NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Donkere Schaduwen
27e Jaargang. No. 8202.
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
VRIJDAG 1 APRIL 1910 B
ABONNEMENTEN ADVERTENTIÊN:
per drie maanden: ^an 15 regels 50 Cis.: iedere regel meer 10 Cfs. Buiten het Arrondissement
Voer Haarlem r '-20 <0 VHaarlem van 1—5 regels ƒ1.—, elke regel meer /O.20. Reclames 30 Cent per regeL
Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der /rt'v \9 7Wi(~3 BiJ Abonnement aanzienlijk rabat.
gemeente),1-30 Jf AdvertentiSn van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing:
Franco per post door Nederlandl.o5 IpO "*v/ 50 Cts. voor 3 plaatsingen contant.
OdEËSriZoTdTlsbted, Voor Haarlem I 037 H Redactle en Administratie: Groote Houtstraat 53.
„de omstreken en franco per post 0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. QJf Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd liet Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA
Warmoesstraat 76—78, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
met oprechte vreugde opnieuw met
het ambt bekleed zou zien.
De meening buiten den Raad ls
geen andere. Er zijn nu eenmaal per
sonen, die door eigenaardige eigen
schappen worden beschouwd als te
behooren in onzen Raad, er zijn er
ook, van wie ieder overtuigd is, dat
hun plaats onafwijsbaar in het dage
lijkse!) bestuur is deze laatsten zijn
helaas niet talrijk, maar een van hen
is zonder twijfel Mr. Thiel.
Intusschen zijn er over deze aange
legenheid nog andere beschouwingen
dan de onze mogelijk en dat zijn die
van Mr. Thiel zelf. Nergens anders
dan in zulke omstandigheden kan het
voorkomen, dat de meening van één
man opweegt tegen de publieke opi
nie, ja zelfs zwaarder is, dan deze.
Welnu, als mij gevraagd wordt, hoe
de heer Thiel over zijn mogelijke be
noeming denkt, dan moet ik tot mijn
leedwezen antwoorden n i a t gun
stig. Hij wil er zelfs op dit oogen-
blik eigenlijk niet van hooren. De
redenen, waarom hij in October van
het vorig jaar het wethouderschap
neerlegde, zijn op dit oogenhlik nog
niet vervallen en wanneer hij zich
voor de vervanging van wijlen Dr.
Nieuwenhuijzen Kruseman heeft la
ten vinden, dan was het op aandrin
gen van dezen en omdat hij zelf ge
loofde, dat het maar tijdelijk was.
Stappen in de laatste dagen bij Mr.
Thiel gedaan, on) hem tot terugkeer
in het College te bewegen, hebben
geen succes gehad.
Mij dunkt, dal er alle reden is, om
dat te betreuren en ons er dus niet al
te willig bij neer te leggen. Niet al
leen omdat in het algemeen de aan
wezigheid van Mr. Thiel in het dage-
lijksch bestuur zeer gewenscht is,
maar ook omdat aan den nu te be
noemen wethouder een taak zal wor
den opgedragen, die vooral in den
beginne groote moeilijkheden mede
zal brengen en waarvoor in den Raad
zeer weinig geschikte personen zijn
aan te treffen
Het samenbrengen van het beheer
der gemeentebedrijven onder één
wethouder hangt in de lucht. Er is
langzamerhand een eenparig gevoelen
ontstaan over de wenschelijkheid, om
niet langer aan de verschillende wet
houders een stukje en brokje van de
gemeentebedrijven toe te vertrouwen,
aiaar ze te stellen onder éen hoofd.
En nu weet ik wel, dat d.e raad een
wethouder geen mandat ïmpé-
r a t i f meegeeft, in zoover dat dan
tevens uitgemaakt kan worden, met
welken tak van gemeentedienst hij
meer in het bijzonder zal worden be
last integendeel, de verdeeling van
den arbeid blijft aan B. en W. zelf
overgelaten en zou door het College
noch in schijn, noch in werkelijkheid
aan den Raad worden overgelaten.
Ik maak op dat voorrecht geenerlei
inbreuk, wanneer ik zeg, dat de be
staande omstandigheden het beheer
der gezamenlijke bedrijven van zelf
toewijzen aan den komenden wethou
der. Wie zou het anders op zich ne
men De drie tegenwoordige wet
houders hebben de handen vol de
heer De Breuk met Publieke Werken,
de heer Kruseman met financiën, de
heer Loosjes met onderwijs. Het lijkt
mij volstrekt niet aannemelijk, dat
een hunner zijn tak van dienst met
dien der gemeentebedrijven zou wil
len gaan ruilen. Waarom zouden ze
Het wethouderschap is een vak, dat
geleerd moet worden en waarbij er
varing en routine veel beteekenis
hebben. Hoe minder wisseling, hoe
gladder is de loop van zaken.
Den nieuwen wethouder wacht dus
het beheer over de gemeentebedrijven.
De samenvoeging daarvan zal onge
twijfeld kleine en grootere verschillen
naar voren doen komen, die vroeger
minder in het oog vielen, zoolang elk
bedrijf afzonderlijk werd beheerd. Het
zal niet altijd zoo gemakkelijk wezen,
om de gewenschte eenheid tot stand
te brengen. Hier en daar zal wel eens
aan een bestaanden toestand van
jaren her moeten worden getornd,
misschien zelfs wel eens een gevoelig
heid geraakt er is dus noodig een
wethouder, die overwicht bezit, en
tegelijk diplomatiek weet te zijn. Hij
moet tevens koopmansgeest in zich
hebben, omdat meermalen adminis
tratieve bekwaamheden te kort zullen
schieten, wanneer ze niet met initia
tief gepaard gaan.
Ik kan dat niet beter toelichten dan
met een beroep op onze Lichtfabrie
ken, het voornaamste ontegenzegge
lijk van onze gemeentebedrijven. Of
de Hollandsclie Spoor per slot de
stroom voor een gedeelte van haar
voorgenomen eleclrisch tramnet al
dan niet van de gemeente neemt, er
zal een tijd komen, dat onze Cen
trale groote vlucht gaat nemen, mis
schien wel zóó, dat zij als zelfstandig
bedrijf van de gasfabriek zal.worden
losgemaakt. In dat geval zal van den
wethouder organiseerend talent wor
den gevraagd.
Zedelijk en geestelijk overwicht, be
leid, initiatief, organisatievermogen
zullen haast administratief inzicht
van den nieuwen wethouder worden
gevergd. Wie nu zeggen mocht, dat
wij zóó in den Raad vele candidaten
hebben, die ook een benoe
ming wenschen, dien prijs ik
om zijn optimisme, maar deeleu doe
ik het niet- Inderdaad wordt de
moeilijkheid niet beter en sneller op
gelost, dan door de benoeming van
Mr. Thiel. En wil hij niet voor onbe-
paalden tijd het ambt aanvaarden,
waarom zou hij het dan niet aanne
men voor een vooraf vastgcstelden
termijn, bijvoorbeeld van een paar
jaar Is eenmaal de samenvoeging'
der bedrijven in den juisten vorm ge
bracht, dan is het zwaarste werk ge
daan en het vinden van een bereid
willig en geschikt man veel gemakke
lijker.
Indien dit voor Mr. Thiel de brug
kan zijn om in het dagelijksch bestuur
terug te keeren, wek ik gaarne ande
ren, die hiermee instemmen op, om
met mij daaraan voort te bouwen. De
tijd dringt
J. C. P.
DINGEN, DIE NIET IEDEREEN
WEET.
IX. Wat is suggestie?
Bij het uitoefenen van suggestie
verricht men een handeling, waar
door men een gedachte in iemands
denken brengt, zonder dat diens
geest daartoe zelf meewerkt
De gesuggereerde persoon neemt,
zonder voldoende bewijsgronden, aan
hetgeen hem wordt meegedeeld.
Deze suggestie, die van builen komt,
noemt men de hetero-suggestie, waar
tegenover de auto-suggestie staat, Jie
optreedt in het geval, dat de persoon
zich zelf een gedachte suggereert.
De vatbaarheid voor suggestie is
het grootst bij menschen uiet weinig
levenservaring, bij lieden, die gewoon
zijn te gehoorzamen zonder na le
denken over bet al of niet redelijke
van het bevel, en bij kinderen. In t
algemeen gesproken is ieder vutbaar
voor suggestie, maar de vatbaarheid,
ook stiggestibiliteit genoemd, is ver
schillend.
Onvatbaar zijn voor het meerendeel
personen met rijke levenservaring en
ontwikkelde lieden. Toch komen er
wel uitzonderingen voor op dezen
regel.
De suggestibiliteit vermeerdert, wan
neer de gesuggereerde persoon slaap
dronken is, in dronkenschap verkeert,
onder narcose gebracht is, of koorts
heeft.
Kunstmatig kan de suggestibiliteit
verhoogd worden door den te sugge-
reeren persoon in slaap te brengen.
Dr. Mesuier. die in het laatst Jee
ISde eeuw in Frankrijk leefde, be
zigde de suggestie in dienst der ge
neeskunde. Hij eu zijn volgelingen
schreven de resultaten echter toe «an
geheimzinnige krachten*, die zij het
magnetisme noemden.
lu lSii werd door Faria aange
toond, dal die z.g, magnetische slaap
ook teweeg gebracht kou worden duur
een eenvoudig bevel.
James Braid ie Manchester toonde
later aan, dat zelfs geen tweede per
soon aanwezig behoefde te zijn vuor
dit z.g. magnetiseeren. Een hypnoti
sche slaap, zooais hij dezen toestand
noemde, liet hij over iemand komen
door zijn aandacht op een bepaald
punt te vestigen, b.v. door hem ie la
ten staren op een glimmend voor
werp en hem de gedachte bij te bren
gen, dat hij in slaap zou vallen, als
hij dit deed.
De Fransehe geneesheer Liébault
past6 omstreeks löü6 de suggestie me
thodisch toe. Liébault liet zijn perso
nen in een gemakkelijke houding
plaatsnemen, staarde hen aan, en
verzekerde hun, dat zij behoefte had
den om te slapen. Wanneer hij hen
in had doen siapen, bracht hij hen
door herhaaldelijk verzekeren in de
meening, dat hun ziekte-verschijnse
len verdwenen en zij dus hersteld wa
ren.
Liébault's verdienste is, dat hij op
deze manier door z.g. verbale sugges
tie (het gesproken woordj de zieste-
verschijnselen wist te doen eindigen.
De therapeutische of geneeskundige
suggestie kan teweeg gebracht war
den ui wakenden of iiypnotischen toe
stand van den te suggereeren per
soon. -Het in den wakenden toestand
suggereeren kan op tweeërlei manier
geschieden, namelijk volgens de di
recte methode, door het gesproken
woord, of door een schijn-haiiüeling,
de indirecte methode. Die indirecte
methode kan b.v. toegepast worden,
wanneer men iemand een sch'jn-
oporatie doet ondergaan en hem dan
verzekert, dat hij beter. is.
Bij hypnotische suggestie is de vat
baarheid grooter, de patiënt neemt
ouk spoediger de suggestie aan.
Vatbaar voor een dergelijke hyp
nose zijn 97 pCt. van de menschen.
De gesuggereerde persoon wordt
eerst door middel van suggestie in
slaap gebracht Zenuwlijden, func-
tioneele verlamming van de ledema
ten, stotteren, kramp, ei)2., kan men
in dezen slaaptoestand genezen.
Een anderen vorm van hypnose ls
de hystero-hypnose, voor het eerst
gedemonstreerd door den Franschen
pi'ofessor Charcot. De personen, die
aan hysterie 1) lijden zijn nl. zeer vat
baar voor hypnose. Het in hypnoti-
schen toestand brengen door uiet-des-
kundigen is zeer gevaarlijk. Genees-
heeren kunnen deze geuees-methode
soms met veel succês toepassen ook
hierdoor, wijl de "patiënten zich in
dien toestand gebeurtenissen herin
neren, die zij zich vroeger niet te
binnen konden brengen.
Op deze wijze kan de geneesheer
dikwijls de oorzaak ontdekken van de
ziekte, waaraan de patiënten lijden.
Vooral bij zielsziekten is dit van groot
belang.
1) Omtrent deze ziekte bestaan veel
verkeerde meehihgen. Zij is een vaak
overgeërfde geesies- en zenuwziekte,
die voornamelijk wordt gekenmerkt
door stoornissen in de gewaarwordin
gen, waarnemingen en gevoelens, de
bewegingsvel-richtingen, >u de func
ties van den geest eu in de voeding.
Buiter.landscli Overzicht
We beginnen ditmaal met een schijn
baar eenvoudig berichtje, n.i., dat
DE ARBEIDERSPENSIOENEN IN'
FRANKRIJK
hun beslag gekregen hebben. De Ka
mer heeft alle artikelen van de wet
en duarna de geheele wet, zooais die
door de Senaat was vastgesteld met
5U0 tegen 4 stemmen goedgekeurd.
(Voor den hoofdinhoud der bepalin
gen verwijzen we naar een onlangs
gegeven beschouwing). Herinnerd zij
alleen, datde ouden van dagen
door deze wet nog geen pensioen krij
gen I Alleen is nu uitgemaakt, dat men
pensioen zal geven, wanneer.... uien 't
geld daarvoor kun vinden i Na de ver
kiezingen moet dit, of een amies mi
nisterie, aan dit financieele vraagstuk
zijn krachten wijden. Maar, in elk
geval is de zaak een belangrijk stapje
verder gekomen I
Dit is ook te zeggen van
DEN POLITIEKEN STRIJD IN
ENGELAND.
Gisteren is in 't Lagerhuis de dis
cussie begonnen over hel amendement
van de uppusiue op het voorstel van
de regceriiig, dut net Huis in commit
tee zuu gaan ter bespreking van de
verluudm- lusschei: be.de Huizen en
den zittingsduur van hel parlement.
Het amendement verklaart, dat ecu
krachtige tweede kamer noodzakelijk
is, Out net Lagerhuis bereid is voor
steilen vuor een wij,.ig;::g van de sa
menstelling via de bestaande tweede
kanier in overweging te nemen, maar
dat net weigert voorstellen te behan
delen, die de bruikbaarheid van eeui-
ge tweede kamer, hue dun ook samen
gesteld, zou te niet doen en die den
eeuigen waarborg zouden wegnemen,
dat er niet door een regeering van den
dag veranderingen zouden worden ge
maakt, niet alleen zonder toestem
ming, maar zelfs tegen den wil van de
meerderheid der kiezers.
Enkele ministers voerden 't woord.
Minister Asqutth sprak de hoop uit.
dat de voorloopige .discussies op i
April ten einde gebracht zullen zijn,
de regeering zal dan den volgenden
dag een voorstel doen omtrent den
tijd, die toegestaan ztd worden voor
de bespreking van de moties omtrent
Jiet veto-recht. En wanneer deze aan
genomen zulien zijn, zal de regeering
met een voorstel komen ter bepaling
van den ffsd, die besteed zal worden
aan de behandeling van de begroo
ting voor 1809/1910.
Minister Churchill verklaarde, dat
't dwaasheid zou zijn op de hulp van
den Koning of hc-t land te rekenen in
zake het veto, wanneer het Lagerhuis
de begrooting niet aanneemt.
Nadat de resoluties omtrent het ve
to-recht van het Iloogerhuis aangeno
men zullen zijn, zal de repwing de
begrooting aan de orde Stellen, zon
der te ietten op do gevolgen. (Toejui
chingen bij do ministeriielen). De be
grooting toch was de inzet van den
strijd met het Iloogerhuis.
Z. Excellentie verklaarde te geloo-
ven, dat, wanneer tijd en omstandig
heden gunstig zijn. bcgrooling en veto
aan de goedkeuring van den Koning
zullen worden onderworpen. De re
geering zou niet aan het bewind blij
ven, tenzö zij roden heeft om aan le
nemen, dot zij 'Ie moties in wetten
zou kunnen omzetten.
Churchill eindigde aldus „Nu do
Lords van hun veto-recht gebruik heb
ben gemankt om de prerogatieven ven
de Kroon aan te toeten en zi? de rech
ten van het Lagerhuis hebben verkort,
is het noodig geworden, dat Kroon en
Logerhuis. door gemeenschappelijk
optreden het evenwicht ii: de consti
tutie herstellen en voorgoed het veto
recht van het Iloogerhuis beperken.
(Luide toejuichingen bij de ministe-
ricelen.)
Het debat werd verdaagd tot 4
April.
In verband met de reeks koninklij
ke bezoeken, wordt
DE BALKANPOLITIEK
druk besproken.
Het officieuze Weerische Fremdcn-
blatt heeft epn artikel over het bezoek
van koning Ferdinand van Bulga
rije nan Konstantinopel, ten betooge,
dat dit bezoek een te waardeeren be
krachtiging en bevordering van do
politiek van goede nabuurschap tus-
schen Bulgarije en Turkije is ge
weest. Deze twee hebben in overleg
verklaard, dat zij oprecht doordron
gen zijn van de voordeelen van een
politiek van eendracht en vriend
schap en dat aanvallende bedoelin
gen verre van hen zijn.
Verder schrijft hot blad „Doordat
koning Ferdinand de reis naar Kon
stantinopel aanvaardde, heeft hij vol
doende laten blijken, dat h;i een staat
kunde van goede verstandhouding
met Turk:je voorstaat en zich ten vol
le bewust "was van het gevaar van een
bedekte of open spanning tusschen den
Osmaanschen stont en Rulgarije. In
Europa en vooral In de Donau-nionar-
clne zal het herstel \an oprechte en
vriendschappelijke betiekkingen lus-
sclieu Turkije on Bulgarije overal ais
nieuwe waarborg voor tien status -,uo
(blijveilden toestand) op den Balkan,
dien uiie mogendheden willen hand
haven, met volledige instemming be
groet worden. Daarom is ook bet be
zoek van den Bulgaarschen koning in
de hoofdstad van liet Osmuansche rijk
overal zeer gunstig beoordeeld. Het
had niet ten doel, belangrijke en
rechtstreeks praktische uitkomsten op
te leveren. De Hoofdzaak is ongetwij
feld bereikteen ontspanning tus-
TWEEDE BLAD.
OM ONS HEEN
No. 1120.
Wethouders vacature.
Op persoonlijk verzoek van nu wij
len Dr. Nieuwenhuijzen Kruseman
heeft indertijd Mr. Thiel zich bereid
verklaard, in zijn plaats als tijdelijk
I wethouder op te treden. Van zijn na
derend einde had toen Dr. Nieuwen
huijzen Kruseman nog geen begrip,
hij rekende er op, dat zijn vervanging
slechts tijdelijk zon wezen en zag
daarom liever, dat Mr. Thiel, die
wethouder geweest was, zijn plaats
innam, dan dat het geschiedde door
een nieuwen man, die daarmee door
den Raad tevens als de komende wet
houder zou zijn aangewezen. Helaas,
hij ls niet meer teruggekeerd, eu de
tijdelijke vacature is een definitieve
'geworden.
Eigenaardig is het, dat met den
dood van den wethouder ook het man
daat van zijn plaatsvervanger op
hield. Zoo wil het de gemeentewet.
.Vandaar dan ook, dat bij de teraarde
bestelling Mr. Tbiel zich onder de
Raadsleden bevond en niet meekwam
met B. en W. hij maakt geen deel
meer uit van het College. Men kan
er dan ook zeker van wezen, dat op
de agenda van de a.s. Raadsvergade
ring op Woensdag zal voorkomen de
benoeming van een tijdelijk wethou
der. De gemeentewet heeft namelijk,
om misbruiken te voorkomen, bepaald
dat do definitieve verkiezing eerst
mag plaats hebben, wanneer de Raad
opnieuw voltallig is. De plaats van
Dl*. Nieuwenhuijzen Kruseman als
Raadslid zal derhalve vervuld moe
ten zijn, vóórdat een vierde wethou
der voorgoed kan worden gekozen.
Toch zal die keuze dan, onder nor
male omstandigheden, niets meer
wezen dan een formaliteit. Met de
verkiezing op a.s. Woensdag van een
tijdelijk wethouder zal de Raad als
't ware uitspreken, dat zij denzelfdon
man eenige maanden later definitief
wenscht te benoemen. Het belangrijke
moment komt dus spoedig, niet later.
En het is zeker de moeite waard, even
na te gaan wat we van deze benoe-
mi -g hebben te wenschen en ver
wachten.
liet allermeest voor do hand ligt
natuur'ijk, dat Mr. Thiel ook nu weer
verkozen wordt en daarmee in het
College terugkeert, dat hij, naar
mijn opvatting, nooit had moeten ver
laten. Moge het toeval ook willen, dat
nu zoo spoedig na zijn bedanken een
nieuwe vacature ontstaat, men moet
nio-, vergeten, dat hij ten allen tijde,
nog jarenlang na deze, een door ieder
een gewenschte candidaat zal zijn. ik
verklap geen geheimen, wanneer ik
zeg, dat, behalve de Raadsleden, ook
do wethouders niets liever dan zijn
terugkeer in het College zouden zien,
en dat de burgemeester, ook al mag
Jhr. Boreel in meening en opvatting
vaak met Mr. Thiel verschillen, hem
FtUlLLHlON
Naar bet Duiucil
Door
PAUL HENKES.
27)
Dus heb ik toeu toch goed ge
zien, stamelde hij, toer. men
met mij in dat r.jtuig verbij reed
Ik zag u.v lijkkist uit het huis dra
gen en
Draag het noodlot als een man,
zei Rudolf nu op bewogen toon.
Jk breng u de laatste groeten van de
arme, vreedzaam overleden lijderes.
Zij is nu in betere oorden.
Dus is het waar..,, waar
slaagde Beck met gebroken stem.
Toen viel hij weer moedeloos op
den stroozak terug, verborg zijn ge-,
zicht In beide handen eu schreide"
bitter.
Bet aanschouwen daarvan greep
Rudolf heftig aan. Hij moest zich in
spannen, om zelf niet week gestemd
te worden en tranen te vergieten. Ge
duldig, het niet durvend wagen, om
de groote smart van den ongelukkige
te storen, wachtte hij.
Eindelijk liet Beek de handen van
*ijn gelaat zakken en stond weer op.
Vergeef mil, dat ik aan mijne
zwakheid neb tuegegeven, fluister
de hij Maar de lievige smart sleep
te mij mee. Ik wist immers vooruit al,
wat je mij te vertellen zou hebben je
bootjschap trof mij niet onvoorbereid,
en toch
Hij sloeg ziel) met de vlakke hand
tegen net voorhoofd.
Maar laai is daarover nu niet
meer lubben Nu moet ik je nog een
ernstige vraag doen, zei hij op
haastigen toon. Maar begrijp mij
goed, fk richt deze vraag niet tut den
verloofde van mij-i dochter, maar tot
den onpartij oordeelenden en overwe
genden advocaat- Beschouw je mij
als schuldig Ja of neen
Met doorborende blikken keek hij
Rudolf aan het was of hij zijn diep
ste gedachten wilde raden.
Maar onbevangen doorstond Rudolf
zijn blik.
ik meen u al antwoord gegeven
te hebben, mijnheer Beck, of meent
u werkelijk, dat ik u, ook al is u tien
maal de vader van Hedwig, de hand
gereikt zou hebben, als ik u voor een
moordenaar hield Een handdruk
wisselt men alleen met een man van
eer
Een blijde trek gleed over het ge
laat van den gevangene.
Dus jij gelooft in mij, Rudolf 1
Eindelijk eeu mensch, die in mij ge
looft. O, je weet niet, je kunt niet
vermoeden, hoe goed dat doet. Ieder
woord, dat lk tot den rechter spreek,
wordt als uitvlucht, als leugen be
schouwd. Het veelzeggende gebaren
spel van dezen man drukt onmisken
bare verachting uil. O, ik kan niet
zeggen, hoe gelukkig mij de gedachte
maakt, door een eerlijk, flink mensch
als zijns gelijke behandeld te wor
den, ofschoon ik hier in deze sombere
gevangenis ais een wild» woedend dier
zonder eenig uitzicht op
Neen, u mag de hoop niet opge
ven, viel Rudolf hem in de rede.
Wel wil ik liever geen illusies bij u
opwekken voor zoover ik ken na
gaan, komt het mij zelfs meer voor,
of het ons zwaar zal vallen, de geza
menlijke aanwijzingen te weerleggen,
maar uw goed recht zal tocii eens
moeten zegevierendie gedachte zal
ons kracht eu macht geven, ook het
ergste te overwinnen! Vóór alles ech
ter zou ik u wel willen verzoeken, mij
met onbegrensde openhartigheid alles
te zeggen en niets te verzwijgen. Het
zou wel zoo goed geweest zijn, als u
mij als uw aanstaanden schoonzoon
al eerder vertrouwen geschonken
had.
Hoezoo
Had ik kunnen vermoeden, in
welke treurige verhoudingen u al
vóór uw gevangenneming gekomen
was, dan zou ik u hebben kunnen hel
pen, ging Rudolf voort, dan zou
u niet ln de treurige noodzakelijkheid
gekomen zijn, uw gereedschappen aan
dien gewetenloozen uitdrager te moe
ten verkoopen 1
Beek kreunde als van pijn.
Zoo n niemeedige schurk 1
bromde h:j. Hij heette het mij in
het gezicht liegen, dut hij ooit ge
reedschap van mij gekocht zou heb
ben.
Ook ik ben vast overtuigd, dat
Schimmel zien aan meineed heeft
schuldig gemaakt; intusschen zal het
heel moeilijk gaan, het hem te be
wijzen.
O I wat is gerechtigheid
kreunde de gevangene. Up mijne
knieën heb ik den rechter verzocht,
een huiszoeking bij Schimmel te be
velen, in alle détails heb ik de werk
tuigen beschreven, die ik aan dien
schurk verkocht heb, niet het kleinste
krasje op de heften heb ik vergeten te
noemen een blinde moet na mijne
beschrijving de werktuigen kennen.
Maar als antwoord op mijn woorc'en
heeft men mets dan een verachtelijk
wenkbrauwgefrons. Nu ben ik geluk
kig uiet meer geheel hulpeloos, ik
verzoek en smeek je, zet het toch door,
dat er een huiszoeking bij Schimmel
gehouden wordt.
Ik kan u in dat opzicht niet veel
hoop geven, antwoordde de advo
caat bekommerd, want afgezien
nog daarvan, dat volgens de bestaan
de wetten een huiszoeking alleen kan
gebeuren aLs er ernstige grond voor
is, is het nauwelijks aan te nemen,
dat Schimmel ook nog maar een enkel
van uw gereedschappen tn zijn huis
heeft, daarvoor is luj een veel te voor-
ziclitig en te geslepen schurk:
O, hel is, alsuf liet gerecht mbt
hem onder éen hoedje spvolt, zei
de gevangene nu woedend. Men
liet hem immers weken lang t:,d, en
mij, den onscnuidige, sluit meu on
barmhartig op.
Ik laat den uitdrager in het ge-
helm nagaan, viel Rudolf in.
eer kwam er een blijde trek in
de oogen van Beek.
Maar heeft het tot nu toe geen
resultaat opgeleverd
Tot nu toe heeft meu mij nog
niets verdachts bericht, antwoord
de de advocaat. Schimmel doet jp
gewone wijze zijn zaken, hij verkoopt
en koopt in. Van de werktuigen ech
ter heeft de rechercheur, dien ik tot
die nasporingen opdracht gaf, tot uu
toe geen spoor kunnen ontdekken.
Weer kreunde Bock.
En toch is het de eerlijke waar
heid, dat ik hem dé werktuigen, waar
onder het bewuste gruveernies, ver
kocht heb.
Eu gebeurde dit op den middag
voor den moord
Beek gaf een bevestigend ant
woord.
r— Hoe kwam u er toe, de werktui
gen juist aan Schimmel, die toch uw
huisbaas was, te verkoopen
Ge weet toch, dat mijn arme
vrouw toen al op sterven lag 1 Ik was
bij baron v. Engier ontboden,- oi.n
diens brandkast ti* openen: ln mijn
afwezigheid was de arts er geweest
en had verklaard, dat li ij niet weer
terug wilde korucn, totdat het aciiter-
staliige honorarium betaald wos. Ook
de apotheker had mij verder alle cre-
diet geweigerd. Ik had mots meer in
huis, mijn vrouw echter klaagde, en
wilde mij niet meer van haar zijde
laten gaan Omdat ik nu verwachten
kon, h j schimmel, die mijn moeilijke
omstandigheden kende, het eerst aan
geld geholpen te zullen worden, snel
de ik de trap af naar beneden. Ik kun
niet vermoeden, welke verschrikke
lijke gevolgen dat op mij en de mij
nen zou hebben.
Was er ongelukkigerwijze nie
mand in den uitdragerswinkel, toen
u die zaak niet Schimmel in orde
maakte
Niemand.
Dus niemand heeft u dien mid
dag in den uitdragerswinkel gezien
vroeg Rudolf weer. Het zou ons
al heel wat waard zijn, aLs wij ten
minste konden bewijzen, dat u dien
middag daar geweest was.
De gevangene dacht een oogenhlik
na.
Maar toen ik, blij over de ont
vangen vijftig mark, den uitdragers
winkel verliet, ontmoette ik bij do
deur 'n langen. Jongen man, die blijk
baar den winkel wilde binnengaan.
(Wordt vervolgd),.
