NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
KONINGIN HELENA
28e Jaargang. No. 8519
Verscttfjnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
DONDERDAG SO MAART 19X1
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN A D V E RTE N T I N:
Voor Haarlem PBR DRIB maanden; '3$Ê£~ Van 1—5 regels 50 Cis.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
VWd,d»^V*,WM, wak, eeó Age'n, gekeskigd is (hom dek J
Franco^fer post door Nederland' J 50*0?^'aXSfn4 ctlanf' hooes,MS zes re8eIsr 25 Cts. per plaatsing;
Afzonderlijke nummers0.02H V SU Us. voor d plaatsingen a contant.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.3714 tJJ^ Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53.
dc ontstaken en franco per poel ,0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en derAdministratie724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Ëoster. Directeur .1. C. PEEREBOOM.L,-è> JDrukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentic-Bureau^DT yTaLTA
Warmoesstraat 7678, Amsterdam. Telephoon interc. 6229.
TWEEDE BLAD.
OM OtNS HEEN
No. 1335.
Nabetrachting van den
gemeenteraad.
Fonteinbeslissingen behooren tot
die dingen, waarvan je nooit vooraf
kunt zeggen, hoe ze in den gemeente
raad uitvallen. Dat komt omdat het
er in den grond van de zaak weinig
toe doet, of er aan het einde van de
Dreef een fontein staat, ja of neen.
Groote belangen zijn er niet aan ver-
(bonden, de argumenten, die den
'doorslag geven, zijn „de traditie
brengt mee, dat daar een fontein is,
het is toch maar heel vriendelijk, dat
Verfraaiing het leelijke ding voor
haar rekening wil laten opknappen."'
En daar een mensch voor zulke mo
tieven den eenen dag gevoeliger is,
dan den anderen, ponder dat hij weet
waarom, is Woensdagmiddag met 16
tegen li stemmen besloten tot behoud
van de fontein, terwijl moest de
zaak om de een of andere reden zijn
uitgesteld veertien dagen later de
uitslag, desnoods ook met 16 tegen 14,
precies andersom had kunnen zijn.
De fontein blijft dus en bovendien
was de Raad gunstig gestemd voor
het aanbod van Verfraaiing, met
welks bestuur B. en W. nu zullen
gaan overleggen. Hoe dat afloopt,
zullen we afwachten er kan natuur
lijk niets tegen wezen, dat een parti
culiere vereeniging een gemeentelijke
zaak steunt, die met haar doel ver
band houdt. Indertijd heeft de ge
meente ook wel een bijdrage aange
nomen van personen, die belang
hadden bij de vernieuwing van de
brug over de Ringvaart. De vraag is
natuurlijk, of er met een redelijk be
drag iets van deze oude fontein te
maken valt. Is er een groote som
voor noodig, dan kan allicht beter
een paai- jao.r gespaard en dan een
nieuwe fontein gesticht worden. Dit
zullen natuurlijk de twee besturen
wel in liet oog houden. We kunnen
dus pas wanneer het verbeterings
plan van Verfraaiing vaststaat, met
zekerheid zeggen, dat deze fontein
blijft bestaan.
Gebeurt dat, dan zullen we dus twee
fonteinen naast elkaar hebben, een
op de Dreef met een grooteri straal,
voor de groote menschen, en op het
speelterrein voor het Paviljoen met
een kleinen straal, voor de kinderen.
Geografisch zijn daarmee de fontei
nen wel een beetje ongelijk over de
stad verdeeld, want het derde stads-
waterwerk huist op het Frans Hals
plein, als we de drinkfonteinen niet
meerekenen, die toch ook minder uit
bundig haai- water de wereld inzen
den- Overigens zijn al die water-
leverende instrumenten precies op
hun plaats xn een land, waar het
vaker nat dan droog ia
Ik vermoed, dat 's Raads voorzit
ter, die de agenda vaststelt, de water-
quacsties, die hangende waren, maar
heeft willen afdoen. Er was
althans een tweede aangelegenheid,
over de verpachting van het Ilaar-
lemsche vischwater. Deze zaak
voor leoken niet altijd even duidelijk.
De tegenwoordige pachter zegtgeef
mij het heale vischwater opnieuw,
dan kan liet weer vischrijk gemaakt
worden door het uitzetten van goede
vischsoorten. Het bestuur van de af-
deeling Spaarndam der hoofdafdec-
ling Zoetwatervisscherij der Neder-
landsche Heide-Maatscliappij betoogt,
dat de tegenwoordige manier van
bevissching niet kan strekken tot in
standhouding van don vischstand
(wat al standen en dat die ook de
belangen van Haarlem zeer bena
deelt. Dit kunnen de tegenwoordige
pachters in hun vischkaar steken.
Overigens wil het bestuur on
dershands pachten. De Haarlemsche
Hengelaarsbond eindelijk wil een
paar perceelen vischwater voor zijn
leden zien te pachten, waarin dan
ook alleen gehengeld zal mogen wor
den, niet met netten gevischt.
Heb ik de zaak goed begrepen, dan
zal in dezen zin door B. eu W. wor
den gehandeld. Tot mijn genoegen,
want ik geloof, dat wij wat goed te
maliën hebben aan onze liefhebbers
van hengelen. Sedert Beets is de hen
gelaar in minachting gekomen, maar
hij kan zeggen „van Pel begint de
victorie", want deze professor heeft
het hengelen aangeprezen als een
aangenaam vermaak, dat do zenuwen
tot rust brengt behalve die van den
gevangen visch natuurlijk, die zich
evenwel nog nooit een protest heeft
laten ontglippen. Een van mijn vrien
den, geheel in de Pelsche lijn, iemand
die de heele weok door zijn heldere
hersens ten beste geeft aan een
vruchtdragend onderwijs, rust van
■het door-de-weeksche vossen uit in
het Zondagsche vissclien en vertelt
daarbij enthousiast van het mooie
landschap en de heerlijke atmosfeer
om je heen. Wat mij betreft, zonder
den beroepsvisscher, die nu eenmaal
krachtens zijn vak niet te kieskeurig
kan wezen op afmetingen van visch,
het leven onmogelijk te maken, zeg
ik gedenkt de hengelaars I Laat ons
een tak van sport, die velen liefheb
ben, niet onmogelijk maken.
Daarmee was evenwel het water
ballet in den Raad nog niet aan een
eind. Het derde bedrijf was de leve
ring van duinwater aan Haarlemmer-
liede en Spaara wou do. In de overeen
komst staat, dat er niet meer water
zal worden geleverd por hoofd, dan 1
aan de Haarlemmers geschiedt, een
bepaling, waarop de lieer Modoo
vuur vatte, 't Zou niet voorkomen,
meende hij, en als het gebeurde, was
toch niets aan te doen.
De heer Modoo is een gelukkig
mensch. De contracten van langen
duur, die hij in zijn leven heeft moe
ten maken, zijn blijkbaar alle goed
uitgekomen. Anderen, ik ken er, heb
ben onaangenamer ervaring, namelijk
dat in zulke overeenkomsten gewoon
lijk, na eenige jaren, juist de bepa
ling blijkt te ontbreken, die het aller
meest noodig zou zijn geweest. Daar
om is het nuttig, nooit een bqpaling
wegens overbodigheid uit een con
tract te lichten niemand weet voor
uit, wat noodig en wat overbodig is.
Met de auto's van de Atax-maat-
schappij te Amsterdam raakte de dis
cussie weer op den vasten wal. B.
en W. vinden het een gelukkige zaak,
dat deze Maatschappij auto's in Haar
lem station neeren gaat en daarmee
kunnen we het zeker eens zijn. De
auto is het gewilde vervoermiddel
voor dezen tijd, onze stad krijgt een
zeker cachet door hunne aanwezig
heid, en het staat te voorzien, dat
bij stadgenoot en vreemdeling wel in
den smaak zullen vallen, wanneer
maar met de directie een matig tarief
kan worden bedongen. Zij zal daar
toe wel meewerken, omdat het haar
eigen belang is, de auto in Haarlem
ingang te doen vinden.'
De heer Van Styrum zag in het
voorstel evenwel een onbillijkheid je
gens de huurkoetsiers, omdat maar
één gulden recognitie van elke auto
zal worden geheven. Misschien heb
ben we hier een staaltje van den
kringloop der dingen. Er is herhaal
delijk en voortdurend, pas nog in de
vergadering van Verfraaiing,
geklaagd over het onvoldoende gerij
aan het station, over de ruzies van
koetsiers op de Groote Markt. Niet
onmogelijk is het, dat de Atax-direc-
tie van deze klachten gehoord en
daarin juist aanleiding gevonden
heeft, een voorstel aan den Raad te
doen Moeten we dan nu, terwijl we
•het betere konden krijgen, dat in ge
vaar brengen door do reoognitie te
vervijfentwintigvoudigen Ik weet
wel met f 25.per auto en per jaar
wordt de rekening van den onder-
niet goed of slecht, maar me
nige zaak, die over groote sommen
liep, is afgesprongen, omdat een on-
noozele gulden meer gevraagd werd,
dan de weerpartij wilde geven. Daar
om spijt het mij niet, dat het voorstel
van den heer Van Styrum verwor
pen is.
En zijn de auto's eenmaal daar,
dan zullen waarschijnlijk door de
huurkoetsiers wel beter paarden' en
sierlijker rijtuigen gebruikt worden,
om de concurrentie te kunnen aanbin
den. Zoo kan de verschijning der
Ataxen voor Haarlem een dubbel
'oordeel zijn.
Dat de Raad metterdaad eenstem
mig voor de openbare speelplaats Ls,
heeft hij getoond door zonder debat,
zonder hoofdelijke stemming, het
speelplaats-voorstel aan de Leidsche-
vaart goed te keuren. Bravo! De
quaestie van de exploitatie door den
Bond voor Lichamelijke Opvoeding
komt nu ook wel in orde.
Aan het einde van de vergadering
heeft de heer Bregonjè opnieuw be
twijfeld, dat het hoofd van de school
voor zwakzinnigen uitdrukkelijk ge
wen scht heeft, ambulant te worden.
Toch had de wethouder van onder
wijs dit in de vorige vergadering ver-
kiaard met deze duidelijke woorden
de man snakt er naar!
In liet verslag (ik heb door onge-
steldlieid deze vergadering niet kun
nen bijwonen) scheen mij de heer
Bregonje evenwel niet heel duidelijk
in zijn verklaringen, welke indruk
bevestigd wordt door de opmerkin
gen van den voorzitter en diens uit
nood i ging, om het bedoelde op schrift
te brengen. Is dit eenmaal geschied,
dan zal natuurlijk wel blijken, dat er
misverstand is de heer Loosjes is in
't geheel geen man om een zoo beslis
te verklaring af te leggen, w;
hij daar niet volkomen zeker v
J. C. P.
CuitenianJsch Overzicht
ARBITRAGE.
Er wordt zulk een voortgang ge
maakt met het ontwerpen van hét
Bngolsch-Amerikaiinsclie urbitrage-
verdrag, dat president Taft vertrouwt
het nog in de aanstaande buitenge
wone zitting bij don Senaat te kunnen
indienen.
De samenstellers van het verdrag
hopen het te maken tot een model
voor toekomstige verdragen. Het zal
arbitrage voorschrijven voor vrijwel
alle geschillen, die zich kunnen voor
doen.
President Taft verheugt zich thans
reeds op de goedkeuring van het ver
drag, dat hij beschouwt, als een der
grootste successen van een ambts
tijd.
Hij hoopt, dat Frankrijk en andere
Europeesche mogendheden le eeniger
tijd een zelfde verdrag zullen sluiten,
waardoor een oorlog met Amerika
bijna tot de onmogelijkheden zou
gaan behooren.
Als dat eens waar was, dan zou
voor de goede zaak van den wereld
vrede al veel gewonnen zijn 1
Do toestand van
DE RUSSISCHE VLOOT
is gisteren in de Doema ter sprake
gebracht. Bij de debatten over de be-
grooting van marine verklaarde de
rapporteur Sawitsj te betreuren, dat
Rusland in de laatste drie jaar, in
vergelijking met zijn naburen, onge
veer niets gedaan heeft. Bij het de
partement van marine ontbreekt het
z. i. aan een vasten wil, om tot een
besliste reorganisatie te komen.
Do adjunct-minister van marine
antwoordde, dat dit jaar voor het
eerst in de Oostzee een nieuw eska
der wordt samengesteld, dat het be
gin zal zijn voor de verdere ontwikke
ling der vloot.
De aanbouw van nieuwe schepen
kost voor Rusland meer eu geschiedt
langzamer dan in andere landen. Dit
moet geweten worden aan hot ontbre
ken van een program van aanbouw,
dat aan de scheepswerven van tevo
ren werk verzekert, en is ook een ge
volg van den eisch, dat de schepen
van Russische materialen en door
Russische arlxeiders moeten gebouwd
worden
Toch zullen aan de twee in het vo
rige jaar in dienst gestelde Dread
noughts in den aanstaanden herfst
nog twee andere worden toegevoegd.
De onbevredigende staat der geldmid
delen houdt overigens de reorganisa
tie van de vloot legen.
Het departement van marine pro
testeert, zoo vervolgde de onder-mi-
nister, tegen de besnoeiing van de
marinebegrooting door de begroo-
tingscominissie.
Voor de Doema-zitting van Dinsdag
was veel belangstelling, omdat de be
kende
RUSSISCHE REGEERINGS-CRISIS
EN DE HOUDING VAN
STOLYP1N
ter sprake kwamen.
De Octobristen waren blijkbaar te
ruggekomen op bun oorspronkelijk
voornemen om hun mandaten neder
te leggen zij waren althans in groo-
ten getale aanwezig. Een hunner,
Ausep, wist de vergadering te bewe
gen onmiddellijk een einde te maken
aan de debatten over de militaire kre
dieten bij wijze van betooging tegen
de onderbreking van haar werkzaam
heden.
Een andere Octobrist, Sjidiowski,
sprak z n leedwezen uil over de wets-
schendine waaraan Stolypm zich
had schuldig gemaakt. Ook prof. Mil-
joekof oefende scherpe criuek op de
handelwijze van den minister-presi
dent. Pouriskevitsj verklaarde, dat
deze slechts zijn wraak had willen
koelen.
In het algemeen liccrschle cr een
buitengewoon verbitterde stemming
tegen Stolvpin en deze werd herhaal
delijk als „tuchthuisboef" en .,wets-
verkrachter" betiteld.
Zooals een telegram reeds meldde,
j werd het indienen der motie van de
Octobristen omtrent het beleid van
Stolypin en eenige andne van gelijke
strekking met groote meerderheid van
stemmen toegestaan.
In den Rijksraad heeft zich oen ge
heel ander tooneel afgespeeld-
Na het openen der vergadering deel
de Kobyliriski, van de rechterzijde,
mede, dat hij na het driedaagse tic ge
dwongen recès een en ander over den
geschapen toestand in het midden
wilde brengen. De voorzitter dacht
er anders over. Hij viel Kobylinski
in de rede en zei
Hoe moeilijke dagen de Rijksraad
ook heeft door te maken, en welke
verwijten, welke laster ook op reke
ning van den Rijksraad worden ge
bracht, de Rijksraad moet zwijgen,
en mag de vergaderingen in geen ge
val tot het tooneel van politieke de
monstraties maken. Voor den Rijks
raad is slechts één ding van waarde
het vertrouwen van den Tsaar. Ik
bon geluiLkig te kunnen mededcelen,
dat dit vertrouwen niet iu het minst
geschokt is.
De Rijksraad stond op, riep geest
driftig hoera en ging over tot de
orde van den dag.
De samenstelling van
kan nu spoedig verwacht worden.
Men verzekerde in de wandelgangen
van dc Kamer, dat het Kabinet heden
als volgt zal worden gevormd presi
dent en minister van binnenlandschc
zaken Giolitti, minister van buiten-
landsciie zaken San Gnihano, justi
tie Finoccharo, openbare wei ken
Saccbi, schatkist: Tedesco, financiën:
Facta, landbouw Nitti, oorlog
Spingardi, marine Cattoiica, onder
wijs Credoro, posterijen Calissano.
Blijkt deze aankondiging juist, dan
valt het le't te constateeron, dat San
Giuliano, die in het vorige Kabinet
aan buïienlandsche zaken zat, deze
plaats heeft behouden.
In de buitenlandsche politiek van
Italië zal dus wel geen wijziging ko
men.
Bij het herhaalde
FERRER-DEBAT
is het gisteren in de Spaansche Ka
mer nogal warm toegegaan.
Dc afgevaardigde Soriano trachtte
aan te toonen, dat eenige getuigen
verklaringen, ten ongunste van Fer
rer afgelegd, door de rechters zijn af
gedwongen, en dat in het proces
verbaal van de huiszoeking bezwaren
de documenten waren genoemd, die
evenwel door de politie in bet huis
waren neergelegd.
Bij een bediende van Ferrer was er
op aangedrongen, dat hij tegen Fer
rer zou getuigen, waarvoor hem vrij
stelling van den militairen dienst
werd beloofd.
Toen deze beschuldiging door So
riano was gezegd, ontstond er rumoer
op de stampvolle publieke tribune.
Een officier, die den spreker in de
rede viel, werd de zaal uitgezet.
Daarop vervolgde Soriano zijn rede.
Hij vroeg revisie van het proces en
een onderzoek naar het optreden van
den minister-president en den minis
ter van Binnenlandsche ZakeD, die
destijds in functie waren.
In dezelfde zitting kwam de minis-
r van Justitie aan het woord, om de
ministers uit het vorige ministerie,
ilat do Fcrrer-zoak behandelde, te
verdedigen.
De minister verklaarde, dat de ven
nissen van de rechtbanken alleen dan
voor herziening in aanmerking ko
men, wanneer de wet willens en we
tens geschonden is. De zaak-Ferrer
viel onder de militaire rechtspleging,
orndat het een quaestie was van een
oproer.
Mochten enkele voor Ferrer gunsti
ge getuigenissen niet gehoord zijn,
dan is dit daaraan te wijten, dat de
getuigen zich eerst opgaven na den
wettelijk gestelden termijn, of dat
liet vreemdelingen waren, die bij het
gebeurde niet tegenwoordig zijn ge
weest.
Do minister kon verklaren, dat
alle wettel ij k e formali
teiten in 't F e r r e r-p r o c e s
stipt in acht genomen zijn.
Tenslotte was de republikein Alva
rez nog aan het woord. Hij zei, dat
rondom Ferrer een atmospt'y r
van wilden haat had doen ontstj^,
die van invloed is geweest op uen
krijgsraad.
De zitting der Kamer werd opgehe-
Mi. liet Ferrer-debat is daarmede
blijkbaar weer afgeloopen.
In Frankrijk komen nog geregeld
WIJNBOUWERS-OPROEREN
xoi'. Nu weer in "t bijzonder in de
stad Bar-sur-Aube, waar de inwoners
ontevreden zijn, over de door de re
geering getrokken grens voor 't wet
tig erkende champagne-gebied. De
wijnboeren van Bar-sur-Aube willen
ook in dit gebied betrokken worden.
's Middags te 12 uur vertoonde zich
een compagnie soldaten in de stad.
Dat was niet naar den zin der in-
oners. De brandklok werd geluiden
alle wijnboeren uit den omtrek kwa
men naar de stad, om te betoogen.
Te 3 uur werd een optocht gehou
den, waaraan 4000 personen deelna
men. Een gebraden varken werd in
den stoet meegedragen en de dragers
riepen voortdurend triomfantelijk
„Monis is dood". (Monis is de nieuwe
minister-president van Frankrijk).
Plotseling verspreidde zich het ge
rucht, dat de prefect per automobiel
in de stad was gekomen. Daarop
trokken de betoogers naar de onder
prefectuur.
Omdat de deuren niet spoedig ge
noeg werden geopend, werden de
ruiten verbrijzeld eu de driekleur
naar beueden gehaald en vervangen
door de roode vlag.
De prefect kwam eindelijk naar
buiten en beklom de trappen van een
muziektent, om te trachten den troep
FEUILLETON
door
Morice Gerard.
14)
Plotseling liet Ulrike haai' boek op
den grond vullen en kwam er eene
verschrikte uitdrukking op haar go-
laat. Zij hoorde duidelijk om hulp
roepen. Zij snelde naar de deur, en
wierp haar open en ofschoon een
meisje met veel moed en sterke zenu
wen, toch voelde zij haar hart ang-
'stig kloppen en hield zij haar adem
•In, nu zij te middernacht zoo'n on
verwacht geluid hoorde in dat groote
en stille huis.
Ulrike luisterde en hoorde eerst
niets. Toen meende zij beneden in de
richting van haar vaders studeer
vertrek slagen te hooren vallen. Op
een kastje in haar slaapkamer lag
een klein Mauser pistool, het kleinste
dat door de firma gemaakt werd,
maar een, dat goede diensten kon
'verrichten. Ulrike snelde weg en
fnam het mee. Het was geladen en zij
had het kamermeisje gewaarschuwd,
dat zij er nooit aan mocht komen.
Met het pistool in de rechterhand
snelde zij haastig naai- beneden.
Ebenezer Lowenfels was naar zijn
studeerkamer gegaan, zooals het
vertrek, dat de groote financier ge
regeld gebruikte, genoemd werd
beursnoteeringen en grootboeken wa
ren hier echter de eenige lectuur.
Hij had nog wat gewerkt en was
toen, omdat het pianospel van Ulrike
hem zijn dutje had onthouden, in
slaap gevallen. Tegen middernacht
werd die bankier met een schrik wak
ker. Er waren twee mannen in zijn
kamer Prins Alexander van Skiloo
en Graaf Alix Dahl. Zij waren het
huis binnengekomen, door eenvoudig
den knop van do voordeur om te
draaien, want de dienstboden waren
naar bed gegaan, §n Lowenfels sloot
zelf altijd alles af.
Prins Alexander kende heel goed
de inrichting van het huis van den
financier en als Lowenfels niet in de
studeerkamer was geweest, zou hij
hem in zijn slaapkamer hebben op
gezocht. Want in de dagen, toen hij
nog een voondeelige klant was, en
wat aanmoediging noodig had, om
op de gevaarlijke helling verder naar
boneden te gaan. had Ebenezer den
prins dikwijls ontvangen on als een
geëerd gast behandeld. Eerst toen 't
verstandiger werd, geen geld meer af
te geven op xljn bezittingen, was Lo
wenfels met een tegenovergestelde
tactiek begonnen. Het was juist die
verandering in zijn manieren, die
den prins meer dan iets anders woe
dend maakte. Hij bedacht niet, dat
dit onveranderlijk de manier was
van een geldschieter tegenover een
klant, die zich op genade of ongena
de aan hem had overgegeven.
Vlug I riep Alexander tot Alix
en het volgend oogenblik hadden de
twee mannen zich van Lowenfels
meester gemaakt. De laatste uitte een
luiden wanhoopskreet om hulp, en
toen werd hem door den graaf een
prop in den mond gestopt, terwijl
do prins hem eerst de handen en
daarna de voeten bond.
Het slachtoffer keek zijn aanval Iers
aan met een blik vol haat, vermengd
met lafhartige vrees.
Wij zullen je leeren, hoe brieven
te schrijven, dief en huichelaar die je
bont, riep Alexander uit, wiens
gelaat verwrongen was van woede.
Jo wilt je geld met, den interest heb
ben, welnu, dat zul je 1
Zij draaiden Lowenfels op den
stoel om, en terwijl de graaf hem vost
hield, liet de prins een regen ran
slagen met zijn rijzweep op hem neer
vallen. Onder die zweepslagen kromp
het slachtoffer steeds meer ineen, ein
delijk was hij bewusteloos.
De graaf legde zijn hand op den
arm van zijn metgezel.
Nu is het genoeg, Prins, of 8»
soudt hem dooden.
Op dit oogenblik ging de deur snel
open en nu stond Ulrike met een
pistool in de hand tegenover de twee
mannen. Zij keerden zich ora en ke
ken haar aan, en zeker hoeft geen
van 1 >eiden ooit den blik op dat ko
ninklijk gelaat of het vlammen van
die schitterende oogen vergeten.
Het meisje overzag onmiddellijk
den toestand. Ook had zij in de twee
aanvallers van liaar vader twee van
de drie hoeren herkend, die zij dien
middag te paard had ontmoet.
Lafaards siste zij tussohen
haar opeengeklemde tanden. Ge
moogt wel het middernachtelijk uur
uitzoeken voor uw schurkachtige
boodschap Twee jonge kerels om
één ouden man aan te vallen, hem te
binden en bewusteloos te slaan
Die woorden van een vrouw, en
vooral van zoo'n mooie vrouw, sne
den als een mes, de toon van deze
woorden getuigde van grooten smaad
en groote minachting, zelfs nog meer
dan de volzinnen zelf.
Alexander kwam een paar passen
naax voren en mompelde
Wij hebben hem alleen belian
deld zooals hij verdiende behandeld
is worden.
Ulrike hief haar pistool op, en
legde op hem aan.
Beweeg u niet, zeide ze op
een toon van snijdende minachting,
totaal verschillend van haar laatste
hartstochtelijke woorden. Ik heb
met u nog niet afgedaan. Als go u
een van beiden beweegt, hetzij met
de hand of met uw voeten, dan schiet
ik u neer. Ik ben een uitmuntend
schutter, en dit wapen is mij hcele-
maal niet vreemd. Al waart ge op
vijftig meter afstand, dan zou ik nog
kans zien, u te dooden, en ge zijt
wel wat dichterbij.
Zij richtte nu eens het pistool op
den een, dan weer op den ander.
Geen van beiden was een lafaard,
maar zij toonden zich om beurten
weinig op hun gemak, want beiden
begrepen, dat dit voel !>e tee kenende
kleine speelgoed plotseling en zonder
dat het mogelijk was zich er tegen
te verzetten, den dood tengevolge
lton hebben, nu het in handen was
van deze beslist optredende vroinv.
Ik veronderstel, dat u niet van
plan is mij hier tot morgen te hou
den mompelde Alix Dahl schaap
achtig.
0; neen, ik zal u laten gaan,
zoodra ik met u heb afgehandeld, en
u met elkaar ook in het reine is ge
komen. De straf, die gij hndt willen
toemeten, zal u toegemeten worden
Zij richtte haar pistool op den
u misstaat
Alexander was nog in de generaals
uniform, waarin hij met den keizer
had gedineerd en naar de opera was
geweest. De prins aarzelde.
Ik zal tot zes lellen, zei Ulrike.
Als u in dien tijd iets dichter bij
mij komt, zal ik u door de borst
schieten en de wereld geheel van u
bevrijden. Als ge in dien tijd uw tu
nica niet hebt uitgetrokken, zal ik u
door de rechterhand schieten. Daar
door zult ge voor goed verieeren, zul
ke schurkachtige streken met dat
lichaamsdeel uit te halen.
Ulrike telde langzaam, het eenige
geluid was het ongeregeld ademha
len van den bankier en het luide tik
ken van een hangklok in de hal. Het
meisje was volkomen kalm en be
slist. Niemand, die haar even aan
keek, kon ook maar eeu oogenblik
twijfelen, of zij meende wat zij zei,
en zou al haai' bedreigingen woorde
lijk uitvoeren.
De prins lachte zelfbewust, vreug
deloos en verontschuldigend ver
ontschuldigend tegenover zich zelf,
maar toen hij het woord „vier" hoor
de noemen, knoopte hij zijn tunica
los, zoodat het kleedingstuk van zijn
schouders viel.
Men kan een mooie vrouw on
mogelijk afranselen, zei hij met
dikke tong.
U zou mij gauw genoeg een pak
slang geven, als u maar durfde,
antwoordde Ulrike. Nu, mijnheer,
zei ze. zich lot graaf Alix wendend.
nu is het uw beurt. Raap die
zweep op.
(Wordt vervolgd).