NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. 27e Jaargang. No. 8197. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. DINSDAG 15 MAART 1910 A AARLENS DAGBLA ABONNEMENTEN ADVERTENTIËN: per drie maandeni «rajs' Van 1—5 regels 50 Cts.: iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Voor Haarlem1-20 jx Haarlem van 1—5 regels 1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regel Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd Is (kom der Bij Abonnement aanzienlijk rabat. gemeente),1.30 Advertentifin van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; Franco per post door Nederland1-65 k jg^Vyl MSl tw sl) 50 Cts. voor 3 plaatsingen k contant MmS Zondagsblad, 'voor Wem' W. '.03ii Redactie e" Adminfstratte: Groote Hootstraat 53. de omstreken en franco per post 0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. <£^9 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Tot de plaatsing van advertentiSn en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. DIT NUMMER BESTAAT UIT ZES BLADZIJDEN. EERSTE BLAD. AGENDA WOE.'bDAG 16 MAART. De Kroon: Bioscoopvoorstelling, 1/4 uur. Caté Brink man n: Algem. Ned. Ver bond: Ledenvergadering, 4 uur. Vauxhall: S. D. P. afd. Haarlem. Openb. cursusvergadering; spreker Dr. H. Gorter, 8 1/2 uur. OM ONS HEEN Ne. 1109. Lijkverbranding. Onlangs hebben wij in een berichtje meegedeeld, dat het kapitaal, noodig voor den bouw van een lijkoven op Westerveld, bijeen is en dat binnen kort de architect, de heer Marius A. Poel, hivever in Haarlem een lezing zal komen houden. Onder deze om standigheden ie het onderwerp ac tueel. zoodat ik even den stand van het vr-agstuk uiteenzetten wil. De lijkverbranding is zeer oud. Uit het Griekscho heldentijdvak komen berichten over de verbranding van het overschot van Hector en Achilles, toen evenwel nog niet op de tegen woordige manier, maar op brand stapels, het eenige brandmateriaal, dat destijds bekend was. Beweerd wordt, dat naderhand het hout schaarser en dus duurder is gewor den, zoodat werd overgegaan tot be graving voor de onbemiddelden en verbranding alleen voor de rijken nog mogelijk was. Bij de Romeinen moet ook de kosten-quaestie de zaak hebben beheerscht en bij de Semieti- sche volkeren was de verbranding alleen bereikbaar voor de vorsten, ter wijl ze bij de Germanen algemeen moet zijn geweest Althans zoo lees ik in een strooibiljet der vereeniging voor facultatieve lijkverbranding, die in ons land bestaat De verbrandingsoven is nog maar teer jong. Friedrich Siemens constru eerde de eerste in 1874, waarin het mogelijk was een temperatuur te ont wikkelen van 1000 1200 graden Cel- si us. Wat dit beteekent kan men na gaan, als men weet, dat water van 45 graden C. voor levende men- schen al le heet is en dat bij droge warmte van 70 graden iemand het zweet aan alle kanten uitbreekt De eerste verbrandingsoven voor openbaar gebruik was die te Milaan in 1876, waarop volgde twee jaar la ter die te Gotha, welke ook in Neder land zeer bekend istegenwoordig bestaan er in Italië, Duitschland, Frankrijk, Engeland, Zwitserland, Denemarken en Zweden, Noord-Ame- rika, Brazilië, Argentinië, Chili en Tapan. Als voornaamste argument voor lijkverbranding noemen de voorstan ders de mogelijke gevaren van begra ving. Als bewijs, dat men die heeft ingezien, herinneren zij er aan, dat het vroegere begraven in de kerken verhodert is, naderhand het begraven om de kerken eveneens, zoodat nu de begraafplaatsen buiten de kom der gemeenten worden aangelegd. Die ge varen bestaan dan in de verspreiding van schadelijke bestanddeelen, gas sen, opgeloste stoffen of bacteriën, door lucht en grondwater. Vooral door dit laatste, zoo lees ik in het hierboven aangehaald prospectus, kan de schadelijke invloed zich zeer ver van de begraafplaats doen gel den. De begraving, aldus concludee- ren de voorstanders, kan onschade lijk zijn, de verbranding i s altijd onschadelijk. Toch is er omtrent de lijkverbran ding nog allerminst eenstemmigheid onder de menschen. Vooral de Roomsch-Katholieken zijn daarvan te genstanders de argumenten daarom trent xijn te vinden in een werkje van J. Ruyter, „Lijkbeaarding of lijkver branding", uitgegeven door de SL Willibrordus-vereeniging. Ik noem er daarvan eemge. De openbare rcchts- >lcging komt er mee in gevaar. La tere lijkschouwing wordt onmogelijk gemaakt, wat voorjJ hij Vêririftitcinir een groot bezwaar kan wezen. De voorstandera hunneriijda ant woorden daarop, dat zoodanige op graving hoogst zeldzaam is, en dat dan meestal nog niets gevonden wordt Als tweede bezwaar wordt genoemd het belang van de wetenschap, de archaeologie (oudheidkunde) en de anthropologic (kennis van den mensch) hebben juist, zoo oordeelt de heer Ruyter, aan de begraving der lijken een groot deel van hun onder zoekingsmateriaal te danken, dat bij lijkverbranding verloren zou zijn ge gaan (de Egyptische mummies, de catacomben uit den tijd van de eerste Christenen). Een derde bezwaar tegen verbran ding acht de heer Ruyter de piëteit jegens de overledenen, die meebrengt, dat men het lijk ongedeerd laat, en het in den staat, waarin het bij den dood vanzelf is gekomen, aan de aar de toevertrouwt Als vierde bezwaar noemt hij het belang van den Godsdienst, omdat bij beaarding beter voor oogen wordt ge steld het geloof aan de oj>standing der dooden en een leven hiernamaals. En wat de schadelijkheid van be graven aangaat, haalt de heer Ruy ter de verklaring van den vooratander van lijkverbranding, Dr. Baginsky, aan, dat hij in de literatuur over dit onderwerp geen enkel geval heeft kunnen ontdekken. Volledigheidshalve vermeld ik nog, dat de voorstander» wijzen op de plechtigheid der omgeving en het te gengaan van ongezonde nieuwsgie righeid, omdat niemand bij de ver branding zelf wordt toegelaten. Beide partijen schetsen in schrille kleuren, de éene het verwordingsproces in de aardo, de andere het tooneel der ver branding. De bronnen, waaruit ik putte, heb ik aangewezen men zal mij ten goede houden, dat ik op deze beschrijvingen niet verder inga. Er is in deze zaak nog een ander element, de wet. In die van 1869 komt over verbranding niets voor. Maar ook bij de wijzigingen van 1885 en 18S6 is daarover in de wet niets ver meld. Artikel I vermeldt uitdrukkelijk, dat elk overleden persoon en doodge boren kind in een gesloten kist op eene begraafplaats begraven wordt. Een deel der voorstanders is evenwel van meening, dat de wet niet gewij zigd behoeft te worden, omdat het recht van den vrijen Nederlandschen staatsburger meebrengt, dat hij doen mag wat niet verboden is. Men ziet, dat hier voor rechts- en wetgeleerden discussie mogelijk is, daar de tegen standera der verbranding wijzen op het gebiedend karakter van art. I der wet, dat naar htm oordeel een an dere manier dan begraven uitsluit. Daartegenover stellen de voorstan ders de geschiedenis van de wet. „In de ontwerpen der begrafeniswet van minister Heemskerk", zeggen zij, „lag de verbranding als geoorloofde be handeling van lijken opgesloten. Mr. Fock nam dit beginsel over, maar wijzigde bij de openbare beraadsla ging in de Tweede Kamer, niettegen staande de waarschuwing van den hoer Van Kerkwijk, de tweede alinea van art. I, zooals zij nu luidt Door die wijziging herkreeg het artikel de oorspronkelijke redactie, die echter, volgens uitdrukkelijke verklaring van den ontwerper (minister Heemskerk) de lijkverbranding niet uitsloot" Een volkomen oplossing van dezen strijd zal ten slotte wel door den rech ter moeten worden gegeven. Zoodra het crematorium op Westerveld in gebruik genomen is, zal wel een pro ces-verbaal volgen, dat den rechter gelegenheid geeft vonnis te wijzen, dat, indien het in voor de voorstan ders ongunstigen zin uitvalt, zal lei den tot een poging om de wet te doen veranderen. Het staat dus te ver wachten, dat deze quaestie binnen kort de gemoederen bezig houden zal. Ik meen hiermee in vluchtige lijnen den stand van de quaestie te hebben uiteengezet. Er is nog een ander punt, dat van de kosten. Op dit oogenblik 1* lijkverbranding nog 1 maar toch wel goedkooper dan vroeger was. Volgens het artikel der voorstandera zijn de kosten ongeveer I 200, met inbegrip van het vervoer. Of zij ooit tot die van de begraving zullen dalen, ls een vraag, waarvan de beantwoording aan de toekomst moet worden overgelaten. J. C. P. Stadsnieuws VEREENIGING TOT BESTRIJDING DER TUBERCULOSE TE HAARLEM. In de gisteravond gehouden Jaar- lfjksche algemeene ledenvergadering van de Vereen, tot Bestrijding der Tuberculose te Haarlem, werd voor zien in de vacatures van den Raad van Bestuur, ontstaan wegens perio dieke aftreding van 14 leden. Mevr Everwyn Lange had belicht gezon den zich niet herkiesbaar te stellen, terwijl mej. v. Harreveld vertrokken ls. In deze beide vacatures werden gekozen mej. A- Hesselink en mej M Heil, terwijl de 12 andere leden wer den herkozen. Het waren: Mej. G. J. Bosscha, mej. L. J. de Booy, mej. M. A. Bierens de Haan, mej. L. de Clercq van Weel, mej. Ch. J. Farret, mevr. Haltsma Mulier—van Sytzema, Dr. M. C. A. Bijleveld, G. Adrian, J. W. A Beynes, J. de Breuk, Dr. S. Fyan, L. W. Ha- velaar. Daarna werd het jaarverslag goed gekeurd, benevens de rekening en verantwoording over 1909. De oommissie tot nazien der reke ning, de heeren Dr. J. Timmer, nvr H. Ph. *t Hooft en C. Boeman, had de rekening en verantwoording van Vereeniging en Ligbalfomds, de ba lans en de nota van winst en verlies goedgekeurd, Waarna de penning meester voor zijn beheer werd gede chargeerd. Nadat nog eene oommissie tot na zien der rekening voor het volgend jaar was benoemd, werd de vergade ring na de gebruikelijke rondvraag gesloten. In de aan deze ledenvergadering onmiddellijk voorafgegane vergade ring van het Dagehjksch Bestuur is de nieuwbenoemde penningmeester der vereeniging, de heer Jhr. F. Te- ding van Berkhout Jr., door den voor- zitier geïnstalleerd. Aan het jaarverslag antieenen we het volgende: Het consultatie-bureau werd den laten November 1909 ver plaatst naar de Gedempte Oudegracbt no. 41, daar er behoefte was aan meerdere ruimte. Het vorige jaar werden 166 nieuwe jiatienten inge schreven tegen 82 van 15 Juni—31 De cember 1908 en 109 in 19071908. V deze 166 patiënten werden er 8 be zocht dooir de enquêtrice, daar zij we gens hun toestand niet naar bet con sultatie-bureau kouden gaan, terwijl 101 door hun medicus werden gezon den. Met de terugkeerende patiënten van vorige jaren waren er ïd het ge hoed 286, waaraan 610 adviezen wer den gegeven. 28 lijders zijn daarvan in 1909 gestorven. Onder de 158 pa- tienten, die het vorige jaar op hot consultatie-bureau onderzocht wer den, waren 45 mannen, 66 vrouwen en 47 kinderen (onder 14 jaar). Daarvan bleken 33 mannen, 38 vrouwen en kinderen tuberculeus. Van deze 89 j tiènten zijn er 44 vooruitgegaan of 49 pet., 11 of 12 In denzelfden toe stand gebleven, 20 of 21 achteruit gegaan, 5 of 5 overleden, terwijl van 9 of 10 de toestand onbekend bleef. Dank zij de uitbreiding van 't huisbezoek, thans ook omvattende de patiënten, die niet op het consultatie bureau terugkomen, is het percenta ge der patiënten, wier toestand on bekend ls gebleven, gedaald van 44 op 10 Van de 132 patiënten, ia schreven Ln 19041905 bezochten nog 17 het bureau. Hiervan zijn ea vooruitgegaan, 8 achteruitgegaan, 8 zijn in denzelfden toestand geble ven, terwijl 1 werd afgevoerd. 2 pa tiënten uit dit tijdperk zijn gestorven. Van de 115 nieuwe patiënten in 1905 tot 1906 kwamen er 20 terug, wi van er 13 tuberculeus waren. Hiervan zijn or 5 vooruitgegaan, 3 achteruit gegaan, 2 in denzelfden toestand ge- bleveu en Soverleden. 6 patiënten uit dit tijdperk riin gestorven. Van de 130 nieuwe patiënten in 19061907 zijn er 14 teruggekeerd. Van de 13 patiënten, die hiervan tuberculeus weren, zijn er 7 vooruitgegaan, 4 achteruitgegan, terwijl van 2 de toe stand onveranderd bleef, 3 patiënten uit dit tijdperk zijn overleden. Van de 109 nieuwe patiënten in 1907—190S zijn er 24 teruggekomen, waarvan er 7 zijn vooruitgegaan, 4 achteruitge gaan, terwijl van 6 de toestand on veranderd is. In het afgeloopen jaar zijn 4 patiënten uit dit tijdperk over leden. Van de 82 nieuwe patiënten in het tweede halfjaar 1908 kwamen 53 patiënten terug (6 mannen. 31 vrou wen en 16 kinderen). Hiervan bleken er 36 tuberculeus, waarvan 12 of 33 zijn vooruitgegaan, 6 of 16 ach teruitgegaan, terwijl van 12 of S3 de toestand onveranderd bleef, van 3 de toestand onbekend is, 3 of 18 overleden en 1 nog in observatie is. In het afgeloopen jaar zijn 7 patiën ten uit dat tijdperk overleden. In Januari 1909 is een aanvang ge maakt met de behandeling van pa tiënten met tuberculins, wat gebleken is een waardevol hulpmiddel te zijn bij de tuberculose-bestxijding. Behal ve 2 gevallen, die zich al dadelijk niet gunstig Heten aanzien, zijn alle patiënten, die er eemigen tijd mee behandeld zijn, vooruitgegaan. Daar om is het te betreuren, staat Ln het verslag van den heer P. W. Peere boom, geneesheer van het Consulta tiebureau, aan de medische leden van het Dagelijkse!) Bestuur, dat zoovele collega's vijandig tegenover de be handeling met tuberculine staan, waardoor o. a. het aantal patiënten, hiervoor naar het consultatie-bureau gezonden, nie tmeer dan tot dusverre toeneemt. In de lighal te Schoten zijn in 1909 verpleegd 37 patiënten, n.l. 10 man nen, 24 vrouwen en 3 kinderen. Op 1 Jon. bedroeg het aantal patiënten 15, op 31 Dec. 10. Het aantal verpleeg- dagen bedroeg 4715, gemiddeld per patiënt 127; het aantal verzuimdagen 529, gemiddeld per patient 14. Drie patiënten brachten het geheels jaar in de lighal door, 1 is er nog te kort om over haar toestand een goed oor deel te kunnen vormen, 2 moesten wegens temperatuureverhooging ont slagen worden, 1 bleef na 8 dagen, waarvan hij er vier verzuimd bad, weg, 1 vertrok na iruim een maand, om zijn kost weer te gaan verdienen, zijn toestand was onveranderd. Van de overige 32 patiënten zijn er 20, dus 52 vooruitgegaan. 11 dus 32 ge lijk gebleven en 1 achteruitgegaan. De verpleegkosten tot een bedrag von 1 2203 werden uit het LighaJfonds betaald, terwij] door de patiënten 83.30 werd vergoed. Aan het beroep op de offervaardiglieid van Haarlem s ingezetenen is in ruime mate vol daan. Dank zij de krachtige propa ganda dor Llghalfondsc om missie, is het fonds na korten tijd ln staat ge weest groote kracht te ontvouwen. De commissie is ontbonden, en het be heer van het fonds gekomen aan den penningmeester der vereeniging. De vroegere secretaris-administrateur, de heer J. H. C. Th. Limperg blijft als administrateur van het fonds werk zaam en volgde de heer D. J. EL Wes terveld nis zoodanig op. Aan de da mes, die zoo welwillend war comité van bijstand te vormen voor de instandhouding van het lighal- fonds, zij oen woord van warmen dank gebracht, en ook aan de af dea ling Haarlem van bet Jonge Vrouwen gilde voor hetgeen zij voor de patiën ten deed. Te Bloemeudaial is opgericht, oi initiatief van mej. C. Windhorst, de 1 cents-vereeniging „Door kleintjes groot," die daar ea te Zandvoort kelijks kleine giften inzamelt, welke .n 3 maanden reeds een som van /220 hebben bereikt. Een woord van hulde past ook aan den hear Meyerink, die steeds belangstelling weet te wekken voor zijn uitvoeringen, waardoor on langs weer een aanzienlijk bedrag in de kas van het fonds is gestort. Groote verbeteringen zijn in 1909 aan en om de Lighal aangebracht. De gelden hiervoor zijn verkregen uit de opbrengst van den feestavond, georga niseerd door den Haarlemschen Kunstkring, een rentelooze leening en een gift onder de initialen M. H. F. Zuster C. V'reyenhoek stond aan het hoofd van de lighal. Haar werk en dat van den oniichter J. Boutellier die tuin en gebouw keurig onderhoudt en de ontsmettingen in de buitengemeen ten verricht, wordt zeer op prijs ge steld. Van de gelegenheid om na de vol tooiing de verschillende bouwwerken te bezichtigen, ls slechts door een 30- tal Haarlemmers gebruik gemaakt. Omtrent de ondersteuning door de Vereeniging aan patiënten verleend valt te melden, dat sinds Februari 1909 geen melk of ander versterkend voed sel meer werd verstrekt In bruikleen werden gegeven - 111 ligstoelen, 28 thermometers, 74 sputomflacons, 8 sputnmbakjes en 16 zakdoekbakje» aan bedlegerige patiënten, 49 ledikan ten, 55 matrassen, 30 kussens. 79 sloopen. 106 dekens, 108 lakens, pl. m. 35 dozijn zakdoeken, 35 kleine uitkook, pannen, 5 groote waschketels en 13 raamhorren 79 maal is een waschvrouw gezon den naar 14 gezinnen. Ongeveer 200 budkaartjes voor bet douche-badhuis zijn gebruikt Aan 8 gezinnen is een wekelijksche bijdrage gegeven in den huur eener betere woning. Zuster C. v. d. Kas. de enquêtrice, heeft sinds haar in functie-treding op 1 Juli 1909 in 185 gezinnen 1178 bezoe ken gebracht. Uit gegevens, na 1 No vember verzameld, blijkt, dat ruimte en ventilatie van hot nachtverblijf 23 maai onvoldoende, 28 maal voldoen de en 25 maal goed waren. De rein heid der woning was 25 maai onvol doende, 42 maal voldoende en 54 maal goed. gemeentelijke ontsmettinga- dienst is in het afgeloopen Jaar in werking getreden en ontsmet thans voor tuberculose, kosteloos ln hui zen tot een huurwaarde van f 200; de vereeniging neemt desinfecties in de omliggende gemeenten voor haar re kening; bij de Lighal is voor de ont smetting van lijf- «n beddegoed een kamartje gebouwd. De vereeniging zorgt desgewensebt ook voor de des infectie van sputum en van al wat met tuberculeus sputum Is besmet. In gezinnen waar de huisvrouw ziek is, zendt de vereeniging een wasch- vtrouw, die het besmette goed uitkookt voor het te wasschen, tevens worden ultkookpannen voor zakdoeken, enz. verschaft. Financieel overzicht. Do vereeni ging ontving in het afgeloopen jaar aan contributies van 501 contribuan ten 3188.16; aan Rijkssubsidie f 1800, aan gemeente-subsidie 1000, van de Noord-Hol landsche vereeniging tot bestrijding der tuberculose 1197. Het batig saldo bedraagt 597.94 Voor ontsmettingen werd uitgege ven 374.49 1/2, aan ligstoelen en le dikanten met toebehooren 926 31 1/2, voor de sputum-prophylaze 118.98, voor verbetering van woningen en bijdragen in de huishuur 339.45, voor propaganda 94.25. UITSLAG der gehouden openbare veiling in het Algemeen Verkooplokaal aan de Nieuwe Gracht, op Maandag 14 Mrt 1910, 's avonds na 6 our. Door de Notarissen J. Willem» en E. C. Seignette met de Makelaars W. Bosman en Frans Erdtsieck. 1. Een perceel wel- en hooiland in den Veetrpolder, gemeente Haarlem- meriiede en Spaarmvoude aan den Ouden Weg. C. van Veen q.q., 8810. 2. Een perceel wei- en hooiland ia den Veerpolder, gemeente Baarlem- merliede en Spaarnwoude aan den Ouden Weg. G. A. Verweij, f 6000. 3. Een woonhuis met erve en tuin, aan de Jansstraat, get No. 50. G. P. J- Beccari q.q., f 8475. 4. Een Gebouw, ingericht tot koets huis en paairdenstalling met erve, aan het Klein Heiligland, no. 86. Opgehouden 12400. Door den Notaris B. E. C. Seignet te, met den Makelaar P. Hoogeveen Lzn. 5. Een heerenhuis en erve met tuin aan het Ripperdapark, op den hoek van de Ripper dastra at no. 10. 6. Kantoor met bijkantoor, atelier met erve en open gTcmd aan de Rip- perdastraat, get. no. 10 rood. De percee l e nNos. 5 en 6 gecombi neerd. Opgfihc/uden f 12000. Schilderwerk. Naar men ons meldt, Is bet schil derwerk voor de Middelbare Techni sche School te Utrecht bij onderhand- sche annbestedmg opgedragen aan j den heer S. Goldstecn, te Haarlem. EIND-EXAMENS H. B. S. De Commissaris der Koningin heef! bepaald, dat de eind-examens voot de Hoogere Burgerscholen met vijf- Jarigen cursus in Noord-Holland ge houden zuilen worden te Amsterdam en te Haarlem. De Oostelijke commissie te Amstetv dam zal de candidaten examineeren van de 1ste, 2de en 3de H. B. S. met vijf-jarigen cursus te Amsterdam en van de H. B. S. met vijf-jarigen cur sus te Hilversum. De Westelijke oommissie te Haar lem de candidaten van de H. B. S. t» Haarlem, Alkmaar, Helder, Hoorn, en Zaandam. Benoemd zijn A. lot voorzitter tevens lid der Com missie te Haarlem, de heer Dr. H. Brongersma, oud-directeur der Ge meentelijke Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus te Haarlem B. tot leden der Commissie te Haarlem de heeren Dr. A. Borgman, directeur der Gemeentelijke Hoogere Burgerschool te Haarlem, tevens plaatsvervangend voorzitter W. C. G. H. van Mourik Broekman» directeur van-, en L. van der Vcgt, Dr. H. J. Calkoen, Dr. G. Nolst Tre- nité, R. Zuidema en P. Frisius de Haan, leeraren aan de Gemeentelijke Hoogere Bprgerschool met 5-jarigen cursus te Haarlem. Dr. D. A. Kerkhoff, directeur van-, en Dr. G. van Beek, Dr. A. C. vac Rijn van Alkemade, C. R. de Boer, W. N. Francken en H. L. Bouwman, leeraren aan de Rijks Hoogere Bur gerschool te Helder Dr. A. C. Antusch, directeur varf-, en Dr. G. K. van Nugteren, N. Meijer, H. Sellemans, E. M. van Soest en II. G. Baints, leeraren aan de Rijks Ho gere Burgerschool te Alkmaar Dr. W. C. L. Bronsveld, directeul van-, en Dr. H. A. Naber, G. M. de Jongh Schilfer, G. Welbergen en J. C. Kerkmeijer, leeraren aan de Rijks Hoogere Burgerschool te Hoorn, A. van der Stempel Jr., leeraar aan de Rijks Hoogere Burgerschool te Iloorn en aan de Gemeentelijke Hoogere Burgerschool te Zaandam Dr. P. C. E. Meerum Terwogt, L. Kieviet, W. van Doorn en A. Bee rends leeraren aan de Gemeentelijke Hoo gere Burgerschool te Zaandam en E. A. W. Pauw, leeraar aan da Gemeentelijke Hoogere Burgerschool met 3-jarigen cursus met daaraan verbonden handelsklassen te Haar lem. C. tot voorzitter, tevens iid der com missie te Amsterdam, de heer Dr. D.. Coelingh, directeur der 3de Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus te Amsterdam. D. tot leden der Commissie te Am sterdam, de heeren Dr. J. C. Casterus, directeur der 16 Hoogere Burgerschool met 5-jarig' u cursus te Amsterdam, tevens plaats vervangend voorzitter W. J- Wiselink, Dr. J. C. Rutgers, Dr. H. Hemmes, Dr. A. J. d'Aüly en H L de Leeuw, leeraren aan de le Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus te Amsterdam A. I, J. Bouten, directeur van-, on W. Ph. Lindner, Dr. G- Doijer van Cleeff, P. de Vos Jr., A. Kolkman, en H. J. Horn Jr., leeraren aan de 2e Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus te Amsterdam t Dr. G. van Rij, Dr. G. A. C. Val» wink. Dr. N. Quint Gzn., J. dc Lint. A. K. Castelein en G. Bolkestein, ieeraren aan de 3e Hoogere Burger school met 5-jarigen cursus te Am sterdam G. C. Hoogerwerff, directeur van-, en Dr. J. H. Meerburg, Dr. W. A. van der Vet en P. Th. N. Moes veld, leeraren aan de Hoogere Burger school te Hilversum C. J. J. Westermann, oud-leeratu aan de Hoogere Burgerschool te Hil versum, wonende te Amsterdam Mr. S. Zadoks en A. J. Bos, leer aren aan de Openbare Handelsschool te Amsterdam; H. Wieringa, leeraar aan de Hoo gere Burgerschool met 5-jarigen cur sus te Haarlem J. EL T. Rodenburg, leeraar aan dft le Hoogere Burgerschool met 3 jari gen cursus te Amsterdam W. van der Molen, leeraar aan <19 Rijks Hoogere Burgerschool te Hel der W. J- Brandts, leeraar aan de 16 en 2e Hoogere Burgerschool mot 5-ja- r'gen cursus te Amsterdam S. J. van de Vliet, leeraar aan Hoogere Burgerscholen met 5-jarigen cursus te Amsterdam en aan die te Hilversum. BEZOEK VAN II M. DE KONINGIN. Het bestuur der Vereeniging „Ko ninginnedag" vergaderde Maandag avond ter bespreking van plannen ter feestviering bij gelegenheid vun het bezoek van H. M. de Koningin en Prins Hendrik der Nederlanden aan deze gemeente. Weer uitgesteld. Naar men ons mededeelt, kan ah liederen- en dnettenavond wegens her nieuwde ongesteldheid van den heef Rich. S'-ronck. niet doorgaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 1