RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
1
1
cn
Een gelukkig schot,
Door
F. Thieme.
Ja, ziet u, waarde heer, het vorige
jaar was ik nog de arme Frits Röser,
die voor enkele stuivers vreemdelin
gen de bergen invoerde en di,e niet in
staat was zijne Marie te trouwen,
omdat zij en ik zoo straatarm waren
dat wij beiden jaren lang zoo hard
mogelijk hadden moeten arbeiden, om
ons ook maar het allernoodzakelijk
ste aan te kruinen schaffen. En nu
kijk nu eens dien kant uit nu ben
ik eigenaar van dat keurige huisje
aan de helling van den berg, en de
gelukkige echtgenoot van mijne Ma
rie. in den zomer verhuren wij een
goed deel van onze woning aan men-
schen, die hier hunne vacantiedagen
komen doorbrengen, en dat, gevoegd
hij de opbrengst van een paar stuk
ken land, die ik heb gekocht, ver
schaft ons een heel aardig inkomen.
Ja, ja, daar staat u van te kijken,
nietwaar En u meent misschien,
'dat ik een prijs uit de loterij heb ge
trokken Maar dan heeft u het mis.
Jk speel niet in de loterij. Raden
kunt u het toch nietd&arorn zal ik
het u maar zeggen dat alles heb ik
te danken aan een gelukkig schot
Maar niet aan een schot, flat ik zelf
heb gelost. Neen, het is een gevolg
geweest van een schot, dat een an
der heeft afgevuurd wie het ge
weest is, weet ik zelf niet. U kijkt mij
ongeloovig aan en begrijpt er niet
veel van Nu, ik zal u de geschiede
nis vertellen, luister maar.
Het vorige jaar werd er hier op
zekeren dag in October een grooie
drijfjacht gehoudeneeno me
nigte groote heeren waren uit de stad
overgekomen, om er aan deel te ne
men en den geheelen dag weerklonk
het geknal der geweren en stegen Je
rookwolkjes in het dal op. Ik behoor
de tot de drijvers en het aanhouden
de geknal en gepaf had mij bijna
doof gemaakt. Op eenmaal weer
klonk er weer een schol en lag ik
op den grond te spartelen I Was dat
eventjes tegenslag Daar was ik me
door een lading schroot getroffen in
oen mijner beenen 1
Razend van pijn en woede sprong
ik op, om den onhandigen schutter
uit te vinden, die mij voor een ko
nijntje of een haas had aangezien,
maar ik moest die poging spoedig
opgeven. Ik kon eenvoudig niet loo-
pen En de schutter meldde zichzel-
ven niet aan. Twee kameraden droe
gen mij naar huis en legden mij te
bed. U begrijpt, dat ik daar niet heel
vriendelijk gestemd was ten opzichte
van dien dommen, onbeholpen Zon
dagsjager 1 Ik was waarachtig al
arm genoeg en nu zou ik nog dokter
en apotheker moeten betalen en ze
ker een paar weken niet in de gele
genheid zijn om een cent te verdie
nen I Had ik ten minste zijn naam
maar geweten, dan had ik schadever
goeding kunnen eischen I Ik raad
pleegde er den dokter over en ook
den dominé, die mij in mijn hut
kwamen bezoeken, maar geen van
beiden wist raad.
Daar kreeg ik plotseling een ioee.
Ik wilde net doen als Sepp, wiens
spiksplinternieuwen vilten hoed kort
te voren iu de herberg met een oud,
ontoonbaar vod was verwisseld. Hij
adverteerde in het weekblad, dat den
bekenden heer, die zijn hoed had
mee genomen, werd verzocht, tenein
de gerechtelijke vervolging te ontko
men, het hoofddeksel zoo spoedig
mogelijk terug te bezorgen. En ziel
den volgenden morgen had hij zijn
hoed terug.
Ik sprak er over met mijne moe
der; die trachtte het mij wel uit het
hoofd te praten, maar ik bleef er bij,
en den anderen morgen stond de vol
gende advertentie in de courant, die
het meest iu de stad wordt gelezen
ATTENTIE I
Den bekenden heer, die op de
drijfjacht in X. op den 19den Oc
tober, des namiddags half 3, Frits
Röser uit X. in liet been heeft ge
schoten, en daardoor een armen
drommel pijn bezorgd en op kos
ten gejaagd heeft, en oorzaak is,
dat hij gedurende verscheidene
weken niets zal kunnen verdie
nen, wordt verzocht, genoemden
Frits Röser omgaande eene flinke
schadevergoeding uit te betalen.
Mocht die uitblijven, dan zal de
zaak worden aangegeven. Wordt
de zaak naar genoegen geschikt,
dan kan men zeker zijn van de
strengste stilzwijgendheid.
Mijne moeder had de advertentie
naar het bureau van de courant ge
bracht, maar goeie genade, wat
schrok ik. toen ik bij haar terug
komst hoorde, dat ze er drie mark
voor had moeten betalen Ik had
niet gedacht, dat het zooveel zou zijn
geweest. Fnfin, het was nu eenmaal
gebeurd we moesten nu maar af
wachten misschien, dat het toch nog
iets zou helpen 1
Den anderen morgen lag ik nog te
slapen, toen de postbode binnen
kwam. Moeder was op dat oogenblik
niet thuis. Hij riep mij wakker en
ik staarde hem aan als ware hij een
geest, want hij komt anders het heele
jaar niet bij ons in huis.
Je bent toch Frits Röser
vroeg hij.
Ja zeker, die ben ik.
Hier heb ik een brief met geld
voor je. Honderdvijftig mark zit er
in. Wil je even afteekenen
Honderd en
Van blijdschap wou ik uit het bed
springen, maar dat ellendige been
maakte het mij onmogelijk. Zooveel
geld had ik nog nooit bij eikaar ge
zien, veel minder nog in mijn bezit
gehad, ik scheurde haastig den brief
open, en ja, zoo waar, het was zoo
drie briefjes van vijftig mark alle
maal fonkelnieuw Er was ook nog
een lettertje bij, waarop geschreven
stond
„In antwoord op de adverten
tie. Met welgemeende betuiging
van spijt over mijn onhandig
heid. Naam doet niets ter zake."
Jubelend liet ik mijne moeder, toen
zij thuis kwam, den schat zien.
Zie je nu wel, moeder, hoe slim
mijn idee was Dit heeft het ons ten
minste opgebracht 1
Nog was mijn moeder niet heele-
maai van haar verbazing bekomen,
of daar werd aan de deur geklopt en
een jongen kwam binnen.
Een vreemde mijn lieer heeft mij
dezen brief gegeven, dien ik brengen
moest bij Frits Röser, die aange
schoten is.
Verwonderd nam ik den brief aan.
Ja, het was aan mijn adres. „Den
heer Frits Röser", slond er op en de
brief was goed verzegeld ook. Wat
moest dat bet eekenen Ik brak ein
delijk den brief open en mijn moe
der schreeuwde het waarachtig uit
twee briefjes van honderd mark
kwamen er uit te voorschijn. En weer
lag er een briefje bij, van ongeveer
gelijken inhoud als dat in het eerste
schrijven.
Maar dat was nog lang niet alles.
Des middags kwam de postbode weer
in ons hutje ditmaal bracht hij twee
brieven voor mij, één met honderd-
vijftig en één met driehonderd mark.
En den volgenden morgen bracht hij
er weer twee en een werd mij
door den kastelein van de herberg
bezorgd en de volgende dagen
kwamen er nog een paar.
Ik moet u zeggen, dat ik ten laatste
verlegen werd onder zooveel zegen.
En lederen keer lag er een brief bij,
maar geen enkele afzender noemde
zijn naam. Dat kwam er niet op aan,
schreven ze ze hoopten, dat ik ook
zonder den naam tevreden zou zijn.
Toen ik de go hoe le som bij elkan
der had geteld bemerkte ik, dat ik
zes honderd Thaler rijk was. Maar
dat was toch immers veel te erg'? Dat
geld mocht ik toch niet alles behou
den 1 Er was er immers maar één,
die mijn schuldenaar was, want
slechts één persoon kon mij hebben
aangeschoten. Daar lag ik lang over
te piekeren en toen eindelijk mijn
been weer genezen was, ging ik naai
de stad, informeerde, wie er sizoo
nan de jachtpartij hadden deelgeno
men en ging naar die heeren toe.
Maar daar kwam ik van een slechte
kermis ihuis Als ik den mond maar
opendeed en zei, dat mijnheer het mij
niet kwalijk moest nemen, maar dat
ik alleen maar even wilde vragen, of
mijnheer niet bij de jacht in X een
drijver had aangeschoten, dan sto
ven zij tegen mij op, zeiden dat >k
gek was, en ik moest dan maar zoo
spoedig mogelijk de deur va.n deu
buitenkant bekijken. Nu, enfin, het
was mij wel. ik kon er verder niets
aan doen.
Ik was nu rijk en gelukkig, want
zeshonderd Thaler vormen een kapi
taal voor iemand van ons soort men-
sclien. Ik kocht een stukje grond en
bouwde er dit huisje op, waar ik wel
dra mijne Marie als mijn v.u-uwtj©
binnenbracht. Hoera I Was dat niet
een gelukkig schot Mijn heele leven
lang zal ik het in gezegend aanden
ken houden I
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle inge
zonden door jongens en meis
jes, die „Voor Onze Jeugd" le
zen. De namen der kinderen,
die mij vóór Donderdagmorgen
goede oplossingen zenden,
worden in het volgend num
mer bekend gemaakt).
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE BESTE OPLOSSERS EEN
BOEK IN PRACHTBAND
VERLOOT.
Hierbij wordt gelet op den leeftijd
ln verband met het aantal oplossin
gen en op de netheid van het werk.
1. (Ingezonden door Bertus en Dina
Tan Putten).
Schrijf onder elkaar
Een lengtemaat.
Een plant.
Een soort grond, waar men veel
schapen ziet.
Iets, dat iedereen noodig heeft.
Een boom.
Iemand uit een ver land.
Een wapen.
Een meisjesnaam.
Deze woorden moeten olie bestaan
uit vijf letters en de middelste letters
vormen van boven naar beneden den
naam van een muziekinstrument.
2. (Ingezonden door Jansje Yaa
Dijk).
Mijn geheel bestaat uit 12 letters
en ik sta dikwijls in de „Zaterdag
avond".
1 6 4 10 is een Indisch wapen.
9 2 4 11 is een getaL
7 8 5 gebruikt de visscher.
9 7 9 11 12 5 zijn vruchten.
3 4 12 is een vogel.
3. (Ingezonden door Piër Heidweil-
ler).
Welke spreuk leest ge hieruit
den
den
ker
tw
ker
spre
wees
doof
st
ist
zoe
Kwaad
om
4. (Ingezonden door Ans van den
Ban).
Welke vogel bestaat uit een
schaap, een meisjesnaam en een ver
voermiddel
5. (Ingezonden door Henri Klau
wers).
Mijn geheel bestaat uit 12 letters en
is een provincie in Nederland.
2 3 4 zit aan het hoofd.
8 11 12 is een verkorte meisjes
naam.
4 10 12 is een knaagdier.
5 2 3 4 is een deel van een ei
6 8 10 1 maakt de veger op het ijs.
9 10 11 5 gebruikt de naaister.
5 2 7 8 is een meisjesnaam.
6. (Ingezonden door Robbert Brljl).
Ik liep eens door een straatje,
Al met een kameraadje,
Ik klopte aan een witte deur,
En er kwam een gele juffrouw
voor.
7. (Ingezonden door Helena Bij
land).
Ik ben een rivier in Rusland. Ont
hoofd mij en ge krijgt een meisjes
naam.
8. (Ingezonden door Bernard Jan
sen).
Ik ben een spreekwoord van 21
letters.
9 2 5 13 is een sieraad.
8 10 19 is een meisjesnaam.
16 7 3 volgt op den nacht
Een valsche 1 4 21 is strafbaar.
Een 6 7 18 12 is een viervoetig dier.
Een 6 14 5 10 Is een 6 15 2 12 21 11
4 20.
14 15 16 is niet jong.
21 11 5 19 is een meisjesnaam.
20 14 12 is een viervoetig dier.
17 18 12 wordt door kleine diertjes
bereid.
9. (Ingezonden door Marie Ruig
pok).
Wolk een bal zou dat wel wezen,
Waarmee men niet ballen kan,
Eu waarvan toch ieder kind houdt?
Weel je 't heel goed, zeg mij 't dan.
10. (Ingezonden door Willy Germe-
raad).
Mijn eerste stemt toe. Mijn tweede
is een verkorte jongensnaam mijn
derde behoort goed te sluiten en
mijn geheel is een jongensnaam.
11. (Ingezonden door Tine Heidweil-
ler),
Een dier, dat dikwijls wordt ver
volgd,
Door heer en onderdaan.
Biedt, als het eens onthoofd is,
Iets goeds voor menig visscher aan.
Ontneemt men ook dit ding liet
hoofd.
Dan draagt het koets of kar,
En 't breken van zoo'n enkel ding
Brengt treinen in de war.
12 (Ingezonden door Gerand Hou-
waard).
Mijn eerste is een begin van leven.
Mijn tweede is iets, waar we niet
buiten kunnen.
Mijn geheel is in de zee.
Raadseloplossingen
De oplossingen der raadsels van de
vorige week zijn
1. Haarlemmerhoutpark. Hark,
Lemmer, paar, hout, Leo,
kraam.
2. MOSKOU.
Madagaskar.
Orenburg.
Sneek.
KonstantinópeL
O os ter hout.
Uden.
8. Putten.
4. Bok, hok, kok, rok.
5.
6. Brompot.
7. De revolutie in Spanje. Poli
tie, tunnel, Gouda, revolver.
8. San Francisco.
9. Een ladder.
10. Droom moord.
11. Chocoladefabriek.
12. Naaimachine.
Goede oplossingen ontvangen van
Nico Drent 9.
Theo Groene veld 11 (en 12 van d«
vorige week).
Y\ illein Klauwers 8.
Frits Seuter 12.
Anna Bergman 1.
Joh. v. d. Brugge 10.
Maartje Braaij 8 (en 7 ven de yo
rige week).
Betsy Ploeg 8.
Heriderina Hoekstra 7.
Jo Been 11.
Clara en Aagje Bon 10.
Jo en Frans van Egmond 12.
Netje en Fietje Dusschoten 12.
Rika de Jong 12.
Arie de Vos 9.
Marie de Vos 9.
Hubertha Raas 11.
Martinus Hubers 12,
Willy Germeraad li.
Jan Tames 5.
Annie M. Rozenhart 11.
Jan Hendrik Bruijn 12.
Annie de Bruijn 11.
Gil jam Lokerse 11.
Jan en Izaak Bos 11.
Jan en Cor Huijer 10.
Corrie Brinkman 10.
Maarten Westbroek 6.
Mientje de Jong 11.
Mar gare tha en Christina Schreur
vier.
Hendrika Robin 11.
Nelly Langerhuizen 1L..
Wim He ijl 9.
Zus Duursma 12.
Johan en Willem Rijbroek 1(X
Betsy Akersloot 10.
Henry J arise 9.
Laurens Quist 11.
Willem Lodder li.
Elisabeth Lodder 13.
Aaltje Peters 12.
Annie van der Linden 12.
Nanne en Cor Nauta 11.
Johan W. Raatgever 10.
Gera.rd Renger 11.
Corrie Reckman 11.
Bernard Reckman 11.
Gerrie Renger 11.
Anna de Liefde 8.
Maartje en Nico Verdel 12.
Willy Huber 12.
Bertus en Dina van Putten 12.
Cornells Snellens 10.
Abraham van Brussel 12.
Bertha Clausing 12.
Lodewijk Ballintijn 12.
Piër Heidweiller 12.
Tine Heidweiller 12.
Karei Heidweiller li
BEGRAVEN PLAATSEN.
(Ingezonden door Giljam Lokerse).
1. Moeder zei „Stil, Jongens, hoort
naar Jan, die voorleest uit geestige
boeken.
(3 plaatsen).
2. Wij hebben de ongelukkige op
een baar naar den dokter
kier gedragen.
(3 plaatsen).
3. Toen wij in het holst van den
nacht bij Muiden waren, schepte de
boot water en de Idee ren van honder
den dames werden door het zeewater
bedorven.
(3 plaatsen).
BEGRAVEN BEKENDE
PERSONEN.
(Ingezonden door Henri Klauwers).
4. De dwaze man vond eik ander
dom, die de stroop niet kocht.
5 De meid viel door de ruit. Er was
gelukkig geen ernstig letsel te vin
den.
6. Mijn broeder gaat begin Juli
anatomie bestudeeren. want hij wil
dokter worden.
(Ingezonden door Willem Bakker).
7. Het meisje liep arm aan arm
met haar vriendinnetje.
8. Pas op, duw niet, of ik val van
de trap.
9. Geen fouten maken is knapo 1
Leo 1 nu heb jij je toch vergist
10. Met romp en ledematen vol lid-
teekens kwam hij uit den slag.
11. Ja, ja, ik vang al en wJ den bal
niet missen.
12. De hond was vaisch, hij beet
soms geheel onverwacht».
L. v. d. Brugge.
Jo v. d. Brugge.
Robert Breijl.
Jacobus Misset
Marie Star.
Wim Heijl.
Cornells Snellens.
Bernard Reckman.
Anna de Bruijn.
Bertha Clausing.
Willy Huber.
Johan Raatgever.
Aal!je Peters.
Anna de Liefde.
Bertus van Putten.
Corry Reckman.
Betsy Akersloot
Jacoba Remmé.
Clara Bon.
Martinus Hubers.
Klaas Blaauw.
Ans y. d. Ban.
Netje van Dusschoten.
B. J. Opdam.
Jan Hendrik Bruijn.
Richard Voitus van
Martinus Bonke.
Herman Bonke.
8TRIKVRAGEN.
Antwoorden.
De antwoorden op de strikvragen
der vorige week zijn
1. Als ze gepakt zijn.
2. Kaïn.
3. Acht, want de zeven zoons heb
ben samen 1 zuster.
4. Mei, want die beeft maar drie
letters.
5. Omdat hij overal naar den
grond zoekt
6. Foliering.
7. Dwingelanden.
8. Abuizen.
9. Eilanden.
10. Oorlam.
11. Schöorsteenen.
12. Hartedieven.
13. Moerassen.
14. Oogappels.
Goede antwoorden ontvangen van
Nico Drent 5.
Theo Groeneveld 6.
(11 van de vorige week).
Willem Klauwers 8.
Frits Seuter 13.
Joh. v. cL Brugge 14.
Maartje Braaij 12 (en 2 van de vo
rige week).
Betsy Ploeg 6.
Henderina Hoekstra S.
Jo Been 14.
Jo en Frans van Egmond 7.
Arte de Vos 9.
Marie de Vos 8.
Hubertha Raas 8.
Willy Germeraad 12.
Annie M. Rozenhart 12.
Giljam Lokerse 14.
Jan en IzaSk Bos 12.
Maarten Westbroek 8.
Wim Heijl 11.
Zus Duursma 14.
Laurens Quist 13.
Willem Lodder 13.
Elisabeth Lodder 18.
Nanne en Cor Nauta ft.
Gerard Renger 14.
Gerrie Renger 13.
Anna de Liefde 8.
Maartje en Nico Verdel 8.
Willy Huber 14.
Bertus en Dina van Putten ft.
Abraham van Brussel 7.
Lodewijk Ballintijn 14.
Tine Heidweiller 8.
Karei Heidweiller 8.
WEDSTRIJD.
Inzendingen voor den Nleirwjaars-
wedstrijd ontvangen van
Arend v. d. Wel.
Cor Huijer.
Jan Huijer.
Cor Smit
Cornelia Haas voet
Joh. Bindels.
H. L. van Zurk.
Nico Drent
Theo Groeneveld.
Hendrik Hazevoet
A una Lootsma.
Jacob Lootsma.
Gerard den Hollander.
Abraham van Brussel.
Peperdekriko, 12 December 1910.
Lieve Kinderen,
Weet jelui waar dat is. Peperde
kriko? Dat is ln Spanja Daar woon
Ik, en daar zit ik nu, na el de drukte
en wederwaardigheden der laatste
weken weer uit te rusten.
Ik vind liet wel altijd heel plezierig,
zoo mijn jaarlijkache reis naar Hol
land te maken en daar die blijde en
dankbare gezichten van al die aar
dige HoiLLandsche kindertjes te zien,
maar jullie zult toch ook wel begrij
pen, dat ik blij ben als ik weer thuis
in mijn makkelijken leuningstoel zit
Maar YÓÓr dat ik het mij nu weer
al te makkelijk maak, wil ik eerst
mijn beste vriendjes en vriendinne
tjes in Haarlem nog bedanken voor
de flinke hulp, die ze mij dit jaar
weer hebben verleend. Het is wei
heed toevallig maar dlie hulp komt
me toch altijd zoo juist van pas.
Verleden jaar, weet ik. nog wel,
was er op zee een kist speelgoed van
de boot gevallen en daar kwam me
een Haarlemse he kist speelgoed zoo
prachtig voor in de plaats,
jaar daarvoor was er, geloof ik, geld
tekort en moest ik toch nog heel wat
hebben. Ik zat al met de handen
t haar, maar Pieterman herinnerde
mij nog juist bij tijds... alweer
die Haarlemse he kindertjes. En
ls het zoowaaT nu van 't jaar ook
weer gegaan. Hadden jelui mij niet
zoo flink geholpen, dan was het de-
zon keer met de ultdeeling rrn eens
recht mis geloopen. Luister maar
eens, hoe dat kwam.
Daar ritten we samen op een dak.
Wij stappen van schoorsteen tot
schoorsteen; ik kijk in mijn boekj'e
welk© kindertjes er beneden wonen
en wij luisteren of ze ook ondeugend
zijn. Als ze Jengelen en zeuren van:
ik lust geen korstjes! of: ik wil niet
gewasschen worden! of: hij krijgt ai-
tijd meert of: ik wü morgen mijn
wollen trui niet aanhebben! of zoo
iets, dan gaan we maar verder. 1
hooren wij ze lief spelen of een
dig St NiiloLaasversje zingen, dan
laten wij het moois en lekkers door
den schoorsteen rollen.
Zoo ook nu. Wij
zoo'n grooten breedea schoorsteen,
waar wel zes pijpen tegelijk in uit
komen, en we hooren, dat ear één-,
twtee- en drie-boog allemaal Üerv©
kinderen wonen. En een heele boel
ook! Wei meer cian twintig in 't ge
heel. Ik zal nu niet zeggen, dat ze
allen even braaf werenI O, neen bij
sommige namen stonden wei streep
jes ln mijn boekje, maar door el
kaar schikte het toch wel. Dus
Piet maakt een nieuwe kist open, en
daar zat in plaats van voor twintig
kinderen, wej voor vijftig in. En hij
laat, voorzichtig, stukje voor stukj©
door den schoorsteen zaKcsn, Eerst
werd het heed stil beneden, maar daar
begon de pret, we hoorden
langer hoe harder juichen en dat
vinden we allebei altijd even aardig.
1 Maar we,t gaat me daar die schimmel
in eens doen? Die staat anders zoo
stil al3 een braaf paardje maar staan
kan op die gevaarlijke daken en die
begint me daar in eens te trappelen
en te steigeren, zoodat ik bang werd,
dat hij van boven af zou springen.
Hol roep ik, sapperdekriko schim-
meliol maar jawel, hij werd hoe lan
ger hoe schichtiger. Piel, zeg ik, pak
'ml Hou vast, jongen, anders krijg ik
een ongelukl
Piet houdt den schimmel flink vast
tot hij weer rustiger is. Nu kijken
wij rond en begrijpen ook, waardoor
hij zoo van streek was. Ik had al
lang een vreemd gegons in de lucht
gehoord en daar snort me nu ee>n
vliegmachine vink over ons heen.
Wel, ik schrikte er zelf ook van en
Piet riep: Hemeltje, o! Sinklaas, is
die rrrrt machlenvlieg! Nu dat was
voor onzen schimmel dan ook een
vreemde gewaarwording. Gelukkig
gaat zoo'n ding heel gauw en was
spoedig verdwenen.
Nu maar vorder Piet, zeg ik, maar
wat maken die kinderen daar bene
den toch een allerontzettendst leven!
Wat zijn ze toch Mijl
Hemeltje! O'. Sinklaas! roept Piet,
die den schimmel had losgelaten en
kist weer opnam, i9 die alle
maal heele kist boord es tam pleeg! Is
die allemaal heele boel in dien schoor
steen vallen gegaan geweest gekom
ge... ge....
Wat? zeg Ik ts de heele kist leeg
geloopen? Juichen ze daarom zoo be
neden! Ja, jongen, daar zitten we
Nu hebben die alles en andere kin
deren komen tekort. "We kunnen toch
ook slecht naar beneden gaan en de
grootste helft weer afnemen. Daar
moeten we wat op vinden.
Hemeltje, o! Sinklaas! riep Piet
weer, is ja ook die Hoiemsche kis nog
op die stoombootschipI
En" nu begrijpen jelui zeker wel, v
can jelui, Haarlemsche kandoren mij
weer zoo'n grooten dienst hebt be
wezen. Kijk, net wat tk tekort kwam,
hebben jullie weer aangevuld. En
die mooie winkels, die poppen, die
kamer, dat pakhuis, die boerderij,
dat tiddledeyspel, die mooie meubel
tjes, die schilderijen en paardenieki-
eels en dassen, en wat ge nog meer
hebt gestuurd mi met je handige vin
gertjes zoo heed knap vervaardigd
hebt, daar zijn weer heed wat kin
dertjes mee gelukkig gemaakt
En daarvoor wordt ge allen, zeer,
zéér hartelijk bedankt.
Ik hoop, diat ge zelf over nw ge
schenken ook wel tevreden zijt
dat het u allen verder goed ga.
Je vriend.
ST. NICOLAAS.
P.S. Ook die hartelijk© compeie-
groet van Ikke
Fieiemankeg.
BERICHT.
Een onzer lezoresjes zond mij nog
eenlge Verkade-plaatjes voor
wiLnteralbume en 25 bons voor de
bouwplaat van Droste.
Wie kan ik hier genoegen mee
doen?
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie van
de Kinder-A fdeeliog moeten
gezonden worden aan Mevr.
V enemaVan Doorn, Wa
genweg no. 88, Haarlem).
'Aan alle kinderen, die mij op 1
Januari kaarten, kaartjes en brief
kaarten zonden, mijn bartel!j ken
dank hiervoor.
THEO G. Je inzending en voi
brief in goede orde ontvangen. Ben
Je nu weer heelemaal beter? En gaf
het schild Je nog wat afleiding, ter
wijl je ziek was? Ik vond je kaartje
erg aardig, hoort
CLARA en AAGJE B. Ja, dal.
boek is erg aardig. Gelukkig, dat je
inzending toch nog op tijd ktaar
Als je langer ziek was geweest, had
Aagje bet maar voor je af moeten
"Te nieuwe raadsels zijn
goed. Ik vond jullie kaart erg mooi!
NETJE en FIETJE D. Wel, 1»
die van jou mislukt, Fietje? Dat is
jammer hoor! Was het net zoo'n
soort ais die van Netje? Dan een an
deren keer maar weer eens beter!
Heb je het toch een prettig werkje
gevonden?
RIKA d. J. Het is best als jullie
mee doen! Hoe oud zijn jullie?
MARIE en ARIE d. V. Dank
voor jullie goede wenschen. Ja, we
hebben een prettigen tijd achter den
rug en er ls nu geen enkel pretje in
't vooruitzicht! Of zou er gauw ijs ko
men?
HUBERTHA R. Tk vond je kaart
je erg mooi! Ja, dat was een goede
verjaardag, hoor! Jammer dnt het
weer voorbij is.
MARTTNUS H. Je schild Toed
overgekomen. Hoe ik het vind zeg
ik nu nog niet. Nog éen weekje ge
duld, hoort
WILLY G. Ja, jij bent zeker op
Nieuwjaarsdag weer bedorven met
een heeieboei mooie kaarten en kaart
jes. Nu, ik ook! En daar was die van
jou lang niet de minste onder. Jij
hebt zeker ai een heel briefkaarten-
album vol, is "t niet?
JAN T. Zoolang je geen aard
rijkskunde leert, zullen verscheidene
raadsels je nog wel te moeilijk zijn;
maar dan sla je die maar zoo lang
over, dat is niets erg. Ja, dat verhaal
van R. C. is erg mooi.
ANNIE M. R. De nieuwe raad
seis zijn goed. Ja, dan een volgenden
wedstrijd maar weer eens! Ik ben
blij, dat je zoo'n prettige vaca.nt.ie
gehad hebt Ik vond je kaart prach
tig, hoor!
KAREL, TINE en PIëR H. Ik
vind het erg knap dat Piër zélf too-
verlantaarnplaatjes maakt. En nu
hebben jullie er zeker een heeieboei!
Heeft Piër het ook prettig getroffen
met den nieuwen onderwijzer? Ja,
Bertus zoo'n boek in handen
krijgt zal er niet niet veel van over
blijven, Is er geen slot op het kastje
of kan Piër er geen knipje op ma
ken? Wordt het winkeltje mooi. Ka-
rel?
HENRI J. Is Moeder weer wat
beterr? En hoe is 't met Jou? Zou je
eer naar school mogen Maandag?
WILLEM K. Ik geloof, dat jij
die raadsels nog geregelder inzendt
dan Henri. Heeft hij het druk tegen
woordig, en wanneer begint de
school? Mag hij er ook weer heen?
FRITS S. Is het teekenciifer zoo
wat net als het schrijfciifer? En hoe
is het met rekenen? Ja, lezen vind ik
ook erg prettig. Heb je veel mooie
boeken?
JACOBUS M. Neen, dat het niet
gemakkelijk was, wil ik graag ge-
looven; maar je hebt het er dan toch
netjes afgebracht. Maak je dikwijls
zulke werkjes en vind je het prettig?
COBA G. Het is best, ais je met
ons mee gaat doen. Lees je onze ru
briek ai lang?
JACOB mi ANNA L. Dit is de
eerste keer dat jullie meedoen, is 't
niet? Lossen jullie wel eens raadsels
op ook en lees je de rubriek al lang.
Je hebt er zeker heel wat werk aan
gehad!
Corry R-, Marie S., Gerrie R.,
Maartje V., Anna d. B., Giljam L.,
Jan en Izaak B., Corry B., Betsy A.,
Mientje de J., Nelly L., Wim H., Zus
D., Jacoba R., Nanne en Cor N., Jo
han W. R-, Lena B., Willy H., Ber
tus en Dina v. P., Bertha C., Ans v.
d. B., Betsy P., Jo B., Abraham B.,
Maartje Br., Cor en Jan H. Wegens
plaatsgebrek worden jullie brieven
de volgende week beantwoord.
W4m R., Aaltje P., Gemrie R.,
Maartje V., Bertha C., Maarten W.,
Wim H. Lodewijk C. B., Kanel en
Plèr H. De nieuwe raadsels zijn
goed.
Mevr. VENEMA—v. DOORN.
T Januari 1911.