Spart e& Wedstrpse ^ers-Overzicht Zaken, onder mededéeling vau dc toe dracht der zaak en met opgave, dat waarschijnlijk ook door do Duitsche Rogeering wel stappen zouden wor den gedaan te Petersburg. Reeds eeni ge dagen later mocht men van don Minister van Buitcnlaudsche Zaken er neme n, dat aan Hr. Ms. gezant te Petersburg instruction ter zake ver strekt waren. In den loop der vorige week werd een afschrift toegezonden van de ine- dedeelmgen, die toen juist hij het Ministerie van Buitenlundsche Zaken waren ontvangen van het Russische Departement van Buitcnlaudsche Za ken. Dezs bevatten o. ui. opgaven dat zoude gebleken zijn, dat de overval ©n beroovrng beraamd "zouden zijn door paardenhandelaars uit Rusland, die met leed© oogen zouden aanzien, dat Ten Doesschate c.s. hun in hun eigen land concurrentie kwamen aandoen en daarom de hulp eener bcevenbende zouden hebben ingeroepen, ten einde dien lastigen concurrenten eens voor al ©en afschrikkend lesje ie geven. Zelfs zou vermoeden bestaan van medeplichtigheid van ©en der b e- roofden, ook een paarden'nande- laar, en van eenig© bewoners uit de huurt waar het gebeurde plaats vond, o. a. ©en wegwachter. Volgens opgave van de Russische Regeering zijn drie der roovers reeds gearresteerd, doch is het niet gelukt de hand op het ge roofde of een deel daarvan te leggen. Do onderzoekingen worden echter met kracht voortgezet. D© politie zou van den aanvang af al liet mogelijke gedaan hebben, om den beroofden hulp te verschaffen en de daders op het spoor te komen, en op grond daarvan schijnt de Russi sche Regeering zich vooralsnog niet geroepen te achten de benadeelden financieel tegemoet te komen. Intus- schen moet de omvang der activiteit, waarvan de Russische Regeering zoo hoog in dozen opgeeft, allerminst kloppen met de mededeelingen van Ten Doesschate zelf. ZELFMOORD IN EEN GEVANGE NIS. In de gevangenis te Kief, in Rus land, heeft zich een tragisch geval Van zelfmoord van een jong meisje voorgedaan. Het meisje, een zekere Matrena Prisjasnoek, was ter dood veroordeeld en haar terechtstelling wachtende. In de cel naast haar zat een politiek gevangene, een zekere Horn, en deze slaagde er in zich door een stelsel van tikken en kloppen in verbinding to stellen met het. meisje. Horn wist het ten slotte, dank zij de slappe bewaking, zoover te brengen, dat hij een gat in den wand kon ma ken, waardoor hij kleine voorwerpen van d© ©ene cel in de andere kon doen lovergaan. Het (meisje Vroeg hem, of hij haar Vergif wilde verschaffen, ten einde een smadelijke terechtstelling te ont gaan. Horn stemde toe en hij deed het vergif (hoe hij er aan kwam is hns een raadsel) omzichtig in de tuit van een trekpot verborgen, aan Ma trena toekomen. Horn fluisterde de ongelukkige een vaarwel toe en Ma trena slikte vastberaden het vergif .weinige oogenblikken daarna gaf zij iden geest. Horn schreef na afloop een luitvoerigen brief aan zijn verloofd©, waarin hij in aandoenlijke bewoor dingen het gebeurd© beschreef. Die brief werd in beslag genomen, en zoo is men te weten gekomen, hoe het droevige sterfgeval zich heeft toege dragen. De zaak tegen Horn is voor het Hof te Kiëf behandeld. Hij werd vrijge sproken. NIEUWE BIJZONDERHEDEN OVER DEN DOOD VAN KEIZERIN ELISABETH. Er is te Weenen een boek versche nen van gravin Sztaray, met herinne ringen uit haar leven. Zij was inder tijd hofdame en vriendin van de Keizerin, welke zij op hare talrijke reizen vergezelde. Zij was ooggetuige ,van den moord op de Keizerin, en vertelt, hoe de misdaad door Luccheni gepleegd is. Toen gravin Sztaray 's morgens den ÏOden September 1898 zich bij do Kei zerin aanmeldde, zeide deze, dat zij dien nacht geen oog had toegedaan. Eerst zoo zeide de Keizerin hoorde ik de Italiaansche zangers onder mijn vensters, daarna hinderde mij het licht van den vuurtoren, dat Ik van mijn bed uit zien kon. Einde lijk sliep ik om twe© uur in, maar kort daarop ontwaakte ik met schrik en vloog uit mijn bed. De maan, die helder op mijn gezicht scheen, had mij wakker gemaakt. Het zilveren schijnsel vulde mijn kamer met een geheimzinnig waas, dat mij bijzonder opviel. Na over allerlei gepraat t© hebben, verlieten wij het hotel en gingen wij naar het schip, dat aan de kade lag. Er was niet veel tijd en ik wilde me wat haasten, om de boot niet te mis sen, maar de Keizerin bleef bedaard doorwandelen, bewonderde d© kas- tanjeboomen en zei tegen mij „Kijk eens, Irma, die kastanjeboo- men bloeien nu al voor den tweeden keer. Ook In Schönbrunn hebben we zulke boomen, die tweemaal bloeien, de Keizer heeft me juist geschreven, hoe mooi ze zijn." „Majesteit", zei ik, „de scheepsklok luidt al voor de tweede maal, we moeten ons haasten." Onderweg merkte ik, dat een man zich achter een boom verschool, die in onze richting ging en die, toen wij dichterbij kwamen, naar een anderen boom liep, zich weer een oogenblik verschool en zoo van boom tot boom deze manoeuvre herhaalde. Ik dacht „wat wil die veut toch van ons, dat hij ons op zoo'n vreemde manier ach tervolgt Plotseling zag ik, hoe hij naar ons toekwam, en instinctief deed ik een stap vooruit, om de Keizerin te beschermen. Maar op dat oogen blik hief hij zijn arm op en gaf hij aan d© Keizerin een stomp op de borst. Zonder een kreet te geven, zakte de Keizerin in elkaar en ik ving haar in mijn armen op. Na ©enige oogenblikken kwam do Keizerin bij, se sloeg hoar oogen op, koek ver baasd rond en ging toen, op mij leunende, naar de boot. De aanran der was onderwijl verdwenen. Toen ik d© Keizerin weer voor mij eag staan, geloofde ik aan een won der, zóó schitterden hare oogen en zóó mooi was de rose kleur, di© haar anders bleek gezicht plotseling be dekte. Haar mooi haar (de Keizerin was er beroemd om) was door den val losgeraakt en viel over gelaat en schouders. Ze zag er op dit oogenblik vorstelijk uit. „Hoe voelt ge u vroeg ik met angstige stem, „gevoelt u zich on wel „In het geheel niet", antwoordde de Keizerin glimlachend. Niemand dacht op dat oogenblik, dat zij door een dolk getroffen was. De mcnschen, die waren toegesneld, vroegen allen hoe het haar ging. En aan allen zei ze, dat zij zich wel voel de, en dat de stomp niet erg geweest was. De Keizerin maakte daarop haar kapsel en hoed weer wat in orde, nam waaier en parasol, die beide op den grond gevallen waren, weer in haar hand, groett© de menigte en ging naar de stoomboot. „Wat wilde die man eigenlijk van me vroeg zij mij onder liet gaan. „Ik weet het niet", antwoordde ik, „maar het is zeker een boosdoener". Na een kort© pauze zei de Kei zerin „Waarschijnlijk heeft hij mijn sjaal van mijn schouders willen trekken en meenemen." De Keizerin stapte flink door, en Sloeg mijn aanbod af om op mijn arm te leunen. Een paar oogenblikken la ter zei de Keizerin „Ik zie nu toch, geloof ik, wel wat bleek." „Een beetje", antwoordde ik, „stel lig van den schrik". Op hetzelfde oogenblik kwam de portier van ons hotel aangeloopen, om te zeggen, dat men den kerel ge pakt had. „Wat heeft hij gezegd vroeg de Keizerin. Maar tegelijk zag ik, hoe zij haar gezicht smartelijk vertrek. Z© klaag de over pijn in de borst. Wij begaven ons naar de aanleg plaats. De Keizerin liep over d© brug naar het schip. Maar nauwelijks was zij aan boord of ze werd in eens dui zelig. Ik vroeg om een dokter en een glas water. Do Keizerin was doods bleek en rustte met dichtgeslagen oogen in mijn armen. Een jongen kwam met water aanloopen en ik besproeide het gezicht der Keizerin. Zij deed de oogen weer open, maar ze stonden vreemd en dof. Met hulp van twe© reizigers werd de Keizerin op een bank gelegd. Nog maals riep ik om een dokter, waarop eeu passagier mij de diensten van zijn vrouw aanbood, die iets van ge neeskunde verstond. Mevrouw Dar- delle, zoo heette ze, had eau de co logne bij zich, waarmee zij de Kei zerin inwreef. Deze kwam toen weer wat bij. Ik maakte haar corset los, terwijl een aan boord zijnde liefde zuster cornipressen van eau de colog ne op d© borst legde. Intusschen had het schip zich in beweging gezet. Ik merkte dat de Keizerin zich moeite gaf om op te staan, waarop ik liaar een in aether gedrenkt klontje suiker in den mond stopte. Gelukkig kon do Keizerin ei- op bijten en ik schepte weer moed. Langzaam sloeg de Keizerin de oogen nog eens op en keek doelloos rond. Zij' richtte zich vervolgens kaarsrecht op, ging toen weer zitten en zeide met een fluister-stem tot de dame. die haar hielp „dank u De passagiers hadden zich terug getrokken en er waren nog maar vier menschon bij de Keizerin. Terwijl deze tot dusver vaag had rondgeke ken, vestigden zich hare oogen eens klaps op de Dent du Midi. En bijkans onhoorbaar vroeg zij mij „Wat is ©r toch met mij gebeurd Dit waren hare laatste woorden. EEN BOEDDHISTISCH KLOOSTER TE LONDEN IN ZICHT. In een der laatste afleveringen van het t© Calcutta "(Engelsch-Indië) ver schijnend tijdschrift, „Journal of the Maha-Bohdi-Soclety" komt eene op roeping voor tot bijeenbrenging van e©n som van 240.000, om in 1911 een Boeddhistisch klooster te Londen te stichten, ter herdenking van het feit, dat de Boeddhistische religie 250 jaar heeft bestaan. EEN WREEDE SULTAN. Over het lot, dat den roghi ten deel gevallen is, nadat hij in handen kwam van sultan Moeley Hafid, doen de meest verschillende lezingen de ron de. Meldde Reuter destijds, dat Boe Hamara op hoog bevel des sultans werd gefusileecrd, dadelijk spraken onderscheidene Fransche bladen dit bericht tegen. Van den eenen kant beweerde men, Boe Hamara was nog in leven, terwijl weer anderen verno men hadden, dat de pretendent aan de leeuwen van den sultan werd voor geworpen. Het heeft allen schijn, dat deze laatste lezing de ware is. Een onder zoek, naar het lot van den roghi, door den Franschen consul te Fez inge steld, werpt een treurig licht op het karakter van Moeley Hafid en toont aan, dat de roghi onder de meest barbaarsche martelingen gestorven is. Dc correspondent van de Parijsche Matin geeft in een brief aan zijn blad de volgende bijzonderheden over het uiteinde van den gevangen roofrid der. In overleg met den consul heeft ook de briefschrijver zelf, minutieus en onpartijdig te weirk gaande, zich van de ware toedracht der feiten trachten te overtuigen. De sultan keerde terug van zijn zo merpaleis te Dar-Debibeg, in gezel schap van twee zijner gunstelingen. Toen hij in zijn winterpaleis aange komen was, begaf hij zich onmiddel lijk naar het gedeelte van het ge bouw, waar zich zijn dierentuin be vindt en dat den naam draagt van Boe Khesissat. Hierheen liet hij den roghi Boe Ilamara brengen, gaf dan aan zijn dienaren bevel hem en zijn begeleiders alloen te laten met den gevangene, terwijl de poorten van het paleis gesloten moesten worden. De sultan en de beide euneuchen grepen den aan handen en voeten ge boeiden roglii aan en duwden hem in een kooi, waarin zich twee jonge leeu wen bevonden, die verleden winter uit Senegal naar Fez werden gebracht Do sultan zelf hielp ijverig mede aan dit weinig vorstelijk werk en zijn wraakzucht werd nog aangewakkerd door de verwenschingen, die Boe Ha mara hem toeriep. Onmiddellijk stortten de beide leeu wen zich op hun prooi en verscheur den met hun tanden cn klauwen de borst en armen van het geboeid slachtoffer, dat niet bij machte was, zich te verdedigen. Boe Hamara ver-1 loor bijna oogenblikkelijk het be wustzijn, en viel als een lijk in de kooi neer. De leeuwen lieten hem nu met rust, en hoewel aangehitst door den sultan, wilden zij niet tot hun slachtoffer terugkeeren. Niet tevreden over het verloop der marteling, gaf nu de sultan last, den halfdooden Boe Hamara weder uit de kooi te halen, wat zonder moeilijkhe den gelukte. Neergelegd midden op het plein, reeds reutelend en worste lend rnet den dood, werd de roghi op bevel des sultans met petroleum over goten, waarna door oen der euueu- ch'en zijn kleederen in brand geslo ken werden. Voortdurend het vuur opnieuw met olie voedend, bleef Moe ley Hafid de foltering tot het einde toe gadeslaan. Niet eerder begaf zich de sultan naair zijn eigen vertrekken, dan toen van zijn vijand niets meer dan eenige verkoolde beenderen over waren. EEN DRAMA. Bij een voorstelling in het theater Moncey te Parijs is een afschuwelijk drama afgespeeld. Een der bedrijven van het opgevoer de stuk speelt in een menagerie. Terwijl d© wilde dieren, hiervoor benoodigd, rustig in hun kooi achter de coulissen lagen te dommelen, is een jonge vrouw, de vriendin van den dierentemmer, op de stellage geklom men, waarop het gevaarte stond en heeft zich zoo dicht bij de leeuwen ge waagd, dat ©en dezer haar met zijn klauwen gegrepen heeft. Op haar hulpgeroep kwam de dierentemmer toeschieten, maar het was reeds te Iaat, de ongelukkige was stervonde. Men vermoedt, dat hier opzet in het spel is, daar het slachtoffer sinds een paar dagen in onmin leefde met haar vriend, ©n zij de dieren voldoen de kende, om te weten, dal wat zij deed, levensgevaarlijk was. Do kooi was bovendien zoo geplaatst, dat de mogelijkheid was buitengesloten, dat iemand toevallig er te dicht bij kwam. De paniek in de zaal was zoo groot, dat men het ijzeren brandschenn moest laten zakken om de menscheri, die dachten, dat de dieren waren los gebroken, gerust te stellen. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN 30 Cts. per regel. DRINKT IN DE7.E DAGEN SLECHTS Vïcioriawates*, het bactariënvrij, natuurlijk mineraal water uit de Bron te Oberlahnstein Leger en v too- UIT DE STAATSCOURANT. Bij Koninklijk besluit is: a. met ingang van 16 October 1909: lo. op zijne aanvrage eervol ont heven uit zijne functie van gouver neur der residentie, de luitenant-ge neraal F. G. A. van Ertnel Scherer, inspecteur-generaal der artillerie; 2o. benoemd tot gouverneur der re sidentie, de generaal-majoor W. A. T. de Meester, commandant der 1ste di visie, thans aangewezen plaatsver vangend gouverneur der residentie; 3o. voor fet geval van ontstentenis, ziekte of afwezigheid van den gou verneur der residentie, tot dc waarne ming van diens betrekking aangewe zen de generaal-majoor H. C. A. Nee- teson, inspecteur der infanterie; b. met ingang van 1 November 1909: lo. aan den luitenent-generaal F. G .A. van Ermel Scherer, inspecteur- generaal der artillerie, op zijne aan vrage, ter zake van langdurigen dienst, onder toekenning van pensi oen, eervol ontslag uit den militairen dienst verleend; 2o. het bedrag van het pensioen vastgesteld op f 3000 's jaars; Van betrouwbare zijde verneemt de Tel., dat de kolonel P. Kleynhens, commandant van het regiment genie troepen te Utrecht, binnenkort zal worden bevorderd tot generaal-ma joor en dan ernstig in aanmerking komt voor de functie van inspecteur van het militair onderwijs, als opvol ger van den tot minister van Oorlog benoemden generaal CooL VOETBAL IN BELGIë. Uitslagen van Zondag: Antwerpen: BeerschotUnion St. Gilloise, 24. Brugge: Cercle Sporlif Brugeois Racing Club Bruxelles 2—0. Brussel: Excelsior—F. C. Brugeois 25; DaringLeopold 61. Kortrijk: CourtraiF. C. Liègeois, 0-0. Luik: StandardAntwerp F. C., 5-0. NEDERLANDSCHE KEGELBOND. Zondag had te Utrecht eene olge- mcene vergadering plaats van den Nederlandsciien Kegelbond, waarin werden vastgesteld de statuten en het reglement van den bond, met inbe grip van het reglement voor de bondswedstrijden. Het bestuur werd samengesteld als volgt: dir. J. A. Schreuder, voorzitter, te Leiden; B. Groenewegen, onder-voorzitter, te Haarlem; M. J. Luysteraar, le secre taris, te Amsterdam; H. de Leeuw, 2e secretaris, te 's-Gravenhage; N. C. de Ruyter, penningmeester, te Utrecht; dr. Rademaker, te Zwolle, en F. Mersel, te Rotterdam. LUCHTVAART. De uilslag van de wedstrijden te Johannistal, bij Berlijn, is geworden: Snelheidswedstrijd: 1. Latham, 8000 mairk en een eereprijs, 20 kilome ter in 18 min. 40 3;5 sec.; 2. Farman, 2000 mark, 22 min. 2 sec.; 3. baron dc Caters, 22 min. 47 sec. Afstandswedslryd: 1. Rougier, 40.000 mark en een beker, 120 kilometer in 2 uur 41 min.; 2. Latham, 15.000 mark, 82.5 kilometer in 1 uur 21 min.; 3. Farman, 5000 mark, 80 kilometer. Hoogleprijs, 10.000 mark, Rougier, met 158 meter. Latham hooft nog gevlogen op een hoogte van 178 gieter, maar dit gold niet meer voor don wedstrijd. Vcvder heeft Latham een vlucht van! 36 minuten gedaan met een journa list naast zich op zijn toestel. Hij vloog toen op ©en hoogte van 50 me ter cn legde ongeveer 30 kilometer af. EEN REI ZENREN zal, zoo meldt de N. S., het volgende jaar plaats hebben in Argentinië. D© Jockey Club te Buenos Ayres is voor nemens, bij gelegenheid van d© natio nale feestviering der Republiek, een ren uit te schrijven, ter waard© van 250,000 Pesos (f270,000). Rechtszaken MOORD. Voor de Rotterdamsche rechtbank stond terecht de 36-jarige paarden-, slachter J. H., die in de Veemarkt- straat, ten huize zijner schoonmoeder, zijn vrotiw, de 34-jarige II. H. een mes in de borst had gestoken, ten ge volge waarvan zij binnen eenige oo genblikken overleed. Uit dc behandeling der zaak bleek, dat in deze de schuld aan de versla- gene lag, die haar huishouden ver waarloosde, terwijl de dader als een oppassend man hekend stond. Ilij had de daad dun <-ok in drift begaan nadat hij nogmaals een poging had aangewend dc vrouw te bewegen met hem naar huis te gaan. Ook het O. M. noemde het een zeer treurig geval, doch dat neemt niet weg, dat het feit hoogst ernstig blijft cn een strenge straf daarop moet vol gen. Geüischt werd 5 jaar gevangenis straf. Do advocaat, mr. J. Winkel, drong in ©en treffend pleidooi aan op een lichte straf. ,DE STANDAARD" EN Dr. KUYPER Wij lezen in „Het Volk": De leuke brutaliteit waarmee „De Staudaard" alles behandelt wat dir. Kuyper betreft, is toch wel moppig om gade te slaan. Men herinnert zich dal het blad over de zaak Kuyper-Lehman-Wcst- meijer nooit een letter heeft gegeven, buiten de „verdediging" van Kuypur en een ingezonden stukje van wethou der De Vr./ tegen mr. Tideman. Als een Uitsluitend lezer van „De, Standaard" de drie naineu achter el kaar hoort, dan weet hij heelemaal niet wat er wel aan de hand mag zijn. Dit sterke staaltje wordt aangevuld door het volgende: Diusdagavond j.l. meldde „De Stan daard" met de heele andore pers dat iu de Kamer tot voorzitter van de derde afdeeling gekozen was dr. Küy per. Den volgenden morgen meldden dc ochtendbladen dat het niet waar was, dat de koalitie-lui integendeel in de vierde afdeeling, waarvan Kuyper lid was, hem smadelijk hadden laten' vallen. Van die tegenspraak heeft De Stan daard niets opgenomen. Voor haar lezers is dr. Kuyper nog altijd voor zitter van de derde afdeeling. Dr. KUYPER GEPASSEERD. D© „Stichtsche Courant" schrijft Van welonderricht© zijde meldt men ons In de 4e afdeeling der Tweede Ka mer waren j.l. Dinsdag slechts 6 a.-r. leden tegenwoordig. Onder deze 6 was dr. Kuyper zelf, die natuurlijk niet zichzelf stemde, zoodat slechts 5 a.-r. stemmen op hem konden komen. Toch verkreeg hij 7 stemmen. Later bleek, dat ook dr. De Visser en Jhr. Van Sasse van Ysselt op hem gestemd hadden. Maar de twee sociaal-demo craten, de heeren Duys en Schaper, en de 3 liberalen De Beaufort. Eland en Roodhuijzen maakten complot met 3 der Roomsch-Katholieke leden, di© de verzoeking niet weerstaan konden, en deze 8 leden stemden blijkbaar op d©n heer Van Sasse van Ysselt. Zoo stond het 8 tegen 7 en kreeg de lieer Van Sasse van Ysselt de meerderheid, zoodat die tot voorzitter gekozen werd E©n kleinzielig© wraakneming van d© sociaal-democrat©n en liberalen over hun nederlaag in Juni I „De Standaard" schrijft liet heeft algemeen de aandacht ge trokken, dat ditmaal de Centrale Sec tie der Tweede Kamer bestaat uit vier R.-Kath. lederi exi één Liberaal, ter wijl noch d© Anti-revolutionaire, noch de Christelijk-Historische groep er in vertegenwoordigd is. Dat dit voor een deel aan de stem van enkel© R.-Kath. leden is t© wij ten, spreekt van zelfmaar toch is deze uilkomst in hek)fdzaak te wijten aan d© houding der Liberalen en So ciaal-democraten. Steods toch plegen in en buiten de Kamer de Liberalen en Sociaal-demo craten de voorkeur aan een Rooinsch- Katholiek te reven, boven een geloo- vig Protestant. Zoo waren zü 't. en zün zij 'i nog, die ten plattelande onze mannen steeds uit de Gemeenteraden hielden, door de stemmen van Roomsch-Katho lieke kiezers te koopen door afstand van een of twee plaatsen aan een Roomsch-KathoLieken candidaat. Zoo snijdt het mes aan twee kan ten. Coaliseeren wij ons met de Roomsch- Katholieken, dan heet dit eer» Mon ster-verbond maai* komt dit Monster verbond toch tot stand, dan pogen zij het aanstonds weer te breken, door zelf aan de Roomsch-Katholieken hun steun aan te bieden en te vérleenen. Ook dit is een gevaar, waartegen de Coalitie zich zal t© wapenen heb ben, of zij lijdt er welhaast schade door. Mr. P. J. Troelstra schrijft in „Het Volk" over Dr. Kuyper „Blijft hij echter zwijgen en ook overigens het noodige licht aan de Kamer en hot volk onthouden, dan is de eenige weg, om tot klaarheid te komen, dut de Kamer gebruik maakt van haar recht van enq ïéte en uit haar midden een voorstel tot het in stellen van een onderzoek vanwege de Kamer zelve wordt ingediend. Men heeft daarbij de gelegenheid, beredigde getuigenverklaringen te verkrijgen men kan de gedagvaarde getuigen met den sterken arm dwin gen te verschijnen, op Je wijze als dit in gewone processen plaats vindt; iiieu kan de Lchmann's en Mathilde Weslineijer en ook dr. Kuyper zelf hooren. Een voorstel hiertoe kan niet ach terwege blijven, als men van d© zijde van den beschuldigde cn diens poli tieke vrienden de taktiek mocht vol gen, om de zaak dood te zwijgen. Zoo'n voorstel moet naar de afdeelin- gen worden verzonden on wordt ove rigens op gelijke wijze behandeld als voorstellen der regeering. Het opent de mogelijkheid, de Kuyper-Lehmann- Westmeijer-zaak in vollen omvang in de Kamer t© bespreken, voor zoover dit op andere wijze mocht zijn ver hinderd." Kerk cn School NED. HERV. KERK. Beroepen te Groningen (vacature- ds. Groeneweg) ds. C. W. Coolsma, te Dubbeldam. Beroepen te Eenigonburg ds. H. Huizingu, emeritus predikant te Groningen te Harderwijk ds. A. B. te Winkel t© D© Meern. Bedankt voor liet beroep te Lieuden (2e predikantsplaats) door ds. W. Westhoff te Hardcnberg; te Anna Paulowna door ds. H. Huizinga te Groningen. Beroepen te Leiden (vacature Van Meer) dr. J. Schokking te Dordrecht; to Hedei ds. C. IJ. Holland te Don Ham, Beroepen te Draclifster-Compagnie (toez.) ds. F. Reitsma te Noordwolde. Aangenomen het beroep te Stolwijk (toez.) door ds. D. Boer te Drielsch- Nieuwland. Bedankt voor het beroep te Geeste ren door ds. N. Joller te Ilees. GEREFORMEERDE KERKEN. Aangenomen het beroep te Roden (Drente) door ds. J. Scholten te Hin- deloopen. Bedankt voor het beroep le Iarseke door ds. T. Rispen, te Werkendam. Bedankt voor het beroep te Delft door ds. S. Oudkark te Kralingen. Beroepen te Oosterend (Fr.) ds. J. C. Rullinann te Garijp. Bedankt voor liet beroep te Ilein- kenszand door ds. II. L. Both te An- del. VRIJE GER. GEMEENTE. Aangenomen het beroep te Passaic Noord-Amerika) door ds. C. Densel, te Vlaardingen. REMONSTRANTSCIIE BROEDER SCHAP. Beroepen te Hoorn ds. A. Klaver te Oude-Wetering. R. K. KERK. Z. D. II. de Bisschop van Haarlem heeft benoemd tot Directeur der Con gregatie van de Eerw. zustere Augus- tinessen en Rector van het SL Hippo- lijtusgesticht te Delft den Weleerw. heer J. L. F. Dankelman; tot kape laan te Delft (H. Hippolijtus) den Weleerw. hoer B. F. Kosters; tot ka pelaan te Heilo den Weleerw. heer W. Nolet (15 Aug. 1.1. priester gewijd) en tot kapelaan te Heemstede den Weleerw. heer J. L. Speet (15 Aug. 1.1. priester gewijd). TECHNISCHE HOOGESCHOOL. Propaeductische examens: Geslaagd voor civiel-ingenieur C. P. Boon- zaayer en A. Gabel; werktuigk. inge nieur C. F. M. Duijzings, J. L. B. Gribling, J. P. Megroot, J. C. Zijd- veld; electrotechn.-ingenieur G. de Zwart; scheikundig-ingenieur mej. E. Manson. Propaedeutische examens Civiel in genieur M. C. Visserwerkt. ing. A. A. Bienfait, E. Botje, P. M. Quist, P. W. II. Rieljens, P. Smit, B. Stelhan, Valstar, J. A. P. Verschrage scheepsb. ing. W. den Boer; electro- ing. M. Dijkhuis, M. E. de Eerens, I. Hartogs, U. Ph. Lely, H. M Noord- lioorn Boelen, J. C. M. Wijsman scheik. ing. L. N. M. de Weerd. ACADEMISCHE EXAMENS. Groningen. Bevorderd tot doctor in de rechtswetenschap op Stellingen de heer B .van Giffen, geboren te Gees teren. Leiden. Geslaagd voer het doctoraal examen rechten, de hoeren C. P. C. E. Steiumetz en E. E. Mentenvoor het candiduats-examen godgeleerdheid eerst© gedeelte de heer E. van Ruy- tenbergvoor het tweede natuurkun dig examen de heer P. do Mooy en mej. 14. J. M. Westveer. Amsterdam. Met gunstig gevolg is afgelegd het doctoraal examen in de geneeskunde door den heer J. Ph. Joosten Hattink. Amstei-dam. Met gunstig gevolg is afgelegd het propaedeutisch medisch examen door de heeren J J. Bloemen en F. K. te Water Nvidé het docto raal examen in dc geneeskunde door de heeren E. W. den Hartog Jager, A. Koopman en A. J. J. Wubbe. UtrechL Geslaagd voor het 2e na- tuurk. examen de heeren J. van Kees, W. C. v. d. Linden en T. C. Unger, Prop. Geneesk. de heer G. J. A. Es- sink; Prop. Theologie do heer W. B. Spijkerboer. Bevorderd tot arts de heer J. J. Boswijk. Utrecht. De heer van Rees is ge slaagd voor het 2e natuurkundig examen. Geslaagd- Thcor. tandheelk.: B. fl. de Haas en E. v. Blokland. INAUGUREELS REDE PROF. Dr. BECK. Professor dr. J W. Bock, benoemd tot gewoon hoogleeraar in de Latijn- sche taal- en letterkunde aan de Am- sterdamsche Universiteit, heeft dit ambt aanvaard met het uitspreken van een rede in de Aula der hooge- school over klassieke philologie en in het bijzonder over de literaire kritiek te Rome." Land en Tuinbouw VRUCHTBOOM-BEMESTING. Reeds meermalen in de laatste Ja ren hebben wij onze lezers gewezen op d© noodzakelijkheid eener bemes ting van Yruchtboomen, en wel spe ciaal met kunstmeststoffen. Waarom Omdat d© eischen, welke een ooft- boom aan den bodem stelt betrekke lijk zijn voeding, zeer onderscheiden zijn van die onzer cultuurgewassen, eischen, waaraan door een bemesting met stalmest niet steeds kan worden voldaan. *t Is dan ook een meermalen waargenomen feit, dat boomen, die bij een rijke stalbemesting onvruchü baar bleven of althans de kosten der bemesting niet loonden, nieuw le ven en grootere vruchtbaarheid toon den, wanneer kunstmeststoffen wer den aangewend. Wij zuilen op de oor zaken van dit verschijnsel thans niet nader ingaan. Ons hoofddoel is thans onze lezers aan te sporen, om de be mesting van hun oofttuin of boom gaard vooral op den rechten tijd te noen geschieden, dat is, volgens onze meeniug, hoofdzakelijk in het aan staande herfstseizoen. Wij weten, dat velen nog anders handelen en juist daarom achten wij het nuttig deze zaak afzonderlijk met een enkel woord te bespreken. Wij vertelden al eer, hoe wij zelt telken jaren het een© jaar wut ïneer^ het andere wat minder overvloedig fruit mogen oogsten, sedert wij kunst mest zijn gaan gebruiken, maar het wil ons voorkomen, dat dit resultaat voor een belangrijk deel hieraan is te danken, dat de hoofdbemesting in het najaar wordt toegepast. Waarom wij aldus doen, en ook van deskundige zijde in Duitschland wordt aangeraden Omdat wij wil len zorg dragen, dat de plantenwor tels voedsel kunnen vinden, zoodru z© dit noodte hebbendat is reeds in de maand Februari. In die maand moei voor den boom de tafel gedekt zijn. do- wijl alsdan nieuw leven komt in de wortels en in den stam, d© sapstroom begint te vloeien ©n de aanwezige voe dingstoffen worden reeds dan benut. Om die reden zorgen wij voor een tij dige bemesting, dat is straks, als de bladen gevallen zijn. Dan blijft er al de tijd voor de meststoffen, om zich zooveel mogelijk in d©n grond te ver spreiden en te komen daar, waar de wortelharen ze te rechter tijd kunnen vinden. Deze regel geldt voor u 11 e meststof fen, ook voor de Chili, want ook stikstof heeft de boom immers noo- dig, en ook deze stof dient dus, als de sapstroom begint, ter beschikking te wezen. Ongetwijfeld zal velen dit vreemd in de ooren klinken Chili in 't najaar l Maar de genoemde reden moet ieder duidelijk en gegrond voor komen noch aan kali en kalk, noch aan phosphorzuur en stikstof, mug straks, iu het vroege voorjaar, de boom gebrek lijden dit zou zicli stel lig wreken. Of die Chilisalpeter dan niet uit spoelt Zet uw vrees daarvoor op zij l Dat gaat zoo gauw niet, als sommigen nog meenen. Maar let wol niet Al de Chili moet ge in deu herfst geven ja, dat zou min of meer verlies kun nen geven. Ge dient den boon» slechts zooveel toe, dat iu zijn allereerste stikstofbehoefte straks wordt voor zien, d© rest houdt ge in den zak tot het volgend voorjaar. De hoeveelheid is natuurlijk afhankelijk van den staat, waarin de boom verkeertheeft hij nog korte, zwakke loten gemaakt, waren de bladeren misschien klein ©u geelachtig, en werden daarbij de jon ge vruchten, rijk in getal, afgeworpen dan is dit een bewijs van groot© stikstofbehoefte en kan men dadelijk wat meer geven, dan wanneer d© boom in betrekkelijk goeden staat vor- keert. Toch, in ieder g?val, zou ik niet een gift van hoogstens 100 -150 kilo per Hectare (1—11/2 K.G. per Are) volstaandaarmee is voorloopig ge noeg gegeven, mits men dan do voor jaarsbemesting niet te laat aanwendt. Doch deze najaarsgift achten wij dan ook, ais regel, onmisbaar en van groot nut. Wij herhalen, dot wfj het l>e- schouwen als een belangrijk onder deel onzer hemestingswijze en zouden ongaarne anders handelen. Een waarschuwing is misschien ulot overbodig men wacht© met de be mesting tot de boom in rust is geko men, tot het blad is gevallen. Paste men ze vroeger toe, dan zou dit juist kwade gevolgen kunnep heb ben de boom zou dan '.e lang door groeien, het jong* hout alsdan vóór het invallen van den r/inter niet rijp rijn en kunnen Luvrt«z©n. In don herfst of den vroegen winter (niet te laat, anders treft het geen doelmoet de hoofdbemesting vallen, namelijk wat betreft da minerale meststoffen; van den stikste**.vst wordt tegelijker tijd een kleiner of greoter doel uitge strooid. Volgens den bekenden Duii- schen deskundig© Llozke mag dit 1/3 of 2/3 zijn voorzichtigheidshalve zou den wij liever 1/3 als maximum bo schouwen. C. 15»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1909 | | pagina 7