BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD 18e Jaargang. ZATERDAG 3 DECEMBER 1# 10 Ho. 8410 DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S DAQBLAD KOST f 1.20 PER 8 MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 5J. DRUKKERIJ ZUIDER BUIT ENSPAARNE 6. IN HAARLEM'S DAQBLAD ZUN ADVERTENTIÊN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. Rubriek voor Vrouwen EDELE ROOVERS. Valkou. Deze naam voert ons in ge dachten plotseling terug naarr den roemruchten riddertijd, toen de edele jonkvrouwen op hun ranke paardjes gezeten tor jacht trokken ieder met een tieren vogel op die hand, belust op vluggen buit. In deze schilderachtige tijdien, die reeds zoo ver achter ons liggen, wa ren vooral de Zuid-Nederlandsche valkeniers in Europa bekend en me nige vorst betrok zijn dieren uit deze streken. Reeds eeuwen lang was deze ma nier van jagen hoog in eere en zelfs Karei de Groote vaardigde wetten uit waarbij werd bepaald, dat liet den burgers verboden was, reigers of an der edel wild te dooden. Verbodsbepalingen in dezen geest ■werden bijna in alle landen uitge vaardigd en zoo ver ging het egoïsme der bovendrijvende partijen, dat geen burger met een valk ter jacht mocht gaan. Een uitvoerige beschrijving van het vangen der valken en het africhten dezer dieren hebben wij allen wel eens in het een of ander tijdsclirift gelezen en voor hem, die daarvoor nog niet in de gelegenheid was, heeft een paar jaar geleden de redactie van het tijdschrift Duiten een uitvoe- Tig artikel afgedrukt. De valken, die voor de jacht wer den en in Engeland nog worden ge bruikt, de z.g.n. slechtvalken, komen bier slechts op den trek voor. Daarover zullen wij aan het slot van dit artikel even spreken. Moer bekend zijn bij ons de torenvalken. Deze zijn hier volstrekt niet zeld zaam. Zelf heb ik op de wei van Bre- derode en bij Naaldenveld herbaalde muien dezen min edelen maar toch voornamen roofvogel kunnen waar- iiet best is hij te zien als hij bidt. Dit doet hij, als hij zijn prooi zoekt. Snelle vleugelslagen houden hem dan op één punt op ongeveer twintig tot dertig M. hoogte in ovenwicht en als hij zoo een tijdlang heeft gestaan, 6Chiet hij plotseling met duizeling wekkende vaart, op de wijze van Wljnmalens „Vol plané", maar met gesloten vleugels omlaag. Het liefst vangt hij zijn prooi in de vlucht, maar menige muis moet toch op onaangenamo wijze kennis met hom maken en zelfs kevers, sprinkha nen en groote rupsen verdwijnen in de holle rooversmaag. Dit laatste heeft liem gebannen buiten de gele deren der echte edelvalken, waarvan de genoemde slochtvalk, die geen muis zal aankijken de aanvoerder is, maai' door den nood gedrongen.is hij wel genoodzaakt in lagere regionen te blijven en zijn kortere vleugels en losser gevedorte stellen hem niet in staat de slechtvalken te evenaren. Met de kleine vogeltjes verdwijnt ook de valk in den winter naar zuide lijker streken, ofschoon er in zachte winters wel enkele exemplaren hier worden aangetroffen. Heel vroeg in he tvoorjaar, in Fe bruari en Maart, komen zij intusschen al weer terug, maar eerst als alle le ven bi het woud en op den akker is weergekeerd en de kleine zangers hior liun temen hebben opgeslugen begint het echte rooversleven voor onze moordenaars. In oen oud, vervallen of verlaten nest worden aan de bruingestippelde eieren gelegd en eerst als de jongen voor deu dag zijn gekomen, begint ©en ware slachting onder het kleuior gedierte, muizen en insecten en vaak ook jonge vogels. in de liefde voor de jongen zijn de valk-ai onovertroffen, een eigenschap die zij met alle roofvogels gemeen hebben. Onophoudelijk vliegen de ouden met de bemachtigd-A prooi aan en de jonge kromsnuvelLjes worden al vroeg aan vleesclivoedscl gewend. Zijn de jongen zoover, dat zij op hun vleugels kunnen vertrouwen, dan is de valkenfamilio een waar model-huisgezin. Onophoudelijk wor den de kleinen in het oog gehouden en de prooi, door do ouden gevangen, wordt met opofferende liefde aan de jongen overgelaten, die elkaar graag het versclic hapje afsnoepen. Leeuweriken en zwaluwen hebben het meest te lijden van de boomval ken, die gewoonlijk heel laag vliegen en door hun groote lust om vogels te bemachtigen veel schadelijker zijn dan de genoemde torenvalken. Weinig vogels winnen het van de zwaluwen in snelheid. maar de boomvalken weten hen wel te achter halen en zoo verwoed achtervolgen zij dan hun prooi, dat zelfs de nabij heid van mensch niet door hen wordt opgemerkt De zweeftochten in de lucht, afge wisseld met de meest doordachte zwenkingen, doen deze dieren kennen als uitmuntende vliegers, maar toch ondanks hun groote behendigheid, zijn het uiterst schuwe dieren, die zich, hun naam zegt het reeds, ui terst zelden op don grond wagen. Eerst als de schemer is ingevallen v.ordt een hooge boomtak uitge zocht om van de vermoeiende vlieg- evoluties uit 1e rusten tot zonsopgang. In het najaar wordt ons land vuak oezocht door do eerstgenoemde slecht valken. Deze dieren die alle goed© valkeneigenschappen in zich vereen i- gen, komen slechts voor in het Oosten van ons land en worden op de heide velden van Noord-Brabant door de enkele van ouds beroemde valken iavs gevangen met behulp van klapeksters eu duiven. Slechtvalken zijn ware luchtkonin- gen en volkomen vertrouwende op him krachten, vangen zij hun prooi slechts in de vlucht. Gedragen door hun geduchte wieken stijgen zij hoog in de lucht, licf6t in den morgen als de maag nog wat moet hebben. Eenzaam slijten zij hun leven en in tegenstelling met de torenvalken die soms heele kolonies vormen, dulden do slechtvalken geen enkel ander paar in den omtrek van het hoog ge logen nest. Ten onrechte wordt wel eens be weerd dat deze dieren de grootste vijanden der reigers zijn, maar niets is minder waar. De valkeniers die hun dieren voor de vangst op deze groote visehdieven wilden verkoopeu, moesten ze eerst voor de reigerjacht africhten. Gewoonlijk gebruikt men daarvoor de wijfjes, die evenals bij de sperwers veel krachtiger 011 grooter zijn dan de mannetjes en d>un nog silechts de jong© dieren. Deze worden met taai geduld geoefend. Eerst moeben zij wennen aan de menschen en daarna aan het op commanda afgaan op de prooi. Dat' hiervoor een groote kalm te en een ijzeren volharding noodig zijn, laat zich begrijpen. Ons hof heeft zich, na den dood van Prins Alexander, niet meer met de valkenjacht bemoeid. De laatste ko ning, die er werkelijk veel voor voel de was Lodewijk Napoleon, die zijh valkeniers in eere hield, maar toen deze ongelukkige vorst voor den Fran- schen adelaar moest wijken was het met de valkenjacht gedaan. H. PEUSENS. Wilson's laatste Novelle of HET EINDE VAN EEN VERHAAL. Vrij naar het Engelsch door J. VV. Wilson Maynard werkte vlijtig aan de eerste hoofdstukken van z>:n nieu we novelle. De kamer, waarin hij zich bevond, was een klem en kaal vertrek, gele gen op de hoogste verdieping van liet huis eene verschrikkelijk groote j keukentafel, waaraan hij zat te schrijven, en die voor een groot kei niet inktvlekken was bespat, was net j voornaamste meubelstuk. Aan zijn rechterhand stond oen kleine, volge- i pakte boekenkast, en bij den haard eene ouderwetsche sofa, met ge- scheurd trijp bedekt, en waarvan do j eene poot aanmerkelijk korter was dan de overige. Door het geheele ver trek hing een lucht van tabaksrook. Het was ecu van die werkkamers, waaruit die aardige romans voort komen, welke zulk een kinderlijke bekoring hebben, dat staatsmannen, j wier haren reeds beginnen te grijzen, I zich wederom jong gevoelen hij het lezen er van. De schrijver zat, zooaLs gezegd is, hard te werken, toen beleefd aan de deur werd geklopt. Wilson streek met zijne handen door zijn haar en richtte zich op. Er is een heer om u te spreken, mijnheer!" klonk het beleefd van den anderen kant van de deur. Wilson keek op de klok. Het kan de boodsahappenlooper van het kantoor van Town Pry er niet zijn, mompelde hij; die komt nu toch niet op een ander uur? Wie is daar? riep hij hardop. Ja, mijnheer, hij zeide, dat u hem niet kent, maar hij moot u spre ken. Hier is zijn kaartje, mijnheer, vervolgde de meid. Het is een oude heer en hij kwam in een rijtuig. Wilson stond op en zeide niet een zucht van verlichting: Dan komt hij niet om eene nieuwe pen, schrijf machine of courant aan te bieden. Ik kom direct beneden, riep hij luide tot de meid. Het kaartje, dat hij, buiten de ka mer komende, op de tafel zag liggen, droeg den naam: Kolonel Stanley Thesiger. Nu, wat zou die met mij voor hebben? peinsde Wilson, terwijl hij ©enigszins verward het kaartje las. In zijn studoorvertrek komende, wachtte hem een grijze, nog flinke heer, van middelbaren leeftijd. Met militaire eenvoud begon hij direct over het onderwerp van zijn bezoek. U zult verwonderd zijn, mr. May na/rd, begon hij, dat ik u lastig val, maar ik weet zeker, dat gij het mij zult vergeven, wanneer ik u het doel va® mijn komst verteld heb. Het is namelijk een zaak van het grootste gewicht, voor mij en voor iemand die mij dierbaar is. Wilson mompelde eenige gebruü kelijke beleefdheden en was nog ver- legener dan voor dien tijd., Het is met betrekking tot uw verhaal, hetwelk bij afleveringen in „Curzon's Monthly Magazine" ver schijnt, vervolgde de kolonel. Ik moet u zeggen, mr. Maynard, dat wij allen met veel genoegen uw boeken lezen. Wilson keek bescheiden naajr de punten van zijne schoenen, terwijl hij zijne voldoening hierover uiW drukte. 't Scheen, dat de kolonel eeai wei nig zenuwachtig werd em niet wist hoe hij zou vervolgen. Ik weet bijna niet, bekende hij ten laatste, hoe ik u moet uitleg gen, wat ik zeggen wilde. Ik had beter gedaan met de geschiedenis van het begin af aan duidelijk te vertellen. Wilson's belangstelling werd groo ter. Op de eerste plaats moet u weten mr. Maynard, dat ik eene dochter heb: zij is mijn eenig kind en en zij heeft geene moeder. Ik kan u niet zeggen wat dit lund voor mij is, Hij aarzelde een oogenblik om meer vastheid aan zijn slem te ge ven, voor hij verder ging. Ik kan haar niet duidelijker aan u beschrijven, dan door in uwe her innering te brengen de heldin van uw verhaal in „Curzon's" U hebt daar mijn dochter geschetst. Wilson werd een en ai aandacht; de kolonel begon belangwekkend te worden. Zooals ik zeide. Violet is in per soon en in ideeën volkomen gelijk aan uwe heldin; toen uw verhaal het eerst uitkwam, waren velen van vrien den getroffen door de volkomen ge lijkenis, en om die reden toonen wij bizondere belangstelling voor het ein de er van; Mijn dochter leidt op het oogen blik aan een ernstigen aanval van influenza, tengevolge waarvan zij zich zwak gevoelt en neerslachtig is. Zij kan deze ziekte maar niet te bo ven komen. De dokter verzekert mij, dat het van geen beteekenis is, en dut het alleen aan zenuwen is toe te schrijven. U zult het wol vreemd vinden, mr. Maynard, dat ik dat al lemaal aan u vertel, doch dat zul u zoo aanstonds duidelijk worden. Gij zult u zeken- nog wel herinnoren, dat in de laatste afleveringen van uwe novelle de gezondheid van uwe hel din langzaam achteruit gaat. Wilson knikte met het hoofd en wist niet, wat hij er van denken moest. Welnu, vervolgde de kolonel ernstig, het meest zonderlinge van de zaak is, dat mijne dochter in haar tegenwoordigen ziekelijke» toestand, zich in sommige opzichten als vereen zelvigt met de persoon in uw werk; zij is als 't ware doordrongen van een soort bijgeloof eenen anderen naam kon Ik eu- niet aan geven dat haar lot gelijk staat met dat van uwe denkbeeldige heldin en zij ziet in wat u omschrijft precies haar eigen toestand. In werkelijkheid be staat deze gelijkende overeenkomst alleen in haar ziekelijke verbeelding, doch zoo sterk heeft deze verbeelding haar aangetast, dat elke ongunstige omstandigheid, welke er plaats heeft betreffende haar model in uwe no- vedla, direct eene verkeerde uitwer king heeft op hare gezondheid. Zij is overtuigd, dat deze overeenkomst tot het einde van uw verhaal duurt; daarom, Indien indien uwe heldin komt komt te sterven, vreezen wij voor de uitwerking, welke deze afloop zal hebben in hare tegenwoor digen moedeloozen toestand. Welnu, mr. Maynard, hetgeen ik gaarne zou weten is, zal het meisje van uw 'erhaal sterven? Een doodsche stilte heerschte een oogenblik In de kamer. Het was Wil son te moede, alsof hij plotseling was aangesteld om den dood van eenen vriend aan kolonel Thesiger bekend te maken en voor wiens dood hij ver antwoordelijk was. - Ik bon bang het spijt mij te moeten zegen ik meen ja zij stertf, stamelde hij eindelijk. Het was on vermijdelijk. U had moeten zien Ik vreeede er voor, dat het zoo zou zijn. zeide de kolonel kalm. Gij weet nu, mr. Maynard, wat mij er toe gebracht heeft, heden naar u te vragen. Ik weet dat dit geen klei nigheid is, daar uw tijd kostbaar is, maai- neem voor mijne verontschul diging aan, dat zij mijn eenig kind is, en ik een oude man, wellicht te gevoelig en angstig. Kunt u in de laatsto hoofdstukken uwe heldin niet laten genezen? Maar mijnheer, riep Wilson ver slagen uit, de uitgever heeft reeds het geheele afschrift in handen, de volgende maand moeten alle hoofd stukken nageuoeg gedrukt zijn, eu in deze hoofdstukken gaai zij achteruit, ja haar toestand wordt hopeloos. De kolonel geraakte geheel onder den indruk van zijn groote smart. Mijn beste, kunnen wij hier te gen niets iels doen, moeite on kosten alles zal ik vergoeden, ik ben rijk en zou gaarne 1000 p&sl. ge ven, om dit einde te kunnen verhin deren. Wilson was getroffen door den klaarblijken angst van den kolonel. Doch ernstig overwogen, was het l© belachelijk. Denk eens aan mijne reputatie! zeide hij; niet alleen is het onmoge lijk, ook voor den minst geloerde te verwachten, dat mijne heldin na de gebeurtenis in het volgend hoofd» stuk zal genezen, doch er is zelfs geen ander einde aan het boek denkbaar, wil het hnar volle waande behouden, dan door den dood van Lottie. Het einde te veranderen zou be spottelijk zijn en mijn wenk ven-Ja gen tot een stuïversnovelle. De draad van het geheele ver haal steunt op h&t tragische van deze laatste hoofdstukken. Het was van het eerste begin af eene uitgemaakte zaak Men kon het uit het geheele werk opmaken. Ach, mr. Maynard, riep de kolo nel met eene van aandoening trillen- stem, gij hebt in uwe verbeel ding zooveel kinderen, en ik ik ik, die reeds een oude man ben, heb alleen deze eene vreugde, deze eeni ge teedere band nog op de wereld. Het was een pijnlijk oogenblik voor Wilson. De kolonel wus vast over tuigd van de waarheid van hetgeen hij zeide, en sprak zoo ernstig. Zou het niet mogelijk zijn, vraagt hij eindelijk na eenige oogenblikken te hebben nagedacht, sommige van de „Monthly Magazine' alleen voor uw dochter te laten drukken eu hier in liet einde te veranderen. De kolonel schudde hopeloos liet hoofd. - Zij wil liet boek altijd heb ben, direct van „Mudie" en zoo gauw het uitkomt en zelfs indien dit kon gebeuren zou ik niet gaarne verant woordelijk zijn voor de gevolgeni. indion zij toevallig de waarheid ont dekt. Op de eerste plaats leest zij al tijd de overzichten; neen Mr. May nard, ik heb al deze dingen reeds overwogen, doch op dit punt is zij als waanzinnig zoodat ik vrees, dat het hopeloos zal zijn, haar hierin te misleiden. Ongetwijfeld, zeide Wilson na denkend, zou ik toch geen oogen blik aarzelen, indien ik dacht dat de uitwerking zou zijn, wat u schijnt te vreezon, doch' dat het ongelukkige einde van eene eenvoudige novelle, ernstigen invloed kan hebben. Och. Gij begrijpt haar ziekelij ke gemoedstemming nie!. onder brak hem de kolonel. Gij keut Vio let nietl Nadenkend sprak hij deze laatste woorden. Met bevende vin gers tirok hij daarop zijn horloge uit den zak, deed het van den ketting, opende den achterkant en gaf zon der een woord te zeggen, heft aan Wilson. Deze nam het in zijne handen en keek lang en aandachtig naar het keurig portretje, dat daar was ge schilderd. Het was een lief, bekoor lijk gezichtje, dat hem van daar uit aankeek: heldere, ernstige, grijze oogen, doch waaruit vroolijkheid sprak, en een aardig kinderlijk mond je, dat scheen te spreken. Hij keek lang en aandachtig in die grijze oogen. Gelijkt deze op Lottie, dacht Wil son. Het was een veel liever gezicht, dan hetwelk hij zich in zijn verbeel ding voor den geest stelde, toen hij haar schetste. Hij geloofde dat hij j nooit het kind van zijne verbeelding- zou hebben laten sterven, indien hij zich haar had voorgesteld, als dit meisje. Haar doodenl Veronderstel eens dat zij werkelijk stierf. Zijn ge zond verstand zeide hem wel, dat i zelfs niemand een schijn van beschul djgïng op hem kon werpen en toch zou hij het zich zelf wel ooit kunnen vergevon, te denken dat hij iets had bijgedragen tot het verdriet van liaar vader? De mooie oogen koken hem smee- kend aan. Het was oen sterk en over redend argument, hetwelk de kolo nel had gevonden. Hij bemerkte dat ook, maar wachtte kalm op hetgeen zou volgen. Wilson Maynard had werkelijk een gevoelig hart, hetgeen zijn moeder u zeker zou bevestigen, en hij wist ook zonder haar raad in te winnen wat zij hem hierin zon zeggen. Bij slot van rekening, wat dieerden hem de verachtelijke bespottingen van zijne beoordeelaars, indien het- in zijn macht was, een dienst te bewijzen aan een zijner medemenschen. Laat hen lachen over dit einde. Lottie zal genezen, ten spijt van de uitspraak cler zorgvuldig gehouden medische consulten, Wilson keek nogmaals lang en ernstig naar het lieve gezichtje, waarvan de lippen schenën te lachen. Dan sloot hij het horloge en gaf het terug aan den kolonel. Zoudt u er iets op tegen hebben, vroeg hij vertegen, indien Lottie als verpleegster naar Indië ging, natuurlijk nadat zij genezen is? Kolonel Thesiger sprong driftig op en pakte met beide handen de han den van den schrijver. Mijn beste heer, riep hij uit, gij hebt mij voor altijd tot. uw vriend en schuldenaar gemankt. Het moge u toeschijnen de gril van een ouden man te zijn, doch gij zult mij verge ven. En indien u zelf eene dochter heeft, en gij haar aanziet, terwijl gij u herinnert, dat ge mij mijne doch ter hebt teruggegeven, hetgeen ik weet dat gij hebt gedaan, dan ben ik er verzekerd van, dat gij nooit spilt zult hebben van dit besluit. Het spreekt vanzelf dat er vele aanmerkingen gemaakt werden be treffende het on vernachte einde van de nieuwe novelle van Wilson May nard. Wanneer het onderwerp werd besproken en inderdaad veden van zijne vrienden spraken er hem in publiek over aan verdedigde hij zich niet. maar glimlachte verge noegd, alsof hij in den geest zijne moeder zag, tevreden over zijn werk. Een jaar was verloopen na de hier boven beschreven gebourtenis. Te Londen was het winterseizoen in vollen gang. De tot nu toe stille straten van Belgraviu en Mayfair worden eiken avond met het vallen van de duisternis levendiger, door do vele helverlichte rijtuigen welke af en aan reden. Lady Vere gaf een harer schitte rendste avondpartijen en de prachti ge kamers van haar beroemd huis waren op haar best; de stralen van het getemperde eJectrisch licht gle den zacht over do schitterende ju- weelen, een geur van pas ontloken bloemen vervulde de lucht. Alles smolt te zamen tot een prachtig ge heel. De muziekzaal, welk© naar de con verse tiezaal leidde, was versierd met zachte, gele lentebloemen; de lichten w a-rem getemperd door rood© zijden kappen en een frissche geur van groen mos kwam u tegen. Wilson Maynard haalde verge noegd die heerlijke geuren op, toon hij de balzaal verliet,waar alles wairm was en de lucht zwaar van d© vele odeurs, welke moesten dienen tot var- frissching van de dansenden. Terwijl hij rondkeek en zocht met wien hij eens een gesprek kon begin nen, viel zijn oog plotseling op een aardig gezichtje, dat zich in de deur vertoonde, die naar do conversatie- zaal leidde, Het was een lachend ge zichtje van een lief meisje; hij kon zich riiet herinneren, het eerder ge zien te hebben, en toch, het zien van dat gezichtje riep zijn geheugen wak ker. Hij werd eohter uit zijn over peinzingen opgeschrikt door een tik je op zijn arm. „Wel, Mr. Maynard", zeide eene hartelijke stem achter hem, „ik had reeds gehoopt, u eerder te ontmoeten, sinds onzen terugkeer. U zijt toch onze ontmoeting van ver leden jaar niet vergeten?" Het was kolonel Thesiger, die hem met eenen hartolljkon handdruk groette. Wilson stacurtie nog steeds in de richting van de deur. De kolonel volgde werktuigelijk die richting en zijne oogen ontdekten spoedig, wien dat betrof. U hebt mijne dochter Violet nog niet ontmoet", zeide hij met voldoe ning. „Ik wil dat gij haar leert ken nen, Mr. Maynard. Zij weet niet, wat wij u te danken hebben; zij is zoo flink en gezond als zij nog nooit is geweest. Maar het is niet noodig het u to zeggen. Gij hebt haar slechts to zien. Zij word sterker van het oogen blik af, dat u Lottie naar Indië zondt. Misschien, misschien was ik een wat te angstig oude man ik weet het nietmaar geloof mij, Maynard, meisjes zijn de meest geheimzinnigste schepsels. Ik zou gemakkelijker een geheel regiment soldaten kunnen be grijpen dan een van hen. Kom, laat ik u aan Violet voorstellen, en kunt zelf oordeelen, of ik te teeder en to gek ben geweest. Samen namen zij hun weg dwars door de zaal, terwijl de kolonel zijn arm door dien van Wilson stak. „In alle geval ben ik blijde, Lottie niet gedood te hebben," zeide Wilson tot zichzelf, toen hij tien minuten la ter met Violet Thesiger onder een palm in een hoekje van de conversa- tiozaal zat. Met hare heldere grijze oogen keek zij hem vriendelijk aan. Het was zeer belachelijk, maar toen Wilson haar zoo zag, kwam er een gevoel van vaderlijke bescherming over hem. Ik weet zeker, dacht hij, dat, in dien ik eene dochter had, Ut er even dol op zou zijn als de oude Thesiger. Ongetwijfeld waren de gevoelens van onzen novellist ten opzichte van Lottie's evenbeeld van geheel anderen aard, want er loopt een gerucht, het welk op goede gronden steunt, dat Wilson Maynard is verloofd met het meisje, de heldin van zijne laatste, en niettegenstaande het onbegrijpe lijke einde, meest populaire novelle. Een dramatise kip. Kun je nu werkelijk niet er toe besluiten je beroep vaarwel te zeg gen? vroeg Annetje Bodenstein zacht jes met een oogopslag, waarvan ze de werking kende. Je bent tpch eigenlijk een geleerd koopman, en als zooda nig zul je mijn vader stellig welkom zijn, want hij wenscht niets zoo zeer dan onze oude firma eenmaal in han den van zijn schoonzoon te zien, daar hij geen zoon heeft en ik toch zijn eenig kind ben. Verschrikkelijk! riep Helmut Geisler, met alle tien vingers door den gemalen krullebol strijkend, wan neer men zoo weinig begrepen wordt, terwijl men zijn heel© ziel geeftl En juist vandaag zeg je mij dat alles. Vandaag! Ik ffln toch niet anders, daar juist van je gastrol vandaag 't eerste engagement afhangt, waardoor je toekomst beslist wordt, sprak Anne tje een beetje geprikkeld tegen. Breng j© vader vanavond maar mee in den schouwburg, misschien zal hij morgen dan anders over de zaak denken, antwoordde Helmut, ik voorspel me een reuzensucces. Het stuk „De Volksziel' heeft nog nooit gelaaid. Het is eenvoudigweg schit terend. En Michael Stark is een prachtrol. In de groote redevoering, waarmee ik de sluimerende volks ziel wek, sleep ik iedereen mee. En ik weet, vandaag zal ik beter spe len dan ooit. Wie weet, wat er ge beurt! Je vader heeft ook wel een kwetsbare plek. Mijn volksrede is als voor hem gemaakt. Wanneer ik me niet totaal in hem vergis, zal liij morgen trotsch zijn, mij als zoon te omarmen. Ach, maar moedeer en de tantes! zuchtte Annetje. Breng ze maar allemaal mee, ik ken de vrouwen! Ze zullen stroomen van tranen vergieten en mij verafgo den. Bereid ze daarop voor, dat ze iets buitengewoons te zien zullen krij- I gen. De regie heeft al 't mogelijke i gedaan. De groote boerenhof, het toe-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 13