KWARTJES ADVERTENTIEN VRAAC-EN-AANBODS ADVERTENTIEN: 1-6 REGELS 25 CENTS 3 PLAATSINGEN f 0.50 BIJ VOORUITBETALING den wethouder voor het Arm weren, <lr. N. M. Josephus Jitta, en den voor zitter van de Commissie voor het Burgerweeshuis, den heer W. F. C. Druyvéstein. In de regentenkamer werden de le den der weeshuis com missie voorge steld. De heer Druyvéstein heett de IJooge Bezoekers welkom. Een weesjongen en een weesmeisje boden aan de beide Koninginnen hloemruikers aan. Hierop volgde een rondwandeling door het gebouw. Een meisjeskoor zong „Gelukkig Vaderland" en „Wilt heden nu tre den" uit Valerius Gedenckclanck. In de kinderschool waren jongens en meisjes bezig met spelen. In de school zeide Koning Albert tol den heer J. Stam, hoofd van ouder wijs van het Burgerweeshuis, doelen de op de tentoongestelde teekeningen en proeven van slójd-arboid: „Men schijnt hier een goede methode ie volgen. Mijn kinderen loeren op de zelfde manier." Door deze vestibule bereikten de Hoog© Bezoekers een oud-Hollandsche kamer, waar even getoefd werd. Hier zetten de beide Koninginnen, Koning Albert en Prins Hendrik Hunne hand- teekeningen in het daarvoor bestem de boek. Na een hoera van de weezen ver trokken de vorstelijke personen weer. 't Laatste bezoek gold 'T BAGUNENHOFJE. Het Bagijnenhof werd bereikt aan den ingang aan het Spui. Op het fraaie, stille hofje, dat als een over blijfsel uit lang vervlogen tijden mid den in de moderne wereldstad onge schonden bewaard is gebleven, was alle publiek geweerd. Dé grond was mot fijn wit zand en maagdepalm- blaadjes bestrooid. Onmiddellijk begaven de Hooge Be zoekers met gevolg zich naar de wo ning van den rector, monseigneur G. Klönne, die hen daar ontving, en in zijn toespraak herinnerde aan de ge schiedenis van het Bagijnenhof. Mgr. Klönne noemde het samen- treffen van twee Koninginnen uit de Vorstenhuizen, waaraan liet Bagijnen hof zijn voortbestaan dankt, zeer ge lukkig. Ten slotte vertoonde hij aan de vorstelijke bezoekers het origineel der ordonnantie. Toen werd afscheid genomen en een rondgang over het Bagijnenhof ge maakt, waarna men naar het Paleis terugreed. HET VERTREK. Te halfvier zijn Koning Albert en Koningin Elisabeth, begeleid door ons Koninklijk echtpaar, naar het Cen- traal-station vertrokken. Vóór het Paleis was groot militair vertoon. Op de kleine steentjes stond een geheel bataljon infanterie opgesteld, onder commando van kapitein Do Rooy, en van Kalverstraat tot Nieuwcndijk was een escadron huzaren geschaard. In het Koninklijk pa\ijjoen van het Centraal-statiou wachtte een aantal hoogwaardigheidsbekleders en auto riteiten de komst der vorstelijke per sonen af. Men zag er o. m. de minis ters van buitenlandsche zaken, mari ne, koloniën, financiën en waterstaat; den voorzitter van de Tweede Kamer, den vïce-voorzitter van den Raad van State den commissaris der Koningin in de provincie Noord-Holland, enz., terwijl op het perron aanwezig wa ren het personeel van de Belgische legatie en burgemeester en wethou ders van Amsterdam. Een eerewacht van grenadiers werd gecommandeerd door kapitein Latour. Na een kort oponthoud in het Ko ninklijk Paviljoen, trad het hof naar buiten. ooraan Koning Albert met Koningin \V iliielmiua, daarachier Prins Hendrik met Kouiagin Elisa beth. De Koning inspecteerde de eere wacht, en in dien tijd trad Zijne ge malin op den burgemeester toe, en bracht Zij hem dunk voor de ont- OVER DER GEMKI-PAS. Als iemand mij zou vragen, hem een tocht door het gebergte te wijzen, waarop men bet schoone en liefelijke, maar ook het geweldige en imposan te der bergen kan loeren kennen en tonder gevaar of al te groote inspan ning tot op gruote hoogten kan stij gen, kortom ten tocht, waarop men alle karakteristieke eigenaardighe den van het hooggebergte ziet, zon der dat het genot verstoord wordt door al te groote moeilijkheden, zoo iemand zou ik direct den Gemmi noe men. Deze beroemde Zwitsersche bergpas, die ons van het Bernerober- land in Wallis en het Rhónegebied voert, vormt werkelijk een idealen al pen toer en vindt in schoonheid, grootschheid en afwisseling zijns ge lijken niet. In het volgende willen wij eenige wenken geven, hoe men van deze reis, die nauwelijks twee dagen in beslag neemt, het meest ge nieten kan. Van Bern uit gaat men 's middags per spoor over Xliunn naar Frutigen. Dit is tot nu toe het eindstation op deze lijn, totdat de doorboring van den Lötschberg volbracht is, waar door de directe spoorwegverbinding van het Oberland naar Wallis m aansluiting met den Simplunspoor- weg gevormd zal worden. Is dit werk volbracht, dan kan men per spoor gaan tot Kandersteg; tegenwoordig neemt men aan liet station Frutigen plaats in een der vele gereedstaande wagens en rijdt door het groene Fru- tigdal, dat door hooge voorgeberg ten wordt ingesloten, naar Kander- steg, de hoogste hotelplaats in Wal lis, liggende ean den ingang van den Lötsclibergtunnel. Wil men het goed- kooper doen, dan kan uien ook den afstand van Frutigen naar Kander- steg te voet afleggen. Dit is echter vangst, welke de hoofdstad Haar en Haar gemaal bereidde. En ook de Ko ning betuigde daarna Zijn erkente lijkheid. Dan treedt Koningin Williel- mina vooruit. Zij kust de Belgische vorstin hartelijk op beide wangen, reikt Koning Albert de hand, welke deze eerbiedig kust, en dadelijk daar op gaan de Koning en de Koningin der Belgen Hun salonrijtuig binnen. De kapel der jagers speelt de Braban- Qonne, en om vijf minuten voor vieren vertrekt de koninklijke trein naar Brussel, door de ter reede liggende oorlogsschepen mei kanongebulder uitgeleide gedaan. Even later, te 4 uur, vertrokken Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik naar Soestdijk. Op liet perron der IIoll Spoor was de Burgemeester van Baarn ter ver welkoming aanwezig. In 3 hofrijtui- gen reed men met het gevolg naar Soestdijk. De Koningin zag er ondanks de ver moeiende dugen zeer opgewekt uit. VEREENIGDE VERGADERING DER BEIDE KAMERS. Zaterdagmiddag werd de vereenig- de vergadering van beide Kamers ge houden tot sluiting der zitting van de Staten-GeneTaal. Slechts een 30-tal leden waren aan wezig. Minister Heemskerk las de volgen de sluitingsrede voor: Mijne Heerenl Het heeft Hare Majesteit de Koning in behaagd mij op te dragen de zit ting van de SUiten-Generaal in Haren naam te sluiten. Verschillende wettelijke voorzienin gen kwamen in het afgeloopen zit tingjaar, dank zij Uwe medewerking, tot stands De som bestemd tot goedmaking van de kosten van een eventueel Re gentschap werd vastgesteld. Goedkeuring werd gehecht aan handelsregelingen met Zweden en Montenegro, aan een te Parijs geslo ten internationaal verdrag nopens 't verkeer met automobielen, aan een arbitrage verdrug met Italië en aan s de verlenging van de arbitrage ver dragen niet Engeland en Frankrijk. Maatregelen werden getroffen tot voorziening in den achterstand bij somimge gerechten. De bezwaren waartoe het vroeger bestaande voorschrift betreffende het onderzoek uaar net vaderschap aan leiding gaf, werden opgeheven. De drie ontwerpen van wet, be stemd te zaïnen de reorganisatie van de rechierlijKO inrichting tot stand ie brengen, mochten Uwe goedkeuring verwerven. In de wet op het Nederlanderschap en het ingezetenschap werd ten be hoeve van buitenslands wonende Ne derlanders een wijziging gebracht Het burgerrechtelijk gedeelte van de kmderwetgevmg werd ter voldoe ning aan eischen van de practijk ge wijzigd en aangevuld. Bepalingen tor voorkoming van 't gebruik van absint werden vastge steld. De wijze waarop door gemeente ambtenaren zekerheid is te stellen, werd geregeld en in nauw verband hiermee werd de Gemeentewet gewij- zigd. Een wet kwam tot stand tot wijzi ging van enkele bepalingen der wet tot regeling van hel lager onderwijs, waardoor in afwachting van een re organisatie van het onderwijs in het algemeen meer steun van Rijkswege kan worden verleend tot instandhou ding van het uitgebreid en meer uit gebreid lager onderwijs. Bepalingen tot bescherming van 'trekhonden mochten Uwe goedkeu ring verwerven. De wet tot voorziening tegen be niet aan te bevelen, want de te vol gen urenlange straatweg is zeer stof fig en de zon doet tusschen de hoo ge bergen en het dal een brandende hitte ontstaan, zoodat deze tocht zeer vermoeiend is en het genot van den eigenlijken Gemmitoer reeds bij voorbaat vergalt. Een gezelschap Berlijners, dut ik eens bij aanbreken- den nacht op den Gemmi aantrof en hetwelk te voet van Frutigen geko men was, verklaarde volkomen uitge put te zijn door dezen tocht Gaat men daartegen per rijtuig, dan komt men ter bestemder plaatse aan, ter wijl men een prachtigen rit beeft door een voortdurend afwisselend landschap. Men verzuime niet een bezoek te brengen aan het Blauwe Meer, dat eenige honderden meters van den straatweg verwijderd ligt. Dit meer met. zijn prachtige saphir- blauwe kleur is een natuurwonder, dat iedereen rnet verrukking vervult; het kleurenspel in het water is voor al op een roeitocht mooi waarneem baar en is van een ongemeene schoon beid. Het water is zoo helder, dat men op den bodem in allerlei prach tige kleuren de versteende boomstam men kan zien, welke daar reeds sinds eeuwen liggen. Jammer genpeg is dit heerlijke kleine meer slechts te gen betaling te bezichtigen, hetgeen met nog vele andere natuurmonu menten in Zwitserland het geval is, bijv. ook de beroemde watervallen in het Berneroberland. Tegen den avond komt men in Kanderstcg aan. Wien het niet op den tijd aankomt, raden wij aan, hier te overnachten, om den volgen den morgen het aan den voet van den wit gekïeurden Blumlis liggende Oeschinenmeer te bezoeken. Dit is een der schoonste bergmeren uit Zwitserland, liggend in een land schap van groene alpenweiden, met alpenrozen bedekte velden, geweldi ge rotswanden, clotschers en nare!en smctteüjke ziekten onderging een noodige aanvulling. Een verhooging van den accijns op hot gedistilleerd werd vastgesteld en de bestemming van de opbrengst dier verhooging voorloopig geregeld. Een wetsontwerp tot aanvulling en wijziging van eenige bepalingen dor Landweonvet en een wetsontwerp lot wijziging van de wet tot regeling van liet militair onderwijs bij do land macht voor zoover daarbij do oplei ding voor den officiersrang en de hoogere vorming van den officier zijn betrokken, mochten Uwe goedkeuring verwerven. in verband met het op 11 October 1909 te Parijs gesloten internationaal verdrag betreffende het verkeer met automobielen, werd wijziging ge bracht in de Motor- en Rijwielwet. Een wet tot naasting van den spoorweg GoudaSchoonhoven, bene vens onderscheidene onteigeningswet ten ten behoeve van den aanleg van nieuwe spoorweg! ij nen, kwamen tot stand. Door U werden de gelden toege staan, noodig ter verbetering van de positie van directeuren en commiezen bij do posterijen en telegrafie. Bepalingen werden vastgesteld tot wering van den Amerikaanschen kruisbessenmeeldauw. Op verschillende punten werd de Ongevallenwet 1901 gewijzigd. Een overeenkomst met de naamloo- ze vennootschap „Zeehaven en kolen station Sabaug" te Amsterdam betref fende den aankoop van een deel van hare bezittingen op het eiland We en daarmede verband houdende regelin gen, werd goedgekeurd. Ten behoeve van de verbetering der haventoestanden te Seinaraug, alsme de voor den aanleg van stoomtramwe gen van Tasikmalaja naar Singapur- rondstrooiende watervallen. Gewoonlijk begint men den Gemmi- tocht bij het vallen van den avond. Daar voor den afstand tot hotel Schwarenbach drie tot vier uur gere kend moet worden, komt men in den zomer, als de schemering Lang duurt, nog juist voor het aanbreken van den nacht op de plaats van bestemming aan. De weg verlaat het Kanderdal met schuimende en bruisende Kan der en slingert zich in vele windin gen langs de steile hellingen van een berg naar boven. Voortdurend ope nen zich tusschen hooge naaldboo- men. verrukkelijke uitzichten op het schoone, langgestrekte Kanderdal en do majestueuze bergen, die dit in sluiten. Langzamerhand ziet men echter boven zich op ongelooflijke hoogte met ijs bedekte bergtoppen, die door de ondergaande zon met een rooden gloed zijn overgoten. Die pracht daarboven lokt tot steeds snel ler stijgen. Eindelijk is men boven gekomen, en de prachtige weg, nu bij na geheel vlak, voert door mialdbos- sclien langs afgronden. Hier krijgt men het beroemde uitzicht in het Gasterendal, een diep, wild rivierdal, waarin langs machtige berghellingon het gletscherwater naar beneden springt, bruisende, schuimende stort beken vormend. In één blik omvat men hier een onvergetelijk schoon landschap. Verder voert de weg door wildere streken. De.boomen verminderen in aantal, verdwijnen ten slotte geheel. Rechts stijgen getande kammen dreigend omhoog; links echter gloei en in den rooden schijn der avondzon de hoogste toppen van dit gebergte Doldenhorn en Balmhom. vooral echter de Altel, een grootsche ijspy- rnmide. Men ziet nog de groote won- do, welke de gletscherval van 1897 in dezen ijsberg maakte. Men volgt de zen vreeselijken weg, waarlangs zich het verderf in het dal gestart heeft. na en van Krïan naar Gempolkorep werden de noodigo gelden beschikbaar gesteld. Eveneens voor de terugbren ging van liet particuliere land Kan- danghaucr tot het staatsdomein. Een wei houdende regeling van het N'ederlandsche onderdaanschap van de bevolking van Ncdorlandscb-Indiö kwam tot stand, In verband waarmede tevens verscheidene wetsbepalingen wijzigingen ondergingen. T)o Koningin heeft, mij opgedragen aan U, miine heeren, haren dank te betuigen voor uwen ijver en voor uwe toewijding aan 's lands belang. In naam der Koningin on daartoe door Haar gemachtigd, verklaar ik deze zitting der Sta ten-Genera al te zijn gesloten. TWEEDE KAMER. PERSONEEL VAN HET ROODE KRUIS. Een wetsontwerp is ingediend tot regeling van den rechtstoestand van het in de geneeskundige formaties en inrichtingen der legers gebruikt wor dend personeel der behoorlijk door hare Regeering erkende en toegela ten vrijwilige vereenigingen lot hulp betoon. In liet nu aangeboden wetsontwerp zijn bepalingen voorgesteld betref fende a de wijze, waarop het personeel der vrijwillige ziekenverpleging in het verband van een op voet van oor log gebrachte krijgsmacht kan wor den opgenomen b. den duur van het dienstverband; c. de wijze waarop de dienst bij de vrijwillige ziekenverpleging verstrekt wordt d. de wijze waarop het dienstver band eindigt; c. hot rec-lit op pensioan, enz. BESTRIJDING VAN ZEDELOOS HEID. (Memorie van Antwoord). De Minister van Justitie heeft, naar hij in de Memorie van Antwoord me dedeelt, in een aangeboden gewijzigd ontwerp van wet, ernstig getracht te gemoet te komen aan de kritiek, wel ke in het Voorloopig Verslag werd geuit, en hij verwacht dan ook, dat veler bedenkingen hierdoor zullen zijn vervallen. Ten aanzien der onder de aandacht gebrachte leemten in liet ontwerp, wordt in de Memorie van Antwoord liet volgende opgemerkt Hoezeer erkend moet worden, dat niet steeds door den burgemeester rnet voldoende kracht tegen aanstoo- telijke schouwburg-vertooningen wordt gewaakt, meent de Minister, dat deze materie eerder bij eene wij ziging der Gemeentewet aan de orde behoort te zijn. Voor zoover obscene tooneelstukken door den druk wor den gemeen gemaakt, zullen zij bo vendien door de ontworpen bepaling van art. 240 kunnen worden getroffen, terwijl tot toepassing van het bestaan de art. 451, nummers le en 2e, ver moedelijk in sommige gevallen aan leiding zou kunnen Ixrtaan. Hoe verfoeilijk kwaad homo- sexueele handelingen ook zijn, naar het oordeel van den Minister zou een strafbaar stellen dier daden in het algemeen, waarmede dan trouwens alle tegennatuurlijke ontucht zou zijn gelijk te stellen, het eenmaal voor dit wetsontwerp getrokken kader over schrijden. De Minister vond daarentegen wel termen, om in het gewijzigd ontwerp van wet voor te stellen de strafbaar heid van de(n) meerderjarige, die met een minderjarige van hetzelfde ge slacht ontucht pleegt. (Art. 248bïs). Dat het oorspronkelijk ontwerp geenerlei strafbepaling tegen de sou teneurs zou bevatten, schijnt den Mi nister minder juist toe. De Minister is echter te rade gewor den tegen hen (do souteneurs) in het gewijzigd ontwerp (artt. 432 en 434) nog bijzondere strafbepalingen voor te stellen. Maatregelen tegen het in bios cooptheaters ten toon stellen van af beeldingen of voorstellingen, die de verbeelding der jeugd op ongewensch- te wijze prikkelen, anders dan op sexueel gebied, schijnen den Minister buiten de economie van dit wetsont werp te liggen. Het wil den Minister voorkomen, dat, zoolang de practijk niet van een onvoldoende werking van het tegen woordig artikel 245 Wetboek v. Straf recht hoeft doen blijken, er voor hem geene aanleiding bestaat, om veran dering in ieze voor te stellen. SPEELZUCHT. De Minister zet uiteen, dat de rege ling van dit ontwerp, ook de zooge naamde geheime speelholen aanvalt, in zooverre zij in artikel 25ibis sub lo. het opzettelijk geven van gelegen heid tot hazardspel strafbaar stelt, zoo spoedig dit als bedrijf wordt uit geoefend, onafhankelijk of daartoe het publiek wordt toegelaten, dan wel de toelating tot geuoodigdeu of ge- introduceerden wordt beperkt. De clandestiene speelhuizen zullen bij be hoorlijke activiteit der politie dan ook evenaiin in wezen behoeven te blijven als de openbare. Intusschen is de munster van oor deel, dat met het oog op liet steeds driester optreden der ondernemers van speelhuizen het strafmaximum, dat in het ontwerp op één jaar ge steld was, tot twee jaren moet wor den verhoogd. De minister is teruggekomen van een algeheel wed verbod op courses. Hij heeft zich gerechtigd geacht in het gewijzigd urtikel 25-ibis eene rege- ling te ontwerpen, waarbij de moge lij kbeid wordt geopend, dat het ver bod niet toepasselijk is op kansover- eenkoinsten, aangeboden door de on dernemers van wedrennen, overeen komstig de bij algenieenen bestuurs maatregel te stellen voorwaarden. Practisch zal dit dus hierop neerko men, niet dat een bepaald verlof van overheidswege wordt verleend, doch dat de voorwaarden worden omschre ven, door weikei naleving men hui ten de strafbepaling valtvoor voort durend toezicht en waken van regee- ringswege, dat hierbij de grenzen van uitspanning, van belangstel lings- prikkcl zonder gevaar van ernstige verliezen, niet worden overschreden, zal die maatregel intusschen vol doende gelegenheid kunnen bieden Naar de minister vertrouwt, zullen op deze wijze de belangen van land bouw en sport met die van beteuge ling der sjwelzucht behoorlijk vereo- nigd kunnen worden behartigd, doch een zich onthouden van elk wedver- bod door den straf wetgever op grond, dat liet hier berekeningen zonder eigenlijk hazard-karakter zouden gel den, lijkt hem niet gemotiveerd. Vervolgens werd in het gewijzigde artikel eeno belangrijke beperking aangebracht in de definitie van ha zardspel, waardoor slechts liet alge- meene, absolute karakter van het spa' beslissend zal zijn, en niet meer, zoo als volgens de oorspronkelijke defini tie, een naar zijn aard onbetwist bo rekeningsspel, b.v. whist, domino e. d. wettelijk als hazardspel zou kun nen worden aangemerkt, wanneer één der deelnemers' het spel niet kent Door eene omzetting van woorden is thans volkomen duidelijk gemaakt, dat alle Weddenschappen zonder on derscheid onder hazardspel z$lleu worden begrepen. Door deze definitie zal tevens gele genheid bestaan, het bedrijf der zoo genaamde kwartjesvinders tegen te gaan, wier handelingeu, voor zoover ze niet als bedrog of hazardspel zijn aan te merken, onder de rubriek „weddenschappen" (b.v. het ;oogc- naamde 1, 2, 3. klaveraas) vallen, en dus reeds op dien grond deor de straf bepaling van art. 254bis worden ge troffen. D handelskringen, die niet bestaan om zoodanige speculatie te bevorde ren, die de winst alleen van toeval afhankelijk maakt, zullen niet wor den getroffen daartegen waakt de omschrijving van „hazardspel". Ten aanzien van de nieuwe bepa lingen in het wetboek va.n strafvorde ring verklaart de Minister, dat het noodig is preventieve hechtenis mo gelijk te maken, evenals bij den „ruil handel". Immers anders gaat de bui tenlandsche veroordeelde eenvoudig voort met het plegen van zijn misdrijf totdat zijn veroordeeling onherroepe lijk is geworden, waarna hij over de grens gaat en zich laat vervangen door een anderen buitenlander. DE COMMISSIE VAN GRONDWETS HERZIENING. Men schrijft aan d* Tel.: Met het oog op de drukke bezighe den, welke vele Kamerleden in le Tweede Kamer der Staten-Generaal wachten, heeft de staatscommissie, aan welke het ontwerpen van eei herziening der grondwet is opgedia- gen, Vrijdag voorloopig haar bijeen komsten gestaakt. De commissie heeft in den korten tijd, gedurende welken zij thans aan den arbeid is, heel wat afgedaan. Althans wij vernemen, dat over de twee eerste hoofdstukken handelende over „het Ilijk en zijn inwoners" en „den Koning" en over de drie belang rijke eerste artikelen van het derde hoofdsLuk, dat handelt over „de Sta ten-Generaal" reeds de eerste princi- pieele besprekingen hebben plaats gehad. Aan sub commssies is titans opge dragen, de te berde gebrachte denk beelden tot artikelen of wijzigingen van artikelen te verwerken, waar over de commissie in pleno dan later weer te oordeelen zal hebben. De wijzgingen, welke voor de te de eerste hoofdstukken zijn bepleit, kun nen over het algemeen geacht wor den, niet van p rcle beteekenis te zijn. O.a. is het denkbeeld geopperd dooi een \sijziging van Let tweede lid van ar. 59 den eisch *an goedkeuring door de Stalen-Gencraal uit te brei den tot alle tractaten. Vorder o:n in het eerste lid van dat artikel in plaats van „dier verdragen" te lezen „der en bereikt zoo een veld, bedekt niet puin, waaronder een schoone alpen weide met hutten en vee voor immer bedolven ligt. Tegen dat men het kleine hotel Scharen bach bereikt, verschijnen de eerste sterren wonderlijk groot en klaar aan den helderen hemel. Het hotel is een echt stevig berghuis, dat in staat is, de heftige stormen, welke soms op deze hoogten woeden, te trotseeren.Na dezen langen bergtocht smaakt het avondeten kostelijk en bij verwijderd gedonder van lawinen slaapt men in. Den volgenden morgen breekt men weer op. De dappersten maken zich klaar voor de bestijging van den Balmhom of een der andere toppen van dit bergenklinuners-eldorado. De anderen begeven zich naar den Gem ot ipas. De weg voert over een rots achtig terrein, gedeeltelijk met sneeuw bedekt" langs het barsche Daubenmeer, dat dikwijls gedurende een groot deel van den zomer met ijs bedekt is. Steeds vertoonen zich nieu we toppen, berggroepen en glet- scherstroomen. Bij het opgaan van de zon is het hoogste punt van den pas, 2329 meter boven de zee, bereikt. Hier kan men ontbijten in hotel Wlld- strobel; doch wie kan nu aan ontbij ten denken! Plotseling heeft zich een gansch nieuwe gebergtenworeld voor onze oogen geopend. Daar stijgen de reusachtige Wollisalpen omhoog, wier toppen uitsteken boven den ge weldigen Weiszhorn; verder op den achtergrond, maar niet minder in drukwekkend de geweldige top van den Matterhorn. De schoonheid van een zonsopgang op den Gemmi is oiv overtreffelijk en onbeschrijflijk. Maar nu komt nog het meest inte ressante deel van den geheelen tocht: het afdalen naar Leukerbad. Men ziet dit in een enorme diepte liggen aan den voet van een loodrechten rotswand en men arelooft niet. dat een mensch in staat zou zijn, hierlangs af ie dalen. Een aan het begin van het pad, dat ons naar beneden voert, staand gedenkteeken ter herinnering aan een dame, die hier naar beneden gestort is, werkt niet zeer bemoedi gend. Toch is deze weg voor denge- ne, die niet al te duizelig is, zeer ge makkelijk te volgen. Onophoudelijk slingert het pad zich langs enorme rotspartijen; elk oogenblik meent men, dat het geheel ophoudt, maar juist op het kritische oogenblik kan men door een eenvoudige wending zijn weg gemakkelijk en zonder ge vaar vervolgen. Daarbij heeft men voortdurend afwisselende uitzichten Onpeilbare spleten worden zichtbaar; rotstorens snellen omhoog; diepe af gronden openen zich; uit zwarte sple ten stijgen witte nevels ais schimmen omhoog en vervliegen in de warmte der zon. Dikwijls hoort men van bo ven een knetterend geluid als van geweerschoten afdalen. Men verbergt zich onder de naastbijzijnde rots en ziet een stoenenmassa in die diepte verdwijnen. Gevaar levert dit niet op, want er zijn altijd schuilplaatsen in overvloed en er is geen enkel ge val bekend, dat iemand op den Gem mi door de vallende steenen getrof fen werd. Het geluid draagt er slechts toe bij, het zoo bekoorlijk romantische van dezen tocht te verboogen. Ten slotte loopt de weg uit in een groene weide. Achter ons ligt als een onvergetelijke droom de doorgroefde Gemmirotswand en vóór ona zien we de eenvoudige huizen van Leukerbad. De warme bronnen van deze bad plaats zijn wereldberoemd; het meest worden ze door Franschen bezocht Men heeft hier bij de baden nog de merkwaardige gewoonte, om uren lang in hetzelfde bad te blijven, ter wijl men in 't water leest, kaart speelt en zich amuseert met de verwonderde blikken der toeschouwers. Een in de toeristenwereld bekende, waanliik halsbrekende tucht voert van uit Leu kerbad omhoog naar het dorpje Albi- uen, dat ligt op een hoogte van 1277 meter en 400 inwoners telt. Oudst een van de beschaving afgesloten be volking hoerschen hier nog patriar chale zeden on gebruiken, terwijl hier schilders en teekenaars de eigenaar digste motieven zouden kunnen vin den. Grootendeels langs de in grooU diepte bruischende Dala voert een mooie straatweg naar Leuk in bet Rhónedal. Wijnga&rdlanden. wou den, rivieren, gletschers, alles ziei men op deze wandeing, welke vol afwisseling is. In Leuk is men in hel hart van het hooggebergte van Wallis niet ver vuil de Mont-Rosa en Ment- Blanc en van het beroemde vreemde- lingeucentirum Zermatt. Spoorwegen voeren van hier zoowel naar de hotel plaatsen van Wallis als door den Sim pion naar Italië of naar het meer van Genève en verder naar Genève. Van Leuk naar Leukerbach zal een clec- trische lijn worden aangelegd, zoo dat men in de toekomst dezen ver moeienden afstand niet meer te voet zal moeten afleggen. Ook over den Gemmi hebben verschillende maat schappijen draad- cn tandradbanen willen aanleggen. Maar de Zwitser sche Bondsraan heeft deze concessie niet willen geven, daar het na hel voleindigen van den Lötschberg- spoorweg, die direct onderdoor gaat, toch te doen is om een tooristenlija van ietwat twijfelachtige rentabili teit. Hierbij zal ook wellicht een ge voel voor het natuurschoon gewicht in de schaal gelegd hebben, want de aanleg van een spoorweg ware een onvergeeflijke schending van de heer lijke, ongerepte romantiek van dezen grootschen alpenpas. (Vragen v. d. Dag)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 6