HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. Donkere Schaduwen DONDERDAG 31 MAART 1910 OM ONS HEEN No. 1119. Tan een tramwagen, die bleef staan. Het was op den eersten Paaschdag, dat de ondergeteekende plan maakte om met familieleden een uitstapje tiaar Bloemendaal te doen. Niet ten onrechte verheugt zich in zoo'n geval de electrische tram in de algemeene belangstelling Hoewel het me niet aangaat, veronderstel ik, dat de directie voor dezen tak van haar onderneming wel gelijke sympathie za! koesteren, daar de lijn naar Bloe mendaal de voordeeligste is, uitge drukt in de eigenaardige maat, die dagkilometer wordt genoemd. Tegenover het feit. dat deze tram Je in een ommezièn van Haarlem naar Bloemendaal overbrengt en om gekeerd, staat het eenige bezwaar, dat ik er tegen heb, namelijk dat de belangstelling somtijds t e groot is. Als het mooi weer is en je heengaan of terugkomen wilt, slaan er heele volksmenigten op den wagen te wach ten eD wordt het een gedrang van belang, wie er binnengaan zal. In den winter en bij slecht weer komt dat niet voor, maar dan heb je er niet aan, want dan ga je zelf ook niet We verwachtten dan ook op het Stationsplein drommen menschen te vinden, die ons met den moed der wanhoop de treeplank van den Bloe- meudaalschen wagen zouden weu- schen te betwisten. En wij hun, want een goede Nederlander dringt en wordt gedrongen. Verbeeld u onze verrukking, toen we op het Stations plein komende geen wachtende me nigte vonden, maar wel een wagen, die zelfs totaal leeg was Mijn plicht schrijft voor, u den toe stand nader te beschrijven. Ik ver trouw, dat geen nadere beschouwing van mij kan worden gevergd overeen afwezige volksmassa. Wel heb ik een taak te vervullen tegenover den wa gen. Het was een volgwagen en ik kan hein niet beter beschrijven, dan met deze veronderstelling, dat de teekenaar, als een bangelijke archi tect, telkens maar vestibules heeft ge- teekend, zonder aan het eigenlijke vertrek toe te komen. Na het voor- balkou, ais eerste vestibule, kwam nog een vestibule, dan een langere, Vervolgens weer een langere en einde lijk het achlerbalcon, de slotvestibule. Alleen in de twee lange vestibules was gelegenheid tot zitten, in de drie andere kon alleen worden gestaan. Bij dezen merkwaardigen wagen, d>en ik ook heb hooren omschrijven als een poffertjeskraam in het ver lengde, stond een employé van de E. N. E. T. Taalzuiveraars zullen hiertegen opkomen en vragen: „waar om dat vreemde woord Zeg ronduit en flinkweg, in 't Nederlandsch, of 't een conducteur of een wagen voerder was". Ik moet daarop tot mijn leedwezen het antwoord schuldig blijven. Niet alleen omdat de beide woorden mij toescnijnen, bedenkelijk Nederlandsch te zijn, maar vooral en allermeest, omdat ik uit het voorkomen van den man geen indruk krijgen kon, of hij leidende eigenschappen bezat (con ducteur, van conduire is leiden), dan wel of die meer van bosturenden (voerman, wagenvoerder, is bestuur der) aard waren. Hij l'et zichzelf daarover dau ook niet uit, zweeg in tegendeel in allo talen, zelfs in het Engelscü van mej. Fleischmann, liet zwijg md toe, dat wij in den wagen stapten, en andere menschen ons voorbeeld volgden, totdat ai da vesti bules vol waren met menschen, die het eenige deden wat men in een ves tibule pleegt te doen, namelijk wach ten. De gelegenheid om ons in die kunst te oefenen ontbrak niet. Ik heb ge zegd, dat onze verovering een volg wagen was, we zouden dus zonder motorwagen niet van de plek gaan en d'e laatste moest natuurlijk uit Bl»e mendaal komen. Voorloopig kwam die nog niet uit den Kruiswegschen tunnel opduiken, zoodat we elkaar den tijd kortten met gezelligen kout liet beschouwen van de men- schenmcnigte, die zich nu langzamer hand op het Stationsplein kwam ver zamelen, gereed voor de bestorming au de wagens, die straks uit Bloe mendaal zouden terugkeeren. Wij in j vestibules voelden ons tegenover die nienschenschaar vriendelijk-wee moedig gestemd, ,,'t Spijt ons", zoo dachten we ongeveer, „dat jullie, allemaal op Paaschbest aangedaan, straks zult moeten gaan dringen, maar we kunnen er niets aan doen. Er is hier geen plaats meer I" De wachtenden op het plein keken naar ons met benijdende blikken, die je toch wel goed doen, wanneer Je in de gunstigste positie verkeert. De employé had nog altijd geen be slisten indruk op ons gemaakt, of het moest dezen zijn, dat hij soesde. Toen er al meermalen wagentjes au de Ceintuurbaan langs ons wa- en heengesnord, hoorden we einde lijk gebel aan den westkant en ver schenen twee Bloemendaalsche trei- elk gevormd door een motorwa gen en een volgwagen. We maakten ons gereed om te vertrekken, of beter gezegd, daar we immers een volg wagen waren, om te worden vertrok ken. Voorloopig scheen daar met van te zullen komen. De motorwagens rangeerden een beetje op de doellooze manier, die mij altijd doet denken, dat hei eigenlijk de wagenvoerder is, die zich een beetje wil vertreden, en daarop volgde de gewone bestorming, door ons uit de veilige verte aange staard. Arme menschen, wat een ge drang, wat een gevaar voor gelakte schoentjes en voor uitstekende hoede- penuen 1 ,Wij blijven staan I" riep plotseling iemand in onze vestibule. Wij protesteeren. Dat kan niet waar zijn. Waar 's de man van de E. N. E. T.? Die is naar zijn collega's gegaan en onderhoudt zich met hen in de verte. „Je zult zien, we blijven staan", her haalt de onheilkraaier. Maar dat kan toch niet wezen men laat geen wagen vol rustig vertrou wende passagiers achter. En toch, op eens, nemen de twee Bloemendaal- sclie treinen bun vaart, zwieren over het Stationsplein heen en verdwijnen met sarrend bellen onder het viaduct. We zijn alleen 1 Uit onze diverse vestibules stroo men de menschen in verschalende nuancen van ontstemming. Een van de aanwezigen slaakt den wensch, dat er een journalist in den wagen mocht zijn 1 Ik klamp den employé aan, hoor tot mijn verbazing en verontwaardiging, dat hij ons gewaarschuwd heeft 1 1 En na een energieke ontkenning breng ik hem de blijde tijding, dat ik mij bij de directie zal beklagen, wat hij beantwoordt met een stoïcijnsch „dat moet U maar doen 1" Onmiddel lijk daarna stappen we onze boosheid in het Kleverpark uit de tram zal dezen keer mets aan ons verdienen. Gezondheid en portemonnaie varen er wel bij en vóór Bloemendaal Is de ontstemming al vergeten. L ar de brief nietdie wordt niet temin verzonden. Helpt ons de klacht niet meer, dan kan ze in de toekomst voor andoren nog nuttig wezen. 1 Er is ook antwoord op gekomen. Het luidt als volgt „Hiermede hebben wij de eer, U de „goede ontvangst te berichten van Uw „schrijven d.d. 27 dezerwij hebben „van den inhoud goede nota geno- „men, terwijl liet door ons noodig „geoordeelde gevolg er aan werd ge- „geven." Ik kan niot helpen, dat deze mede- deelmg mij aan het orakel van Delphi heeft doen denken. Hoe de zaak zich nu eigenlijk heeft toegedragen, zou ik toch, dacht me, wel eenig recht hebben te weten. Waarom de employé bij ons rijtuig op post stornl Mis schien oin toe te zien, dat we er niet uitvielen Of hij misschien (wat ik vermoed) toch nog aan zijn colle ga's verzocht heeft ons mee te nemen en van ben een weigering gekregen heeft Ofmaar wat fantaseer ik verder Laat ik liever pracRsch wezen en aan de directie van de E. N. E. T. ver zoeken, voortaan op zoo'n wagen een bordje te hangen „Dit s c h ij n t een tramwagen, maur is een wa-chtkamerl Dan zijn Je reizigers ingelicht en kunnen op hun tijd behoorlijk deel nemen aan de bestorming van de ware wagens. J. C. p. Buitenlandsch Overzicht DE STRIJD TUSSCHEN 'T LAGER- EN 'T HOOGERHUIS IN ENGELAND is nu eerst goed begonnen. H Lager huis beraadslaagt thans over de mo ties der regeering inzake do hervor ming van 't Huis der Lords, lu ons vorig Overzicht gaven we reeds een telegrafische meedeeling over een re de van den minister-president As- quith. Eenige aanvulling daarvan is wel wenschelijk, omdat Z. Excellen tie belangrijke dingen gezegd heeft, die niet in 't telegram te vinden wa ren. Allereerst gaf Asquith een geschied kundige uiteenzetting van den strijd tusschen beide Huizen, en meende de noodzakelijkheid'van een hervorming van het Hoogerhuis aangetoond te hebben. Daarna vervolgde hij De regeeriug wil, gc.ijk uit de voorgestelde beslui ten blijkt, net tweekamerstelsel hand-1 haven. Ik zelf heb vroege.' eeu ander standpuat ingenomen, lu mijn puluie-1 ke jeugd heb ik wel verdedigd, dat, lanuen niet een federale giuudwet ids de Vereenigde Stuleu of Duitschland daargelaten, er gceu land is aan te wijzen, waar eeu tweede kamer oil-1 outijoerlijk is. (Gejuich bg de Arbei-1 derspartij.) Maar met rijper ervaring, een dieper gaande studie van de wer kelijkheid en misschien ouder den in vloed van een toenemend comervails- me (gejuich bij de Unionisten), beu ik tot de slotsom gekomen, dat er al thans in Engeland plaats en behoefte is aan een tweede kamer. Maar het is slechts .in iiuatn, dat er nu in Engeland een twee-kaoierstel- sel is. Zijn de Unionisten aan 't be wind, dan doet het Hoogerhuis niets dan ja en amen zeggen op al wat het Lagerhuis besluit. Het Lagerhuis is dan de eonige kanier van wetgeving. Zijn de liberalen aan hot bewind, dan lièei'scht het Hoogerhuis, dut dan de eenige kamer is. Liever dan zoo'n toe stand heb ik een volstrekt een-kuiuer- stelsel die eene kamer is dan ten min. ste door het volk gekozen. Een twee-kamersielsel willen wij het Lagerhuis, welks oppermacht in de wetgeving oiigeschondeu moet blij ven, en een Hoogerhuis dat kan raad- geven, wijzigen, opschorten, binnen zekere perken. Het Hoogerhuis zou dan betrekkelijk weinig leden moeten tellen en op democratischen, niet op erfelijken grondslag berusten, afhan kelijk van de wil der natie. Ook andere heeren hebben Dinsdag In 'l Lagerhuis over de groote quaestie gesproken. Balfour, de leider der Unionisten, verdedigde de houding van 't Hooger huis. Volgens hein is de eenige reden, waarom 't Hoogerhuis zich zoo her haaldelijk aankant tegen bet heden- aaagsche radicalisme, in vergelijking mol hel radicalisme van onze voorva deren, dat dit Uodendaagsche radica lisms denkbeelden cn oogmerken hoeft, die liet noodig maken het volk te raaupiegen, alvorens de aangepie- zen groot© veranderingen voorgoed women aangenomen. Spreker achtte 't onmogelijk, dut er van het onzinnige plan der regeering, om de partijdige grondwet in te voe ren, iets zal komen. Zulk een 6locht opgezette inbreuk op de oude grond wet, die voldoende bij machte geble- Aen is om zich te wijzigen naai- de eischen van de openbare meening, zonder zulke op goed geluk af gedane voorstellen van noode te hebben, zal bg het land niet in den smaak val len. Redmond, de voorman der Ieren, zei. dat hij en zijn politieke vrienden de voorstellen der regeering van harte zullen steunen, maar hij verplichtte zich niet om te zeggen, dat er geen wijzigingen mogelijk zouden zijn. In dien het Hoogerhuis de veto-voorstel len verwierp moest de eers'.e-iniuister rich leiden troon «enden. En indien hij daar een weigering kreeg, mocht hij geen tijd verdoen met inmiddels andere wetgevende maatregelen voor te stellen, maar dadelijk een beroep op het land doen. Indien hij dien weg bewandelde, kon de eerste-minister op den geestdriften steun van het Ier- sche volk en zijn vertegenwoordigers rekenen. Barnes, de leider van de Arbeiders partij, zei. dat hij en de zijnen bij ge brek aan iets dat beter was. voor de voorstellen zouden stemmen, hoé wel hij uiet kon toegeven, dat de voorstel len een toereikend remedie voor de euvels ziju, waartegen zij zich rich ten. Hij gcloofJe, uat de Engelsche werklui er voor waren, door Ierland te geven, waar het recht op had het bestuur van zijn eigen zaken. DE MINISTER CRISIS IN ITALIë EN DE DRIEBOND worden In een adem besproken in ver- buud met het bezoek van den Duit- schen Rijkskanselier aan Rome. Een officieuze meedeeling verzekert dat Von Bethmann Hollweg var z:jn bezoek alleszins bevredigende indruk ken heeft medegenomen. „De ltali- aansehe minister-crisis, die naar veler meening stoornis in het bezoek van den rijkskanselier leek te zullen bren gen, heeft hem Integendeel gelegen heid gegeven, nieuwe kennismakingen met italiaansche polilici aan te knoo- 'pen en tot menie belangwekkend on derhoud aanleiding gegeven. Zoo heeft de rijkskanselier met vele aanstaande ministers cesproken. Uit al die ge sprekken heeft hij de zekerheid gekre gen, dat er in de buitenlandsch© staatkunde van Italië geen verande ring zul komen, en in het bijzonder, dat Italië het Drievoudig Verbond trouw zal blijven, 't Nieuwe ministe rie is intnsschen benoemd, 't Is aldus BfiTvensesteld Luzzattt. minister-pre sident en binnenlandsdie z.aken Fa- nl, justitie; Sacchi, publieke werken Credazo, ouderwijs Todasco, schat kist Facta, financiën generaal Spin- gardi, oorlog admiraal Cattolica, marine (nog niet officieel, maar zeer waarschijnlijk) Giuffelli. posterijen Raineri, landbouw di San Giuliano, thans gezant te Parijs, buitenlandsch© zaken. De basis van het kabinet is aldus de liberale rechterzijde is vertegen woordigd door Luzzatt' en Fanl, de Giolittiaansche linkerzijde door To- desco, Giuffelli en Facta, de uiterste radicale linkerzijde door Sacchi en Credazo, de democratische linkerzijde door Raineri, het linker-centrum van den Senaat door di San Giuliano. De STRIJD TUSSCHEN RUSLAND EN FINLAND verscherpt zich. De berichten uit Hel- singfors luiden verontrustend. Gemeld wordt, dat de Finnen op 't wetsont werp nopens Finland zullen antwoor den met een tegeuvoorstel tot uitbrei ding ven de tegenwoordige bevo&f?d- heden van den Landdag. En indien Stolypin's wetsontwerp door de Doe- ma wordt aangenomen, zullen zij er zich van onthouden een lid naar den Rijksraad en vijf leden uaa/ dó Doe- ina uf to vaardigen, zooals de wet be paalt. Als laatste middel beoogt men blijkbaar een algemeene staking of een boycot tegen de regeeringsinstel- lingen in Finland. In elk geval is de toestand ernstig. TUSSCHEN FRANKRIJK EN BELGIë dreigt een geschil. Men weet. dat de Franscho Kamer en Senaat zich ver» eenigd hebben met liet wetsontwerp betreffende een herziening van het ta rief van invoerrechten. In den loop der gedachten wisseling over het ont werp in de Kamer heeft een afgevaar digde aan den minister van handel, Dupuy, gevraagd of het juist was, dat Belgie maatregelen van tegenweer te genover Frankrijk voorbereidt, voor zoover betreft den invoer van vruch ten, enz. De minister antwoordde, dat de door de Kanier en Senaat lot dus ver goedgekeurde rechten geen enkel land het rechft geven tot maatregelen, die het karakter van aantasting of te genweer dragen. Indien eenig land bloemen, wgneu en vruchten ging tref fen, waarvan Frankrijk de eenige in voerder is, dan, zoo zeide de minister, zouden wij daarin v ij a n d i g e maatregelen zien, die wij niin- I nier zouden kunnen EEN VREESELIJK SPOORWEG ONGELUK heeft bij Müiheira aan den Rijn, plaats gehad Gistermiddag te twee uur liep de luxe-trein 174 naar Ge nua achter een militairen trein. On geveer 19 soldaten werden gedood en 41, meest ernstig, gewond. Volgens een rnededeeling van offi- cieele zijde, is het spoorwegongeluk te wijten aan het rijden van den luxe- trein door het signaal. Vier waggons van een militairen trein werden zwaar e» twee andere licht beschadigd. Van de 15 personen, die zich in den luxe-trein bevonden, werd niemand gekwetst, alleen de oberkellner uit den restauratiewagen kreeg een wonde aan het hoofd. Alle officieren van gezondheid en sergeants-ziekenoppassers uit het gar nizoen Keulen-Den tz, zijn op de plaats des onheils. waar ijselijke looueelen te aanschouwen zijn. NOG EEN RAMP. Te Bresiau had in eeu huis in de Einbauuistrasse een hevige gasont ploffing plaats. Eoq deur, die naar builen vloog, verpietterde een voorbij ganger het hoofd. Het huis is ingestort. De brandweer werkt met koortsach- tigen ijver om de bedolvenen te red den. Spoedig waren al acht dooden en zwaar gewonden onder het puin van daan gehaald. Stadsnieuws Er was aardig décor voor g®. maakt. Een renzig kippenhok, een boom, waarachter de uil op een lad der stond, en een zon-antomaat Het parodistische zit 'm hierin, dat Chaotecler, ntet als in Rost.mds too neclspel alleen maar kraait ten tijde dat de zon op moet komen, al ius zijn mede-d leren in den waan brengende, dnt hij de ton laat opkomen, neen, deze Chantecler heeft een automaat waarin hij *n „plak" gooit en Jan de zon al kraaiende in de hooirie draait De uil bespiedt -leze natuur-vervol- aching cn neemt Chantecler beet. Hij. de vorst van den nacht, draalt •1e zon weer uit en mankt de automaat kapot. Chantecler. die met de falsanten- hen een uitstapje maakt, mtir btj- tiids terugkeert. om de zon op t« draaien, wordt nu ontmaskerd. Een der aard!--- -*»»kj--- !s ,i* ce. heime nachteb v» .-nkomst. waar in I" nil me- zwijn, den politie- hond. den kik-." h den os en den ezel samenzweert tegen Chantecler en In navolging van Rostand* ..flvm. ne au nnit" een „ode aan dén nacht" voordraagt. Toespeii in pro- RAADSSTUKKEN. PLANTSOEN-OVERNEMING. De directie van de naamlooze ven nootschap Hollandsch Grondbezit heeft meegedeeld, dat zij zich er mee) vereenigen kan om in het ontwerp- besluit van 1 Februari in zake den aankoop van plantsoenterrein aan i het Willielminapnrk de woorden:! „dat dit terrein steeds de bestemming van plantsoenterrein zal blijven be houden en daarop dus nimmer zal mogen worden gebouwd" waarte gen de Raad bezwaren koesterde te vervangen door de woorden; „dat dit terrreïn steeds open terrein zal blijven." B. en W. stellen voor bedoeld ter rein ter grootte van 1960 vlerk. M. met inbegrip van al hetgeen zich er op bevindt voor f 5750 in koop te aan vaarden en ter hunner beschikking te stedlen een som van f 5950 voor koop-1 som en o.an verbonden kosten. ONBEWOONBAAR-VERKLARING. B. en W. stellen voor het perceel no. 18a aan de Jacobijnestraat onbe woonbaar te verklaren en ontirui-1 ining te gelasten binnen drie maan den ua den dag waarop de tijd tot voorziening is verstreken. CHANTECLER EN NOG WAT. De Haarlemmers, die gisteravond in den Schouwburg waren, aangelokt door de aankondiging, dat daar het parodistisch spel-van-de-klp-en-den- haon „Chantecler" opgevoerd zou worden, hebben een avond van ge zonden lach gehad. Voor de parodie gaf 't Solsor-en- Hesse-ensemble een paar andere din gen: Een blijspel Een slimme streek, dat niet boven de klucht uitkwam. 1 Gelachen is er meer om de schets van Solser „Een half uurtje op 't kantoor van het Moderne Tooneel", een gelukkig navolging van 'n ding, waarm de brave rederijkers van voor 30 jaar veel succes hadden. Solser, de iooneelknecht, speelt daarin zes rollen, om mevrouw de di rectrice (Mevr. Hesse—Slauderof) te overtuigen van zijn talenten al3 too- neelspeler. Zijn creatie van Piet Broekhuis, lid van het Toekomsttooneel was aller dolst En de wnnhoopsscène die hij in die hoedanigheid voordroeg uit „Afliagdigno", spel van ontoereken baarheid, 44ste bedrijf, dat eerst na 20 eeuwen zal begrepen worden, wek te een onbedaarlijk gelach. Mevrouw HesseSlauderof, Solser en Hesse en Henri Orvan gaven elk een paar liedjes, waarvan die van het duo wel den meeste bijval verwier ven. Eind'lijk na de pauze „Chante cler". za op de d.ngen van den dag zijn oj handige wijze ia dit spel gevlochten. De dierencostumes waren over het algemeen wel aardig. VEREENIG ING TEGEN DIERENMISHANDELING. Gist Isad irvergadcring plaats van de verceniging tegen hut mishandelen van dieren voor.Haarlem en omstreken, onder leidlngGan den heer J. Westendorp, die het voorzitter schap waarnam.- Deze herdacht in en kele ivaardoerende woorden den in Februari afgetreden voorzitter, den lieer F. A. V NV. H. van Tn. rnnh. ut, waarna hei jaarverslag werd voorge lezen. Daaruit bleek, dut het ledental thans 156 bedraagt, tegen 129 op 1 Ja nuari 1908. De inrichting voor het snel en pijnloos dorvfon v*-> «Peren telt 53 contribuanten. De premie, uitgeloofd voor politie beambten, die rnet succes een prores verbaal wegens misliuudoling van die ren upmaakieu, heeft in 1909 een good resultaat getuid. Niet iniuuer duu 154 premies werden uitgereikt, wal hel bestuur aanleiding gaf het bedrag van f 2.50 op 1 te brengen. Het lot der trekhonden heeft een punt vtui zorg van de vereeniging uitgemaakt. Meer dere tuigen werden uitgereikt aan hen, die financieel niet krachtig ge noeg waren. Over de behandeling van paarden van huurkoetsiers waren ve le klachten ingekomen. Die dieren verkeeren over het algemeen In een treurigeu toestand, doch zonder wet telijke bepalingen kan er weinig ver beterd worden. Vogelvrienden schrij ven, dat er weer meer vogels gekomen zijn, wat gedeeltelijk op rekening i*>g gesteld worden van het werken der veroeniging. De grootste vijandin der vogels blijft de hoedenmode, waarvoot jaarlijks groot© aantallen verdelgd worden. Pogingen zijn aangewend om de Mnandagsche kalvermarkt een andere plaats te geven dan op de Bo termarkt, waar de ruimte te gering werd geacht, terwijl er ook op gewe zen is, dat de dieren hausl geen slroo henbeu urn op te liggen, tut nu tot zonder resultaat. Op straat gevonden verin nikte honden of kallen werüca zoo spoedig mogelijk pijnloos ulge- maakl. lu liet geheel zijn in liet atgo- loopen jaar bOb houden en 3?6 katten naar de inrichting gebracht. Dé fi- nanciueie toestand'is gunstig eu voor uitgaande, Ccü.er is toetreding vuu leden gewetischi» duur 156 leden voor Haarlem en omstreken een te gering aantal is en veel van de vereeuigirig gevergd wordL Van de aJlreuenüe bcsiuursieaeii, d® heeren F. v. V. W. li. van Tueren- buut, J. i'eerenoom, NV. 14. vuu Uur- seieu en J. Westendorp, waarvan do beide eersten zich niet herkiesbaar stelden, werden de twee laatsten bij acclamatie herkozen. Een voorstel om Dr. li. L v. Linden van den Heuvell en Mr. C. NV. Jhone aan te zoeken in het bc-stuur plaats te neuieu, vond ge redelijk ingang, waarna do voorzit .er .'.icii waarueereud uitliet ov er den heer Peereboom, die jaren achtereen lid van het bestuur is geweest. Een der heeren achtte het gewenscht er op aan te dringen, dat de politie verordening voor trekhonden ver scherpt en in druk verspreid wordt, tot meerdere bu «oudheid. Aangezien echter waarschijnlijk een trekhonderwet spoedig ln do FEUILLETON Naar het Duitsch. Door PAUL HENKES. 20) Dat moet oen vergissing zijn, tui Hugo toen. Je hebt mij immers xelf tot aan den trein vergezeld Nu was Rudolf verplicht zijn ver- haai nogmaals ten beste te geven, en toen hg geëindigd had, begon Hugo luid te lachen. - Dat is alleraardigst, zei hij. dan moet ik beslist een dubbelganger hebben. Nu, ge.ukkig ten ik in staat, tegenover mijn mooi meisje mijn alibi volkomen te kunnen bewijzen. Hier, voegde hij er met komisch gewicht bij, terwijl hij uit zijn borst zak een langwerpig beschreven stuk papier nam, is de rekening van het hotel „de Zwarte Adelaar" te E. Twee nachten, twee koffie, het ove rige heb ik dadelijk betaald. Broer en zuster lachten om de grappige gewichtigheid waarmee Hugo hun dit alles opgaf. Maer toch Wilde de vroolijkheid bij Rudolf uiet kan harte komen. Toen de vroolükheld wat bedaard was, wendde Rudolf zich tot zijn aanstaanden zwager. Ik heb je verder nog een nieuw tje mede te deelen, dat je niet bijzon der aangenaam zal zijn. De uitdrukking van het lachende gezicht van Hugo werd zichtbaar somberder. O, je bedoelt zeker de kwestie van mijn rechten op de erfenis Heeft die mijnheer v. Gerstenberg werkelijk den moed gehad Ja, viel Rudolf in, hij heeft geheel in den vorm zijn rechten op de erfenis laten gelden tot het proces becindigd is legt het gerecht er nu beslag cp. Da; is schandelijk 1 zei Hugo met zichtbare verontwaardiging. l.t rekende zoo vast op geld, en nu Rudolf keek hem onwillekeurig aan. Maar dit vast rekenen op de erfenis kan toch nog maar van heel jongen datum zijn, antwoordde hij scherper, dan hij zelf bedoelde. Een week geleden je immers nog heelemaal niets van de beklagens waardige gebeurtenissen Dat is zoo, - bevestigde Hugo ijverig. Maar Je zult mij moeten toegeven, amice, dat dit volkomen doelL-av spiegelgevecht van den heer v. Gerstenberg voor tnij hoogst on aangenaam is. Weet je werkelijk geen weg, die vlug tot het doel leidt Ik zal mijn uiterste best doen, antwoordde de Jonge advocaat ver strooid. Maar oindat er nu onge lukkigerwijs juist vacantia is in de rechterlijke macht, is het moeilijk, vóór September een termijn te be palen. Het gelaat van Hugo werd steeds somberder, er kwam een eigenaardig licht iu zijn oogen. Eenige minder vriendelijke woorden schenen hem op de lippen te zweven. Maar hij wist zich te beheerschen. XL Verscheidene weken waren verloo- pen. Rudolf had nog altijd geen toestem ming gekregen den gevangene te be zoeken en persoonlijke ruggespraak met hem ts houden. Wel had hij ech ter een brief van Beek gekregen, waarin deze hem in korte woorden verzocht had, zijn verdediging op zich te nemen en voorlooplge maatregelen daarvoor te nemen. Dat was ook ge beurd. Rudolf had, gedreven door een instinctmatig wantrouwen tegen den uitdrager, een rechercheur ver zocht hem heimelijk te bewaken. De verhouding van Rudolf tot fijn vader was intusschen voortdurend meer gespannen geworden. Wel had de Jonge advocaat vermeden opnieuw een onderhoud met den prikkelbaren en scherpzinnigen ouden man uit te lokken, maar hij «ag met open oogen de catastrophe onafwijsbaar nader komen. Andreas Wichern was er de man niet naar, zwijgend te dulden, en toe te laten wat hij xelf veroor deelde. Ook Hedwig had Rudolf sinds die geheimzinnige pakjesgeschiedenis nog maar eenmaal weer ontmoet. Het Jonge meisje had hem ontvan gen in tegenwoordigheid van baar vriendelijke hospita, die door den jongen man echter mijlen ver ge- wenscht werd. Hedwig had heel veel te doen ge had, en Rudolf had vol bewondering naar het werk van haar vlijtige han den gekeken. Toen had h;j weer af scheid genomen; wat van de zijde van Hedwig geschiedde met een rustige, stille vriendelijkheid, die hem vroeger al zoo buitengewoon gehinderd had. Eindelijk kreeg hij op een morgen, toen hij juist op het punt stond, zich naar het paleis van justitie te bege ven, van den rechter van instructie de ambtelijke mededeeling, dat het voor loopig onderzoek tegen Karl Beck, verdacht van een dubbelen moord, nu was afgeioopen en dat er niets meer tegen was, als zijn verdediger hem wensebte te bezoeken. Zonder verwijl ging Rudolf den rechter Albert! opzoeken. Hij trof hem op zijn kamer en kreeg zonder eenig bezwaar een kaartje, dat hem machti ging gaf de gevangeniscel binnen te gaan, waarin Beck was onderge bracht Toen ging de advocaat naar dat deel van het gebouw, waar de gehan genen in voorloopige hechtenis zaten. Een eigenaardig sombere stamming overviel hem, toen hij voor de ijzeren deur stond, die de gevangenis van de overige vertrekken van het paleis van justitie afscheidde. De schrille toon van de door hem in beweging ge brachte ver weg klinkende bel bracht hem aan het schrikken. Het was hem, als wilae dat geluid hem toeroepen, dat het vergeefsche moeite zou zijn, hoopvolle verwachtingen op deze plaats van ongeluk cn ellende binnen te voeren, verwachtingen, die zijn eigen hart ternauwernood durfde te gelooven. Knarsend en piepend werd de deur geopend. Een opzichter in uniform ontving den advocaat en bracht hem door verschillende donkere gangen naar cel 31, die hij opende. Het was daarbinnen zóó donker, dat de advocaat eerst een poosje moest blijven staan, lot hij de voor werpen in het vertrek kon onderschei den. Na ontdekte hij de mBgere, inge vallen gestalte, die tot op dat oogen blik apathisch op den stroozak ln el kaar gedoken was blijven zitten, en nu met moeite opstond. De gevangene had nu ook «ijn be zoeker herkend. Een vreugdestraal gleed over zijn ingevallen gelaat, waarop zooveel leed eu knagende woede zijn slemp.I had gedrukt. Het was een smartelijk, ontroerend wederzien. Rudolf snelde op den gevangene toe i drukte hem diep bewogen belde handen. Eindelijk, mijnbeer lleck, is tiet mij toegestaan, u te komen «preken, en met ie beraadslagen I Lmdelgk eindelijk oer. jé toch gekomen, fluisterde do gevan gene, terwijl rijn gehcele lichaam krampachGg reefde. O, je kunt niet bugrijiwn, hoezeer ik naar je komst verlangd heb, en toch «achtte ik dag aan dag, week aan week ver geefs. De holle klank van zijn stem ont roerde Rudolf in hooge mate. Hij had groote moeite zijn aandoening mees ter te blijven. Eerst moet ik je een vraag doen. ging Beek voort, je ziet. ik ben hier volkomen van de buitenwereld afgesneden. De cipier sprak geen woord tot mij, hij zweeg op el mijn® vragen. Men nam mij plotseling van vrouw en kind weg Hg hiela op, want een somber® schaduw gleed over het openhartig gelaat van Rudolf. Hot volgend oogon- blik had Beek een kreet van smart la wn hooien. (Wordt r-rrolpft

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 5