HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1910 haarlemsche Handelsvereeniging Goedgek. by Kou. Besl. van 13 Noy.18ö9. De Haarlemsche Handelsvereeni ging hier ter stede, opgericht 10 Mei 1892, heeft In den loop van den tijd wel haar recht van bestaan bewezen. In zeer vele gevallen, zaken van ver schillenden aard betreffende, is zij opgetreden en dikwijls rnet groot tuccès. Jammer echter, dat men alge meen niet meer blijk geeft, dit te waar'leer en, door ais lid der Vereeni- ging toe te treden. Er zijn wel «leer dan 600 leden, maar dat Is niet vol doende. Elk handelaar, neringdoen de, ja zelfs particulieren, moesten lid worden, om ten minste te laten gevoe len, dat men hot werk op prijs stelt, dat de Haarlemsche Handelsvereeni ging steeds opneemt, als doende, wat hare hand vindt om te doen. De voordeelen, die de Vereeniging buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren leden aan biedt, zijn zeer vele en zeer groots tegenover de geringe Jaarlijksche contributie von f 3.50, die gevraagd wordt. De Haarlemsche Handelsvereeni ging bemoeit zich in de eerste plaats er mede, de belangen van hare leden te bevorderen, door onwillige beta lers voor hen tot betaling aan te manen en information voor hen in te winnen. Bovendien hebben de loden het recht, het hun gratis te verstrek ken advies van den rechtsgeleerden adviseur der Vereeniging te vragen, die ook in proceduren en faillisse menten gratis voor hen optreedt, na tuurlijk alleen voor zaken betreffende den handel en het bedrijf der leden. Als proef kunnen voortaan nieuwe leden voor een half jaar worden aan genomen, doch slechts het 2e halfjaar (van 1 November tot en met 30 April) ed 1.75 de halve contributie. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver eeniging zijn de heeren Mrs. Th. de Haan Hugenholtz en A. H. J. Menens, Spaanie 94, alhier, die voor de leden eiken werkdag van 24 uur des na middags zijn te spreken. Het bureau der Vereeniging is ge vestigd Jansweg 11. Voor incasso's door bemiddeling der Vereeniging wordt een vast recht van 5 pet. der vordering bere kend. Bovendien moet 10 cent voor port steeds worden bijgevoegd, bij Inzen ding van vorderingen door bemidde ling der advocaten te innen. De kosten van Informatiën naar builen de stad woonachtige personen bedragen CO ets. per informatie, plus vijf cents porto-vergoeding. Informa tion naar binnen de stad wonende personen worden gratis verstrekt. Preientiën op buiten de stad wo nende personen worden niet behan deld, wanneer niet 10 ets. voor porto- Vergoeding is toegevoegd. Ruim 1748 informatiën en rechts geleerde adviezen werden in het af- geloopen jaar gegeven. In April en Mei 1910 zijn 55 vorde ringen tot een bedrag van 1768.18 1/2 behaald; 18 vorderingen-worden afbe taald, 14 vorderingen zijn uitgesteld Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers ongeschon den te blijven. Alle brieven, aanvragen, reclames of wat ook, moeten worden geadres seert aan het Bureau, dat geopend is verdere inlichtingen zijn te bekomen. Het Bestuur heeft bemerkt, dat men soms meent, dat men, hoewel geen lid der H. H. V,, toch van haar Infor matiën kan bekomen, en brengt nu nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis dat alleen aan leden der Vereeniging informatiën door haar worden ver strekt, en dat voor informatiën op hier ter stede woonachtige personen nooit betaling mag worden gevor derd. HET BESTUUR. Buitenlandsch Overzicht DE POLITIEKE TOESTAND IN SPANJE wordt nog steeds ernstiger. De Heil'ge Stoel, maar ook 'de Spaansche regeering, handhaven 't eenmaal ingenomen standpunt. Zoo juist wordt weer uit Madrid bericht, dat de ministers vast besloten zijn de politiek voort te zetten en niet de min ste zwakheid te toonen. De minister president zei aan een Journalist, „dat hij do koppigheid der Katholieken een onduldbare uitdaging vond." Ook in Rome houdt men voet bij stuk wel heeft een kardinaal ln een interview verklaard, dat de Heilige Stoel alles ln 't werk zal stellen om een verscherping van 't conflict te voorkomen, maar dezelfde prelaat zei ook, dat Z. H. de Paus aan de recht vaardige eischen zal vast houden, overtuigd zijnde, dat 't Spaansche volk, in overwegende mote Katholiek, de politiek dor regeorlng afkeurt. Een voortzetting van den strijd al- zoo. De Spaansche regeering is van plan In October, dadelijk na de opening der Cortes, de geheele diplomatieke briefwisseling tusschen Madrid en Rome openbaar te maken. De regee ring wil hiermede het bewijs leveren, dat zij steeds correct gehandeld heeft en dat de onverzoenlijkheid h. i. aan de zijde van den Heiligen Stoel is ge- 't Spaansche volk neemt meer en meor aan den politieken strijd deel. Zooals men weet, heeft de regeering de betooging der Katholieken, die Zondag te San Sebastian is aange kondigd, verboden. De organiseerders hebben evenwel besloten de betooging toch te laten doorgaan. Hoe meer de Zondag nadert, hoe grooter t aantal personen wordt, dat, volgens de bladen, naar St Sebas tian zal optrekken. Thans reeds wordt gesproken van 200,000 betoogers I Do Carlistische afgevaardigde Felin heoft ook een beroep gedaan op alle Carlisten ln Spanje, om Zondag naar Sebastian te komen, hun aanhanke lijkheid aan den Paus te toonen en de regeering krachtig te bestrijden. Er wordt nu voor ongeregeldheden gevreesd, zoowel te Sebastian als op andere plaatsen. Te Barcelona is 't al tot een botsing gekomen tusschen Carlisten en repu blikeinen, welke twist ontstaan was door een al te levendige bespreking van weerskanten van de pers-ortike- Ten over de staatkunde der regeering. De politie moest een charge maken, waarbij eenige personen gewond zijn. In de provincies Navarra, Alava, Biskaje en Guipuzcoa zijn ook teeke nen van gisting merkbaar. De regee ring zal er daarom troepen heel zen den. De Katholieken ln die provincies zijn o. a. ontevreden, omdat de regee ring de betrokken spoorwegmaat schappijen heeft weten over te halen geen extra-treinen naar Sebastian te laten rijden. De Katholieken dreigen nu, dat zij desnoods den weg te voet zullen afleggen om Zondag aan de be tooging mee te kunnen doen. De Katholieke afgevaardigden In genoemde provincies hebben besloten aan Z. H. den Paus een telegram te zenden, waarin zij hun onwankelbare trouw betuigen, en aan den Koning een telegram van protest tegen de ge dragslijn der regeering te zenden. Wat zal de dag van morgen bren gen IN DEN BALKAN Is men nu vredelievender dan vroeger gestemd. De Turksche bladen deelen mede, dat de Kretensische regeering ln gunstigen zin beeft geantwoord op het verzoek der consuls der bescher mende mogendheden, om geen afge vaardigden naar de Grieksche Natio nale Vergadering te zenden. Dit geschilpunt Is dus al weer be zworen. Blijkbaar willen de Kreten- sers zich nu geheel naar de wenschen der mogendheden schikken. Er is ook weinig anders voor de eilanders te doen I Misschien hopen ze nu op een belooning hunner gehoorzaamheid I Ook tusschen Bulgarije en Turkije Is 't weer in 't relnp. De Bulgaarsche minister van bui- tenlandsche zaken heeft aan den Turkschen gezant te Sofia de verzeke ring gegeven, dat de Bulgaarsche re geering, bezield met de beste gevoe lens ten opzichte van Turkije, vriend schappelijke betrekkingen met de Porte wenscht te handhaven. Ook andere Bulgaarsche staatslie den hebben zich in vredelievenden zin uitgelaten. Zoo heeft Teodorof, de oud-minister van financiën, tot een journalist gezegd, dat de Bulgaarsche regeering veel te verstandig is, om zich in avonturen te begeven. Turkije en Bulgarije behoeven elkander niet te wantrouwen. „We hebben niets te gen de ontwupening der Bulgaren in Macedonië maar wij willen niet, dat men de hun ontnomen wapenen aan de Mohamniedaneu geeft. Ik geloof niet aan een conflict" Hoe lang zal deze betrekkelijke rust in den Balkan duren, 't Is een vaste gewoonte geworden, dat op een rust periode van enkele maanden weereen geharbewar van jaren volgt DE OPSTAND IN HAURAN blijkt van ernstigen aard geweest te zijn. In een ambtelijke mededeeling aan de pers wordt bevestigd, dat de bewo ners van drie dorpen in de buurt van Damaskus door Droezen vermoord zijn, en wordt verder gezegd, dat aan den bevelhebber der Turksche troe pen, Sami pasja, uitgebreide volmacht gegeven is om in het Hauran-gebied grondige hervormingen door te voe ren en den staat van beleg af te kon digen. Volgens een ander bericht zijn bij de plundering der drie dorpen dui zend menschen vermoord. Een treurig cijfer, voorwaar 1 UIT 'T VERRE OOSTEN, komen eenige nadere berichten over Thibet. Daarin wordt beweerd, dat de toestand langzaam aan verbetert. De correspondent van een Engelsch blad te Calcutta zegt dan ook, het on waarschijnlijk te achten* dat zich voor de Engelsche troepen ccn gele genheid zal opdoen, om de grens over te trekken. De binnenstrooming van Chineezen en vreemdelingen zonder vast emplooi, blijft evenwel een be denkelijk verschijnsel. Tbibetaansche kooplui te Darjee- llng lachen om de bewering uit Chl- neeschen koker, dat de Engelsche handelsfactorijen gevaar zouden kun nen loopen van de Thibetanen. De Thibetanen beschouwen immers den Engelschman als hun besten vriend en den Chinees als hun aartsvijand. Bo venal zijn zij verstoord over de over rompeling, die de Chineezen tegen den Dalai Lama beraamd hadden. Men verneemt verder uit Darjee- ling, dat de I.lnsja Chentsjen, op het oogenblik het hoofd van de Thïbe- taansche regeering, ln de gevangenis geworpen en ter dood veroordeeld is, omdat hij "owelgerd heeft, de Chine, sche staatkunde goed te keuren. Het vonnis is evenwel nog niet voltrok ken. De helrweg tusschen Lhassa en In- dië is voor Thibetaansehe ambtena ren gesloten en de handel is zeer ont redderd. DE INLIJVING VAN KOREA. De stappen ter inlijving van Korea door Japun volgen elkaar op. Blijk baar wordt alles ln gereedheid ge bracht om de annexatie 6poedig oen voldongen feit te maken. Het civiel bestuur wordt vervangen door een mi litair bewind. De spoorwegen in Ko rea zijn onder het beheer van den Ja- panschen generalen staf geplaatst. 'T BELGISCHE KABINET zal zooals men weet, eenige wijziging ondergaan. Schollaert, de leider van het ministerie en minister van bin- nenlandsche zaken, zal de portefeuille van kunsten en wetenschappen aan vaarden en ad interim het ministerie van binnenlandsche zaken waarne men. Helleputte, minister van spoorwe gen, wordt minister van landbouw en openbare werken en interimair van het spoorwegwezen. De benoeming van titularissen voor de twee vacante portefeuilles zal ver moedelijk eerst geschieden nadat de koning van zijn reizen teruggekeerd zal zijn. 'T VREDESCONGRES, te Stockholm heeft in zijn eindzitting een motie aangenomen, waarin met voldoening wordt geconstateerd, dat er opnieuw pogingen in hét werk wor den gesteld, om de verstandhouding tusschen Italië en Oostenrijk-Honga- rije te verbeteren. Het congres besloot gevolg te geven aan de uitnoodiging van Italië en bet vredescongres van 1911 te Rome te houden. Parijsche Brieven CCXXXV.. „Tous les goüts sant dlans la natu re", zegt een overbekend Fransch spreekwoord, waarvan lk de juist heid niet zelden in mijn leven opgemerkt Als men, bijvoorbeeld, al leen maar nagaat, dat er menschen zijn, die liever tot over de ooren in de schulden dan in het water ste ken... Ongeveer negen Jaar geleden ward Brierre, uit Corancez, veroordeeld tot levenslangen dwangarbeid, wegens het vennoorden van vijf zijner kin deren. Niet lang geleden stierf Brierre ln het bagno. Daarop kwam een landlooper, Bou/rreau genaamd, die gevangen was genomen wegens landlooporij en hot dragen van verboden wapens, zichzelf bij het gerecht te Tours be schuldigen, den vijfdubbelen moord te hebben bedreven. „Ongeveer negen jaar geleden," verklaarde hij, „bevond lk me door trekkend in Eure-et-Loir. Mijn. om zwervingen leidden mij op zekeren avond in een afgezonderde boerderij, waar kinderen mij ontvingen. Ik ver nam van hen, dat zij alleen waren; rij vertelden mij, dat hun vader eerst te gen elf uur 'b avonds van de stad te rug zou zijn." Ze gaven me wat brood te eten en lieten me in de schuur sla pen. Toen kwam ik op de gedachte, het verlaten huis uit te plunderen, na eerst de kleine bewakers gedood te hebben. Ik ging dus de schuur uit en gaf den hond een middel in om hem het blaffen te beletten. Toen de kinde ren te bed waren, doodde ik, gewa pend met een keuken- en een hakmes, eerst de vier jongste. Het oudste meisje, ongeveer veertien jaar oud, trachtte te vluchten, doch werd door mij achterhaald en, evenals de an dere kinderen, vermoord. Daarna be gon ik het huis te doorzoeken, doch tevergeefs: ik kon den geldzak niet vinden. Terwijl ik met mijn gesnuf fel bezig was, kwam de vader terug. Ik had nog juist den tijd om mij op hem te werpen en hem mijn mes in den rug te steken. Daarop vluchtte ik, mijn mes op den mesthoop wer pend en mijn zakken achterlatend. Later vervolgde de wroeging me, zoo dat ik besloot, mij het leven te bene men. Ik kocht, te Amboise, een revol ver en schoot een kogel op me af, die echter afweek en de wond zaakte, die men nog aan mijn linker zijde kan zien. Geen doel getroffen hebbende, miste ik den moed, mij verder af te maken. Ik sleepte me moeizaam en ellendig voort, overal' bedelend, tot op den dag, waarop men mij gepakt heeft." Het gerecht, in zijn begrijpelijken angst, ten opzichte van Brierre eon rechterlijke dwaling te hebben be gaan, stelde ter zake een onderzoek in. Bourtreau's zelfbeschuldiging had veel schijn van waarheid. Brierre had immers altijd zijn onschuld uitgekre ten. En Bounreau was een landloo per, een vagebond, die nu eens be delde, dan weder „vaguement" het voddenrapersberoep uitoefende of smokkelwaar verkocht. Zeer vaak had hij met de politie kennis ge maakt. Wel had hij een goedig voor komen, deze vleezige man van eesn- en-veertig jaar doch wat bewijst dat? Had, om maar een enkel voor beeld te noemen, de zestienjarige Gil- le, die, met voorbedachten rade, een vrouw op de wreedaardigste wijze had vermoord, niet een fijnbesneden gelaat? Bij bet onderzoek bleek echter dui delijk, dat Bourreau, die alle moeite deed om den rechter van zijn schuld te overtuigen, niet slechts voortdu- reaid met zichzelven, doch ook met de opgeroepen getuigen in tegenspraak was. Bijna al zijn beweringen kwa men „fólikant" uit en zijn onschuld kwam helder aan het licht. Ten einde zich den strop nauwer om dim hals te halen, had hij ook beweerd, dat hij veel van de Stein- heilzaak af wist Ook dit bleek slechts een spel van zijn fantasie te. zijn. Ten slotte, van alle kanten in het nauw gedreven, verklaarde de land looper, dat hij de justitie maar wat had voorgelogen. Hij was levensmoe- en wilde daarom gaarne geguillo tineerd worden! Waarachtig alle smaken zijn in de natuurI Waarom de man die ex, tusschen twee haakjes, zeer sympathiek uit ziet zich dan niet zelf een kogel doocr het hoofd joeg? Omdat hij er den moed niet toe had. En zelfmoord is een actieve daad... Geguillotineerd te worden ia iets passiefs... Wellicht vond hij ook, dat zelfmoord zondig is, en dat het onschuldig ster ven door beulshanden een soort van martelaarschap ln het leven roept men neme deze contradictio in termi nis voor lief. Wie vermag, slechts naar de simpele feiten oordeelende, het ziele- en het denkleven doorgron den van een vagebondeerenden armen drommel, die zich wel tegen de ge schreven wetten des lands gedraagt, doch, zooals uit heel zijn verleden is gebleken, niet in staat is om zelfB een muis kwaad te doen? „What 's in a name?" zei Shakes peare. Wel, is het niet zonderling, dat iemand, die, op z'n Holiandsch, Beul heet, zich beijverde om, con amore, door beulshanden te sterven? Dit feit is natuurlijk koren op den molen der anti-doodstraffere. Het le ven te laten door vriendelijke bemid deling van den beul bleek voor den heer Beul verre van afschrikwekkend te rijn. Integendeel hij stelde de onthoofding, mits onverdiend, meer op prijs dan zijn hoofd. Ware Bourreau rijk geweest, hij zou waarschijnlijk ln een aeroplane zijn opgestegen, aangezien dit, te oor- deelen naar de „gemengde berich ten" der laatste maanden, voorshands het zekerste middel is om op brillan te wijze om liet leven te komen. Per soonlijk ken ik een levensmoeden ex- viveur, die al zijn best doet om op die moderne „ongezochte" wijze uit de wolken te vallen. Bounreau kan echter geen aëropla- ne bekostigen. Waar zou het in onze ordelijke maatschappij heen moeten, indien landloo pers zich zoo maar in eens tot luchtvlieger konden verhef fen? Evenmin kunnen, om bij de veel vuldige zelfmoordneigingen in onzeu tijd te blijven, de kosten van een vliegtoestel bestreden worden door 't jonge meisje, dat ik eenigen tijd ge leden weemoedig langs een der Seine binnenkorten zag wandelen. Daar zag zij een hondje aan den oever, dat blijkbaar moeite deed om, met uitge- rekten hals en uitgestoken tong, wat water op te slorpen. De onbekende schoone stond er bij stil, sprak, zich onbespied wanende, tot den hond: „Arm diertje, je bent net ais ik; je bent levensmoe en je durft er niet in; maar ik zal je helpen," er, gaf het beest een duwtje... liet beest kroop spartelend uit het water weer naai den oever. Toen vertoonde ik mij. Het meisje wierp mij een blik vol angst toe, en ging heen... Bourreau is zéér teleurgesteld, dat hij „a mancjué sou coup" en nu weer een zwerversleven zal moeten leiden. OTTO KNAAP. Tan de Residentie en haar lewoners. LXV1II. Het bestuur vau de Tentoonstelling voor Huisvlijt heeft eindelijk begre pen, dat de toegangsprijs te hoog ge steld was en een kwartjesweekdag is ingesteld. Dat is wat, maar er moet nog heel wat meer veranderen, wil de tentoonstelling aan haar doel beant woorden en bezocht worden door de genen, die tot het beoefenen van huis vlijt geroepen schijnen te zijn. Haarlemmer Halletjes EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE. De kermis brengt, dat staat vast, allerlei stoornis in den gewonen gang van zaken. Ik heb een huismoeder hooron vertellen, dat zij den slagers knecht een kermisfooi en een bestel ling had gegeven de eerste stak hij in zijn zak en de tweede vergat hij. Toen zij daarop den patroon op belde, en hem op het verzuim van zijn bediende wees, antwoordde hij gemoedelijk „och, mevrouw, 't is kermis, de jongens hebben zoovéél aan hun hoofd 1" Zelfs de tram is er van onthikt en Schiet in deze dagen op allerlei plaat een uit de rails. En de godin dei poëzie moet in de kerm is week Haar lem wel mijden, wegens de geweldige prulgedichten, die hier nu worden voorgedragen. Als 't maar zoowat rijmt, schijnt de maker het al mooi te vinden, of de regels even lang esn de zinnen behoorlijk gebouwd zijn, laat hem koud als een steen. Vooral de poëet, wiens maakwerk In het Brongebouw wordt voorgedragen, hoeft zijn kracht in de lengte gezocht Ik verzoek aandacht voor het volgen de fragment De badhuizen der Amerikanen, Ziin steeds voor ieder open. En hier moet men, wil men boden, F.erst de beurs ontknoopen. Bij ons nooit de gemeente klagen, Nimmer om centen vragen. Verkrijgt men bier niet genoegzaam renten. Verhoogt men fluks maar de op centen. Gaat de gasfabriek bij ons naar wenschen, Komt die winst onder de menschen. Hier heerscht een koopmans-bestuur, Verkoopt het gas veel te duur. 't Is of er een kind aan het stame len is. Maar bovendien schijnt de brave dichter niet begrepen te hebben, dat zijn betoog zichzelf tegenspreekt. Geklaagd wordt over verhooging van de opcenten (die in geen jaren ver hoogd zijn) en tegelijk over den prijs, die lager moet wezen. Onze poëet schijnt evenwel niet te begrij pen, dat verlaging van den gasprijs noodzakelijk verhooging van de be lasting moet doen volgen. Het geld moet toch ergens vandaan worden gehaald. Wat een laag bij den grondsch gerijmel Zoo gaat menig een, die het hoort en niet nadenkt, met een vaag gevoel van ontevreden heid op het gemeentebestuur, naar huis. Toch gaan de kermisdichters, in hun critiek op gemeentelijke toestan den, nog niet zoo ver als een hoofd ambtenaar in een der voorsleden van Berlijn, die het plan heeft wereld kundig gemaakt om de hondenbelas ting te verdubbelen, neen te verdrie voudigen. Deze heer vindt namelijk de honden onnet Door wat ze op straat deponeeren worden misschien allerlei riekten, roodvonk, typhus en zoo meer, verspreid I Immers bepaal den de dieren rich tot het trottoir, dan zou de gemeente-reiniging een en ander gemakkelijk kunnen opvegen, maar neen, ze gaan ook op den rij weg en daar worden destoffen, zal ik maar zeggen, door voorbijgan gers aan kleeren en schoenen meege nomen. Heel zeker, dat op die manier aller lei nare ziekten inderdaad verspreid worden, is de brave man niet. maar ie kunt niet weten. Een voorzorg is bovendien een vóórzorg, nietwaar, en ge.cn nazorg. Nazorg helpt gewoon lijk niet, levert maar zorg op en zoo is het dus beter, vóóruit te zorgen, dan kan er niets gebeuren. Mocht ons gemeentebestuur er soms over denken, om deze zelfde reden ons hondenleger in te krimpen (ook de Haarlemsche honden zijn niet fijn gevoelig genoeg om zich tot het trot toir te bepalen), dan kunnen we op het gebied van voorzorg nog wel wat verder gaan. Soms vallen menschen van een fiets en bezeeren zich geen fietsen meer is een afdoend middel. Een anderen keer krijgt iemand het wiel van een wagen over zijn teenen we schaffen eenvoudig de wagens af. Het kan voorkomen, dat we na- deelige bacillen door neus of mond inademen welnu, we scheien er met ademhalen uit..... maar wacht cons even, dat zou niet gaan, want dan konden we niet meer bestaan. Zou het dan maar niet beter wezen, om ons niet al te beangst te maken voor wat honden, hetzij dan op het trottoir of op den rijweg, deponeeren, en den hygiëne najagenden ambte naar in Berlijn niet na te volgen Arme honden I Zo mogen letterlijk niets meer, want sinds langs is ook het Janken en blaffen bij nacht hun verboden, omdat het burengerucht zou zijn, en bijten mogen ze al lang niet meer, dan in datgene, wat hun officieel wordt voorgezet. In weerwil van al die verbodsbepa lingen gaat het stomme dier maar voort met ons diensten te bewijzen. Zelfs de dieven wil het helpen opspo ren en vangen, zooals we den afge- loopon Zondag bij een wedstrijd in den tuin van het Brongebouw hebben kunnen zien. Eerlijk gezegd heb ik meermalen met bezorgdheid aan die voortgaande ontwikkeling van den politiehond gedacht De tijd zou, zoo vreesde lk, komen dat de hond er in zou kunnen slagen om alle misdadigers op te spo ren. en daarmee den mensch over treffen, die maar nu en dan zoo ge lukkig ia Mij dachtde superioriteit van dan mensch boven het dier liep gevaar. Maar nu ik Zondag gezien heb, hoever de honden het gebracht hebben, ben ik voor de menschen in den eersten tijd niet bang. Het hon dentalent is, laat ik zeggen, nog iet wat ongelijkmatig ontwikkeld. De een weet met buitengewoon fijnen neus een verborgen voorwerp te vin den, maar weigert over een schut ting te springen de ander springt een half huls hoog, maar schijnt wat verkouden en schiet dus te kort in het speuren. Zoo zijn er tal van verschil len. Het eenige waarin ze allen zon der uitzondering overenstemmen, is, dat geen van de dieren wou eten wat een van de juryleden hem voorwierp, maar in hoever dit van groote be- toekenis is. weet ik niet, omdat ik niet eezien heb waaruit het onthaal be stond. Dat kan, dunkt me, bij uitstek verschillend wezen. Ten slotte is dit alles niet afdoend. Al gaat een politieman er ook op uit met vier honden, een om te springen, een om te speuren, een om aan te vallen en een om te verdedigen, ook hier zal in de meeste gevallen van nazorg en niet van voorzorg sprake wezen. De ideale politiehond is nog niet geboren. Er wordt wel eens ge zegd. dat de hond in het algemeen vriendschap gevoelt voor den braven en afkeer voor den slechten mensch, welnu, als dat waar ls, dan moetdeze eigenschap zoodanig veredeld en ver fijnd worden, dat de hond bij instinct beseft, wie booze dingen van plan ziin uit te voeren. Dan zal pas de triomf van den politiehond gevierd kunnen worden, wanneer zijn gelei der een man naar het bureau brengt en aan den inspecteur overgeeft, zeg gende „deze kerel moet voor drie maanden achter de tralies, Caro heeft booze plannen bij hem geroken." Het eenige bezwaar tegen deze nieu we methode zal wezen, dat we er nog een gevangenis bij zullen moeten bou wen, maar dat moeten we voor onze veiligheid overhebben. Zoo worden de dieren ook al ge ëxamineerd en hebben de menschen van deze operatie het monopolie niet meer. Wel zijn ze onder de menschen op dit oogenblik in vollen gang. Klei ne, middelsoort en gToote examens, dag in dag uit wordt het resultaat meegedeeld en midden in den zomer kan menigeen vol spanning zingen Vol verwachting klopt mij 't hart, Of 'k een koek krijg of een gard. Iedereen hoopt natuurlijk, dat hij of zij er door zal komen, maar nu en dan staat ex wel eens een verbaasd over den gunstigen uitslag. „Dat ik dat nog mag beleven", zuchtte er een, toen hij hoorde, dat hij door zijn eind-examen van de H. B. S. met 5-jarigon cursus was. Was hij er inderdaad doorgetold, of taxeerde hij zijn eigen bekwaamheden te laag Wie zal het zeggen Zooveel is wel zeker, dat de examinatoren, die ove rigens toch ook menschen zijn, wel wat door de vingers zien. Anders zou de jongen, die op de vraag„hoe heet de koning van Engeland ten antwoord gafEdward, zeker ge straald zijn. Als merkwaardigheid wordt meege deeld, dat uit één familie vier kinde ren. van 15, 16,. 18 en 19 jaar, eind examen hebben gedaan en op den Jongste na, allen zijn geslaagd. Ik bied bij deze den niet geslaagde mijn oprechten geluk wensch aan. Op zijn leeftijd kon men niet rijp wezen voor dat examen en ik hoop van harte, dat hij op zijn zestiende jaar óók niet slaagt Alles moet zijn tijd van ont wikkeling hebben en die overvlugge studie wreekt zich, misschien pas later, maar in elk geval zeker. Het meisje van zestien, dat wel geslaagd ls. verdient ons medelijden. Wat moet het kind met dat diploma doen Verder rennen door het land der we tenschap Ach, laat het liever spelen naar haar leeftijd, zwemmen, ten nissen, opdat het later naar de kin derjaren terug kan zien als op eene periode van onbezorgd geluk. De ernst van het leven komt gauw genoeg, we behoeven dien niet vóór den tijd te wenken, dat hij zich toch haast. Ik heb een jongmensch gekend, die het gymnasium doordraafde, toen do academie doorgaloppeende en mei-s ter voor zijn naam schreef, op een leeftijd, sis een ander nog ln de kin derjaren is. Wat er van hem geworden is Niets. In de practijk was hij onbruik baar, kende het leven niet, had er nooit iets van begrepen. H:. wist al leen van boeken Maar het leven is geen boekenkast, het leven eischt bekwaamheid e u geschiktheid samen. Welnu,1 yan die laatste eigenschap blijven de* ze jong-knappe stumpers verstoken. Maar ik wil niet met een droevig geval eindigen. We worden in de courant tegen woordig opgewekt tot het stoken van allerlei soorten anthraciet. „Stookt A raadt de een. „Neen, stookt B 1", roept de ander. „Wei neen, stookt C 1" lokt de dorde. En wij, wat doen we We stoken geen van drieën, want de zon is Ln deze dagen onze groote warmtebron. Het is. alsof je 's winters toevallig, in een zwemschool komt en daar da aansporing leest„draagt de bad- costuums von X. 1" Brrrrr 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 5