Amsterdamsche Kotrt
CCCLV,
De Amsterdamsche politie Is, wat
de bewapening aangaat, niet geheel
tegen haar taak opgewassen. Zoo
lang de politieman allicht of spoed'g
door een collega geholpen, tegenover
een eenling staat, kan hij door zijn
prestige en wapenstok al een heel
eind komen,, doch wordt hij geplaatst
tegenover eer. mensefcenmemgte, die,
terecht of ten onrechte, dot laat Ik
geheel in 't mid dei?,, meent in haar
{recht te zijn, dan ie do politie vaak
do zwakkere, wondt het gezag mis
handeld. Vooral bij -dc baschermtng
van Amsterdamsche „rennrds* (vos
sen), de arbeids willigen, waarop de
Stakers steeds zeer gebeten zijn. is
dit reeds eenigv, malen voorgevallen.
Ik noem in bet bijzonder de bouw-
Vakstakin.ï. omdat daarbij vooral
groote inenscheninassa's betrokken
Waren. Doch ook later, bij kleine
arbeidsconflicten, lie eft dat zich
voorgedaan, de agenten wei-den met
etcenen geworpen.
Het eigenaardige doet zich nu voor,
dat do georganiseerde politieagenten
ook al els^id (laten we zeggen een
Verzoek) voor lotsverbetering hebben
Ingediend. Het gaat wel niet om
Ihooger loon of om meer vrijen tijd,
maar om bewapening met de revol
ver. Al vroeger werd een dergelijk
verzoek door het hoofd der politie
van do hand. gewezen, en het is dus
«en herhaald dringend verzoek ge-
iworden.
Het is echter te vermoeden, dat de
inwilliging er van nogal bezwaar en
tegenkanting zou vindon bij de bur
gerij. Dat de maxóchaussée bewapend
is, die in sommige streken moet op
treden, waar zij zonder vuurwapenen,
(tegen een ruwe, misdadige bevolking
vaak hel leven in de waagschaal
etelv., is iets, waartegen niemand zal
ageeren. Maar de revolver in handen
van politiemannen bij burgerlijke- of
sociale kwesties, wordt wel eens te
spoedig gebruikt. Dat hebben we
laatst in Berlijn gezien, waf
ook ruw tegen ruw ging.
Ik verondemtel dus, dat van het
adres van den Amaterdamschen Pol:
tiebvnd niet veel terecht zal komen,
al werd tot het zenden daarvan ook
met. algemeene stommen besloten,
Beter zou het zijn, wanneer steeds
een groot aantal politiebeambten
werkwilligen naar huis kon geleiden
dan had men een verzekering tegen
aanvallen op do vrijheid van arbeid,
want bij voldoend aantal politieman
nen zouden de molestaties wel uitblij
ven. Voor een gemeente is dit echter
moeilijk, daar zij op een gegi
oogenblik niet zooveel agenten aan
den gewonen dienst kan onttrekken,
zander andere belangen te schaden.
Bescherming van de vrijheid va.n
«ffbald is echter geen gemeentebe
lang. Het denkbeeld zou dus in over
weging genomen kunnen worden of
de Staat evengoed als zij grenspoli
tie onderhoudt, waaraan de Amster-
dammer mee betaalt, zonder er zelf
darecs- belang bij te liebben, ook niet
een speciaal corps, 't hoeft maar van
een honderd man te zijn, toon onder
houden, die speciaal bij stakingen
voor ordebewuking moesten optreden
en voor dit werk dus bijzonder ge
traind zouden zijn. De eene
«ouden zij in Eindhoven bijv. dienst
moeten doen om morgen naar Haar
lem te worden gcrequireerd en dlaa
weer in Amsterdam te moeten optre
den, Medewerking met de plaatse
lijke poliitte zou natuurlijk altijd
noodzakelijk zijn, maar juist door
hun routine en getalsterkte zouden
vele verkeerde toestanden kunnen
worden voorkomen.
Nu 1 Nov. weer achter den rug ligt
moeten dagvermaken van meer ver-
heffenden aard worden ingekrompen
Het Rijks Museum bijv. dat 's zomers
tot vijf uur 's middags geopend is,
eigenlijk een kwartiertje vroeger,
want dan beginnen do suppoosten die
graag naar huis willen, de men-
schen at weg te jagen. Na 1 Oct. is
het sluitingsuur echter al ingekrom
pen tot 4 uur en na 15 Nov. zal het
-slokje van gehoorzaamheid al om 3
uur slaan. Nu is dit voor vele bezoe
kers tamelijk onverschillig, omdat zij
in de week toch geen tijd hebben om
museums te kijken; dun ersohen hun
beroepsplichten hen elders. De Zon
dag is de dag, voor de meesten ten
minste, dien zij aan ontspanning
kunnen wijden en als die ontspan
ning in artistieken zin wordt gezocht,
moet de overheid dit aanmoedigen.
Dit doet zij iu Amsterdam echter al
lesbehalve, want Zondagsmorgens
werd het Rijksmuseum in plaats van
om 9 uur om half een geopend. Juist,
op den dag dat de moesten van hot
Museum kunnen profiteeren, wijil op
de andere dagen hun de gelegenheid
daarvoor ontbreekt, wordt het Mu
seum een deel van den dag gesloten
gehouden.
Maar al was liet nu nog niet mooi
genoeg sinds 1 Nov. wordt het Mu
seum 's Zondags eerst om één uur ge
opend en waar de bezoekers al een
kwartiertje vroeger worden wegge
jaagd, zal het in de practijk na 15 de
zer op Zondag slechts zeven kwartier
open zijn.
Dat betcekent, dat voor he tvolk en
'de kleine burgerij, die werken moet
voor haar brood, het Rijksmuseum,
dat prachtige instituut voor volksop
voeding en schoonheidszin, dan niet
meer bestaat.
In verschillende bladen wordt thans
geklaagd over den overlast, dien men
van 'houden en fietsen heeft. Dat de
honden nu zoo hinderlijk zijn heb ik
nooit kuimon merken en ik geloof
dan ook dat een verhooging der hon
denbelasting allesbehalve met blijd
schap zou worden begroet. Men moet
daarbij ook bedenken, dat 't volstrekt
niet in meerendeel de gegoeden zijn,
'die er zoo'n huisdier op na houden.
fDe fietsen zijn zeker lastig, het plan
om zo een .groot nummer te doen dra
feen, als de auto's, juich ik wel too.
ft Gaat hiermee ook alde goeden
het met do kwaden misgelden.
Van het kwaad door onbesuisde wiel
rijders gesticht wordt algemeen niot
zoo veel bekend. Wo leven te vlug en
verspreiden in een groote stad onze
aandacht over te veel onderwerpen,
dat we lang bij een „klein ongelukje"
kunnen stilstaan. En toch kan dit
ook diep-treurig zijn. Er Is mij zoo'n
dood-gewoon geval bekend, haast te
onbeduidend voor hot .Stadsnieuws".
vijftienjarige knaap is aangere
den Hij behoort tot een arm gezin
zijn vader is een dronkaard, die, è,ls
hij werk heeft, het grootste doel van
zijn loon in jenever omzet, zijn oudere
broer Is gebrekkig, maar al jaron bij
denzelfden baas "zoodat hij het huis
houden zoowat Bteunen kan. Sinds
een paar maanden is hij nu loopjon
gen en de paar gulden in do week,
die hij verdient, zijn een verademing
voor het arme gezin. Nu treft hem dit
ongeluk. Vijf weken ligt hij in het
gasthuis, zijn been is gebroken. Sinds
een paar dagen is bi] ontslagen, maar
hij zal zijn heele leven een hoogen
schoen moeten blijven dragen. Alle
aanleiding zou er zijn om schade
loosstelling, niot alleen voor do smart,
maar voor het verlies van loon gedu
rende die. vijf weken, voor het feit,
dat hij altijd gebrekkig zal blijven en
moeilijker zijn brood zal kunnen ver
dienen. Helaas, de dader is wegge
vlucht, zooals een woeste fietsrijder
dat doen kan.
H. HENNING Jr.
CORRESPONDENTIE.
W. v. D. te II. Uw nummer behoort
niet tot de 10 hoofdprijzen. Ilob geno
teerd tegen trekking December.
Binnenland
HOFBERICHTEN.
Hertogin Marie van Mecklenburg
zal Woensdag 16 dezer van Het Loo
naai- Sehwerin vertrekken. Z. K. H.
de Prins, die zich ap genoemden da
tum aanvankelijk naar Buokenburg
begeeft, wordt tegen 28 November
hier te lande terugverwacht.
De Koningin-Moeder wordt boelen
Maandag uit Burgsteinfurt vóór. bet
middagmaal ton palelze Het Loo ver
wacht.
TWEEDE KAMER.
Het pion is om in de Tweede Ka
mer onmiddellijk na afhandeling
van de Indische Begrooting in den
loop der week met do algemeene be
schouwingen over de Staatsbegroo-
tlng een aanvang te maliën.
GOED AFGELOOPEN.
Aan boord van een te Zaandam
liggend vi-sschersvaartuig, uit Kam
pen, dat beladen was niet hout,
meende in den nacht een der varens
gezellen, terwijl zijn beide kamera
den rustig sliepen, het geluid van
binnenstroomend water te booren.
Opstaande kwam hij heel spoedig tot
de ontdekking, dat .het schip in zin
kenden toestand verkeerde. Hij wek
te terstond zijn makkers en allen
konden zich nog door een luik red
den. Het schip zit aan den grond de
opvarenden zijn al hunne kleeren
kwijt.
Jhr. TEDING VAN BERKHOUT.
Te Baarn is op 74-jarigen leeftijd
overleden jhr, L. J H. Teding van
Berkhout, gepensionneercl goneraal-
majoor.
STAATSBEGROOTINÜ VOOR 1011.
'1' ANTWOORD DER REGEERING
OP DE AFDEELINGSVERSLAGEN.
Blijkens de Memorie van Antwoord
is do Regeering liet eens met de vele
leden die van ooi-deel waren, dat het
na de uitvoerige ton vorigen jare ge
voerde gedachtemvisseliugen onnoo-
dig was thans wederom te spreken
over de positie en het karakter van
het kabinet.
De positie en liet korakter van het
kabinet sluiten zich aan bij de tegen
woordige partij groepeering. De inge
brachte bedenkingen zijn dan ook niet
anders dan bezwaren tegen die par
tij gr oepe-ering. Wat de leden, die zoo
danige bedenkingen opperen, ver
langen, la ontbinding van de op den
grondslag der Christelijke beginselen
gevestigde coalitie. Zoolang die coali
tie bestaat on in de Volksvertegen
woordiging de meerderheid uitmaakt,
is de positie en het. karakter van het
kabinet, gelijk ten vorigen jare is er
kend, in overeenstemming" met de con
slitutioneele beginselen.
Do bewering, da/t met de sociale
wetgeving getalmd wordt, is niet juist
er wordt hard aan gewerkt; de voor
bereiding der wetsontwerpen eischt,
wegens de groote moeilijkheden van
hfre onderwerpen, gelijk terecht door
andere leden is opgemerkt, veel tijd.
Dc conclusie, dat h8t kabinet con
servatief zou zijn, is niet langs den
weg der logica daaruit te trekken.
Evenmin uit de stelling, dat het ka
binet de mtlitaife uitgaven opdrijft.
GRONDWETSHERZIENING EN
ALGEMEEN KIESRECHT.
Over de voorkeur aan eenig kies
stelsel te geven, kan llians wegens
de aan de Staatscommissie voor de
Grondwetsherziening verschuldigde
deferentie, geen debat worden aan
vaard.
SOCIALE WETGEVING.
De Regeering acht do totstandko
ming der verzekeringswetten, inzon
derheid der verplichte verzekering
tegen de gevolgen van ouderdom en
invaliditeit in hooge mato urgent. Met
alle kracht is de voorbereiding ter-
hand genomen en doorgezet. Dat het
in gereedheid brengen van drie om
vangrijke wetsvoorstellen veel tijd
vordert ligt voor de hand. Aan het
Departement van Landbouw, Nijver
heid en Handel is echter het moge
lijke gedaan om de voorbereiding te
bespoedigen.
MILITAIRE ZAKEN.
De Minister van Öorlog heeft reeds
geruimen tiid vele pogingen in het
werk gesteld om te komen tot benoe
ming eener commissie als bedoeld in
de motie-Marchant, doch is daarmede
op dit oogenblik tot zijn leedwezen
nog niet gereed. Nadrukkelijk moet
worden ontkend dat eene vaste lei
ding ten opzichte van de militaire za
ken van de handelingen der Regee
ring zou ontbreken.
Het vraagstuk van do vooroefenin
gen der jeugd als lichamelijke voor
bereiding voor den militiedlenst ook
wanneer de lagere "school reeds 'ls
verlaten maakt een onderwerp uit
van gedachten wissel ing tusschon de
Ministers van Blnnenlandsche Zaken
en van Oorlog.
ZONDXGSWET.
Een toezegging dal een nieuwe Zon
dagswet spoedig aanhangig zal wor
den gemaakt, kan de R'egecring nog
niet geven. Intusschen is zij reeds
zoovéél mogelijk werkzaam in do ver
langde richting door, waar doenlijk,
den Zondagarbeid to beperken.
VACCINE.
Een wetsontwerp in den geest als i
ton vorigen jare toegezegd, zal ver
moedelijk binnen weinige dagen de
Kamer bereiken.
RAPPORT INEENSCHAKELINGS-
COMMISSIE.
De voorstellen der Ineenschakelings
commissie zijn thans in liandcn van
de inspectie. Zoodrïi de daarvan ver
wachte voorlichting zal zijn ingeko
men, hoopt de Minister van Binnen-
landsche Zaken zijn volle aandacht
aan dit onderwerp té wijden.
DE FINANCIêN.
De Minister van Financiën hoopt
dat. de Volksvertegenwoordiging door
spoedige behandeung van de binnen
kort te verwachten belastingontwer-
pen mede zal werken om zoo spoedig
mogelijk het 'fonds voor de suppletoire
opbrengsten van den accijns op het
gedistill-eord te kunnen gebruiken
voor zijn eigenlijke bestemming. Het
is geenszins onwaarschijnlijk dat de
daling van het gebruik van gedistil
leerd van 40.6 millioon (gebruikscijfer
van 1908) tot 31.4 millioen liter .waar
schijnlijk gebruikscijfer van 1910) ten
gevolge heeft, dat de totaalsom voor
gedistilleerd uitgegeven ten slotte nog
lager is dan vóór do belastingverhoo-
ging, terwijl genoemde kolossale ver
mindering van het gebruik zeker niet
nalaat ook indirect een gunstigen in
vloed te oefenen op de draagkracht
der bevolking. In 1911 mag naar de
meening des Ministers wel op 28.8
millioen gerekend worden, zoodat het
fonds voor de Suppletoire opbrengst
van den accijns op het gedistilleerd
vermoedelijk voor l 3,600,000 zal zijn
goed to schrijven. Een voorzichtige
raming van de opbrengst van bet
nieuwe tarief stelt dio op 10 millioen
meer don thans de invoerrechten in
brengen. Ter verzekering dat de meer
dere opbrengst van het nieuwe tarief
beschikbaar blijft voor de sociale wet
geving, zal worden voorgesteld de
verplichting om van het tijdstip van
de inwerkingtreding af tot op de in
werkingtreding van de invalid iteits-
en ouderdorasverzekering j aarl ij lts een
bedrag, als noodig wordt geacht
voor die verzekering, te besleden voor
aankoop van nationale schuld, welke
op het Grootboek zal worden inge
schreven ten name van een fonds tot
dekking van uitgaven voortvloeiende
uit wettelijke maatregelen inzake de
ponsionneering van arbeiders.
Het bedrag dat do Minister zich
voorstelt door de nieuwe regeling van
de inkomstenbelasting voor de schat
kist te winnen, wordt voorloopig op
3 millioen geraamd.
TRAKTEMENTEN.
Een algemeene verhooging der trak
tomenten op grond van de stijging
der prijzen van verschillende eerste
levensbehoeften, kan do Regeering.
niet ter hand nemen.
WEDUWEN- EN WEEZENPEN-
SIÖEN GEeMPLOYEERDEN
LAND- EN ZEEMACHT.
Een voorstel tot pensioneering van
de weduwen en weezen van mindere
geëmployeerden bij inrichtingen van
's Rijles zee- en landmacht zal spoe
dig de Kamer bereiken.
DROOGMAKING ZUIDERZEE.
Op de vraag of de Memorie van
Antwoord inzake het wetsontwerp tot
aanleg van een gedeelte van den af
sluitdijk der Zuiderzee en droogma
king van de Wieringermeer spoedig
te wachten is, ka.n liet antwoord niet
bevestigend luiden.
De Regeering is met Gedeputeerde
Staten van Noord-Holland in over
leg getreden om tot de oprichting
van een technisch bureau te geraken,
waaraan, behalve het opmaken van
een uitgewerkt plan, mot begrooting
zal werden opgedragen liet onderzoek
der vele gewichtige opmerkingen en
bedenkingen van teehnisclion aard,
welke in het Voorloopig Verslag ge
maakt zijn.
Een voorstel tot algeheele indij
king der Zuiderzee ie, afgezien van
het groote risico, aan dit werk ver
bonden, mede met het oog op den
toestand van 's Rijks financiën, niet
te verwachten.
Rechtszaken
De Papendrachtseha Strafzaak
(Vervolg 3de dag).
Voortgegaan werd met 't verhoor
van den getuige Herman Duyvendijk.
Advocaat-Generaal: Beschouwt u de
Papend-rechtscho Strafzaak niet een
een beetje als een opgeblazen zaak
Getuige: Dat niet. Wel meen ik, dat
Van Elk do zaak een beetje op ge
zen heeft. Wij echter hebben de zaak
iheelemaal niet opgeblazen.
Mr. Van Hamel: beschouwt u de
mishandeling van Garsthagen op het
Gemeentehuis ais een opgeblazen
zaak?
Getuige: Niet dat ik geloof. Ik had
heel gaarne gehad, dat de politie en
justitie g-eJijk hadden gehad en dat
Garsthagen en Kwakernaat tiink ge
straft waron geworden en wanneer ik
overtuigd was, dat zij onwaarheid
hadden gesproken, zou Ife hen op den
zelfden dag ontslaan. Ik ben altijd
een vriend van politie en justitie
weest.
Advocaat-Generaal: Kent u de veld
wachters?
Getuige: Wanneer er iets voorge
vallen was, kwamen de veldwach
ters steeds op het kantoor om mot de
mensehen te spreken. In alle dingen
is hij hen behulpzaam geweest.
Advocaat-Generaal: Hebt u wel eens
wat onbehoorlijks van de veldwach
ters opgemerkt?
Getuige: Bouterso, een man van
temperament, beschuldigde direct
Het optreden der rijksveldwachters
was heel andere dan dat der mare
chaussee. Bouterse zei bijv.t „Wig-
gers, jij hebt het gedaan I"
Getuige verklaart verder, dat bur
gemeester Bonten het criterium in de
Papendrechtsche strafzaak uitmaakt
Mr. Van Hamel: Mag uit het feit,
dat Bonten als raadslidherkozen is
afgeleid worden, dat Bonten het ver
trouwen der bevolking geniet?
Getuige: Nog nooit heb ik iemand
ontmoet, die gezegd heeft: do burge
meester is onschuldig.
Dr. E. Brandts, hiorna gehoord,
verklaarde, zich niot neer te leggen
bij do verklaring in hot rapport der
deskundigen omtrent zijn deskundige
verklaring betreffende do wonde van
Garsthagen. Er is volgons hem hier
een misverstand. Getuige zei een des
kundige verklaring te hebben afgege
ven omtrent den val van Garsthagen
gelijk die val door Bouterse was be
schreven geworden.
Dr. Kip: Ik blijf bij liet rapport vol
komen volharden.
Hierna werd J. Kwakernaat gehoord
Hij beveetigdo door zijn patroon ge
waarschuwd te zijn om op te passen
voor een valscho verklaring. „Al ko
men er tien Bouterses, dan blijf ik
het volhouden", had hij geantwoord.
Met de veldwachters heeft hij niet
gesproken. Zij kijken je niet aan en
als jo ze aankijkt, dan kijken ze je
ieelijk aan. (Gelach). Met Van Elk
heeft getuige nooit gesproken. Hij
kende hem niet eens. Get. wendde
zich tot den lieer Van Elk en niot tot
een advocaat, omdat het laatste duur
der is. Van Elk zeide: „Het zijn
rechtszaken. Niet met leugens aange
komen, maar met waarheid. Ik geef
het nooit op, het, is een gerechtige
zaak". Hij erkende de schrijver te zijn
van een briefje aan den heer Van
Elk, waarin hij mededeel ing deed van
het gebeurde.
De heer Van Elk werd op verzoek
van Mr. Van Hamei over dit punt ge
hoord. Hij erkende dat het bewuste
briefje door Kwakernaat was geschre
ven. Het was met potlood gedaan en
was door Kwakernaat aan Garstha
gen medegegeven, toen deze met zijn
vader naar Ya)1 Lik ging.
De volgende" getuige was ds. T.
Hoekstra, predikant der- Ned. llerv.
Gemeente to Papendrecht. Getuige
verklaarde, dat hij zijn intrede deed
in de gemeente op den Zondag, vol
gende op de mishandeling van Garst
hagen. Hij deelde mode, dat hij een
gesprek had met de familie Visser,
hierop neerkomende, dat hij pogin
gen zou aan\ve)idon om Bonten als
burgemeester te handhaven.
President: Tegen beter weten in
wilde u gunstige verklaringen afleg
gen van burgemeester Bonten?
Getuige: Niet tegen, beter weten,
maar men dacht, dat de verhalen
r mishandeling overdreven wa
ron. Daarvan ban ik langzamerhand
teruggekomen.
De presideut constateerde, dat ge-
tuige ds. Hoekstra van de zaak eigen
lijk niets afweet.
De adv.-generaal zei, dat getuige
gezegd heeft, dat hij niet over één
nacht ijs gaat maar de districts-com
mandant der marechaussee deelde
mede, dat getuige van den in Papen-
drecht geslationcerden marechaussee
gezegd had, dat hij zich schuldig
maakte aan misbruik van sterken
drank, terwijl het bij onderzoek ge
bleken is, dat zulks een leugen is. Ge
tuige was afgegaan op praatjes en
ging af op het feit, dat de man één
maal in een café had gezeten, en dat
een ander, die daar met hom had ge
zeten, dronken zou geweest zijn.
Getuige deelde mede. dat Radema
gezegd had, overtuigd to zijn, dat
Garsthagen mishandeld was, mede
door het feit, dat de burgemeester liem
een gummistok gaf, met bevel, dit te
begrijpen. Verschillende malen heeft
Radema dat herhaald, maar telkens
heeft hij er bij gezegd, dat hij zelf
niets gezien had of gehoord.
Maar later, voor de behandeling der
zaak voor het Arnhemsche hof, ver
klaarde Radema, wel iets gezien en
gehoord te hebben. Die verklaring
heeft getuige opgeschreven en hein
voorgelozen en met een kleine wijzi
ging keurde Radema dat stuk goed.
Mr. Van der DoesU zocht dus
mee 1
Getuige IK meende, dat het mijn
plicht was, om de waarheid naar vo
ren te brengen.
Mr. Van Schaick merkte op, dat ge
tuige blijkbaar alles als waarheid op
neemt, wat tegen do politie gezegd
wordt, maar niets van wat ten gunste
der politie gezegd wordt.
Get zei, (lat het niet waar is, wat ln
het rapport der deskundigen staat,
dat er twee partijen in Po.p end recht
bestaan: een, die overtuigd is van
mishandelingen door de politie, en de
andere, die overtuigd is van het tc-
Papendrecht te komen, dan zouden
ze gezien hebben, dat 99 van de 100
personen er aan gelooven zelfs de
grootste vrienden vau den burgemees
ter. Met kracht kwam spreker er te
gen op, dat het hem zou te doen zijn,
den heer Bonten te treffenhet zou
slechts zijn, de politie op te offeren,
alleen om den burgemeester te tref-
De volgende getuige was Halbe Ra
dema, gemeenteveldwachter te Pap&n-
drecht. Doze bleef ln hoofdzaak bij
zijn vroegere verklaring, ook bij zijn
■vroegere mededeeling, dat 'bij met Le
Grand over de verwonding van Garst
hagen gesproken heeft, en dat deze
gezegd heeftdie vent had een bloed
neus.
Hij wist niet, of Le Grand dat zelf
gezien had, of alleen inaar gehoord.
Wat de mishandeling van Kwaker
naat aangaat, deelde hij mede, dat
Kwakernaat tegen hem zei„Je hadt
me wel eens kunnen helpen", maar
aan den andoren kant heeft Kwaker
naat hem nooit meer over de mishan-
Kwakemaat hield vod, dkit Rij Ra
dema aag staan,, toen hij geslagen
werd.
Radema: Gezien heb ik niets.
Mr. Van Hamel: Voegde Kwaker
naat later aan Radema niet toe: „Je
hd mij kunnen helpen?"
Radiema: Ja.,
Mr. Van Hamel-: Had u idee, waar
op dat sloeg?
Radema: Ja*
Mr. Van Hamel i Dus dat het sloeg
op de mishandeling in het cachot (hi-
lairiteit).
President: State! Anders laat ik
ontruimen. De verdediger constateert
maar. Dat 1a een veronderstelling.
De volgende getuige was W. J. Le
Grand, volontair ter secretarie te Rot
terdam, vroeger te Papendrecht.
Getuigo gaf ap de vragen van de
Verdediging ten antwoord, dat hij
zoo weinig van do zaak c*p de hoogte
was, dat hij op de zitting van het
Hof te Arnhem voor dé eerste maal te
weten kwam, dat die veldwachters en
do burgemeester tegenstrijdige ver
klaringen aflegden. 1-Iij hoorde, dat
Garsthagen mét een bloedneus op de
secretarie is geweest, wat de burge
meester en de veldwachters niet ver
klaarden. Toon is getuige naar de
Verdediging .gegaan, die hem naar 't
Hof verwees.
Getuige doelt Verdör mede, dat do
burgemeester hem in 't begin zeide,
„als er over do zaak gesproken wordt,
d-oo dan maar net of gij er niets van
af weet."
Aan zijn vudior zoidc getuige echter
indertijd van niets te weten, toen de
zaak aan de orde kwam.
Hierna werd gehoord de heer C.
van do Pol, inspecteur bij de recher
che te Rotterdam.
Getuige deelde desgevraagd mede,
dat hij getuige Le Grand op 23 JuHd
1909 te Rotterdam een verhoor heeft
laten ondergaan, nadat hij vernomen
had, dat hij op de secretarie te Pa-
pendireohl werkzaam was geweest.
Getuige dacht dat hij een gunstig ge
tuigenis van hom over de politie te
Papendrecht zou krijgen. Le Grand
behoende n.l. tot de getuigen, in eem
rapport genoemd, waarin alleen gun
stige verklaringen omtrent de veld
wachters voorkomen. Eerst verklaar
de Le Grand dan ook gunstig; alleen
zei hij, dat Boutea's e misschien ruw is
on Van dén Berg de lui uitschold en
ruw bejegende; De Mey echter roem
de hij als een heel goeden man.
Voorts verklaarde getuige, dat hij
in do zaak Garsthagen geen onder
zoek kon instellen,
Advocaat-generaal: Wat ls dat nou!
Getuige zegt volkomen uit eigen be
weging naar Lo Grand te zijn gegaan,
om inlichtingen ln te winnen niet
over do zaak-Garsthagen, maar over
do zaak te Papendrecht.
Advocaat-generaailU heeft Garst
hagen toch ook gehooid?
Getuige: Neen. Ik heb hem gespro
ken, ovenals Kwakernaat, maar ik
hoh niets op het papier gezet.
Advocaat-generaal. Dat is te gek.
Het is dan toch een onder,zoek ge
weest.
Getuige: Neen. Het wios geen on
derzoek.
President: U hebt een lijst overge
legd van personen die gehoord zijn.
Op de®o lijst, staan allleen monschen
die allerlei Miaehten tegen de politie
uitten, gegrond en ongegrond. Niet
één die gunstig v-oor de paldtie ver
klaarde. Hebt u menschen kunnen,
vinden die gunstig v-oor de politie ver
klaarden?
Getuige: Verscheid enen.
President: En u hebt ze niet ge
noemd.
Gotuige: En Köhler dan? Ik heb
talrijke personen gehooid, die gunsti
ge verklaringen hebben afgelegd.
Maar die waren allien bekend bij het
Hof en uit de stukken van dén rceh-
ter-cominissairis te Dordrecht. Boven
dien heb ik den advocaialgeneraal al
les meegedeeld, ook dedingen die
geheim moesten blijven.
Bij liet voortgezet verhoor maakt
het Hof getuige het verwijt: „U nam
allo klachten op. U onderscheidde
niet." En de raadsheer-rapporteur
voegde daaraan toe: „Was getuige
niet onder den indruk van lieel Pa
pendrecht. Dat geeft een zonderlin
gen blik in uw psychologischen toe
stand?"
Getuige: Dit is een besldst onware'
boschuldllging van de deskundigen.
Als dat waai' was zou ik een valsoh
rapport hebben opgemaakt en ver
diende ik diadjeli.jk ontslagen te wor
den. De deskundigen verwijten mij,
dat ik op een verteUuring uit de tweie-
de hand ben afgegaan, terwijl ik het
deed voorkomen al-sof ik het uit de
eerste hand had. Ik kan bewijzen dat
dit niet zoo is.
Raadsheer-rapporteur: Het onder
zoek was niet onbetrouwbaar. Maarj
onhandig.
Raadsheer-rapporteur: We twijfe-j
len niet aan uw onpartijdigheid,
maar u had op het lijstje toch moe
ten zetten, die personen, die gunstig
voor de politie verklaarden.
Advocaat-generaal: Dat bewijst 'dat
a niet onbevangen zljt geweest. Dat
ti zich niet heeft kunnen onttrekken
aan den invloed van het milieu.
Waarom- een krankzinnige ais Ver-
gragt en een d-ubbel-overgehaal-de im
bed! ale Van der Eisch wel vermeld,?
Raadsheer-rapporteur: W-at v-oor
waarde is te bochten aan de verkla
ringen van getuigen, die als dronken
lappen bekend staan?
Geuige: Dat is een van de voorna
me voorbeelden van het onderzoek
van de heer en deskundigen. Ik heb
een lijst gegeven mot alle personen
er op. Bij raadpleging hadden de hee-
ren kunnen zien, dat er op stonden
de menschen die gunstig verklaar
den, evenals ook de menschen die
klaagden over verschrikkelijke toe
standen te Papendrecht, waar 's Zon
dagsavonds allerlei vechtpartijen
pilaats hadden. Geen vreemdeling kon
er rustig over straat loopem, vrouwen
werden gemolesteerd. En ik heb te
vens vermeld, dat door het optreden
der Rijksveldwachters die slechte toe
stand verbeterd is.
Advocaat-generaal: Dat is nooit
Ik heb in mijn conclusie gezegd,
dat*de toestand te Papendrecht, zeer
slecht was en dat door het optreden
der veldwachters daaraan een einde
gemaakt ls.
Mr. Van Hamel: Was er daarnaast
ook niet een conclusie, dat door de
politie mishandelingen werden ge
pleegd?
Getuige meende daarop niet te mo
gen antwoorden. Hij deelde de eerste
conclusie mede, o-mdlai het werd voor
gesteld alsof hij partijdig was t-e werk
Mr. Van HamiedOntkent getuige
dan dat er een an dere conclusie is
naast do meegedeelde?
Gotuige: Neon, dat ontken ilc niet.:
Maar ik wensoh er mij niet over uit
te laten.
Advocaat-generaal, tot deskundige:
Hebben, do verklaringen der getuigen
wijzigingen kunnen brengen in uw
conclusie omtrent Le Grand en vau
Eek?
Dr, Kip: Volstrekt niet.
Hierna (teelde voorzitter mede, dat
het Hof geen tonnen heeft kunneu
vinden om andere getuigen te dag
vaarden en word. do zitting geschorst
tot heden Maandag.
Dan is de procureur-generaal aian
-het woord tot het neinen van zijn re
quisitoir.
DE VERGIFTIGDE TAART.
Op 29 Nov. zal voor de Rechtbank
te Alkmaar de zaak behandeld wor
den tegen den winkeliers-kantoorbe
diende J. J. Beek, beklaagd van
moord op juffrouw M. Musinent,
huisvrouw van W. Markus to Hoorn,
en beklaagd van poging tot moord op
W. Markus en zijn dienstbode Grietje
Appelman. Aan belli, wordt ten laste
gelegd, dat hij bij den banketbakker
Hellingman te Ifaarlom een taart
kocht en die in do tapperij van Jan
Kooy te Haarlem met arsenicum be
strooide om vervolgen-s cteze taart uit
Amsterdam naar den hoer Markus ta
zenden met do bedoeling, dat deze
er van zou eten, en dientengevolge
zou sterven.
Niet de heer Markus, Mie er slechts
weinig van at, stierf, doch wel zijne
echtgenoote, terwijl liet dienstmeisje
Grietje er ook goed afkwam.
Als deskundigen in deze zaak zijn
gedagvaard do doctoren v. d. Berg eu
Belmoute te Hoorn, benevens dr. Dek-
natcl lo Alkmaar en de scheikundige
Warner te Alkmaar.
Gehoord zullen voorts worden 17
getuigen, terwijl mr. A. Dorbeck, ad
vocaat en procureur te Alkmaar, als
verdediger zal optreden.,
VERGIFTIGINGSZAAK.
Voor het Gerechtshof te 's-Bertogen-
bosch werd in honger beroep behan
deld do zaak tegen Joh. V., ou-d 48
jaar, wissel looper, geboren te Rlun-
dert, wonende to Prineonhage, be
klaagd, dat hij op 1 Februari heeft
gepoogd om opzettelijk en met voor
bedachten rade zijne echtgenoote M*
Zwanenburg van het leven te beroo-
ven, door een hoeveelheid vergif en
wed -ongeveer 131 milligram nitras
strychnine, te brengen ln- of op het
voor haar bestemde middageten. Da
uitvoering van het misdijf werd niet
voltooid, doordat zijn echtgenoote,
toen zij van bedoeld eten in haar
mond genomen .had, een bitteren
smaak heeft geproefd -en terstond het
eten, dat zij in haar mond hacl1 heeft
uitgespuwd en van bedoeld voedsel
niet verder heeft genuttigd.
Bij vonnis der rechtbank te Breda
werd beklaagde wegens poging tot
moord veroordeeld tot een gevange
nisstraf voor den tijd van 10 jaren.
De eisch van het O. M. was 12 jjt-
ren.
Zoowel het O. M. als beklaagde te©-
konden tegen dit Vonnis hooger be
roep aan.
Gehoord werden thans drie getui
gen en als deskundige de heer Van
Waegenïngh, kapitein-apotheker te
Breda.
De advocaat-generaal, van oordeel,
dat het wettig on overtuigend bewijs
was geleverd-, eis-chte 15 jaren gevan
genisstraf.,
Uit de Arbeiderswereld
Getuige. Dat is mij niet gevraagd.
Men heeft hot dan aan het Ministerie
achtergehouden.
TEXTIELINDUSTRIE.
Omtrent de actie, die door de we
vers der „Twentsche Bontweverij" te
Hengelo gevoerd wordt, schrijft men
het volgende aan de „Tel."
De wevers, "hierin ondersteund door
de besturen cler verschillende organi
saties, stelden de volgende eischen
lo. Afschaffing van het premie
stelsel
2e. Behoud van de eenmaal toege
kende 15 pCt. loonSVcrhóoging
3e. Vrije Zaterdagnamiddag
ie. Wachtgeld van 3 cent per uur
en per getouw.
Toen do directie deze eischen af
wees, besloten de wevers het werk,
met inaohtneming van don termijn
van opzegging, te staken.
Nu dit besluit ter kenniss-e is ge-
gebracht van de directie en dit college
eenige keoren heeft geconfereerd mei
de hoofdbesturen der organisaties,
heeft zij thans aan deze besturon
schriftelijk medegedeeld, welke con
cessies zij verleenen wil.
De wevers hebben nu te besluiten-
hi-erop in te gaan of him stakings-
besluit te bandhaven.
Stoomvaartberichten
STOOMV.-MAATSCHAPPIJ
NEDERLAND.
Het st. Floros arriveerde 1 Nov. van
Amsterdam te Batavia.
KON. HOLL. LLOYD.
Het st. Amstelland vertrok 11 Nov.
van Amsterdam naar Brazilië en
Buenos-Ayres.
HOLLAND—AMERIKA-LIJN.
Het st. Potsdam arriveerde 11 NoV--
van New-York t.e Rotterdam.