HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDB BLAD.
Haarlemsche
Handelsvereeniging
FËI
.ETON
Een dappere Vrouw
ZATERDAG 3 JULI 1609
üoedgek. by Kon, Deal. ran 12 Nov, 1899.
Dt> Haarlemsche Handelsvereeni
ging; hier ter stede, opgericht 10 Mei
Ï89Z heelt in den loop van den tijd
Wel haar recht van bestaan bewezen.
In zeer vele gevallen, zaken van ver-
ichlllonden aard be treilende, is zij
opgetreden en dikwijls met groot
succès. Jammer echter, dat men alge-
ineen niet meer blijk geeft, dit te
Waardeeren, door ais lid der Vereeni
ging toe te treden. Er zijn wel meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, neringdoen
de, ja zells particulieren, moesten lid
Worden, om ten minste te laten gevoe
len, dat men het werk op prijs stelt,
dat de Haarlemsche Handelsvereeni-
C steeds opneemt, als dcende, wat
hand vindt om te doen.
De voordeelen, die de Vereeniging
buiten hare bemoeiingen van ver
schillenden aard, haren laden aan
biedt, zijn zeer vele en zeer groote
tegenover de geringe jaaiiijksche
contributie van 3.50, die gevraagd
Wordt.
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging bemoeit zich in de eerste plaats
er mede, de belangen van hare leden
te bevorderen, door onwillige beta
lers voor hen tot betaling aan te
manen en informatiën voor hen in te
.winnen. Bovendien hebben de leden
het recht, het hun gratis te verstrek
ken advies van den rechtsgeleerden
adviseur der Vereeniging te vragen,
die ook in proceduren en faillisse
menten gratis voor hen optreedt, na
tuurlijk alleen voor zaken betreffende
den handel en het bedrijf der leden.
Als proef kunnen voortaan nieuwe
leden voor een half jaar worden aan
genomen, doch slechts het 2e halfjaar
(van 1 November tot on met 30 April)
'ad 1.75 de halve contributie.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver
eeniging zijn de heeren Mrs. Th. de
Haan Hugenholtz en A. H. J. Merens,
Spaarne 94, alhier, die voor de leden
eiken werkdag van 2—4 uur des na
middags zijn te spreken.
Het bureau der Vereeniging is ge
vestigd Jansweg 11
Voor incasso's door bemiddeling
der Vereeniging wordt een vast
recht van 5 pet. der vordering bere
kend.
Bovendien moet 10 cent voor port
Bteeds worden bijgevoegd, bij inzen
ding van vorderingen door bemidde
ling der advocaten te innen.
De kosten van infoxraatiën naar
buiten de stad woonachtige personen
bedragen 60 ets. per informatie, plus
vijf cents porto-vergoeding. Informa
tief! naar binnen de stad wonende
personen worden gratis verstrekt.
Pretention op buiten de stad wo
llende personen worden niet behan
deld, wanneer niet 10 ets. voor porto-
Vergoeding is toegevoegd.
Ruim 1748 informatiën en rechts
geleerde adviezen werden in het af-
geloopeu jaar gegeven.
In April en Mei 1909 zijn 48 vorde
ringen tot een bedrag van f 1483.31^
betaald; 15 vorderingen worden afbe
taald; 1G vorderingen zijn uitge
steld.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
Alle brioven, aanvragen, reclames
of wat ook, moeten worden geadres
seerd aan het bureau, dat geopend
is dagelijks van 's morgens 9 tot 1 urn
en s namiddags van 2 tot 4 uur,
waar dan ook verdere inlichtingen
zijn te bekomen.
Het Bestuur heeft bemerkt, dat men
Soms meent, dat men, hoewel geen
ild der H. H. V., toch van haar iaxfor-
matiën kan bekomen, en brengt nu
hogmaals en uitdrukkelijk ter kennis
dat alleen aan leden der Vereeniging
informatiën door haar worden ver
strekt, en dat voor informatiën op
hier ter stede woonachtige personen
nooit betaling mag worden gevor
derd.
HET BESTUUR.
Het Credietvraagstuk voor
den Middenstand.
V.
Hot laatst verschenen prae-advies,
dat van Mr. E. J. Korthals Altee, ac
countant te Amsterdam, zal zeker
niet in don smaak van het grootste
onzer middenstanders val-
gedeelte
De conclusie toch van dezen geach-
ten collega
,,Het oprichten van banJolnstel-
Lingeo, bijzonderlijk bestemd om
orediet te verschaffen aan don
middenstand, is noch noodzake
lijk, noch gewenschi"
is zeker niet In overeenstemming met
het, huidige danken en streven der
belanghebbenden.
Ook ik ben het zeker geheel en al
met Air. Korthals Alles oneens en
waar hij ter andere plaatse in zijne
brochure zegt
,,Een winkelier, of kleine nij
vere, die geen wissolomzet heeft,
ls geen begeerlijke
klant voor den bankier,
maar dat wil ook zeggen, dat
etene bank, die uitsluitend Kredie
ten geeft aan winkeliers en kleine
nijveren, geen winsten kan r
ken en als zelfstandig bedrijf
geen reden van bestaan heeft",
daar sfer ik tegenover, dat juistom
de zéér ware, gespatieerd gedrukte
opmerking, waardoor deze groote
schare dus zonder hulp blijft, eene
afzonderlijke bank, uitsluitend op de
behoeften van dezen stand ingericht,
zeer wenechelïjk is.
De pr act ijk geeft mij hierin gelijk
Duitschland en Oostenrijk zijn daar
om te bewijzen, dat dergelijke instel
lingen niei alleen in groote behoefte
voorzien, doch een der middelen zijn,
om den middenstand vooruit te
brengen.
En ook ons land geeft, zooals wij in
mijn 4e artikel zagen, een schitterend
bewijs in dc krachtige organisatie
van boerenleenbanken, dat crediet-
banken door en voor de belangheb
benden opgericht, heusch geen „on
dingen" zijn, zooals Mr. Korthais Al-
tes ze bestempelt.
Het, is dan ook bevreemdend, dat,
waar de prae-adviseur in zijn eigen
woonplaats het gebeuren ziet, dat do
da ai- opgerichte middens tandsba.nk
zich zóó krachtig ontwikkelt, dat ze
den steun van de groote bankinstel
ling, dien ze eerst had ingeroepen,
niet meer behoeft en thans geheel op
eigen wieken drijft, hij tot zulke con
clusion komen kan.
Ik Ran anders liet grootste gedeelte
van dit prae-advies wel toejuichen
op zijne heldere, bevattelijke manier
zet hij duidelijk het wezen, doel en
betee-kems van het crediet uiteen,
voorop stellend, dat hij de ondank
bare taak om e. e. a. in populair-
watenscbappelijken vorm te bahande-
len, neeft aanvaard, hopend er een
goed werk mede te doen.
Onder crediet, d. i. het vertrouwen,
geschonken door hem, die terstond
praesteert, aan hem, die later praes-
teeren zal, verstaat hij liefst niet het
zoogenaamd zakelijk crediet, daar
hierbij geen vertrouwen, die onmis
bare footer in het leven en dus ook
bij het crediet, to pas komt, doch uit
sluitend de wetenschap, dat de ver
pande zaak in waarde gelijk is aan,
of te boven gaat cbe bedongen praes-
ta-tie.
Verder herinnert hij er aan, dat
crediet kan dienen le. voor ver
strekking van bedrijfskapitaal, en 2e.
voor verstrekking van stamkapitaal.
Hij vindt het, em ik ben dat geheel
eens met hem, een eersten eisch, dat
een ieder minstens het stamkapitaal
zijner zaak. dat is het daarin vast
gelegde bedrag, in eigendom bezit, of
althans op langen termijn van parti
culieren geleend heeft en zegt, dat
stamkapitaal en bedrijfskapitaal
streng gescheiden moeten blijven en
liet eene niet ten bate van bet andere
mag warden verminderd, omdat dit
niets anders dan gedeeltelijke liqui
datie be teek ent.
De winkelier of nijvere, die de
rente en aflossing van het Stamkapi
taal zijner onderneming, niet uit de
winsten van zijn bedrijf kan vin
den, is onherroepelijk tem ondergang
gedoemd, en hierin ligt zoo vaak de
kern van een moeizaam bestaan, van
een financieel teringprooes.
In „de be teekenis van het crediet"
behandelt hij nog eens dat crediet
geen rechtstreeks nut afwerpt, want
het heeft slechts de be teekenis van de
verplaatsing van het kapiflhal van de
eene hond in de anderehet nut ont
staat eerst, wanneer het kapitaal in
de tweede hand, die van den crediet-
ncmer, productief gemaakt wordt.
Daarom dan ook mag er door de be
trokkenen wel immer om gedacht
worden, dat het crediet allerminst
nut afwerpt, wanneer het b.v. ver
strekt wordt om in een volksbuurt,
waar de bestaande winkels In de be
hoeften ruimschoots voorzien, op
nieuw een winkel op to zetten, die
geen reden van bestaan heeft en waar
van de arme toibber, die het zaakje
drijft, zich inbeeldt, dat zijn zaak
niet marcheertwegenis gebrek aan.
bedrijfskapitaal.
Waar de heer K. A. dan echter
verder de eventueel op te richten Cen
trale Crediethanken bespreekt en be
weert, dat deze geheel gemist zouden
kunnen worden, daar ben lk het weer
geheel oneens en blijkt hij het wer
ken van dezen trechter In het voor
zien van het benoodigde kapitaal aan
alle aangesloten banken, zoo slecht te
begrijpen, dat men zich wellicht zal
afvragen is hier nu een. bankdirec
teur aan het woord, die per se het
streven van de belanghebbenden af
raden wil, of een welmeeawnd voor
lichter van den middenstand?
Neen, Mr. Korthals, ge ziet jammer
genoeg, de zaak te donker inindien
de regeering daar, waar dit noodig
is, voorloopig steun verleent en
Minister Talm a heeft dit reeds be
loofd en het Bollumdsciie publiek
leert inzien, dat het wijzer en billij
ker handelt met het beleggen harer
gelden in Hollandsche zaken, dan in
Amerikaansche ondernemingen, die
dikwijls niets dan gewone detailza
ken zijn, dan geven de thans reeds be
staande onderlinge credietvereenigin-
gen ons de overtuiging, dat midden-
siandsbaaiken niet allejm op hunne
plaats, doch zeker levensvatbaar zul
len blijken te zijn.
Dr. Nouwens zegt in zijn reeds eer
der behandeld prae-adviesMaar
voor dit alles is noodig, dat do Mid
denstand grondig onderwezen worde
in handelskennis en vooral in het
boekhouden.
Het is diep treurig, dat de boekhou
ding op het platte land, doch ook in
de groote steden, nog zooveel te wen-
schen overlaat.
Door mijne practijk kan Lk zeker
hier wel over oordeelon en kan dan
ook wel inededeelen, dat in zeker de
meeste zaken, door middenstanders
gedreven, geen boekhouding, die ook
maai- even aan de geringste eischen
voldoet, gehouden wordt.
Ondanks alle in het vroege voor
jaar' gevonden wordend „uitvexkoo-
pen tegen balansprijzen" kan veilig
worden aangenomen, dat 50 der
winkeliers en nijveren nimmer een
balans heeft opgemaakt, trouwens
niet Weet, wat dit is
En wat is nu noodzakelijker, wil
men althans na een jaar een® weten,
hoe men „gereild en gezeild" heelt,
dan het opmaken van een balans?
Een kasboek vindt men slechts zeer
sporadisch. Een overzicht, waar de
ontvangen gelden gebleven zijn, ont
breekt, dus geheel en al, waardoor
als later het een of ander nageslagen
moet worden, dit niet meer of slechts
met veel moeite en onvolledig te
doen is.
In zeer vele zaken wordt dan ook
uit de winkellade al leg maar betaald.
De bakker, de slager, de melkboer,
onkosten, contribution aan vereenl-
gingen, wissels enz., alles gaat af
van de gewone dagelijksche ontvang
sten en dat zonder een i ge aantoeke-
ning. Het geheele huishouden leeft
dan ook op de winkellade I
Alleen een debiteurenboek komt ge
woonlijk wel voor, doch vraag niet
hoe het gehouden wordtHet blauwe,
kruis-systeem, d. i. met blauw potlood
doorstrepen als betaling heeft plaats
gehad, vindt men nog maar al te vaak
toegepast.
Een crediteurenhoek en het syste
matisch opbergen van factuurs, kwi-
tantiën en brieven worden een onnioo-
dige weelde geacht.
Dat in zulke zaken eea-st verbete
ring moet worden gebracht, alvorens
aan de hulp van een credietbank ge
dacht kan worden, spreekt van zelf
als de betrokkene zelf niet weet, boe
hij er bij staat, boe moet dan de
Raad van admissie hierover oordee-
Jen?
„In ieder geval moet zulk een cre-
diefcverleening eene behoorlijke boek
houding ten grondslag hebben",
eischte Dr. Friedrich Gaertner in zijn
rapport aan het. Internationaal Mid-
denetandscongres te Weenen in 1908
gehouden.
Hier komt dus weder een dor vele
zegeningen van zulk een bank uit, i
het hare leden ieeren eene goede, i
deugdelijke administratie te voeren, j
Toch is reeds thans, bij de allerwe-
ge oplevende organisatie eene groote
verbetering waar te nemengaat men
toch na dat alleen door mij geduren
de de laatste 2 jaar aan een 200 midr
denstanders uit Haarlem en omstre
ken cursuslessen in boekhouden wer
den gegeven, dan mag hier zeker uit
v/orden afgeleid, dat eene credietbank
binnen korten tijd deze groote fout bij
den middenstand geheel zal hebben
opgeheven.
Bij het eindigen van deze serie ar
tikelen, wil lk alleen nog eens onze
middenstanders aansporen om door
eendrachtig samenwerken zich een in
stelling te stichten, die haar invloed
ten goede op allen, hetzij steunende
of crediet trekkende leden, uitoefent
Komt, slaat de handen ineen en
volgt hét goede voorbeeld van Amster.
dam, Rotterdam, Utrecht en nog
meerdere steden nage heft daarme
de uwen 6tand uit de inzinking,
waarin hij thans verkeert op, en
brengt hem tot hernieuwden, grooten
bloei.
J. W. LUCAS.
Esperanto.
XL
X. EEN STUKJE SPRAAKLEER.
Achtervoegsels.
ARO vormt verzamelwoorden
arbo boom.
arbaro bosch.
homo mensch.
homaro manschheid.
vorto woord,
vortaro woordenboek.
EJO duidt de plaats aan;
pregl bidden
pre^-ejo kerk
baki bakken,
bokejo bakkerij,
lerni Ieeren.
lernejo school.
ILO duidt een werktuig aan t
kudri naaien.
kudrilo naald.
haki halt lien.
hakilo bijl.
veturi rijden.
veturilo rijtuig.
IN O duidt het vrouwelijk geslacht
.an
patro vader,
patrino moeder,
onklo oom.
anklino tante.
rego koning
re^ino koningin
koko haan.
kokino hen.
Te Amsterdam loeren 40 politie
agenten, verdeeld over twee clubs,
bet Esperanto.
IETS VOOR DE VROUWEN.
In heft rapport van Iïet congres voor
Vrouwenkiesrecht te Londen lezen
wij „Geestverwanten, wordt wak
ker
Hoewel het in de St. James Hall,
te Londen gehouden congres van
„International Women Suffrage Al
liance", een schitterend succes ge
noemd mag worden, toch is het ook
daar weer duidelijk gebleken, welk
oen onnoodlg tijdverlies veroorzaakt
werd door de behandeling der punten
van de agenda in drie verschillende
talen.
Esperanto, de Internationale hulp
taal, wordt nu langzamerhand de of
ficieel© taal van at dat gene, wat van
Internationaal belang is. Haar ge
bruik werd reeds op 26 congressen,
die in verschilleaide landen geduren
de de laatste 6 jaren plaats hadden,
ten zeerste aanbevolen o. a. op het
Automobilisten-congres te Parijs in
1903, op het Onderwijzers-congres te
Luik in 1905, op 't 1ste Internationaal
Congres van Handelsbedienden te
Londen in 1906, op het 6e Universeele
Vredescor-gres te München in 1907.
enz.
Als intercammunicatiemidde] wordt
Esperanto reeds door verschillende
vereenigingen toegepast. Roode Kruis
verplegers en verpleegsters maken in
vele plaatsen, aisAntwerpen,
Straatsburg, Jeruzalem, Beauvais,
enz., ijverig propaganda voor het nut
r wereld-hulptaal en in Augustus
nam de Internationale Federatie
van tandartsen het besluit, het Es
peranto als eeu-ige officieele taal op
het eerstvolgend oongres te gebrui
ken.
In de 1418 Esperanito-clubs en -ver
eenigingen zijn 129 speciale groepen,
zooals d:o van onderwijzers, docto
ren, studenten, vrijdenkers, protes
tanten, katholieken, socialisten,
rechtsgeleerden, politie-agenten, apo
thekers, zeelieden, enz.
Onder do 86 geregeld verschijnende
tijdschriften ziet men „de Interna
tionale wetenschappelijke Revue",
do „Stern der Medici", de „Interna
tionale Pedagogische Revue", enz.
Waarom zouden dan w ij ten ach
ter blijven
Hoe kunnen de vrouwen der ge-
heele wereld stei'k vereenigd zijn, zoo
zij elkaar niet volkomen verstaan
Hoo toch zou een beweging ton vol
le Internationaal kunnen wezen, zon
der den hechten band eener gemeen
schappelijke taal
Niet alleen zou Esperanto voor de
vrouwenbeweging het middel zijn om
veel tijd uit te sparen, maar ook in
andere opzichten zou het spreken en
schrijven dezer taal ons ten goede
komen immers de talrijke Esp. bla
den an tijdschriften, waarin men
zonder twijfel ook aan een internatio
nale zaak als de onze een plaartsje
zou gunnen, zouden een uitstekend
propagandamiddel blijken te zijn ter
verbreiding van ons idéé."
Mogen de vrouwen van Nederland
ex eveneens over denken en er bet
hare *>oe bijdragen ook langs dezen
weg haai- doel spoediger te berei
ken.
ONI PAROLAS ESPERANTO 1
In P a r ij s ziet men op de ramen
van verschillende magazijnen dit mo
derne opschrift (men spreekt Espe
ranto o. a. La Louvre, La Samari-
taino, Ie Bon Marché.
Men kan in Parijs zich nu kleeden,
men kan ziek zijn en eten, wanneer
men maar Esperanto kent.
In Dresden zijn nu 109 zaken,
waar men met Esperanto terecht kan,
i. geneesheeren, banken, boek-
liaj^delaars tandartsen, café's, enz.
J. H. W. HABEKMEHL.
Amsterdamsche Koot.
CCXXXIX.
DE MIDDENSTANDS-TENTOON
STELLING TE AMSTERDAM.
L
Het was met gemengde gevoelens,
dat wij de opening van deze tentoon
stelling begroetten. Is 'n expositie
van eenig aanbelang iu 't algemeen
een gebeurtenis, waarbij liet nuttige
en aangename en voordeelige samen
gaan voox de stad waarin ze wordt ge
houden, is het daarom alleszins bil
lijk, dat bij provinciale exposities de
boog der exitiek niet te strak wordt
gespannen, iaa een hoofdstad moeten
vergelijkingen met world's shows in
plaatsen van gelijke beteekenis kun
nen worden getroffen. Voor Amster
dam werd, om redenen die al te vaak
uiteengezet zijtn, dan dat ik ze nu
nog zou willen herhalen, sinds jaren
gesnakt naar een wereld ten toonstel
ling als naar eem slok koud water
door den verhitten uitgeputien wan
delaar. Toen het gerucht dan ook de
ronde deed, drie jaar geledon, dat op
initiatief van den Middenstands
bond de Nedeiiandscbe hoofdstad
door een wereldtentoonstelling zou
worden verkwikt, was er vreugde al
umni». Men richtte den blik al naar
do gemeenteterreinen aan den Amstel
zoo gunstig gelegen en voor dit doel
zoo bij uitstek geschikt. Maar al spoe
dig kwam er matiging in die juich
kreten, 't zou geen wereld- doch
slechts een nationale tentoonstelling
worden, de wakkere initiatiefnemers
konden het niet met hun onderne
mingsmoed overeen brengen hun
kind te laten gedijen aan de weelde
rige Amsteloevers, maar wilden het
als conservatieve Hollanders groot
brengen op de Museum-terreinen,
waar hun vaders ook met zooveel suc
ces hadden tentoongesteld. Helaas,
de tijden waren veranderd en de Mu
seum-terreinen ook. De bouw god had
er veroveringen gemaakt, niet zooals
m vroeger tijden al die brake gron
den ingeslikt en er straten en pleinen
neergeworpen, néén, na aan de vre
desconferentie te hebben deelgenomen
had hij verspreid, de beste brokjes
uitgekozen, er villa's, woonhuizen en
groote gebouwen gezet en do rest
achtergelaten, onbruikbaar voor elk
groot doel.
Na lang geconfereer was men 't er
over eens dat die terreinen onge
schikt waren en de tentoonstelling
werd uitgesteld. Van uitstel konit
afstel dacht men en ex waren er die
hiermee in de gegeven omstandighe
den blij waren, want men voelde het
bij intuïtie, dat datgene zou warden
tegenge- on onthouden waaraan Am
sterdam zoo dringend behoefte had.
Doch 't spreekwoord is ditmaal eona
niet uitgekomen: het uitstel is geen
afstel geworden. Er zijn sarcastische
menschen dio beweren: men heeft het
tentoonstellingsplan een eervolle be
grafenis willen bezorgen en het praal
graf werd de monumentale stichting
van Sarphati, hot Paleis voor Volks
vlijt. Woekeren kon men ar zooveel
men wilde, de variatie op De Gene»-
tët
„Zet liever uw „Paleis" wat uit*
was hier niot in toepassing te brein
gen; men moest zich houden aan de
beschikbare ruimte. Er kwam een
„nummer" bij in do reeks van „vak"-
tentoonstelljiigen die in de laatste ja
ren geregeld op deze plek werden ge
houden en daarmee alleen mag dus
vergeleken worden.
Kling-klang bimbammen de klok
ken. Het is de geboorteklok voor het
feest van den Middenstand, maar er
zijn zware klanken in het carillon,
die aan het memento mori herinne
ren: de doodsklok voor jaren voor
een wereldtentoonstelling te Amster
dam.
Ik heb gemeend, mij door geen
overwegingen van welken aard ook
te moeien laten weerhouden mijn be
schouwing over de Middenstandsteu-
toonsteliing under het juiste licht te
plaatsen. Zelfs niet door mijne be
wondering voor de energieke man
nen, die ons op deze wijze willen
toonen, hoo men in hun bedrijf zaken
moet doen. Want laat *k hierop den
nadruk leggen het is in de eerste en
bijna een-ge plaats een reclame-ten
toonstelling. beter en royaler dan
eenige in de provincie, die tot nog toe
dien naam droeg, die als voorbeeld
kan dienen voor alle verdere exposi
ties, ep als zoodanig uitmuntend ge
slaagd is
Zou het ook anders kunnen Do
vader, de „Middenstandsbond", geeft
in zijn verkorte doch algemeen ge-
bruikelijken nao.ni niet zijn juist ka
rakter aan. Het is niet de coalitie van
de talrijke schare, staande tusschon
hot grootkapitaal en het proletariaat,
maar wol do vakvereoniging van
groote en kleine winkeliers, in de
uitgebreidste beteekenis van 't woord.
Zijn expositie is dus een daad van
„business", hij zal dus niet het bui
tenland vertoon e®, als het krachtiger,
beter is dan hier, hij beperkt hot
aantrekkelijke der ontspanning tot
hot hoogst noodige, hij maalt niets
om „Tart pour Tart". Verwacht dus
ook reen kunstwerken op deze ten
toonstelling, geen beelden of schilde
rijen, o' hot moot Kunstnijverheid
zijn, or moeten zaken mee of door
gedaan kunnen worden.
Na deze inleiding we te de bezoekei
waaraan hij zich "heeft te houden.
In vergelijking met de vorige Paleis-
tentoonstellingon is deze zeker een
van de beste. Er is veel te zien op
allerlei gebied van nationalen handc-l
en industrie, en hoewel het nimmer
mijn plan was elke inzending voor
mijn niet-Amsterdamsche lezers uit
voerig te bespreken, kon ik toch nie>t
mijn aanduiding van hot allerinteres
santste in één enkol artikel samen
vatten. Dat bewijst dus dat een be
zoek alhszins loonend is.
„Altijd maar practisch", hebben
de ondernemers gedacht. En hoewel
het eigenlijk onmogelijk was, hebben
zij da.ir nu „hot Paleis" toch uitgezet
en een gedeelte van den tuin zooda-
nig bijgebouwd, dat dit met de con
certzaal één goheel schijnt te vor
men. De tuin is daanfcwor wel erg
klein geworden, en biedt dus, on
danks de dagelij'ksche concerten, niet
meer de attractie aan van vorige ge
legenheden, maar liet aangename
heeft voor het nuttige moeten wij
ken.
En nu beginnen we onze wande
ling. In dj groote concertzaal, recht
tegenover het orgol, vinden we een
muur-expositie van den Midden
standsbond en vlak daarbij een pa
viljoen var. hot Rijksbureau tot on
derzoek van Handelswaren. Elk, die
in 't klein aan do verbruikers zelf de
waren verkoopt, kan aan dit bureau
kosteloos laten onderzoeken, of deze
vervaJscht zijn, ook al maken zij die
zelve. Zo.- kan een limonadehande
laar laten onderzoeken of bet ci
troenzuur, dat hij voor de bereiding
van zijn limonade gebruikt, vrij is
van lood, wat er tengevolge van de
fabricage in aanwezig kan zijn. Maar
alleen indien d>c limonadefabrikant
z'n artikel ook rechtstreeks aan hot
publiek levert.
52)
Nooit; je zult nooit met dien
kerel trouwenzei zc heftig. Het
was een afgedwongen belofte. Alleen
in je arm, overspannen brein kan
zoo n idéé opkomen.
Ik heb mijn earewoord gegeven.
En je moet, hoe beschamend dat
ook klinkt, het weer terugnemen.
Stal je zoo iets voor om met zoo'n
wezen als Ibrahim te trouwen 1 en,
bovendien, je was immers al verloofd
met Max. Vertelde je zoo straks niet,
dat hij Max den ring liet zien en er
op blufte, en dat Max je nu veracht
en vervloekt
Ja. natuurlijk doet hij dat.
Ik begrijp niet, waarom je hem
niet dadelijk het geheele, ongehoorde
verhaal deed, in plaats van tegenover
hem te staan, alsof je in de bank der
beschuldigden stond.
r— Neen, dat begrijp ik au ook niet
maar ik was zoo onvoorbereid, dat ik
mij hevig ontdaan voelde mijn tong
schoen verlamd.
Toen werd hii bewusteloos en nam
Dr. Fleming hem mee.
Arme PamelaEn voordat Max
ziek werd, schreef hij mij een brief,
waarin hij mij vertelde van zijn ver
loving pagina's vol over zijn Pame
la. eai met de belofte, dat hij haar bij
mij zou zenden voor een langdurig
bezoek.
En, u ziet, Pamela is uit zich
zelf hier gekomen, om haar hoofd te
verbergen.
Dat zal niet noodig zijn, lieve
Paim. Je zult het hoog houden, dat
voorspel ik je. Laat mij me nu eens
met je zaken bemoeien.
Ik schudde mijn hoofd. Walt. kon zij
doenHoe kon zij den kluwen ont
warren, dien ik zoo stijf in elkaar
had gewerkt met mijn eigen handen
In tusschon had ik een brief ge
kregen van dut mooie halfbloed meis
je, je vriendin Eulalie, waarin zij mij
bezórgd vraagt, of ik ook iets van je
weet. En ik schroef haar, dat jozoudt
gaan trouwen met Mijnheer Xhorold,
en dat ik hoopte, diat je heel spoedig
bij mij zoudt komen.
Arme Eulalie I Zij heeft zoo'n
warm hartje, zei ik. Ik schreef aan
haar, maar natuurlijk heeft zij mijn
brieven nooit gekregen. Wat ijnjwlf
betreft, ik ben bijna vergeten, hoe
oen brief er uit ziet.
Nu, dat zal hier spoedig na orde
komen, want wij kunnen hier op twee
postbestellingen per dag roemen. Kijk
nu eens naar mijn twee nieuwe pony's
die daar juist aankomen. Zijn zij niet
mooi en zij wees naar een laag rij
tuigje met twee stevige paardjes er
voor. Romeo en Julia zij zijn zoo
op elkaar gesteld en zoo gehoorzaam.
En nu gaan wij samen een mooien
rijtoer maken.
Ik geloof, dat die rit mij minstens
evenveel goed deed als de lange
slaap; de heerlijke buitenlucht,
het aanhoudend zien van gelukkige
gezichten, da klank van vroolijke
ÈngeQsche stemmen, het gerinkel van
paardenhoevende opgewektheid van
mijn gezelschap, alles bij elkaar had
een groote bekoring.
HOOFDSTUK XXVII.
Brieven.
Wat een dikke 1 riep Mevr. Dal-
rympie uit, toen de postbode de sioep
op kwam en mij een dikken brief in
de hand stopte. N u kun je niet meer
zeggen, dat je niet weet hoe een brief
er uitziet. En niets voor mij dan wat
bestelde knippatronen, en do courant.
Nu, lieve, ik zal maar niet ja-
joorsch op je zijn, en met die woor
den scheurde zij de kruisband van de
Madrasbode af.
De enveloppe bevatte ntet één, maar
meer brieven van Crundall's Raad
brieven van gelukwensching, als een
familie, die inij in één geheel een
bezoek kwam brengen. Er waren er
vijf van de verschillende pensionnai
res, die ik bij Mevr. Rosaria ontmoet,
had en ook van Mevr. Rosario zelf.
Zij waren alle heel hartelijk geschre
ven, vooral die van mijn lief, mooi
vriendinnetje Eulalie. Er bleek mij
uit, wat ik wel verwacht had, dat me
nige brief verzonden was, die nooit
aan mijn adres terecht was gekomen.
Daarna opende ik een brief, die uit
Londen kwam en waarvan de haind
mij totaal onbekend was.
„Lieve Pamela Ferrars,
„Ik weet niet wat je van mij zult
denken, maar ik heb dikwijls aan jou
gedacht, lk liad op den morgen, toen
ik zoo haastig met de boot mee moeefc,
geen tijd om aan je te schrijven ik
was zoo gohaast, dat ik niet eens
recht wist, wat ik deed. En toen ver
loor ik jo adres natuurlijk zou men
je in Madras niet kunnen opsporeai.
Ik was do wanhoop nabij en heel
bang, dat ik je voor altijd uit het
oog had verlorenmaai* toen ik van
daag mijn inkoopen uit Indië nakeek,
kwam mij een boek ia de handen. Ik
herinnerde mij dadelijk, dat ik daar
in Je adres had opgeschrevenen
daar stond het werkelijk en ik doe de
zen brief nog in hetzelfde uur op de
post. Schrijf mij nu eens, laat mij je
plannen hooren en zend mij je por
tret. Ik kan je niet zeggen ik heb
altijd weinig slag gehad om mij uit
te drukken hoo je gelaat mij aan 't
verleden herinnert, de zoete bekoring
van een tijd, die voorbij is, dat zal
nooit weer voor mij terugkomen,
maar jij kunt als je, trots je dat
toestaat, bij een oude vrouw terugko
men. Denk er altijd aan, dat je bij
mij een tehuis kunt vinden. Ik ben
toch ook je nicht., je bloedverwant en
om dien reden alleen maak ik aan
spraak op je. Je zult hier bij mij wo
nen in een omgeving, geschikt voor
een meisje van je stand, in plaats van
voor een schraal inkomen in een In
dische stad te moeten werken. Denk
daarover, Pamela en geloof mij te
zijn, lieve,
„Je toegenegen bloedverwante
„ELIZABETH TREGAR."
Don brief van drie maanden oud!
liet was een heel vriendelijke brief, en
ik zou liam dadelijk beantwoorden
maar hot was nu te laat, om er op in
U. gaan en gebruik te maken van
haar hulp.
Ik zie, dat je nieuws gekregen
bobt, zei Mevr. Dairymple, terwijl ik
den brief opvouwde. Je hebt er wer
kelijk een kleur van en ik heb ook
nog wat nieuws voor Je.
Terwijl zij sprak gaf zij mij de cou
rant en wees mij een bericht in een
der kolommen aan
„Dood van Haar Hoogheid de Ranl
Sundaram van Royapetta".
Wij betreuren hét te moeten melden
dat Haar Hoogheid de Raui Sunda
ram. moeder van den overleden Rad-
jah, en grootmoeder van den tegen
woordige n jongen Vorst, Dinsdagmor
gen plotseling is overleden in het
Paleis van Royapetta. Zij had een
hoo gen ouderdom bereikt.
Kon ik mijn oogen gelooven Dus
zij was werkelijk ziek en niet boos,
toen zij zich in haar eigen vertrekken
had opgesloten
Dat zal de atmosfeer zuiveren,
niet waar riep Mevr. Dairymple ult-
Denk je, dat zij van verdriet gestor
ven kan zijn, evenals koningin Marie,
en dat het woord* parelen in haar
hart was gegrift of zou zij misschien
geen hart gehad hebben
Neen, zij had er geen en zij
scheen zoo werkzaam, en zoo taai, dat
ik dacht, dat zij wel een eeuw zou
kunnen lieven, lk kan teniau wei-nood
gelooven, dat zij dood is. Wat een
evenement.
Groote gebeurtenissen komen
nooit aiieen, merkte Mevr. Dairymple
me- de grootste overtuiging op.
(Wordt vervolgd).