HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDB BLAD. Haarlemsche Handelsvereeniging FËI .ETON Een dappere Vrouw ZATERDAG 3 JULI 1609 üoedgek. by Kon, Deal. ran 12 Nov, 1899. Dt> Haarlemsche Handelsvereeni ging; hier ter stede, opgericht 10 Mei Ï89Z heelt in den loop van den tijd Wel haar recht van bestaan bewezen. In zeer vele gevallen, zaken van ver- ichlllonden aard be treilende, is zij opgetreden en dikwijls met groot succès. Jammer echter, dat men alge- ineen niet meer blijk geeft, dit te Waardeeren, door ais lid der Vereeni ging toe te treden. Er zijn wel meer dan 600 leden, maar dat is niet vol doende. Elk handelaar, neringdoen de, ja zells particulieren, moesten lid Worden, om ten minste te laten gevoe len, dat men het werk op prijs stelt, dat de Haarlemsche Handelsvereeni- C steeds opneemt, als dcende, wat hand vindt om te doen. De voordeelen, die de Vereeniging buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren laden aan biedt, zijn zeer vele en zeer groote tegenover de geringe jaaiiijksche contributie van 3.50, die gevraagd Wordt. De Haarlemsche Handelsvereeni ging bemoeit zich in de eerste plaats er mede, de belangen van hare leden te bevorderen, door onwillige beta lers voor hen tot betaling aan te manen en informatiën voor hen in te .winnen. Bovendien hebben de leden het recht, het hun gratis te verstrek ken advies van den rechtsgeleerden adviseur der Vereeniging te vragen, die ook in proceduren en faillisse menten gratis voor hen optreedt, na tuurlijk alleen voor zaken betreffende den handel en het bedrijf der leden. Als proef kunnen voortaan nieuwe leden voor een half jaar worden aan genomen, doch slechts het 2e halfjaar (van 1 November tot on met 30 April) 'ad 1.75 de halve contributie. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver eeniging zijn de heeren Mrs. Th. de Haan Hugenholtz en A. H. J. Merens, Spaarne 94, alhier, die voor de leden eiken werkdag van 2—4 uur des na middags zijn te spreken. Het bureau der Vereeniging is ge vestigd Jansweg 11 Voor incasso's door bemiddeling der Vereeniging wordt een vast recht van 5 pet. der vordering bere kend. Bovendien moet 10 cent voor port Bteeds worden bijgevoegd, bij inzen ding van vorderingen door bemidde ling der advocaten te innen. De kosten van infoxraatiën naar buiten de stad woonachtige personen bedragen 60 ets. per informatie, plus vijf cents porto-vergoeding. Informa tief! naar binnen de stad wonende personen worden gratis verstrekt. Pretention op buiten de stad wo llende personen worden niet behan deld, wanneer niet 10 ets. voor porto- Vergoeding is toegevoegd. Ruim 1748 informatiën en rechts geleerde adviezen werden in het af- geloopeu jaar gegeven. In April en Mei 1909 zijn 48 vorde ringen tot een bedrag van f 1483.31^ betaald; 15 vorderingen worden afbe taald; 1G vorderingen zijn uitge steld. Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers ongeschon den te blijven. Alle brioven, aanvragen, reclames of wat ook, moeten worden geadres seerd aan het bureau, dat geopend is dagelijks van 's morgens 9 tot 1 urn en s namiddags van 2 tot 4 uur, waar dan ook verdere inlichtingen zijn te bekomen. Het Bestuur heeft bemerkt, dat men Soms meent, dat men, hoewel geen ild der H. H. V., toch van haar iaxfor- matiën kan bekomen, en brengt nu hogmaals en uitdrukkelijk ter kennis dat alleen aan leden der Vereeniging informatiën door haar worden ver strekt, en dat voor informatiën op hier ter stede woonachtige personen nooit betaling mag worden gevor derd. HET BESTUUR. Het Credietvraagstuk voor den Middenstand. V. Hot laatst verschenen prae-advies, dat van Mr. E. J. Korthals Altee, ac countant te Amsterdam, zal zeker niet in don smaak van het grootste onzer middenstanders val- gedeelte De conclusie toch van dezen geach- ten collega ,,Het oprichten van banJolnstel- Lingeo, bijzonderlijk bestemd om orediet te verschaffen aan don middenstand, is noch noodzake lijk, noch gewenschi" is zeker niet In overeenstemming met het, huidige danken en streven der belanghebbenden. Ook ik ben het zeker geheel en al met Air. Korthals Alles oneens en waar hij ter andere plaatse in zijne brochure zegt ,,Een winkelier, of kleine nij vere, die geen wissolomzet heeft, ls geen begeerlijke klant voor den bankier, maar dat wil ook zeggen, dat etene bank, die uitsluitend Kredie ten geeft aan winkeliers en kleine nijveren, geen winsten kan r ken en als zelfstandig bedrijf geen reden van bestaan heeft", daar sfer ik tegenover, dat juistom de zéér ware, gespatieerd gedrukte opmerking, waardoor deze groote schare dus zonder hulp blijft, eene afzonderlijke bank, uitsluitend op de behoeften van dezen stand ingericht, zeer wenechelïjk is. De pr act ijk geeft mij hierin gelijk Duitschland en Oostenrijk zijn daar om te bewijzen, dat dergelijke instel lingen niei alleen in groote behoefte voorzien, doch een der middelen zijn, om den middenstand vooruit te brengen. En ook ons land geeft, zooals wij in mijn 4e artikel zagen, een schitterend bewijs in dc krachtige organisatie van boerenleenbanken, dat crediet- banken door en voor de belangheb benden opgericht, heusch geen „on dingen" zijn, zooals Mr. Korthais Al- tes ze bestempelt. Het, is dan ook bevreemdend, dat, waar de prae-adviseur in zijn eigen woonplaats het gebeuren ziet, dat do da ai- opgerichte middens tandsba.nk zich zóó krachtig ontwikkelt, dat ze den steun van de groote bankinstel ling, dien ze eerst had ingeroepen, niet meer behoeft en thans geheel op eigen wieken drijft, hij tot zulke con clusion komen kan. Ik Ran anders liet grootste gedeelte van dit prae-advies wel toejuichen op zijne heldere, bevattelijke manier zet hij duidelijk het wezen, doel en betee-kems van het crediet uiteen, voorop stellend, dat hij de ondank bare taak om e. e. a. in populair- watenscbappelijken vorm te bahande- len, neeft aanvaard, hopend er een goed werk mede te doen. Onder crediet, d. i. het vertrouwen, geschonken door hem, die terstond praesteert, aan hem, die later praes- teeren zal, verstaat hij liefst niet het zoogenaamd zakelijk crediet, daar hierbij geen vertrouwen, die onmis bare footer in het leven en dus ook bij het crediet, to pas komt, doch uit sluitend de wetenschap, dat de ver pande zaak in waarde gelijk is aan, of te boven gaat cbe bedongen praes- ta-tie. Verder herinnert hij er aan, dat crediet kan dienen le. voor ver strekking van bedrijfskapitaal, en 2e. voor verstrekking van stamkapitaal. Hij vindt het, em ik ben dat geheel eens met hem, een eersten eisch, dat een ieder minstens het stamkapitaal zijner zaak. dat is het daarin vast gelegde bedrag, in eigendom bezit, of althans op langen termijn van parti culieren geleend heeft en zegt, dat stamkapitaal en bedrijfskapitaal streng gescheiden moeten blijven en liet eene niet ten bate van bet andere mag warden verminderd, omdat dit niets anders dan gedeeltelijke liqui datie be teek ent. De winkelier of nijvere, die de rente en aflossing van het Stamkapi taal zijner onderneming, niet uit de winsten van zijn bedrijf kan vin den, is onherroepelijk tem ondergang gedoemd, en hierin ligt zoo vaak de kern van een moeizaam bestaan, van een financieel teringprooes. In „de be teekenis van het crediet" behandelt hij nog eens dat crediet geen rechtstreeks nut afwerpt, want het heeft slechts de be teekenis van de verplaatsing van het kapiflhal van de eene hond in de anderehet nut ont staat eerst, wanneer het kapitaal in de tweede hand, die van den crediet- ncmer, productief gemaakt wordt. Daarom dan ook mag er door de be trokkenen wel immer om gedacht worden, dat het crediet allerminst nut afwerpt, wanneer het b.v. ver strekt wordt om in een volksbuurt, waar de bestaande winkels In de be hoeften ruimschoots voorzien, op nieuw een winkel op to zetten, die geen reden van bestaan heeft en waar van de arme toibber, die het zaakje drijft, zich inbeeldt, dat zijn zaak niet marcheertwegenis gebrek aan. bedrijfskapitaal. Waar de heer K. A. dan echter verder de eventueel op te richten Cen trale Crediethanken bespreekt en be weert, dat deze geheel gemist zouden kunnen worden, daar ben lk het weer geheel oneens en blijkt hij het wer ken van dezen trechter In het voor zien van het benoodigde kapitaal aan alle aangesloten banken, zoo slecht te begrijpen, dat men zich wellicht zal afvragen is hier nu een. bankdirec teur aan het woord, die per se het streven van de belanghebbenden af raden wil, of een welmeeawnd voor lichter van den middenstand? Neen, Mr. Korthals, ge ziet jammer genoeg, de zaak te donker inindien de regeering daar, waar dit noodig is, voorloopig steun verleent en Minister Talm a heeft dit reeds be loofd en het Bollumdsciie publiek leert inzien, dat het wijzer en billij ker handelt met het beleggen harer gelden in Hollandsche zaken, dan in Amerikaansche ondernemingen, die dikwijls niets dan gewone detailza ken zijn, dan geven de thans reeds be staande onderlinge credietvereenigin- gen ons de overtuiging, dat midden- siandsbaaiken niet allejm op hunne plaats, doch zeker levensvatbaar zul len blijken te zijn. Dr. Nouwens zegt in zijn reeds eer der behandeld prae-adviesMaar voor dit alles is noodig, dat do Mid denstand grondig onderwezen worde in handelskennis en vooral in het boekhouden. Het is diep treurig, dat de boekhou ding op het platte land, doch ook in de groote steden, nog zooveel te wen- schen overlaat. Door mijne practijk kan Lk zeker hier wel over oordeelon en kan dan ook wel inededeelen, dat in zeker de meeste zaken, door middenstanders gedreven, geen boekhouding, die ook maai- even aan de geringste eischen voldoet, gehouden wordt. Ondanks alle in het vroege voor jaar' gevonden wordend „uitvexkoo- pen tegen balansprijzen" kan veilig worden aangenomen, dat 50 der winkeliers en nijveren nimmer een balans heeft opgemaakt, trouwens niet Weet, wat dit is En wat is nu noodzakelijker, wil men althans na een jaar een® weten, hoe men „gereild en gezeild" heelt, dan het opmaken van een balans? Een kasboek vindt men slechts zeer sporadisch. Een overzicht, waar de ontvangen gelden gebleven zijn, ont breekt, dus geheel en al, waardoor als later het een of ander nageslagen moet worden, dit niet meer of slechts met veel moeite en onvolledig te doen is. In zeer vele zaken wordt dan ook uit de winkellade al leg maar betaald. De bakker, de slager, de melkboer, onkosten, contribution aan vereenl- gingen, wissels enz., alles gaat af van de gewone dagelijksche ontvang sten en dat zonder een i ge aantoeke- ning. Het geheele huishouden leeft dan ook op de winkellade I Alleen een debiteurenboek komt ge woonlijk wel voor, doch vraag niet hoe het gehouden wordtHet blauwe, kruis-systeem, d. i. met blauw potlood doorstrepen als betaling heeft plaats gehad, vindt men nog maar al te vaak toegepast. Een crediteurenhoek en het syste matisch opbergen van factuurs, kwi- tantiën en brieven worden een onnioo- dige weelde geacht. Dat in zulke zaken eea-st verbete ring moet worden gebracht, alvorens aan de hulp van een credietbank ge dacht kan worden, spreekt van zelf als de betrokkene zelf niet weet, boe hij er bij staat, boe moet dan de Raad van admissie hierover oordee- Jen? „In ieder geval moet zulk een cre- diefcverleening eene behoorlijke boek houding ten grondslag hebben", eischte Dr. Friedrich Gaertner in zijn rapport aan het. Internationaal Mid- denetandscongres te Weenen in 1908 gehouden. Hier komt dus weder een dor vele zegeningen van zulk een bank uit, i het hare leden ieeren eene goede, i deugdelijke administratie te voeren, j Toch is reeds thans, bij de allerwe- ge oplevende organisatie eene groote verbetering waar te nemengaat men toch na dat alleen door mij geduren de de laatste 2 jaar aan een 200 midr denstanders uit Haarlem en omstre ken cursuslessen in boekhouden wer den gegeven, dan mag hier zeker uit v/orden afgeleid, dat eene credietbank binnen korten tijd deze groote fout bij den middenstand geheel zal hebben opgeheven. Bij het eindigen van deze serie ar tikelen, wil lk alleen nog eens onze middenstanders aansporen om door eendrachtig samenwerken zich een in stelling te stichten, die haar invloed ten goede op allen, hetzij steunende of crediet trekkende leden, uitoefent Komt, slaat de handen ineen en volgt hét goede voorbeeld van Amster. dam, Rotterdam, Utrecht en nog meerdere steden nage heft daarme de uwen 6tand uit de inzinking, waarin hij thans verkeert op, en brengt hem tot hernieuwden, grooten bloei. J. W. LUCAS. Esperanto. XL X. EEN STUKJE SPRAAKLEER. Achtervoegsels. ARO vormt verzamelwoorden arbo boom. arbaro bosch. homo mensch. homaro manschheid. vorto woord, vortaro woordenboek. EJO duidt de plaats aan; pregl bidden pre^-ejo kerk baki bakken, bokejo bakkerij, lerni Ieeren. lernejo school. ILO duidt een werktuig aan t kudri naaien. kudrilo naald. haki halt lien. hakilo bijl. veturi rijden. veturilo rijtuig. IN O duidt het vrouwelijk geslacht .an patro vader, patrino moeder, onklo oom. anklino tante. rego koning re^ino koningin koko haan. kokino hen. Te Amsterdam loeren 40 politie agenten, verdeeld over twee clubs, bet Esperanto. IETS VOOR DE VROUWEN. In heft rapport van Iïet congres voor Vrouwenkiesrecht te Londen lezen wij „Geestverwanten, wordt wak ker Hoewel het in de St. James Hall, te Londen gehouden congres van „International Women Suffrage Al liance", een schitterend succes ge noemd mag worden, toch is het ook daar weer duidelijk gebleken, welk oen onnoodlg tijdverlies veroorzaakt werd door de behandeling der punten van de agenda in drie verschillende talen. Esperanto, de Internationale hulp taal, wordt nu langzamerhand de of ficieel© taal van at dat gene, wat van Internationaal belang is. Haar ge bruik werd reeds op 26 congressen, die in verschilleaide landen geduren de de laatste 6 jaren plaats hadden, ten zeerste aanbevolen o. a. op het Automobilisten-congres te Parijs in 1903, op het Onderwijzers-congres te Luik in 1905, op 't 1ste Internationaal Congres van Handelsbedienden te Londen in 1906, op het 6e Universeele Vredescor-gres te München in 1907. enz. Als intercammunicatiemidde] wordt Esperanto reeds door verschillende vereenigingen toegepast. Roode Kruis verplegers en verpleegsters maken in vele plaatsen, aisAntwerpen, Straatsburg, Jeruzalem, Beauvais, enz., ijverig propaganda voor het nut r wereld-hulptaal en in Augustus nam de Internationale Federatie van tandartsen het besluit, het Es peranto als eeu-ige officieele taal op het eerstvolgend oongres te gebrui ken. In de 1418 Esperanito-clubs en -ver eenigingen zijn 129 speciale groepen, zooals d:o van onderwijzers, docto ren, studenten, vrijdenkers, protes tanten, katholieken, socialisten, rechtsgeleerden, politie-agenten, apo thekers, zeelieden, enz. Onder do 86 geregeld verschijnende tijdschriften ziet men „de Interna tionale wetenschappelijke Revue", do „Stern der Medici", de „Interna tionale Pedagogische Revue", enz. Waarom zouden dan w ij ten ach ter blijven Hoe kunnen de vrouwen der ge- heele wereld stei'k vereenigd zijn, zoo zij elkaar niet volkomen verstaan Hoo toch zou een beweging ton vol le Internationaal kunnen wezen, zon der den hechten band eener gemeen schappelijke taal Niet alleen zou Esperanto voor de vrouwenbeweging het middel zijn om veel tijd uit te sparen, maar ook in andere opzichten zou het spreken en schrijven dezer taal ons ten goede komen immers de talrijke Esp. bla den an tijdschriften, waarin men zonder twijfel ook aan een internatio nale zaak als de onze een plaartsje zou gunnen, zouden een uitstekend propagandamiddel blijken te zijn ter verbreiding van ons idéé." Mogen de vrouwen van Nederland ex eveneens over denken en er bet hare *>oe bijdragen ook langs dezen weg haai- doel spoediger te berei ken. ONI PAROLAS ESPERANTO 1 In P a r ij s ziet men op de ramen van verschillende magazijnen dit mo derne opschrift (men spreekt Espe ranto o. a. La Louvre, La Samari- taino, Ie Bon Marché. Men kan in Parijs zich nu kleeden, men kan ziek zijn en eten, wanneer men maar Esperanto kent. In Dresden zijn nu 109 zaken, waar men met Esperanto terecht kan, i. geneesheeren, banken, boek- liaj^delaars tandartsen, café's, enz. J. H. W. HABEKMEHL. Amsterdamsche Koot. CCXXXIX. DE MIDDENSTANDS-TENTOON STELLING TE AMSTERDAM. L Het was met gemengde gevoelens, dat wij de opening van deze tentoon stelling begroetten. Is 'n expositie van eenig aanbelang iu 't algemeen een gebeurtenis, waarbij liet nuttige en aangename en voordeelige samen gaan voox de stad waarin ze wordt ge houden, is het daarom alleszins bil lijk, dat bij provinciale exposities de boog der exitiek niet te strak wordt gespannen, iaa een hoofdstad moeten vergelijkingen met world's shows in plaatsen van gelijke beteekenis kun nen worden getroffen. Voor Amster dam werd, om redenen die al te vaak uiteengezet zijtn, dan dat ik ze nu nog zou willen herhalen, sinds jaren gesnakt naar een wereld ten toonstel ling als naar eem slok koud water door den verhitten uitgeputien wan delaar. Toen het gerucht dan ook de ronde deed, drie jaar geledon, dat op initiatief van den Middenstands bond de Nedeiiandscbe hoofdstad door een wereldtentoonstelling zou worden verkwikt, was er vreugde al umni». Men richtte den blik al naar do gemeenteterreinen aan den Amstel zoo gunstig gelegen en voor dit doel zoo bij uitstek geschikt. Maar al spoe dig kwam er matiging in die juich kreten, 't zou geen wereld- doch slechts een nationale tentoonstelling worden, de wakkere initiatiefnemers konden het niet met hun onderne mingsmoed overeen brengen hun kind te laten gedijen aan de weelde rige Amsteloevers, maar wilden het als conservatieve Hollanders groot brengen op de Museum-terreinen, waar hun vaders ook met zooveel suc ces hadden tentoongesteld. Helaas, de tijden waren veranderd en de Mu seum-terreinen ook. De bouw god had er veroveringen gemaakt, niet zooals m vroeger tijden al die brake gron den ingeslikt en er straten en pleinen neergeworpen, néén, na aan de vre desconferentie te hebben deelgenomen had hij verspreid, de beste brokjes uitgekozen, er villa's, woonhuizen en groote gebouwen gezet en do rest achtergelaten, onbruikbaar voor elk groot doel. Na lang geconfereer was men 't er over eens dat die terreinen onge schikt waren en de tentoonstelling werd uitgesteld. Van uitstel konit afstel dacht men en ex waren er die hiermee in de gegeven omstandighe den blij waren, want men voelde het bij intuïtie, dat datgene zou warden tegenge- on onthouden waaraan Am sterdam zoo dringend behoefte had. Doch 't spreekwoord is ditmaal eona niet uitgekomen: het uitstel is geen afstel geworden. Er zijn sarcastische menschen dio beweren: men heeft het tentoonstellingsplan een eervolle be grafenis willen bezorgen en het praal graf werd de monumentale stichting van Sarphati, hot Paleis voor Volks vlijt. Woekeren kon men ar zooveel men wilde, de variatie op De Gene»- tët „Zet liever uw „Paleis" wat uit* was hier niot in toepassing te brein gen; men moest zich houden aan de beschikbare ruimte. Er kwam een „nummer" bij in do reeks van „vak"- tentoonstelljiigen die in de laatste ja ren geregeld op deze plek werden ge houden en daarmee alleen mag dus vergeleken worden. Kling-klang bimbammen de klok ken. Het is de geboorteklok voor het feest van den Middenstand, maar er zijn zware klanken in het carillon, die aan het memento mori herinne ren: de doodsklok voor jaren voor een wereldtentoonstelling te Amster dam. Ik heb gemeend, mij door geen overwegingen van welken aard ook te moeien laten weerhouden mijn be schouwing over de Middenstandsteu- toonsteliing under het juiste licht te plaatsen. Zelfs niet door mijne be wondering voor de energieke man nen, die ons op deze wijze willen toonen, hoo men in hun bedrijf zaken moet doen. Want laat *k hierop den nadruk leggen het is in de eerste en bijna een-ge plaats een reclame-ten toonstelling. beter en royaler dan eenige in de provincie, die tot nog toe dien naam droeg, die als voorbeeld kan dienen voor alle verdere exposi ties, ep als zoodanig uitmuntend ge slaagd is Zou het ook anders kunnen Do vader, de „Middenstandsbond", geeft in zijn verkorte doch algemeen ge- bruikelijken nao.ni niet zijn juist ka rakter aan. Het is niet de coalitie van de talrijke schare, staande tusschon hot grootkapitaal en het proletariaat, maar wol do vakvereoniging van groote en kleine winkeliers, in de uitgebreidste beteekenis van 't woord. Zijn expositie is dus een daad van „business", hij zal dus niet het bui tenland vertoon e®, als het krachtiger, beter is dan hier, hij beperkt hot aantrekkelijke der ontspanning tot hot hoogst noodige, hij maalt niets om „Tart pour Tart". Verwacht dus ook reen kunstwerken op deze ten toonstelling, geen beelden of schilde rijen, o' hot moot Kunstnijverheid zijn, or moeten zaken mee of door gedaan kunnen worden. Na deze inleiding we te de bezoekei waaraan hij zich "heeft te houden. In vergelijking met de vorige Paleis- tentoonstellingon is deze zeker een van de beste. Er is veel te zien op allerlei gebied van nationalen handc-l en industrie, en hoewel het nimmer mijn plan was elke inzending voor mijn niet-Amsterdamsche lezers uit voerig te bespreken, kon ik toch nie>t mijn aanduiding van hot allerinteres santste in één enkol artikel samen vatten. Dat bewijst dus dat een be zoek alhszins loonend is. „Altijd maar practisch", hebben de ondernemers gedacht. En hoewel het eigenlijk onmogelijk was, hebben zij da.ir nu „hot Paleis" toch uitgezet en een gedeelte van den tuin zooda- nig bijgebouwd, dat dit met de con certzaal één goheel schijnt te vor men. De tuin is daanfcwor wel erg klein geworden, en biedt dus, on danks de dagelij'ksche concerten, niet meer de attractie aan van vorige ge legenheden, maar liet aangename heeft voor het nuttige moeten wij ken. En nu beginnen we onze wande ling. In dj groote concertzaal, recht tegenover het orgol, vinden we een muur-expositie van den Midden standsbond en vlak daarbij een pa viljoen var. hot Rijksbureau tot on derzoek van Handelswaren. Elk, die in 't klein aan do verbruikers zelf de waren verkoopt, kan aan dit bureau kosteloos laten onderzoeken, of deze vervaJscht zijn, ook al maken zij die zelve. Zo.- kan een limonadehande laar laten onderzoeken of bet ci troenzuur, dat hij voor de bereiding van zijn limonade gebruikt, vrij is van lood, wat er tengevolge van de fabricage in aanwezig kan zijn. Maar alleen indien d>c limonadefabrikant z'n artikel ook rechtstreeks aan hot publiek levert. 52) Nooit; je zult nooit met dien kerel trouwenzei zc heftig. Het was een afgedwongen belofte. Alleen in je arm, overspannen brein kan zoo n idéé opkomen. Ik heb mijn earewoord gegeven. En je moet, hoe beschamend dat ook klinkt, het weer terugnemen. Stal je zoo iets voor om met zoo'n wezen als Ibrahim te trouwen 1 en, bovendien, je was immers al verloofd met Max. Vertelde je zoo straks niet, dat hij Max den ring liet zien en er op blufte, en dat Max je nu veracht en vervloekt Ja. natuurlijk doet hij dat. Ik begrijp niet, waarom je hem niet dadelijk het geheele, ongehoorde verhaal deed, in plaats van tegenover hem te staan, alsof je in de bank der beschuldigden stond. r— Neen, dat begrijp ik au ook niet maar ik was zoo onvoorbereid, dat ik mij hevig ontdaan voelde mijn tong schoen verlamd. Toen werd hii bewusteloos en nam Dr. Fleming hem mee. Arme PamelaEn voordat Max ziek werd, schreef hij mij een brief, waarin hij mij vertelde van zijn ver loving pagina's vol over zijn Pame la. eai met de belofte, dat hij haar bij mij zou zenden voor een langdurig bezoek. En, u ziet, Pamela is uit zich zelf hier gekomen, om haar hoofd te verbergen. Dat zal niet noodig zijn, lieve Paim. Je zult het hoog houden, dat voorspel ik je. Laat mij me nu eens met je zaken bemoeien. Ik schudde mijn hoofd. Walt. kon zij doenHoe kon zij den kluwen ont warren, dien ik zoo stijf in elkaar had gewerkt met mijn eigen handen In tusschon had ik een brief ge kregen van dut mooie halfbloed meis je, je vriendin Eulalie, waarin zij mij bezórgd vraagt, of ik ook iets van je weet. En ik schroef haar, dat jozoudt gaan trouwen met Mijnheer Xhorold, en dat ik hoopte, diat je heel spoedig bij mij zoudt komen. Arme Eulalie I Zij heeft zoo'n warm hartje, zei ik. Ik schreef aan haar, maar natuurlijk heeft zij mijn brieven nooit gekregen. Wat ijnjwlf betreft, ik ben bijna vergeten, hoe oen brief er uit ziet. Nu, dat zal hier spoedig na orde komen, want wij kunnen hier op twee postbestellingen per dag roemen. Kijk nu eens naar mijn twee nieuwe pony's die daar juist aankomen. Zijn zij niet mooi en zij wees naar een laag rij tuigje met twee stevige paardjes er voor. Romeo en Julia zij zijn zoo op elkaar gesteld en zoo gehoorzaam. En nu gaan wij samen een mooien rijtoer maken. Ik geloof, dat die rit mij minstens evenveel goed deed als de lange slaap; de heerlijke buitenlucht, het aanhoudend zien van gelukkige gezichten, da klank van vroolijke ÈngeQsche stemmen, het gerinkel van paardenhoevende opgewektheid van mijn gezelschap, alles bij elkaar had een groote bekoring. HOOFDSTUK XXVII. Brieven. Wat een dikke 1 riep Mevr. Dal- rympie uit, toen de postbode de sioep op kwam en mij een dikken brief in de hand stopte. N u kun je niet meer zeggen, dat je niet weet hoe een brief er uitziet. En niets voor mij dan wat bestelde knippatronen, en do courant. Nu, lieve, ik zal maar niet ja- joorsch op je zijn, en met die woor den scheurde zij de kruisband van de Madrasbode af. De enveloppe bevatte ntet één, maar meer brieven van Crundall's Raad brieven van gelukwensching, als een familie, die inij in één geheel een bezoek kwam brengen. Er waren er vijf van de verschillende pensionnai res, die ik bij Mevr. Rosaria ontmoet, had en ook van Mevr. Rosario zelf. Zij waren alle heel hartelijk geschre ven, vooral die van mijn lief, mooi vriendinnetje Eulalie. Er bleek mij uit, wat ik wel verwacht had, dat me nige brief verzonden was, die nooit aan mijn adres terecht was gekomen. Daarna opende ik een brief, die uit Londen kwam en waarvan de haind mij totaal onbekend was. „Lieve Pamela Ferrars, „Ik weet niet wat je van mij zult denken, maar ik heb dikwijls aan jou gedacht, lk liad op den morgen, toen ik zoo haastig met de boot mee moeefc, geen tijd om aan je te schrijven ik was zoo gohaast, dat ik niet eens recht wist, wat ik deed. En toen ver loor ik jo adres natuurlijk zou men je in Madras niet kunnen opsporeai. Ik was do wanhoop nabij en heel bang, dat ik je voor altijd uit het oog had verlorenmaai* toen ik van daag mijn inkoopen uit Indië nakeek, kwam mij een boek ia de handen. Ik herinnerde mij dadelijk, dat ik daar in Je adres had opgeschrevenen daar stond het werkelijk en ik doe de zen brief nog in hetzelfde uur op de post. Schrijf mij nu eens, laat mij je plannen hooren en zend mij je por tret. Ik kan je niet zeggen ik heb altijd weinig slag gehad om mij uit te drukken hoo je gelaat mij aan 't verleden herinnert, de zoete bekoring van een tijd, die voorbij is, dat zal nooit weer voor mij terugkomen, maar jij kunt als je, trots je dat toestaat, bij een oude vrouw terugko men. Denk er altijd aan, dat je bij mij een tehuis kunt vinden. Ik ben toch ook je nicht., je bloedverwant en om dien reden alleen maak ik aan spraak op je. Je zult hier bij mij wo nen in een omgeving, geschikt voor een meisje van je stand, in plaats van voor een schraal inkomen in een In dische stad te moeten werken. Denk daarover, Pamela en geloof mij te zijn, lieve, „Je toegenegen bloedverwante „ELIZABETH TREGAR." Don brief van drie maanden oud! liet was een heel vriendelijke brief, en ik zou liam dadelijk beantwoorden maar hot was nu te laat, om er op in U. gaan en gebruik te maken van haar hulp. Ik zie, dat je nieuws gekregen bobt, zei Mevr. Dairymple, terwijl ik den brief opvouwde. Je hebt er wer kelijk een kleur van en ik heb ook nog wat nieuws voor Je. Terwijl zij sprak gaf zij mij de cou rant en wees mij een bericht in een der kolommen aan „Dood van Haar Hoogheid de Ranl Sundaram van Royapetta". Wij betreuren hét te moeten melden dat Haar Hoogheid de Raui Sunda ram. moeder van den overleden Rad- jah, en grootmoeder van den tegen woordige n jongen Vorst, Dinsdagmor gen plotseling is overleden in het Paleis van Royapetta. Zij had een hoo gen ouderdom bereikt. Kon ik mijn oogen gelooven Dus zij was werkelijk ziek en niet boos, toen zij zich in haar eigen vertrekken had opgesloten Dat zal de atmosfeer zuiveren, niet waar riep Mevr. Dairymple ult- Denk je, dat zij van verdriet gestor ven kan zijn, evenals koningin Marie, en dat het woord* parelen in haar hart was gegrift of zou zij misschien geen hart gehad hebben Neen, zij had er geen en zij scheen zoo werkzaam, en zoo taai, dat ik dacht, dat zij wel een eeuw zou kunnen lieven, lk kan teniau wei-nood gelooven, dat zij dood is. Wat een evenement. Groote gebeurtenissen komen nooit aiieen, merkte Mevr. Dairymple me- de grootste overtuiging op. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 5