NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
28e Jaargang. No. 8293.
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen-
VRIJDAG 8 JULI 1910 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERT ENT1ËN:
per drie maanden: ^an regels 50 Cts.: iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor Haarlem1-20 Haarlem van 1—5 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regeL
Voor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
gemeente)1-30 AdvertentiCn van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing;
Franco per post door Nederland1-65 (jg/fr'voor plaatsingen a contant.
ttRW'lW.' Re,)aclie Administratie: Gronte Houtstraat 53.
de omstreken en franco per post - 0.45 Intercommanaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM.Drukkerij: Zuider Buitenspaarns 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentign en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
tweede blad.
Buitenlandsch Overzicht
UIT 'T VERRE OOSTEN,
daarmee bedoelen we in 'l bijzonder,
dat deel der aarde, waar de Japan
ner, Chinees en Koreaan wonen, 't is
hier een lieei eind vandaan, maar
toch moeten we vol belangstelling na
gaan, welke politiek zich daar ontwik
keld. 't Verre Oosten was immers 't
strijdterrein van den geweldigen oor
log tusschen Rusland en Japan en ze
ker is, dat evolutio nog vele verwik
kelingen zal brengen, ook al gevoelt
men voorloopig nog weinig vrees voor
't gele gevaar.
Reeds eenigen tijd is opgevallen,
dat de vroegere vijanden de Rus en
de Japunner verdacht vriendelijk
met elkaar omgaan. Over 't algemeen
is 't prijzenswaardig als gewezen te
genstanders elkaar vergevensgezind
de hand reiken, maar, als men met
reden kan vermoeden, dat 't een g e-
z o c h t e vriendschap is die doet
denkeu aan 't spreekwoord ter wille
van de smeer likt de kat de kaude-
leei'dan wordt do waardeering
minder. Zeker is, dat de liooge poli
tiek hier weer uan 't woord isEnge
land en Europa goede maatjes met
Rusland. Engeland in 't Verre Oosten
bevriend met Japan natuurlijk dat
moet overslaan I
Eu wie zullen in 't Verre Oosten na
deel hebben van de nieuwe vriend
schap? Natuurlijk de Koreaan en de
Chinees. Reeds toonden we dit eenige
maanden geleden aan, toen een
wruaklustige Koreaan Japan s eersten
staatsman, Prins Ito, om t leven
bracht.
Nu komt de bevestiging van ons
toen al uitgesproken vermoeden.
't Is zelfs al zoo ver gekomen, dat
De beginselen van de overeenkomst
van 17 Juli 1907 (gesloten bii de beëin
diging van den oorlog) worden ge
handhaafd, maar ter bevestiging en
Ier uitbreiding wordt een verdrag ge-
ten, z.g. ter bevordering van den vre
de in 't Verre Oosten.
De bepalingen bedoelen
Met het doel het verkeer te verge
makkelijken en den handel tusschen
de volken uit te breiden, verplichten
zij (Rusland en Japan) zich weder
zijds tot vriendschappelijke samen
werking ter verbetering van beider
epoorweglijuen in Mandsjoerije, ter
volmaking van den toestand ten op
zichte van de aansluiting dier lijnen
en tot uitsluiting van alle concurren
tie.
Zij verplichten zich tot handhaving
en eerbiediging van den status quo in
overeenstemming met al de tot heden
gesloten verdragen tusschen Rusland
en Japan of tusschen deze beide mo
gendheden en China.
Mocht door latere gebeurtenissen de
status quo worden gedreigd, dan
zullen de contracteerende partijen tot
overeenstemming trachten te geraken
omtrent, de maatregelen, die tot hand
having daarvan genomen behooren te
worden.
Tot zoover de bedoeling van dit ver
drag, voor zoover die op papier staat
Tusschen de regels door is evenwel te
lezen dat Rusland en Japan de macht
van China in Mandsjoerije steeds
meer terug willen dringen. Of de Chi
nees daar op den duur genoegen mee
De macht van Japan in Korea is
steeds grooter geworden, 't Gewezen
keizerrijk is niet veel anders meer
dan een Japansche provincie. Na dit
verdrag zal 't er voor den Koreaan
ook wel niet beter op worden.
Hetzelfde kan wel gezegd worden
van den Kretenser. Daarom blijft hij
ook mopperen tegen de omstandig
heden.
Een journalist heeft dezer dagen
een onderhoud gehad met
Deze verklaarde nog niet te weten,
tegen wanneer hij de Kretenser Ka
mer zou bijeenroepen. Hij zou gaar
ne zien, dat de quaestie der eedsaf
legging geregeld zou zijn, voor hij
tot die oproeping overgaat. Maar in
elk geval komt de Kamer bijeen.
H o o het dan evenwel gaan muet,
blijft een raadsel. De leider der oppo
sitie Michelidakis toch heeft onge
veer evenveel aanhangers als Veniso-
los en wil in geen enkel opzicht toe
geven.
Die hardnekkigheid schijnt voorna
melijk voort te spruiten uit afgunst,
hijzelf zou n.l. gaarne minister zijn
en ziet met ieede oogen aan, dat Ve
niselos, die siechts enkele stemmen
meer behaalde dan hij. thans aan het
hoofd der regeerhig staat.
Hij heeft voorloopig weinig kans
hem van die plaats te verdringen,
maar wel uitzicht op een portefeuille,
wanneer Veniselos er niet in mocht
slagen de eedsquaestie van de baan te
krijgen. De minister-president is n.l.
van plan om in dat geval een ge
mengd ministerie te vormen en aan
de leiders der oppositie, in de eerste
plaats aan Micheldakis en Koundros
een portefeuille aan te bieden. In den
ministerraad zouden dan berde par
tijen even sterk vertegenwoordigd
zijn en zou de president geen overwe
gende positie meer innemen. Dit
nieuwe ministerie krijgt tot tuak een
compromis tusschen de partijen tot
stand te brengen. Zoodra dit gelukt
iB, komt dan de Kamer bijeen en
wordt onmiddellijk daarna weder ver
daagd.
Dit plan zou echter wel eens kun
nen afstuiten op den onwil van den
hoofdpersoon, want zooale vrienden
van Michelidakis den berichtge\er
verzekerden, zal deze staatsman het
voorstel van Veniselos niet aanne
men. Hij en zijn partijgenooten zijn
nl. van meening, dat elke cuncessie
aan de Mohamedanen in strijd zou
zijn met den wil des volks en dat de
Kretensers uit de bergen (van de
320.000 inwoners van Kreta wonen er
slechte 60.000 in steden), zich met ge
weld zouden verzetten, wanneer een
uitzonderingsmaatregel voor de Mo-
hanuuedaueu zou worden ingevoerd.
Er wordt zelfs gemeld, dat de berg
bewoners reeds vrijschareu hebben
gevormd en hun kwartieren in de
vlakte hebben opgeslagen.
De toestand blijft dus kritiek zoo-
als we dit trouwens in den Balkan
gewoon zijn 1
Rusland heeft tegenover den Slavi-
schen broederstaat en vooral tegen
over de Servische officieren, die in
dertijd zoo vele getuigenissen hebben
afgelegd van verknochtheid win den
grooten Siavischen broeder, goedge-
iiiuakt, wat het verleden jaar, door
Servië in den steek te laten, bedor
ven had. Door den invloed en onder
medewerking van de Russische diplo
matie, heeft een Russische bank 4
rnillioen voorgeschoten, om al de
schulden van de Servische officieren
te betalen. De aflossing vindt op lan
gen termh'n en op zeer gemakkelijke
voorwaarden plaats. De Russische go-
zant te Belgrado heeft do zaak in or
de gebracht en zoo op goedkoope wij
ze het geheele Servische officierscorps
op de hand van Rusland gebracht
is. zooals men weet, in voorbereiding.
Een der bestuurders van den bond
van spoorwegbeambten heeft met een
journalist over den toestand gespro
ken. Hij zei, dat de datum, waarop
de staking zal ingaan, nog niet is
vastgesteld, daar deze zal afhangen
van den uitslag van het onderhoud
tusschen de leiders der organisatie en
de directies.
Mocht er een staking uitbreken, dan
zou deze groote nadeeüge gevolgen
hebben voor den handel. De organisa
tie-leider meende zelfs te mogen zeg
gen, dat er allo kans bestaat, er
oen algemoehe staking uit
zou voortvloeien.
Hij wee9 er vorder op, dat de alge-
meene slaking in beginsel was aange
nomen door de leden der vakvereeni-
ging en dat den leiders der vereeni-
gingen, die aangesloten zijn bij het
•i-.tionale syndicaat, is opgedragen
haar voor te bereiden.
„Op 25 April en 28 Mel zoo ver
volgde hii. „hebben wij twee brieven
gezonden aan de spoorwegmaatschap
pijen, waarin wij onze eischen uiteen
zetten. Een afschrift van die brieven
is toegezonden aan de ministers Mil-
lerand en Briaud. Op die brieven is
nog geen antwoord ontvangen. Wan
neer aan onze wenschen niet wordt
voldaan, dan breekt de werkstaking
uit, welke maatregelen de regeering
ook mocht nemen. Wij beschikken
over middelen om die staking zoo
krachtig mogelijk door te voeren. Do
algemeeno mobilisatie, waarmede
men ons dreigt, zal ons niet weerhou
den. Bovendien zullen onze makkers,
die onder dergelijke omstandigheden
gemobiliseerd zouden worden, weige
ren aan den oproep der uiilituire
autoriteiten gehoor to geven...."
Stadsnieuws
ORGELBESPELING
op Dinsdag 12 Juli, des nam. 12 uur,
in de Groote- ofSint-Bavokerk alhier,
door den Heer W. Ezerman.
Programma:
No. 1. Preludium en Fuga, J. S. Bach.
No. 2. Adagio, Haijdn.
No. 3. Sonate No. 3. A. GuihnanL
a. Allegro maestoso.
b. Pastorale.
c. Fuga.
No. 4. Vorspiel zu Parsifal, R.Wagner
No. 5. Pax Vobiscum, Schubert.
Uit de Omstreken
BLOEMENDAAL.
BELASTINGPLICHTIGHEID VAN
EEN KRANKZINNIGE.
Gedeputeerde Staten \an Noord-
Holland hebben ten opzichte van de
gemeente Biueiueiidaai, een beslissing
genomen, die volgens do Tel. niet van
belang is ontbloot ook voor andere
gemeenten, waarin krankzinnigenge
stichten zijn gevestigd.
Het gemeentebestuur van Bloeinen-
daal had een onder curntcele staand
patiënt van Meerenberg aangeslagen
in den hoofdelijken omslag der ge
meente, niettegenstaande do curator
van den patiënt steeds in de woon
plaats van den patiënt diens hoofde
lijken omslag had betaald. De curator
kwam in verzet bij dc beide gemeen
ten en beide gemeentebesturen meen
den hun aanslag te moeten handha
ven. Toen kwam de curator in beroep
bij het college vau Gedeputeerde Sta
ten. Dit college achtte den aanslag
van Bloemendaal onwettig en heeft
dien vernietigd, met bevestiging van
den aanslag in de woonplaats van
den patlënt.
HILLEGOM.
Vergadering van den gemeenteraad
van Hillegom op Maandag 11 Juli
1910, des voormiddags te 10 uur.
Te behandelen onderwerpen
1. Ingekomen stukken.
2. Af- en overschrijvingen.
3. Begrooting Gezondheidscommis
sie, dienst 1911
4. Rooilijn „Kostverloren weg", in
verband met de uitbreiding der R.-K.
Jongensschool.
5. Rooilijn voor hot nog niet ge
rooide gedeelte van de voormalige
buitenplaats „Meer en Dorp' aan de
Meerstraat, in verband niet den voor
genomen bouw van 3 woonhuizen
door E. Scholte.
6. Stratenplan N. V Kunstzand-
steenfabriek „Aruoud"-J W. Lefeber.
7. Verzoek van mej. M S. S. Leu-
pen, om eervol ontslag als onderwij
zeres aan de O. L. School &n aan de
Herhalingsschool
8. Renoeining van eene onderwij
zeres ln de nuttig© handwerken aan
de Herhalingsschool.
9. Vaststelling balans en diverse
rekeningen Gasfabriek over 1909
10. Adressen van de anti-revolu-
tionnaire kiesvereeuiging „Nederland
en Oranje", J. VV. SUisscn en N,
Weijers c. s. tot intrekking, of al
thans tot wijziging van do heffing
van straat- en rioolgeld.
11. Overdracht van het Post- en Te
legraafkantoor aan het Kijk.
12. Verordeningen op de heffing en
invordering van retributiegeiden, in
verband met het bezoeken vau scho
len voor Middelbaar Onderwijs te
Haarlem door leerliugen uit deze ge
meente.
13 Reclame Hoofdelijken Omslag,
suppletoir kohier 1909.
Binnenland
BEZOEK MINISTERS AAN
BRUSSEL.
De Ministers zijn van hun bezoek
aan de tentoonstelling te Brussel in
Den Haag teruggekeerd, allen met de
aangenaamste herinneringen en met
de beste indrukken uan dc hartelijke
ontvangst, hun zoowel van de zijde
van hot Belgische Koningspaar, als
vanwege de autoriteiten tori deel ge
vallen.
Omtrent een en ander kaai nog wor
den medegedeeld, dat de Koning aan
de Nederlandsclie departementshoof
den niet alleen zijn genoegen to ken
nen heeft gegeven over de binnen ee
nige maanden naderende gelegenheid
om de Koningin der Nederlanden in
ons land te bezoeken, doch tevens ge
ïnformeerd heeft naar onze koloniale
toestanden en veel belangstelling
toonde in hel koloniale vraagstuk.
Maatschappij van Nijverheid.
(Van onzen Berichtgever).
Donderdagavond werden te Nijme
gen door liet aldaar gevestigde depar
tement Directe uire» en afgevaardig
den van do Maats, van Nijverheid, ter
gelegenheid van de algemeene vergade
ring, ontvangen in de Sociëteit Bur-
gerlust en daarna dooi- het gemeen
tebestuur op het Stadhuis.
Vervolgens werden op een concert
op het Valkhof en gezellige bijeen
komst in „Zwitserland", dé attractie
der tentoonstelling die op dit oogen-
blik in Nijmegen gehouden wordt,
oude vriendschapsbanden weer ge
hecht en nieuwe tot 6tand gebracht.
Heden, Vrijdagmorgen te 9 uur, be
gon de algemeene vergadering in de
groote zoal van Burgerlust, onder
voorzitterschap van mr. Joh. Ensche
dé, die een openingsrede hield.
Na gewezen te hebben op do ont
wikkeling der maatschappij en het
feit., dat verschillende ondeivlooien
van haar werkzaamheden in den
loop der jaren door nieuw opgerich
te vereenigingen is overgenomen de
Heid «Maatschappij, de Veredeling
van het Ambacht, het verkrijgen en
verstrekken van Handelsinliehtingen,
rookvrij stoken, het geheele gebied
der Kunstnijverheid, en de beharti
ging der stoffelijke voortbrenging in
onze Koloniën en Overzeesche Bezit
tingen vervolgde de voorzitter:
Welhaast zal het tijdstip aanbreken,
zoo het niet reeds aangebroken is, dut
geen onderdeel vallende binnen het
gebied der stoffelijke voortbrenging
mèetr zijn eigen speciaal orgaan* ont
beert. Zal onze Maatschappij van Nij
verheid dan haar taak volbracht heb
ben en bij gemis van reden van be
staan als van zelf te niet gaan?
Mijne Heeren, ik vermoed, dat bij
niemand Uwer de gedachte aan eon
zoodanige wegkwijning onzer Maat
schappij zal opkomen. Die wegkwij
ning trouwens, zij zoude in tegen
spraak zijn met de openbare feiten.
Immers onze Maatschappij bleef wat
zij was en vooral in de latere jaren
zijn wij getuigen van toenemenden
bloei, en zich ontwikkelende belang
stelling, die allerminst op wegkwij
ning wijzen.
Terwijl een uitgebreid onderzoek
en een gedetailleerd advies over (x-
ing bepaald vraagstuk in den regel
niet meer op onzen weg liggen, doch
wij ons in dit opzicht zullen hebben
te beperken tol het in het licht stal
len van het belang aan de oplossing
verbonden en dikwijls ook Oo rich
ting zuilen hebben aan te geven,
waarin hl verhand met andere ver
wants vragen de oplossing ware te
zoeken, zal onze Maatschappij zich ui
de toekomst vooral nuttig kunnen
j maken, waar het de algemeene
vraagstukken geldt, waarbij Handel
en Nijverheid betrokken zijn
Vervolgens wees de voorzitter op
de beteekenis van de bevordering van
iulo. nationtfle regelingen, waaronder
ook het oclrooieeren van uitvindin
gen gerekend moet worden.
„Er ls een ander deel onzer wet ge
ving. hetwelk in de latere jaren bij
zonder dc aandacht bezig beeft ge*
houden, en hetwelk geheel gelegen is
binnen de grenzen van ons arbeids
veld. Ik bedoel de sociale wetgeving
waaromtrent intusschen valt op te
merken, dat, hoezeer zij binnen het
terrein Ligt der nijverheidsbelangen,
zij toch gewis niet alleen door die be
langen beheerecht wordt en zelfs in
den politieken strijd der arbeiders
klasse om door staatshulp haren eco
nomise hen toestand te verbeteren, de
eigenlijke nijverheidsbelangen niet
zelden in het gedrang komen. Dan
behoort onze Maatschappij haren in
vloed te doen gelden: maar hier doel
zich eene moeilijkheid vooir.
Immers ten gevolge mede der socia,
Ie wetgeving, is de tegenstelling tus
schen werkgever en werknemer al
lengs zeer op den voorgrond getreden,
en waar de behartiging der nijver
heidsbelangen van zelf niet geschiedt
door de werknemers, die daarbij niet
onmiddellijk betrokken zijn, doch
door de werkgevers, spreekt het van
zelf, dat onze Maatschappij, alhoewel
niemand buitensluitend, toch, voor
zooverre de nijverheid zelve in haar
midden vertegenwoordigd is, uit d«
werkgevers bestaat.
Zoo worden bijv., kostelooze ter be
schikking stelling, of ontheffing van
lasten, voor den workman op geen
anderen grond gevraagd, dan dat zij
ne verdiensten hem niet in staat stel
len zich zeiven te helpen. En wanneer
hij vermeerdering van loon verkrijgt
is het op grond, dut de levensomstan
digheden zooveel duurder zijn gewor
den.
Zooals het nu is, voorziet de werk
man slechts ten deele door het loon
ui zij nbehoeften; het overige wordt
voor hem betaald, deels door den
werkgever, deels door de gemeen
schap. Beide acht ik jammer. Maar
in economise hen zin maakt het eer
ste, het betalen door den werkgever,
geen verschil. Tot de productie-kosten
in de nijverheid behoort nu eenmaal
dc factor arbeidsloon, en bet is
slechts een kwestie van boekhouding
of de werkgever zekere kasten voor
den werkman betaalt, dan wel d«
gelden voor dut doel aan hem uit
keert.
Geheel anders daarentegen, voor
zooverre de overheid die zorg over
neemt Dan toch neemt deze een deel
der productiekosten ten hare laste.
En inderdaad is dat tegenwoordig
geen gering deel. Zoo kan het zich
vestigen van eene belangrijke fabriek
iu eene tot nog toe landelijke ge
meente voor deze een financieele
ramp zijn omdat zij te voorzien zal
hebben in de behoeften dar aan die
fabriek verbonden arbeiders, voor zoo
verre deze die niet zei ven hetzij
rechtstreeks hetzij in den vorm van
belasting, uit huu loon bestrijden.
Zoodoende dragen de gemeenten in
meerder of minder mate bij in de pro
ductiekosten der bmnen bare grenzen
gevestigde nijverheidsinrichtingen.
En het zelfde geldt voor het Rijk. Ook
ul treedt het euvel «laar met zoo aan
het licht.
'Jen slotte zoude men tot dit vreem
de besluit komen, dat de nijverheid,
de bron van alle welvaart, de voort
FEUILLETON
MORA
Naar het Engelsch
door
CHARLES GARVICE.
18)
Sir Jozef bleef plotseling slaan en
keek voor zich uiltoen liet hij een
ivecjbcteekon.jjd „Ah 1" hooren en
wandelde verder
II ij haalde zijn veelbelovendon
zoon in, en Seiwijn begon dadelijk
ilour eens, vader, die kerel
Je wilt, dat ik hem zal omslaan,
niet, Sol wij ti zei Sir Jozef lang
zaam, en met hot air van iemand,
die de streng stijf houdt Welnu
dan, ik wil niet of ik kan niet.
Kan niet schreeuwde Sel-
.wiju verbaasd en verwijtend.
Kan met of wil niet, neem het
op zooais je wilt, zeido Sir Jozef.
ln elk geval weet je nu, waaraan je te
houden. Het komt mij voor, dat jij je
weer dwaas hebt aangesteld niet
voor 't eerst. Je doet verstandig hein
uit den weg te blijven.
üein uit don weg te blijven
fcen van ons personeel een bedien-
4e van zoo iets beb ik nooit meer
gehoord I
Dan hoor je er nu van, merk
te Sir Jozef op. Ik ben niet van
plan een man weg te sturen, die mij
uitstekend te pas komt, omdat hij zloh
beter gedragen heeft dan jij in dit
weinig eervolle zaaltje. De man blijft,
totdat ik hem verkies weg te sturen
en dat verkies ik op dit ©ogenblik
niet. Je doet verstandiger met langs
een achterweg het liuis binnen te
gaan, je ziet er uit als een verdronken
HOOFDSTUK VIL
Mr. Stripley achter
dochtig.
De gelukster van Mr. Seiwijn Fer-
rand u as zeker dion avond onderge
gaan, want er was nog een andere
onaangename ontmoeting voor hem
weggelegd.
llij hud in liet slechtste humeur van
de wereld afscheid genomen van Sir
Jozef, en liep nu langs een zijpad
naar de Hali, waardoor hij aan de
opmerkzaamheid hoopte to ontsnap
pen, toen hij plotseling van aange
zicht tot aangezicht stond tegenover
eern individu, dat op een eigenaardige
manier naderbij was gekomen. Hij
kwam «xm beetje mank aangestrom
peld, met voorover gebogen hoofd en
zijn lange armen langs zich heen slin
gerend, alsof zij geen geheel met het
lichaam uitmaakten. II ij was gekleed
in een versleten zwart pak, glimmend
op de knieen en aan de ellebogen,
met een grooten zijden hoed, die al
menigen zomer en winter had meege
maakt. Zijn gang en uiterlijk, ge
voegd bij een doodsbleek gelaat,
vuurrood haar, zóó eigenaardig
knipt, dat liet wel een roode muts
leek, maakten zóó'n wonderlijken in
druk, dat Seiwijn, die eerst van plan
was in een boschje te verdwijnen en
hem zoodoende te vermijden, onwille
keurig bleef staan en den man aan
keek met een hinderlijke verbazing,
die dadelijk overging in groote woe
de, want de nieuw aangekomene ver
trok zijn grooten mond tot een grijns.
Wie ter wereld ben jij, en waar
over grinnik je vroeg Seiwijn
woedend.
De man deed een poging, om zijn
gelaat in een ernstige© plooi te trek
ken, mam het w«a zóó'n luttele po
ging, dat de grijns er des te meer ge
prononceerd door scheen.
Ik vraag u excuus, zei hi; met
een onderdrukt gegichel, maar u
ziet er zoo grappig uit u is flink
onder water geweest, niet
Sehvijn keek hem aan.
Wie beu je zei hij woedend.
Wat heeft u hier te doen Als je'op
verboden terrein loopt
neen, zei het vreemde man
netje met een grappig geluid, dat een
-ven wonderlijken indruk maakte ais
zijn verschijning. lk ben gekomen
om Sir Jozef te spreken.
O, kom je om mijn vader zei
Seiwijn
Bij de woorden „mijn vader" keek
de man ontsteld op en dadelijk wer
den zijn manieren onderdanig en eer
biedig, hij nam zijn iioed af en
maakte een diepe buiging
Ik ik vraag u vergiffenis,
teemde hij. Och, dan moet u Mr.
Seiwijn zijn. Ik hoop, dat u het mij
zai vergeven, sir, dat ik u niet her
kende het is eenige jaren geleden,
sinds ik de eer had u tc zien, sir, en
de toestand waarin uw kleeren op 't
oogeubiik zijn
Och, scheid toch uitviel
Seiwijn hem in de rede Je bent
een brutale rekel 1 Ik herinner mij je
niet.
Ik ben Striplcv. de vertrouwde
klerk van uw vader. Sir Jozef, ver
klaarde de man met zijn hoed nog in
de haud, zijn lichaam nog gebogen
om nederig vergiffenis te vragen.
Als ik geweten had, dot u het was,
Sir. dan zou ik het zeker niet ge-
-aagd hebben te lachen
Je zult mijn vader daarginds op
dat pad vinden, zei Sehvijn met
een gebaar om van hein af tc komen
Ik zal mijn vader op de hoogte
brengen van de houding, die zijn
vertrouwde klerk aanneemt. Ga nu
heen
- Ja. Sir zeker, Sir maar ik
hoop, dat u mijn kleine misgreep
over het hoofd zal willen zien. Ik
dacht, dat u een vreemdeling was, en
omdat u zoo nat is....
Met een vloek holde Sehvijn bij
hem vandaan. Maar de man stond
eenige ougeubliklun als aan de piek
genageld niet zijn hoed nog in de
hand, den woedenden jongen man na
te kijken. Toen zette hij langzaam
zijn hoed weer op zijn vlammend
hoofd en mompelde, terwijl hij naai
Sir Jozef ging zoeken
Zoo vader, zoo zoon. Neen, de
jonge schijnt nog slechter te zijn dan
de oude, of ik moet mij heel erg ver
gissen.
Hij vond zijn meester zitten roc
ken op een govoldan boomstam, blijk
baar geheel in gedachten verdiept,
w ant hij keek op met een absente en
gepreoo ipeerde uitdrukking op het
gelaat bij de vreemde verschijning
van zijn vertrouwden klerk.
O. 1« li Jij het. Stripley reide
hij met eon knikje. Is er wat bij
zonders
Ja. Sir Jozef, zei Stripley, zich
wat voorover buigend en zijn kleine
oogen op die van Sir Jozef gevestigd
met een uitdrukking als van een
hond, die niet zeker is of hij een
schop dan wel een slag zal krijgen.
De twee brieven kwamen vanmorgen
een uit Australië en de onder van
de essayeurs
Geef ze hier, zoo viel Sir Jozef
hem iu de rede.
Hij nam de brieven, maakte ze eerst
snel open, maar na en blfk op zijn
klerk geworpen te hebben, langzamer
en las ze.
Was je op het kantoor vóór dat
de brieven kwamen vroeg hij.
Zeker, mijnheer zeker, mijn
heer, zooals o mij verzocht, mijn-
lieer. antwoordde Stripley, met
een onderdanige© glimlach en een
beweging van hel lichaam, die deed
denken aafc den ougstigeu houd, die
een slag verwacht -- lk zorg steeds,
dal ik uw ordore nauwkeurig opvolg.
Altijd sinds u mij als boodschappen
jongen bij u op het kantoor heeft ge
nomen, sinds u mij van de straat
heeft opgeraapt, zooals u gewoon is
te zeggen, en tot mijn tegenwoordige
eervolle vsitie heef: verbeven.
Sir Jozef knikte. Hij had zijn gelaat
gericht naar een opening in het
boschage. waardoor li ij juist hel
Ryall-land kon zien, maar dadelijk
sloeg hij zijn oogeri weer neer en
keek daaiop onverschillig rond.
-- Ik zal je het antwoord geven op
dezen. 7**i hij, daarbij op den brief
wijzend, die den firmanaam „Gilly
en Roberts" droeg. 7.eg hun, dat ik
er op inga En zij behoeven mij niet
weer te schrijven denk daarom.
Als ik liet noodig vind, zal ik er wel
met hen over spreken.
(Wordt vervabrdl