dragen. Maar een neen-zegger, als hij, heelt geen toekomst, doch sterft niet zijn tijd I De „Dageraad" heeft uitgegeven „Multaloü en de Gods dienst Daarin wordt tie godsdienst bezwadderd. Spreker komt er tegen Qp, dat Multatull altijd afbrak en daarom komt hij er tegen op, wijl hij het volk lief heeft en dit beschouwt ft Is een voedingsbodem. Multatuli Is Siet waardig zijn gang te gaan on er dit volk. Spreker schetst dan Multatuii's denkbeelden omtrent Godsdienst en constateert, dat Multatuli is een har lekijn, die spreker wil ontkleeden. om te laten zien, boe "n mager mannetje hij is. Zijn opvatting is een opper vlakkig naturalisme, waarvan Aristo- teles gesproken zou hebben, als van bewaarschooltaai. Spr. wilde, dat men Carlyle, dien diepen denker en volksvriend, onder het volk bracht. Spreker heeft niets gezegd in zijn rede in „De Middaghoogte" over den mensen Multatuli, inaar diens slech ten geest sprak apr. uit zijn werken den verdediger van Multatuli heeft •pr. na zijn rede geschreven Waar om maakt ge u zoo druk over- hem Hij was een man, aldus de schrijver, Öie oi) het laatst verblindt werd door het opwaaiende stof. Ilij was een man, om met een vuilniswagen te loopeu.... Achteraan in de zaal wordt gefloten bij deze woorden. Dr. De Hartog wacht even en gaat 'dan voort En ik acht het volk te goed. om met een vuilniswagen te loopen. ook gij die daarachter in de zaal zijt. (Stormachtig applaus}. Dr. De Hartog zegt, dit applaus niet ge wild te hebben. Spr. zal thans in drie punten uit eenzetten, dat Multatuli geen wijs geer is. Deze punten ziju lo. Multatuii's 6pvt en zijn neerhalen van de Duit- ache filosofen2o. zijn oordeel over de muziek 3o. zijn oordeel over Locke, den Eugelschen wijsgeer. Met het vasteland van Europa als beeld, betoogt spreker, dat het hart het middelpuut is van het lichaam. Zoo is de Duitsche geest het centrum van den eeest der menschheid. Dit vermocht Multatuli niet te begrijpen. Hij sprak van de distelen von Kant, Fichte eu llegel. Multatuli sprak over de muziek als over nabootsing, maar Schopenhauer noemt muziek de kunst, die het hart der menschheid Spreker merkt op, dat Domela Kieuwenhuis geen systeem wilde, maar twee minuten later sprak deze over de rede en wat is systeem an ders dan samenhang der deelen. Spre ker zegt te zijn vrijdenker. Dadelijk wil hij lid worden van „De Dage raad" en „De Middaghoogte opgeven, wanneer „De Dageraad" alleen wil zijn een vereeniging van vrijdenkers. In zijn uitvoeriger bespreking der drie genoemde punten, noemt spr. J-Uetzsehe een begenadigde Gods, hij •\vas een man, die zichzelf objecti veert, terwijl Multatuli altijd met zich zelf bezig is. Dau was Carlyle anders. De studie van diens werken, beveelt spreker zeer aan. Multatuli was geen man, geeu held, zooals Carlyle. Spr. wijst op de woorden „Ik ben moe. Tine", aan het eind der Kruissprook. Was hij eon held geweest, dan had hij dat niet geschreven. Ook laakt «preker, dat Multatuli do menscheu tot het stoffelijke wekt. Ook spr. wil een monschwaordig be staan geven aan de menschen, maar evenmin, als men die liefde zijner vrouw in iets stoffelijks omzet, mag men de liefde tot God afhanke lijk maken, van hetgeen men aan aturdsche dingen ontvangt, Dit is niets meer van onzen tijd, waarin het materialisme in het spiritualis ing ondergaat. Ook als dichter noemt spr, Multatuli een tweeden rangs geest, o.n. waar hij spreekt over de natuur, als van een schaar, die een meisje door midden knipt. Nog merkte Dr. De Hartog op, dat van de 300 groot© mannen er maar 6 positief atheïst zijn en 40 daartus- schen, terwijl 240 aan een God ge- looven. Deze rede verwierf veel applaus. Repliek. Als de heer Domela Nieu we n h u i 6 opstaat, om te repli- ceoren, en eenige menschen opstaan 'om naar huis te gaan, roept Dr. De Hartog- ..Menschen blijft nu nog even: deze man (de heer Domela Nieuwenhuis) laat er zijn vrouw lliuis ziek om liggen, en gij verlangt al weer naar huis". De" heer Domeda Nieuwenhuis, merkt dan op, dat het tegen elkaar redeneeren niet geeft, zoolang men niet heeft den zelfden maatstaf van waardeer ing. Hij verdedigt Multatuii's bestrij ding van den godsdienst en prijst het in hem, dat hij afbrak. Men kan niet alles doen. Daarom moet men dank baar zijn, dat Multatuli door zijn af breken het leggen van een nieuwen grondslag mogelijk maakte Tegenover Dr. De Hartog, meent spr. dat Multatuli ook armoede ge kend heeft, en honger heeft geleden, hetgeen Dr. Hartog noodlg oordeelde voor liet worden tot een groot den ker. Deze spreker hoopt, dat de wereld zoo spoedig mogelijk zal verlost wor den van de speculatieve filusophie der Duitschers, waarmee Dr. De Har tog zooveel op heeft. Belangrijker acht spr. de Engeteche filosofen, als Locke, die op emperistischen gron- slag staan. Ook verdedigt de heer Nieuwen huis Multatuii's paradoxale vormen die Dr. De Hartog veroordeelde Multatuli, moest dezen vorm kiezen, 'oui beter de menschen te pakken. „De Dageraad" beschouwt Multatuli biet als een heilige, maar de vereeni- jging wil hem doen leeren kennen. Wet de opgaaf van het aantal ■atheïsten ecider de groot© mannen betreft, elke leer. zegt spr., wordt in den beginne slechte door enkele men- schen aangelïangen. De iiist zal moeten leeren, wie gelijk heeft. Multatuli ts dus niet de hekrompem man, voor wien Dr. De Hartog hesn hcudt Als MultatuJi wordt ver- ooideeld wegens zijn meaning over den godsdienst, dan moeten allo die, zooals Multatuli over het godsgeloof denken, zich dat getroosten. Multatuli heeft den duik verdiend van tijdgenoot en nakomelingschap, omdat hij gewerkt heeft om het volk geestelijk en stoffelijk te verheffen. Spreker wekt daarom op om Multa tuii's werken te gaan hestudeeren, om zoo te streven nuar de wtaarheid. In 't streven naar waarheid, meent spr. ligt misschien meer bevrediging dan in 't bezitten der waarheid zelf. Lessing heeft dan ook gezegd <hi'. hij bij e«m keuze tusscheai het streven eai bezit het streven zou kiezen. Daarna was 't woord wederom aan Dr. De H a r t o g. Hij zegt liet Von Hartmann na, dat do mensch heid in een groot© illusie leeft. Want men gelooft, dat het geluk de grond slag aller dingen kan zijn. Eerst ge loofde men aan het geïuk. als den grondslag van het aardeche leien toen van het eeuwig leven en nu wil men het geluk als den grondslag van de massa. Spr. zegt ook niet verder te kunnen redeneeren met Domela Kieuwen- huis. Hij haat Multatuli. omdat hij God beieedSgde. Spreker laakt het, dat de men schen achter in de zaal lachen, als hij een citaat van Multatuli aan haalt en zegt van hen: „Wij zijn toch andere menschen- „Wij Ja-zeg- gers, gij neen-zeggere!" Spreker heeft betere bedoeling met het volk, dan de heer Nieuwemhuis- Deze bewees, dat hij Von Hart mann niet bestudeerd had. daar deze wijsgeer zijn „Philoeophie des Un- beivussten" gronddie in dè natuur wetenschappelijke methode. Verder betoogt hij, dat de bitterheid van Mul tatuli is zwakheid. Nu is men met dit debat op het doode punt geko men, zegt spreker, want het gaat hierom God te willen of niet te wil-1 len. Daarom baat verder redeneoreo niet. De heer Nagtenius dankte hierna de sprekers en sloot daarop de bij eenkomst. Wegens het late uur konden som migen van elders er waren zelfs personen uit Amsterdam en Hilver sum overgekomen niet meer naar huis terug. STUKKEN VAN DEN RAAD. De afd. Haarlem van den Volks bond tegen Drankmisbruik verzoekt den Raad bij het verleenen van sub sidie aan de Haarlemsche Huishoud en Industrieschool de voorwaarde te verbinden, dat aan eenige leerlingen der lagere scholen kosteloos koolc- onderwijs moet gegeven worden. B. en W. deelen mede, dat het Be stuur der Huishoudschool dat onder wijs wil doen geven, indien de kosten voor rekening der Gemeente komen. Daar de subsidie met ingang van 1 Januari 1.1. verhoogd is van 2800 tot f 4000, vinden B. en W. geen vrijheid, aan het verzoek te voldoen, waarom zij voorstellen daarop afwijzend te beschikken. Bekroningen. Bij de van 9 tot 12 December gehou den internationale tentoonstelling van pluimvee, konijnen, enz., te Arn hem, behaalde de heer G. Stouten al hier, met zijn inzendingen in de af- deeling raskonijnen de volgende be kroningen VI. reus voedster 2en prijs, Lotharinger ram ten en eerc- prijs, Lotharinger voedster len en 2en en eere-prijs, bl. Weener voed ster len en eere-prijs, blauwe Weener ram 2en prijs, collectie jongen len on eere-prijs. Op denzelfden datum, 9—12 Deo., dat de tentoonstelling te Arnhem plaats had, werd ook een nationale tentoonstelling van pluimvee, konij nen, enz. te Hilversum gehouden In de afdeeling raskonijnen behaalden de volgende stadgenooten bekronin gen de heer G. Stouten met bl. Wee ner voedster len prijs, en Lotharin ger voedster (jong) len prijs G. M. Govers met Lotharinger voedster (oud) len en eereprijs J. Bruigom Ylaamsche reus, ijzergrauw, voed ster (jont^ 3en prijsLotharinger voedster (jong), 2en prijs Gebr. Scheffer met haaskleurige voedster (jong) 2on prijs met VI. reus, ijzer- grauw, Z. E. V. en Lotharinger ram (jong) Sen prijs, en J. M. Govers een len prijs met een zilveren medaille als eereprijs voor de zwaarste Lotha ringer ïeuzenvoedster. „HANS EN GRIETJE". Wel een heel gedurfd ondernemen was het van den heer E. A. Cats, om voor zijn operette-opvoering van dit jaar want zoo langzamerhand zijn deze voorstellingen tot de vaste ver schijningen in ons muzikaal leven gaan behooren zijn keuze te vesti gen op niets minder dan Engelbcrt Humperdiuck's „Hans en Grietje" jammer genoeg mag ik niet schrijven „Hansel und Gretel". Och, die titel, Duitseh of Hollandsch dan, klinkt simpel genoeg. En ook de ondertitel „Sprookje (Marchenspiel) in 3 afdee- lingen" heeft volstrekt geen air van gewichtigheid. Toch is het werk veel meer dan een operette, veel meer zelfs dan wat wij gewoonlijk opera noemen. Het is een compleet muziek drama in modernen stijl, waarin een hoog begaafd toondichter van liet al lerbeste heeft neergelegd dat ooit uit zijn muzikale ziel naar buiten drong. Dit werk heeft dan ook den naam Humperdinck in de muziekwereld al- gemeene bekendheid gegeven en geen ander zijner voortbrengselen, vroege re noch latere, heeft zóóveel belang stelling gevonden. Toch heeft de com ponist zijn „Hiinsel und Gretel", dat In December 1893 zijn eerste opvoe ring beleefde, eenige jaren later (1897) doen volgen door een dergelijk M&rchenspiel f „Die slebcn Geislein" wat niet bèlét, dal uien hem in de muzikale wereld slechts kent als den componist van „Hftnsel und Gretel" zoouls immers ook Weber tot zijn niet geringe ergernis ook na „Euryanthe" en „Oberon", maar steeds als do componist van „Der Freischütz" word aangeduid. Dit mu- ziek-sprookje dan waarvan de zus tor van den componist, mevr. Adol- heid Wette, den tekst bewerkte goeft, in zijn drie afdeelingen, voor eerst een huiselijk tafereeltje: de beide kinderen, bij moeders afwezig heid zich den tijd verdrijvende met spelen, dun. -ii, kibbelen, elkaar pla gen enfin met alles en nog wat, behalve met de taak. die moeder hun bij haar heengaan had opgelegd. De moeder, onverwacht thuis komende, is daarover weinig gesticht, slaat in haar drift per ongeluk een voor het middagmaal gereedstaande kom melk aan scherven, zfnd de kinderen het bosch in, om aardbeien te plukken, zet zich moe en moedeloos aan tafel en slaapt in. Daar hooren we in de verte vroolijk zingende den vader aan komen Al gauw heeft hij moeder wakker gerumoerd cn heel wat opge- vroolijkt door al de goede dingen, die hij uit zijn mand pakt. Midden onder die bedrijvighekl vraagt hij echter nanr do kinderen, die nog maar altijd niet uil het bosch zijn teruggekeerd. En dan komt de bezorgdheid en do angst bij de griezelige gedachte aan knetterheksen, bakovens en knup- koek-kindercii en de vader nog juist genoog bij zijn positieven om de op tafel staande borrelflesch bij zich te steken jaagt de al weggeholde moeder achterna, om in 't bosch de kinderen te zoeken. Scherm valt. In het tweede gedeelte zien we dan de kinderen in het bosch uan 't kran sen vlechten en aardbeien plukken. Dooi de duisternis overvallen en geen kans meer ziende, den weg naar huis te vinden, leggen zij zich na eerst nog licel wat angst, en benauwd heid te hebben doorstaan onder e©n deiuieboom te slapen en ze droo- men een heerlijken droom van goud- vleugeiige engelen, die verrukkelijk zingen En lioL laatste gedeelte dat is nu gewoon te verschrikkelijk om to vertellen. Daarin komt de knetter- boks met haar knapkoekenhuis an haar vreeselijken oven op de prop pen. Eu zij prevelt haar akelig hocus pocus en zij rijdt onder donder en bliksem op haar bezemsteel hrr Schol uit Dit alles, en nog heel wat meer, wordt door llumpendinck's muziek hoogst karakteristiek en zeer schitte rend geïllustreerd. En als wij naar die muziek luisteren, dan mogen wij hot al heel erg jammer vinden, dat die schatten von muzikale fantasio en scherpzinnigheid, die reusachtige teclmischc arbeid niet aan oen waar diger onderwerp is dienstbaar ge maakt. genieten doen we daarom niet minder van do tallooze schoon heden, die in deze zeer gecompliceer de partituur zijn ncörgelcgd, Een grootc en aantrekkelijke rol spelen daarin verschillende vooral in Wostfalen do geboortestreek van den componist zeer bekende kin derliederen. Ma.ar de wijize, waarop die in liet golieol zijn gevlochten, is allesbehalve kinderachtig. Kost het geregeld volgen von deze muziek den hoorder dan ook al hoel wat oplet tendheid bepaald zware eis enen worden gesteld aan do uitvoerders, vocale als instrumentale. Daarom sprak ik boven niet ten onrechte van een gedurfd ondernomen. En nu de eerste opvoering achter den rug is en ik hierover nog een paar woorden fa zeggen, kan ik wel beginnen met et „gedurfd" le schruppen en daar voor „geslaagd" in do plaats te zot- ton. Want inderdaad, de heer Cats heeft eer van zijn werk. Mot geduld on energie heeft hij zich heongevverkt door don langen, taaien arbeid en don vlood van* beslommeringen, die aan de opvoering moesten vooraf gaan, en Zaterdagavond volvoerde hij zijn inspannende leiderstaak op veel eervoller wijze, dan redelijker wijze ie verwachten was van iemand die hoe we) muzikaal geroutineerd toch niet alle avonden achter een souffleurshok een orkest zit te diii- georen. Zeker zou hij zijn dirigeorataf niot mot zoo vftste hand hebben ge voerd, hadde hij zich te voren niet terdege vertrouwd gemaakt met den geest en alle eigenaardigheden der porti tie. En aangezien juist in bol orkest do voornaumste factor ligt tot ©eai gun stig verloop, is liet billijk dat op d© allereerste plaats lof gebracht wordt aan don hoor Cats, én onmiddellijk na hem ui i ons Stedelijk muziek korps, dat zjcli - - maar dan ook met schitterend resultaat met volle toewijding aan zijn schoone, ani meer end o taak hooft gegeven. Wat het gebeuren aan d« overzijde van het voetlicht betreft, ook hier valt veel on volorlei te prijzen. Het moest wol de waarlijk uitnemende wij zo waarop ons door cl© dames Lea Fuldauer uit Den Haag en mevr. SoLina van hier de beide hoofdper sonen, Hans en Grietje, werden voor gesteld. Het was een lieve lust het jong on jolig doen dier beiden en haar meer dan verdienstelijk zingen te volgen. Den heelen avond door zijn zij niet van de planken, maar geen spuor van matheid kwam den glans over haar praestatie verdof fen. Aan beiden gelijkelijk Hans en Grietje zijn nu eenmaal onafschei delijk een oprecht woord van hul de! En dan do „Moeder" van mevT. Polm-Liscaljet uit Amsterdam en nu maar!... die „Heks" van mevr. v. Houten-Wols v. d. Wel; waren ook deze twee niet uitmuntend in haar rol? Ik wist wel dat er onder beroeps menschen veel dilettanten zijn, maar hier hoeft mij toch het tegenoverge steld© verbaaed. Ook de „Vader" van den heer J. H. Krul uit Overveen was heel aannemelijk. Die rol rol wel eens losser gespoeld, maar niet zoo licht beter on mot mooiere stem ge zongen worden. Mevr. Emrik kwam, dacht ik, wel wet bescheiden voor den dag. Maar ik weet het ook niet... misschien zingen Zand- en Dauwmaunetjee wel met zoo'n fijn,' beverig stemmetje?... Nu durf ik heusch niet langer pren ten over den schitterenden engeien- stoet die, aan het eind van het twee de bedrijf, den droom der kinderen komt uitbeelden, en over de effect volle décors, de verrassende lichtef fecten enz. enz. Al deze dingen moet men zien om er een indruk van ie krijgen. Nu daarvoor is a.s. Woensdag nog gelegenheid waar van ongetwijfeld een zeer druk ge bruik zal worden gemaakt. Ik wensoh allen medewerkenden bij die middag- voortelling een even schitterend net Kock-kinderkoor zelfs een iets schitterender welslagen toe, als waarop zij nu mogen terugzien. Dan zal zeker, evenals Zaterdag avond ib- opgetogenheid der toescbou wors den Schouwburg weêr op zijn grondvesten doen daveren. PHILIP LOOTS. Gevonden voorwerpen. Terug te bekomen bij A. Hoogerslag, L. Heerenstraat 48, een kinderhandschoen. Het Bureau vau Politie, een fanta sie-broche. J. van Emmerik, Gen. Bo'liastraat 66, een kinderhandschoen. K. do Zwart, Heercnsingel 129 E, eexj wit ijzeren plaatje. H. Paulcn. Bakenessergracht 16, een damestaschje niet inhoud. A. van Buurcn, Meester Joosten- laan 12, een ledig geldzakje. J. van den Berg, De Witstraat 19, een stuiverstukje. Het Bureau van politie, een huis sleutel. J. G. van Horik, Oranjeboomstraat 43. een portemonnaie niet inhoud. C. van der Sluis, Parklaan 35, een dames-porienionnaie. F. J. Meijer, Twijnderslaan 8, een bruinlederen dames!aschje. J. Holvaart, Javastraat 22, een bronzen dienstmeflaille. A. Groot©, Klarenbeekstraat no. 44 zwart, een zwart damestaschje met inhoud. 11. v. d. Bosch, Tweede Vooruit gangstraat 18, een vrouwenpantoffol. D. Smits, Kleine Houtstraat no. 49, een quitantie van de gein. Gasfabriek tc Amsterdam. J. van der Goes, Brouwersstraat 88, ©en zakje, inhoudende een zakdoek. H. Mulder, Saenredamstraat no. 52, een kiiiderboezelaar. W. Kaptijn, A. L. Dyserinckstraat 18, een portemonnaie met inhoud. W. Verheul, Gxoote Houtstraat (poffertjeskraam), een damestaschje met inhoud. J. Scholten, Wijngaardstraat no. 48, e©n geel lederen kdndersohoentje. W. Janse, Grebberstraat 43, een medaillon met 2 portretten. T. Fa/u rich, Schneevoogtstraat 16, een bruine portemonnaie met inh. E. Mai'tinissen, Leidscheplein 24, een hruin-garen handschoen. Het Bureau van Politie, een zwart- bruin harige hond. II. Ploeg, M. Joostenlaan 17, een medaillon mot 2 portretten. F. Schous, li usl en'burgerlaan no. 20 een bruin© portemomiaio niet in houd. ROLSCHAATSEN-RIJDEN. Nu hiet vriesweer ons in don steek laat, en we nog steeds van werkelijk ijsgmot veirstoken 'blijven, heeft die diireoti'e vom het Br-on gebouw ga- ïneend, niet beter te kunnen doen, dian dien liefhebbers gelegenheid té geven zich op de rolschaats te komen vermaken. De annonces deelen die daba mee, waarop zal kunnen wor den gereden. Uit de Omstreken OVERVEEN. Onder zeer gxoote belangstelling had Maandagmiddag de teraardebe stelling plaats van den heer T. G. Ticmeus, zoon van den rentmeester van mevrouw de wed. v. d. VJiet- Borski. Onder de belangstellenden merk to meu bijna de geheel e faniibe Van der Vliet op benevens, jhr. A. Bas Backer, burgemeester. De lieer A. J. de Waal MaJefijt, wethouder, ©enige raadsleden van Bloemendaal, benevens vele andere notabele inge zetenen. Al het personeel van Duin- lust, Belvédère, en Lindenheuvel was aehtor rte lijks(G*i-«üo door een groot aantal kransen werd gedekt. Ds. Vam Leeuwen liiéld een lijkrede, terwijl door don heer Hoomijer, schoonzoon van den heer D. Tiemens voor de be langstelling werd bedankt, namens de familie. BENNEBROEK. De tuinman6baas van de R. K. slichting „Het Heilig Hart" kwam de zer dagen tot de ontdekking, dat uit een schuurtje, nabii genoemde stich ting. een dubbelloops-jachtgeweer was ontvreemd. VOGELENZANG. Een tweetal inwoners uit 'deze ge meente, de gebroeders W., zijn on langs in de nabijheid van Zandvoort bekeurd wegens het stroopen meteen lichtbak. HAARLEMMERMEER. Onze vroegere plaatsgenoot, M. H. Eggink, thans gemeente-secretaris te Diepenveen, is ais zoodanig benoemd te Maarsen en M aarseveen. VELSE.N. Verordening op levensmiddelen. Gedeputeerde Staten van Noord- Holland hebben in een nota aan B. W. van Velsen verzocht de door den raad dier gemeente vastgestelde veroadening op levens- en genotmid delen nog niet af te kondigen. Zooals gemeld, weiden door het raadslid R. de Boer, van IJmuiden, en de Kamer van Koophandel en Fahrieken bezwaren tegen die veror dening bij Gedeputeerde Staten in gebracht Stukken van den Raad. B. en W. stellen voor, aan de poli tiebeambten toe te kennen het recht op vrije uniform-kleed ing. schoeisel ën uitrusting, en daarvoor uit te trekken een bedrag van 90 per jaar en per man, met dieu verstande, dat wanneer een politiebeambte blijkens zijn boekje over eenig jaar minder heeft genoten dan DO, liet overschot dan aan hem in geld zal warden uit betaald. B. en \V. prae-adviseeren gun stig op een adres van P. Longeveld, landbouwer te Wijkeroog, om wijzi ging van het uitbreidingsplan van Wijkeroog. Hel advies van de Gezondlieids- commissie luidde niet gunstig. De heeren J. Falk en G van Rhijn, leden van den gemeenteraad, stellen voor, een ambtenaar te be noemen, die ten kantore van den gemeente-ontvanger dienst zal doen. B. en W. stellen voor, geen pre- cario-geiaen te beffen van de door de gemeente Haarlem ten behoeve van de gaslevering in deze gemeente uit te voeren werken, daar die kunnen geacht worden te behooren tot wer ken, die het openbaar gemeente-be lang raken. B. en W. stellen voor, het on derhoud van de gemeente-gebouwen niet langer dan voor den Lijd van één jaar aan te besteden, dit onderhoud te bepalen lot die werken, die door de gemeente vooralsnog niet in eigen beheer kunnen worden uitgevoerd, en een tinnuonnan in vasten dienst aan te stellen op een belooning van 16 per week. Het Centraal Drank weer Comité t© Velsen verzoekt, het aantal ver gunningen te willen vaststellen op 45. B. en W. stellen voor, op het ver zoek afwijzend te beschikken. IJMUIDEN. VisBcheriJ. Zaterdagmiddag is te IJmuiden op gericht een vereeniging tot bevorde ring van de belangen van haringhün- del en reederij. De ontworpen statu ten werden goedgekeurd. Tot voor- loopig bestuur werden benoemd do heeren S. C. L. Reygersberg (voorzit ter), E. L. Hymans en J. Koster. Bijna alle vertegenwoordigers van reede- rijen traden toe. Binnenland DE TWEEDE-KAMER, die gisteren het amendemcnt-Duys c. e. betreffende de aanstelling van con referendaris, met 53 tegen 5 stem mer. verwierp zal spoed moeten ma ken oim, met versnelde marschen, den begrootings-eindpaal vóór Kerstmis te naderen. De voorzitten' had. des wege reeds een vertrouwelijke mede- deeling rondgezonden, doch herhaal de dat nog weer in het publiek. Op dezen grond probeerde de lxeer Borgesius liet verder debat over de Papeudirechtsche zaak tot Februari te doen uitstellen, le meer daar de eerste spreker van den dog, dl© lieer Van Wijnbergen, een academisch die bat had opgezet, ten betooge, dut de vrijzinnigen en hun pers zich niet v'eir oi.twaardiigd mochten betoonen over het optreden der psychiaters in het ATuhiomsche proces, daar dezo hoe ren immers niet andleirs deden dan wetenschappelijke toepassing geven aan de moderne astheïslische, deter ministische strafrecht/loer, die den vrijen wil ontkent. Moderne richting waartegen spreker krachtig in verzet kwam. Dat zou meende die heer Borgesius, aanleiding geveoi tot uitvoerige dis cussie en daarom wild© iiij een uit- stel-voorstöl dioen, dat hij evenwel, na kort debat, niet handhaafde. De heer Borgesius wenschto Van dien Minister van Justitie t© weten of z.i. oen psycJiiatriech ondierzoek van getuigen geoorloofd was. Spreker be streed dit, ook al zouden er wette lijke waarborgen zijn. Hij kwuan op tegen den heer Van Wijnborgen die de schuld van het t© Arnhem gebeur de aan die linkerzijde weet. De heeren van Nispen (Nijmegen) en De Visser vroegen maatregelen ter bescherming van werkwilligen in gevallen als de anarchistische sta king in de bouwbedrijven te Amster dam. In andere gevallen moesten politie en justitie krachtiger en snél ler kunnen optreden. De heer Duys, de Papendrechtsche strafzaak in een lange en naar de opmerkingen van den voorzitter te cordeelen. dikwerf ongematigd fello rede aan eritiek onderwerpend, pluisde de zaak heelemaal uit. Zijn betoog kwam hierop neer dat niet ai leen de Dordsche officier van Justi tie. maar de geheel e in dozo zaak ge mengde magistratuur niet onpartij dig en met vooropgezette meeningen waren opgetredenterwijilj ook de psychiaters er behoorlijk van langs kregen, in Duysscher stijl. Vervolgens wraakte de lieer Duys de houding der justitie in de Tub- bergsche strafzaak en in hel bijzon der de bevordering van mr. Went- hol'. tot advokoat-generaaj. Hij vroeg den Minister om schoonmaak te hou den onder de rechterlijke macht en om overlegging van bet door zijn voorganger ingesteld onderzoek naar de toestanden te Papendrecht. Heden 10$ voortzetting Des avonds werd de behandeling van Waterstaat voortgezet, bij de afdeeling spoorwegen. De heer Smeenge sprak allereerst over de Zondagsrust. Te lange ar beidsduur aldus betoogde hij, is al lerminst wenschelijk voor het perso neel maar hij vroeg of die niet door eene andere regeling te verkrijgen was, dan door uitschakeling van trei nen. Vooral voor 3© provinciën in het noorden des lands speciaal voor Groningen en Leeuwarden le» vort dit groot bezwaar op. Tal vuu sprekers hadden met hom iels te vragen betreffende bepaalda spoorlijnen door hunne districten looponde of stations daarin gelogen. \V ij bepalen ons tot do hoofdzaken. De heer Ter Laan drong aan op pension necring van de 44 man der voormalige Rijnspoorweg-Maatschap pij. Laat de Minister zorgen, dat da il. IJ. S. M. aan die mannen pensioen verstrekt op dezelfde voorwaarden als aan haar personeel, waar er man nen bij zijn, <lie zij 20 jaar cn langer lil dienst lieeft. De heer Janssen (Maastricht) drong aan op betere dicnstvoorwaarden voor het spoorwegpersoneel, sloot zich aan b ijden aandrang tot pen- sionneering van hot voormalige Rijnspoorweg-personeel vroeg voor ziening in den toestand van het tij delijk personeel, voorziening in de klachten over stukwerk in de cen trale werkplaatsen en minder lange diensttijden voor het personeel be last met den veiligheidsdienst. Wat aangaat de Zondagsrust meende spr. dat in liet Zuiden niet veel treinen ge mist kunnen worden. Verder vroeg spr. betere dienstwoningen voor de wachters bij de S. S. e:i uitte hij een aantal grieven over de spoorweg- exploitatie in liet Zuiden. De heer Van Vliet besprak de rege ling van de pensioenquaestie in ver band met de nieuwe dienstvoorwaar- den ©n uitte den wenscli, dat de Mi nister het aantal treinen op Zondag eerder zal inkrimpen, dan uitbrei den. Een algemeene rustdag zou het personeel het meest ten goede komen. D© lieer Tydenian meénde, dat de quaestic van de Zondagsrust niet sta tistisch mag behandeld worden. Men moet. letten op het belang van perso neel n publiek, dat men niet in rijn vrijheid mag beperken. Algemeene vacantiedagen zouden niet nationaal zijn Verder behandelde spr. het nieuwe personentarief op de groots spoorwegen. De hoer Drucker drong aan op het neincu vun maatregelen uls de Maat schappijen plotseling haar contract opzeggen en op betere inrichting der scheidsgerechten. Ten aanzien van Zondagsrust mo©ten d© belangen van het reizend publiek op den voor grond staan. Alleen de natuurlijk© )/ehuefte van het verkeer mag maat staf zijn voor het aantal treinen, dut op Zondag moet loopen. Daarna besprak hij do achterstel ling van het Noorden inzake den trei nenloop en do opheffing van het ver- bindingslijntje tusschen de beide Iiaagsclie stutions. Eerst deed men al het mogelijke om het verkeer op dat lijntje te dooden en toen heeft men gezegd er reist niemand meer mee. De lieer Helsdingen drong er op aan, dat de Staatsspoor zal terug komen op de intrekking van de va- cantiekaarten en op de afschaffing van de goedikoopor tarieven voor werklieden van groot© lichamen. Het doet spreker leed, dat de Minister daarin berust. Daarna bespreekt hij uitvoerig de belangen van het personeel. Het uit stel van de ffieuwe dienst voorwaar den tot 1 Januari 1911 heeft bij het spoorwegpersoneel ontstemming ver wekt. Spreker verlangt, dat aan do nieuwe pensioenregeling, waarom trent nog geen definitieve beslissing is genomen, terugwerkende kracht wordo verleend tot 1 Juli 1910. Voorts dringt spreker aan op een beter© loonregeling en op een gunsti ger regeling van de uitkeering bij ziekte, die met medewerking van den Minister verslechtend is. De Minister kome hiorop terug. Dat liet pensioen- congres van 23 October j.l. de bedoe ling had de beteeken is der door den Minister in de pensioenregeling der Staatsspoor aaiurebracht© verbeterin gen (e verkleinen, betwistte spreker, die vertrouwt, dat de Minister ook zal komen tot een duidelijk© uit spraak over de pensioenregeling van het H. IJ. S.-personeel. Spreker bepleit vervolgens verbete ring van derechispositle en bespreekt enkele gevallen van z. i. onrechtvaar dig ontslag, o. o aan de arbeiders der II. IJ. S. M. Koroner en Vermey ie Amsterdam, den leerling der Noordbr. Duitsche Spoorweg Mij. Van der Giessen. aan den commies dor II. IJ. S. M. Nathans te Rotter dam, en aan den arbeider-remmer der Staatsspoor D© Vries te Amster dam. Spreker komt ten slotte op tegen 's Ministers voorstelling inzake het ontslag van drie arbeiders der Cen- traalspoor te Rarneveld en werpt de verantwoordelijkheid voor de stijgen de ontevredenheid onder het perso neel op den Minister. Verder critiseerde spreker 's Minis ters houding tegenover de vakorgani satie. De Nodorlaridsciie Vereeniging wendde zich herhaaldelijk tot den Minister, zonder zelfs antwoord te ^ntvongen. Dat wekt verbittering en als er weder eens beroering on lei- hel spoorwegpersoneel komt, kan de ze Minister niet zeggen ik wascli mijn handen in onschuld. Dc Minis ter wende zijn invloed aan tot volle dige rehabilitatie der stakers vaa 1903. D© Minister van Waterstaat zeide, dal een algemeen plan voor den aan leg van tramwegen geen aanbeveling verdient. Veel beter is steeds bet ini tiatief der betrokken streek af te wachten. Met liet oog op het „©enigszins late uur" 't was op slag van éénen zou de Minister zijn red© later voort zetten. Dat zal Woensdag wezen. Sport en Wedstrijden Voetbal. Zondag speelde „Jong Haarlem"1 een match tegen A. V. V. te Aerden- hout Voor rust doelpuntte „Jong Haarlem" eens uit ©en strafschop en vervolgens nog drie maal. A. V. V. kon slechts eenmaal het net vinden, zoodat de ru6t ingingmet 41 voor „Jong Haarlem". Na d© pauze brak A. V. V. mooi door ©n wist te doelpunten. Teen kwam „Jong Haarlem" los en doel puntte, wat het nog vijf maal lier- haalde. A. V. V. scoorde nog eens. D© wedstrijd eindigde dus in een 102 overwinning voor „Jong Haar lem",

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1910 | | pagina 6