NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Claribel's Huwelijk. 28e Jaeufgang, N<n 8376 Versehfsrt öagefijka, behafve op Zon- en Feestdagen. DONDERDAG 13 OCTOBER 1910 B HAARLEM'S DAGBLAD ABONNEMENTEN A D V BRT E N T INt per drie maanden: jMMf Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Voor Haarlem 1.20 Haarlem van 1—5 regels ƒ1.elke regel meer 0.20. Reclames 30 Cent per regel. Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd 16 (kom der Bij Abonnement aanzienlijk rabat gemeente)„1-30 Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing: Franco per post door Nederland1.65 fëpgr 50 Cts- voor 3 plaatsingen a contant. oSstreerd Zondagsblad, voor Haarlem 1 1 I 037tl Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53. p de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. TWEEDE BLAD. Buitetilandsch Overzicht Dn Spoorwegstaking In Frankrijk Men weet uit ons particulier tele gram uit Parijs (zie vorig nummer) dat het spoorwegpersoneel TOT DE ALGEMEENE STAKING BESLOTEN HEEFT. 't Stakingscomité vaardigde daar toe 't volgende manifest uit „Hot nationale verbond, der spoor wegarbeiders iu Frankrijk en kolo niën, brengt ter kennis van de spoor wegbeambten van alle lijnen, dat de staking op de lijnen van de Compag nie du Nord algemeen is. Het comité deelt verder mede. dal Bederl dat oogenblik kameraad Toffin. secretaris-generaal van den Bond van machinisten on stokers, ontslagen is, do regeering aan de pers mededeelin- gen heeft verstrekt, welke bedreigin gen vol willekeur eii onwettigheid be- teekenei: logen de spoorwegbeambten, die hun ijjeht eischen. Met het oog hierop heeft het nationale verbond besloten, aan de beambten van alle spoorweg-maatschappijen de opwek king te richten, onmiddellijk tot de al- gemeene slaking over te gaan. Daar om wordt den beambten van alle spoorwegnetten verzocht, zoo spoedig mogelijk, en dadelijk nadat hun deze niededeeling bereikt heeft, de noodza kelijke maatregelen te nemen om de beweging te doen slagen." De algemeene staking 1 't Bevél der organisatie werd (heel modern per automobiel naar de verschillende plaatsen gebracht. Op dit moment is 't nog niet dui delijk, hoeveel arbeiders zich bijde stakingsbeweging hebben aangesloten en 't heden uog zullen doen. Zeker is evenwel, dat 't getai stakers sinds Dinsdag zeer belangrijk is uitgebreid. Toen bepaalde de staking zich voorna melijk tot Parijs en 't noordelijk ge deelte van Frankrijk. Nu komen even wel uit zeer vele plaatsen telegram men, waarin gemeld wui'dt, dat 't ge- heele of een geueelte van t personeel den arbeid heeft neergelegd. Maar zooals we reeds opmerkten, een dui delijk beeld van den toestand geven deze telegrammen nog niet. Op enkele lijnen staat 't treinver keer geheel stil en op andere lijnen is 't belangrijk ingekrompen. Van de gare du Nord vertrokken b.v. giste ren 128 van de 650 treinen dus nog geen 1/5 deel 1 Zoo is 't overal haast, 't Personen verkeer en ook de postverzending on dervinden zeer veel belemmering. Aan goederenvervoer wordt nu zelfs heeleinaal niet gedacht, 't Spoorweg- bestuur is al blij, dat enkele lioofd- treinen naar 't buitenland kunnen vertrekken. Gistermiddag is weer een trein uit Parijs naar Brussel vertrok ken, n.l. over Tergnier en St. Quen- tiu. Waarschijnlijk is dit te danken aan Belgisch personeel, dat ook een trein uit Brussel naar Parijs heeft ge leid en nu waarschijnlijk ook den van Parijs vertrokken trein bestuur de, 't Publiek moet zich nu weten te behelpen. Verschillende autodiensten zijn ingesteld, om 't personenverkeer met de steden te onderhouden. De taxi-auto's maken daarmee goede zaken. De aanvoer var, levensmiddelen naar de steden ondervindt natuurlijk ook belemmering. Bijna alles moet nu per wagen geschieden, 't Gevolg is, dat verschillende levensmiddelen in de steden van prijs verhoogd zijn. De regeering heeft een specialen commissaris opgedragen, om te on derzoeken, wat er gedaan kan worden om Parijs van levensmiddelen te voor zien, indien de staking nog lang aan houdt. Intusschen Ze heeft 't spoorwegpersoneel tot den militairen dienst opgeroepen. Tegen heden zijn de beambten van den Noorderspoorweg gecomman deerd, tegen morgen die- van alle an dere maatschappijen, behalve die der Midi. Is het noodig. dan zal de regeering machinisten en stokers van de mari ne requireeren om op de treinen dienst te doen. De vraag is of spoorwegmannen aan den oproep, om onder de wapenen te komen, zullen voldoen. De leiders der staking wek ken de mannen op aan het mobilisa tiebevel n i e-t te gehoorzamen. Wat moet er nu gebeuren als de 20 a 30,000 reservisten naar deze opwekking luis teren en niet omkomen Desertie kan eerst na 14 dagen gestraft worden, zoodat dit niet kan helpen. De minister-president had gisteren een onderhoud met den president der Republiek. Briand nam, met de mi nisters van openbare werken en oor log, de aanvullingsmaatregelen, die h. i. noodig zijn voor de bestrijding der staking. Vervolgens had hij met den minister van justitie, den procu reur-generaal, den procureur der Re publiek en den directeur der criminee- le zaken een onderhoud voor het be spreken van de verantwoordelijkhe den iu verband met de strafwet. In verband daarmede werden maatregelen vastgesteld, welke wordt evenwel niet gerneki. .Wel is al bekend, dat de regeering heeft, omdat ze de staking als een op roerige beweging beschouwt. Dit op treden kan van invloed zijn, indien de opvatting der regeering juist is, dat de groote meerderheid van de spoorwegbeambten tegen de staking is, maar alleen uit vrees voor een ru moerige minderheid aan de beweging deelneemt. 't Zal heden wel blijken, wie gelijk heeft. De stakingsleiders verwachten juist nog een uitbreiding der sta king. Iemand uit de omgeving van mi nister Millerand zei Ten einde 't ordoherstel in spoordienst, waarbij nationaal belang en nationale veilig heid op spel staan, op de snelste wij ze te verzekeren, zal de regeering op strenge wijze optreden. Deze staking en revolutionaire beweging, een aanslag op de landsbelangen. Daden, die beslist misdrijven zijn, werden ge pleegd. Deze toestand is onduldbaar. De openbare meaning zal zeker met de regeering zijn. Misschien zal de be weging nog gedurende een dag, mis schien nog gedurende 48 uur toene men, maar dat lijkt ons de uiterste termijn, daarna zal misschien op eeni- ge punten nog een plaatselijke bewe ging blijven, maar de orde zal spoedig terugkeeren. De strijd wordt intusschen wel scherp. Verschillende spoorwegdirec ties hebben de hoofdmannen van de stakingsbeweging ontslagen en dit heeft weer opnieuw kwaad bloed ge zet. 'Waarschijnlijk vreest de regeering dat de stakers anders aanvallen zul len doen, om 't treinverkeer geheel te beletten. Inderdaad zijn reeds eenige telegraaflijnen doorgesneden. De regeering heeft do zorg voor de verlichting van het Noorderstation, waar de electriciens en lampenisten staken, aan geniesoldaten toever trouwd. 't Plan is torpedobooten te requi reeren, om de postverbindingen te be werkstelligen. Uit Rijssel wordt geseind, dat 4000 spoorwegbeambten besloten hebben geen gehoor te geven aan de mobilisa tie-order. De afgevaardigde Daniel Vincent beeft den minister-president in kennis gesteld van zijn voornemen, om hem, onmiddellijk na bijeenkomst van de Kamer, te interpelleeren over de maatregelen, die de regeering ten op zichte van de spoorwegmaatschappij en en in het bijzonder ten opzichte van de maatschappij der Noorder spoorwegen wil nemen, ten einde het tegenwoordige conflict op te lossen, welk conflict z. L een ramp is voor den handel en de industrie in Noord- Frankrijk, Op weinige uitzonderingen na keurt de Fransche pers de maatregelen der regeering goed en vooral het mobili satiebevel op grond van de wet van 28 December 1880, dat personeel en materiaal der spoorweg-maatschap- pijen ter beschikking der regeering stelt, vindt instemming. Merkwaar digerwijs is het begeleidend schrijven van den minister van oorlog van 17 Juli gedateerd, d. i. in den tijd toen het spoorwegpersoneel voor het eerst met bedreigingen met een algemeene staking voor den dag kwam. Over DE PLANNEN DER NIEUWE RE GEERING VAN PORTUGAL komen weer eenige bijzonderheden. Een journalist heeft een gesprek, ge had met den minister van binnen ban dsche zaken. Wat den Koning aanging, zou de regeering jegens hem rechtvaardig heid betrachten, maar de regeering was er in de eerste plaats, om die belangen van het volk te behartigen. Wat den Koning toebehoorde, zou aan hem blijven, maar de paleizen, die van de natre zijn, zouden ook aan de natie blijven. Zij zullen gedeelte lijk tot musea, gedeeltelijk tot scho len worden ingericht. In alle paleizen zal een boedelbeschrijving verricht worden. De regeering zal openlijk bekend maken, wat men daarbij indl, om het den Ivoning terug te geveu. Indien de Koning nog bij de natie in de schuld staat, zul hij die oeten betalen. Anders krijgt hij zijn eigendom niet terug. Iu een onderhoud met een jouraa- list heeft de minister van buitenland- sche zaken gezegd, dat de financieel© moeilijlchoden van Portugal het ge volg waren van het niet oplossen van binnenlandsclte oeconomisch© vraagstukken. Dat men vertrouwen heeft in het voorloopige bewind blijkt wel hieruit, dat men de regeering geld tegen den vroegeren lagen ren tevoet heeft aangeboden. DE VORSTELIJKE PERSONEN. De hertog van Orleans heeft van koningin Amélie een telegram ont vangen, dat zij met koning Manuel aan boord zal giaan van het Enged- sche koninklijk jacht Victoria and Albert, zoodra dat te Gibraltar aan komt. Zij zullen onmiddellijk naar Engeland vertrekken, waar zij de gastvrijheid zullen aanvaarden van den baron Norton. BRAND IN LISSABON? Te Londen is een draadloos tele gram ontvangen van een stoomschip meldende, dat bij het voorbijvaren boven Lissabon geweldige rookwolken gezien weiden. UIT DEN BALKAN komen eenige berichten, die op nieu we onrust wijzen. Aan die Turksch-Miontenegirijnsche grens is alweer zwaar gevochten. Aan Turksche zijde zijn 3 dooden en 9 gewonden gevallen. Ten slotte zijn de Montenegrijnen op de vlucht ge dreven.: Macljmoed Sjefket pasja heeft ge last, verscheidene bataljons uit Mo- naslir naar Albanië te zenden, om de Albaneezen, die weer in opstand zijn gekomen, te bestrijden. Het Grieksche ministerie is opge treden. Nu wordt verwacht dat Ve- niselos met de vorming van een nieuw kabinet belast zal worden, Dit zal wel weer verzet der Turken uit lokken.. Stadsnieuws Da Haarlemsclia Vliegweek. HET IN-EEN-ZETTEN VAN I1ET TOESTEL. Dat was een drukte in den ruimen hangar, met de bontgeschilderde bui tenwanden, die aan den biplaan tot schut strekt. Prof. Loon Verstraeten was met zijn monteur en zijn broeder doende met het ineenzetten van 't zeer bi'oo-i ze en toch zeer solide toesled, was bèzig met 't nauwkeurig vasthech ten van de dunne staaldraaöjes, die door heeil-lichte haakjes maar in den juisten gespannen toestand blijven. Een, in den beginne, kleine hon-i de I'd toeschouwers, allemaal vu rige luchtsport-enthousiasten natuur- j lijk wier aantal met 't avond-val- I ten Al minderde volgde de interes- santé bezigheid met ingesponnen kijkoogen. Praatte ca se comprend mee over alles, wat op de aviatiek in het algemeen, en op den Sornmer-tw>ee-1 dekker in 't bijzonder betrekking had. I Phtlosofeerde diepzinnig over de plaatsing en den stand van hoogte- stuur en zwoefvlakken; putte ad zijn| tecluiische kennis uit om toch maar j den indruk te wekken, dat zij met de vele verschillende stelsels toch zoo j 'ondergoed vertrouwd was. Anderen waren geslagen van be wondering. Groot-oogend keken ze toe, volgend den aviateur in al z'n zeker-kaline beweginkjes, soms sla kend uitroepen van pure verbazing, vermengd 'n enkel maal met 'n tikje bangige vrees. Zou gij d'r in durven, zeg?" „Ik niet, 'k zou je bedanken, 'k Heb m'n leven nog te lief.' „Maar d'r zijn toch al zooveel vluchten gedaan, en van veel vallen hoor je in den laatsten tijd niet m „Nou maar, één keer kan de laat ste zijn. Als er maar zóóveel hier bij 'n zeer teekenend gebaar 't ding mankeert, ben je beneden voor je 't weet." Och, aldus een der technici-toe schouwers het gevaar is inder daad zoo groot niet meer. Bovendien' is de stabiliteit van 'n twéédekker veel grooter dan die van 'n mono plan. En Verstraeten is voorzichtig en probeert geen waaghalzerij...'' „Alles goed en wel, maar ze krij gen mij er met geen stok in: Het zal nog lang duren, vóór ik met zoo'n ding de lucht in ga." Dan gaat 't spreken over 't weer, als juist een buitje neerklettert „'t Zal wel regenen morgen" oordeelt een pessimist. „Kijk maar 's wat een luchje. Daar zit nog wat," „Wel nee, 't is nu al zoo lang mboi weer geweest, licht dat het ook deze .dagen nog zoo blijft." ,,'k Geloof het niet, 't is nu de tijd van de herfst-stormen, en ze hebben mij al te lang ontbroken." Nijdige blikken glijden over den zwartkijker, die de hoon van al die menschen op goed droog weer zoo wreedelijk poogt weg te slaan. Dan plots, midden in de volmaakt onbelangrijke discussie het heldere, ietwat Vlaamsche geluid van den vlie genier, die een staaldraadje ont rolt ,,'t Is hier gevaarlijk, heeren, als ge dit in d' ooge krijgt, zijt ge 't .kwijt." Dat helpt een moment en het pu bliek schuif el-past een paar meter achteruit. Maar lang duurt dat niet, en de menschen staan zóó in den weg, dat Leon ten einde raad om een t.ouw vraagt, dat hij voor den hangar-ingang laat spannen. Een Schotensche veldwachter draagt op gemoedelijke wijze zorg, dat de menschen die afsluiting niet verbre ken. En langzamerhand zien we dan het toestel groeien. Het eigenlijke middenstuk de romp zou men het met een mensche- lijk-lichaam-vergélijking kunnen noe men wordt in zijn geheel uit een zoogenaamden spoorweg-koffer ge haald. die een platte open baguge- waggon geheel overdekt, en welks witte letters den inhoud aanduiden Aeroplane Sominer staat er op. Dat doel van het toestel, waarvan het caoutchouc-doek een oppervlakte van 40 M2. heeft, wordt dan „aange kleed", nadat eerst de stevige staal draadjes van alle hoeken, waar twee van de Amerikaansch-grcnen spijlen bijeen komen, naar de tegenoverlig gende gespannen zijn. In het midden van dit, deel bevindt zich de plaats voor den aviateur en tevens de ben zine-reservoirs, die tol 100 L. bevatten kunnen. Twee verticale vlakken zijn aan beide zijden aangebracht j deze vlak ken dienen om het evenwicht te her krijgen, als dit op de een of andere wijze mocht verstoord zijn. Aan dit romp-stuk worden kop en staart aangebracht. Het is aardig te zien, hoe Leon met overgroote voorzichtigheid elk schroefje ,elk draadje inspecteert. Kalm staat hij daar, nu en dan even 'n paar woorden wisselend met den monteur, die handig-snel door en over het warnet van staaldraad Onze lachhoek GOED GEVRAAGD. Kleine Liesje, die op 't perron haar vader kwijt is geraakt, tot den chef. Heeft u niet een mijnheer gezien zonder een klein meisje bij zich VOOR ALLES... GOED? Bediende, tot zijn patroon. Uw zoontje heeft van den kmjetmest gege ten, die niemand koopen wil. Patroon. Het kind heeft er tocb niets van gekregen? Bediende. O, neen, de jongen ia heel wel. Patroon: Nu, dan verkoopen we het goed als een uitstekend' kinder- voedsel. EEN LEEPERD. A., tot zijn vriend op het bal. Heb je 't gehoord? N. heeft achtmaal achtereen gewalst en toen heeft hij een beroerte gekregen. B., wiens vrouw voortdurend wil dansen. - Vertel dat eens aan mijn vrouw, maar zeg haar dat hij het al bij de derde wals heeft gekregen. A., tot mevrouw B. Weet u aJ wat ongeluk N. is overkomen. Mevrouw B. Neen, wat dan? A. Die arme kerel heeft achtmaal achtereen gewalst, en bij de derde wals heeft hij een beroerte gekregen. ZACHTE WENK. Bezoeker van een café tot den nieuwen kellner. Wel, Frits, Je bent nu al een poosje hier, hoe bevalt het je? Frits. O, heel goed, mijnheer, al leen mijn confraters vertrouwen mij niet. Zoo --en dat waarom niet? Zij willen niet gelooven dat ik nooit een fooi van u krijg. heenkruipt, en de machine zoo nauw lettend verzorgt, als ware 't zijn kind. Verstraeten's kalmte is inderdaad bewonderuig-wekkend'n èvene hand-lieffing, niet veel, maar rustig en zelfbewust, een scherpen vasten blik op een twijfelachtig-solied punt, 'n snelle draai van zijn klein, maar lenig lichaam, en de bruin-gesnurde jonge man, heeft reeds gezien wat ontbrak, heeft dit ook kenbaar ge maakt, eu tevens 't middel gevonden het euvel handig te verheipen. De wielen werden bevestigd, die kleine krachtige wielen, half zoo groot ongeveer als 't wiel van een fiets, ir met massieve gutla-percha-ban- dén, en dan 't stuur, dat achter aan den staart zit, die in sierlijke golving der spijlen van breed-naar-smal vert loopt. -Dat stuur is maar heel nigtig, nog geen vierk. M. in oppervlak, maar toch voldoende om het toestel geheel naar willekeur te doen keeren of wenden. Toen dat klaar was. begon de duis ternis ten Oosterkimme reeds uit te klimmen, 't Rood gouden licht, dat lang nog in 't West had ingeblonken verkoperde, loodde, zwarte Leon waschle zich de handen, en hield met werken op. .Morgen de motor en 't hoogte stuur maar", zei hij. Zulk werk is FEUILLETON Naar het Engelscb. H. T. JOHNSON. 5) Met zijn beide handen tegen zijn voorhoofd gedrukt, liet de oude man zich in zijn stoel neervallen en staar de nog steeds op den brief, zooals men staart op het mes, waarmee men u met den dood bedreigt. Ontvlucht I stamelde hij. Mijn Claribei, mijn lieveling O, bit tere ramp het licht van mijn oude oogen, van mijn huis en van mijn hart, gevlucht, zonder een ivoord van vaarwel. Mijn verstand is beneveld. Groote God I wat is dat Zijn blik viel op de kist, geopend en bijna leeg. Met een kreet van schrik bukte hij zich er over heen. Mijn kist opengebroken Mijn geld weg I Hoe is het mogelijk kan zij dat gedaan hebben? Het is al te duidelijk. O, wanneer iemand mij gezegd had, dat het gebeurd was, ik zou hem neergeveld hebben Mijn Claribei I mijn kind neen, niet lan ger mijn kind I De sohaamtelooze I, de ondankbare I Om mij te verlaten, zonder een woord tot afscheid, is slecht, maar om mij te bestelen, mij te bestelen van het geld, dat zij had kunnen krijgen, wanneer zij maar wilde, en waarvoor ik om harentwille heb gewerkt en gezwoegd I O, dat is wreed. Tot dit uur heb ik haar steeds gezegend, en den hemel afgesmeekt, des morgens en des avonds, om haar te zegenen, maar nu zal mijn vloek llij hief zijn handen reeds ter ver vloeking op. Een wegstervende vlam uit den haard, wierp nog een matten lichtstraal op het portret van zijne vrouw reeds verscheidene jaren geleden gestorven. Hij zonk in zijn armstoel neer, liet zijn hoofd op zijn handen vallen, en te midden van de snikken, die aan zijn geschokt en boe zem ontsnapten, kreunde hij Neen, Ellen, inniggeliefde vrouw, ik kan.... ik kan ons kind niet ver vloeken 1 HOOFDSTUK III. Het komplot Veertien dagen waren er verloopen, sedert de vlucht van Claribei. Zij en Dudley Carstairs waren in allen een voud in Londen in het huwelijk ge treden en waren daarna naar Parijs gegaan, waar zij een étage hadden gehuurd op een van de drukste bou levards. Claribei wilde voortdurend zeker heid van haar echtgenoot hebben, dat hij zijn belofte zou vervuilen om haar naar het huis van haar vader' terug te brengen. Onder verscheidene voorwendsels, waarvan de meeste op zijn zaak aan gelegenheden werden geschoven, wist Dudley iederen dag den datum van hun afreis te ver schuiven, en deze steeds uitgestelde hoop was de wolk aan den horizont van hun huwelijksleven. Op zekeren namiddag zat Dudley In een ernstig gesprek gewikkeld met een van zijn kennissen, dien hij on middellijk na zijn aankomst in Pa rijs had opgezocht. Het was majoor Punter. Hij was iemand van omstreeks vijf tig jaar oud. In uiterlijk en manieren kon men in den bookmaker nog den militair van vroeger herkennen. Hij was ééns knap geweest, maar zijn gelaat was opgeblazen en zijn oogen haddén de rustelooze uitdrukking van die van een speler toch waren er in zijn uiterlijk nog sporen over gebleven van den vroeger beschaaf den heer. Hij wijdde op dat oogenblik al zijn aandacht aan een eigaaj- en een groot glas, dat brandy bevatte, een weinig verdund met seitzerwater. Drommels, Dud, oude jongen I zelde hij, nadat hij eenigen lijd in gepeins verzonken dikke rookwolken aan zijn havanasigaar had ontlokt, eindelijk bevinden wij ons hier weer als vroeger, te zamen te Parijs. Hoe lang zijt gij in Londen geweest, alvorens hier terug te keeren Een week. Slechts een week En wanneer zijt gij dan teruggekeerd? Wel, frommels, Punter, wat kan u dat scheien Drink nog eens uit,. Do majoor nam een teug uit het lange glas, deed nog eenige trekken aan de lange sigaar en antwoordde toen, terwijl hij de opdwarrelende rookwolkjes gadesloeg Neen, Dud. Ik zou er op durven zweren, dat gij niet daar vandaan zijt gekomen, want wanneer gij een maal in Londen zijt, dan kunt gij die stad. niet zoo spoedig verlaten. Wat hebt gij daar echter uitgevoerd De majoor liet een langgerekt ge fluit liooren. Wat I riep hij uit.. Gij wilt. toch niet zeggen, dat die kleine dame boven Mevrouw Dudley Carstairs is Juist. Ja, Punter. Ik ben zoo vast in de echtelijke boeien geslaakt als de predikant het maar kan doen. De majoor keek hem ongeloovig aan. Ja, zeide de majoor met een zucht, gij zijt mij een raadsel. Van ieder ander zou ik eenvoudig zeggen, wat is die man toch een groote dwaasvan u verwondert het mij slechts wat heeft die handelwijze te beduiden Maar nu ter zake. Hoe gaat het er mee Slecht, zcide Dudley op som beren toonde zaken gaan zeer slap. Het gelaat van den majoor betrok. Bij mij gaat het ook slecht, zeide hij, de kanalen zijn opge droogd. Iloe gaat het met het kaartspel vroeg Carstairs, na een plechtige stilte. De majoor deed driftig een paar trekken aan zijn sigaar. Beroerd, zeide hij, ik kan er geen ander woord voor vinden. In de laatste zes weken is er in" geheel Parijs geen duif geweest, die geplukt kon worden, of het plukken waard was. Bovendien ben ik gisterenavond schandelijk bedrogen, Dud. Ik speel de twee uur lang met een jongen Griek, uit Smyrna, die mij werd voor gesteld als een koopman, die zich kan baden in zijn goud. Wij speelden met een spel kaarten, waarvan ik de beide kanten zeer good kende, en alvorens wij opstonden, won ik vijftigduizend francs van hem. Ilij schreef een chèquc voor dat bedrug en verzocht mij tevens een chèque van vijfhon derd francs te gaan inwisselen, en hij gaf mij te kenen, dat hij daar voor een pistool wilde koopen en wil de afrekenen met zijn concierge, op dat deze dc kosten voor zijn begrafe nis zou kunnen betalen. Lft. liet hem gaan, met het geld in zijn zak, en gaf hem nog een paai- raadgevingen mee, en tocli bedroog hij mij op schandelijke wijze. Hij verliet mij als het beeld der wanhoop. Vanmorgen ga ik naar de bank, presenteer zijn chèque, en men deelt mij mee, dat hij geen cent crediet heeft en dat zij niets anders van hem wisten, dan dat hij reeds verscheidene anderen op de zelfde wijze in den val had doen loo- pen. Ik noem het schurkachtig om zoo iets te doen, Dud iemand het geld te ontstelen, waarvoor hij zoo hard heeft gewerkt. Zeker, zeide Dudley deelnemend, maar met een glimlach om zijn lip pen, het is juist of gij het geld niet hadt gewonnen. Dat weet ik ook wel, vervolg de de majoor op gekrenkten toon, maar ik had er toch voor gewerkt later op den dag brengt een kleine straatjongen mij een brief van den zelfden vent, waarin hij mij schrijft, dat. wanneer ik met het kaartspel zaken wil doen. ik nog eerst eenige kunstgrepen mo<3st leeren, want dat de kunstgrepen van mij slechts ge schikt waren om kinderen aange- naam bezig te houden, en dat hij voor een goede belooning wel genegen zou zijn, om mij een paar lessen in do edele kunst te geven. Het was al erg genoeg om mij op te lichten, maar het was 'aag om mij te beleedigen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 5