NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Donkere Schaduwen 27e Jaargang. Nt». 8205; Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. DONDERDAG 24 MAART 1910 B ABONNEMENTEN PER DRIB MAANDEN: Voor Haarlem1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd te (kom der gemeente),1.30 Franco per post door Nederland,1.65 Afzonderlijke nummers0.02H Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37 H de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lonrens Coster. Directenr J. C. PEEREBOOM. ADVERTENT1ËN: Van 15 regels 50 Cts.; Iedere regel meer 10 Cts. Bulten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regeL Bij Abonnement aanzienlijk rabat AdvertenH5n van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; 50 Cts. voor 3 plaatsingen contant Redactie en Administratie: Groote Rontstraat 53. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. TWEEDE BLAD. Buitenlandsch Overzicht UIT ZUID-AFRIKA komen berichten, die wel eenige aan. dacht vragen. Dinsdagmiddag heeft generaal Bo tha te Pretoria 't Congres van het V o i k geopend met een rede, waarin hij o. a zei „De rassen-quaestie is begraven. Laat de asch van het verleden rusten. Wij moeten opbouwers ziju, geen af- brekers. De volken moeten vereenigd worden, gelijk de koloniën. Ook moet de band tusschen Zuid-Afrika en het Britscbe Rijk versterkt worden het fcage volk van Zuid-Afrika heeft de scherming van het rijk noodig." Ge.-.eiaa! Botha waarschuwde tegen een politiek van plaatselijke belangen ln den linie-Volksraad, en beval aan de partij zoo in te richten, dat een ieder, van welke nationaliteit ook, er lid -an kan worden. Het congres nam later een besluit aan, waarin het hoofdbestuur wordt opgedragen, stappen te nemen, om het volk samen te smelten met andere dergelijke vereenigingen. Bedoeld worden de Afrikaander Bond in Kaapland, de Orangla Unie in den Vrijstaat en het pas opgerichte Con- gris in Natal. Botha wil dus, uil zijn handelingen der laatste jaren is het duidelijk ge bleken, een politiek van verzoening. Dat kan in de tegenwoordige om standigheden niet anders dan goed zijn. Fir zijn evenwel menschen, die oordeelen, dut Botha te ver gaat. In zijn bovenbedoelde rede roemde hij o a. ook nog de wijsheid der Engel- sche rijksregeering, in het bijzonder van „onzen besten vriend Sir Henry Campbeil-Bannerman", omdat zij de nieuwe koloniën spoedig zelfbestuur had gegeven en dus tot de vejeeniging van Zuid-Afrika had meegewerkt.. Men kan hetzelfde ook vriendelijk, maar toch in andere bewoordingen zeggen I Tegenover de verzekering van gene raal Botha, dat „de rassen-quaestie", dat, is de vijandschap tusschen Boer en .Brit, uit de wereld is, is het merk waardig oen artikel te leggen van de „Transvaler", met de laatste mail hier ontvangen. (Het stuk is in ver eenvoudigde spelling geschreven, maar door ons overgezet in de gewo- De schrijftaal). „Is het rassengevoel wel al ln zoo verre verdwenen, dat men kan uit zien naar pen eleksie voor het Unie- parlement, waarbij menschen zich zullen groepëereu op politieke vraag stukken iu plaats van ais liet Volk en Progressief VV ij gelooven dit voor geen oogeublik. Weer herinneren wij aan liet verstandig .gezegde van Lord Selburne, dal hei beter is maar eerlijk te erkennen, dat hei rassengevoel er nug n>, eii niet dit feit goed rekening te houden. VV ïi men zich gaan ver- beelden en aan elkander wijs inaken, dal rstesengevoel verdwenen is, en niel meer in liet politieke spel is ge mengd, men zou daardoor alleen be wijzen, hoe geveinsd de mensch is, hoe hij huichelen kan, en tot welke Farizeesche streken hij in staat is Neen, laat ons de feiten bij de rechte namen noemen en eerlijk zijn, niet het een voorgeven eu het andere doen, niet met mooie woorden maar met daden bewijzen, dat een zaak zoo of zoo is. Een woord van waarschuwing is hoog noodig ln deze dagen. Terwijl wij erkennen, dat er nog rassengevoel bestaat, en dat in veler harten de rassenhaat nog maar even is inge sluimerd, laat niemand met opzet of uit politieke zelfzucht en baatzucht en hot jagen naar macht, positie en hooge salarissen „voor da mannen van de partij"" dingen begaan en echrijven, die de oude wrok opnieuw zullen doen gloeien Het is een groot verschil wat gene- Het is nu de vraag, welke stroo ming in Zuid-Afrika het sterkst is. Te oordeelen naar de gegevens, die in den laatsten tijd tot ons gekomen zijn. schijnt ons, dat de verzoenings-partij de overhand heeft. Hoe zal de politiek der Hollanders ln Zuid-Afrika worden? Velen hadden gehoopt van generaal Botha nu ein delijk te hooren, of hij al dan niet voor een coalitie-ministerie Is als het eerste ministerie van de Unie van Zuid-Afrika. Maar hij stelde deze ver wachting opnieuw te leur. In het Rijksland, dus ln DE ENGELSCHE POLITIEK, is ook nog veel onzeker. Het Lagerhuis is op Paaschreces gegaan tot 29 Maart. Op dien datum zal een aanvang worden gemaakt met de behandeling van de moties over het Hoogerhuis. Anders is het met DE BALKAN-POLITIEK. Koning Peter van Servië heeft in zijn antwoord op de toost van den Russischen Tsaar gezegd „Uit het diepst van mijn ziel dank ik voor de hartelijke en schitterende ontvangst, die een nieuwe en waardi ge bevestiging is van de hartelijke en nauwe banden, tusschen het machtige Slavische Rusland en Servië bestaan de, en van de trouwe en vaste vriend schap, waarvan de herinnering voort leeft op alle bladzijden d^r geschiede nis van hel Servische volk, ook op die der moeilijkste dagen. Geheel in over eenstemming met de aloude Servische traditie, bezoek ik het allereerst het ons verwante Slavische Rusland, in de vaste verwachting, dat ik mijn vaderland de blijde boodschap zal kunnen brengen, dat liet ons, bij onze zelfstandige oil vreedzame ontwikke ling te midden van andere afhankelij ke staten van het Balkan-schier eiland, zal vergund zijn op de mach tige vriendschap van Uwe Majesteit en van het groote Rusland te vertrou wen." Het spreekt van zelf, dat we deze toost alleen vermelden alseigen aardigheid. 't Groote RuslandNu, groot is het land van den Tsaar. Hoeveel H.A. DE FRANSCHE SENAAT zette gisteren de behandeling voort van het ontwerp tot herziening van het douane-tarief. De algomeene rap porteur verklaarde, dat de herziening legen geen enkele natie in het bijzon- j der gericht is. (België denkt er an- ders over I) Frankrijk handelt slechts met het oogmerk de inlandsche industrie te beschermen. In een aan een maaltijd van den Ranamerikaanschen Bond voor arbi trage te New-York gehouden rede, verklaarde president Taft dat de Unie juist ter waarborging van den we reldvrede en ter bevordering van het arbitrage-denkbeeld vast besloten was haar bewapening niet op te geven. EEN UITBARSTING VAN DE ETNA. Uit Catana wordt geseind Het observatorium alhier consta teerde Dinsdagnacht 23 lichte aard schokken; de Etna barstte uit om acht uur 13op 2300 Meter hoogte is een krater gevormd, die rook, lava en steenen uitstoot. Gedurende den nacht werden ook te Messina twee zeer sterke bevingen gevoeld. Later De uitbarsting van de Etna duurt voort. Er hebben zich vier kraters ge opend. De lava stroomt over het be bouwde veld. De Bloemententoonstelling. 's PRINSEN VERTREK VAN DEN COMMISSARIS. Voor 1 huis van den Commissaris der Koningin hadden zich te half vier velen opgesteld orrrvan 't vertrek naar *t- gebouw, der onderofficieren getui ge te zijn. 't Duurde nog al lang, en hoe meer tijd verl.ep, hoe meer toe schouwera zich langs Jans- en Kruis- brug schaadden. 10 minuten voor vier kwam de Prins uit t huls van den Commissaris. Na t krachtig hoera, dat zijn ver schijnen verwekte, nam Z. K. H. den hoed af. In zijn automobiel stegen voorts Mr. G. van Tienhoven, Com missaris der Koningin ln Noord-IIol- land, en 's Prinsen adjudant. Hoezee's ruischten den tuf na, toen deze de Kruisstraat indraaide. Eenigen der andere gasten zaten In een tweede auto. HET BE70EK VAN DEN PRINS. Omtrent het bezoek van Prins Hen drik valt nóe het volgende te melden De Prins werd ontvangen en toege sproken, niet door den afdeelinzsvoor- zitter, doch door don eere-voorzltter van den Bond, Jhr. Vnn der Wljck. Met den Prins waren meegekomen naar het schiet gebouw de deelnemers aan den lunch bij deu Commissaris dier Koningin. De Prins schoot een serie ter ope ning van den a s. 6cliJetvvedstrijd, ook de Burgemeester en de adjudant van den Prins losten schoten. In liet schietregister voor den schietwedstrijd teekende de Prins, om aldus den wedstrijd voor geopend te verklaren. De geschoten punten-aantallen wer den in dit register vermeld. Dit regis ter werd mede geteekend door de Commissarissen der Koningin ln Noord- en Zuid-Holland en Zeeland, de Burgemeesters van Haarlem en Heemstede, Jhr Van der Wijck en Baron Van Lynden. DE PRINS BIJ PROF. BOSSCHA. Na het bezoek aan het schietgebouw deed Prins Hendrik zijn auto stilhou den voorde woning van Prof. Bosscha op den Wagenweg. Prof Bosscha, de oud-secretaris van de Ilollandsche Maatschappij van We tenschappen, van welke maatschap pij Prins Hendrik Prolector is, is se dert langen tijd ongesteld. Prins Hendrik had de fijngevoelig heid om den geleerde een bezoek aan zijn ziekbed te brengen. HET OFFICIEELE DINER. Te 6 uur ontving het hoofdbestuur van de Alg. Vereen, voor Bloembol lencultuur zijn gasten voor het Offi cieel diiner in Hótel FunckJer. De groote tuinzoal was geheel be zet en met groen en strikken in de nationale kleuren versierd. Aan de hoofd tafel merkten wij op rechts van den voorzitter, den heer Krelage, Mr. G. van Tienhoven, Commissaris der Koningin ln Noordhoiland en ter lin kerzijde Mr. Patijn, Commissaris in Zuidhalland, verder de heeren Mr de Marez Oyens, Jbr. Mr. F. K van Lennep, F erf, de burgemeesters van Haarlem en Heemstede; naast den heer Van Tienhoven Mr. Dyckmoes ter, Commissaris in Zeeland, voorts leden van het hoofdbestuur der Alg. Vereen, voor Bloembollencultuur en den alg. secretaris-penningmeester den heer de Breuk. Verder de Inspecteur van den land- bouw, de beer Löhnis. ITe zamen omstreeks 100 gasten. Rij den aanvang van den maaltijd bracht de heer Krelage een enthou- eiasten dronk uit op het Koninklijk Huis, H. M de Koningin en H. NL de Koningin-Moeder, beschermvrouwen der voreeniging, Z. K. H. den Prins i en Prinses Juliana, Het* orkest deed daarop het Wilhelmus hooren. Met geestdrift stemden allen in met een driewerf hoera. Na den maaltijd nam do voorzitter, de heer Krelage, het eerst het woord om te spreken tot den vertegenwoor diger der regeering, den heer Löhnis, inspecteur voor den landbouw. Spr. noemde het een groote eer, de hoof den hier te zien van de drie provin ciën, Noouxi- en Zuidhoiland en Zee land, waarvan de beide eerste een waarborgsom hebben beschik- baar gesteld en de laatste een som geids in contanten. Zuid-Beveland is tlians de zuidelijkste af doeling gewor den. Verder betuigde hij zijn dank aan de gemeente Haarlem, die zoo veel voor deze tentoonstelling heeft gedaan, nan de gemeente Heemstede, waar men heeft gewedijverd in steun. Zooeven is een telegram ontvangen van ile burgemeesters van Noordwijk en Boskoop om de vereeniging goluk te wenschen met haair feest. Juist door samenwerking van de verschil lende takken van tuinbouw is een zoo schoon geheel verkregen. Spr. 1 bracht verder een woord van hulde aan de pers, die de zaak zoodanig heeft bevorderd, aan het oudste lid dor vereeniging, den heer G. H. van Waveren (applaus), aan den voorzit ter der internationale jury Mr. de Marez Oyens. Ten slotte deelde spr. mede, dat de algomeene vereeniging voor bloembollencultuur eenparig besloten heeft, het eere-lidmaatschap aan te bieden aan Minister Talma, de Commissarissen der Koningin Mr. G. van Tienhoven, Mr. J. G. Patijn en Mr. H. J. Dijckmeester en aan Mr. J. C. de Marez Oyens. Van deze hee- ren dronk spr. de gezondheid. (Ap- I plans). De heer Mr. G. van Tienhoven noemde Haarlem de bloemenstad, van Nederland en verklaarde ten hoogste dankbaar te zijn voor de groote eer, hem en zijn nieuwen collega's aange daan. Zij waren reeds zoo ingenomen met het eere-voorzitterschap der ten toonstelling, maar dat was maar tij delijk en dit is een blijvende band. Dat de nieuwe eereleden daarmee zoo lemsche Raad getoond heeft zooveel zijn ingenomen, moge een blijk zijn j mogelijk Ie willen meewerken. Spre- van hunne sympathie voor de bloem- ker verwekte algemeen gelach door boil en cultuur. Meer nog dan voor te herinneren aan den eersten maal den tuinbouw voelde spr. voor de j tijd der verreesnlging, waarbij o.a. be- bloemboüencultuur, omdat wellicht t paald werd, dat wie meer gebruikte het warden meer Is dan het zijn, de 1 dan een halve flesch wijn, dat uit bloem meer dan do vrucht Is niet do zijn eigen zak moest betalen. Namens ontw.kkelingstijd van de vereeniging j het hoofdbestuur bood «preker den voor de bestuurders de schoonste ge- j heer Krelage een geschenk aan, In weest? Moge hun nu ook het z ij n satisfactie geven en eenmaal de tijd komen, dat van de Dollard tot de Schelde zal kunnen worden gewezen op een bloemenland, met Haarlem als hoofdstad en onder den tegen- woordigen voorzitter, op wien spr. ten slotte een heildronk ulthracht. Daarna voerde de Commissaris van de hoop dat het hem zal gelukken de bloembollencultuur te doen behouden de eerste plaata, die zij thans op de wereldmarkt inneemt. Het geschenk bestaat uit het hoofd- bestuirrslnsigne in goud. De heer L. H Koolhoven, onder voorzitter van het hoofdbestuur, bracht dank aan de commissie van Zuid-Holland, Mr. Patijn, het woord organisatie dor tentoonstelling, voor- en verklaarde het toe te juichen, datal aan de heeren Van Waveren, Noord- en Zuidhoiland wedijveren in j Springer en Goernans, benevens aan bloementeelt. Spreker bracht een1 den heer Koster, die een zoo fraaie dronk uit op den heer Krelage, steller van het gedenkboek. Het is van zooveel belang dat er menschen zijn aan een vereeniging, leiders die haar omhoog willen brengen. Met eerbied woTdt terug gedocht aan den ouden heer Krelage: moge het de bloembollenvereeniging nooit aan mannen als Krelage ontbreken. Mr. Dijckmeester, Commissaris van Zeeland, sprak daarna. Hij uitte de blijdschap ln zijne provincie, dat de cultuur zich uitbreidt. Waar dat geschied Is, ging de toestand van den arbeider vooruit. Toch Is zij nog ln haar begin en daarom beveelt spr. Zeeland aan bij het hoofdbestuur der vereeniging. Uit persoon.]ijike herin- neringen weet «prekor, hoeveel - behoort ook aan de afdeelingen. Zoo collectie op het gebied der bloembol lencultuur bijeenbracht. Jhr. Mr. Frank K van Lennep. lid der 2de Kamer voor Haarlem, droeg een aardig var» vocrr ter eare van de bloembollencultuur, dat groeten bij val verwierf. IJ Na hem «prak ND. D. E. van Len nep, burgemeester vo.n Heemstede, die de vroegere animositeit tusschen stedelijke en landelijke gemeenteD herdacht. AJ vormen zich later door de uitbreiding van het terrein ook nog andere centra voor den bolleu- hande! dan Haarlem, altijd zal Haar lem de stad blijven, vanwaar de ener gie ls uitgegaan. En de groote krncht kracht er van den ouden heer Krela ge uitging en wil den hoaggcschntlen vader in den zoon huldigen, reden waarom hij diens gezondheid drinkt. Namens de Regeerlng sprak de hear Löhnis, die betreurde, dat hier de heer Loviiik niet staat. Al is liij ver van hier, met zijn gedachten aal hij zeker hij deze feestviering zijn. is ook de verhouding van Haarlem als stad en de omliggende gemeen ten. De overtuiging dat een koop krachtige omgeving voor Haarlem van belang is, bestond niet altijd, maar ls thans doorgedrongen Ln Haarlems raadzaal, waar de burge meester dikwijls woorden sprak, waarvoor de omgeving dankbaar is. De tijd is voorbij, diat de xegeering Spr. wijdde een dronk aan Haarlem en de vereenigingen elk haar weg gin-en zi)n omgeving, aan de geheele bol- gen en elkaar niet ontmoetten. D.e lenstreek. verhouding is thans een Innige heer Lieftinck, ND. v. Lennep ant- (bravo'sl), maar de kracht moet toch woorden de, zeide dat hij geen politiek uitgaan van de vereenigingen en dan bir sprake zou brengen, maar hij kan de negeeiring haar steun geven. ma? toch zeggen, dat ln een tenioon- Door organisatip is de tegenwoordige stelling de meerderheid de minderheid bloei ontstaan. Uit het gedenkboek Qiet verdrukt, dat het kleine rood zou spreker de leering willen Dekken soms schreeuwt tegen het massale van de kracht der organisatie. Aan swart en het lelietje der dalen ai ds vereeniging wil dus spr. een I steekt tegen de steile hyacinth, dronk wijden. Spreker hoopte, dat er harmonie Mt. de Marez Oyens voerde daar- onder het volk zou komen, zooals eu na het woord in het Fransch en hield 'hormonie is onder de kleuren en een geestige rede, waarin hij zelfs dronk ten slotte op den secretaris van een versje invlocht op den naam Kre-het hoofdbestuur, den heer Joh. de lage, dat groot applaus verwekte. 1) i Breuk, die zonder politiek zijn werk Hij verbond daaraan do opmerking, j heeft gedaan Als voorzitter van dat Haarlem zoovele groote mannen,Trou moet Blycken moet spr. hem vaders, zonen, kleinkinderen, heeft op toeroepen: „Uw trouw ls gebleken-" geleverd, als Enschedé en Bareel, welken laatste hij met een woordspe ling le beau rail noemde, waar in de Haarlemsche aangelegenheden goed zullen loopen. Spreker dronk dus op de stad Haarlem. De burgemeester van Haarlem, Jhr. ND. Boreel van Hogelanden, herin nerde aan de traditiën van de familie Krelage. Gebleken Is, dat de Haar- De heer C. J L. van der Meer, lïcl van het hoofdbestuur, bracht een dronk urt in de Engelsche taal op da gezondheid der Engelsche vrienden. 1) Men vindt den tekst van dit vers je. evenals dat, 't welk later door Mr. Frank K. van Lennep werd uitgespro ken in het „Om ons Heen" van heden. rEUlLLETON Naar het Duiisch. Door PAUL HENKES. 2 En kom Ik tot zoolang niet in het bezit der erfenis? vroeg Hugo geme lijk. Er is natuurlijk van rechtswege beslag op de erfenis gelegd. Dat zou eten goed gebeurd zijn, ook als de 'dood van Je oom niet met zulke tra gische omstandigheden in verband stond, antwoordde Rudolf. —In elk geval zon het geraden zijn met je tegenstander een overeenkomst te sluiten. Wilt gij de zaak In handen ne- Als je geen beter advocaat weet, waarom dan niet? Ofschoon ik je openlijk moet bekennen, dat een an dere aangelegenheid tegenwoordig ai mijn denken in beslag neemt In plaats van antwoord te geven, greep Hugo belde handen van zijn aanstaanden xwagor en keek hem ern stig aan. Laten wij openhartig tegenover elkaar zijn, hernam hij toen. Een on gelukkige samenloop van omstandig heden heeft een verdenking laten val len op een man. wiens weJ en wee Je zeer aan t hart moet gaan. Laat je niet in moeilijkheid brengen door de omstandieheid, dat ik, de verloofde van je zuster ïd zekeren zin de naas te rouwdragende over mijn overleden oom ben. Hij glimlachte even, terwijl hij die woorden sprak. Geheel afgezien van het feit, dat de dood van mijn hooggeachten oom onder ons gezegd geen onwelko me gebeurtenis is, ook afgezien van de omstandigheid, dal ik den gevan gene zelf voor onschuldig houd, weet ik toch onderscheid te maken tus schen hem en zijn dochter, Vergeef mij, Rudolf, ging hij voort, toen bij zag hoe een donkerroode blos de wan gen van den jongen advocaat kleurde. Misschien is hei niet heel fijngevoe lig van mij over dit teer© punt ln je hart te spreken, maar ik verzoek Je dringend uit mijn woorden alleen het verlangen te hooren. om wat er voor en na ook gebeuren mag met jou in een goede, hartelijke verstandhou ding te blijven, en je te zeggen, hoe veel deelneming ik gevoel met Jou en je liof meisje, dat zeker spoedig je vrouw zal zijn. Deze woorden maakten een diepen indruk op Rudolf, en hij beantwoord de hartelijk den handdruk vaïi den jongen baron. De laatste scheen hem opeens veel nader te staan tot nu toe had de advocaat zich altijd koel en vormelijk teruggetrokken tegenover den verloofde van zijn zuster gedra gen. Hij had In Hugo v. Engler niets meer dan een van die moderne heer tjes gezien, die den glans van bun verlept wapen door den rijkdom van een meisje uit burgerlijke familie zoe ken op te frisschen. De openhartige van een warm gevoel getuigende woorden van den Jongen edelman de den zijn hart echter goed. Ik dank Je, antwoordde hij daarop, terwijl hij een hartelijkeu blik op den ander liet vallen. Na eeu poosje gezwegen te hebben nam Hugo v. Engler weer het woord: De rechter van Instructie hield mij onbehoorlijk lang aan de praat, en ik dacht hier niel eens te kunnen komen. Dat zou my echter des te meer zijn tegengevallen, omdat lk morgen na de begrafenis onafwijsbaar ver plicht ben eenige dagen de stad uit te gaan. Ga je op reis T De baron knikte toestemmend. Ja, lk vertrek morgenmiddag laat met den sneltrein naar E., ant woordde hij. Ik heb daar een samen komst over zaken en weet niet. boe lang mij dat in beslag zal nemen. Misschien ga ik met Je mee naar het station, antwoordde Rudolf. Toe vallig heb ik Juist iets met den sta tionschef af te spreken. Dat zal mij heel aangenaam zijn, antwoordde de baron. Maar Je mag niet lang wegblij ven, dat moet Je mij beloven, zei Hil- degard, die zijn arm nam. Beste jon gen. Je komt hier in den laatsten tijd toch al zoo zeldenNeem mij niet kwalijk, maar je bent geen oplettend verloofde. Hugo boog zich naar haar over en kuste haar ridderlijk de hand. Ik zal mijn best doen een des te galanter echtgenoot te worden, verze kerde hij met een beminnelijk lachje. O ja, eergisteren hebben wij ook vergeefs op je gewacht, stemde Ru- dolf toe. Ik dacht, dat je om het on weer niet gekomen was. De baron lachte. Dan zou ik werkelijk een mooie ridder zonder vrees en blaam ge weest zijn, antwoordde hij. Neen duizend onweders zouden mij niet terughouden, bij mijn bemind meisje te komen. Vroeger hebben dat wel goede vrienden en op ijs gekoelde flesschen gedaan, lachte Hildegard en dreigde hem plagend met den vinger. Wacht maar, wacht maar, dappere ridder, «Ja ie dat nog een* doet, kost het Je zware offers. Hugo lachte en daarop kwam het gesprek op een ander onderwerp. Al heel spoedig stond Rudolf echter op. Tk moet om vergeving vragen, als ik weer afscheid neem, zei hij maar ik voel mij vandaag niet op mijn gemak bit .vroolijke en zorgelooze menschen. Bovendien wil vader mij nog spreken, zooals Je zooeven zei, niet waar. lieve Hi'.degard. Dus tot weerziens 1 Hij nam op hartelijken toon af scheid van het verloofde paar en liep naar de villa toe. Daar werd hij ontvangen door de oude huishoudster, die sinds den vroe gen dood van zijn moeder de huishou ding bestuurde. Vriendelijk zorgend nam zij hem hoed en stok uf, en deel de hem mee, dat zijn vader al sinds een uur in de rookkamer op hem wachtte. Toen Rudolf daar binnen trad, vond hij zijn vader langzaam en bedaard op het zachte tapijt heen en weer wandelen, terwijl hij aan een geurige sigaar blauwe rookwolkjes ontlokte. De uitdrukking van zijn gelaat was streng. Een werkzaam leven vol zor gen had diepe rimpels in zijn gelaat gegrild. De oogen spreken van ge zond verstand en scherpzinnigheid, het matig hooge, breede voorhoofd van wilskracht. Toen h" zijn zoon zag binnenko men, brak Andreas Wichern zijn wan deling door het vertrek af. Hij liep op Rudolf toe en gaf hem de hand. Ik wacht al langen tijd op Je, Rudolf, beeon hij. De hoogst treurige gebeurtenissen van de laatste dagen, waarvan de geheele stad vol !s, nood zaken mij een ernstig, welgemeend woord met je te spreken. Hij ging in een gemakkelijken leu ningstoel zitten en noodlgde zijn zoon door een handgebaar uit, eveneens plaats te nemen Wil je rooken vroeg hij. Maar Rudolf schudde het hoofd. Neen, om rooken ceef ik nu niet. va der, zei hij op onderdrukten toon Ik voel mij zoo gedrukt eu bezwaard. Beste jongen, daar kan ik inko men, begon de oude heer weer, ter wijl hij hem met een bezorgden blik een poesje aankeek, ik wist eerst ook niet, wat ik hoorde, toen dat onge hoorde gerucht tot mij doordrong. Karl Beck, de man, dien ik van mijn jeugd af ken en hoog acht, al zijn ook onze wegen den laat9ten tijd uitéén- geloopen, zou zulk een misdaad heb ben begaan 1 {Wordt vervolgd!.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 5