HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD,
ZATERDAG £6 MAART 1910
Haarlemscfie
Handelsvereeniging
Qoedgek. bij Kon. Bul. ran 12 Kor. 1898.
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging hier ter stede, opgericht 10 Mei
1892, Neeft in den loop van den tijd
wel h-i&r recht van beslaan bewezen.
In zeer 'ele gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreflende, is zij
opgetreden en dikwijls met groot
succès. Jammer echter, dat men alge
meen niet meer blijk geeft, dit te
waard teren, door als lid der Vereeni-
ging oe te treden. Er zijn wel meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk bandelaar, neringdoen
de, ja zelfs particulieren, moesten lid
worden, om ten minste te laten gevoe
len, dat men het werk op prijs stelt,
dat de Haarlemsche Handelsvereeni
ging steeds opneemt, als doende, wat
har hand vindt om te doen.
De voordeelen, die de Vereeniging
builen hare bemoeiingen van ver
schillenden aard, haren leden aan
biedt, ziju zeer vele en zeer groote
tegenover do geringe jaarlijksche
contributie van 3.50, die gevraagd
«wordt.
De Haarlemsche Handelavereeni-
,giug bemoeit zich in de eerste plaats
er mede, de belangen van hare leden
te bevorderen, door onwillige beta
lers 'vour hen tot betaling aan te
manen en informalien voor hen in te
wuiiiem Bovendien hebben de leden
hel recht, het hun gratis te verstrek
ken advies van den recbLsgeleerden
adviseur der Vereeniging te vragen,
die ook in proceduren en -faillisse
menten gratis voor beu optreedt, na
tuurlijk alleen voor zaken betreffende
den handel en het bedrijf der leden.
A's proef kunnen voortaan nieuwe
leden voor een half jaar worden aan
genomen, doch slechts hel 2e halfjaar
(\ati 1 November, tot en met 30 Aprilj
ad I 1-75 de halve contributie.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver
een.g.ng zijn de beeren Mrs. Tb. de
Haan Hugeuholtz en A. H. J. Merens,
bpuariie 94, alhier, die voor de leden
eiken werkdag van 2—4 uur des na
middags zijn ie spreken.
Het bureau der Vereeniging Is ge
vestigd Jansweg 11.
Voor incasso's door bemiddeling
der Vereeniging wordt een vast
recht van 5 pcL der vordering bere
kend.
Bovendien moet 10 cent voor port
steeds worden bijgevoegd, bij Inzen
ding van vorderingen door bemidde
ling der advocaten to innen.
De kosten van inforuiutiën naar
builen de stad woonachtige personen
bedragen 60 ets. per informatie, plus
vijf cents porto-vergoeding, informa
tion naar binnen de stad wonende
personen worden gratis verstrekt.
Pretention op buiten de stad wo
nende personen worden niet behan
deld, wanneer niet 10 ets. voor porto-
vergoeding is toegevoegd.
Ruim 1748 informalien en rechts
geleerde adviezen werden in het af-
geloupen jaar gegeven.
Nieuwe ieden van 1910—11 kunnen
hu reeds toetreden en hebben alsdan
tut 1 Mei a.s aile voorrechten als een
gewoon lid.
In December 1909 en Januari 1910
zijn 74 vorderingen tot een bedrag
van 1242.43 1/2 betaald; 14 vorderin
gen worden afbetaald, 20 vorderingen
-ijn uitgesteld.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
Alle brieven, aanvragen, reclames
'of wat ook, moeten worden geadres
seert aan het Bureau, dat geopend Is
dagelijks van 9 tot 5 uur en waar ook
verdbre inlichtingen zijn te bekomen.
Het Bestuur heeft bemerkt, dat men
soms meent, dat men, 'hoewel geen
lid der H. H. V., toch van haar Infor
matiën kan bekomen, en brengt nu
nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis
dat alleen aan leden der Vereeniging
informatiën door haar worden
strekt, en dat voor informatiën op
hier ter stede woonachtige personen
nooit betaling mag worden gevor
derd.
HET BESTUUR.
Specialiteitsn-artlstsn.
n.
Tijdens de voorstelling zocht *k den
muzikalen clown op in een der kleed
kamertjes van 't theater. Van z'n
voorkomen is niets bijzonders te ver
tellen een gewoon mensch, alleen
verried het gladgeschoren gezicht n
het ietwat zwierige in de kleeding zijn
vak.
Eerst na veel moeite kreeg 'k den
man aan "t praten. Je kon aan z'n
weifeling zien, dat hij geen plei'zferige
meedeelingen te doen had. Beraad
slagend liep hij eenige keen
kamertje op en neer, liet zich toen
plotseling op een stoel vallen, en
zuchtte
„Enfin 1 't is ook wel eens goed, als
t publiek meer van ons weet...."
Hij begon
„Van m'n jeugd weet 'k niet veel
'k Heb een flauwe herinnering aan
een kleinen groen-geverfden woon
wagen. Daarmee trokken vader en
moeder van stad tot stad meest waar
kennissen waren. Vader was kunsten
maker. Op hoeken van straten, en
midden in het kermisgewoel, vertoon
de ie z'n toeren, 'k Weet nog, dat Ie
wel 5 minuten lang op z'n handen kon
loopen.... Bij sommige kunstjes moest
'k hem helpen. Ik ging b.v., als 'ii.i
op den rug lag, op z'n boenen zitten,
hij gooide me dan met kracht ln de
hoogte en ving me weer op. Moeder
stond er hij en ging met een bakje
rond.
Zoo leerde 'k wat van 't acrobaten-
vak. Het komt me nu nog te pas 1
Toen 'k een jongen van twaalf Jaar
was, stierf m'n vader aan delirium.
Moeder treurde niet erg om het ver
lies... Nu begrijp 'k wel waarom,
want het arme mensch kreeg veel
slaag en schelden, 't Is lang geleden,
ik was nog een kind, maar dat weet
'k nog heel goed I Als vader dronken
thuis kwam en den wagen binnen-
zwaaide, was 'k ook zoo bang.... In 't
hoekje stond een kastje en als 'k va
der hoorde, kroop 'k altijd tusschen
den wand en het kastje, dan kon ie
me niet zien en ontliep 'k klappen en
schoppen
Na vader's dood verkocht moeder
den wagen en ging in een poffertjes
kraam werken. Na dien tijd heb ik
haai- nooit meer gezien. Ze reisde met
den eigenaar naur Duitschland en 'k
weet met, of ze nog leeft, of al lang
onder de aarde ligt
Ik werd in de leer gedaan bij een
straatmuzikant. De man had pas z'n
vrouw verloren en nu moest ik in
haar plaats geld ophalen. Ik had
over m'n baas niet te klagen. Hij gaf
me genoeg te eten, hield niet van
slaan en kon ook nog wel een paar
centen voor me missen om to snoepen.
Van „vader Kobus" leerde 'k wat
muziek. Als we 's avonds geen werk
hadden en rustig in 't logement zaten,
gaf hij mij de viool in handen, wees
me hoe 'k do tonen moest vinden, en
gaf 't niet op, om „valsch" to roepen,
totdat 'k eindelijk t goeie gevonden
had. Na een paar jaar kon 'k aardig
spelen, 'n Stille hoop kwam in me op,
om nog eens echt muzikant te wor
den i
Op m'n verjaardag kocht vader
Kobus me een ouwe piston. Als 'k nu
een vrij uurtje had, zat 'k te blazen,
onvermoeid.... Eerst, als de bewoners
van 't logement zin hadden om te
gaan slapen, staakte 'k 't lawaai ma
ken.
't Was geen gemakkelijk werk, om
zonder leermeester op een piston fo
leeren blazen. In vader Kobus had 'k
een trouwe hulp de ouwe had een
scherp muzikaal gehoor en wanneer
„Dat was valsch, jong I"
Al doende leert en langzamerhand
begon 'k ook op straat te spelen.
Vader Kobus werd oud, z'n hand be
verig, zoodat 't hem niet meer gemak
kelijk viel, vroolijke, lustige wijsjes
te spelen. De rollen werden verwis
seld ik spelen en vader Kobus cen
ten ophalen.
Alle menschen dachten, dat we
vader en zoon waren, 'k Hield ook
werkelijk van den oude. Toen 'k aan
z'n sterfbed stond, huilde 'k als
kind
Op m'n 20ste jaar stond 'k weer al
leen op de wereld. Na een beetje
zwerven verzeilde 'k in een kermis
tent, waar 'k voor muzikant
aangenomen. Dat Is een honden
leven 1 Als er voorstelling werd ge
geven, kon Je van 's morgens 11 tot
's nachts 2 uur blazen, tot je geen fut
meer in je lijf had. Ter nauwernood
was er tijd over om te eten en te
drinken. Om 12 uur 's middags was
de eerste voorstelling, maar om 11
uur moesten we ai voor de tent
muziek-maken, om de kijkers te lok
ken. Waren er genoeg kaarten ver
kocht, dan gingen we naar binnen,
om daar de menschen ln een vroolijke
stemming te houden.
Na de voorstelling moesten we met
onze schetterende muziek weer nieu
we belangstellenden trekken.
's Avonds was je dood-op, en ver
langde naar je bosje stroo ln den
toch tl gen woonwagen....
Werd er geen voorstelling gegeven
dan waren we de tent aan het afbre
ken of opbouwen. Ook dat was eer
moeilijk en zwaar werkje I De direc
teur stond altijd vloekend en schel
dend tot spoed aan te manen
'k Hield 't er niet langer dan een
jaar uit. Toen kreeg 'k gelukkig een
beteren directeur.
In zijn dienst leerde ik m'n vrouw
kenuen. Een mooi, lief meisje, waar
van 'k veel hield. Ze had een aardig
stammetje en behaalde als zangeres
veel succes 1 O, als ze zong, zaten alle
menschen in de tent doodstilEn
'n applaus Wonderlijk I
We konden 't samen best vinden en
leefden eenige jaren heel gelukkig.
Toen kwam er tegenspoed. Mijn
vrouw, door d'r succes aangemoedigd,
wou hooger op, ze wilde in zalen
zingen voor deftige menschen... Een
collega maakte met vleierij d'r hoofd
op hol en plotseling waren zo allebei
verdwenen.
'k Was een gebroken man.... 1 Ia
me nog een raadsel, dat 'k ze niet
achterna gegaan ben, om me te wre
ken I
M'n collega's ln 't theater plaagden
ie zoo, dat 'k 't er niet lang meer ge
maakt heb. M'n goeien baas heb 'k,
om de laffe spotternijen te ontgaan,
verlaten, 'k Kon er niet tegen
Eenige maanden heb 'k gezworven
vau stad tot stad. 't Was een ellendige
tijd. Aldoor liep 'k nog over m'n
vrouw te peinzen en als ik in dio da-
in geweten had waar ze was, dan....
Nu is dat alles over I Do liefde
maakte plaats voor haat en die haat
is in de laatste Jaren uitgesleten
'k Kreeg eindelijk weer een engage
ment. 'k Werd muzikale clown in een
klein theater te Amsterdam.
't Was eerst een ongewoon cn moei
lijk werkje. Och, de toeren waren
niet lastig als je gewoon muziek kan
maken, is het geen kunst, om er aller
lei grimassen bij te makenalleen
een beetje oefening.
Maar, dat gedwongen
grappig zijn i Dat valt soms zoo moei
lijk I In den eersten tijd heb 'k m'n
nieuwen werkkring verfoeid en ver-
wenschtbroodgebrek noodzaakte me
evenwel om vol te houden....
Nu ben 'k er gelukkig doorheen.
Alles wordt gewoonte, óók 't geregeld
grappen verkoopen. Den eenen tijd
gaat 't je wel eens gemakkelijker af,
maar 't publiek is gauw genoeg aan
het lachen te maken. Je trekt een
vreemdsoortig pakje aan, smeert een
{jaar klodders verf op je gezicht en 't
ach-succes is bijna al verzekerd.
Soms heb 'k nog oogenblikken, dat
'k van m'n beroep walg. Dat is, als 'k
even loskom uit het gewoonte-gedoe,
en eens kalm overdenk, wat m'n leven
IsGeluk en voorspoed heb 'k wei
nig gekend I En nu te moeten doen,
De muzikale clown zweeg, zat met
de handen onder bet hoofd dof voor
uit ie staren.
Waar dwaalden z'n gedachten 7....
De directeur kwam waarschuwen,
dat het weldra tijd voor hem was, om
op te treden.
Haastig wierp hij z'n bovenkleeren
uit, en stak zich in een wit Pierrot's
pakje, verfde z'n gezicht, en stormde
met veel lawaai op 't toon eel.
Hij had veel succes De menschen
lachten hartelijk om z'n malle spron
gen en gezegden, en bewonderden z'n
muzikale gaven.
Zou een der toeschouwers iets ver
moed hebben van "t moeite-volle en
vreugdeloos leven van dezen man
In III 't woord aan de acrobaten.
KEES.
Amsterdamsche Kout
Paschen I
Wat is er schoon gemaakt in de
laatste dagen I Alle kamers hebben
oen extra beurt gehad, de schoorstee-
nen zijn geveegd, er is behangen en
gestucadoord en de zorgzame huis
vrouwen hebben haar naam weer hoog
gehouden, dat zij ten opzichte van de
zindelijkheid op haar woning aan de
spit3 staan van Europa. In huis was
't voor de mannelijke leden van 't ge
zin nu minder gezellig, maar wat er
aan te doen, de feestdagen waren in
't zicht en dan moet al hel onreins uit
onze omgeving zijn weggevaagd om
er op zijn Paaschbest te kunnen uit-
De Paaschkieur, waarmee Amster
dam zicb dit jaar tooien zal, is niet
het Jonge groen der ontluikende nu
tuur, wunt daarvan is nog maar wei
nig te zien in onze naaste omgeving,
maar wel het goud, waarmee druk
vreemdelingenbezoek ons zal over-
slroomen. Met dubbele feestdagen ge
voelt de meuschheid al een bijzondere
oorliefde om eens andere lucht te
happen en waar buiten ditmaal nog
zoo welnl? te genieten valt en ook op
de bloembollenvelden bij Haarlem nog
niet veel te zien is, is het vermoeden
alleszins gewettigd, dat de groote
sleden en Amsterdam in 't bijzonder,
van de feestdagen zullen profiteeren.
Het verblijf voor vreemden in Am
sterdam is in de laatste Jaren heel wat
minder kostbaar geworden dan vroe
ger. Een jaar of zes geleden heb ik ln
„De Spaarnebode" een paar artikelen
gewijd aan hotels en restaurants en
daarbij de opmerking moeten maken,
dat de Belg of Duitscher geen ongelijk
heeft als hij het hier èrg duur vindt.
We waren hier niet ingericht op het
bezoek van vreemden, die nu juist
gceu „riciiards" waren, maar hierin
is in de laatste jaren veel verbetering
gekomen. Vooral ten "opzichte van de
restaurants. Ha«d men vroeger voor
het nemen van een voldoend middag
maal slechts de keus tusschen eenige
groote cafó's, waar men minstens
1,25 per persoon kwijt was en de ech
te volksgaarkeukens, thans vindt men
hier een viertal goede burgerrestau
rants, waar uitsluitend A ia carte ge
geten wordt, een ruim voorziene spijs
kaart is aangelegd, aan de toeberei
ding der spijzen alle zorg wordt be
steed, waar men voor 30 cents reeds
vlcescb, aardappelen en groenten kan
krijgen en men voor 60 cents zich een
uitstekend burger-maal kan laten
„aanmeten".
Om een voorbeeld te noemen dit
ten dienste van Haarlemsche lezers,
dio mogelijk van lijd tot tijd wel eens
in Amsterdam blijven eten en zich niet
geregeld do weelde van een „Poort
van Kleef" kunnen permitteeren, som
ik op, wat men bijv. hiervoor krijgen
kan soep 5 ct., rundvleesch 121/2 cL,
twee groenten A 7 1/2 ct. is 15 ct.,
aardappelen 7 1/2 ct., eierenpannekoek
10 ct., maakt 50 cent of wel erwten
soep met worst 20 cent, kalfsvleesch
met aardappelen en groenten 35 ct.,
gewone paunekoek 5 ct., maakt 60
cent. Misschien zullen er wel lezers
zijn, die er dan ook wel graag een
adres bij zouden willen hebben, maar
nu mag ik niet te ver gaan, uit vrees
den schijn te wekken voor den een of
ander reclame te maken; laat ik dus
volstaan mei te zeggen, dat in de
restaurants De Zon (Singel), De Kroon
(N. Z. Voorburgwal), De Nijverheid
(SL-Jansstraat) en De Gouden Bal
(Nes) naar dezen maatstaf wordt ge
geten.
Zijn we dus vooruitgegaan van het
standpunt der beperkte beurzen
opzichte van onze restaurants wijl er
ook door inwoners zelf, voornamelijk
door menschen, die op kamers wonen
en 't met „de ko6t" niet te best heb
ben getroffen, veel meer dan vroeger
buitenshuis wordt gegeten, aan een
voudige en nette hotels, waar de prij
zen overeenkom en met die in steden
van gelijke grootte In t buitenland
hebben wij nog steeds behoefte. Voor
1.50 met ontbijt kan men hier we!
goed terecht, doch zij die op de
Paascbdagen zelf in zoo'n gerenom
meerde zaak een kamer verlangen,
zullen groote kans loopen op tal van
plaatsen den neus te stooten, wijl
alles bezet is. En toch kan men ln
Amsterdam al heel goedkoop slapen:
op sommige schuttingen en in enkele
niet nader aan te duiden gelegenhe
den, vooral in den omtrek van den
Dam, ziet men biljetjes aangeplakt,
die als reclame dienen voor logemen
ten, waar voor 15, 20 en 25 cents per
nacht gelegenheid bestaat te slapen.
Ik heb in een paar dier slaapsteden
eens een kijkje genomen om tusschen
die paria's der maatschappij stof te
vinden voor het publiek dat de ver
borgenheden van Amsterdam zoo
gaarne wil kennen.
Mijn „schets" zal ik eerst later pu-
bliceeren, dit Paaschartikel laat er
geen ruimte voor, maar laat ik u
vast zeggen dat Lk twee dier Inrich
tingen heb bezocht, één in de Nieuw-
straat en één ln de Nes.
In de Nieuwstraat is het het „duur
ste", daar bedraagt de prijs 25 cents
met 's morgens een kop koffie. Die-
venholen waren 't geen van beide, al
zullen de doffe gaaf es (.rechercheurs)
hier wel eens hun slag slaan; mec-
rendeels bestaan de logeergasten uit
werklieden zonder werk, venters en
bedelaars. Alles slaapt op kamers bij
elkaar, ook zijn er kamers voor vrou
wen, maar deze verdienen bijna dien
naam niet meer. Drankmisbruik
heeft ze geheel gedemoraliseerd, maar
Iaat ik hierover thans liever zwijgen.
In de Nes waren twee klassen van
logées, van 20 en 15 ct,, waarbij ze des
morgens en des avonds nog koffie
kregen. Een koopje dus. Dit volkslo-
goment wordt gehouden in een eer-
ij ds vermaarde restauratie; er is dan
ook nog een ruime conversatie-zaal
a avonds vertellen de zwervers
bij de gloeiend gestookte kachel el
kaar hun ware of gefingeerde avon
turen.
De krant levert overigens steeds
voldoende kout om den tijd tot 12 uut
als het logement gesloten wordt, te
korten. Want denk niet dat deze pa
ria's onverschillig staan tegenover de
wereldgebeurtenissen, ze (redeneeren
over alles, zijn zelfs vrij goed op de
hoogte. Zegt een een domheid dan is
er altijd een ander die hem corrigeert
en over 't algemeen zijn ze beter bij,
wat 't dagelij ksch nieuws betreft, dan
vele burgormenschen voor wie de
krant alleen uit de advertenties, den
burgerlijken stand en 't stadsnieuws
bestaat
We hebben dat jaar een zeer vroege
Pasohen en de Paascheitjes zijn dus
duur. Chantecler is hier net op tijd
gekomen, bij een kip hoort een baan
en evenals we vroeger een Mikadora
ge in de étalages hebben gekend,
staan nu tal van winkels in het tee-
ken van Chantecler. En dat nog w4
voor het stuk hier te lande is opga-
voerd. Wel hebben we al twee paro-
dién op Chantecler, de eerste van
Martin Liket gaat lederen avond in
„Bellevue", de andere van den hcoi
Oha, die door het gezelschop van
Solser en Hesse wordt opgevoerd en
waarin de heer Solser de titelrol ver
vult, gaat den 2en Paaschdag en 30
Maart in den schouwburg te Haar
lem, terwijl we den 31sten In den
Hollandschen Schouwburg alhier in
de gelegenheid zullen zijn met dit
modeproduct en allernieuwste snufje
kennis te maken.
Niet meegevallen ls de kennisma
king met het nieuwste tooneelwerte
van of naar Jhr. van Riemsdijk: Een
stem uit de beTgen. Die stem was
schor, hoe overrijk het décor ook
was. Er is zelfs mee geschied wat wel
tot de hooge uitzonderingen zal be-
hooren, hel heeft niet eens zijn vijf
tien dagen uitgediend en werd recda
na een stuk of vijf opvoeringen voor
goed opgeborgen.
En om u een denkbeeld te geven,
hoeveel kosten er wel voor gemaakt
waren, behoef ik slechts aan te stip
pen, dat er décors voor geschilderd
waren in Keulen, prachtige bergge
zichten, waarop 't Alpeugloeien won
dermooi werd nagebootst en er twee
schijnlaiupen voor waren aange
schaft, die liefst 5000 hebben gekost.
Maar het stuk had de grootste on
deugd, die eeu tooneelwerk kan be
zitten het was vervelend. Voeg daar
bij dat tendenz, realiteit en symbo
liek op de gekste wijze waren door-
eengeliaspeld, dan voelt men wat ko
men moestle ridicule qui tue.
Ridicule mag alleen de librettist
van een operette zijn. Dien kan do
grootste nonsens vergeven worden,
vooral als hij een componist naast
zich heeft als Gerrit van Weezei,
wiens eerste oorspronkelijke Holland-
sche operette „Miete-Keetje" thans in
het Rembrandt-theator wordt opge
voerd. Een Hoilandsche operette is
een hooge uitzondering en liet oor
spronkelijke van den tekst is eigen
lijk maar zóó-zóó, want hij is bewerkt
naar den ouden en verouderden ro
man van Paul de Koek „Bertillon
Co."
Do tekst is bij een operette niet de
hoofdzaak, het eerste bedrijf is goed,
het tweede beter, het derde zakt leelijk
en de assistent-auteur Bigot heeft het
moeten redden door inlassching van
zeer actueele coupletten, waarbij zelfa
het „stemmen"-incldent van Schaper
<n de Kamer niet wordt vergeten.
De muziek is in één woord prachtig
en een groot artistiek succes
voor Gerrit van Weezei, gelijk ieder
weel, die hier eenlgszins op muzikaal
gebied thuis is, de pianist-compositeur
van het Bioscoop-theater en als zoo
danig de opvolger van den niet min
der genlalen Chris van Dinteren, die
zijn heil In Berlijn is gaan zoeken.
Ilad hij geen gelijk
Men leest wel eens van tooneel-
schrijvers in Parijs, die als ze hun
werk opgevoerd wenschen, dit wel
gedaan kunnen krijgenmits ze
maar zoo veel duizend francs er voor
betalen, waarbij succes hun verze
kerd wordt. In Holland houdt men
zulke scheutige auteurs er niet op na,
sommigen zien zelfs wel eens bans,
contracten af te sluiten, waardoor ze
ten minste vooruil weten, eenlgszins
voor hun arbeid fe worden beloond.
H. HENNING Jr.
Esperanto,
DIA REGNO.
Dia Regno (Goddelijke Regeering)
is dc naam van een orgaan, dat be
stemd is voor de K. U. J. V., Kristanaj
Unuigoj de Junaj Viroj (Christelijke
Vereeniging van Jonge Mannen). In
Haarlem kennen we daarvan eene af-
deeling onder den naam van de Chris
telijke Jongelings-Vereeniging. Het
abonnement kost per Jaar 0,90 Sm i#
in ons geld 1.09. Maandelijks ver-
schijnt eene aflevering. Het redactie-
Haarlemmer Halletjes
EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE.
„Misschien wil U het Gemeen tebc-
„stuur ln Uw blad wel eens in over-
weging geven, vóórdat de tentoon-
„steUtngsbezoekers hier komen, de
„kleeren van Lourens Jansz. bij
„Hoeïng of Klaje te laten reinigen, of
„anders er maar een verver op los te
„sturen."
Deze briefkaart ontving ik al eenige
dagen geleden. En toch heb ik aan
het verzoek niet voldaan, hoewel de
bezoekers al bij duizenden naar de
tentoonstelling ziju gewandeld en ik
vroeger ook wel eens met de „groen
heid" van Louwtje den draak heb ge
stoken. Sedert dien tijd heb lk name
lijk ontdekt, dat wij de schrijver
van de briotiaart en ik er samen
niets van v-ten. Volgens deskundigen
Js de groene uitslag van Costers
bronzen jas juist heel mooi en artis
tiek. De glans van de nieuwheid moet
er juist af- Ileb ik het goed begrepen,
dan geldt voor bronzen standbeelden
de navolgende, «enigszins ingewik
kelde formule „zijn zo schoon, dan
zijn ze niet schoon, maar zijn ze niet
schoon, dan zijn ze schoon." Of wil
iemand de tegenstelling anders „hoe
ouder, hoe groener", wat in lijnrechte
tegenspraak is met de meening, dat
de jeugd alleen groen is en dat de
ërvarlng komt met de jaren.
Voorloopig moet er dus niet met
zeepsop aan Louwtje gewerkt worden
en nog veel minder een verver op hem
afgestuurd. Ik zeg „voorloopig"
uit voorzichtigheid, omdat je nooit
vooraf kunt weten hoe Jater de
meeningen zullen veranderen. Neem
bijvoorbeeld onze meubelen en verde
re huiselijke omgeving wanneer ta
fels. stoelen en kasten niet naar oude
modellen zij ngemaalct, dan deugen ze
niet. Schoorsteenmantels mogen er
niet meer wezen, maar schouwen
naar voorbeelden uit vroegere eeuwen.
Alleen wordt de kamer met een mo
dern toestel verwarmd, hetzij gas of
centrale verwarming, daar de geluk
kige bewoner toch geen lust heeft om
bij een ouderwetsch hout- of hurfvuur-
tje kou te lijden.
Wel terug naar het oude, maar met
aanpassing aan bet nieuwe. Ziedaar
de leus, waaronder de geit van het
practische voordeel met de kool van
de voorkeur voor het oude in é«n en
dezelfde schuit worden geladen. Ik
zou willen vragen, of er ln het bootje
nog ruimte overblijft voor een schilde
rij van Jan Steen of niet van Jan
Steen .Het is zaak om mij hier bijzon-
der voorzichtig uit te drukken, want
of de bij of door een Haarlemschen
antiquair ontdekte schilderij al dan
niet van dezen beroemden meester af
komstig Is, staat voorloopig niet vast.
Wie dat moet uitmaken, is tot dusver
nog even weinig bepaald. De deskun
dige, die met al de zekerheid van zijn
kennis daarover ecu verklaring moet
afleggen, schijnt nog niet te zijn geko
men. Voor ons leeken is dat wel ge
makkelijk, want nu behoeven wij
nog niet het stuk mooi te vinden (denk
aan de groene jas van Coster) en zijn
vrij, om er van te deuken wat we wil
len. De commentaren gaan dan ook
lustig hun gang.
Oppervlakkig bekeken is het beden
kelijk, dat er een stuk van Jan Steen
bestaat, namelijk in het Rijksmu
seum, dat er precies op lijkt. Maakt
een schilder ooit tweemaal dezelfde
voorstelling Ik heb er nooit van ge
hoord, wel dat ze één voorstelling niet
eens éénmaal afmaakten. Als Je dezen
kant uit redeneert, dan ligt do conclu
sie voor de hand die in 't Museum is
de echte en die van den Haarlemschen
antiquair ls een copie. Het ls name
lijk altijd veilig en goed, om aan te
nemen, dat de stukken i n een Mu
seum de ware zijn en die daar bui
ten de andere. Maar, zegt men, deze
copie-theorie gaat óók niet op, omdat
de twee stukken niet geheel en al aan
elkaar gelijk zijn. De vrouw op hel
stuk in het Museum heeft geen oorbel
len, die op het Haarlemsche stuk wel,
ook is er eenig verschil in de blauwe
aderen van den arm van den bakker,
die er op voorkomt en in het tand-
vloesch boven de snijtanden. Mijn
zoon Jon. aan wlen ik dit vertelde,
heeft zlcb op zijn manier aan een uit
legging gewaagd. „Bij de schoon
maak", zei bij, „heeft mevrouw Steen
het eerste stuk ergens weggeborgen,
maar naderhand wist ze zelf niet meer
waar. Toen heeft haar man het stuk
nog eens geschilderd, maar inmiddels
waren de menschen wat ouder gewor
den, wat de veranderingen ln de
blauwe aderen en het tandvleesch ver
klaart en de oqrbellen ln de mode ge
komen. Het verloren stuk is later bij
een nieuwe schoonmaak weer te voor
schijn gekomen en het tweede stuk bij
©en dergelijke gelegenheid wegge
raakt en nu pas weergevonden."
Deze verklaring heeft mij, moet ik
ronduit zeggen, niet bevredigd. Ze is
te eenvoudig, een dergelijke quaestle
moet veel ingewikkelder wezen. En
wat het schoonmaak-argument be
treft. mijn zegsman roemt het juist in
het Haarlemsche stuk, dat het niet
schoongemaakt is. Sedert we moesten
beleven, welk een storm er ls voortge
komen uit het wel schoonmaken van
de Halsen kan ik mij met deze voor
keur voor een niet schoongemaakt
schilderij wel vereenigen. Groen,
grauw en bruin moet het maar wor
den, precies als Coster. Eén ding hoop
ik maar en wel, dat die afkeer van
schoonmaken zich niet gaat uitstrek
ken tot de meubelen. Andera kan *t
gebeuren, dat de bewoners van een
moderne woning op den duur aan
hun modern-antieke meubelen blijven
vastkleven. Maar 't Is waar: op den
keper bekeken, zijn die meubelen toch
nieuw. Daarmee mag je wasschen en
plassen het stof der eeuwen evenwel
mag door geen plumeau aangeroerd,
de tand des lijds met geen borstel op
gepoetst worden.
Mooi ls, wat oud ts Wie daarom
lacht, moet zelf maar eens de proef
nemen, hoe ook zijn vrienden en be
kenden daaraan hechten. Hij zegt bij
voorbeeld tot éen hunner„ik heb een
postzegelalbum I"
„Zoo tg het antwoord, gegeven ln
beleefde onverschilligheid.
„Ik heb er vijf en twintig Jaar aan
gewerkt-"
Plotseling verandert de houding
van den ander. „Vijf en twintig Jaar
zegt hij vol eerbied Nu is bei net, of
dat album een wonder van talent en
werkzaamheid geworden is, al kan het
best ln die kwarteeuw een prul geble
ven zijn. Tot staving van deze be
schouwing over een menschelijke
zwakheid heb ik nog een ander ac
tueel voorbeeld bij de hand Op de
bloemententoonstelling staat de groep
Chantecler, boompjes, gegroeid
en gesnoeid in den vorm van hanen,
kippen, honden, een kruiwagen en
zoo meer. De meeste menschen vinden
het raar. Maar nu zegt er een, die op
de hoogte is
„Weet Je wel, dat sommige van die
boompjes wel twintig Jaar behandeld
moeten worden vóór dat ze in dezen
vorm zijn gebracht?"
Op eens gaat er een zucht van be
wondering door de toeschouwers.
Twintig jaar I Met heel andere oogen
worden Chantecler en de hond
P a t o u en het jonge haantje aan
gekeken. Twintig Jaar. Maa- dan is
het mooi 1 Een dame zegt, dat
dacht, dat de boompjes maar even in
zoo'n vorm geknipt werden. Maar
twintig jaar, dat is een heel ander ge
val. Een jongmensch, dat nu verklaart
te begrijpen, waarom er geen borst
beeld van den voorzitter in de collec
tie staat, namelijk omdat ze in Aals
meer twintig jaar geleden nog niet
konden weten, dat bij nu voorzitter
zou zijn, wordt als verachtelijk spot
ter uit den kring van de bewonde
raars weggekeken. En 's avonds ver
tellen deze laatsten in hun familie»
kring„Je moet op de tentoonstelling
vooral de groep van Chantecler gaan
zien. Twintig Jaar kan het duren,-
vóórdat zoo'n boompje ln den waren
vorm Is egroeid 1"
Tegenover deze algemeene Ingeno
menheid zal ik het wel laten om
zeggen, wat ik van deze dlerenplan-
ten vind. De tentoonstelling duurt nog
lang en ik hou niet van qnaestles. Bo
vendien snoert dankbaarheid mij den
mond, want de groep heeft mij op een
nieuw denkbeeld gebracht Tot dus
verre hadden doode honden, hun na
tuurlijken dood gestorven hanen en
kippen, om niet te spreken van ver
sleten kruiwagens en hokken, geen
nut meer. Voortaan zal dit anders
worden wij verven ze groen, geven
er eiken vorm aan, dien we willen,
kortom we maken er boompjes van.
Dat doet dooie honden en hanen toch'
geen zeer meer.
En mocht soms iemand mij vragcnJ
hoe hij ooit met een dooien hond een,
populier kan nabootsen, dan zeg ik t
„met één gaat het niet, maar wel mei
vijftig of honderd boven elkaar 1 11^
voorspel een groot succes, maar on'
der één uitdrukkelijke voorwaarde en
wel dezedat er minstens twintig
jaar aan zoo'n kunststuk gewerkt
wordt 1-
FIDELIÓ;