen vasten voet kon krijgen om een I sprong te doen. j Zoo was ook deze poging, ofschoon de twee schépen elkaar als het ware raakten, tevergeefs. De lieden §pron- I gen niet over, slechts eenige klee- I dingstukken werden overgeworpen. Er bleef nu niets anders over dan de rcclding mei de boot verder te bewerk stelligen en na lange, zeer gevaarlij- 1 ks en moeilijke pogingen gelukte liet, «even man in de boot te trekken, i Bijna had men bij de redding nog één der schipbreukelingen verlóren. Een groote haai schoot plotseling uit de diepte op, om den nog in het wa ter liggenden man te pakken, doch op het laatste oogenblik gelukte het nog den aan een afschuwelijken dood gewijde aan de kaken van het mon ster te ontrukken. Deze zeven man werden nu eerst weer aan boord van de „Phoebus" ge bracht en een derden tocht onderno men, om de nog op het wrak achter geblevenen te redden. Ook deze tocht slaagde gelukkig en toen de laatste schipbreukeling van boord van de „Fox" ging, nam hij de tot nu toe aan do gaffel in den storm waaiende Noordsche vlag af en bracht ze, om zijn lijf gewikkeld, mee Ln de boot. Nauwelijks was de laatste man wel en zeker gered, of drie krachtige hoe la's van redders en geredden klon ken over de nog steeds ruwe zee. Aan boord van de „Phoebus" wer den de zeer uitgeputte schipbreuke lingen goed verpleegd. Na meer dan vier uur pogingen daartoe gedaan te hebben, gelukte het ook de reddingsboot bijna geheel onbeschadigd weer aan boord te ne men. De redding geschiedde op 39 o 20 min. N. Br. en 66 o 10 min. W. L. en da schipbreukelingen zijn thans ge zond en wel te Hamburg geland. Het begin Juli van San Francisco met de Duitschs post naar Samoa vertrokken stoomschip „Aeon", van d*9 Australian Mail Line, is op Christmas-elland in den Stillen Oce aan vorongelukt. De passagiers van de „Aeon" zijn nu met het stoom schip „Manuha" te Suva, de hoofd stad der Tiji-eilanden, aangekomen. Zij verhalen het volgende De „Aeon", die 56 personen aan boord had, waaronder 86 Chineezen, strandde ln den nacht van 18 Juli. Bij het aanbreken van den dag zag meai, dat het schip op 300 meter af stand van een woest eiland vastzat. Men maakte aan land een touw vast en bracht daarlangs de vrouwen en kinderen over. Deze brachten den dag door in de brandende zon, zon der eten en drinken, 's Avonds wer den tenten opgeslagen, en rijkelijk proviand werd van het wrak aan land gebracht, terwijl men op 'net oilano voldoende drinkwater vond. Er was overigens op het eiland geen levend wezen te bespeuren. Vier weken gingen voorbij met het timmeren van een boot, waarin een uit het schip geredde motor geplaatst was. De boot ging 18 Augustus naar het Fanning-eiland in zee, doch keer de spoedig in onbruikbaren toestand terug. Den 15den September ging ze, van zeilen voorzien, nogmaals daar heen en kwam daar drie dagen later aan. Tijdens de afwezigheid der boot schonk een der dames-schipbreuke lingen het leven aan een kind de zuigeling werd gevoed met de melk der scheepsgeit. Do Chlneesche bemanning sloeg bij de schipbreuk aan het muiten en plunderde later het wrak. De Euro peanen moesten de Chineezen aldoor sterk bewaken. SiadsEieuws DE HERSTEMMING VOOR DEN GEMEENTERAAD. De herstemming voor den gemeen teraad Ln het 2de district, ter vervan ging van de lieeren Mr. Miedema en Van Linden Tol heeft de overwinning gebracht aan de beide candidaten van de liberale partij, de lieeren Dr. J. Timmer cn J. Schreuders. De eerste verkreeg 1064, zijn tegencandidaat, de heer J. W. Florijn, 815 stemmen; de heer Schreuders behaalde 1092, zijn tegencandidaat de heer A. H. Smul ders 768 stemmen. Het merkwaardige van dit resul taat ligt niet alleen in het belangrijke verschil in steminental, een verschil grooter dan iemand vermoed zal heb ben, maar ook hierin, dat de heer Schreuders meer stemmen heeft be haald dan Dr. Timmer, hoewel hij bij de vrijzinnig-democraten niet per- sonagrata was. Overigens zijn er bij de herstem ming weinig méér stemmen uitge bracht, dan bij de eerste stemming. Toen was het totaal geldige stemmen in de vacature Van Linden Tol 1690, dezen keer 1879; in de vacature Mr. Miedema toen 1669, nu 1860, in beide gevallen dus geen 200 «temmen meer. Dr. Timmer, die den eersten keer 604 stemmen had, kreeg er nu 1064 en de heer Schreuders steeg van 698 op 1092. Voor den heer Smulders was de stijging van 698 op 768, voor den heer Florijn van 719 op 815. Zelfs indien men aanneemt, dat op de li berale candidaten alle linksche kie zers hebben gestemd, wien candidaat den vorigen keer de herstemming niet kon halen (in de vacature-Miedema kreeg de heer Joosten 273 en in de va cature Van Linden Tol behaalden de heeren Bregonje en Va.n Daalen resp. 189 en 167 stemmen), dan nog is hun stemmental bovendien gestegen. Merkwaardig is ook nu het aantal ongeldige stemmen, 42 in de vacature Miedema, 35 in de vacature Van Lin den Tol. En dat waar men slechts te kiezen had tusschen twee candidaten! Wij laten hier het totaal overzicht van de cijfers volgen: Vacature Mr. Miedema: Uitgebracht 1902 stemmen. Van onwaarde 42 stemmen. Geldig 1860 stemmen. Volstrekte meerderheid. 931 stemmen. Hiervan verkregen de heeren: J. Schreuders (Lib.) 1092 st.; A. H. Smulders (Kalh.), 768 st. Vacature Van Linden Tol: Uitgebracht 1914 stemmen. Van onwaarde 35 stemmen. Geldig 1879 stemmen. Volstrekte meerderheid 940 stemmen. Hiervan verkregen de heeren: J. W. Florijn (Ant. Rev.) 815 stemmen; Dr. J Timmer (Lib.) 1064 stemmen. Verdeeld naar de stemburcaux wa ren de cijfers aldus: Vacature Miedema: Fr. Varkenmarkt: Uitgebracht 617 Van onwaarde 16 Schreuders 842 Smulders 259 Schoterstraat: Uitgebracht 581 Van onwaarde 11 Schreuders 306 Smulders 265 Nassaulaan: Uitgebracht 703 Van onwaarde 15 Schreuders 444 Smulders 244 Vacature Van Linden Tol: Fr. Varkenmarkt: Uitgebracht 614 Van onwaarde 14 Florijn 271 Timmer 329 Schoterstraat: Uitgebracht 589 Van onwaarde 10 Florijn 275 Timmer 804 Nassaulaan: Uitgebracht 711 Van onwaarde 11 Florijn 269 Timmer 431 VERGUNNING DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Haarlem brengen ingevolge art. 12 der wet van 28 Juni 1881 (Stbl. No. 97) zooals zij laatstelijk gewijzigd is bij de wet vain 1 November 1907 (St.bl. no. 291). ter openbare kennis, dat is ingekomen een verzoekschrift van W. J. Dieben, om vergunning, inge volge art. 5, 2e lid dier wet, tot het verkoopen van sterken drank in het klein voor gebruik ter plaatse van verkoop in het perceel aan de Groote Houtstraat No. 183. HET TOONEEL „HAMLET" DOOR DE „HAGENSPELBRS". Eduard Verkade is met zijn „Ha- gensp&Lers" den Hamlet komen ge ven in eem eigen décor, van eigen vinding en van eigen kleur. Als het bramdsoberm opgaat, ziet men op het tooneal een décor, dat uit drie bogen bestaat, een groote in het midden met aan weerszijden een kleinere, tusschen die bogen zijn twee vaste zetels aangebracht, zoodat do geheele voorgrond vrij blijft en niet door stoelen, banken, onz. be lemmerd wordt; het eenige wat nog op te merken valt, Is rechts van den toeschouwer een trap, dio wegloopt iui de zijboog. De drie bogen zijn gesloten door gordijnen, waarvan het middelste, in de groote boog, kan worden weg getrokken en dan een tweede stuk tooneel beschikbaar maakthior heeft o. a. do geestverschijning van Hamlet's vader op plaats, daar staat de troon van Claudius en Geeriruida, van Hamlet's moeder, die met zijn oom hertrouwd isenz. De bcgen zijn bleek grijzig en de gordijnen van eeai staalachtige brons kleuralleen het middelste is iets wanner en goudachtiger. Hierdoor maakt het geheel een stil- len, verfijnen indruk; niets leidt de 1 aandacht van het spel afde kleur oncadreert met haar grijswit en staalbrons het spel met een alniosfesr van rustige onstoffelijkheid en verfij ning. Men weef, dot er in Shakespeare's tijd in het geheel geen tooneeluitmon- staring plaats had en dat alles door middel van plaatselijke aanwijzingen geschiedde, maar ook, dat in den loatsUan tijd een strijd tusschen al lerlei theorieën gaande is over de raag, hoe Shakespeare op het mo derne tooneel behoort te worden opgevoerd. We willen ons op deze plaats niet in -dien strijd mengen, maar or alleen op wijzen, dat dii décor het amöwoord van Verkade op die vraag is. In dit grijzige, tonige, stille, fijne décor nu schiep Verkade gisteren avond zijn Hamlet uit het woord en uit het gebaar. Van deze vertooning van Shake speare's overbekend stuk door de, .Ha gen spelers" kan men geen betere vergelijking maken dan met één grootiGin boom in een omgeving van jonge stekjes. We nemen gaarne aan, dat er hard gewerkt .is geworden en dat- de leden van dit gezelschap hun uiterste best hébben gedaan. Maar de waardee- ■iing van hun pogen en streven, mag ons niet beletten de waarheid te er kennen van het feit, dat men meteen verzameling volijverige krachten to doen heeft, die echter nog niet i/n staat zijn con tamelijke, midüehna- lige Hamlot-opvoering te geven. Zij waren nog niet voor hun taak bere kend en struikelden dan ook in veie. Dit doel van do opvoering was vrij dunnetjes. Maar als do hooge boom boven al deze stekjes, waarvan men nog niet eens kan zoggon of ze wel groei kracht zulten hebben, steekt do Ham- iet van Ver kade uit. Er is veel vreemds en moeilijk, doorgrondbaars in de figuur van de zen Deemschen prins, van dezen Hans den Droomor zooals hij zich zelf noemt., van dezen dweeper, do zen denker, dit gevoelsrnensch getem perd door jeugdigen filosoof, den zoon, die op wraak zint over do mis daad op zijn vader geploegd. En heeft Verkade ons do complexiteit vam dit karakter nu beter doen be grijpen, gemakkelijker doen door gronden Neen Er was in zijn spel niet die inwen dige rust, welko voortspruit uit een diep indringen in een karakter en 't daardoor gemakkelijker in allo nuan-1 ceenngen weergeven door woord on gebaar. In eonige opzichten viol zijn opvatting van den Ilainlot te prijzen boven dio van Roijaards. Deze laat ste hoeft zijn romantisch gebaar, zijn ly rise hen zoggingstoon. 't zich om- huilen in een waardigheid yam vor stelijke gramdesse, en hot rimpelen van zijn kop onder 't nadenken in heftigen zelfstrijd voor, wat Verkade met zijn ongevoelig, scherp gelaats- masketr mist. Maar Verkado is hel derder van wooa-d, precieser in zijn zegging, iets scherper en bitterder van klank, waardoor hij makkelijker to volgen is. Toch is er iets glads en hards in zijn spel, iets vermoeiend bes- wee gl ij ks in het vele geloop, en iets bijna sarcastisch in zijn toon dat do Hamlet-figuur te stootig ea te kan tig maakt voor don Prins-Droomer. Maar hij boeit door 't overheer- schen van zijn woord over dat van anderen, door 't vullen van het too neel, door 't zich geheel leggen in zijn spel en er een brok van zichzelf van maken. En dat „volkomene" palet van ieder artist. Men waardeert in Verkade dan ook den sorieu9em kunstenaar, den zoeker, don wilier van iets moois. Maar bevrediging door dieper monscholijklioid in zijn Hamlet-vertolking te leggen, heeft hij ons niet gegeven. Hamlet is ook nu nog even ver van ons af als hij al tijd geweest is. Zooals Verkade hem gaf, kunnen we hem niet begrijpen of ons voorstellen. Do mooie vertaling van Jac. van Looy, die de voorstelling bijwoonde, werd gebruikt, en de zaal was beter bezet dan wo hadden durven hopen. Eduard Yorkade werd met een krans vereerd. FRANS NETSCHER. Uit «ie Omstreken VELSEN. Oproepingsbrief voor de openbare vergadering van den gemeenteraad van Velsen op Dinsdag den 13 Octo ber 1908, voormiddags 10 1/4 uur ten gemeentehuize. Agenda I. Ingekomen stukken. a. Uitbreiding van het herhalings- onderwijs tot Velseroord. b. Belooning onderwijs handelsre- kenen aan school A. c. Wijziging der betrekkelijke ver ordeningen op het Herhalingsonder- wijs. d. Benoeming van een onderwijzer in het handelsrekenen bij het Herha- lir.gsonderwijs te IJniuiden en van personeel bij het Herhalingsonder- wijs te Velseroord en te Santpoort. 3. Adres hoofd van school F, om gebruik van een verwarmd en ver licht schoollokaal, voor het geven van een cursus in paardenkennis. 4. Aanbieding verslag Visscherïj- school IJmuidien. 5. Benoeming lid Commissie wering schoolverzuim Velsen. 6. Verordening Hinderwet traan- kokerij. 7. Bouwplan P. Langendijk Schul pen. 8. Adres mej. D. de Boer, verlos kundige te IJniuiden, om een vaste jaorlijksche toelage van f 150. 9. Adres Bond voor Staatspension- neering om adhaeslebetuiging aan een adres aan II. M. de Koningin. 10. Onbswoonbaarverklaring van 2 woningen te Velseroord. II. Vaststelling rooilijn voor den bouw eener villa aan den Driehuïzer Kerkweg. 12. Verpachting Zeestrand IJniui den. 13. Vaststelling 3de suppletoire be- giooling 1908. 14. Behandeling rekening Armbe sturen 1907. 15. Vaststelling der begrootingen voor 1909 a. van de neen te met bijlagen. b. van de a.uibesturen. c. van de gecontracteerde wegen. Ëinuealaati HOFBERICHTEN. H. M. de Koningin heeft belaingrij- ke inkioopen laten doen op de ba zaar van „Arbeid Adelt", te 's-Gra- vemhage. DE VEREENVOUDIGDE SPELLING. Te Winschoten is op het gymnasium en de H. B. School de vereenvoudigde spelling na het eindigen der zomar- vacantie niet algemeen ingevoerd, zooals anders de bedoeling der leera ren was. Met het oog op do vele in gebrachte bezwaren, waarvan voor een deel de gegrondheid niet ont kend kon worden, is bepaald, dat slechts die leerlingen de vereenvou digde spelling mogen schrijven, wel ke daarvoor de schriftelijke toestem ming van hunne ouders kunnen over leggen. Het gevolg hiervan is rggveest, dat tal yan leerlingen, die >^75 lot het schrijven van de nieuwe spelling wa ren overgegaan, thans weer de spel ling van Do Vries en Te Winkel moe- ton volgen, omdat hunne ouders de schriftelijke goedkeuring niet wilden afgeven. MET MESSTEKEN GEDOOD. Op do Leeuwarder kermis is een jonge man van 29 jaar met messte ken gedood. De dader, R., is bekend, doch voortvluchtig. GEZANTSCHAPPEN. De aanstaande verplaatsing van den goaautschapsraad jhr. Van dier Goes in die hoedanigheid van Ber lijn naar Londen zal tevens gepaard gaan met zijne vervanging te Berlijn uoor jhr. Van Vredenburch, thans gezantschapsraad te Weenen. GAS VERSTIKKING. Men meldt, dat notaris v. d. W., van Nieuwer-Amstel, in zijn woning aan den Overtoom no. 381 te Amster dam, bewusteloos gevonden werd ten gevolge van ontsnapt gas. Men heeft toen den bewustelooze vervoerd naar het nabijgelegen Wilhelm ina-Gast- buis. Hij was nog niet bij bewustzijn gekomen. Een Parijsche handelaar, die veel zaken deed in Japan, vernam bij ge ruchte, dat een bankier hot bericht had ontvangen van 't faillissement van 'n groote Japansche firma. Om de hooge seinkosten uit te sparen, vroeg hij aan den bankier, wie die firüia was, maar deze maakte be zwaar om het hem te zeggen, daar het bericht nog niet officieel was. Laat ons dan zóó doen, zei de koopman. Ik schrijf twaalf firma's op een lijstje, en gij zegt me, of do naam van den gefailleerde er ondefc is. Hierin stemde de bankier' toe. De koopman schreef 12 namen op het lijstje en bekeude, dat de naam van den gefailleerde er onder was. Dan verlies ik veel geld, zei de koopman, hem een der namen aan wijzende, want deze is het. Hoe weet gij dat? vroeg de ban kier verbaasd. Wel, zei "de koopman, 11 namen had ik verzonnen. Aannemenl kellner, riep een man, die de parelen zweet op het voorhoofd stonden en die al een kwartier bezig was om een kuiken te ontleden. Aannemenl meneer. Breng me eens een beitel, een hamer en een breekijzer, want ik wil eens zien van wat voor materiaal dat ding hier op mijn bord gemaakt is. Waarom ben je zoo ernstig, ami ce? Pech gehad, kerel. Zoo? In zaken of in liefde? In zaken; de dochter van den bankier Goldstein heeft mij 'n blauw tje laten loopen. Heer: Kunt gij mij den weg wij zen naai- het kasteel, vriend? Boer: Jawel, ge gaat maar al rechtuit tot ge bij een zijpad komt, waarbij staat: „verboden toegang"; dat pad moet ge op. 't Was op een weljan. De bookma ker had iemand bij zich gehad, die 'n rijksdaalder had geplaatst en even later kon hij, want de man van den rijksdaalder had geluk gehad, hem er zeven uitbetalen. De man nam allo rijksdaalders één voor één op en bekeek ze nauwkeu rig. Wel, zei de bookmaker, ben je bang, dat ze niet goed zijn? O, neen, zei de man, het zeven tal in den zak stekende, maar ik kijk eens goed uit, want ik wil er zeker van zijn, dat ik dien valschcu, dien ik jou gegeven heb, niet weer van >"o terug krijg. EEN VREEMDE ZAAK. Dezer dagen werd le Laren (Gooi) door een verpleegster een dame in bewusteioozen toestand aangetroffen die hevig bloedde uit haar polsen. De verpleegster bracht de dame over naai' de R.-K. Z ie k «fci v© r p 1-eging lo Hilversum, waar dr. BarendrMit do eerste geneeskundige hulp verleende. Hel bleek, dat <te polsen der dame, moj. G. genaamd, bijna geheel wa ren afgesneden. Uit de antwoorden, die men van mej. G. op do haar gestelde vragen ontving, kan niet worden opgemaakt hoe de zaak zich had toegedragen. Vermoedelijk heeft do dame zichzelf in een vlaag van verstandsverbijste ring van het leven willen berooven. Haar toestand is op het oogenblik re delijk. GEDENKTEEKEN BIJ QUATRE-BRAS. Aan do officieren van het Neder land sclie leger is door do korpscom mandanten. een circulaire rondgezon den, waarin molding gemaakt wordt van een voorgenomen plan om bij Qualre-Bras een goden kteekon op te richten ter eere van de Nederland sen© regimenten, die daar in 1815 ge streden hebben. De geldelijke mede werking der Nederlandscho officie ren wordt in deze circulair© ge vraagd. Naar het Engelsch, door Arthur W. Mare.' m n t. 82) Of men denkt, dat ik de dief bon., óf dat ik in een toe stand van tijdelijke krankzinnig heid handelde zooaLs beschreven, onbewust en geheel afgescheiden van de papieren. Beid© meeningen zijn volkomen bezijden do waarheid. Ik ben een dief noch ecui krankzinnige. In tusschen is mijn levem zoo goed als verwoestik heb niets dan inijn eigen eerewoord om mijn onschuld te bewijzen., en de over tuiging daarvan is het eonige I walt mij im deze duistere tijdon moed inspreekt. Slechts een enkel© opmerking teekeinde het blad hierbij aan Natuurlijk is het mógelijk, dat do getuigenis van mijnheer Fcn- wick de waarheid behelst en zijn verklaring do war© oplossing. In tusschen, waar zijn de gestolen papieren Olive's wangen glooiden van ver ontwaardiging, toen zij dien laatsten zin las. Zij wist waar zij de bedrij vers van dien diefstal moest zoeken; en toen zij ten tweeden male de be schrijving las van de dienstbode, die Jack bij zijn eerste bezoek aan het huis gezien had, herkend© zij er An na Hartmann in. Wat stond haar nu te doen .Het was een moeilijke vraag en het ver volg vam de reis waren haar gedach ten daar voortdurend van vervuld. Zij kon natuurlijk informaties ge ven, die d© vrouw dadelijk in han den der polit ie zou overleveren maar wat zou dat uitwerken? De ge heele bende zou dadelijk alarm bla zen en verdwijnen. Anna zou natuur lijk o.p de haar eigene, zekere wijze ontkennen, wat Jack beweerde; en zelfs al weid zij gevangen gehouden, dan zou Jack daar nog niet mee ge holpen zijn. Al liet gebabbel, door de arrestatie veroorzaakt, zou het veel moeilijker 'maken verdere ontdekkingen te doem; terwijl Olive bovendien haar eigen •nasporingen niet zou kunnen voort zetten. Als er een arrestatie plaats ..had, dam moesten ©r, dadelijk vele an dere volgen. Zij was slim genoeg om in te zien, dat de vraag, die do courant had ge opperd, werkelijk bet gewichtigste punt was. Waar waren de gestolen papieren Olive was genoeg te weten gekomen om te kunnen raden, wat het antwoord hierop was. Of zij wa ren al overhandigd aan de men- schon voor wie zij gestolen waren, óf zij waren in het bezit van mevrouw Taunton of Merridow. Waarschijn lijk de eerste. Het moest haar werk zijn hiervan zekerheid te krijgen. En terwijl zij dat trachtte te weten te komen, moest zij tegelijkertijd trachten de midde len te vinden om haar eigen raadsel op t© lossen. Te dien opzicht© had zij al een plan gemaakt. Zij had niet voor niets de spion gespeeld in het huis van don Minister. D© ondervinding had haar de waar de van die methode geleerden zij was volkomen bereid nog eens een poging te wagen. Zij was al eerder tot de ontdekking gekomen, dat zij zich vergist had door eerst Merridew aan te Vallen. Do moeder was de spil, waarom dit alles draaideen zij moesi in 't ver volg bewaakt worden. ILet nieuwe idë© van Olive was te probeeren op Silverbeech toegang te krijgen, en daar een betrekking in de huishouding le verwerven, zooals zij in Cromwell Gardens had gehad. Zoo ergens dan zou zij daar de in formatie kunnen krijgen over het be- drog van dat huwelijk en zoo gauw als dat idéé vasten voet gekregen had, werd het telkens sterker. Toen viel haar nog iets anders in. Als zij het eens klaar kon spelen, dat Merridew gedwongen werd op Silverbeech te komen en als zij dam de gesprekken tusschen moeder en zoon eens kon afluisteren, dan zou zij zeker hun geheimen ontdekken. Zij kende ieder hoekje en gaatje van het groote, ingewikkelde huis. Het was een heel oud huis met meer don ócn geheime kamer, trap om schuilplaats, met zorg ln elkaar ge zet in de lijden, ioen de vroegere nïoesters Van hot landgoed in com plotten tegen het Gouvernement een rol haddon gespeeld in de tijden vam den Opstand en later. Haar vlug begrip zette spoedig eon plan in elkaareii vóór dat zij in Londen aankwam, was zij besloten het tem uitvoer to brengen In plaats van dadelijk naar mijn heer Casement te Frampton te gaan, zou zij eerst een bezoek brengen aaai dó kamer, die zij gehuurd had, toen zij haar werk als detective begon, on een andere vermomming in orde brengén. Zij had daar wat geld be waard en een oponthoud van enkele uren zou haar gelegenheid geven al le noodige toebereidselen te maken. En Londen' was van alle steden liet best voor dat dool geschikt. Zij zou op een of andere manier trachten op Silverbeech te komen, en zij zou zich aanmelden als een lèrsch meisje, Mollie O'Brien. En zij moest er zóó uitzien en haar rol zóó spelen, dat zelfs haar eigen, oude dienstbo den haar niet zouden herkennen. En toon glimlachte zij bij de gedachte, dat zij eerst haar vermomming op mijnheer Casement zou probeeren. Aan het huis weiden haar geen vragen gedaan. De uitlegging, die zij al gegeven had, was aangenomen en toen zij vrijwillig de hospita be taalde nam zij het geld aan en be dwong haar nieuwsgierigheid. De eerst© daad van Oilvo was den Palforfihs hun gastvrijheid te ver goeden. „Alice Garstang zal eens zelf komeai hooren, of u het ontvangen hoeft", schreef zij er bij. Toen zat zij een uur achtereen voor haar spiegel, de veranderingen in haar uiterlijk bestudeerende. Toen ging zij uit, deed den brief op de post en kocht eem zwarte pruik een van die bijzonder gekroesde, die aan weerszijden van het hoofd wijd uit staan en laag op het voorhoofd neer komen. Zij knipte de blonde krullen die zij als „Rosa Baumstein" gedra gen had, tot op de huid af, en verfde de korte haartjes zoowel als de wenk brauwen en oogharen. Wat rouge met zorg op haar gelaat aange bracht gaf haar een Iersch uiterlijk en zonder veel moeite gelukte het haar de uitdrukking van het onder deel van haar gelaat to veranderen. Het figuur was gemakkelijker. Weg gingen de breede heupen, die het Duitsclie meisje had gehad. De taille werd zoo lang mogelijk gemaakt, en dat effect werd nog verhoogd door de japon, die zij had uitgekozen. En ton slotte maakte zij nog een kleine dikte op één schouder. Het Iersche accent gaf haar geen moeite. Zij had meer dan eens een Iej-sche rol gespeeld in een toon cel- stukje, zij hiel dvan het dialect on had het dikwijls in praktijk ge bracht; terwijl haar aangeboren scherpzinnigheid haar in staat zou stellen het Iersche temperament in haar manieren te leggen. Eindelijk was zij met alles gereed en ging naar bed, zeer voldaan over het resultaat. Haai' eigen japon in een doos bij zich, hebbend, ging zij den volgenden morgen vroeg naar Frampton, en ter wijl zij de doos aan het station liet staan, wandelde zij naar het kan toor van mijnheer Casement en vroeg deal notaris te spreken over een ge wichtige aangelegenheid. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1908 | | pagina 5