BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD
18e Jaargang.
ZATERDAG 3 DECEMBER 1# 10
Ho. 8410
DE ZATERDAGAVOND
HAARLEM'S DAQBLAD KOST
f 1.20 PER 8 MAANDEN
OF 10 CENT PER WEEK.
ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 5J.
DRUKKERIJ ZUIDER BUIT ENSPAARNE 6.
IN HAARLEM'S DAQBLAD ZUN
ADVERTENTIÊN DOELTREFFEND.
ONZE ANNONCES
WORDEN OPGEMERKT.
Rubriek voor Vrouwen
EDELE ROOVERS.
Valkou. Deze naam voert ons in ge
dachten plotseling terug naarr den
roemruchten riddertijd, toen de edele
jonkvrouwen op hun ranke paardjes
gezeten tor jacht trokken ieder met
een tieren vogel op die hand, belust
op vluggen buit.
In deze schilderachtige tijdien, die
reeds zoo ver achter ons liggen, wa
ren vooral de Zuid-Nederlandsche
valkeniers in Europa bekend en me
nige vorst betrok zijn dieren uit deze
streken.
Reeds eeuwen lang was deze ma
nier van jagen hoog in eere en zelfs
Karei de Groote vaardigde wetten uit
waarbij werd bepaald, dat liet den
burgers verboden was, reigers of an
der edel wild te dooden.
Verbodsbepalingen in dezen geest
■werden bijna in alle landen uitge
vaardigd en zoo ver ging het egoïsme
der bovendrijvende partijen, dat geen
burger met een valk ter jacht mocht
gaan.
Een uitvoerige beschrijving van het
vangen der valken en het africhten
dezer dieren hebben wij allen wel
eens in het een of ander tijdsclirift
gelezen en voor hem, die daarvoor
nog niet in de gelegenheid was, heeft
een paar jaar geleden de redactie
van het tijdschrift Duiten een uitvoe-
Tig artikel afgedrukt.
De valken, die voor de jacht wer
den en in Engeland nog worden ge
bruikt, de z.g.n. slechtvalken, komen
bier slechts op den trek voor.
Daarover zullen wij aan het slot
van dit artikel even spreken. Moer
bekend zijn bij ons de torenvalken.
Deze zijn hier volstrekt niet zeld
zaam. Zelf heb ik op de wei van Bre-
derode en bij Naaldenveld herbaalde
muien dezen min edelen maar toch
voornamen roofvogel kunnen waar-
iiet best is hij te zien als hij bidt.
Dit doet hij, als hij zijn prooi zoekt.
Snelle vleugelslagen houden hem dan
op één punt op ongeveer twintig tot
dertig M. hoogte in ovenwicht en als
hij zoo een tijdlang heeft gestaan,
6Chiet hij plotseling met duizeling
wekkende vaart, op de wijze van
Wljnmalens „Vol plané", maar met
gesloten vleugels omlaag.
Het liefst vangt hij zijn prooi in de
vlucht, maar menige muis moet toch
op onaangenamo wijze kennis met
hom maken en zelfs kevers, sprinkha
nen en groote rupsen verdwijnen in
de holle rooversmaag. Dit laatste
heeft liem gebannen buiten de gele
deren der echte edelvalken, waarvan
de genoemde slochtvalk, die geen
muis zal aankijken de aanvoerder is,
maai' door den nood gedrongen.is hij
wel genoodzaakt in lagere regionen te
blijven en zijn kortere vleugels en
losser gevedorte stellen hem niet in
staat de slechtvalken te evenaren.
Met de kleine vogeltjes verdwijnt
ook de valk in den winter naar zuide
lijker streken, ofschoon er in zachte
winters wel enkele exemplaren hier
worden aangetroffen.
Heel vroeg in he tvoorjaar, in Fe
bruari en Maart, komen zij intusschen
al weer terug, maar eerst als alle le
ven bi het woud en op den akker is
weergekeerd en de kleine zangers
hior liun temen hebben opgeslugen
begint het echte rooversleven voor
onze moordenaars.
In oen oud, vervallen of verlaten
nest worden aan de bruingestippelde
eieren gelegd en eerst als de jongen
voor deu dag zijn gekomen, begint
©en ware slachting onder het kleuior
gedierte, muizen en insecten en vaak
ook jonge vogels.
in de liefde voor de jongen zijn de
valk-ai onovertroffen, een eigenschap
die zij met alle roofvogels gemeen
hebben.
Onophoudelijk vliegen de ouden
met de bemachtigd-A prooi aan en de
jonge kromsnuvelLjes worden al vroeg
aan vleesclivoedscl gewend.
Zijn de jongen zoover, dat zij op
hun vleugels kunnen vertrouwen,
dan is de valkenfamilio een waar
model-huisgezin. Onophoudelijk wor
den de kleinen in het oog gehouden
en de prooi, door do ouden gevangen,
wordt met opofferende liefde aan de
jongen overgelaten, die elkaar graag
het versclic hapje afsnoepen.
Leeuweriken en zwaluwen hebben
het meest te lijden van de boomval
ken, die gewoonlijk heel laag vliegen
en door hun groote lust om vogels te
bemachtigen veel schadelijker zijn
dan de genoemde torenvalken.
Weinig vogels winnen het van de
zwaluwen in snelheid. maar de
boomvalken weten hen wel te achter
halen en zoo verwoed achtervolgen
zij dan hun prooi, dat zelfs de nabij
heid van mensch niet door hen wordt
opgemerkt
De zweeftochten in de lucht, afge
wisseld met de meest doordachte
zwenkingen, doen deze dieren kennen
als uitmuntende vliegers, maar toch
ondanks hun groote behendigheid,
zijn het uiterst schuwe dieren, die
zich, hun naam zegt het reeds, ui
terst zelden op don grond wagen.
Eerst als de schemer is ingevallen
v.ordt een hooge boomtak uitge
zocht om van de vermoeiende vlieg-
evoluties uit 1e rusten tot zonsopgang.
In het najaar wordt ons land vuak
oezocht door do eerstgenoemde slecht
valken. Deze dieren die alle goed©
valkeneigenschappen in zich vereen i-
gen, komen slechts voor in het Oosten
van ons land en worden op de heide
velden van Noord-Brabant door de
enkele van ouds beroemde valken iavs
gevangen met behulp van klapeksters
eu duiven.
Slechtvalken zijn ware luchtkonin-
gen en volkomen vertrouwende op
him krachten, vangen zij hun prooi
slechts in de vlucht. Gedragen door
hun geduchte wieken stijgen zij hoog
in de lucht, licf6t in den morgen als
de maag nog wat moet hebben.
Eenzaam slijten zij hun leven en in
tegenstelling met de torenvalken die
soms heele kolonies vormen, dulden
do slechtvalken geen enkel ander
paar in den omtrek van het hoog ge
logen nest.
Ten onrechte wordt wel eens be
weerd dat deze dieren de grootste
vijanden der reigers zijn, maar niets
is minder waar.
De valkeniers die hun dieren voor
de vangst op deze groote visehdieven
wilden verkoopeu, moesten ze eerst
voor de reigerjacht africhten.
Gewoonlijk gebruikt men daarvoor
de wijfjes, die evenals bij de sperwers
veel krachtiger 011 grooter zijn dan
de mannetjes en d>un nog silechts de
jong© dieren. Deze worden met taai
geduld geoefend. Eerst moeben zij
wennen aan de menschen en daarna
aan het op commanda afgaan op de
prooi. Dat' hiervoor een groote kalm
te en een ijzeren volharding noodig
zijn, laat zich begrijpen.
Ons hof heeft zich, na den dood van
Prins Alexander, niet meer met de
valkenjacht bemoeid. De laatste ko
ning, die er werkelijk veel voor voel
de was Lodewijk Napoleon, die zijh
valkeniers in eere hield, maar toen
deze ongelukkige vorst voor den Fran-
schen adelaar moest wijken was het
met de valkenjacht gedaan.
H. PEUSENS.
Wilson's laatste Novelle
of
HET EINDE VAN EEN VERHAAL.
Vrij naar het Engelsch door J. VV.
Wilson Maynard werkte vlijtig aan
de eerste hoofdstukken van z>:n nieu
we novelle.
De kamer, waarin hij zich bevond,
was een klem en kaal vertrek, gele
gen op de hoogste verdieping van
liet huis eene verschrikkelijk groote
j keukentafel, waaraan hij zat te
schrijven, en die voor een groot kei
niet inktvlekken was bespat, was net
j voornaamste meubelstuk. Aan zijn
rechterhand stond oen kleine, volge-
i pakte boekenkast, en bij den haard
eene ouderwetsche sofa, met ge-
scheurd trijp bedekt, en waarvan do
j eene poot aanmerkelijk korter was
dan de overige. Door het geheele ver
trek hing een lucht van tabaksrook.
Het was ecu van die werkkamers,
waaruit die aardige romans voort
komen, welke zulk een kinderlijke
bekoring hebben, dat staatsmannen,
j wier haren reeds beginnen te grijzen,
I zich wederom jong gevoelen hij het
lezen er van.
De schrijver zat, zooaLs gezegd is,
hard te werken, toen beleefd aan de
deur werd geklopt. Wilson streek
met zijne handen door zijn haar en
richtte zich op.
Er is een heer om u te spreken,
mijnheer!" klonk het beleefd van den
anderen kant van de deur.
Wilson keek op de klok. Het
kan de boodsahappenlooper van het
kantoor van Town Pry er niet zijn,
mompelde hij; die komt nu toch
niet op een ander uur?
Wie is daar? riep hij hardop.
Ja, mijnheer, hij zeide, dat u
hem niet kent, maar hij moot u spre
ken. Hier is zijn kaartje, mijnheer,
vervolgde de meid. Het is een oude
heer en hij kwam in een rijtuig.
Wilson stond op en zeide niet een
zucht van verlichting: Dan komt
hij niet om eene nieuwe pen, schrijf
machine of courant aan te bieden.
Ik kom direct beneden, riep hij luide
tot de meid.
Het kaartje, dat hij, buiten de ka
mer komende, op de tafel zag liggen,
droeg den naam: Kolonel Stanley
Thesiger.
Nu, wat zou die met mij voor
hebben? peinsde Wilson, terwijl hij
©enigszins verward het kaartje las.
In zijn studoorvertrek komende,
wachtte hem een grijze, nog flinke
heer, van middelbaren leeftijd. Met
militaire eenvoud begon hij direct
over het onderwerp van zijn bezoek.
U zult verwonderd zijn, mr. May
na/rd, begon hij, dat ik u lastig
val, maar ik weet zeker, dat gij het
mij zult vergeven, wanneer ik u het
doel va® mijn komst verteld heb.
Het is namelijk een zaak van het
grootste gewicht, voor mij en voor
iemand die mij dierbaar is.
Wilson mompelde eenige gebruü
kelijke beleefdheden en was nog ver-
legener dan voor dien tijd.,
Het is met betrekking tot uw
verhaal, hetwelk bij afleveringen in
„Curzon's Monthly Magazine" ver
schijnt, vervolgde de kolonel. Ik
moet u zeggen, mr. Maynard, dat wij
allen met veel genoegen uw boeken
lezen.
Wilson keek bescheiden naajr de
punten van zijne schoenen, terwijl
hij zijne voldoening hierover uiW
drukte.
't Scheen, dat de kolonel eeai wei
nig zenuwachtig werd em niet wist
hoe hij zou vervolgen.
Ik weet bijna niet, bekende hij
ten laatste, hoe ik u moet uitleg
gen, wat ik zeggen wilde. Ik had
beter gedaan met de geschiedenis
van het begin af aan duidelijk te
vertellen.
Wilson's belangstelling werd groo
ter.
Op de eerste plaats moet u weten
mr. Maynard, dat ik eene dochter
heb: zij is mijn eenig kind en en
zij heeft geene moeder. Ik kan u niet
zeggen wat dit lund voor mij is,
Hij aarzelde een oogenblik om
meer vastheid aan zijn slem te ge
ven, voor hij verder ging.
Ik kan haar niet duidelijker aan
u beschrijven, dan door in uwe her
innering te brengen de heldin van
uw verhaal in „Curzon's" U hebt
daar mijn dochter geschetst.
Wilson werd een en ai aandacht;
de kolonel begon belangwekkend te
worden.
Zooals ik zeide. Violet is in per
soon en in ideeën volkomen gelijk
aan uwe heldin; toen uw verhaal het
eerst uitkwam, waren velen van vrien
den getroffen door de volkomen ge
lijkenis, en om die reden toonen wij
bizondere belangstelling voor het ein
de er van;
Mijn dochter leidt op het oogen
blik aan een ernstigen aanval van
influenza, tengevolge waarvan zij
zich zwak gevoelt en neerslachtig is.
Zij kan deze ziekte maar niet te bo
ven komen. De dokter verzekert mij,
dat het van geen beteekenis is, en
dut het alleen aan zenuwen is toe te
schrijven. U zult het wol vreemd
vinden, mr. Maynard, dat ik dat al
lemaal aan u vertel, doch dat zul u
zoo aanstonds duidelijk worden. Gij
zult u zeken- nog wel herinnoren, dat
in de laatste afleveringen van uwe
novelle de gezondheid van uwe hel
din langzaam achteruit gaat.
Wilson knikte met het hoofd en
wist niet, wat hij er van denken
moest.
Welnu, vervolgde de kolonel
ernstig, het meest zonderlinge van
de zaak is, dat mijne dochter in haar
tegenwoordigen ziekelijke» toestand,
zich in sommige opzichten als vereen
zelvigt met de persoon in uw werk;
zij is als 't ware doordrongen van
een soort bijgeloof eenen anderen
naam kon Ik eu- niet aan geven dat
haar lot gelijk staat met dat van
uwe denkbeeldige heldin en zij ziet
in wat u omschrijft precies haar
eigen toestand. In werkelijkheid be
staat deze gelijkende overeenkomst
alleen in haar ziekelijke verbeelding,
doch zoo sterk heeft deze verbeelding
haar aangetast, dat elke ongunstige
omstandigheid, welke er plaats heeft
betreffende haar model in uwe no-
vedla, direct eene verkeerde uitwer
king heeft op hare gezondheid. Zij
is overtuigd, dat deze overeenkomst
tot het einde van uw verhaal duurt;
daarom, Indien indien uwe heldin
komt komt te sterven, vreezen wij
voor de uitwerking, welke deze
afloop zal hebben in hare tegenwoor
digen moedeloozen toestand. Welnu,
mr. Maynard, hetgeen ik gaarne zou
weten is, zal het meisje van uw
'erhaal sterven?
Een doodsche stilte heerschte een
oogenblik In de kamer. Het was Wil
son te moede, alsof hij plotseling was
aangesteld om den dood van eenen
vriend aan kolonel Thesiger bekend
te maken en voor wiens dood hij ver
antwoordelijk was.
- Ik bon bang het spijt mij te
moeten zegen ik meen ja zij stertf,
stamelde hij eindelijk. Het was on
vermijdelijk. U had moeten zien
Ik vreeede er voor, dat het zoo
zou zijn. zeide de kolonel kalm.
Gij weet nu, mr. Maynard, wat mij
er toe gebracht heeft, heden naar u
te vragen. Ik weet dat dit geen klei
nigheid is, daar uw tijd kostbaar is,
maai- neem voor mijne verontschul
diging aan, dat zij mijn eenig kind
is, en ik een oude man, wellicht
te gevoelig en angstig. Kunt u in de
laatsto hoofdstukken uwe heldin niet
laten genezen?
Maar mijnheer, riep Wilson ver
slagen uit, de uitgever heeft reeds
het geheele afschrift in handen, de
volgende maand moeten alle hoofd
stukken nageuoeg gedrukt zijn, eu in
deze hoofdstukken gaai zij achteruit,
ja haar toestand wordt hopeloos.
De kolonel geraakte geheel onder
den indruk van zijn groote smart.
Mijn beste, kunnen wij hier te
gen niets iels doen, moeite on
kosten alles zal ik vergoeden, ik
ben rijk en zou gaarne 1000 p&sl. ge
ven, om dit einde te kunnen verhin
deren.
Wilson was getroffen door den
klaarblijken angst van den kolonel.
Doch ernstig overwogen, was het
l© belachelijk.
Denk eens aan mijne reputatie!
zeide hij; niet alleen is het onmoge
lijk, ook voor den minst geloerde te
verwachten, dat mijne heldin na de
gebeurtenis in het volgend hoofd»
stuk zal genezen, doch er is zelfs geen
ander einde aan het boek denkbaar,
wil het hnar volle waande behouden,
dan door den dood van Lottie.
Het einde te veranderen zou be
spottelijk zijn en mijn wenk ven-Ja
gen tot een stuïversnovelle.
De draad van het geheele ver
haal steunt op h&t tragische van deze
laatste hoofdstukken. Het was van
het eerste begin af eene uitgemaakte
zaak Men kon het uit het geheele werk
opmaken.
Ach, mr. Maynard, riep de kolo
nel met eene van aandoening trillen-
stem, gij hebt in uwe verbeel
ding zooveel kinderen, en ik ik
ik, die reeds een oude man ben, heb
alleen deze eene vreugde, deze eeni
ge teedere band nog op de wereld.
Het was een pijnlijk oogenblik voor
Wilson. De kolonel wus vast over
tuigd van de waarheid van hetgeen
hij zeide, en sprak zoo ernstig.
Zou het niet mogelijk zijn, vraagt hij
eindelijk na eenige oogenblikken te
hebben nagedacht, sommige van
de „Monthly Magazine' alleen voor
uw dochter te laten drukken eu hier
in liet einde te veranderen.
De kolonel schudde hopeloos liet
hoofd. - Zij wil liet boek altijd heb
ben, direct van „Mudie" en zoo gauw
het uitkomt en zelfs indien dit kon
gebeuren zou ik niet gaarne verant
woordelijk zijn voor de gevolgeni.
indion zij toevallig de waarheid ont
dekt. Op de eerste plaats leest zij al
tijd de overzichten; neen Mr. May
nard, ik heb al deze dingen reeds
overwogen, doch op dit punt is zij
als waanzinnig zoodat ik vrees, dat
het hopeloos zal zijn, haar hierin te
misleiden.
Ongetwijfeld, zeide Wilson na
denkend, zou ik toch geen oogen
blik aarzelen, indien ik dacht dat de
uitwerking zou zijn, wat u schijnt te
vreezon, doch' dat het ongelukkige
einde van eene eenvoudige novelle,
ernstigen invloed kan hebben.
Och. Gij begrijpt haar ziekelij
ke gemoedstemming nie!. onder
brak hem de kolonel. Gij keut Vio
let nietl Nadenkend sprak hij deze
laatste woorden. Met bevende vin
gers tirok hij daarop zijn horloge uit
den zak, deed het van den ketting,
opende den achterkant en gaf zon
der een woord te zeggen, heft aan
Wilson.
Deze nam het in zijne handen en
keek lang en aandachtig naar het
keurig portretje, dat daar was ge
schilderd. Het was een lief, bekoor
lijk gezichtje, dat hem van daar uit
aankeek: heldere, ernstige, grijze
oogen, doch waaruit vroolijkheid
sprak, en een aardig kinderlijk mond
je, dat scheen te spreken. Hij keek
lang en aandachtig in die grijze
oogen.
Gelijkt deze op Lottie, dacht Wil
son. Het was een veel liever gezicht,
dan hetwelk hij zich in zijn verbeel
ding voor den geest stelde, toen hij
haar schetste. Hij geloofde dat hij j
nooit het kind van zijne verbeelding-
zou hebben laten sterven, indien hij
zich haar had voorgesteld, als dit
meisje. Haar doodenl Veronderstel
eens dat zij werkelijk stierf. Zijn ge
zond verstand zeide hem wel, dat i
zelfs niemand een schijn van beschul
djgïng op hem kon werpen en
toch zou hij het zich zelf wel ooit
kunnen vergevon, te denken dat hij
iets had bijgedragen tot het verdriet
van liaar vader?
De mooie oogen koken hem smee-
kend aan. Het was oen sterk en over
redend argument, hetwelk de kolo
nel had gevonden. Hij bemerkte dat
ook, maar wachtte kalm op hetgeen
zou volgen.
Wilson Maynard had werkelijk een
gevoelig hart, hetgeen zijn moeder u
zeker zou bevestigen, en hij wist ook
zonder haar raad in te winnen wat
zij hem hierin zon zeggen. Bij slot
van rekening, wat dieerden hem de
verachtelijke bespottingen van zijne
beoordeelaars, indien het- in zijn
macht was, een dienst te bewijzen
aan een zijner medemenschen. Laat
hen lachen over dit einde.
Lottie zal genezen, ten spijt van de
uitspraak cler zorgvuldig gehouden
medische consulten, Wilson keek
nogmaals lang en ernstig naar het
lieve gezichtje, waarvan de lippen
schenën te lachen. Dan sloot hij het
horloge en gaf het terug aan den
kolonel.
Zoudt u er iets op tegen hebben,
vroeg hij vertegen, indien Lottie
als verpleegster naar Indië ging,
natuurlijk nadat zij genezen is?
Kolonel Thesiger sprong driftig op
en pakte met beide handen de han
den van den schrijver.
Mijn beste heer, riep hij uit,
gij hebt mij voor altijd tot. uw vriend
en schuldenaar gemankt. Het moge
u toeschijnen de gril van een ouden
man te zijn, doch gij zult mij verge
ven. En indien u zelf eene dochter
heeft, en gij haar aanziet, terwijl gij
u herinnert, dat ge mij mijne doch
ter hebt teruggegeven, hetgeen ik
weet dat gij hebt gedaan, dan ben
ik er verzekerd van, dat gij nooit
spilt zult hebben van dit besluit.
Het spreekt vanzelf dat er vele
aanmerkingen gemaakt werden be
treffende het on vernachte einde van
de nieuwe novelle van Wilson May
nard. Wanneer het onderwerp werd
besproken en inderdaad veden van
zijne vrienden spraken er hem in
publiek over aan verdedigde hij
zich niet. maar glimlachte verge
noegd, alsof hij in den geest zijne
moeder zag, tevreden over zijn werk.
Een jaar was verloopen na de hier
boven beschreven gebourtenis.
Te Londen was het winterseizoen
in vollen gang. De tot nu toe stille
straten van Belgraviu en Mayfair
worden eiken avond met het vallen
van de duisternis levendiger, door do
vele helverlichte rijtuigen welke af
en aan reden.
Lady Vere gaf een harer schitte
rendste avondpartijen en de prachti
ge kamers van haar beroemd huis
waren op haar best; de stralen van
het getemperde eJectrisch licht gle
den zacht over do schitterende ju-
weelen, een geur van pas ontloken
bloemen vervulde de lucht. Alles
smolt te zamen tot een prachtig ge
heel.
De muziekzaal, welk© naar de con
verse tiezaal leidde, was versierd met
zachte, gele lentebloemen; de lichten
w a-rem getemperd door rood© zijden
kappen en een frissche geur van
groen mos kwam u tegen.
Wilson Maynard haalde verge
noegd die heerlijke geuren op, toon
hij de balzaal verliet,waar alles wairm
was en de lucht zwaar van d© vele
odeurs, welke moesten dienen tot var-
frissching van de dansenden.
Terwijl hij rondkeek en zocht met
wien hij eens een gesprek kon begin
nen, viel zijn oog plotseling op een
aardig gezichtje, dat zich in de deur
vertoonde, die naar do conversatie-
zaal leidde, Het was een lachend ge
zichtje van een lief meisje; hij kon
zich riiet herinneren, het eerder ge
zien te hebben, en toch, het zien van
dat gezichtje riep zijn geheugen wak
ker. Hij werd eohter uit zijn over
peinzingen opgeschrikt door een tik
je op zijn arm. „Wel, Mr. Maynard",
zeide eene hartelijke stem achter
hem, „ik had reeds gehoopt, u eerder
te ontmoeten, sinds onzen terugkeer.
U zijt toch onze ontmoeting van ver
leden jaar niet vergeten?"
Het was kolonel Thesiger, die hem
met eenen hartolljkon handdruk
groette.
Wilson stacurtie nog steeds in de
richting van de deur. De kolonel
volgde werktuigelijk die richting en
zijne oogen ontdekten spoedig, wien
dat betrof.
U hebt mijne dochter Violet nog
niet ontmoet", zeide hij met voldoe
ning. „Ik wil dat gij haar leert ken
nen, Mr. Maynard. Zij weet niet, wat
wij u te danken hebben; zij is zoo
flink en gezond als zij nog nooit is
geweest. Maar het is niet noodig het
u to zeggen. Gij hebt haar slechts to
zien. Zij word sterker van het oogen
blik af, dat u Lottie naar Indië zondt.
Misschien, misschien was ik een wat
te angstig oude man ik weet het
nietmaar geloof mij, Maynard,
meisjes zijn de meest geheimzinnigste
schepsels. Ik zou gemakkelijker een
geheel regiment soldaten kunnen be
grijpen dan een van hen. Kom, laat
ik u aan Violet voorstellen, en kunt
zelf oordeelen, of ik te teeder en to
gek ben geweest.
Samen namen zij hun weg dwars
door de zaal, terwijl de kolonel zijn
arm door dien van Wilson stak.
„In alle geval ben ik blijde, Lottie
niet gedood te hebben," zeide Wilson
tot zichzelf, toen hij tien minuten la
ter met Violet Thesiger onder een
palm in een hoekje van de conversa-
tiozaal zat. Met hare heldere grijze
oogen keek zij hem vriendelijk aan.
Het was zeer belachelijk, maar toen
Wilson haar zoo zag, kwam er een
gevoel van vaderlijke bescherming
over hem.
Ik weet zeker, dacht hij, dat, in
dien ik eene dochter had, Ut er even
dol op zou zijn als de oude Thesiger.
Ongetwijfeld waren de gevoelens
van onzen novellist ten opzichte van
Lottie's evenbeeld van geheel anderen
aard, want er loopt een gerucht, het
welk op goede gronden steunt, dat
Wilson Maynard is verloofd met het
meisje, de heldin van zijne laatste,
en niettegenstaande het onbegrijpe
lijke einde, meest populaire novelle.
Een dramatise kip.
Kun je nu werkelijk niet er toe
besluiten je beroep vaarwel te zeg
gen? vroeg Annetje Bodenstein zacht
jes met een oogopslag, waarvan ze de
werking kende. Je bent tpch eigenlijk
een geleerd koopman, en als zooda
nig zul je mijn vader stellig welkom
zijn, want hij wenscht niets zoo zeer
dan onze oude firma eenmaal in han
den van zijn schoonzoon te zien,
daar hij geen zoon heeft en ik toch
zijn eenig kind ben.
Verschrikkelijk! riep Helmut
Geisler, met alle tien vingers door
den gemalen krullebol strijkend, wan
neer men zoo weinig begrepen wordt,
terwijl men zijn heel© ziel geeftl En
juist vandaag zeg je mij dat alles.
Vandaag!
Ik ffln toch niet anders, daar
juist van je gastrol vandaag 't eerste
engagement afhangt, waardoor je
toekomst beslist wordt, sprak Anne
tje een beetje geprikkeld tegen.
Breng j© vader vanavond maar
mee in den schouwburg, misschien
zal hij morgen dan anders over de
zaak denken, antwoordde Helmut, ik
voorspel me een reuzensucces. Het
stuk „De Volksziel' heeft nog nooit
gelaaid. Het is eenvoudigweg schit
terend. En Michael Stark is een
prachtrol. In de groote redevoering,
waarmee ik de sluimerende volks
ziel wek, sleep ik iedereen mee. En
ik weet, vandaag zal ik beter spe
len dan ooit. Wie weet, wat er ge
beurt! Je vader heeft ook wel een
kwetsbare plek. Mijn volksrede is als
voor hem gemaakt. Wanneer ik me
niet totaal in hem vergis, zal liij
morgen trotsch zijn, mij als zoon te
omarmen.
Ach, maar moedeer en de tantes!
zuchtte Annetje.
Breng ze maar allemaal mee, ik
ken de vrouwen! Ze zullen stroomen
van tranen vergieten en mij verafgo
den. Bereid ze daarop voor, dat ze
iets buitengewoons te zien zullen krij-
I gen. De regie heeft al 't mogelijke
i gedaan. De groote boerenhof, het toe-