NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
26e Jaargang. No. 7861
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon* en Feestdagen.
WOENSDAG 10 FEBRUAB1 1909 A
1.29
ABONNEMENTEN
PER DRIE MAANDENi
Voor Haarlem
Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd to (kom der
gemeente)130
franco per post door Nederland.1.65
Afzonderlijke nummers0.02 H
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem037H
a „de omstreken en franco per post s 0.45
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. 8. PEEREBOOM.
ADVERTENTIËNi
Van 1—5 regels 50 Cts.: iedere regel meer 10 Cts. Bulten het Arrondissement
Haarlem van 1—5 regels /t—elke regel meer ƒ0. IC Reclames 30 Cent per rega'
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Advertentien van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatslngj
50 Cts. voor 3 plaatsingen k contant
Redactie en Administratie: Groot? Houtstraat 55.
Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 60G en der Administratie 724
Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem :n dit blad Is uitsluitend gemachtigd het Algejieen Binnen- en Bultenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA,
Warmoesstraat 76—78, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
ZES BLADZIJDEN.
EERSTE BLAD.
AGENDA
DONDERDAG 11 FEBRUARI.
Gr. Kerk: Orgelbespeling, 2—3 uur.
Brongebouw: Specialiteiten-voor-
stelling, 8 uur.
OM ONS HEEN
No. 879.
De Courses op Woestduin.
Hel is een belangrijk besluit, dat
B. en W. van Bloemendaal genomen
'hebben, om op Zondagen geen cour
ses op Woestduin meer ioe te laten.
Die beslissing staat gelijk met slui
ting van de baan. Al is bet waar, dat
Woeslduin's bestuur nog de zes an
dere dagen van de week overhoudt,
om te laten draven en rennen naar
hartelust, de eenige dag, waarop het
dit met financieel succes kan laten
doen, is ongetwijfeld de Zondag. In
Engeland gebeuren deze en dergelijke
wedstrijden op Zaterdag, maar daar
worden de meeste zaken Zaterdag
middag te 12 uur gesloten, zoodat
wie wil vrij is om er dan heen te gaan.
Vóórdat we in Nederland een clerge-
lijken halven weekdag vacantie ne
men, zal er nog wel meer dan een
menschen leu n voorbij moeten gaan.
Courses op een werkdag zullen dus
op Woestduin alleen bezocht worden
door de weinige tientallen mensehen,
die geld genoeg hebben, om de gehee-
le week door naar hartelust, over hun
tijd te beschikken. Dat van dit handje
vol een zoo kostbaar sportterrein niet
kan bestaan, ligt voor de hand.
Waarom B. en W. van Bloemendaal
(en dat nog wel eenparig} dit besluit
genomen hebben, wordt niet vermeld.
Wij vermoeden, dat de gelegenheid tot
wedden, die daar gegeven wordt, er
niet vreemd aan zijn zal.
Gebleken is reeds (en het is ver
klaarbaar), dut liet bestuur van
Woestduin hierin niet zal berusten.
Reeds is gesproken van een verzet
tegen de toepassing van de verouderde
Zondagswet. En te ontkennen valt het
niet, dat deze wet van 1815 uit den
auiti van de zaak op hedendaagsclie
<005tanden weinig meer aansluit, zoo
dat zij dan ook nog slechts beperkte
loepuss üg vindt.
In liet jaar 1897 heeft het hoofd der
gemeente Haarlem de bepalingen van
dezelfde wet willen toepassen ten op
zichte van de sluiting van winkels op
den Zondag. Op voorstel van den heer
Sneltjes is toen in de Raadsvergade
ring van 7 April niet overgroote meer
derheid door den Raad besloten, zich
met een request tot de Ministers vun
Binnen!andsche Zaken en Justitie te
wenden, waarin werd opgemerkt, dat
het hier een rijkswet gold, die alleen
dan billijk zou werken, indien zij in
het geheele Rijk op gelijke wijze werd
toegepast.
Den '19den Mei daaraanvolgende
werd in den Raad medegedeeld, dat
de Ministers haddon geantwoord, dat
bij de regeering niet liet voornemen
bestond, om in de tot dusver gevolgde
wijze van uitvoering der Zondagswet
verandering te brengen.
,,De Regeering", zoo zeide toen de
burgemeester, „heeft mij uitgenoo-
dïgd, mij verder te onthouden van
uitvoering der Zondagswet. Natuur
lijk zal ik daaraan voldoen. Waar de
Re-geering zoo duidelijk haar gevoelen
heeft uitgesproken, past het den amb
tenaar zich te onderwerpen."
De heer Jhr. Mr. A. J. Rethaan Ma-
saré had den 7den April in de Rnads-
debatten in herinnering gebracht, dat
in dou aanhef van de Zondagswet ver
nield wordt, dat de wetgever van die
dagen „de plichtmatige viering van
den dog dos lie eren en andere dagen,
den openbaren Cliristelijken Gods
dienst toegewijd, wilde verzekeren
dqpr eenparige en voor de ge
heele uitgestrektheid der Voree-
ïïigde Nederlanden algemeen
werkende maatregelen".
Op deze laatste woorden legde de
heer Macaré toen den nadruk. En ook
uit het antwoord van de beide Minis
ters bleek, dat een zoodanige alge-
mee ne toepassing van de oude wet
over het geheele land niet in de be
doeling der Regeering lag
Daar nu in andere gemeenten het
houden van courses op Zondag niet
verboden is, zal waarschijnlijk het be
stuur van Woestduin zich bij de Re
geering wel op denzelfden aanhef van
de wet beroepen, om B. en W. van
Bloemendaal tot andere gedachten te
brengen. Hier hangt dus veel, of al
les, van de opvatting der Regeering
af en we weten, dat de samenstelling
van het Ministerie sinds 1897 belang
rijk is veranderd. Toen was Mr. Goe
man Borgesius Minister van Binnen-
landsche Zaken, thans is het Mr.
Heemskerk. Hoe wijd hunne opinièn
over Zondagsrust en Zondagsheili
ging uit elkander loopen, is wel be
kend. Bovendien is het meer dan een
vermoeden, dat B. en W. van Bloe
mendaal met de Regeering hebben
overlegd, vóórdat zij hun besluit heb
ben genomen. Is dit zoo, dan zal het
bestuur van Woestduin in Den Haag
geen troost vinden.
Tot zóóver de wettelijke kant van
de zaak.
Zij heeft nog twee andere zijden:
die belicht kunnen worden uit - het
antwoord op deze twee vragen
Is het in 't algemeen gewenscht, of
niet gewenscht, dat eein harddraverij
en renbaan op Zondag wordt open
gesteld
Is het juist, dat deze banen noodig
zijn voor of belangrijk bijdragen tot
de veredeling van het paardenras
Over deze aangelegenheden hebben
wij de meening gevraagd van drie
personen, die als deskundigen mogen
worden aangemerkt. Het gesprek met
één hunner volgt hier, de mededee-
ilngen der beide anderen worden op
genomen in het volgend nummer.
Een onzer dan heeft vooreerst ge
sproken met een getrouw bezoeker
der wedrennen, die van de paarden
sport goed op de hoogte is, en voldoen
de menschenkennis heeft, om over
verschillende onderdeel en van deze
quaestie te oordeelem. Hem vroegen
we eerst„zal de paardensport onder
die sluiting van Woestduin op Zonda
gen lijden?
Zijn antwoord was beslist„Zeker
Eerst zullen we ons bij Woestduin be
palen. D't was een baan, die veel mee
tings uitschreef en Yooral o;i de Zon
dagen beslag legde. Wanneer de Zon
dagen uitvallen, zullen er op dagen in
de week minder bezoekers komen, 't
Eene volgt uit 't andere Komen er
minder bezoekers, dan wordt de ont
vangst der entrée-gelden minder, be
schikt het bestuur der baan over een
minder royale portemonnale, dan
moeten er lagere prijzen uitgeloofd
worden, en hoe lager de prijzen zijn,
des te minder paarden worden er in
geschreven en des te minder kosten
kunnen er door de eigenaars der
paarden gemaakt worden, 't Paarden
ras zal dus onder de tegenwerking
ran de paardensport lijden."
Nu kwam bet gesprek over de an
dere banen.
„O ja, er zijn veel andere banen, te
Bussum, Breda, Duindigt, Groningen,
Heerenveen, Rotterdam, Utrecht,
Leeuwarden en te Amersfoort is pas
een nieuwe aangelegd. Op AL deze
banen mag op Zondag gereden wor
den.Woestduin was evenwel de lioofd-
baan, want daar werden elk seizoen
ongeveer 30 courses gehouden, terwijl
de aiwiëre banen er 2, 4, C en Duin
digt als de hoogste 20 dagen open
staan. Bovendien, ik zei heit reeds,
Woestduin was vooral voor de Zon-,
dagen.'
We i-nterrompearden „liet gevolg
zal zeker zijn, dat nu de andere ba
nen op Zondagen wedstrijden uit
schrijven
't Antwoord was „Niet onwaar
schijnlijk, maar voor dit seizoen (zo
mer 1909) zijn alle data al vastgesteld
en zal het heel moeilijk zijn, er groote
verandering ln te brengen. Boven
dien, in Haarlem en omstreken wo
nen vele personen, die bij de sport
belang hebban ik noem stallen als
van Lijnkamp, Koeter, Sohönrock,
Bultman en Comeys, die hier wonen
om Woestduin. Wanneer deze stallen
weinig ruter aan Woeetduin hebben
en meer kosten moeten maken voor
andere banen, dan zullen ze misschien
naar elders, naar meer gunstiger
plaatsen, verhuizen."
„Zou u bepaald meenen, dat er in
de week minder menschen bij de wed
rennen komen dan Zondags T'
„Zeker. Er is wel een categorie
sportlui, die ook altijd in de week
zullen komen, maar 't bezoek zal veel
minder zijn."
„Denkt u, dat er mogelijkheid be
staat, om het wedden af te schaffen
en de wedrennen te behouden
„Een moeilijke vraag. Ik voor mij
ben overtuigd, dat bet wedden met
geheel is tegen te gaan. Ook zal het
niet gaan om een baan zonder wed
gelegenheid in stand te houden,
Misschien zou er één in 't cen
trum van het land kunnen bestaan,
maar dan zouden de inleggehlen voor
de paardenhouders weer veel te hoog
moeten zijn, om fatsoenlijke prijzen
uit te loven, en het getal deelnemers
te groot, om de win-kans voor den
eigenaar zoo te maken, dat hij het de
moeite loonend acht, om kosten aan
zijn paarden te spandeeren."
„Meent u, dat zonder wedrennen
geen goede veredeling van het paard
te verkrijgen
„Neen. Wanneer een sportpaard op
een bepaalden afstand snel is, zal hij
't in alle omstandigheden van een
gewoon paard winnen èn in kracht én
in uithoudingsvermogen. Neem een
gewoon paard, en rijd er eens eenige
keeren mee. 't Komt op stal, laat den
kop hangen en lust voorloopig geen
eten. En een harddraver Als hij op
stal komt, hinnikt hij nog even vroo-
lijk als vóór de reis en eet dat 't een
lust is. Dan ziet men 't verschil."
„Maar worden de sportpaarden niet
alleen voor de sport gebruikt
„Neen zeker nietEr wordt mee
gefokt, en dat ons paardenras in de
laatste jaren ln waarde gestegen is,
dankt men aan de sport. Kent u die
hitjes, die nu veel gebruikt worden
Wat zijn. die diertjes vlug en ze wer
ken van nieuwjaar tot oudejaar Dat
is wat anders dan de zeulderige die
ren, die langs den weg loopen."
Nu kwamen we met dezen spreker
ook op den moreelen kant dezer zaak,
en vroegen
Is 't juist, dat vele menschen door
het wedden bij de rennen verliezen en
moreel te gronde gericht worden
„Ja, dit kan niet ontkend worden,
maar ik heb van de vele personen, die
dien weg gegaan zijn, nooit de over
tuiging gehad, dat dit alleen door 't
wedden bij rennen is gekomen. Neen,
dat waren allemaal menschen, die
Zondags misschien een paar honderd
gulden speelden, maar in de week op
de beurs voor duizenden guldens In
de Arnerlkaansche fondsen verdob
belden. Dit was hun genadeslag."
„Komen er op Woestduin ook wel
arbeiders, die zich door het wedden
nadeel berokkenen
„Ik meen van niet. Wel zijn er
vrij kaartjes en die menschen mogen
kwartje bij kwartje leggen, om
met 10 of 20 één paard te spelen, maar
dit kost hun geen broodje. Er is wel
eens een slagersknecht, die het geld
van z'n patroon verspeelt, maar dit ls
een op zich zelf staand geval. Werk
lieden spelen niet zooveel, dat ze er
gevoelig financieel nadeel van onder
vinden. Stel eens een hartstochtelijk
speler, die z'n geheele weekgeld ver
liest, hij mag een tweeden keer het
zelfde doen, maar een derden keer
blijft hij thuis 1"
Wanneer de wedrennen te Woest
duin op Zondag gesloten zijn, zullen
de Haarlemmers, moreel beschouwd,
daar voordeel van hebban
„Ik geloof het niet. Hij, die wedden
wil, wedt toch. H Is als met een dronk
aard, hij moet en zal drinkep. Zulke
hartstochtelijke spelers worden door
deze bepaling xui-et geweerd. Laat je ze
Zondags thuis, dan komen ze ln de
week en dan laten ze hun zaken ver-
loopon, wat nog erger is."
„Hebt u anders nog iets over de
zaak te zeggen
,Ja, een opmerking. Mijns Inziens
moet er een zaak veranderd worden.
Nu geven de bookmakers den wedders
crediet. Dit ie zeer nadeeldg, want
gaat iemand met 40 gulden naar
Woestduin, eai verliest hij, dan komt
do lust op, grooter bedragen te wagen
en verliest hij misschien nog meer,
don komt hij in geldzorgen om zijn
schuld bij de bookmakers te voldoen.
Dit credietgeven moet verboden wor
den."
Tot zoover onze zegsman. Ik acht
het nuttig, alvast te verklaren, dat ik
verschillende van zijn beschouwingen
volstrekt niet deel. Nader kom ik
daarop terug.
J. c. p.
bultenlandsch Overzicht
Heel Duitschland en half Europa is
in opschudding gebracht door de ont
hullingen van ?t Berliner Tageblatt
over een verbond tusschen
ENGELAND EN DUITSCHLAND
dat vroeger gesloten had kunnen
worden. Als „hadden" komt is „heb
ben" te Iaat! Nu zijn er menschen
die dit jammer vinden, maar er zijn
er óók, die er geen greintje spijt van
hebben! 't ls thans een mooie gele
genheid, om op dit thema, voof of
tegen een verbond tusschen Enge
land en Duitschland, een betoog te
houden. Dit wordt door de politieke
bladen dan ook met veel animo ge
daan.
Allereerst stellen vele schrijvers de
vraag: is er inderdaad van een ver
bond sprake geweest. Weer dit be
kende verschil van meening de
een zegt ja, de ander neen! Er wordt
een heele collectie ongenoemde „di
plomalen, die gerekend kunnen wor
den van den toestand volkomen op
de hoogte te zijn," in de arena ge
bracht, maar ook hun meening is
zeer verschillend. Wanneer we even
wel alle oordeelen gelezen, gewikt en
gewogen hebben, dan komen we tot de
conclusie: zoo er omstreeks 1900 niet
van een bepaald verbond sprake
geweest Is, dan toch zeker van een
entente, een vriendschappelijke
verhouding. Maar wie 't balletje op
geworpen heeft Duitschland of En
geland? Von Btilow of Chamberlain
of Salisbury? blijkt niet en... zal
vermoedelijk wel nooit volkomen op
gehelderd worden. Ook de reden
waarom de pogingen zijn afgespron
gen liggen voor 't publiek in 't duister
Wel is er iets te zeggen voor het oor
deel van een diplomaat in Berlijn,
die zei: „een toenadering van Duitsch
land tot Engeland zou ongewenschte
verhoudingen gegeven hebben, ons
land zou geworden zijn 't zwaard van
den Brit, die zijn macht ter zee op
deze wijze wilde aanvullen en volma
ken. Wanneer wij, (Duitschland) had
den toegehapt, zou onze vriendschap
met Rusland verbroken zijn; de
vriendschap met Rusland, die Wil
helm I en Bismarck heilig was."
De geschiedenis heeft zich wel ge
wroken. Nu is de Russische vriend
zelf bij Engeland schuil gaan zoeken!
Teekenend Is de uitval van de
T&gliche Rundschau, die schrijft-
„Duitschland had de kieus, en mag
zich dus niet beklagen dat het gegaan
is als het is gegaan. Maar wat we En
geland kwalijk nemen, dat is de ha
telijke overdrijving waartoe het zich
ln zijn tegen Duitschland gerichte po
litiek meer en meer liet verleiden.
En wat we koning Eduard niet dan
ken is, dat hij niets heeft gedaan, om
dien hatelijken trek in de Engelsche
politiek te verzachten; ja, dat hij er
zelf niet van scheen vrij te blijven.
Maar ten slotte is zijn te groote ijver
Duitschlands voordeel geworden.
Want hij trok den kring om Duitsch
land zoo wijd, nam er zooveel in op,
dat de omsingeling op vtïle punten i
zwak is geworden."
't Is zeker geen toeval, dat deze
„oude koeien uit de aloot gehaald
worden" juist nu koning Edward bij
WJbelm op visite is. Juist nu is het
vraagstuk: toenadering tusschen En
geland en Duitschland bijzonder ac
tueel. De monarchen hebben er in
hun toasten aan 't gala-diner gehou
den ook over gesproken.
Keizer Wilhelm hield de eerste ta
felrede en begon met koning Edward
en koningin Alexandra hartelijk wel
kom te heeten. Daarna klonkt T:
„Door oude tradities em nauwe ver
wantschapsbanden zijn wij met el
kander verbonden. De Yele ontmoe
tingen, Welke tusschen ons plaats gre
pen, waren mij steeds een bron van
groote voldoening. Uwe Majesteit kan
er van verzekerd zijn, dat gelijktij
dig met mij, ook mijn hoofdstad en
het geheele Duitsche rijk uwe aanwe
zigheid beschouwen als een bewijs
van de vriendschappelijke gezind
heid, welke Uwe Majesteit tot het be
zoek bewogen heeft. Het Duitsche
volk begroet den regeerder van het
machtige Britsche wereldrijk met de
achting, welke dezen toekomt en ziet
in dit bezoek een nieuwen waarborg
voor de verdere vreedzame, vriend
schappelijke ontwikkeling der tus
schen onze beide landen bestaande
betrekkingen.
Ik weet hoe zeer onze wenschen
voor het behoud en de bevestiging
van den vrede overeenstemmen,
kan Uwe Majesteit op geen schoonere
wijze welkom heeten, dan door uit
drukking te geven San de vol vertrou
wen uitgesproken overtuiging, dat 't
bezoek van Uwe Majesteit er toe bij
dragen zal, dal elk onzer wenschen
verwezenlijkt zal worden. Terwijl ik
nog de hoop uitspreek, dat het groote
rijk, waarover Uwe Majesteit regeert,
ook ln de toekomst zal gedijen en
bloeien, wijd ik mijn glas aan het
welzijn van Uwe Majesteit en van
Uwe Majesteit de Koningin."
Koningin Edward dankte en zei
o.m.: „Uwe Majesteit (dat is Keizer
Wilhelm) heeft met betrekking tot
het doel en het gewensebte resultaat
aan mijn eigen gevoelens reeds op
welsprekende wijze uitdrukking ge
geven; ik kan daarom slechts herha
len, dat onze komst met enkel ten
doel heeft, onze enge banden van
verwantschap in herinnering te bren
gen, maar ook de bevestiging van de
vriendschappelijke betrekkingen tus
schen onze beide landen eu daardoor
het behoud van den algemeenen vre
de, waaraan ik mijn gansche leven
wijd.
Met den vvensch, dat Uwer Majes-
teits gansche rijk ook in de toekomst
zich verder moge ontwikkelen en
bloeien, hef ik mijn glas op, op het
welzijn van Uv\e Majesteit, van Hare
Majesteit de Keizerin en van uw Huis.
Deze tafelredevoeringen zijn wel rt
belangrijkste van 't bezoek. Want
kan 't onze lezers interesseeren of de
koning naast de keizerin zat en de
keizer naast de Koningin? Misschien
vinden ze 't eigenaardig te weten, dat
Edward en Wilhelm bij de aankomst
op 't station elkaar omhelsden.
Als dat nu niet 't toppunt van har
telijkheid is!
Leest men deze hoogdravende zin
nen goed, dan blijkt 't... dat er al bij
zonder weinig Ln staatDit is ook
juist naar waarheid
Marokko is steeds een twistappel
geweest voor de Eoropeesche mogend
heden vooral tusschen Duitschland
en Frankrijk was het geregeld ruzie.
Nu zal daar eindelijk eens een einde
aan komen, want be1 de landen hebben
- vrij onverwacht en daarom ls het
een aangename verrassing
EEN OVEREENKOMST OMTRENT
MAROKKO
gesloten De tekst daaivan luidt
„De regeering der Fransche repu
bliek, die de integriteit en onafhanke
lijkheid van het Morokkaaneche rijk
onvoorwaardelijk blijft voorstaan,
heeft besloten de economische gelijk
heid van rechten te handhaven en
dientengevolge aan de Duitsche han
dels- en nijverheidsbelangen daar te
lande niets Ln den weg te leggen.
De Duitsche regeering harerzijds,
die in Marokko uitsluitend belangen
van economischen aard heeft, en er
kent, dat de speciale politieke belan
gen van Frankrijk nauw samenhan
gen met de handhaving van rust en
vrede daar te lande, verklaart vast
besloten te zijn, de behartiging dier
belangen niet te zullen belemmeren.
Beide regieringen verklaren geen
maatregelen te zullen nemen of be
vorderen, die kunnen strekken om
haar zelve of de een of andere mo
gendheid economische voorrechten te
verschaffen, en dat zij zullen trach
ten te bevorderen, dat hare landslie
den gemeenschappelijk de zaken, die
hun mochten worden opgedragen,
ten uitvoer zullen brengen."
Als we nu eons voor goed van het
Marokko-geinodder verlost waren
als...
De Russische regeering zet het on
derzoek naar
•T POLITIESCHANDAAL
voort (buiten veler verwachting I) e<n
heeft nu de volgende mededeeling be
kend gemaakt
Verschillende bladen gaan voort te
vertellen, dat de ingenieur Azef aller
lei aanelagen (o. a. qd grootvorst Ser-
gius) heeft bedreven en zelfs ambte*
naren daarin de hand hebben gehad
dat Lopuchin gevangen is genomen,
alleen om zich te verantwoorden, dat
hij aan de revolutionairen mededee-
lingcn heeft gedaan over „Azef's sa
menwerking met de politie tor ver
hoed ing van terroristische aanslagen"
en teneinde te voorkomen, dat hij
nog meer voor de regeering onaange
name onthullingen doet. D a t a 1 i: s
spreekt de regeering te
gen. Geen enkele ambtenaar is ooit
in een terrorislischen aanslag betrok
ken geweest. Over een deelneming van
Azef aan politieke misdrijven is ook
nooit aan regeer ings-ambtcna ren
eenige kennis gegeven.
Is dit uu de uitslag van het onder
zoek 't Is meer dan Russisch, maar...
gelukkig is de Doema er nog, en kan
lie regeering gedwongen worden, '..ni
klaarder wijn te schenken. Want wie
gelooft, na alles wat gebleken K aan
dit excuus
Over de
BALKAN-CRISIS,
inzonderheid oxer de lotgevallen van
het Russische bemiddelingsvoorstel en
het Turksche tegenvoorstel, zijn de
berichten vaag en spreken elkaar te
gen. Een bepaald besluit moet dan
ook nog niet genomen zijn. Wel wordt
een vriendschappelijke regeling ver
wacht, en verblijden we ons met de
teekenen, die daarop wijzen. Zoo
wordt gemeld, dat de Bulgaarsche re
geering officieel mededeelt, dat het
tegenvoorstel van Turkije de verkla
ring behelst, dat Bulgarije zal afzien
van eenige wijziging der grenzen. De
minister van oorlog heeft onmiddel
lijk gelast, dat alle reservisten, die
onder de wapens waren geroepen ter
versterking van de 8ste divisie aan de
vi- naar huis zouden worden ge-
Stadsnieuws
Vierde Bachconcert.
Is bet eigenlijk niet een beetje on
verklaarbaar dat de man, van vvien
gezegd kan worden, dat hij een jaar
of tien lang het middenpunt was van
het middenpunt der muzikale wereld,
in ons tegenwoordig muziekleven nog.
maar zoo'n betrekkelijk bescheiden
plaats inneemt? En nu praten we niet
van iemand die leefde in de grijze
oudheid, in een tijd die aan den onze
geheel vreemd is. Ook niet van een
die door protectie of toeval op z'n
hoog voetstuk was geplaatst. Neen,
Felix Mendelssohn-Bartholdy dankt;
zijn belangrijke plaats in de wereld
der toonkunst wel dagelijk aan eigen
verdienste. Hij was voortreffelijk pia
nist, buitengewoon dirigent, geniaal
componist. In deze laatste hoedanig
heid 2al hij dan ook wel nooit geheel
vergeten worden. Maar toch. Ja
nu wij in deze maand zijn honderd
sten geboortedag herdenken, nu werd
door het. Amsterdamsche orkest ons
vierde Bach-concert in een Mendels-
sohn-concert omgestempeld. Al*
hoofdwerk stond op 't programma de
„Italienische" Symphonic, waarvan
ik mij geen vroeger uitvoering door
het Concertgebouw-orkest herinner.
Zij werd schitterend gespeefd en voor*
al de belde laatste deeten, liet sierlij
ke Con mo to moderato en de
pittige S alt a re 11 o maakten blijk
baar veel indruk; en de heer Mengel
berg - die dit eti alle verdere werken
van Mendelssohn uit het hoofd diri
geerde wer dbijzonder levendig toe
gejuicht. Aan het einde van den
avond kwam de volledige muziek
voor Shakespeare's „A Midsummor-
nights-dream": Ouverture, Notturno,
Scherzo en Hochzeitsmar^ch. Van dit
laatste stuk dat wij allen sedert on
ze vroegste kinderjaren in alle moge
lijke arrangementen en dérangemen-
ten hebben hooren „vertolken" - zul
len waarschijnlijk velen niet mij hier
een eerste werkelijke uitvoering
d.vv.z. in de origineele bezetting
hebben beleefd.
De Marsch klonk recht pompeus en
„sloeg in". Toch waren mij de ande
re drie deelen liever in 't bijzonder
wel de prachtige, geestige, poëtische
Ouverture. Deze schreef de componist
op zo ventten jarigen leeftijd, vijftien
jaren vóór de overige „Sommernnchis
traum"-muziek; maar lijkt zij in haar
frisscho oorspronkelijkheid niet be
stemd om het allermeeste van 's mees
ters later werk te overleven? Ook de
zangerige Nocturne en het fonkelend
Scherzo werden door het publiek zeer
genoten. Het eerste stuk bezorgde den
solo-hoornist, het tweede den solo
fluitist een kleine ovatie. Zeer terecht
Over de soliste ven dezen avond