HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDB BLA1X Britenlaadsch Overzicht FEUILLETON Be roede Pimpernel in Gevaar. DINSDAG 6 OCTOBEB 1909 OM ONS HEEN No. 1005. Joagenspolitie. Hél gésprek van den dag Is de over last In de Groot© Houtstraat. Een dankbaar onderwerp, want de zaak kan van verschillende kanten worden bekeken. De twee hoofdlijnen langs welke het gesprek kan gaan, zijn na tuurlijk deze: is de grootste schuld pan het brutale optreden van de Jeugd, of aan het slap optreden van $e politie? En uit deze hoofdlijnen kunnen weer naar verschillende kan ten zijlijnen wordon getrokken, zoo idat een redelijk spraakzaam mensch stof heeft voor een heelen avond ge- spreks in vrienden- of familiekring. Een van die zijpaden heeft mij op ©en avond naar a Amerika ge bracht lk zeg dat maar dadelijk, op dat de lezer zich nu voor gewaar schuwd kan houden. Uit het groote Jand over zee komt ulevel wat raars en wanneer ik nu zeg, dat er te Council Bluffs In den Staat |owa een „jongenspolitie" gevormd Is, dan hoor ik menigeen al vragen, wat voor onzin dat nu weer Is en of het den Yankees in hun bol geslagen is, om politie te organieeeren uit jon gens Laat ons do zaak, om al te grooten schrik te voorkomen, langzaam en trapsgewijs behandelen. Het spreek woord: met dieven moetmen dieven vangen kllnke niet mooi, er is toch zeker een grond van waar heid in. Vidocq, die naar ik meen om streeks een eeuw geleden, hoofd van de geheime politie werd te Parijs, was vroeger een brutale gauwdief geweest en kende dus de knepen en treken. Zoo is op groote Engelsche kostscho len de handhaving van de orde, voor namelijk in de slaapzalen, aan leerlin gen opgedragen, die daarvoor spe ciaal door den directeur worden aan- gewezeu en aan deze benoeming wel het noodige gezag ontleenen. Ze ken nen natuurlijk al de grappen en stre ken van hun makkers en kunnen veel beter daartegen waken, dan secon danten, die bovendien na de vermoei ende dagtaak toch ook aanspraak heb ben op een rustigen nacht I Wordt, om nog een voorbeeld te noemen, wanneer de Weerbaarheids» vereeniging haar kamp betrekt, de wacht niet waargenomen door de jon gelui zelf? Met een en ander hoop ik den lezer ©enigszins voorbereid te hebben op het verhaal, dat Tlios. P. Reynolds doet over the boy police, ,,'t Is ©en eenige organisatie", zoo vertelt hij, „die jongenspolitie, zooals haar naam voldoende aanwijst uitsluitend gevormd door jongens, wier plicht het is, de orde te bewaren onder de ■knapen van Council Bluffs en er op toe te zien, dat het opkomend geslacht niet al te rumoerig wordt. De jonge agenten werken onder het oog en onder de bevelen van de gewo ne politie en hebben het recht tot ar restatie, wanneer dat noodig is tot handhaving van de orde. De omvang van het jongenskorps is afwisselend. Somtijds slinkt het, tot dat er niemand meer op de rol staat ©n een anderen keer stijgt het aantal tot het vastgestelde maximum van tweehonderd vijftig. De jongens ont vangen voor hun diensten geen beta ling, maar worden alloen beloond, door het prestige, dat het handhaven van de orde hun verleent. Deze eer wordt zoo hoog geschat, flat ln vacantietijd, wanneer Jong Amerika het meest tot kwaad geneigd la, het hoofdbureau van politie letter lijk belegerd wordt door vijfhonderd tot vijftienhonderd jongens, die een 8ansielliug als „politieman" wen- echen. Daartoe verkozen te warden ia de grootste eer, die een jongen van Council Bluffs overkomen Saai. Onder de sollicitanten wordt elke stand van de maatschappij aange troffen, van den straatzwerver af tot aan H bankierszoontje toe. Elke jon gen ln de stad is als 't ware een vaste candidaat naar het baantje van poli tieagent. Hot denkbeeld is aanvankelijk ont sproten ln 't hoofd van den commis saris van politie Richmond en was meer het gevolg van een toeval, dan van redeneering. Tooh was het een Inval, die in deze eeno stad zoo goed gewerkt heeft, dat in andere Amerl- kaansche steden overwegen wordt, het voorbeeld te volgen. Drie Jaar geleden is de Jongens politie ontstaan. Vóór dien tijd moest Council Bluffs op Kerst mis, Nieuwjaar, Onafhankelijkheids dag en andere feestdagen evenals an dere Amerikaansche steden heel wat baldadigheid ondergaan. Bevelen van de politie om daar eon einde aan te maken, baatten niet en er scheen niets aan te doen. Toen er weer zoo'n feestdag in t zicht was, begonnen de Jongens in de stad zoo vroeg met hun ondeugende streken, dat commissaris Richmond aan zijn mannen opdroeg, alle Jon gens te arresteeren, die baldadighe den mochten begaan, welke op scha de uitliepen. Het gevolg was, dat op S den morgen vóór den feestdag een agent van politie het bureau binnen kwam met een haveloozen jongen, dien hij bij de kraag had gegrepen. De commissaris herkende hem als Skinny, een krantenjongen en hoofd van een heele bende. Skinny huilde van angst. „Ik snap te hem, toen hij dynamletpatroontjes op do tramrails legde", zei de agent. „Goed. Zet hem daar maar' ln den hook", beval de commissaris en de agent, na daaraan voldaan te hebben, vertrok. Skinny zat in zijn hoek en hield langzamerhand met schreien op. In- tusschen dacht de commissaris na. „Skinny", zei hij, „hoe zou je er over denken, om mij te helpen, de or de onder de jongens te handhaven „Ik niet", zei do jongen, „ik. ver raad mijn kameraden niet 1" „Neen, dat behoef je ook niet te doen. Maai- hoe zou je 't vinden, als je ook politieman was en hielp om de jongens van 't kwaaddoen af te hou den „Zou ik dan ook een ster op mijn jas krijgen „Ja, je krijgt een ster." De commissaris haalde een politie- onderscheidingsteeken en speldde het op de havelooze blouse van den jon gen vast, waarna hij hem wegzond, om orde te houden onder zijn mak kers. „Als je een jongen vindt, die kwaad doet, breng hem dan hier 1" was Skinny's instructie.. Een halfuur later was er groot la waai in 't portaal. De kamerdeur van den commissaris werd opengegooid en Skinny kwam binnen, die een jon gen van zijn eigen leeftijd half trok, half duwde. „Dezo jongen schoot op de men- schen met erwten en wou het niet la ten, verklaarde Skinny. „Hij heeft geen recht om me op te brengen", beklaagde zich de gevange ne, „hij is toch geen politieman." De commissaris keek heel eins tig. 1-Iet was Skinny's eerste arrestatie en Richmond nam een proef, waarvan hij nieuwsgierig was naar het resul taat Hij legde de zaak dus aan den jongen uit en stelde hem voor, dat hij Skinny zou helpen, de orde te bewa ren. „Krijg ik dan ook een ster vroeg de nieuweling. Dat verzoek werd ingewilligd en de twee jongens verlieten verheugd het kantoor. 's Middags verdrongen zich een vijf honderd jongens Voor het' politiebu reau, die allen politieman wilden worden ecu een ster dragen.: Rich mond koos er een vijftig uit, gaf hun de ster en sprak de anderen toe, met de belofte, dat hij tegen den volgen den feestdag een aantal nieuwe hel pers zou kiezen. Inmiddels zou elke jongen, die kwaad deed, zijn kans daarop vast en'zeker verliezen. Na den feestdag hield de commissa ris een soort van revue over de jon gens, nam hun onderscheidingsteeken terug en ontsloeg hen, maar- niet dan nadat hij een toespraak tot hen gehou den had, waarin hij hun voorhield, hoe ze nu politieman geweest waren, dus behoord hadden tot een soort van ©erewacht, wier taak het was goed te handelen en nooit eenigen overlast aim de politie te geven. Dat zou een schande wezen voor hen zelf en voor de heele politiemacht. £00 was de jongenspolitie ontstaan. Bij eiken feestdag koos Richmond andere jongens voor de bewaking uit en hield telkens de kleine toespraak. En het resultaat is, dat de orde onder de jongens in Council Bluffs .voel beter Is, dan eldere. Ei' zijn wei nig lastige straatjongens, zelfs moet de invloed van de Jongenspolitie gun stig werken op misdaden van kinde ren. en een stukje gras te beschutten, dan Krijg je er genoeg van. Genoeg van £ie verpulverden rechten weg, ge noeg ook van de rechte vaairteu, Waarin de zon maar altijd door op dezelfde plaats een bad schijnt te ne men, tot het voor je oogen wiben- fwart schemert bij t onwillekeurig kijken ex naar. De genoegens van een wandeling naar de Meer kunnen in gunstiger omstandigheden grooter en de onaan genaamheden kleiner in getal zijn, *k geef dat graag toe; maar met den besten wil van de wereld krijg je in do liniaal-rechte wegen en „tochten" niet ook maar de geringste bocht en onze naar afwisseling hakende na tuur dweept niet met de liniaal om de eentonige dingen, die zij tot stand helpt hrengen. De fiets was dan ooit voor de Haar- lemmermeêrbeworvza? eeei prachtige vinding. Wel raoeetaa >0 nog als vroeger. rechte lijn hytden, doch het snelle vervoermiddel maakte van 1 kilometer een goede 300 meter. In de goede seizoenen wielert de fiets hooreloos over de prettig vlakke wo gen. Je kunt op deze wegen nog eens schot zetten, zonder bang te zijn, dot je in een scherpe bocht onder paar denhoeven zult te land komen, of een heel-niet-vrijwillig bad in een mod dersloot je goheele habitus zal trans- formeereu. Met je driemaal zoo groote Tenminste *k meende in te stappen In Coelen's wagentje, doch 't geviel, dat 'k bij een concurrent van den ouden vrachtrijder ten wagen kwam. M'n onvoldoende kennis van do ver keersmiddelen in den polder heeft mij parten gespeeld. Tot Zaterdag zou ik het aan ieder bezworen hebben, dat elk groen ge schilderd omnibusje, waarop links de woorden Haarleni-Heemstede-Hoofd— dorp en rechts die plaatsnamen in omgekeerde volgorde, toebehoorde aan Ceelen's onderneming. En toen ik Zaterdagmiddag in het vrachtkarren- kampement, dat bij de „Korenbeurs" den toegang naar het Spaamo pleegt te versperren, een wagentje zag, dat aan de bovengedane beschrijving be» •dde, stond het bij me vost, Zij gaan met hun drieën over de voetgangerspas je Yoroor- 5 straat, brengen de jongens op die hal- j looft, deel je de onaangenoai-ih-'m dadigheden doen en waarschuwen de 5 gewone politieagenten, wanneer zij dus door drie.- Idealer nog is de auto, die ten ge noegen van den reiziger, het langge rekte eenvormige landschap samen knijpt tot een tafereel van bescheide ner afmetingen, dan in dat geval den vrijudelijksten indruk achterJ wijl dan tiet„teveel schaadt' zien, dat volwassen mannen kwaad bedrijven. Ook in dat opzicht hebben zij veel goeds gedaan." Aldus ongeveer schrijft Mr.-. Rey nolds. En de toepassing Die laat ik aan den lezer over. Of iets dergelijks in ons land moge lijk zou zijn, wegens de wetten, we gens den landaard, wegens zeden en gewoonten, ik waag het niet te beslis sen. Maar als merkwaardigheid loek het me aardig genoeg. Etn, wie weet, j beide volgende kilometers wegdraai- misschien geeft het Iemand, die meer van nabij met deze dingen te maken heeft, iets te denken. J. C. P. antwoQrdde, dal dit het verkeersmiddel was, dat het lang nagestreefde doel was. Want zoo gemakkelijk had lk niet de plaats van afrit gevonden, tot ik een half uur voor het vertrek een telefoontje kreeg, dat lk om half 3 bij Nelis op de Kaasmarkt moest zijn, wilde ik dien dag nog de Meerreis aanvaarden. Met m'n fiets voor de terugreis was ik er op tijd. De ondernemer van het bedrijf bleek zeer gewillig, om een passagier mee te nemen. Hij ontruimde bet binnenste van zijn karretje voor een goed deel an m'n rijwiel kreeg een plaatsje bovenop. (i. Het scheen, dat ik ditmaal de eenige 'i reiziger zou zijn, want tuaschen de verwarring van wagens en kisten, waagde zich niemand, die er als sol- licitant-medereisgezel uitzag. Heel nauw met den tijd nam de voerman het niet, dus had ik tijcis ge noeg om te ontdekken, dat het eigen lijke wagentje van Ceelen een eindje verderop stond. Ceelen, een verweerd oud mannetje, on zijn zoon, een ste vige zoon van het, platteland, waren evenals mijn voerman druk bezig go©-, deren in te laden, want het goe der en- ven-oer is wel hoofdzaak. Rijlaarsdam van waar die vreemdsoortig» koppeling van een voetschoeisel rnet een waterkeerüxg arlaat. S z00 bleek mijn man te heeteu, nieMw' 1 utm „revow i -yertelcLe me, dat Ceelen eiken dag van toepassing is. Jnaar Hoofddorp rijdt, na er 'smor- Heerlijk is zoo'n snelle auto- j gens vandaan gekomen te ziju. Hij gang langs do Meerwegen. Je spat I zelf rijdt ook alle dagen, uitgezonderd uit Hoofddorp weg de vaart op, dui- Donderdag, dan trekt hij van Hoofd- zel-rent met aangename gewaarwor-1 dorp naar Amsterdam, dingen van innerlijk behagen om de l Nog een derde concurrent gaat vier snelheid <len kaarsrechten weg op, i malen ln d»e week uit de Meer naar De Haarlemmermeer u!t kar Verkeersisolemeut. 11. Als de herinneringen aan de Haarlemmermeer uit do brein-kamer tjes van m'n goheugen bijeenschraap, geloof 'k wel, dat 'k nu zoo ongeveer op alle mogelijke manieren den pol der ingekomen ben. Historisch komt het eerst ©en wan deling van een vacantie-vierend jon genstroep je op ©en foL-zomer enden middag. Langs de lekkerbeschaduw- de wegen gaat het goed op zoo'n dag, en in 't begin ook nog wel in de Meer, al word je daar ook bruin-ge blakerd. Met frisschen moed, haal je eens met van levenslust overvloeiend stuift de eerst© brug voorbij, ziet do beide volgende kilometers wegdraai en ouder de wielen door, draait In een zuiver-rechten hoek de brug over <ie Hoofdvaart op, bij welke beweging je naar de binnenbocht gedrukt wordt totdat de afdraai van de brug je weer naar den tegengestelden kant duwt, j rutsch, nog e^ eindje en je Met atm j florlsanter dan thans, nu hij al sedert oen overkant al de Ciuquius. jaar of vier het brievenvervoer zijn n zes kilometers voor een vijl- ...J Haarlem on twee malen naar Am sterdam. Voorts rijdt er nog een dienst uit Hoofddorp, twee of drie keeren per dag naar Heemstede, om van daar menschen en goederen den polder in te brengen. Ceelen's onderneming was vroeger is van officieelc zijde verzekerd, dat Spanje geen roof-politiek zou drijven en niet streveu naar grooter machts gebied in Marokko. Wat is er nu van deze verzekering terecht gekomen Uit Madrid wordt gemeld „De krijgsverrichtingen van de Spanjaarden bij Melilla zijn nog biet ten einde, maar zullen veel eer op grooter basis voortgezet worden. De regeering is van plan, in elk geval tot de betaling der oorlogskosten een belangrijk ge bied in Marokko te bezetten met Tetuan als basis. Daartoe zullen nog 15.000 man naai- Afrika ver scheept worden. De Goeroegoe- berg wordt voortaan door Spanje als zijn eigendom beschouwd, eu zal dienen om een sterke vooruit geschoven post te worden, ter be veiliging van Melilla." t Is Spanje dus wel om r 0 0 f p tf- 1 i t i e k te doen l Door de inpalming toch van den Goeroegoe-berg wordt het Spaansche gebied rond Melilla belangrijk uitgebreid en het excuus, dat deze bezetting noodig Is voor de veiligheid van Melilla is natuurlijk van geen waarde. Reeds weken geleden voorspelden we, dat Spanje wel zou trachten de oorlogskosten op den Sultan te ver halen. Dat de regeerders in Madrid zoover durven gaan, om een deel van Marokko t© bezetten, als pand, dat is ons tooi* t© sterk. Elk begrijpt, dat Marokko in de eerst© jaren, wellicht nooit, de gevraagde 100 millioen peseta's zal kunnen betalen, zoodat Spanje dan al dien tijd heer en mees ter in dat gebied zal zijn en blijven.- En wat zullen de mogendheden doen W© kunnen niet gelooven, dat Spanje geheel op eigen initiatief han delt. Daarvoor treedt het te bru taal op. Wie staat er achter Spanje Een Engolsch diplomaat heeft de zer dagen gezegd, dat Spanje door Engeland gesteund wordt. Indien zoo'n geheim verdrag inderdaad be staat en Spanje's avontuur als eind doel heeft, om vriend Engeland in het bezit tc stellen van Noord-Afrika, waardoor de Brit dan de sleutels krijgt van de Middellandsche Zee, zou het gevolg zijn, dat het Dbead- noughts-bouwende Oostenrijk in dc Middellandsche Zee door Engéland wordt opgesloten. Zoo iets kunnen Oostenrijk-Hongarije en do bondge noot Duitschland niet toelaten, want dan zou Duitschland in een eventuee- len oorlog van zjjn bondgenoot geen de meer officieele, omdat hij den post-j hulp ter zee kunnen krijgen. dienst had. 'Joen ging zijn bedrijf tigmijlsvaart van een auto 1 Maar d© auto is niet „hot" verkeers middel ln do Meea-, al wordt zij er nogal gebruikt, zij en haar kleinere zuster, de motorfiets. Het motorrijwiel Leeft hetzelfde euvel als de fiets. De in den zomer prachtig gladde wegen kunnen in het kwade seizoen vaak aller-onfiets- baarst er bij liggen. Dat is in en na den tijd van het bieten-rijden. Als de beetwortelen van het land afgaan kwijt is. Maai1 als vrachtrijder, Rijlaarsdam, is onze dienst ouden*. Deze onderneminkjes zullen wel een zwaren slag krijgen, wanneer de Hollandsch© Spoor als concurrent op- treedt. Do tagenaars zijn er nogal goedsmoeds onder. Och ja, waarom zouden ze er ook over zitten piekeren, daar ei* nu toch eenmaal niets meer tegen te doen valt. Toen ik er op zinspeelde tegen Rijlaarsdam en den jongen Ceelen, gekscheerde de eerste tegen z'n jeugdigen vakgenoot„Dan die tijd komt nu weer aan zoo ln j bennen we al binnen, wat zeg jij, jól' Horfct o.-t« Trwiuupfl»-Ceelen lachte eens terug om dier laden wagens do wegen op een er barmelijke manier. Deze vertoonen dan een aanblik niet ongelijk aan een geribde zinken dakbedekking, met dit naxloellg verschil evenwel, liedje uil. of je iraoht- S'Z' met ie vnnden een koortje to UoKen. y/ass M oen inUktewtraotje to <i»>' met je vrinden een koortje to fluiten. Dan heb je nog niet veel last van de hitte, die den heelen dag over de lan den hangt en het wegendek tot witte stof verpoedert En dan die altijd-even rechte ein den langs de vaart! Daar heb je al leen gemak van, als je verplicht bent je geografische kennis door een landkaartteekening te onderstutten. Dan is dat zuidelijk deel van Nootrd- Holland een uitkomst. Wat lijnen langs een liniaal ge trokken en daar dwars doorheen nog wat strepen met een jongensachtige verachting van juiste ligging en cor- recto plaatsbepaling... en in een wip Is do Haarlemmermeer ln kaart ge- brachtv Maar, als je langs die zwarte streepjes op je kaartje moet gaan loo- pen, wanneer de weg een beete oven- plaat gelijkt ca de aan den verkeer den kant van de wegen geplaatste boomenrijen den wandelaar in zonnebrand laten, en al haar duw naorstiglijli sparen om een sloot den herfst, dan -.•fernieien. de zwaarge- i Ceelen lachte eens terug om dien mop. Onderwijl had Nelis, de oude café-houder op do Kaasmarkt, voor het wagentje twee zware schimmels gezet. De beestjes zouden geen te zware taak hebben, scheen het. Want behalve, wat vrachtgoed bovenop den weg is gekeid, gaat 't nog wat, maar o wee, als je dan te fietsen komt ach ter een wat breeden wagen, die je op straffo van halsbreken-gevaar be let hem voorbij te komen. In zulk een toestand heb 'k voor het eerst van m'n leven kennis gemaakt met het vermaarde wagentje van Cee len, of liever met de achterzijde van dit voertuig, dat me eens op een don kereu avond noodzaakte, in z'n loo- mig-stapvoetsch-paardentempo achter hem te fietsen, eenige kilometers 11a elkaar. M'n eerste kennisma king met dat vehikel was dus niet van de prettigste. Integendeel leek medio groene achterwand met hot raamp je er middenin in den vervolge altijd een soort van waarschuwingsbord, dat me nog steeds met intiemen wre vel vervulde- Maar toen 'k Zaterdag den lozers wat verteld had over 't wat-worden- op den bok hadden ze alleen den voerman en mij t© trekken, wat met het wagentje zeker niet do helft van het nauwkeurig op de achtei'zijde van den wagen vermeld maximum ge wicht van 1000 K.G. bedroeg. Hoe ik in de Meer geraakte, zij een volgend maal verhaald. JAC. C. M. Jr. WORDT DE VREDE IN EUROPA WEER BEDREIGD Deze vraag kan niet anders dan met een JA beantwoord worden, 't Is wel niet pleizierig, 0111 tot deze conclusie te komen, maai* Wat wel de oorzaak is van deze nieuwe onrust V Natuurlijk de M rokko-politiek, Spanje's avontuur in Noord-Afrika neemt groot© afmetingen aan l Herin neren we ar nog eens aan, dat bet vermoorden ml op verkeersgebied in de Meer, heb '"n""»™»" van vier Spaansche •ir ,„-.v „n.-notKie spoorwegarbeiders door de Mooren, k mn antipathie op rif gezet en ben antipathie op zij gezet en door gameiden achterwand het omni busje ingestapt om op oud-vaderland- schen trant op reis te gaan, la dili gence dus. de onmiddellijke aanleiding is weest, dat men in Madrid besloot een straf-expeditie uit te rusten, om do oproerig© Rif-bewoners voor hunne euveldaden te straffen. Herhaaldelijk Wanneer er iets waai* is van de onthullingen van dezen diplomaat, zullen verschillende mogendheden, allereerst natuurlijk Duitschland zich tegen de Spaansche politiek met kracht verzetten. Maar, ook wanneer er niets vaa aan is,dan nog zal men in Duitsch land zeker tegen de machtsuitbreiding van Spanje ln Marokko protesteereis. Het zal wefer het oude, bekend© Ma- rokko-gemodder worden, want Spanje heeft méér gedaan, dan de beruchte Algeciras-acte toestaat. W© denken niet dadelijk aan eea Europeeschen oorlog, doch wel voor zien we weer onverkwikkelijke scher mutselingen op het papier. Misschien krijgen we weer een Algeciras-confe- rentie Brrr de gedachte alleen maakt een mensch we© Toen dc Spanjaarden In het begin der vorig© week den Goeroegoe-berg bezet hadden, dachten ze den oorlog al gewonnen te hebben. Het is mis, hoorl Dc Mooren willen nog van geen' staken weten. Donderdag wilden de Spanjaarden een verkenningstocht maken. I11 een pas van het Milongebergt© werden de Spaansche troepen ten* slotte door ongeveer 6000 Mooren, did zich achter do bergen verschanst had den, aan allo kanten zóó hevig be schoten en In het nauw gebracht, dat na het sneuvelen van generaal Vica* rlo besloten werd tot den terugtocht, welke ouder zware verliezen, onder dekking der artillerie en der mitrail leurs, met groot© moeite werd vol* bracht. De geleden verliezen worden thans reeds geschat op 235 dooden en ge-: wonden. „Baas" In Marokko Is Spanje dua no>g niet I De ontdekking van talrijke, afschu welijk verminkte lijken ln de Moor*" ach© Goeroegoe-stellingen, heeft aan leiding gegeven tot een betreuren»* waardige uitbarsting van weerwraak vau de Spaansche bevolking van Me lilla. Toen ©en aantal Mooren, wier. onderwerping door den opperbevel* hebber was aangenomen, in de stacl Naar het Engelsch, door Barones Orczy, Zij wilde n'et zoo gedwarsboomd Jvorden, en toen d© soldaten tracht ten het venster te sluiten, waren da delijk tw'ntig woedende vuisten klaar om do ruiten in te slaan. Ik kan onder dit lawaai dien brief in zoo'n verwonscht© taal niet afmaken, zei Sir Percy doodbedaard. U heeft niet veel meer te schrij- 5r©n, Sir Percy, drong Ckauvelin met Zenuwachtig ongeduld aan. Ik verzoek U, maak er nu een. eind aan, en maak dat gc u't deze stad wegkomt. Stuur dio menschen <l«u weg, herhaalde Sir Percy kalm. Zij willen niet gaan.... Zij willen b zien..., Sir Percy zweeg eon oogenhlik mot de pen lil da hand, als was hij in «iep gepeins.: Willen zij mij zien, zei hij la^ chond. Welnu,...a waarom niet* laten zij mij dan zien I En met eenige penneetreken maak te hij vlug een ©inde aan den brief, zotte er met eenige krullen op kloeke wijze zijn handteekening onder, ter wijl de menigte, joelde, schreeuwde, duwde, tot de soldaten vloekte en met steeds meer aandrang vroeg den Roe- den Pimpernel te zien, Chauvelln had een gevoel of hem het hart zou barsten, zoo wild klopte het. Toen duwde Sir Percv met éen hand op den brief gedrukt, zijn stoel wegen zei nogmaals met zijn opgewekte, doordringende stem Welnulaten zij mij zien I Met die woorden sprong hij ovecr- eind en zich in zijn volt© lengte op richtend, greep hij do twee massief tinnen kandelaars, éen ln Iedere hand en hield ze met zijn gespierde armen uitgestrekt hoog boven zijn hoofd. Do brief.... fluisterde Chauvelln. op schorren toon. Maar juist toen hij snel zijn hand. uitstak, die beefdo van opgewonden heid, naar den brief op de tafel, smeet Blakeney do zware kandelaars mot een luiden schreeuw tegen den grond. Zij kwamen mot een ratelend gewold beneden, de lichten doofden uit on de geheele kamer werd onmid dellijk in volslagen duisternis ge huld. De menigte hief een alles doordrin gend angstgeschreeuw aanzij had den alleen maar een enkel oogenbl'k de reusachtige gestalte in het oog ge kregen die met uitgestrekte armen, bovennatuurlijk lang had geschenen spookachtig verlicht door het flik kerende licht der vetkaarsen, en het volgend oogenhlik voor hun eigen oogen in volkomen duisternis verdwij nend. Overstelpt van plotseling opge komen bijg©loovige vrees, keerden pierrots en pierrettes, trommelslagers en trompetters zich om en kozen tn iedere richting het hazenpad.. Binnenskamers heerschte de groot ste verwarring. Do soldaten hadden een kreet gehoord Het venster 1 Het venster I Wie dien kreet uitte, niemand kon het zich later herinnerenzeker is het, dat als door éen zelfde gedacht© be zield het meerendeel der mannen naar liet open venster snelde, gedeeltelijk daarheen gedreven door het wilde in stinct om een ontvluchtenden vijand na te zeiten en ten deele bezield door dezelfde bljgeloovige vrees, die de me nigte had doen vluchten. Zij klauter den over de vensterbank en lieten zich op het bolwerk neerzakken, toen Yiuchtten zij zoo gauw zij konden. Maar toen de algemeen© verwar ring begon, liad Chauvelln een wilden kreet uitgestooten. De brief I 11...» Collot tVoor mij... In zijn handDe brief L. Het geluld van een hevigen plof, van een hevig worstelen op den groml in de duisternis liet zich hooren en toen een zegepralende kreet van Col- lot d'Herbois Ik heb den brief I Naar Parijs 1 Hoera I zei Chauvelin opgewon den en hijgend, hoera 11 Het Angelus, vriend Hóbert l Uit instinct wist Collot d'Herbois de deur te vindenhij rukt© haar open, waardoor een flauwe lichtstraal uit de gong binnenkwam. Hij stond éen oogenhlik ln de deuropening, zijn plompe, logge gestalte duidelijk uitko mend tegen den meer verlichten ach tergrond, met een blik van opgewon den en kwaadaardige triomf van doo- delijken haat en wreedheid duidelijk op zijn gelaat afgeteekend, en met opgeheven hand wild zwaaiende met het kostbare document, het bewijs van 011 teering van den vijand van Frank rijk. Naar Parijs I schreeuwde Chau velin hem opgewonden toe. In Ro bespierre's handen.... De brief Toen viel hij hijgend, uitgeput op den naastbijzijnden stoel. Collot riep, zonder nog eens om te kijken, op wilden toon om de mannen, di© bom naar Parijs zouden begelei den. Het waren uitgezochte soldaten. flinke kerels van de oude stads wacht. Zij waren niet wegens het tu mult uit de gelederen geloopen, eu volgden ln slagorde Burger Collot de kamer uit. Minder dan vijf minuten later kon men het stampen van hoeven op de binnenplaats beneden hooren, een be vel van Collot en het geluid van een een cavalcade, die met groote snel heid in de richting van de Parijsche poort weggaloppeerde. HOOFDSTUK XXXÏV, Het Angelus. En langzamerhand stierven alle ge luiden weg om het oude Fort Gayoio. Het geschreeuw en gelach van de pretmakers, dio zich spoedig weer van hun vrees hersteld haddonklonk nu alleen nog als het onderdrukt geloei van ©en ver verwijderden storm, hier en daar afgebroken door de sclirille kreten van oen meisjesstem of een hef tige fanfaro yan de koperen trompet ten. De kamer waar zooveel tumult had plaats gehad, waar zooveel harten van stormachtige aandoening geklopt Itedden, waar do heftige tragedie van wraak en haat, van liefde 011 harts tocht was afgespeeld, was nu kalm en stil. De soldaten waren heengegaan* sommigen waren de feestvierders ge volgd, anderen met Collot d'Herbois meegegaan, weer anderen met Héberli en den abt, die het Angelus zou lui* den. Chauvelin, overstelpt door dc heftt» ge opwinding eu angstige onzeker heid die hij had moeten verdragen, zaé daar vaag droomend, zich nauwelijks van zijn bestaan bewust, maar volko* men gelukkig en tevreden. Zonder vrees ook, want zijn triomf was volko men en hij gaf er nu niet meer om, of hij leefde of dood was. Hij had lang genoeg geleefd om do volkomen vernedering en onteeringj van zijn vijand te zien. Wat er nu met Sir Percy BIakeney( of met Marguérite zou gebeuren, wIot hij niet en was hem ook volkomen on* verschillig. Zonder twijfel had de En* gelschmun overeind weten te komen» en was door het venster of de deur ont-' snapthij zou vol verlangen zijn, zijn vrouw zoo snel mogelijk buiten dé stad te krijgen. Het Angelus zou di rect luiden, de poorten zouden ge opend worden, do haven voor iedereen toegankelijk gesteld.. En Collot was nu ongeveer een mij! buiten Boulogne.... een mijl dichterbij, Parijs. /Wordt vervoladl.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 5