NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Donkere Schaduwen
27e Jaargang. Nt». 8205;
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
DONDERDAG 24 MAART 1910 B
ABONNEMENTEN
PER DRIB MAANDEN:
Voor Haarlem1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd te (kom der
gemeente),1.30
Franco per post door Nederland,1.65
Afzonderlijke nummers0.02H
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37 H
de omstreken en franco per post 0.45
Uitgave der Vennootschap Lonrens Coster. Directenr J. C. PEEREBOOM.
ADVERTENT1ËN:
Van 15 regels 50 Cts.; Iedere regel meer 10 Cts. Bulten het Arrondissement
Haarlem van 1—5 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regeL
Bij Abonnement aanzienlijk rabat
AdvertenH5n van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing;
50 Cts. voor 3 plaatsingen contant
Redactie en Administratie: Groote Rontstraat 53.
Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
Buitenlandsch Overzicht
UIT ZUID-AFRIKA
komen berichten, die wel eenige aan.
dacht vragen.
Dinsdagmiddag heeft generaal Bo
tha te Pretoria 't Congres van
het V o i k geopend met een rede,
waarin hij o. a zei
„De rassen-quaestie is begraven.
Laat de asch van het verleden rusten.
Wij moeten opbouwers ziju, geen af-
brekers. De volken moeten vereenigd
worden, gelijk de koloniën. Ook moet
de band tusschen Zuid-Afrika en het
Britscbe Rijk versterkt worden het
fcage volk van Zuid-Afrika heeft de
scherming van het rijk noodig."
Ge.-.eiaa! Botha waarschuwde tegen
een politiek van plaatselijke belangen
ln den linie-Volksraad, en beval aan
de partij zoo in te richten, dat een
ieder, van welke nationaliteit ook, er
lid -an kan worden.
Het congres nam later een besluit
aan, waarin het hoofdbestuur wordt
opgedragen, stappen te nemen, om
het volk samen te smelten met andere
dergelijke vereenigingen. Bedoeld
worden de Afrikaander Bond in
Kaapland, de Orangla Unie in den
Vrijstaat en het pas opgerichte Con-
gris in Natal.
Botha wil dus, uil zijn handelingen
der laatste jaren is het duidelijk ge
bleken, een politiek van verzoening.
Dat kan in de tegenwoordige om
standigheden niet anders dan goed
zijn. Fir zijn evenwel menschen, die
oordeelen, dut Botha te ver gaat.
In zijn bovenbedoelde rede roemde hij
o a. ook nog de wijsheid der Engel-
sche rijksregeering, in het bijzonder
van „onzen besten vriend Sir Henry
Campbeil-Bannerman", omdat zij de
nieuwe koloniën spoedig zelfbestuur
had gegeven en dus tot de vejeeniging
van Zuid-Afrika had meegewerkt..
Men kan hetzelfde ook vriendelijk,
maar toch in andere bewoordingen
zeggen I
Tegenover de verzekering van gene
raal Botha, dat „de rassen-quaestie",
dat, is de vijandschap tusschen Boer
en .Brit, uit de wereld is, is het merk
waardig oen artikel te leggen van de
„Transvaler", met de laatste mail
hier ontvangen. (Het stuk is in ver
eenvoudigde spelling geschreven,
maar door ons overgezet in de gewo-
De schrijftaal).
„Is het rassengevoel wel al ln zoo
verre verdwenen, dat men kan uit
zien naar pen eleksie voor het Unie-
parlement, waarbij menschen zich
zullen groepëereu op politieke vraag
stukken iu plaats van ais liet Volk en
Progressief VV ij gelooven dit voor
geen oogeublik. Weer herinneren wij
aan liet verstandig .gezegde van Lord
Selburne, dal hei beter is maar eerlijk
te erkennen, dat hei rassengevoel er
nug n>, eii niet dit feit goed rekening
te houden. VV ïi men zich gaan ver-
beelden en aan elkander wijs inaken,
dal rstesengevoel verdwenen is, en
niel meer in liet politieke spel is ge
mengd, men zou daardoor alleen be
wijzen, hoe geveinsd de mensch is,
hoe hij huichelen kan, en tot welke
Farizeesche streken hij in staat is
Neen, laat ons de feiten bij de rechte
namen noemen en eerlijk zijn, niet
het een voorgeven eu het andere doen,
niet met mooie woorden maar met
daden bewijzen, dat een zaak zoo of
zoo is. Een woord van waarschuwing
is hoog noodig ln deze dagen. Terwijl
wij erkennen, dat er nog rassengevoel
bestaat, en dat in veler harten de
rassenhaat nog maar even is inge
sluimerd, laat niemand met opzet of
uit politieke zelfzucht en baatzucht
en hot jagen naar macht, positie en
hooge salarissen „voor da mannen
van de partij"" dingen begaan en
echrijven, die de oude wrok opnieuw
zullen doen gloeien
Het is een groot verschil wat gene-
Het is nu de vraag, welke stroo
ming in Zuid-Afrika het sterkst is. Te
oordeelen naar de gegevens, die in
den laatsten tijd tot ons gekomen zijn.
schijnt ons, dat de verzoenings-partij
de overhand heeft.
Hoe zal de politiek der Hollanders
ln Zuid-Afrika worden? Velen hadden
gehoopt van generaal Botha nu ein
delijk te hooren, of hij al dan niet
voor een coalitie-ministerie Is als het
eerste ministerie van de Unie van
Zuid-Afrika. Maar hij stelde deze ver
wachting opnieuw te leur.
In het Rijksland, dus ln
DE ENGELSCHE POLITIEK,
is ook nog veel onzeker.
Het Lagerhuis is op Paaschreces
gegaan tot 29 Maart. Op dien datum
zal een aanvang worden gemaakt met
de behandeling van de moties over
het Hoogerhuis.
Anders is het met
DE BALKAN-POLITIEK.
Koning Peter van Servië heeft in
zijn antwoord op de toost van den
Russischen Tsaar gezegd
„Uit het diepst van mijn ziel dank
ik voor de hartelijke en schitterende
ontvangst, die een nieuwe en waardi
ge bevestiging is van de hartelijke en
nauwe banden, tusschen het machtige
Slavische Rusland en Servië bestaan
de, en van de trouwe en vaste vriend
schap, waarvan de herinnering voort
leeft op alle bladzijden d^r geschiede
nis van hel Servische volk, ook op die
der moeilijkste dagen. Geheel in over
eenstemming met de aloude Servische
traditie, bezoek ik het allereerst het
ons verwante Slavische Rusland, in
de vaste verwachting, dat ik mijn
vaderland de blijde boodschap zal
kunnen brengen, dat liet ons, bij onze
zelfstandige oil vreedzame ontwikke
ling te midden van andere afhankelij
ke staten van het Balkan-schier
eiland, zal vergund zijn op de mach
tige vriendschap van Uwe Majesteit
en van het groote Rusland te vertrou
wen."
Het spreekt van zelf, dat we deze
toost alleen vermelden alseigen
aardigheid. 't Groote RuslandNu,
groot is het land van den Tsaar.
Hoeveel H.A.
DE FRANSCHE SENAAT
zette gisteren de behandeling voort
van het ontwerp tot herziening van
het douane-tarief. De algomeene rap
porteur verklaarde, dat de herziening
legen geen enkele natie in het bijzon-
j der gericht is. (België denkt er an-
ders over I)
Frankrijk handelt slechts met het
oogmerk de inlandsche industrie te
beschermen.
In een aan een maaltijd van den
Ranamerikaanschen Bond voor arbi
trage te New-York gehouden rede,
verklaarde president Taft dat de Unie
juist ter waarborging van den we
reldvrede en ter bevordering van het
arbitrage-denkbeeld vast besloten was
haar bewapening niet op te geven.
EEN UITBARSTING VAN DE ETNA.
Uit Catana wordt geseind
Het observatorium alhier consta
teerde Dinsdagnacht 23 lichte aard
schokken; de Etna barstte uit om acht
uur 13op 2300 Meter hoogte is een
krater gevormd, die rook, lava en
steenen uitstoot. Gedurende den
nacht werden ook te Messina twee
zeer sterke bevingen gevoeld.
Later
De uitbarsting van de Etna duurt
voort. Er hebben zich vier kraters ge
opend. De lava stroomt over het be
bouwde veld.
De Bloemententoonstelling.
's PRINSEN VERTREK VAN DEN
COMMISSARIS.
Voor 1 huis van den Commissaris
der Koningin hadden zich te half vier
velen opgesteld orrrvan 't vertrek naar
*t- gebouw, der onderofficieren getui
ge te zijn. 't Duurde nog al lang, en
hoe meer tijd verl.ep, hoe meer toe
schouwera zich langs Jans- en Kruis-
brug schaadden. 10 minuten voor vier
kwam de Prins uit t huls van den
Commissaris.
Na t krachtig hoera, dat zijn ver
schijnen verwekte, nam Z. K. H. den
hoed af. In zijn automobiel stegen
voorts Mr. G. van Tienhoven, Com
missaris der Koningin ln Noord-IIol-
land, en 's Prinsen adjudant.
Hoezee's ruischten den tuf na, toen
deze de Kruisstraat indraaide.
Eenigen der andere gasten zaten
In een tweede auto.
HET BE70EK VAN DEN
PRINS.
Omtrent het bezoek van Prins Hen
drik valt nóe het volgende te melden
De Prins werd ontvangen en toege
sproken, niet door den afdeelinzsvoor-
zitter, doch door don eere-voorzltter
van den Bond, Jhr. Vnn der Wljck.
Met den Prins waren meegekomen
naar het schiet gebouw de deelnemers
aan den lunch bij deu Commissaris
dier Koningin.
De Prins schoot een serie ter ope
ning van den a s. 6cliJetvvedstrijd,
ook de Burgemeester en de adjudant
van den Prins losten schoten.
In liet schietregister voor den
schietwedstrijd teekende de Prins, om
aldus den wedstrijd voor geopend te
verklaren.
De geschoten punten-aantallen wer
den in dit register vermeld. Dit regis
ter werd mede geteekend door de
Commissarissen der Koningin ln
Noord- en Zuid-Holland en Zeeland,
de Burgemeesters van Haarlem en
Heemstede, Jhr Van der Wijck en
Baron Van Lynden.
DE PRINS BIJ PROF. BOSSCHA.
Na het bezoek aan het schietgebouw
deed Prins Hendrik zijn auto stilhou
den voorde woning van Prof. Bosscha
op den Wagenweg.
Prof Bosscha, de oud-secretaris van
de Ilollandsche Maatschappij van We
tenschappen, van welke maatschap
pij Prins Hendrik Prolector is, is se
dert langen tijd ongesteld.
Prins Hendrik had de fijngevoelig
heid om den geleerde een bezoek aan
zijn ziekbed te brengen.
HET OFFICIEELE DINER.
Te 6 uur ontving het hoofdbestuur
van de Alg. Vereen, voor Bloembol
lencultuur zijn gasten voor het Offi
cieel diiner in Hótel FunckJer.
De groote tuinzoal was geheel be
zet en met groen en strikken in de
nationale kleuren versierd. Aan de
hoofd tafel merkten wij op rechts van
den voorzitter, den heer Krelage, Mr.
G. van Tienhoven, Commissaris der
Koningin ln Noordhoiland en ter lin
kerzijde Mr. Patijn, Commissaris in
Zuidhalland, verder de heeren Mr de
Marez Oyens, Jbr. Mr. F. K van
Lennep, F erf, de burgemeesters van
Haarlem en Heemstede; naast den
heer Van Tienhoven Mr. Dyckmoes
ter, Commissaris in Zeeland, voorts
leden van het hoofdbestuur der Alg.
Vereen, voor Bloembollencultuur en
den alg. secretaris-penningmeester
den heer de Breuk.
Verder de Inspecteur van den land-
bouw, de beer Löhnis.
ITe zamen omstreeks 100 gasten.
Rij den aanvang van den maaltijd
bracht de heer Krelage een enthou-
eiasten dronk uit op het Koninklijk
Huis, H. M de Koningin en H. NL de
Koningin-Moeder, beschermvrouwen
der voreeniging, Z. K. H. den Prins
i en Prinses Juliana, Het* orkest deed
daarop het Wilhelmus hooren.
Met geestdrift stemden allen in met
een driewerf hoera.
Na den maaltijd nam do voorzitter,
de heer Krelage, het eerst het woord
om te spreken tot den vertegenwoor
diger der regeering, den heer Löhnis,
inspecteur voor den landbouw. Spr.
noemde het een groote eer, de hoof
den hier te zien van de drie provin
ciën, Noouxi- en Zuidhoiland en Zee
land, waarvan de beide eerste
een waarborgsom hebben beschik-
baar gesteld en de laatste een som
geids in contanten. Zuid-Beveland is
tlians de zuidelijkste af doeling gewor
den. Verder betuigde hij zijn dank
aan de gemeente Haarlem, die zoo
veel voor deze tentoonstelling heeft
gedaan, nan de gemeente Heemstede,
waar men heeft gewedijverd in steun.
Zooeven is een telegram ontvangen
van ile burgemeesters van Noordwijk
en Boskoop om de vereeniging goluk
te wenschen met haair feest. Juist
door samenwerking van de verschil
lende takken van tuinbouw is een
zoo schoon geheel verkregen. Spr.
1 bracht verder een woord van hulde
aan de pers, die de zaak zoodanig
heeft bevorderd, aan het oudste lid
dor vereeniging, den heer G. H. van
Waveren (applaus), aan den voorzit
ter der internationale jury Mr. de
Marez Oyens. Ten slotte deelde spr.
mede, dat de algomeene vereeniging
voor bloembollencultuur eenparig
besloten heeft, het eere-lidmaatschap
aan te bieden aan Minister Talma, de
Commissarissen der Koningin Mr.
G. van Tienhoven, Mr. J. G. Patijn
en Mr. H. J. Dijckmeester en aan Mr.
J. C. de Marez Oyens. Van deze hee-
ren dronk spr. de gezondheid. (Ap-
I plans).
De heer Mr. G. van Tienhoven
noemde Haarlem de bloemenstad, van
Nederland en verklaarde ten hoogste
dankbaar te zijn voor de groote eer,
hem en zijn nieuwen collega's aange
daan. Zij waren reeds zoo ingenomen
met het eere-voorzitterschap der ten
toonstelling, maar dat was maar tij
delijk en dit is een blijvende band.
Dat de nieuwe eereleden daarmee zoo lemsche Raad getoond heeft zooveel
zijn ingenomen, moge een blijk zijn j mogelijk Ie willen meewerken. Spre-
van hunne sympathie voor de bloem- ker verwekte algemeen gelach door
boil en cultuur. Meer nog dan voor te herinneren aan den eersten maal
den tuinbouw voelde spr. voor de j tijd der verreesnlging, waarbij o.a. be-
bloemboüencultuur, omdat wellicht t paald werd, dat wie meer gebruikte
het warden meer Is dan het zijn, de 1 dan een halve flesch wijn, dat uit
bloem meer dan do vrucht Is niet do zijn eigen zak moest betalen. Namens
ontw.kkelingstijd van de vereeniging j het hoofdbestuur bood «preker den
voor de bestuurders de schoonste ge- j heer Krelage een geschenk aan, In
weest? Moge hun nu ook het z ij n
satisfactie geven en eenmaal de tijd
komen, dat van de Dollard tot de
Schelde zal kunnen worden gewezen
op een bloemenland, met Haarlem
als hoofdstad en onder den tegen-
woordigen voorzitter, op wien spr.
ten slotte een heildronk ulthracht.
Daarna voerde de Commissaris van
de hoop dat het hem zal gelukken de
bloembollencultuur te doen behouden
de eerste plaata, die zij thans op de
wereldmarkt inneemt.
Het geschenk bestaat uit het hoofd-
bestuirrslnsigne in goud.
De heer L. H Koolhoven, onder
voorzitter van het hoofdbestuur,
bracht dank aan de commissie van
Zuid-Holland, Mr. Patijn, het woord organisatie dor tentoonstelling, voor-
en verklaarde het toe te juichen, datal aan de heeren Van Waveren,
Noord- en Zuidhoiland wedijveren in j Springer en Goernans, benevens aan
bloementeelt. Spreker bracht een1 den heer Koster, die een zoo fraaie
dronk uit op den heer Krelage,
steller van het gedenkboek. Het is
van zooveel belang dat er menschen
zijn aan een vereeniging, leiders die
haar omhoog willen brengen. Met
eerbied woTdt terug gedocht aan den
ouden heer Krelage: moge het de
bloembollenvereeniging nooit aan
mannen als Krelage ontbreken.
Mr. Dijckmeester, Commissaris van
Zeeland, sprak daarna. Hij uitte
de blijdschap ln zijne provincie, dat
de cultuur zich uitbreidt. Waar dat
geschied Is, ging de toestand van den
arbeider vooruit. Toch Is zij nog ln
haar begin en daarom beveelt spr.
Zeeland aan bij het hoofdbestuur der
vereeniging. Uit persoon.]ijike herin-
neringen weet «prekor, hoeveel - behoort ook aan de afdeelingen. Zoo
collectie op het gebied der bloembol
lencultuur bijeenbracht.
Jhr. Mr. Frank K van Lennep. lid
der 2de Kamer voor Haarlem, droeg
een aardig var» vocrr ter eare van de
bloembollencultuur, dat groeten bij
val verwierf. IJ
Na hem «prak ND. D. E. van Len
nep, burgemeester vo.n Heemstede,
die de vroegere animositeit tusschen
stedelijke en landelijke gemeenteD
herdacht. AJ vormen zich later door
de uitbreiding van het terrein ook
nog andere centra voor den bolleu-
hande! dan Haarlem, altijd zal Haar
lem de stad blijven, vanwaar de ener
gie ls uitgegaan. En de groote krncht
kracht er van den ouden heer Krela
ge uitging en wil den hoaggcschntlen
vader in den zoon huldigen, reden
waarom hij diens gezondheid drinkt.
Namens de Regeerlng sprak de
hear Löhnis, die betreurde, dat hier
de heer Loviiik niet staat. Al is liij
ver van hier, met zijn gedachten aal
hij zeker hij deze feestviering zijn.
is ook de verhouding van Haarlem
als stad en de omliggende gemeen
ten. De overtuiging dat een koop
krachtige omgeving voor Haarlem
van belang is, bestond niet altijd,
maar ls thans doorgedrongen Ln
Haarlems raadzaal, waar de burge
meester dikwijls woorden sprak,
waarvoor de omgeving dankbaar is.
De tijd is voorbij, diat de xegeering Spr. wijdde een dronk aan Haarlem
en de vereenigingen elk haar weg gin-en zi)n omgeving, aan de geheele bol-
gen en elkaar niet ontmoetten. D.e lenstreek.
verhouding is thans een Innige heer Lieftinck, ND. v. Lennep ant-
(bravo'sl), maar de kracht moet toch woorden de, zeide dat hij geen politiek
uitgaan van de vereenigingen en dan bir sprake zou brengen, maar hij
kan de negeeiring haar steun geven. ma? toch zeggen, dat ln een tenioon-
Door organisatip is de tegenwoordige stelling de meerderheid de minderheid
bloei ontstaan. Uit het gedenkboek Qiet verdrukt, dat het kleine rood
zou spreker de leering willen Dekken soms schreeuwt tegen het massale
van de kracht der organisatie. Aan swart en het lelietje der dalen ai
ds vereeniging wil dus spr. een I steekt tegen de steile hyacinth,
dronk wijden. Spreker hoopte, dat er harmonie
Mt. de Marez Oyens voerde daar- onder het volk zou komen, zooals eu
na het woord in het Fransch en hield 'hormonie is onder de kleuren en
een geestige rede, waarin hij zelfs dronk ten slotte op den secretaris van
een versje invlocht op den naam Kre-het hoofdbestuur, den heer Joh. de
lage, dat groot applaus verwekte. 1) i Breuk, die zonder politiek zijn werk
Hij verbond daaraan do opmerking, j heeft gedaan Als voorzitter van
dat Haarlem zoovele groote mannen,Trou moet Blycken moet spr. hem
vaders, zonen, kleinkinderen, heeft op toeroepen: „Uw trouw ls gebleken-"
geleverd, als Enschedé en Bareel,
welken laatste hij met een woordspe
ling le beau rail noemde, waar
in de Haarlemsche aangelegenheden
goed zullen loopen. Spreker dronk
dus op de stad Haarlem.
De burgemeester van Haarlem, Jhr.
ND. Boreel van Hogelanden, herin
nerde aan de traditiën van de familie
Krelage. Gebleken Is, dat de Haar-
De heer C. J L. van der Meer, lïcl
van het hoofdbestuur, bracht een
dronk urt in de Engelsche taal op da
gezondheid der Engelsche vrienden.
1) Men vindt den tekst van dit vers
je. evenals dat, 't welk later door Mr.
Frank K. van Lennep werd uitgespro
ken in het „Om ons Heen" van heden.
rEUlLLETON
Naar het Duiisch.
Door
PAUL HENKES.
2
En kom Ik tot zoolang niet in het
bezit der erfenis? vroeg Hugo geme
lijk.
Er is natuurlijk van rechtswege
beslag op de erfenis gelegd. Dat zou
eten goed gebeurd zijn, ook als de
'dood van Je oom niet met zulke tra
gische omstandigheden in verband
stond, antwoordde Rudolf.
—In elk geval zon het geraden zijn
met je tegenstander een overeenkomst
te sluiten.
Wilt gij de zaak In handen ne-
Als je geen beter advocaat weet,
waarom dan niet? Ofschoon ik je
openlijk moet bekennen, dat een an
dere aangelegenheid tegenwoordig ai
mijn denken in beslag neemt
In plaats van antwoord te geven,
greep Hugo belde handen van zijn
aanstaanden xwagor en keek hem ern
stig aan.
Laten wij openhartig tegenover
elkaar zijn, hernam hij toen. Een on
gelukkige samenloop van omstandig
heden heeft een verdenking laten val
len op een man. wiens weJ en wee Je
zeer aan t hart moet gaan. Laat je
niet in moeilijkheid brengen door de
omstandieheid, dat ik, de verloofde
van je zuster ïd zekeren zin de naas
te rouwdragende over mijn overleden
oom ben.
Hij glimlachte even, terwijl hij die
woorden sprak.
Geheel afgezien van het feit, dat
de dood van mijn hooggeachten oom
onder ons gezegd geen onwelko
me gebeurtenis is, ook afgezien van
de omstandigheid, dal ik den gevan
gene zelf voor onschuldig houd, weet
ik toch onderscheid te maken tus
schen hem en zijn dochter, Vergeef
mij, Rudolf, ging hij voort, toen bij
zag hoe een donkerroode blos de wan
gen van den jongen advocaat kleurde.
Misschien is hei niet heel fijngevoe
lig van mij over dit teer© punt ln je
hart te spreken, maar ik verzoek Je
dringend uit mijn woorden alleen het
verlangen te hooren. om wat er voor
en na ook gebeuren mag met jou in
een goede, hartelijke verstandhou
ding te blijven, en je te zeggen, hoe
veel deelneming ik gevoel met Jou en
je liof meisje, dat zeker spoedig je
vrouw zal zijn.
Deze woorden maakten een diepen
indruk op Rudolf, en hij beantwoord
de hartelijk den handdruk vaïi den
jongen baron. De laatste scheen hem
opeens veel nader te staan tot nu toe
had de advocaat zich altijd koel en
vormelijk teruggetrokken tegenover
den verloofde van zijn zuster gedra
gen. Hij had In Hugo v. Engler niets
meer dan een van die moderne heer
tjes gezien, die den glans van bun
verlept wapen door den rijkdom van
een meisje uit burgerlijke familie zoe
ken op te frisschen. De openhartige
van een warm gevoel getuigende
woorden van den Jongen edelman de
den zijn hart echter goed.
Ik dank Je, antwoordde hij
daarop, terwijl hij een hartelijkeu
blik op den ander liet vallen.
Na eeu poosje gezwegen te hebben
nam Hugo v. Engler weer het woord:
De rechter van Instructie hield
mij onbehoorlijk lang aan de praat,
en ik dacht hier niel eens te kunnen
komen. Dat zou my echter des te meer
zijn tegengevallen, omdat lk morgen
na de begrafenis onafwijsbaar ver
plicht ben eenige dagen de stad uit te
gaan.
Ga je op reis T
De baron knikte toestemmend.
Ja, lk vertrek morgenmiddag
laat met den sneltrein naar E., ant
woordde hij. Ik heb daar een samen
komst over zaken en weet niet. boe
lang mij dat in beslag zal nemen.
Misschien ga ik met Je mee naar
het station, antwoordde Rudolf. Toe
vallig heb ik Juist iets met den sta
tionschef af te spreken.
Dat zal mij heel aangenaam zijn,
antwoordde de baron.
Maar Je mag niet lang wegblij
ven, dat moet Je mij beloven, zei Hil-
degard, die zijn arm nam. Beste jon
gen. Je komt hier in den laatsten tijd
toch al zoo zeldenNeem mij niet
kwalijk, maar je bent geen oplettend
verloofde.
Hugo boog zich naar haar over en
kuste haar ridderlijk de hand.
Ik zal mijn best doen een des te
galanter echtgenoot te worden, verze
kerde hij met een beminnelijk lachje.
O ja, eergisteren hebben wij ook
vergeefs op je gewacht, stemde Ru-
dolf toe. Ik dacht, dat je om het on
weer niet gekomen was.
De baron lachte.
Dan zou ik werkelijk een mooie
ridder zonder vrees en blaam ge
weest zijn, antwoordde hij. Neen
duizend onweders zouden mij niet
terughouden, bij mijn bemind meisje
te komen.
Vroeger hebben dat wel goede
vrienden en op ijs gekoelde flesschen
gedaan, lachte Hildegard en dreigde
hem plagend met den vinger. Wacht
maar, wacht maar, dappere ridder,
«Ja ie dat nog een* doet, kost het Je
zware offers.
Hugo lachte en daarop kwam het
gesprek op een ander onderwerp.
Al heel spoedig stond Rudolf echter
op.
Tk moet om vergeving vragen,
als ik weer afscheid neem, zei hij
maar ik voel mij vandaag niet op mijn
gemak bit .vroolijke en zorgelooze
menschen. Bovendien wil vader mij
nog spreken, zooals Je zooeven zei,
niet waar. lieve Hi'.degard. Dus tot
weerziens 1
Hij nam op hartelijken toon af
scheid van het verloofde paar en liep
naar de villa toe.
Daar werd hij ontvangen door de
oude huishoudster, die sinds den vroe
gen dood van zijn moeder de huishou
ding bestuurde. Vriendelijk zorgend
nam zij hem hoed en stok uf, en deel
de hem mee, dat zijn vader al sinds
een uur in de rookkamer op hem
wachtte. Toen Rudolf daar binnen
trad, vond hij zijn vader langzaam en
bedaard op het zachte tapijt heen en
weer wandelen, terwijl hij aan een
geurige sigaar blauwe rookwolkjes
ontlokte.
De uitdrukking van zijn gelaat was
streng. Een werkzaam leven vol zor
gen had diepe rimpels in zijn gelaat
gegrild. De oogen spreken van ge
zond verstand en scherpzinnigheid,
het matig hooge, breede voorhoofd
van wilskracht.
Toen h" zijn zoon zag binnenko
men, brak Andreas Wichern zijn wan
deling door het vertrek af. Hij liep op
Rudolf toe en gaf hem de hand.
Ik wacht al langen tijd op Je,
Rudolf, beeon hij. De hoogst treurige
gebeurtenissen van de laatste dagen,
waarvan de geheele stad vol !s, nood
zaken mij een ernstig, welgemeend
woord met je te spreken.
Hij ging in een gemakkelijken leu
ningstoel zitten en noodlgde zijn zoon
door een handgebaar uit, eveneens
plaats te nemen
Wil je rooken vroeg hij.
Maar Rudolf schudde het hoofd.
Neen, om rooken ceef ik nu niet. va
der, zei hij op onderdrukten toon Ik
voel mij zoo gedrukt eu bezwaard.
Beste jongen, daar kan ik inko
men, begon de oude heer weer, ter
wijl hij hem met een bezorgden blik
een poesje aankeek, ik wist eerst ook
niet, wat ik hoorde, toen dat onge
hoorde gerucht tot mij doordrong.
Karl Beck, de man, dien ik van mijn
jeugd af ken en hoog acht, al zijn ook
onze wegen den laat9ten tijd uitéén-
geloopen, zou zulk een misdaad heb
ben begaan 1
{Wordt vervolgd!.