De Erfgenaam van Vering
NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD.
28« JaaFgang. No. 8480
Verschijnt dagelijks, behaWe op Zoa- ea Feestdagen.
MAANDAG 20 FEBRUARI 1911 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERT ENTIËN?
v.._ „9B .-m PBR DRIB MAANDBN: f «A JSSf Van 5 «gels 50 ets.; iedere regel meer 10 Cis. Buiten het Arrondissement
voor Haarlem i&3 Haarlem van 1—5 regels ƒ1.—elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per receL
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der ftWWM iBij Abonnement aanzienlijk rabat. g
gemeente) Jf, Jr\P/ |«ikjAdvertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 26 Cts. per plaatsine:
Franco per post door Nederland1.65 50 Cts. voor 3 ptaatsingln a contant. P pu"B,r!S'
Afzonderlijke nummers0.02 H ttaafidlfeftvJ<J» V n
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.371-5 Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53.
de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA
Warmoesstraat 76—78, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
Het nieuwe Systeem.
Zaterdagavond gaf de H. B. S.-ver
eeniging voor een talrijk publiek in
de groote zaal van de Kroon bet stuk
in drie bedrijven, dat wij onlangs
aangekondigd hebben. Het nieu
we Systeem. In ons berichtje
lieten we destijds den naam van den
schrijver weg, we mogen nu zeggen,
dat het Dr. G. Nolst Trenité is, leeraar
in het Engelsoh aan de H. B. S. met
6-jarigen cursus.
De voorzitter van de H. B. S: V.
heer Cohen Tervaart, heette in een
openingswoord de vereeniging Amici-
tia van leerlingen van 't gymnasium,
de vereeniging Avadia van de meis
jesschool voor M. O., en de ouders,
hartelijk welkom en bracht een woord
van dank aan Dr. P. H. van Moer
kerken voor zijn gewaardeerde mede
werking, en aan den schrijver.
In de pauze werden kransen aan
geboden, namens Amicitia door de
beeren Du Rieu en Boissevain en na
mens Avadia door de dames Marian
ne van de Water en Lieftinck. Door
den heer Du Rieu en mej. Van de
Water werd daarbij het woord ge
voerd.
Toen de voorstelling geëindigd was,
bracht de heer J. H. Sauveur meteen
welsprekend woord hulde aan veree
niging cu schrijver en buod namens
eenige vrienden en vereerders een
Ir aaien lauwerkrans aan.
Daarna deden de jongelui, van wie
begrijpelijkerwijs de zaal voor een
groot deel vol was, een vroolijk
dansje.
Dit is het officioele en droge relaas
van wat er feitelijk is voorgevallen.
Wij mogen het daarbij niet laien,
iwant deze voorstelling was in menig
opzicht zeer ongewoon.
Omdat
de zaal al een week van te voren
totaal was uitverkocht
op de toegangskaart een taalfout
stond (de lieer Zuidema geeft er vast
niet meer dan een vier voor)
de schrijver niet te bewegen was,
om op het tooneel te verschijnen
jongelui beneden de achttien jaar
optraden, die verdienstelijk konden
zingen.
Weliswaar had de schrijver ons
vooraf op iets zeer ongewoons voor
bereid. Zooals bij de oude Grieken
en Romeinen, liet hij zijn stuk voor
afgaan door een proloog, waarin o.a.
wordt meegedeeld
In 't kort. moet een goed stuk een
beeld van 't leven geven.
Dan is dit géén goed stuk, want 't is
géén beeld van 't leven.
Wij toonen en ik hoop. dat 't
niemand tot verdriet is,
Niet wat liet leven is, maar wat het
leven niet is.
Het eerste bedrijf is een vergade
ring van de Commissie van toezicht,
waarin een nieuwe leerRor, de heer
Nieuwlicht, zijn nieuw systeem van
onderwijs uiteenzethet tweede een
samenkomst van leerlingen, die een
telegram in handen krijgen, waaruit
blijkt, dal Nieuwlicht niet in functie
zal treden, omdat hij naai' Amerika
vertrekt. Zij besluiten, dat een hun
ner zicii voor Nieuwheid uitgeven en
diens systeem in de school toepas
sen zaL
In het derde bedrijf wordt dat plan
netje uitgevoerd en alles is mooi aan
den gang, wanneer Nieuwlicht, die
de reis naar Amerika heeft opgege
ven, plotseling toch verschijnt eu de
fopperij uitkomt.
Wat is nu dat nieuwe systeem
Nieuwlicht beschrijft het in de eerste
acte aldus
„Deze eeuw staat in het toeken der
vrijheid. En is de vorige eeuw
eeuw van het kind, deze is de eeuw
van den leerling. Vrijheid, persoon
lijkheid, karakter, dat is het wat de
jeugd noodig heeft, als ie de maat
schappij binnentreedt. Zou het
goed zijn, de leerlingen hier in
nauwe keurslijf te persen van den
dwang, om hen plotseling de wereld
in te zenden, los van alle banden,
vrij van alle regels
En hij licht dat nader toe: „nooit
die onderwerpen aan te roeren, w
over de les handelt, want niets is
voor de leerlingen zoo nieuw als het
geen ze al weten. Men kan alleen die
dingen helder uiteenzetten, die men
zelf niet meester is. Eerst dan ziet
men er alle moeilijkheden van
kan men zich verplaatsen op het
standpunt van den leerling. Maakt de
leerling geen enkele fout, dan krijgt
hij onvoldoende. Dat bewijst, dat hij
alles machinaal uit 't hoofd geleerd
heeft en er dus waarschijnlijk niets
van begrijpt. Niet de leerlingen zul
len veel leerén, maar de leeraren. De
leerlingen weten minder als ze van
school afgaan, dan toen ze er opkwa
men. Zijn ze eenmaal door hun eind
examen, dan weten ze niet eens
meer, dat ze niets weten en dit wis
ten ze vroeger weL
Dit is het merkwaardige systeem,
dat de leerling, als Nieuwlicht ver
momd, in 't derde bedrijf toepast. De
leerlingen komen op rolschaatsen bin
nen. praten over alles waar ze lust
in hebben, rooken cigaretten. De
leeraar wordt bij zijn voornaam K o-
b u s genoemd, is op allerlei wijs on
derdanigheid verschuldigd aan de
leerlingen en laat aan dezen over te
bepalen, wat zij wenschen te behan
delen: de keus valt op een verhaal
van de Wilsons. Dat de leerlingen
hun eigen cijfer bepalen, komen en
gaan wanneer ze verkiezen, spreekt
van zelf, dat er een biljart is in de
school en een dameskapel, om de
omgeving met schooue muziek op to
vrooiijken, behoort ook al tot het
nieuwe systeem.
onderwerp zou niet
kunnen worden tot een stuk in drie
bedrijven, waarover niet enkel leer
lingen, maar ook leeraren, vaders en
moeders van leerlingen Zaterdag-
oud onbedaarlijk hebben zitten
lachen, wanneer bet niet in een aar-
digen vorm was gegoten.
Dr. Nolst Trenné heelt er woord
spelingen, grappen, aardigheden over
rondgestrooid, totdat het er zoo vol
zat, als een Paaschbrood met
krenten. Dat begint op 't programma
en eindigt pas als het scherm zakt,
dat kun je niet oververtellen buiten
het verband van 't stuk. De militaire
tual van den geueraal, bet Latijn van
Prof. Boekius en het geteem van juf
frouw Leliëukrans, die wel wal al
te sentimenteel is voor oon lid van de
schoolcommissie, zijn even fraai als
de betoogen van Jaantje, de dienst
bode, die nota bene ook nog aan 't
zingen gaat, op de wijze van Speen-
hoffs „Vegetariërs zijn menschen..."
's Morgens even hallef zeven.
Dan begint het lieve leven,
'k Slaap nog half, maar word wel
wakker,
Door het luien van den bakker,
'k Neem een bruintje eu een witje.
Net een oogeublikkie zit je,
Koppie koffie wil je drinken.
Hoort derek de bel weer klinken,
't Is de melkboer, die wil weten,
Hoeveel melk ik ben 't vergeten,
Door m'n zorg voor 't jongste kindje,
'k Neem een kan maar en een pintje
Nee, 't is niks gedaan voor mijn,
Om de meid alleen te zijn.
Er dóen meer van de spelers aan
poëzie. Een van de leerlingen ont
houdt droge leerstof, door die op 'mu
ziek te zetten. Bijvoorbeeld:
't Caoutchouc artikel, dat 't kiesrecht
beJieerscht,
In zeven en tachtig bedacht,
Dat eischt van het kiezerskorps dit
allereerst:
Het zij van 't manlijk geslacht.
En dan, dat de kiezer een Neerlander
zij,
Minstens 23 jaar, ingezeten er bij,
En kentcekens moeten er dan in de
wet,
Va'n geschiktheid en welstand gezet.
Zoo behandelt hij zelfs de scheikun
de. En wat zijn Duitseh betreft, dat
wil de leeraar in dit vak niet meer
hooien, s&dert hij de volgende ont
boezeming heeft gehouden„Nimjno
rnich nicht kwalich, mijnheer, das
ick was laasz bin, ich keiche alzeit
auf der kloch auf der Markt, a"
die ist von tag achzer und Dollee hat
nicht gebellt."
Wat het Fransch aangaat, toen de
leeraar hem zei „je kunt aan de
■oorden h o o r e n, van welk ge-
slachl ze zijn, daar heb je bijvoor
beeld het brood 1 e p a i n", vroeg hij:
„mijnheer. wat is konijn in 't
Fransch „Lapin", en daar zat
ie. „Jawel zegt ie, „maar dat is u
uitzondering, maar over 't algemeen
gaat het op ie pèrc, la mèr e."
Maai' de leerling vraagt daarop
„mijnheer, wat is ook weer het paar
en de burgemeester in 't Fransch T'
„La pa ire eu Ie ma ire' en
toen is ie maar over wat anders be
gonnen.
Bij deze passage kon je den lieer
Sauveur wel in zijn keel kijken en
zag meteen, dat deze spotternij mot
zijn taal, hem niet in de verkeerde
geschoten was.
Maar 't meest steekt de schrijver
den draak met de taal. die hij zelf
onderwijst, bet Engclsch. Daarvoor
moet je letterlijk vóór den spiegel je
spraakorganen in gereedheid bren
gen, zoodat je als je in Engeland in
t water valt, ai verdronken bent,
vóórdat je naar de regelen van de
klankleer, om hulp hein kunnen roe
pen. En de th, afgrijselijk struikel
blok voor ieder, die Engelsch leert,
kun je oelenen in woorden als
Pothoven, Piethein, nathals en put
haak.
Wij geven het citeeren op. Wie
ischt er nu in een aquarium En
binnen een poosje zal de firma Tjeenk
iflink Zoon het nieuwe systeem
itgeven.
Maar in herinnering brengen mo
gen we toch, wat een gejuich er op
ging, toen op het tooneel de concier
ge Dollee, niet nagemaakt, maar
zelf, in eigen persoon, op zijn gewo
nen toon en met zijn gewoon gezicht,
de absenten opgeven kwam. Maar
in verband met den aard van het
stuk dezen keer niet die van de
leerlingen, maar van de leeraren
Gezegd mag worden, dat er door
bijna allen zeer goed gespeeld is. De
spelers hadden pret in liet stuk, de
schrijver zal plezier in de spelers go-
had hebben.
Wij veronderstellen zoo, dat toen
de mare van deze parodie bekend
we ixl, hier en daar een leeraar be
denkelijk het hoofd zal hebben ge
schud en gevraagd„Kan dat wel
loopt ons prestige geen gevaar, wan
neer wij zelf zoo n dolle grap van een
omgekeerde wereld schrijven of mee
zien opvoeren 7"
Die bezwaren worden niet meer ge
hoord. Leeraren en leerlingen hebben
zich kostelijk geamuseerd, do direc
teur zelf, de heer Van Mourik Broek
man, is er den heelen avond ge
weest en heelt daarna feestelijk de
danspartij geopend.
liet nieuwe Systeem van Dr. Nolst
Trinité is ecu grap.
Natuurlijk.
Maar is T niet een toeken des tijds,
dat die zonder bezwaar opgevoerd
worden kan
De ouderwetsche schoolmeester, die
zoo héél hoog boven, maar dan ook
zoo héél ver van zijn leerlingen af
stond, is wèl dood en begraven.
Beter verhouding is ontstaan, ge
moedelijker en aangenamer, ton ba
te, meenen wij, van het onderwijs. En
een prestige, dal er tegen kan om
samen gezelligjes de ernstige school-
zaken voor een enkelen avond eens
op him kop te zetten, is wel het ware
prestige.
Eén ding is ons nog niet gebleken
Wanneer is de tweede opvoe
ring
Buitenlandsch Overzicht
Het geschil in het Verre Obsten is
nog niet opgelost. Men weet. dut Rus
land een nota met 6 eischen naar de
Chineesche regeering gezonden heeft.
Het was een soort ultimatum Nu
wordt er al iets meegedeeld over
CHINA'S ANTWOORD OP DE RUS
SISCHE NOTA,
dat heden verzonden zal worden.
Vermoedelijk zal het antwoord de ge
grondheid van sommige klachten niet
erkennen, maar eenige als gerecht
vaardigd beschouwen, b.v. die, betref
fende de exterritorialiteitsrechten.
Ook erkent China het recht, dat Rus
land heeft, consulaten in het léven te
roepen, wanneer deze voor handels
betrekkingen noodzakelijk zullen blij
ken te zijn. Tot nu toe is dit evenwel
nog niet het geval. Ten slotte ver
klaart China, dat het getrouw blijft
aan de grondslagen van het tractaat
geen uitbreiding daarvan wenscht;
het blijft verzoeningsgezind en be
treurt ttó verandering, die in de Rus
sische politiek heeft plaats gehad.
Rusland zal niet dit antwoord wel
licht geen genoegen nemen. Het ge-
'olg zal zijii, dat er nog eenige ile
a's gewisseld zullen worden, maar
met wat geven en nemen van beide
kanten, zulten de twistende partijen
el tot overeenstemming komen.
Gelukkig benoeft aan oorlogsgevaar
voorloopig nog niet gedacht te wor
den. Wel kali ook deze strijd be
schouwd worden als een onderdeel
van het groute vervormingsproces,
dat zich thans in het Verre Oosten
afspeelt, en waarvan de Russisch-
Japansche oorlog, de annexatie van
Korea en de spoorwegpolitiek in
Mantsjoerije onderdeelen zijn.
HET GEBIED, WAAR DE STRIJD
OM LOOPT,
is de lli-streeli. Deze ontleent haar
naam aan de rivier de Hi, die aan de
Narutpas op 85 gr. O.L. en 43 gr.
N.B. ontspringt en uitmondt in het
Balsjasjmeer in het Midden-Aziati
sche laagland. Het dal der rivier
wordt in het noorden begrensd door
de Borochoro-keten, ten zuiden door
het Esjientsjan-gebergte. die in de
Naratpas samenkomen. Het in den
bovenloop van liet dal gelegen gebied
heet naar de voornaamste plaats
Koeldsja. Het beslaat een oppervlakte
van 59.925 vierk. M. en heeft ongeveer
130.000 bewoners, meest Tarantsji en
Kirgiezen. maar ook Sibo, Kalmuk-
fcen, D8oengaren, Mandsjoe. Chinee-
zen, Solouen en Russen. De land
streek onderscheidt zich door goede
bevloeiing, zacht klimaat en vrucht
baren bodem gunstig van de omlig
gende gebieden. In de dalen van de
Ili en van haar zijrivieren groeien
graan, rijst, katoen, wijn en verschil
lende vruchten. Het meer bergachtig
gedeelte bevat weiden, waar rundo
ren, schapen, paarden en kameelen
overvloedig voedsel vinden, de dichte
wouden herbergen wildzwijnen, her
ten en beren, in de bergen zijn ijzer,
koper, zilver, zwavel en steenkolen te
vinden.
De hoofdstad Koeldsja, ook Koera,
Ili en in het Cbineesch Weijoen ge-
heeten, is gebouwd door de Mandsjoe-
riische veroveraars en wordt heden
ton dage grootondecls door Mandsjoe
bewoond.
Ter bescherming van den Russi-
schen consul daar ter stede ligt er
zelfs in vredestijd een vrij talrijke
Russische troepenmacht.
Tweeduizend bewoners van Koe Ids
ja zijn Mohammedanen behalve de
vele moskeeën vindt men in deze stad
echter ook nog twee Boeddhistische
tempels, een Roomsdi-Katholieke en
een Grieksch-Katholieke kerk.
Hoewel er een ■zeer' bloeiende indus
trie is, ontleent de stad toch haar
grootste beteekenis aan het feit, dat
zij het vereenigingspunt voor den
handel van geheel westelijk Mongolië
is. De karavanen van Bochara, Kho-
kand. Kansoe en het Chineesche en
Siberische achterland komen daar
nameliik bijeen.
Het is dus toch waar 1 Wolffs bu
reau verneemt de bevestiging van het
bericht, dat de koning van Engeland
den Duitschen keizer en de keizerin
heeft uitgenoodigd, dc plechtige ont
hulling van het gedenkteeken voor
koningin Victoria bij te wonen. De
uitnoodiging is dankbaar aangeno
men.
Do 6telling in het bericht, wat het
woord „daukbaar" betreft, is wel iet
wat eigenaardig 1
De leger-conmiissie der Oostenrijk-
sche delegatie lieelt de credieten voor
de marine goedgekeurd. Zij noudigde
de regeermg uit, krachtig de pogin
gen ton gunste een er algemeene ont
wapening en de ontwikkeling van het
Haagsche Hof van Arbitrage te steu
nen. maar verwierp een voorstel, om
met Italiè onderhandelingen te ope
nen over een heperking der maritie
me toerustingen.
TURKIJE EN BULGARIJE.
Dezer dagen is het voorloopig han
delsverdrag tusscheu Turkije en Bul
garije geteekend.
Deze aanleiding tot oneenigheid in
dus weer weggenomen.
Grens incidenten blijven zich even-,
wel voordoen. Nu is weer de grens
wacht bij Pephitsj door een troepje
Bulgaarsche soldaten beschoten.
Twee Turken werden gedood. De
Turksche soldaten beantwoordden
het vuur en verwondden drie Bulga
ren.
DE GRONDWETSHERZIENING IN
BULGARIJE
vordert nu snel. De Sobranje nam in
derde lezing het ontwerp tot wijzi
ging van de Grondwet aan.
UIT GRIEKENLAND
wordt geseind De minister-president
Venizelos heeft in de Kamer de ge
ruchten van de instelling eenor dicta
tuur tegengesproken.
Zoo erg is de toestand in Grieken
land blijkbaar dus nog niet
VERBANNINGEN UIT PORTUGAL.
De ex-ministers José Azoredo en
Joar Cotinho zijn om politieke rede
nen uit het land verbannen.
Alzoo meldt een telegram uit l issa.
bon De bijzondere omstandigheden,
die tot de verbanning aanleiding heb
ben gegeven, worden niet genoemd
DE RUST IN HET DUÏTSCHF.
GEBIED PONAPE
is nog altijd niet. teruggekeerd. Er is
zelfs in de laatste dagen weer flink
gevochten.
Volgens een officieel bericht heeft
een landmgskorps van de „Emden",
de „Connor au' en de „Nürnberg"
een stormaanval gedaan op een vijan
dige stolling. Daarbij zijn een luite
nant en een matroos gedood, terwijl
drie matrozen zwaar gewond wer
den. De vijand is verdreveu, zijn ver
hozen worden met opgegeven, maar
zullen vermoedelijk zeer belangrijk
zijn.
Nu hebben zich tal van opstande
lingen overgegeven, waaronder zes
raddraaiers. Men verwacht, dat de
krijgsoperaties op Ponape thans spoe
dig geëindigd zullen zijn.
HET PESTGEVAAR VOOR
EUROPA
is thans ook in het Pruisische Huis
van Afgevaardigden besproken.
Bij de bespreking van de begroo-
ting voor den gezondheidsdienst, zei
de geheimraad Kirchner, dat het uit
breken van de pest in Mondsjoerije in
de geheele wereld groote ontsteltenis
heeft veroorzaakt De ziekte is ver
spreid over een buitengewoon groot
gebied niet slechts in Azië en Ame
rika, maar in Egypte en zelfs in Eu
ropa is zii in den jongsten tijd voor
gekomen. Eenige weken geleden wer
den te Londen drie gevallen gecon
stateerd. door ratten op schepen over
gebracht Een door de regeering uit
gezonden commissie zal de noodige
maatregelen overwegen.
„Wij zijn evenwel overtuigd", zoo
zei de geheimraad, „dat er geen ge
vaar bestaat, dat de pest naar
Duitschland overgebracht zal worden.
In alle Noord- en Oostzee-havens zijp
quarantaine-stations ingericht en da
wet tegen besmettelijke ziekten doet
voldoende middelen ter bestrijding
aan de hand. Wij zijn in staat da
schepen, die uit besmette streken ko
men, met. de grootste nauwlettend
heid te onderzoeken. Evenals het ons
gelukt is, de cholera te bestrijden,
zullen wij ook slagen in dc afwering
van de pest. (Toejuichingen).
PESTCEVALLEN IN ARABIè.
Twee pesigevallen, waarvan een
met doodelijkcn ufloop, zijn te Djed-
dah geconstateerd.
FEUILLETON
Naar het Engelsen
door
CHARLES ÜARVICE.
Ja, antwoordde hij, terwijl hij
haur hand losliet en op een stoel
naast de sofa ging zitten. Ik ben
pas aangekomen, half per trein, en
half te paard. liet is heel laat en ik
kom zoo onverwacht. Ik hoop, dat ik
niet onwelkom ben, voegde hij er
glimlachend bij.
Waarom is u niet eerder geko
men luidde haar antwoord, ter
wijl zij haar oogen ophief eu ze op
hem vestigde.
Voor een oogenblik antwoordde hij
piet. Iets in de donkere oogen weer
hield hem van spreken.
Ik aarzelde hij heb het heel
druk gehad. Ik wist ook tenminste
ik hoorde dat je heel gelukkig
waart, en je niet verveelde; dat je
veel uitging, en daarom moest mijn
plicht het van mijn neiging winnen.
Ofschoon de phrase vlot genoeg
werd uitgesproken, miste zij haar ge
wonen oprechten ernst, en zijn ge-
maakte toon van spreken ontsnapte
niet aan haar scherp gehoor.
Je hebt bij Lord llarecourt ge
dineerd, ging hij voort, blijkbaar
om toch iets te zeggen. Hij is een
bijzonder man
Waarom is u nu gekomen
viel zij hem zacht en rechtuit in de
rede.
Ik ben gekomen om je vaarwel
te zeggen, Cora, zei hij, met een
gemaakt onverschilligen glimlach.
Je kent mijn oud geloof, dat de Ve
rin gs afstammen van den Wandelen
den Jood. Ik ben meer dan ooit in
dat geloof gesterkten omdat het
niet helpt, te vechten tegen een ge-
erfde neiging, ga ik maar weer op
Waar gaat u heen vroeg zij.
met bleek en meelijwekkend gelaat.
Wel, naar Afrika, zeïdc hij,
na een jyauze. Dat zal wat nieuws
voor mij zijn, en Maar Ik ben niet
in Buckinghamshire gekomen om
over mijn reis te spreken, Cora, maar
om het een en ander over zaken met
je te onderhandelen.
Hij zweeg on zij trok, licht huive
rend, haar bontmantel stijver om zich
heen.
- Ben je koud vroeg hij, naar
het venster kijkend.
Ja, een beetje, antwoordde zij
glimlachend. Deze heeft ons al zoo
veel andere oogenblikken tegen de
koude beschut, nietwaar en zij
raakte den mantel met haar hand
aan.
Ja, zei hij, in gedachten ver
diept. Ja, ja, toen keek hij weer
op. Cora, ik heb voor a'les ge
zorgd alles wat ik maai- kan be
denken, dat je van eenig nut zal kun
nen zijn, en ik denk, dat je het land
goed volkomen in orde en goed be
heerd zult vinden, totdat ik terug
kom. Ik wilde niet heengaan alvorens
te weten, dut je persoonlijk welzijn in
beter handen is dan de mijne.
Hij keek haar met een vriendelijken
glimlach aan en zweeg even, toen hij
in antwoord daarop haar vragenden
bli.k opmerkte.
Gisterenavond sprak ik Charlie.
Ik zie hem overigens niet veel; maar
ofschoon ik er niet naar vraag en hij
mij ook niet vertelt waar hij zijn tijd
doorbrengt, kan ik het wel raden.
Charlie en ik zijn meer dan broers
voor elkaar geweest, zijn geluk is het
mijne en zijn geluk is groot en zal
nog veel grooter worden.
Een oogenblik klonk er iets pijn
lijk droevigs uit zijn stem en keek hi\
haar met een verlangenden blik aan;
maar haar oogen, die nog op zijn
gelaat gevestigd waren, bleven den
zelfden vragenden blik behouden.
Onder zijn hoede kan ik je vol
komen veilig achterlaten. Het is niet
noodig, dat ik je met rechtskwesties
lastig val maar misschien wil je
mii wel beloven, Cora, dat je voortaan
op de Woid gaat wonen. Ik kan de
gedachte niet verdragen, dat de oude
plaats na dit kort oogenblik van
zonneschijn weer tot baar somberen
toestand zou terugkeeren. Ja, veel
nachten zal ik er aan terugdenken,
dat jij nu dat goede, oude huis met
je schoonheid opvroolijkt
Hij zweeg plotseling, herinnerd aan
den zin van zijn opgewonden woor
den door den heftigen blos op haar
gelaat en den verschrikten blik in
haar oogen.
Ik Vergeef mij. Cora, het is
te laat voor lange vertoogen maar
je belofte zou ik zoo graag hebben.
Jij zult op de Wold wonen, terwijl ik
weg ben, en dat zal voor vele jaren
zijn misschien wel voor altijd.
Op de Wold wonen zei ze.
Ikalleen
Neen. maai' als jij en Charlie
getrouwd zijn.
HOOFDSTUK XXXIII.
Zij antwoordde niet, maar de blos
op haar wangen verdween langza
merhand.
Je weet dat Charlie, ging hij
voort, alsof hij nu onder woorden
bracht wat hij al lang geloden had
uitgewerkt ln zijn gedachten, zal
heel waarschijnlijk na mij Graaf van
Vering zijn hij zal den titel krijgen,
hel oude huls enjou Kom, Co-
ra, je ziet wel, dat het verreweg het
beste is, dat het oude huis niet ver
laten zal blijven, totdat ik er niet
meer ben zeker begrijp je toch wel,
dat je mij een dienst zult bewijzen
door het warm en gezellig te hou
den, totdat ik terugkom. Wil je mij
dat beloven
Ja. zei ze. met een vreemden
glimlach. ik beloof, dat ik op de
W old zal gaan wonen als ik met
Charlie getrouwd ben.
Hij scheen voldaan en terwijl hij
naar een kleine Franschc pendule
keek. stond hij met zijn ernstigen
glimlach op
Ik moet je niet te lang uit «het
bed houden. Ik ben bang, dat je heel
erg vermoeid bent, voegde hij er
met een peinzend-toederen blik bij.
Je moet beloven, dat je met uitgaan
in het komende seizoen niet te veel
van je krachten zult vergen. Ik zou
niet graag willen, dat ik bij mijn te
rugkomst een Londensche lelie vond
in plaats van het wilde roosje, dat
ik eens meebracht „in mijn hart",
was hij op het punt van te zeggen,
maar in plaats daarvan klonk het
„op mijn zadel
Vlak voor haar staande, stak hii
zijn hand uit. Heel bedaard legde zij
■haar gloeiend handje er in.
Goeden dag, Cora zeide hij
bijna schor. Toen brak zijn stem.
Cora, zul je mij niet vergeten Zul
je denken aan den ouden tijd, toen
wij samen honger loden en worstel
den in de sneeuw zul je zoo nu en
dan eens aan mij denken, als ik ver
weg ben, Cora
Terwijl zijn baud zich steviger,
bijna pijnlijk, om de hare klemde,
boog zij zich voorover en keek hem
in het gelaat met oogen, die alle ver
dere woorden, alle gedachten ver
dreven.
U zal niet gaan, zei ze op
zachten toon. U zal niet heengaan!
Houd mijn hand vastEens was u
njet bang, mij tegen uw hart gedrukt
te houden. Ben ik dan Cora niet
meer Maar luister Dit is mijn plan
voor de toekomst. U zal niet naar
Afrika gaan, mijn dappere, maar u
zal Lilian Devigne trouwen en in
mijn plaats op de Wold wonen.
Percy sprong overeind met doods
bleek gelaat en verwrongen trekken
maar zij legde hem met een gebaar
het stilzwijgen op.
En mijn broeder, die beste, open
hartige Charlie, die nooit iets anders
dan een broeder voor mij geweest Ss.
my lord, zal nooit, zoolang Mary Dar
lington leeft, mijn echtgenoot wor
den.
Percy stak zijn hand op alsof er
een sluier voor zijn geestelijk ge
zichtsvermogen was weggetrokken en
het helle licht hem nu deed duizelen.
Cora riep hij uit, droom:
IK of doe JIJ het O neen. ik zie dat
het waar is 1 en hij greep haar
hand.
(Wordt vervolgd).