Verschijnt dagelijks, behalve op Zon» en Feestdagen.
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
U{sitefllaad8ch Overzicht
Binneulanó
FEUILLETON
Os rootie Pimpernel
in Gevaar.
27e Jaargang. No. 8013
MAANDAG 9 AÜGÜSTUB 1909 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN
PBR DRIB MAANDBNl
Voor Haarlem 1,1»,ié!!!/1.29
Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd te (kom der
gemeente)130
Franco per post door Nederland«1-95
Afzonderlijke nummers0.02 H
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem037H
„de omstreken en franco per post 0.45
Uitgave der Vennootschap Loorens Coster. Dlrectecr J. C. PBEREB001S.
ADVERTENT lÊEJi
Van 1—5 regels 50 Cts.; Iedere regel meer 10 Cts, Buiten het Arrondfësemenl
Haarlem van 1—5 regels f1—elke regel meer/a 28 Reclames 30 Cent per regel
Bij Abonnement aanzienlijk rabat
Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing
50 Cts., voor 3 plaatsingen contant
Redactie en Administratie t Groote Boutstraat
Ictercommnnaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Drukkerij: Zolder Bnitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentlën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem In dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA,
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
Urk, en z'n bewoners.
III.
De eilanders zijn „van-huia-uit"
geen ontevreden of veeleischende
menschen. Toch hebben ze eenige be
hoeften, die dringend om voorziening
vragen.
Zuiderzee-vi8schera verdienen niet
Veel en „moeder-de-vrouw" moet a 1-
tiid scharrelen om rond te komen;
een dubbeltje tien keer omkeeren en
aankijken, vóór 't uit te geven. Dat is
de zuinige Urkerhuishoudster dan
ook gewoon, maar ook zij heeft om
met zeemansmond. te spreken dik
wijls met tegenwind en stormen te
kampen 1 Wanneeir de vangst tegen
loopt of mislukt, 't is een poosje ar-
moe-lijden; evenzoo wanneer er 's
winters gedwongen werkloosheid
heerscht. Als de zee met ijs bezet is,
kunnen de wijdbroeken immers niet
uitzeilen, om 't zeebanket te ver
schalken.
Geen werk geen geld en
schier 't allarnoodigste ontberen! Dat
is wel diroevig, want in den winter is
Urk geen Dorado...
De zeewinden zijn streng en drin
gen door de dunne muren der via-
schershuisjes. Is daar geen brandstof,
opdat 't snonrend-knetterendo vuur de
ijzige kou bestrijdt, dan... Juist in die
barre wintertijden moet men veel
•medelijden hebben met do arme vis-
schers, hun vrouwen en kinderen, 't
Hopen is steeds op gelukkige vang
sten, zoodat 't in de „vette" maanden
mogelijk is, een appeltje voor den
dorst te bewaren maar, ach! die
gelukkige vangsten, zonder eenigen
tegenspoed, zijn zoo zeldzaam...
Meestal zien de Urkers met kommer
en vrees den winter naderen.
Hoe kunnen de misdeelden gehol
pen worden? 't Is gemakkelijk een
vingerwijzing in de goede richting te
geven, maar dalt denkbeeld dan prac-
tisch uit te voeren dhéur zit de
groote moeilijkheid. Er moet voor dc
visschers een arbeid gezocht worden,
die alleen in de wintermaanden be
oefend kan worden en waarmee
een beetje (veel wordt niet geëischt)
kunnen verdienen.
Er is gedacht aan mandenvlechten.
Natuurlijk zouden de Urkers dit werk
moeten leeren, waarom 1 een ver-
eischte is, dat een kundig vakman
van elders komt, om als onderwijzer
op te treden. De commissie voor werk
verschaffing bestaande uit den bur
gemeester (de heeir Gravestein volgt
z'n voorganger ambtshalve op als
voorzitter van dit college) de wethou
ders, de raadsleden, de predikanten
en den dokter bestudeert ijverig de
ze zaak en voert al onderhandelingen.
Reeds is een sommetje bijeen, om de
onkosten te bestrijden, maar 't is nog
niet genoegl Gelukkig heeft de Com
missaris der Koningin in Noord-Hol
land (wie wist, dat Urk bij onze pro
vincie behoort?) zich voor deze zaak
geïnteresseerd en zijn steun toege
zegd. Misschien is een provinciaal
subsidie te verwachten iets in elk
geval I
't Is nog niet beslist zeker, dat de
oplossing gezocht zal worden, dooir 't
vestigen van een mandenvlecht-indus
trie. De commissie bestudeert
de zaak nog en misschien wordt wel
een proef met iets anders genomen.
Op dit oogenblik wordt van het man
denvlechten evenwel 't beste resul
taat verwacht, óók omdat dit een be
drijf is aan de visscherlj verwant.
Op zoo'n manier kunnen de Urkeus
geholpen worden. Ja, t zou wel veel
gemakkelijker zijn, wanneer de diaco
nie der kerken financieel krachtig
genoeg was, om de armen voldoende
te steunen. Dit zijn de armbesturen
evenwel niet en bovendien is 't niet de
begeerde weg. De nieuwe burgemees-
tar besprak deze aangelegenheid in
z'n installatie-rede. Hij zei: ,,'t vraag
stuk der werkverschaffing
heeft m'n volle belangstelling; 'k zal
trachten mee 'te helpen om de oplos
sing te vinden, want de Urkers doen
niets liever, dan hun eigen hrood
verdienen."
Toen de lieer Gravestein dit zei, zag
ik vele „wijd-broeken" toestemmend
knikken en een mompelde: „Dat is
mooi
't Zijn niet alleen de visschers die
op Urk financieel zwak zijn. Ook voor
da niet-visschers moet en kan wel wat
gedaan worden. Alweer: li o e? Wan
neer Urk niet zoo afgelegen lag, zou
de oplossing veel gemakkelijker zijn.
Waar veel verkeer is, komen de werk
zaamheden immers vanzelf. Nu is
Urk wel bijzonder geïsoleerd!
Eiken dag is er één verbinding met
Kampen en Enkhuizen. Er komt en
gaat dan ook slechts één post van en
naar Urk. 's Middags om drie uur
ontvangt men z'n brieven en couran
ten en dan moet men weer wachten
•tot den volgenden dag dirie uur. Bo
vendien wordt de Zondag nog door
de boot en den post overgeslagen
zoodat men, wat 't nieuws betreft, van
Zaterdagmiddag tot Maandagmiddag
moet „vasten". (Haarlemmers, zelfs
bewoners van 't hartje der Haarlem
mermeer, denkt u daar eens inl) Het
gevolg is natuurlijk, dat men op Urk
altijd een dag achter leeft. Toch be
merken de Urkers dit niet, want...
alle eilanders worden over denzelfden
kam geschorenl
Niemand komt de Urkers vertellen,
hoe achterlijk ze op nieuwsgebied
zijn. En aan alles went men I
Op Urk is alleen een telegraafkan
toor. Maar.... 't is er naar I De tele
grammen moeten eerst naar Kampen
getelefoneerd worden, en van Kampen
uit getelegrafeerd, 't Zonderlinge is,
dat Urk du3 telefoon bezit, hoewel er
toch geen openbare spreekcel ia
Waarom niet Een telefonische ver
binding met het vasteland zou voor
vele Urkers een groot gemak zijn,
vooral ook voor de viscihhandelaars.
Misschien weet de nieuwe burgemees
ter de Urkers daarmee gelukkig te
maken I
Ook moet geijverd worden voor een
betere stoomvaartverbinding met het
vasteland. Kunnen de booten naar
en van Kampen en Enkhuizen niet
's morgens en 's avonds dienst doen
Wel gelooven we, dat deze lijn geen
goudmijntje ls. doch de exploitant
ontvangt toch van de provincie en de
gemeente Urk (en we vermoeden ook
van het Rijk) een belangrijke subsi
die. Ook zouden deze lichamen wel
licht bij een dubbelen dienst de sub
sidie willen verhoogen.
Urk zou hier wèl bij vanen, want 't
vreemdelingienbezoek zal daardoor
bevorderd worden.
Toch is er voor het vreemdelingen-
bezoek reeds NU iets te doen. Urk is
in staat de toeristen (landgenooten
en vreemdelingen) te ontvangen. Het
Hotel Hoekstra is op hun komst bere
kend en zal den gasten zeker vol
doen.
Maar de toeristen weten niet, dat
het de moeite waard is. om naar Urk
te komen I Daar zit de fout. Urk moet
een „Vereeniglng tot bevordering van
het Vreemdelingenverkeer" hebben.
Een eerste daad dezer vereeniglng
is, een gids met een beschrijving en
afbeelding der Urksche bezienswaar
digheden (dat zijn er veel I) op ruime
schaal te verspreiden.
Dat kost geld. Wel niet veel, want
door advertenties in zoo'n gids is een
belangrijk deel der onkosten op de
reclame^makers te verhalen. Boven
dien, het zal geld zijn, dat zijn rente
ruimschoots opbrengt.
„Onbekend maakt onbemind". Nu
weten de menschen, die een tochtje
naar Urk willen maken. wel. dat ze
op een dag niet heen en terug kunnen
komen, maar niet, dat er een uitste
kende gelegenheid ia, om te logeeren.
Zulke dingen en nog vele andere!
moeten de toeristen in een gids
kunnen lezen.
Wanneer bekend was, hoeveel er op
Urk te genieten en te bewonderen is,
dan zou het bezoek veel grooter zijn.
Veel vreemdelingen naar Urk
daar moet het heen I
Ongetwijfeld zullen er menschen
geweest zijn, die bij het vernemen
van de tijding, dat de heer Gravestein
tot burgemeester van Urk benoemd
was, de schouders opgehaald of ge
lachen hebben. Burgemeester van
Urk't Klinkt onwezenlijk als in
een kluchtspel I
Dit kleineerende oordeel is evenwel
zeer onrechtvaardig. Na het Lezen van
deze pennekrassen zal men dit ook
moeten 'toegeven.
Urk is een lief eiland, met een pret
tige bevolking. Als burgemeester is
er voldoende gelegenheid, om de har
ten der bewoners te winnen en zich
verdienstelijk te maken.
Daarom begrijpen we de sollicitatie
van den heer Gravestein en wenschen
hem in dezen nieuwen werkkring veel
succes
Van Urk neem ik nog geen af
scheid. Het korte verblijf van heden
is mij zóó uitstekend bevallen, dat lk
de uitnoodiging, om de volgende
maand in mijn vacantie eens een
paar dagen over te komen, gaarne
heb aangenomen.
Er is nog zooveel over dit typische
eiland te vertellen. Zoo zijn er bij de
bevolking aardige verbalen over het
bijgeloof aan heksen en spoken in
vroeger jaren bewaard gebleven, vele
Urkers hebben op zee avonturen be
leefd, het navertellen wel waard, enz.
Dan hooren de lezers ook hoe het
onzen oud-stadgenoot den heer Gra
vestein als „gouverneur-generaal van
Urk" bevalt.
Tot later dus.
KEES.
OORLOG TUSSCHEN CHINA
EN JAPAN?
Uit ons vorig overzicht is reeds ge
bleken, dat deze Oostersche volken
ongenoegen hebben. De. ruzie loopt
zelfs zóó hoog, dat aari de mogelijk
heid van een oorlog gedacht wordt.
liet is weer de Mockden-Antoeng-
sp o o rweg-qu aes t ieEen oude zaak
dus.
I-Iet verdrag van Peking van 1905
gaf aan Japan het recht den spoor
weg tusschen Moekden en Antoeng te
verbeteren. Japan zou gedurende 15
jaren die concessie krijgen en die
voor handelsdoeleinden mogen aan
wenden, maar na afloop van dien
termijn zou China de concessie over
nemen.
Nu is Japan met de volgende
eischen voor den dag gekomen
lo. De route en de stations moeten
worden gewijzigd.
2o. De spoor wijdte moet in overeen
stemming worden gebracht met die
der Koreaansche lijnen.
3o. Aan Japan moet het recht wer
den toegekend een wacht van vijftien
soldaten per kilometer le plaatsen.
4o. De politie in alle plaatsen langs
den spoorweg moet Japansch zijn.
Niets van dat alles is bij het ver
drag voorzien en China weigert zijn
toestemming. Behalve dat China be
zwaar heefi tegen de eischen van Ja
pan inzake soldaten en politie, is het
van oordeel, dat in verband met het
terrein een nauw spoor gewenscht is,
zooals Japan ook op zijn lijnen heeft,
welke alleen voor handelsdoeleinden
dienen. China vermoedt en niet ge
heel zonder reden dat Japan's be-
dioeling is het Koreaansche spoorweg
net tot over Chineesoh gebied uit te
breiden en dat Japan de lijn voor
strategische (dus toekomstige oor
logsdoeleinden wil aanwenden, daar
de betrokken streek weinig vooruit
zichten biedt uit een handelsoogpunt.
Reeds eenige jaren loopen de on
derhandelingen tusschen China en
Japan, maar China blijkt niet voor
nemens om aan de eischen toe te ge
ven. Dat verveelt den Japanners.
Eindelijk hebben zij aan China in
ronde woorden laten weten „gij wei
gort de lijn aldus te verbeteren, wel
nu, dan zullen we 't zelf doen".
Ér is veel aan de lijn te verbeteren.
In den oorlogstijd is een licht vcld-
spoor aangelegd, zonder tunnels of
andere kustwerken.
Tengevolge van den onvoldoenden
staat van den weg loopen de treinen
er dikwijls van liet spoor en is een
nachtdienst onmogelijk. Japan wil er
een gewonen spoorweg van maken,
die kan aansluiten op het net van
Zuid-Maniajoerije en als groote ver
keersweg kan dienen.
Japan is al met de werken ter ver
betering begonnen.
Wat moet, of liever: wat zal er
gebeuren Zal China de Japanners
kalm hun gang laten gaan, of ls, be
halve een diplomatiek protest, ook
een oorlogsbedreiging te verwachten?
De kans, dat alles in der minne ge
schikt wordt, is wel waarschijnlijk.
China zal op geen oorlog gesteld zijn,
want Japan is niet z'n „moderne be
schaving" veel verder. Het is een
quaestie, waar alles uit kan voort
komen.
Een oorlog t usee hen China en Ja
pan zou zeker een vreeselijke krijg
worden. We hopen, dat deze ramp
ons bespaard zal worden I
OORLOG TUSSCHEN TURKIJE
EN GRIEKENLAND
Ook hier mogen we gelukkig nog
een vraagteeken achter plaatsen.
Toch is de Kretenser quaestie nog
lang niet opgelost en de kans op een
oorlog nog verre van voorbij.
Turkije zal heden een nota aan de
Grieksche regeering zenden, waarbij
deze uitgenoodigd wordt do verkla
ring af to leggen, dat het niet de be
doeling van Griekenland is 't eiland
Kreta te bemachtigen. Indien binnen
den gestelden tijd geen antwoord op
genoemde nota wordt ontvangen, zal
de Turksche gezant uit Athene wor
den teruggeroepen.
Uit Turkije wordt weer eens ver
zekerd, dat de oorlogsstemming dor
bevolking steeds toeneemt. Dit is
een gevaarlijk teeken
Ongerust over de opgewondenheid
der bevolking, richtte het Turksche
ministerie tot liet Jong-Turkscbe co
mité het verzoek, middelen in 't werk
te stellen om de gemoederen te kal-
meereiL
Zullen de .Tong-Turken dit willen f
en zullen ze 't kunnen
De bewoners van Kreta koesteren
nog altijd hun Grieksche idealen.
Uit Kanea wordt 'gemeld, dat In-
plaats van de Kretenser vlag op hel
fort weder, evenals op 28 juli, een
vlag is goheschen met een wit kruis
op een blauw veld. De Grieksche oor-
logsvlag verschilt van deze vlag al
leen hierdoor, dat ze in 't midden
van liet kruis nog een kroon heeft.
DE TOESTAND IN SPANJE EN
MAROKKO.
In Spanje wordt het van dag tot
dag rustiger, zelfs in Barcelona is het
nu rustig.
En in Marokko?
Er komen geen berichten van het
oorloigsterrein. Wel wordt verzekerd,
dat er uit het moederland nieuwe
versterkingen naar Melilla zijn inge
scheept.
DE TSAAR EN KEIZER
WILHELM.
Op den weg naar huis heeft de
Tsaar met zijn jacht nog even
Duitschland aangelegd om Wilhelm
een bezoek te brengen.
De berichten verzekeren, dat dit
korte bezoek een geheel particulier
karakter droeg.
DE FRANSCHE FINANCIëN.
De Fransche begrooting over het
komende rekeningsjaar, wees bij de
indiening een geraamd tekort van
138 millioen aan. Ze wordt nu door
de begrootlngscominissie onderzocht,
en Vrijdag moest de rapporteur-gene
raal in deze commissie medcdeelen,
dat tengevolge van noodzakelijke
verhoogingen van verschillende
hoofdstukken, het tekort tot ongeveer
200 millioen francs is gestegen. Oor
log moest verhoogd worden met 44
millioen, marine met dertig millioen,
burgerlijke pensioenen met vier mil
lioen. Waar tegenover maar vijf mil
lioen kon worden uitgewonnen.
Na deze weinig verblijdende mede-
deeling, heeft de begrootingscommis-
sie haac arbeid yerdaagd tot 15 Sep
tember.
OM DEN SERVISCHEN TROON.
Met een enkel woord hebben wij al
melding gemaakt van de ongunstige
geruchten, die over den toestand van
koning Peter van Servië in omloop
zijn.
Het „Journal" verneemt uit Ber
lijn, dat. daar telegrammen ontvan
gen zijn, volgens welke 's koninga
toestand hopeloos is. Kroonprins
Alexander zou in allerijl uit het bui
tenland naar Belgrado geroepen zijn.
In Servië zou middelerwijl een be
weging op touw zijn gezet, om het re-
geeriggshuis omver te werpen.
Volgens geruchten broeden de offi
eieren op plannen, om prins George,
den vroegeren Kroonprins, op dee
troon te brengen.
DE STAKING IN ZWEDEN.
De lypografenvereeniging besloot de
typografen in de drukkerijen, die der
sociaal-democratische bladen hieron
der begrepen, tot staking van den
arbeid aan te sporen.
De spoorwegdirectie bericht, dat
het treinenverkeer tot 15 treinen per
dag wordt ingekrompen.
Het totaal aantal stakenden be
draagt thans 300.000. waarvan te
Stockholm 42.000.
Lindquist, de voorzitter van het
socialistische verbond, heeft gezegd,
dat de stakers geen bemiddeling van
de regeering als Dagens Nyheter
had voorgesteld verlangen. Hjal-
mar Brantlng, het socialistische lid
i don Rijksdag, heeft aan dat blad
gezegd, dat nieuwe onderhandelingen
met do patroons, op den grondslag
van don status quo ante, op zijn
vroegst in do volgende week kunnen
beginnen. De patroons willen er ech
ter nog niets van weten.
BOLIVIA EN PERU.
In het congres werd door den pre
sident een boodschap voorgelezen, in
houdende, dat het congres zal beslis
sen of do scheidsrechterlijke uit
spraak in zake de grensquaestie tus
schen Peru en Bolivia al of niet aan
vaard zal worden. De verhouding met
Peru is thans gunstignaar men
hoopt, zullen uit de kwestie geen ver
dere moeilijkheden voortspruiten.
HOFBERICHTEN.
Van bevoegde zijde wordt medege
deeld, dat het bericht, betreffende hot
verblijf van H. M. de Koningin ten
paleize Soestdijk in den loop van
Augustus, van allen grond ontbloot is.
KEIZER WILHELM's BEZOEK AAN
KLEEF EN MIDDACHTEN.
De Steeg, 't mooie dorpje aan den
IJsel, ontvangt heden bezoek van
Keizer Wilhelm, t Bezoek moge in
cognito zijn, 't neemt niet weg, dat er
uitgebreide maatregelen voor de ont
vangst genomen zijn.
De wachtkamer van 't station ia
in een salon herschapen. Zwaar
blauw smyrna tapijt op den vloer, ge
le zijde tegen de wanden, een spe
ciaal ameublement met het wapen
van Rheden, met bloemen en palmen
als schoonste versiering uit den on
uitputtelijke» schat van de Middach-
ter tuinen. Op het perron een balda
kijn dat vóór het vertrek op Dinsdag
morgen boven den ingang aan de bui
tenzijde wordt aangebracht.
Te 1 uur 85 arriveerde de keizerlij
ke trein aan station De Steeg.
De inkomst was schitterend. D*
stoet was als volgt samengesteld. In
Naar het Engelsch, door
Barones Orczy.
23)
Hoeren I zei Zijn Koninklijke
Hoogheid plotseling, wij vergeten
de dames. Lord Hasting, voegde
hij er bij, zich tot een der heeren
wendend, die vlak bij hem stond,
Ik verzoek u dia onvergeeflijke fout
te herstellen. Twisten van mannen
zijn niet geschikt voor de ooren van
bekoorlijke dames.
Sir Percy keek op van de bozigheid,
waarin hij zoo verdiept was geweest.
Zijn oogeu ontmoetten die van zijn
vrouw zij was als een marmeren
standbeeld, nauwelijks bewust van
hetgeen om haar heen gebeurde.
Maar hij, die iedere aandoening
Van die vurige en hartstochtelijke na
tuur kende, vermoedde dat achter die
ijskoude kalmte een krankzinnige,
bijna onoverwinnelijke aanvechting
verborgen was, namelijk om alle
menschen, hier tegenwoordig, de
waarheid, de afschuwelijke waarheid
te vertellen, wat deze uitdaging eigen
lijk beteekendoeen val, waarin een
«tan, verteerd door haat en verlan
gen naar wraak, hoopte een dappe
ren. onbevreesdon vijand te lokken en
dan te dooden.
Percy Blakeney was in zijn hart
ovortuigd, dat zijn geliefkoosd ge
itel m een seconde lang op de lippen
van zijn vrouw zweefde, een zwen
king van de weegschaal van het Lot,
een ademtocht, en Marguérite was
klaar om uit te roepen
Laat dit afschuwelijke ding toch
niet zijn gang gaan I De Roode Pim
pernel, dien gij allen bewondert om
zijn dapperheid, en bemint om zijn
moed, staat op dit oogenblik voor u.
van aangezicht tot aangezicht mei
zijn doodelijksten vijand, die hier is
om hem in het verderf te lokken
In die seconde hield Percy Blake
ney daarom den blik van zijn vrouw
vast met het magnetisme van zijn
eigen oogen alias wat in hem was
aan liefde, aan kracht tot smeeken,
aait vertrouwen en aan overwicht,
ging tot haar uit in dien blik, waar
mee hij haar oogen op zijn gelaat ge
vestigd hield.
Toen zag hij hoe haar houding
veranderde. Ze sloot haar oogen om
dc geheel© wereld buiten haar lijden
de zieL te sluiten. Zij scheen alle gèes-
telijke kracht bijeen te roepen, waar
toe haar brein in staat was door een
groote poging tot zolfbeheersching
Toen nam zij de hand van Juliette
in de hare. en draaide zich om. om de
kamer uit te gaan, de heeren bogen,
toen zij langs hen zweefde in haar
ruischend zijden kleed.
Zij knikte tegen sommigen, maakte
oen buiging voor den Prins, en had
op het laatste oogenblik nóg den bo-
venmenschelijken moed en trots, hot
hoofd nog eens naar haar echtge
noot om te draaien, om hem ten slotte
te verzekeren, dat zijn geheim in dit
uur van gevaar even veilig bij haar
was, als het geweest was in den tijd
van triomf.
Zij glimlachte en ging. vooraf ge
gaan door Désirée Candellle, die in
geselschap van ©en der heeren bij
zonder stil en afgetrokken was ge
worden, de kamer uit.
Er bleven nu nog maar enkele hee
ren in de kleine kamer. Sir Andrew
Ffoulkes had de voorzorg genomen,
de deur af t© sluiten, nadat de dames
vertrokken waren.
Toen wendde Zijn Koninklijke
Hoogheid zich nog ©ens tot Monsieur
Chauvelm en z©i met voorgewend©
onverschilligheid
Werkelijk, mijnheer I mij dunkt,
dat wij allen meedoen aan een grap,
die niet tot een werkelijke daad aan
leiding kan geven. Ik beken, dat ik
mijn vriend Blakeney geen toestem
ming kan geven, op uw verzoek in
Frankrijk te komen. Uw regeering
zal den onderdanen van mijn vader
niet toestaan op uw kusten t© landen
zonder een speciaal paspoort, en dan
nog alleen voor een bepaald doel.
Och, uw Koninklijke Hoogheid,
kwam nu Sir Percy tusschenbeiden,
ik verzoek u op dat punt geen zor
gen te hebben.... Mijn waarde vriend
hier heeft of ik moest mij al zeer
vergissen een paspoort voor mij
klaar in den zak van zijn jas, en daar
wij toch werkelijk hopen, dat d© een
den ander daar overhoop zal stoken...
wat drommels dat is toch immers
hot planis het niet waar, mijn
heer voegde hij er bij, zich nog eens
tot Chauvelin wendend, dat in den
zak van uw deftige jas ©en paspoort
geborgen zit met den naam onin
gevuld misschien dat u speciaal
voor mij bestemd had
Het werd zoo onverschillig, op zoo
aangenamen toon gezegd, dat nie
mand, behalve Chauvelin, de ware
bedoeling van de woorden van Sir
Percy raadde.
Chauvelin begreep natuurlijk hun
eigenlijke beteekenis, hij begreep dat
Blakeney hem het feit onder itel oog
wilde brengen, dat hij zich heel goed
bewust was, dat het geheele tooneel
van hedenavond vooruit in elkaar
was gezet, en dat hij uit vrije bewe
ging en met de oogen wijd open in
de val liep, die de revolution n ai re
patriot zoo zorgvuldig voor hem had
klaar gezet.
Het paspoort zal op den daar
voor bepaalden tijd aanwezig zijn,
antwoordde Chauvelin ontwijkend,
als onze secondanten alle formalitei
ten hebben vastgesteld.
Wat voor den drommel doen wij
met secondanten, mijnbeer her
nam Sir Percy doodbedaard. U zal
toch zeker niet willen, vertrouw ik,
dat wij met een heele karavaan naar
Frankrijk reizen?
Tijd, plaats en voorwaarden
moeten worden vastgesteld. Sir Per
cy, hernam Chauvelin ik ben er
van overtuigd, dat u te zeer ceu rid
der Is, om te wenschen die formali
teiten zolf t© arrangeeren.
Neen 1 evenmin als u, mijn
heer.... e.... Chauvelin. antwoordde
Sir Percy bedaardwij zouden
die dingen niet kunnen bepalen zon
der ons goed humeur te verliezen en
dat is took van het grootste belang in
zulke gevallen. Is het niet waar
rZeker, Sir Percy.
Maar secondanten, hoe haalt u
h©t in uw hoofdEén secondant
maar, als 't u belieft, en dan nog wel
de bekoorlijkste, hatelijkste op
rechtste wispelturigste, die er te
bedenken isStemt u daarin toe,
mijnheer
U heeft mij zijn naam nog niet
gezegd. Sir Percy
't Lot, mijnheer, 't lot... Met
toestemming van Zijn Koninklijke
Hoogheid zal het lot beslissen.
Ik begrijp u niet.
Drie worpen met de dobbelstee-
nen, mijnheer.... Tijd.... Plaats....
Voorwaarden, zei u drie worper
en de winnaar mag ze noemen...»-
Stemt u daarmee in
Chauvelin aarzelde. Do schertsen
de houding van Sir Percy paste niet
volkomen bij zijn eigen met zorg ult-
ewerkte plannen bovendien vreesde
ie ex-gezant een of anderen valstrik,
en stelde niet veel vertrouwen in deze
beslissing.
Onwillekeurig wendde hij zich, om
een beroep te aoen op den Prins van
Wales en de andere heeren, daar te
genwoordig.
Maar de Engelschman van die da
gen was een geboren speler. Hij liep
rond met de dobbelstoencn in den
eenen zak en een spel kaarten in den
anderen. De Prins zelf maakte geen
uitzondering op dien regel, ep de
eerst© gentleman in Engeland was
een erkend liefhebber van het hazard
spel.
Het lot natuurlijk, antwoord
de Zijn Hoogheid vroolijk.
Het lothet lot 1 herhaalden
de anderen begeerig.
jWordt .vervolgd).