NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Claribel's Huwelijk. 28« Jaargang. No. 8383 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- ea Feestdagen. VRIJDAG 21 OCTOBER 1910 HAARLEM'S DAGBLAD ABONNEMENTEN ADVERT ENTIËN: per drie maanden: Van 15 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Voor Haarlem1.20 Haarlem van 1—5 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regel. Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Bij Abonnement aanzienlijk rabat. gemeente)1-30 Jftf V. Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; Franco per post door Nederland„1.65 W'L'! 50 Cts. voor 3 plaatsingen k contant. (S&KS^blad,'voirWarl'cm' ".UB* Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53. de omstreken en franoo per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Uitgave der Vennootschap Lourens Costër. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229. TWEEDE BLAD. OM ONS HEEN No. 1237. Bij den aanvang van 't Seizoen. Nog is de eigenlijke najaarstempe- ratuur niet over ons gekomen, nog waait ons een enkelen dag, bij wijze van vriendelijke toegift, een zachte zomerwind om het hoofd en de reeks van concerten en voorstellingen voor dezen winter is alweer begonnen. Met leegc zalen. Joy door Verkade's gezelschap kon evenmin menschen lokken als t i e f 1 a n d door de nieuwe Duitsche opera. En de heer Van Gasteren, in zijn nooit falend optimisme, schreef het toe aan 't zomerweer, dat immers zoo ongunstig op schouwburgbezoek te werken pleegt. Laat ons niet min der opgewekt wezen, dan hij en het er voor houden, dat Joy en Tiefland vóór hun tijd gekomen zijn, op een oogenblik, dat de menschen den heen- geganen zomer betreuren, maar het verschenen najaar nog niet aanvaard hebben. Laat ons verzekerd wezen, dat het weldra beter zal gaan. Dit brengt immers de logica ook mee. Hoe vaak hebben we niet vroe ger geklaagd over den slechten toe stand van onzen schouwburg, elkaar voorgehouden, dat hij ouderwetsch was, ongezellig en onplezierig. Toen is or een commissie gekomen om daar verbetering in te brengen en van alle kanten heeft ze medewerking gekre gen. Het licht werd beter, de verwar ming modern, de zitplaatsen werden aangenamer, hot tooneel werd ver groot en toen dat allemaal gebeurd was, kwamen we kijken en zeien, dat het heel aardig w.as geworden. Haar lem had dan nu een klein, intiem schouwburgje, waarmee het wel voor den dag komen kon. Maar stel je dan voor, dat de men schen nu zouden wegblijven dat is' im*iers ondenkbaar. In of buiten Haarlem is toch niets veranderd, se dert we tot elkaar zeiden, dat de schouwburg aardig en gezellig gewor den was Amsterdam is er nog, zoo als het er vroeger lag, niet dichterbij en niet verder af en ik kan inderdaad niet inzien, dat het daar zooveel aan- genamèr is, naar den schouwburg te gaan, dan hier. De omgeving mag er wat moet ik zeggen weelderiger of bonter wezen, dan in Haarlem, sedert het gewoonte is, de zaal tijdens het spelen in duister te zetten, maakt dat weinig verschil meer. De troep die optreedt is dezelfde, als die we in Haarlem te hooren krijgen, speciaal decor wordt voor den enkelen keer dat het noodig is, meegebracht. En besliste voordeden in het gaan naar den eigen schouwburg zijn deze, dat we de reis ontgaan en veel gemakke lijker goede plaatsen kunnen krijgen. Summa summarum, er is in het aanstaande seizoen publiek in onzen schouwburg te verwachten. Ik zeg niet, dat het uit pure liefde voor Haar lem pruldingen moet gaan zien, maar verwacht, dat het niet weg zal blij ven, wanneer een goed gezelschap komt met een goed stuk, wanneer bij voorbeeld de Duitsche opera het nog oens probeert Er zijn nu bovendien plannen om eenige voorstellingen te doen geven door het gezelschap onder directie van Hans Edmund. Het vori ge jaar vielen deze uitvoeringen wel in den smaak, de troep was aardig, gaf levendig spel te zien, kortom er kwamen menschen in den schouw burg, die je er anders zoo niet ziet. Mij dunkt, er is geen enkele reden, waarom de voorstellingen van dezen winter niet evengoed zouden inslaan en ik doe een beroep op wie daarvoor in de termen vallen, om er niet van daan te blijven. We moeten niet, ik geef het dadelijk toe, zoo provinciaal wezen om alles wat in Haarlem ge beurt, daarom alleen al goed en best te vinden, maar we hebben er nog veel minder aan, om wat hier ge geven en vertoond werd, af te keuren, omdat het Amsterdam niet is I 't Is Brussel ook niet en Parijs evenmin Maar daarom kan men zich in den Haarlemschen schouwburg heel goed amuseeren en wie daaraan twijfelt moet maar eens komen en zich laten overtuigen. Laat ons elkaar goed begrijpen. Ik zou niet willen vergen, dat de Haar- lemsche liefhebbers van kunst en mu ziek maar dadelijk, bij den eersten op roep, naar de concertzaal snellen, integendeel, menigmaal heb ik ine ver baasd over de vrijmoedigheid, waar mee jongelui die nog geen naam heb ben gemaakt, durven optreden en ver wachten, dat er eenige honderde be talende hoorders te vinden zullen zijn. De weg naar het succes is eenmaal moeilijk en zwaar en wordt betreden door menigeen, die beter deed met zich tevreden te stellen met de be scheiden onderwijzende positie, dan te haken naar lauweren in de con certzaal. Indien dit juist is, en ik ge loof dat er niets tegen te zeggen valt, dan is even onweerspreekbaar, dat steun dient te worden gegeven aan kunstuitingen, die een hoogte van be- teekenis bereikt hebben. Ik denk hierbij onder anderen aan de middaguitvoeringen, die de heer Kriens voornemens is met zijn mu ziekkorps te geven in de groote zaal van de Sociëteit Vereeniging. Mij dunkt, juist dat middaguur is voor het hooren van muziek zoo buitenge woon geschikt De indeeling van den werktijd in onze maatschappij laat eenmaal midaagmuziek alleen op den Zondag toe en verwijst de concerten op de overige dagen naar den avond. Maar 's avonds zijn de menschen half vermoeid, hebben hun volle be langstelling niet meer, 's middags zijn ze frisscfiëé en ondervinden welk een buitengewone opwekkende kracht er in ligt. dan muziek te hooren. Vooral in den winter als de middag zoo neerhangend kan zijn van vale grauwheid. En in de groote concert zaal komt ze beter dan ergens anders tot haar recht Onder de beste zalen in den lande wordt ook die van Haar lem getold. Ik hoop daarom van harte, dat er tl van muziekliefhebbers van deze matinees zullen willen genieten. Het korps staat overal waar het zich hoo ren laat gunstig aangeschreven en ik durf wel zeggen, dat het in Haarlem gelijk de profeet in zijn eigen land, lang niet voldoende wordt gewaar deerd. Een van de voornaamste din gen die een orkest behoort te bezit ten, het ensemble, is in de jaren van zijn bestaan meer en meer verkregen, wat onder anderen te danken is aan de omstandigheid, dat de hoofdpartij en in dezelfde handen blijven en de veranderingen in het korps zich na genoeg tot de tweede partijen bepalen. Daardoor wordt een zekere vastheid in de uitvoering bereikt, omdat de eerste krachten, tengevolge van de jarenlange samenwerking met den dirigent, zijn bedoelingen volkomen begrijpen. Naar de eischen van dezen tijd zal op elke matinee een solist optreden. Ik zou zoo graag willen, dat deze korte beschouwing voor iets meer, voor iets anders dan een „reclame" werd gehouden. Mij dunkt, we moeten toch wat er voor goeds in Haarlem geboden wordt, waardeeren en die waardcering toonen door daadwerke- lijken steun .1-Iet is heel gemakkelijk en aardig, om menschen die aan kunst doen, op een jubilé met een speech en een krans te beloonen, maar het is veel nuttiger, hen in staat te- stellen zoodanige jubilea zonder onnoodige zorg te bereiken. Vreemd toch, dat daarbij zoovaak over de grenzen wordt gekeken en grooter waardee ring getoond van wat anderen, dan van wat wij zelf hebben. In 't algemeen heb ik, met deze twee voorbeelden, tot het hebben en tot HET TOONEN van belangstelling voor wat in Haarlem voor goeds wordt vertoond en uitgevoerd, willen opwekken. Als schouwburg en mu ziekkorps er niet waren, zouden we hel gemis ieder oogenblik gevoelen is het dan niet logisch, hen te steunen, nu ze er toch zijn J. C. P. Buitenlandsch Overzicht Uit nadere berichten blijkt, dat niettegenstaande de raadgeving van het atakingscorailé, om den arbeid te hervatten, in sommige steden van Frankrijk NOG SPOORWEGWERKERS BLIJVEN STAKEN. O. a te Toulouse. Het bestuur van de daar gevestigde vereeniging van spoorwegbeambten heeft in een ma nifest heftig geprotesteerd tegen het besluit van het stakingscomité ie Pa rits tot hervatting van den arbeid en tevens verklaard, dat het zich door het gepleegde verraad niet zal laten ontmoedigen. Toulouse is niet de eenige plaats, waar de arbeiders zich niet storen aan het bevel van het stakingscomité. Te Narbonno heeft geen der stakers den dienst hervat en het bestuur heeft bekend gemaakt, dat er eerst einde aan de staking zal komen, meer de maatschappijen alle eischen der spoorwegbeambten zullen hebben ingewilligd en al de stakers in dienst hersteld zijn. Ook te Bordeaux hebben de machi nisten en stokers, ten getale van 550, besloten te blijven staken, totdat de ontslagen arbeiders weder aangeno men zullen zijn. De voortgezette plaatselijke stakin gen hebben blijkbaar weinig invloed op den treindienst, want het heet, dat deze weer .geheel normaal is. Toch duurt de bewaking der spoor wegen door militairen voort. En dit is niet onnoodig. Toen kapitein Du- loc met een sergeant 's nachts bij St. Denis een inspectietocht langs de spoorlijn maakte, werden zij plotse ling overvallen door twee spoorweg mannen. Om den lieden vrees aan te jagen, schoot de kapitein in de lucht, waarop zijn aanvallers hun revolvers op de beide militairen afschoten en daarna de vlucht namen. Een kogel was rakelings langs den officier heen gegaan, maar deze zoowel als de sergeant bleef ongedeerd. Ook een deel der Daar de politie niet bij machte bleek, de werkplaatsen der werkwil ligen overal voldoende te beschermen is de cavalerie te hulp geroepen, zoo dat nu sterke patrouilles de stad doorkruisen. Deze machtsontwikkeling belet den stakers evenwel niet, om do werkwil ligen toch nog lastig to vallen. Zoo werd een aantal arbeidssvillige tim merlieden op een werk te Levallois- Perret door een bende van ongeveer duizend stakers overvallen. Nadat politie en infanterie gechargeerd had- den, trokken /.os- tot zevenhonderd 1 stakers naar Clichy, waar zij ook verjaagd werden. Eenige stakers 1 werden gevangen genomen. Na een daarop gehouden vergade ring in de Arbeidsbeurs werd eene deputatie naar het politiebureau ge zonden, waarheen de arrestanten ge bracht waren, met den eisch, dezen onmiddellijk los te laten, hetgeen evenwel geweigerd werd. Daar de stakers aanstalten maakten, het com- I missariaat te bostonnen, wei-den troepen gerequireerd. Later op den dag werden nog op verschillende punten van de stad tusschen stakers en soldaten schoten gewisseld. Thans worden eenige nadere bij zonderheden openbaar gemaakt over de beweerde SAMENZWERING TEGEN DE FRANSCHE REGEERING. De „Dépêche de Lyon" geeft deze onthullingen. Het complot werd on geveer zes maanden geleden ontdekt, door een detective van de brigade tot opsporing van anarchisten, die het geluk had een aantal documenten machtig te worden, uit welke men de plannen der samenzweerders nauw keurig kon nagaan. Aan het hoofd der reorganisatie stond een centraal-comité en daar- 1 naast werkten een aantal dïstricts- groepen. j De slag zou worden geslagen in den aanvang van een zeer listig 1 voorbereide algemeene staking. 1 ünder de gevonden pupieren kwa men lijsten voor met de namen van soldaten, die zich beslist bij de be weging zouden aansluiten en even eens een opgave van de plaatsen, waar de bommen zouden worden ne- dergelegd. De „Petit Parisien" verklaart, dat op verschillende punten van Frank rijk volledig ingerichte bommendé- póts bestaan. Die bommen worden vervaardigd door anarchisten, die evenwel, om mogelijke verdenking van zich af te wenden, quasi het een of ander eer zaam beroep uitoefenen. Van tijd tot tijd ontdekt de politie een der bergplaatsen, de ontdekking wordt evenwel geheim gehouden,ten einde geen onrust onder het publiek te wekken. Tot zoover deze berichten. Nu de zaak toch is uitgelekt, zullen velen 't van de regeering het verstandigst achten, als ze officieele berichten over het gebeurde geeft, opdat men de losse sensatie-geruchten tot de juiste waarde terug zal kunnen bren gen. De berichten over DEN TOESTAND IN DE NIEUWE REPUBLIEK PORTUGAL worden steeds schaarscher, waaruit valt af te leiden, dat er met veel be langrijks meer gebeurt. Toch is er nog een en ander, dat het vermel den waard is. Uit Lissabon wordt de inhoud dei- proclamatie geseind, waardoor de Braganza's uit Portugal worden ver bannen. De voornaamste artikelen zijn de volgende 1. De familie Braganza, tot. aan de revolutie van 5 October 1910 de Por- tugeesche dynastie, wordt voor altijd uit Portugal verbannen. 2. Deze uitzetting der familie Bra ganza heeft betrekking op alle voor gangers en nakomelingen van koning Manuel tot in het vierde geslacht. Een Duitsch blad heeft inzage ge kregen van een brief uit Lissabon, geschreven door een Portugees, die tot dusverre afgevaardigde was, tot de partij der regeneradores behoorde en in betrekking stond tot hot hof. In dien brief komt o. a. de volgende schildering voor van de revolutie „Afgezien van enkele betreurens waardige voorvallen, veroorzaakt door den geest van reactie, moet worden erkend, dat het Portugeesche volk, en in de eerste plaats de revo- lutionnaire massa's van Lissabon, een voorbeeld van verdraagzaamheid en gemaiigheid hebben gegeven, zoo als de geschiedenis van geen andere revolutie biedt De personen, die daags na de proclamatie der repu bliek door de straten van Lissabon gingen, bemerkten natuurlijk, dat er iets bijzonders gebeurd was. Maar zij zouden niet geraden hebben, dat den vorigen avond een moorddadige broederstrijd had gewoed, en dat een der oudste tronen van Europa omver geworpen was. D:t is ie vreemder, daar hei een feit is, dat alle tegen standers der republiek vast over tuigd waren, dat op de zege der re publikeinen bloedige represailles zouden volgen. j Wanneer de proclamatie der repu bliek niet toevalligs geschied ware in een tijd van hevigén kerke! ij ken strijd, dan zou zelfs de vervolging j der geestelijke orden, die nu en dan in de stad aanleiding gaf tot rust- verstoring, niet plaats hebben had. Misschien hadden dan velen'te Lissabon eerst uit de bladen verno- men dat Portugal feitelijk geen ko- Dinkrijk meer is." j De Lissabonsche correspondent van een Amerikaanscn blad heeft een Onze lachhoek TOCH WAAR! Juffrouw A. Mijn man heeft mij verzekerd dat hij mij niet meer zaJ kunnen beminnen als ik oud ben. Juffrouw B. O, foei, hij moest zich schamen. Juffrouw A. Waarom? Ik ben 24 a hij is 69; als ik oud ben, is hij aJ lang dood. ZONDERLING. Wanneer men die zangeres dei avonds op het podium ziet, is zij zor mooi als de dag, en ziet men haai overdag op straat, is zij zoo leel ij h als de nacht KINDERLIJKE OPVATTING. Stadskind (voor de eerste maal in stoppelveld ziende). Nu weef ik toch ook waar de lucifers vandaan FEUILLETON Naar het Engelse h. van IL T. JOHNSON. 12) Maar dit duurde niet lang. Dick was Jn zijn geboorteplaats algemeen be kend als een van de gespierdste- kampvechters, en dit kwam zijn aan rander ook weldra tot zijn eigen scha de te weten. Behendig als oen aal wrong hii zich orn, zijn hand onder tegen den kin van zijn aanvaller en duwde zijn hoofd achterwaarts, daar na duwde hij niet zijn eigen hoofd te gen do onderkaak van den ander met zulk een kracht, dat deze hem moest loslaten, maar nog voor dat hij viel, had Diclc hem in zijn middel gegre pen on met een krachtigen zwaai wierp hij hem over zijn schouders zijn aanvaller viel met een doffen slag op de steenen en bleef roerloos "ggen. Nu bemerkte Dick eerst, dat hij nog met meer aanranders te doen had. Toen hij een hunner onschadelijk had gemaakt «iond de ander juist op hel punt om een stok met looden knop op Dicks hoofd te doen neerkomen had hij dit gedaan, dan zou de uitslag van het gevecht geheel anders zijn geweest maar juist op het beslissende oogen blik werd de zware stok gegrepen door denzelfden man met de lichte overjas, die Dick dien avond reeds had geholuen. Wij hebben hem nu in onze macht, zeide de nieuw aangekomene. Natuurlijk zult gij een aanklacht to gen hem indienen Dat weet ik niet, zeide Dick; ik geloof, dat die snaak reeds genoeg ge straft is. Met deze woorden wees hij naar zijn vijand, die nog op straat lag te kreunen. Misschien hebt gij wel gelijk, gaf de ander ten antwoord en stak een zilveren fluitje weer in zijn zak. Drommelsgij hebt u kranig gehou den. Het is de moeite bijna niet waard om den aanrander te vervolgen, nu hij reeds zulk een straf heeft ontvan gen. U zal ik echter achter slot en grendel laten brengen, vervolgde hij, zich tot zijn eigen slachtoffer wen dende, die volkomen machteloos ter neer lag, daar hij liem met zijn knie in bedwang hield. Doe het niet, zei de man met het blozende gelaat, het zal zeer tot uw eigen nadeel zijn. Ik weet het, zei de ander en drukte zijn hand in den nek van zijn vijand en vervolgde toen langzaam, terwijl hij half binnensmonds sprak, ik zal u voor dezen keer nog de vrij heid teruggeven, wanneer gij mij ver telt, wanneer en waar Long Larry weer een nieuw waagstuk gaat be proeven. Ik weet, dat het plan bestaat. Waarachtig, ik weet het niet, gaf de ander ten antwoord, hoewel hij bijna niet ui staat was om te spreken. Pijnig mij niet langer gij drukt mijn ribbenkast in. Het is goed, ga mee ik zal u in verhoor laten nemen. Welnu dan, als 't moet dan moet het, zei de ander, morgenavond kwar tier vóór twaalven zal het plaats vin den. En waar Waarachtig, dat weet ik niet. Ga dau maar mee. Ik zal u voor Paget brengen. Ik heb geen lust om hier mijn tijd te verspillen. Welnu dun te Norwood, en hij gaf liet adres op in een der straten van deze voorstad. Denk er echter aan dat gij or met geen woord over spreekt dal ik liet u heb verklapt, want an ders heb ik de wraak van Larry te duchten. Iemand, die Larry in den weg staat, heeft spoedig een mes tus schen zijn ribben. Ik zal niets verklappen, was het koele antwoord van den ander, daar voor kent gij my, dunkt mij, te goed. stierengevecht bijgewoond, het eerslq dat in de Portugeesche hoofdstad sinds de revolutiedagen gehouden erd. De helden van den dag waren de beide zee-officieren Machado Santos en Morinha Camanos, die bij de om wenteling op den voorgrond getreden zijn. Toen Santas de arena binnen trad, bracht het publiek hem eene geestdriftige ovatie op de schouders der toreadors werd hij rondgedragen en ten slotte naar de vroegere ko ningsloge gebracht, welke thans ver sierd was met republikeinsche vlag gen. De verschijning van Camanos aan zijn zijde deed het publiek wederom in donderend gejuich losbarsten. In de pauze werd een beroep gedaan op de aanwezigen, om geld beschikbaar te stellen voor de families der slacht offers van de revolutie, waaraan met milde hand werd voldaan. EEN STRIJD OM 150 MILLIOEN. Het geldt hier 150 millioen, die de Turkschc regeering wil leenen. Frankrijk wil het geld voorschieten maarhad veel voorwaarden. Lan gen tijd is over en weer over deze voorwaarden getwist, maar nu is er eindelijk overeenstemming verkre gen. Bij die onderhandelingen is ver kregen. dat twee Franschen, door de Regeering der republiek aangewezen, belangrijke posten zullen verkrijgen in de financieeie administratie van Turkije. De een zal worden benoemd tot directeur van de geldmiddelen, de ander zal zitting hebben in de Reken kamer te Konstantinopel. Wat de leveringen voor Turkije be treft. heeft Frankrijk als voorwaarde gesteld, dat hei behandeling wenscht op den voet der meest begunstigde natie, dat wil zeggen geen opdracht tot levering van oorlogsmateriaal, schopen. kanonnen, ammunitie, door Turkije aan eenige firma buitens lands gegeven, zal minder mogen zijn dan een gelijksoortige opdracht, in Frankrijk gegeven. De Franschman denktvoor wat hoort wat. En de Turk. die geld moet hebben, kan als het er op. aankomt, niet weigeren. UIT OOSTENRIJK-HONGARUE. Admiraal Montecuculi verklaarde ter vergadering van de marine-com missie der ilongaarsche delegatie. Maar denk er aan, dat ik u zal laten bespieden, en wanneer gij mij op een dwaalspoor hebt gebracht, dan zal ik er u duur voor laten boeten. Sta nu op en vergeet niet, dat ik u scherp in het oog zal laten houden. De man met het blozende gelaat stond op, hielp zijn metgezel op de been en zij strompelden weg, zoo vlug als hun toestand het hun veroor loofde. Nu wendde Dick zich tot den man, die hem zoo ter rechtertijd te luilp was gekomen, reikte hem de hand en zeide Ik ben u zeer dankbaar voor uw hulp. Wanneer die ander mij ook een slag op het hoofd had toegebracht, dan zou ik to duizelig zijn geweest oin mij te verdedigen. Spreek daar niet over, zeide de ander. Drommels, gij hebt hem aardig te pakken gehad. Luidruchtige Billy, zooals zij hem noemen, is nog nooit zoo flink afgestraft, sinds hij te Kempson Park werd betrapt. Ik zou u bijna willen verzoeken mij die kunst ook te leeren voor iemand van mijn beroep is het ongetwijfeld zeer nuttig zulke kunststukken te kunnen ver richten. Zullen wij te zamen gaan eoupee- xen? vroeg onze vriend, die met zijn vlugge opmerkingsgave wel had be merkt, dat hij met een eerlijk man te doen had. Myn naam is Dick Bram ley en ik woon te Dene-on-Dass. Met genoegen, zei de ander. Dick Bramley, dien naam heb ik wel eens meer gehoord. Nu herinner ik het mij. Ik heb hem in „The Life" gelezen. Gij waart de kampioen van de Dass, en men wilde, dat gij naar het kampioen schap van dc Tyne zoudt dingen, maar uwe bezigheden lieten het u niet toe om u te trainen. Juist, dat ben ik, zeide Dick'ge vleid, hetgeen bij iederen athleet het geval zou zijn, die tot de ontdekking komt, hoe beroemd hij is. En dit is mijn naanr, zeide de an der en overhandigde Dick zijn kaartje waarop deze las „Inspecteur Gleddow" „Detectiven-departeiuent." HOOFDSTUK VIII. In de City. Dick had ongetwijfeld geen man kunnen ontmoeten, die hem zoo goed de verschillende eigenaardigheden van het Londensche volksleven kon toonen, als inspecteur Gleddow. Een man van de wereld in den waren zin van het woord, was de inspecteur door een jarenlange ervaring bekend met alle rangen en standen van de maatschappij, en kende hij alle rade>- ren van de groote ingewikkelde ma chine, die de maatschappelijke we reld in beweging brengt. Door zijn betrekkin" had hij alle toestanden van het leven leoren kennen en had de mcnschelijke karakters leeren bestu- deeren op tijdstippen, wanneer mas kers werden afgeworpen en alles zich in zijn ware gedaante voor hem ver toonde. Hij bezat de sleutels van ver schillende geheime bewaarplaatsen, waarin geraamten verborgen waren, wier geheimen hij alleen kende, en waarmee hij de wereld in opschud ding had kunnen brengen. Op het we- reldtooneel vervulde hij zelfs een groo ter rol dan vele aanzienlijken. Nil eens zat hij in een equipage naast een minister, dan weer zwierf hij overal rond als werkman ver kleed vandaag als predikant gekleed, keek hij van achter een paar blauwe brilleglazen in de zaal van het Lager huis rond, en morgen bevond hij zich weer onder het gehoor van een volks redenaar in de open lucht, met een kort pijpje in den mond bij den een of anderen wedstrijd stond hij op de tribune, net gekleed, met korte broek en witten hoed, naast aanzienlijke pairs, en het volgende oogenblik in een bijzonder hooge boord met den eigenaar van een vierspan te praten. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 5