RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
ren slotte schrijft het bestuur van
ttan Nationale© Dambond
„Zoo&at het spelen om een Kam-
Sioen&titel niet au serieus moet war
en genomen."
Maar, zoo vragen wij, hoe heeft
men dan dien nation alen wedstrijd
om het kampioenschap voor Neder
land op te nemen, welke dezen winter
door den Nationalen Dambond, met
zijn 500 leden, -werd uitgeschreven, te
meer, daar bovendien de 60 leden van
den A. N. D. (dit cijfer geeft de Na
tionale Dambond aan), benevens meer
dan duizend bekende dammers in
Nederland (dit cijfer geeft het Veree-
n'.gd Amsicrdamsch Damgenootschap
aan) zijn uitgenoodigd deel te ne-
rr.cn, als men weet dat voor dien wed
strijd met groote moeite 11, zegge
e 1 f, spelers bij elkaar zijn gebracht,
waarvan nog wel 4 leden van het Ver-
eenigd Amsterdamsch Damgenoot
schap en 4 leden van „Constant" te
Rotterdam, en slechts 3, zegge drie
buiten deze twee clubs staande perso
nen I
't Is waar, de secretaris van den
Nationalen Bond ontving destijds ook
een door 22, meermalen in wedstrij
den bekroonde dammers, ondertoe-
kend schrijven, met duidelijke ver
melding, waarom zij niet mochten
deelnemen (gaarne zagen wij deze
verklaring ook door den Nationalen
Dambond gepubliceerd), maar om
het publiek te verzoeken, dien wed
strijd niet au serieux te nemen, kwam
niet bij de onderteekenaars van doe
verklaring op, omdat zij het damspel
nimmer als middel wenschen te ge
bruiken.
Met vriendelijke dankzegging voor
de opname,
Het Bestuur van den Alge-
meenen Nederl. Dambond."
De Haarlemsche Damclub houdt
hare bijeenkomsten iederen Maandag
avond van 8 tot 12 uur in de boven
zaal van1 café Suisse, Smedestraat,
(ingang naast het café).
Liefhebbers van het damspel zijn
daar steeds welkom.
Smokkelaar&ters,
Dames hebben den naam van bij
zonder handig te zijn in het smokke
len. Benige staaltjes daarvan vertelt
een dame, die zulke smokkelarij van
nabij heeft gezien:
Eenige jaren geleden reisde ik van
Constantinopel naar Sofia in een da
mes coupé, te gelijk met een aanzien
lijke Turksche dame. Met een won
derbaarlijke dooreenhaspeling van
Fransche, Engelsche en Grieksche
woorden, die wij kenden, begonnen
wij een gesprek, waarbij ik vernam,
dat de Turksche naar een getrouwde
zuster ging, u© in Bulgarije woon
de. Om een idee te geven van haar
voornaamheid, haalde zij uit haar
koffer allerlei fraaie dingen, die ik
bewonderen moest: doekjes met bree
ds, uit de hand gestikte randen, zak
doeken, met soortgelijk kantwerk,
sluiers van prachtige kant, shawls
van Brussazijde en dei-gelijke.
Vol bewondering bekeek ik al dat
moois, toen de Turksche nog op een
dikken zak wees, die haar tot voet
kussen diende.
Koffie, fluisterde zij met een
glimlach.
Er moest wel 20 of 25 pond zijn.
Verwonderd riep ik:
Douanen?
Wij zouden zoo aanstonds de Bul-
gaarsche grens passeeren en ik wist,
dat de kommiezen daar zeer streng
zijn, in bet bijzonder op koffie en si
garetten, die aan een hoog invoer
recht onderworpen zijn.
De Turksche maakte een karakte
ristieke, afwerende beweging met het
hoofd, vertrok smalend den mond en
zeLde:
Neen, mevrouw, kommiezen ko
men niet hier.
Wij kwamen aan het grensstation
Hermanli.
Een douaan kwam aan de
coupé, keek naar binnen zag de Turk
sche, die onmiddellijk haar sluier
over het hoofd trok, en verwijderde
zich, om de Mohammedaanscbe ge
voeligheid niet te kwetsen. Eenige oo-
genblikken later kwam een oude
vrouw in de coupé.
Mevrouw, zeide zij tot de Turk
sche dame, de douaan zendt mij om
u te vragen, of gij ook belastbare
voorwerpen hebt.
Op hoogan toon antwoordde mijn
reisgenoote:
Zeg den man, dat ik niets bij
mij heb, dan wat ik op reis moet ge
bruiken: een weinig koffie en wat si
garetten.
Tegelijk nam zij ©en sierlijk réis-
kolf iepotje en een spiritusldchtje uit
haar valies en begon koffie te zetten,
terwijl zij de oude vrouw achteloos
eenige nikkeien muntstukken en siga
retten toewierp.
De douairière raapte gretig op, sta
melde een zegen we nsch en verliet de
coupé. Kort daarop reed de trein
verder, de smokkelwaar was veilig
over de grenzen.
Een andermaal reisde ik met een
dame van mijn kennis van Berlijn
naar Weenen. Te Tetschen opende ik,
als gedisciplineerd staatsburgeres,
mijn koffer voor de douane; mijn reis
genoote daarentegen trok zich ner
gens wat van aan en kreeg niet eens
den sleutel. D© kommies kwam, keek
al mijn goed zeer nauwkeurig na en
kwam toen bij mijn reisgenoot©, die
met Weeiier accent zeide:
Och, doe geen moeite, mijnheer.
Ik ga naar Weenen en wanneer men
naar Weenen gaat,, wat zou men dan
nog meenemen?
De vaderlandslievende Oostenrijker
liep er in, hij glimlachte, gevleid en
plakte liet etiquet op den koffer, die
vol met ongerechtigheden was, het
geen zij mij lachend vertelde, toen
de trein het Oostenrijksch gebied in
reed.
Ik reis zoo goed als vrij, zeide
zij, want op de terugreis neem fk
weer het noodige uit Oostenrijk mee,
dat zonder invoerrechten over de
Duitscke grens gaat.
Maar ik vrees, dat gij de Dult-
sche kommiezen niet zoo gemakkelijk
bij don neus zult nemen.
Wacht maar eens af.
Veertien dagen later keerden wij
weer te zamen naar Berlijn terug.
Wij stopten aan het grensstation.
Ik had mijn koffer geopend, mijn
reisgezellin hield alweer den haren,
die vol Weener artikelen was, waar
voor zeker een paar honderd mark
invoerrecht betaald had moeten wor
den, stevig gesloten en op de vraag
van den duuaan, of zij niets te „ver-
zollen" had, antwoordde zij ih het
zuiverste Berlijnsche dialect:
Och, neen, enkel reisbenoodlgd-
heden ;wat zou men anders moeten
meenemen,, wanneer men naar Ber
lijn gaat.
En zoowaar, ook de brave Duit-
schar liep er inl
GUNSTIG TEEKEN.
Vader (van het meisje)Hoe, u wilt
een parapluwinkel beginnen Denkt
u dan, dat u daar succes mee zult
hebben?
VrijerO ja (naar het venster wij
zend) Kijk maar, het regent alweer.
EEN LANGE VRAAG.
Mevrouw A. (op visite komend)
Lieve mevrouw, hoe gaat het? Wat
heb ik verlangd u weer eens terug te
zien Heeft u een uurtje voor me Ik
heb u maar een enkele vraag te
doen 1
ZUN OPVATTING.
Moeder (tot den kleinen Frits)Ver
tel 'reis aan pa, Frits, waarom ik je
heb moeten bestraffen.
FritsOch, ma was erg koppig, pa,
zo wou me geen chocolade meer ge
ven, en toen moest ik ln den hoek
staan.
ZUN HERINNERING.
Gouvernante U heelt zeker ook het
Louvre bezocht,"toen u in Parijs was,
mevrouw
Mevrouw ZilvermanDat weet ik
niet meer. Zijn we daar geweest, Ber-
tus
Meneer ZilvermanMaar vrouw,
hoe kan je dat vergeten daar is im
mers je horloge ontrold.
TEGENSPRAAK,
JoliamVoor een philosoof is onzd
vriend D„ merkwaardig inconse
quent
FritsHoe zoo
Johan Wel, eerst beweerde hij, dat
de mensclien niet. anders zijn dan
dieren, en toen ik hem daarop een aap
noemde, werd hij woedend.
DRUKKE PRAKTIJK.
Een dokter krijgt laat in den avond
het kaartje van een collegaKom
nog een beetje naar de sociëteit; we
hebben een derden man noodlg om te
kaarten.
Lieve Maria, zegt hij tot zijn
vrouw, ik word geroepen.
Is liet dan zoo ernstig?
Och, een moeilijk gevalEr zijn
al twee dokters, die op me wachten.
DE ONTPLOFFING VAN EEN
KRUITMAGAZIJN.
Bij de ontploffing van het kruitma
gazijn van Podgorze, bij Krakau, zijn
ongeveer 500 man gewond. Circa 70
ernstig gewonden liggen ln het gast
huis.
Goon enkele ruit is heel gebleven 6
kilometers in den omtrek. In het ge
heel is een kruit- en patronenvoor-
raad ter waarde van 1 miilioen in de
lucht gevlogen.
Kaauseis
(Deze raadsels zijn alle ingezonden
■door jongens en meisjes, di© „Voor
Onze Jeugd" lezen. De namen dei- kin
deren, die mij vóór Donderdagmor
gen goede oplossingen zenden, wor
den in liet volgend nummer bekend
gemaakt).
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE BESTE OPLOSSERS EEN
BOEK IN PRACU1BAND
VERLOOT.
Hierbij wordt gelet op den leeftijd
in verband, met liet aantal oplossin
gen en op de netheid van het werk.
1. (Ingezonden door Betsie Nieuwen-
hoven).
Zet onder elkaar
Iets, dat de visschers gebruiken
Een meisjesnaam
Een vrucht
Iets, wat de meeste heer en dragen
Iets, wat bij de meeste boerderijen
te vinden is.
Een familielid
Een plant
De beginletters vormen den naam
van een edelgesteente.
2. (Ingezonden door Cornelia Sost-
man).
Wij zijn 5 broeders uit een dertien-
paar,
En stellen ons u voor, in ieder jaar.
De 1ste vindt ge aan 't strand,
jji ue natuur, in laan, oi pars, of
land.
De 2de, zonder gevaar van iaien,
bij de paarden, 't peroneal en in
portalen.
De derde echter houdt op een berg
zich verborgen.
In Zwitserland vindt ge hem ui oen
vroegen morgen.
De 4de ziet men waar ue winnen
waaien,
In ©en rivier, een eiland en waar
machines draaien.
De 5de huist in een stal en ook. Ln
een steaelig hol.
Ook in vestingwallen, en in een
glazen bol.
En alle vijf neemt gij ze te gelijk,
Dan zijn ze eigenzinnig en ook aan
luimen rijk.
3. (ingezonden door Zus Duursma).
'k Ben wit, of bruin, soms klein,
soms groot.
Onthoofdt ge mij, dan word ik rood.
4. (Ingezonden door Pièr Heidweilr
ler).
Mijn geheel beslaat uit 12 letters.
2e zijn over ae geheel© wereia ver
spreid en er worut veel goeds door
hen tot stand gebracht.
5 6 7 is een muzieknoot.
5 6 8 9 wordt in de keuken gebruikt.
1 11 3 8 2 vindt men in Drente en
Gelderland.
12 2 1U 10 11 12 gebruiken de vis
schers.
5 6 7 8 10 11 12 vindt men in het
leger.
6. (Ingezonden door Johan en Anne
Faber).
Zet onder elkaar
Een plaats in Zuid-Holland.
Een plaats Ln Noord-BrabahL
Een plaats in Zeeland.
Een plaats in Overijsel.
Een ptuuifl in ïNoora-iiolland.
Een pmais in Uvorijuei.
Een ptaats in Zuid-Holland.
E«n piaau» ui i' riealantL
De beginletters vormen den naam
van een plaats in Gelderland.
6. (Ingezonden door Hans Koopman.)
Ik besta uit 15 letters en ben een
plaats in Rusland.
3 4 5 is een dier.
12 14 13 15 vindt men over de ri
vier.
7 10 8 9 8 2 14 ig een jongensnaam.
12 b 7 15 vindt men in Zwitserland.
1 4 11 is een jongensnaam.
3 4 7 is een voertuig.
7. (Ingezonden door M. Takken.)
Ik ben een roofvogel, zet er één Iet
ter voor en ik ben een jongensnaam.
8. (Ingezonden door Willem Rozen-
beek.)
Mijn 1ste en 2de lettergreep is een
getal. Mijn 3de vindt men op het land.
Mijn geheel is een plaats in Neder
land.
9. (Ingezonden door Marie Dolke
made).
Mijn geheel bestaat uit 10 letters en
is een stad in Nederland.
1 3 2 4 i$ een rivier.
1 2 4 5 bevindt zich op een schip.
9 2 6 10 is een lichaamsdeel.
10 6 2 1 is een vervoermiddel.
4 8 9 3 5 heeft Leder graag.
10. (Ingezonden door Zus Baay).
Niemand kan buiten mijn lste; nie
mand kan buiten mijn 2de. Mijn 2de
verwekt vaak mijn lste en mijn ge
heel doet dit ook mijn 1st© brengt
vaak genezing; mijn 2de brengt dik
wijls ellende.
Wat is het
11. (Ingezonden door Susanna Soes
man).
Mijn geheel bestaat uit 13 letters en
kan men eten.
Mijn late werd voorheen in dien oor
log gebruikt.
Mijn 2de vindt men Ln het bosch.
Mijn derde is vloeibaar en wordt
toch niet gedronken.
Wat is mijn geheel?
Kaadseloplossiogea
De oplossing-en der raadsels van de
vorige week zijn
1. Archangel. Aar haar aal
angel Han cel ar.
2. Overvloed.
8. Heilo Heino.
4. Beverloo.
5. Hugo de Groot Hugo Go
goot rood deeg.
6. Emma.
7. \V Leringen Wielingen.
8. Amandelen. Maan meed
naald mand..
9. Ridderorde.
10. Beer
Rijn
Eduard
Dein
Amsterdam
Breda
11. Het zijn sterke boenen, die de
weelde kunnen dragen.
12. Paraplinestaudaard. Parapluis
pap paard paal sultan
pad.
Goede oplossingen ontvangen van
Martinus en Herman Bonke 8 (van
de vorige week).
Zus Duursma 11 (van de vorige
week).
Lucia Voetelink 10 (van de vorige
week).
Joh. Anne Faber 11.
Jo en Betsie Ploeg 10.
Beppie Meijer 7.
Lientje Boon 9.
Abraham van Brussel 9W
Uiijain Lokerse 7.
Ruurtje Aarts 10.
Joluuuia Aarts 10.
Maartje Verdel 8.
Nauue Nauba 10.
Johannes Raatgever 9.
Beiaard en Johan Biersteker 8.
Jo en Frans v. Dgmoud 9.
Ernst Muoienaai's 11.
Frits Vermeer 11.
Neily en Wiliein YYillemsen 8.
Grietje Kwant-es 10.
Y> Jlheim Al. Heiji 6.
Aaltje Huizinga 11.
Corry en Suzaruia Sostinan 10.
Zonder naam 8.
Gijsje Kok 10.
NeJy Erkelens 11.
Hans Koopman 11.
Pièr Heidweiller 11.
Suze en Roelof Smink 8.
Nico Twisterling 7.
Zus Baaij 11.
Sieuwke Hij n er 9.
BEGRAVEN SPEELGOED.
(Ingezonden door Dima v .d. Medj
de Bie).
1. Hij zond mijn moeder twee balen
rijst.
2. Hoe peQ jij toch die garnalen zoo
vlug
3. Toen de Kerstboom aangestoken
werd. popelde zijn hart
vreugde.
4. Wie gaat er nu uit met dat
slechte weer I
5. Wat voert Olga toch den
len middag op zolder uit?
6. Tante Cato, uw mantel hangt in
de kast.
BEGRAVEN DIEREN.
(Ingezonden door Aaltje Huizinga).
1. Ik lach onder de les wel eens
2. Moe en Pa arden door het bosch
3. Ko en Piet spelen in den tuin
4. Deze zeldzame dingen zijn mooi
5. Het Kattegat ligi pij Denemar
ken.
6. De sla kost dit jaar niet duur
7. Wormerveer ligt aan de Zaan
8. Henk is haast altijd ondeugend
9. Hij slaat een kram in den muur
10. Ais het gras gemaaid is wordt
het hooi
11. Die ia moet gesloten, worden
12. Mijn been doet zeer.
STRIKVRAGEN,
Antwoorden.
1. De schoolmeester.
2. Iemand, die een bril op heeft.
3. E«n haring.
4. Sprinkhaan.
5. Soida tenten ten tentoonstelling.
6. De bleeker want na zijn dood is
hij nog bleeker.
7. Geen eén, want hij komt er één
te kort.
8. Ais hij Ho-llandsch kan spreken.
9. Iedereen, want de tafel kan niet
springen.
10. Bedsteden.
11. Een draad wordt ingestoken en
een vlag uitgestoken.
12. Eén, want dan is het geen ponds-
broodje meer.
13. Baarden van sleutels.
14. Met een ridderspoor, of spoor
van een haan.
15. De pomp.
16. De spons.
Goede antwoorden ontvangen van
Zus Duursma 18 (van de yorige
week).
Johan en Anne Faber 16.
Jo en Betsie Ploeg 15.
Beppie Meijer 10.
Lientje Boon 16.
Giijaxn Lokerse 13,
Maartje Verdel 15.
Nanne Nauta 12.
Johannes Raatgever 12.
Bernard en Johan Biersteker 10.
Jo en Frans van Egmond 13.
Nelly en Willem \Y nlemsen 11.
Wilhelm M. Heijl 13.
Aaitje Huizinga 15
Corrie en Suzaiina Sostman 14.
Hans Koopman 12.
Pier Heidweiller 12.
Zus Baaij 9.
Sieuwtje Hijner 14.
Extra Wedstrijd.
Deze wedstrijd bestaat uit iets, wat
we nog nooit gehad hebben.
Luister maar I
Probeer eens een zin, of eenige zin
nen te maken, waarvan teder vol
gend woord, met een volgende letter
van het Alphabet begint. Als je meer
dan één zin hebt, moeten die samen
een geheel vormen.
Het eerste woord van je zin of
stukje moet dus met een A beginnen,
het tweede woord met een B, en zoo
verder. Als je het Alphabet doorbent,
en je zin is niet af, moet je weer met
een A beginnen, en op dezelfde ma
nier verder gaan. Je raag dus het Al
phabet één of meer keeron doorgaan
en je behoeft niet met de Z te eindi
gen.
De letters C, Q en X mogen overge
slagen worden als zij je erg veel moei-
lijkneid geven. Maar de overige 23
letters geen van alle
Nu ben ik nieuwsgierig van wien ik
de aardigst© zinnen krijg. Probeer
allemaal maar eens, wat je ervan ma
ken kunt
De prijzen zuiden bestaan uit drie
boekeu m prachtband
Maar vergeet nu niets van de vol
gende dingen
I. Iedere inzending moet voorzien
zijn van naam, leeftijd en adres van
den inzender.
II. Bij iedere inzending moet ver
meld zijn of het werk met of zon
der hulp is gemaakt.
III. Slordig of onduidelijk
werk wordt onmiddellijk ter zijde ge
legd.
IV. Alle inzendingen moeten aan
mijn adres: Wagenweg 88, bezorgd
zijn vóór of op 23 Juni 1909.
Volharding en moed.
In het begin van September van 't
jaar 1838 woedde een zeer hevige
storm op de Engelsche kusten. Vlak
bij de Schotsche gtrens stond een een
zame vu ui" toren; cü© vuurtoren was
juist daar geplaatst, omdat de sche
pen er bijzonder veel gevaar liepen.
Bij kalm weer kon men, wanneer 't
eb was, verscheidene koraalriffen
hun dreigende punten boven de op
pervlakte zien uitsteken. Dat gedeel
te der kust was bekend en gevreesd
bij de zeeioi, want reeds menig schip
was daar een prooi geworden der
elementen, en een stalen mast of een
gedeelte van een romp Legden daar de
getuigenis van af.
De vuurtoren werd bewoond door
den toreu wachter, met vrouw en doch
ter. Zij hadden reeds meermalen een
dergelijken storm bijgewoond, en
maakten zich zeer bezorgd over de
schepen, die zich in de nabijheid
mochten bevinden, vooral ook, omdat
de wind, die zeer hevig was, recht op
de kust stond.
Zoo nu en dan sidderde de toren en
met donderend geweld sloegen de gol
ven op de rotsachtige kust. De zee
bood een ontzettenoen aanblik; 't was
één schuimende, woelende, kokende
massa.
De nacht viel in, en met een angstig
hart besloot de toren wachtersfamilie
zich eindelijk ter ruste begeven; doch
eerst werden de lichten nog eens
zorgvuldig nagekeken en de donkere
zee afgezocht, of misschien een licht
puntje kon duiden op een schip, dat
in nood verkeerde. Maar er was niets
te zien.
In den vroegen morgen echter werd
de achttienjarige dochter gewekt door
angstkreten, die boven het geloei van
den storm uitklonken. Zij hoopte nog,
dat zij zich vergist had, doch neen,
daar waren zij weder, noch angsti
ger, noch doordringender. Zij stond
op, en wekte hare ouders, en daar
ontdek ten zij negen menschelijke we
zens, die zich vastklampten aan den
windas van een gestrand vaartuig,
welles boeg op een halve mijl afstands
aan de rotsen hing.
„Wij kunnen mets voor hen doen",
zei William Darling, de torenwach
ter. „Wat kan ik alleen beginnen te
gen die woedende golven. Zij zullen
ellendig voor onze oogen moeten om
komen."
„O. neen, wij moeten hen redden,"
riep zijn dochter uit. „Ik zal met u
gaan, eu samen zullen wij hen berei
ken".
üp aandringen van het moedige
meisje gaf de vader toe en lieten zij
de boot te water. Als een veer werd
het lichte vaartuig op de onstuimige
zee heen en weer geslingerd, en een
duizeling scheen het meisje te bevan
gen.
Maar geboren op de stormwind,1
die de vreeselijke branding opzweep
te, schenen de angstkreten van die
schipbreukelingen haar zwakke spie
ren tot staal te verharden. Haar
krachten schenen vertienvoudigd te
worden en het heldhaftige meisje
hield gelijken slag met haren vader.
Met ontzettend veel moeite, en de
dood steeds v-oor oogen, wisten zij
ten slotte alle negen opvarenden in de
boot te krijgen en in veiligheid te
brengen.
Vol bewondering zagen de arm©
schipbreukelingen op tegen het meis
je, dat dien dag een daad had ver
richt, welke den roem van Engeland
meer verhoogde, dan de krijgsbecLrij
ven van de meeste koningen. Met tra
nen in de oogen dankte zij haar voor
hare zelfopofferende pogingen, die
door hare volharding en haren moed
hun redding ten gevolge hadden ge
had.
De schipbreukelingen vonden op
den- toren een gastvrij onthaal en
werden den volgenden dag toen de
sUatlü bedaard was, naar de kust ge
bracht.
brievenbus
(Brieven aan de Redactie van d©
Kind-ar-afdeeüng moeten gezonden
worden aan mevrouw VEN EMa
VAN DOORN, Wagenweg no. 88,
Haarlem).
JOHAN on WTLHELMIEN I. Jullie
hebt groot gelijk, dat je allebei zoo
flink aan 't werk gaat- Ea huiswera
gaat vóór de raadsels, dat vind ik
ook 1 Ais er nu weer eeus een wed
strijd komt, die je bijzonder prettig
vindt, dan hoor ik misschien wel
weer eens wat van jullie 1 Mevrouw
v. O. maakt het best, hoor, en ze
vraagt me dikwijls, hoe 't met jullie
allemaal is. Ik zal haar jullie groeten
overbrengen. Heb je het photo gr a-
phietoestel al eens geprobeerd
HERMAN B. Wat zal het stil zijn,
nu Tinus weg is, hè? Kan je nu al
leen de raadsels ook oplossen Ais je
je boek nog niet uit hebt, hoef je je
er ook niets mee te haasten, en Cato
wil het wel eens meebrengen, nu Ti
nus het niet doen kan. Blijf maar
goed je best doen op schooi, hoor, dan
zal je ook wel gauw met inkt gaan
schrijven.
ZUS D. Ik had je al gemist de vori
ge week, want je brief kwam pas Don
derdags. Ben je nu weer heelemaal
beter?
MARTINUS B. Wel, Tinus, vind je
liet gezellig om de couranten gere
geld gestuurd te krijgen? Je hebt ze
ker erg veel plezier Ln Lunteren en
ben je al wat dikker geworden Van
Cato hoorde ik al, dat je goed over
gekomen was. Spijt het je, dat er al
een week om is?
JOHAN C. B. Hartelijk dank voor
je keurige lijstjeheb je het tegen
woordig met erg druk met de repeti
ties op school en zou 't nogal goed
afloopan, denk je
JO en BETSIE P. De nieuwe raad
sels zijn goed. Ik zal je boodschap
overbrengen wat aardig, dat jullie
daar nog aan gedacht hebben I Ja, 't
weer is nu met meer zoo mooi voor
toentjes, maar de zomer begint ook
pas.
BEPPIE M. Ja, ik heb je al gemist,
Bep l Sla je nu weer geen één week
over Hoeveel meisjes gaan er nog
meer mee naar Bloeineudaal We
zuilen maai" hopen, dat het mooi weer
is 1 De groeten aan Gerard.
LIENTJE B. De nieuwe raadsels
zijn goed. Ja, „Klimop" heb ik wel,
maar 't is uitgeleend. Ik zal het voor
je bewaren, ais het terug komt. Zoo,
vindt je dien nieuwen wedstrijd las
tig probeer het nog maar eens 1
GILJAM L. Wel, wat was dat een
gezellige hrief. Ik ben erg blij, dat
je mij er zooveel over schrijft en ik
wil er graag meer van hooreii. Ben je
niet bang, als de hond zoo opeens op
je afspringt? en berkent hij je?
ZUS B. Je nieuwe raadsels zijn
goed. Je hadt ze toch zeker niet zelf
gemaakt, is 't wel Leer je op school
al Fransch? of wat voor een thema
moest je maken J a, je moet rnuar
goed op het horloge passen draag je
het aan een koordje of aan een ket
ting?
SUZE en ROELOF S. Jullie heb Ik
nu alle twee eens gezien I Dat is opk
veel prettiger, als we elkaar schrij
ven, vind je niet Is het boek mooi
NICO en HERMAN T. Ik vind, dat
Nico met schrijven erg vooruit is ge
gaan het wordt keurig netjes, hoor
Maar je mag toch wel oppassen, dut
Herman je niet inhault, want die be
gint me nu ook ai flink brieven te
schrijven I Jij bent het jongst© raad
selvriendje, dat brieven schrijft I Vind
je dat niet grappig, Herman
ANNIE A. Wel, dat is aardig, dat
jij ook al meeschrijft, Annie t Ik
denk, dat Marie je hand boel
stevig heeft vastgehouden, maar
ik kon het best lezen, hoor I
ST1ENTJE A. Hoe bevalt je hei
boek, Stientje Heb je al de verhalen
en versjes er al uit gelezen eu vind
je ze mooi In welke klasse zit Je op
school
MARIE A. Het heeft zeker een hee-
le poos geduurd voor die drié brieven,
klaar waren En toen was het zeker
al lang over tweeën. Heeft Moeder
ook getracteerd ter eere van het feest,
of gebeurt dat in December
JAN en ROELOF v. V. Willen jullie
me zoo gauw mogelijk de boeken eens
terug brengen Er zijn verscheidene
kinaereu, die er ook om gevraagd
hebben Spelen jullie veel buiten te
genwoordig
JO en FRANS v. E. Wel, heb je
nogal een goede keus gedaan en is't
boek mooi
NELLY en WILLEM W. Ik bon ver
langend te hooreu, hoe jullie het buek
vinden, hebben jullie liet dl uit Go-
zeliig, dat je zooveel kinderen kent,
die ook meedoen. Bodenken Suze on
jij de raadsels nu ook wel eens sa
men
WILHELM M. H. Ja, dat was al
een heel treurige verjaardag voor jo!
Heb je toch nog wel cadeautjes ge
kregen, of is daar ook niet^ van ge
komen ik dank je wei voor deniuui©
kaart 1
CORRY en SUZANNA S. Ja, die
Zondagen zijn heerlijk, om eens een
flinke wandeling te maken. Verlan
gen jullie al naai" de vacantie?
HANS K. Het nieuwe raadsel Is
goed. Heb je al wat voor den extras
wedstrijd bedacht Doel je zusje van
10 jaar ook mee met oplossen
PIëR li. Hel nieuwe raadsel is
goed. Is Hans K. een vriendje van je,
of ken je hem niet? Dat moet je me
toch tens schrijven I
MAARTJE V. Ik denk, dat je broer
tje erg blij was met zoo'n prachtig ca
deau I Mogen jullie er nu alleeu mee
uit, of gaat Vader dan ook mee, en
hoever loopt de bot wel zonder moe
te worden
NANNB N. Jullie vond. het zeker
wel prettig om zoo onverwacht twee
dagen vacantie ie krijgen. Is Cor aJ
aan hot werk gegaan, en doen jullie
met dezen ex tra-wedstrijd ook weer
mee
JOHANNES R. De nieuwe raadsels
zijn goed. Ileb je ze alleen gemaakt?
Als je het boek uit hebt, moet je liet
maar weer terug brengen I
BERNARD on JOHAN B. Het ls
best, als jullie ook meedoen. Vind je
het oplossen nog al prettig eu lieb je
al iets bedacht voor den extra-wed
strijd.
Mevrouw VEN EMA—y. DOORN,
12 Juni 1909,