RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
Een japaniche
Liefdesgeschiedenis.
Yosliima Nicadote, do handige, Jon
ge schrijnwerker, uit Kohoro, be
vond zich In een lustige positie. Hij
was op oen leeftijd gekomen, en zijn
zaken waren van dien aard, dat hij
zich verplicht achtte het huwelijks
bootje in te stappen, en volgens oud
gebruik raadpleegde hij den nabrodo
of agent, om voor hem een geschikte
partij te vinden, in een Jong meisje
van goede familie.
De agent had op zich genomen, de
zaak in orde te maken en had zijn
vriend do keuze gelaten tusschën
twee allerliefste meisjes, O. Kilhu
Saw of Miss Chrysanthemumen 0.
Gin Saw of Miss Silver.
Terwijl nu Miss Chrysanthemum
een houding bezat, en zoo schoon
was, dat Miss Silver er niet bij in de
schaduw kon staan, waren de ouders
r an het tweede jong© meisje in veel
beter geldelijke condities dan die van
hel eerste. Het was dus voor Yoshl-
ma Nicadote zeer moeilijk, een keuze
te doen.
Daar de ouders van Miss Silver er
zeer op gesteld waren, een goeden
schoonzoon te krijgen, gaven zij den
nabrodo te kennen, dat, zoo hij de
z&ak tol een goed en bevredigend
©inde wist te brengen, hij, behalve
de vastgestelde som, nog een aardig©
beloaning bovendien zou hebben.
Zoo kwam het dus, dat, toen do
nabrodo de zaak aan zijn client uit
legde, hij hem hijzonder attent maak
te op de sociale ein materieele voor-
doelen, die hij zou hebben door een
huwelijk met Miss Silver, een argu-
nient evenwel, dat voor Yoshima
Nicadote de persoonlijke bekoorlijk
heden van Miss Chrysanthemum niet
kon verbergen.
Miss Silver stamt af van een
zeer aanzienlijke familie, bracht
de nabrodo in het midden. Zij heb
ben twee vischvijvers In him tuin en
een bronzen draak.
Maar de oagen van Miss Chry
santhemum zijn als half ontloken
lotus-knoppen, hernam voor de
twintigste maal Yoshima.
De nabrodo werd niet boos en
schold niet, ofschoon hij zijn cliënt
niet kon overtuigen, want niemand
in Japan maakt zich ooit schuldig
aan beleediging van de goede ma
nieren, maar hij wenschte uit den
grond van zijn hart, dat hij Miss
Chrysanthemum nooit als een goede
partij had voorgesteld.
Voor de twee jonge meisjes, die
schoolvriendinnen en buren waren,
en natuurlijk geen persooulijke keu
ze ln deze aangelegenheid hud-Jen,
werd de positie wel wat moeilijk,
daar de goede manieren haar ten
strengste verboden, ook inwir in.-:
minste toeken van jalouzie te geven,
of zelfs zich maar een oogenblik met
de zaak te bemoeien. Als zij nu el
kaar ontmoetten, gaven zij haar ge
voelens voor eikander lucht in een
overdreven beleefde buiging.
Mijn goede nabrodo, sprak
Yoshima ten laatste, ik geloof, dat
ik in deze zaak nooit tot een beslis
sing zal komen, het is onmogelijk
een keuze te doen.
Ken onaangename trek vertoonde
zich op het gelaat van don nabrodo,
die begon te vreezen, dat Yoshima
zijn toevlucht zou nemen tot eon an
deren agent, en hij moest er iets op
verzinnen.
Als ge nu vindt, dat de hoeda
nigheden der jong© dames ongeveer
gelijk staan, sprak hü. waar
om dan niet ©en proef genomen van
haar geschiktheid
Dat is een goede raad, ant
woordde Yoshima, zog nuiar, wat
ik doen moet.
Me dunkt, dat ge u moest ver-
kleeden als vischventer, en aan ieder
huis probeeren uw waar te slijten.
Daar, waar ge nu het vriendelijkst
behandeld wordt, zult ge ook de bes
te vrouw vinden
Dat zal ik doen, antwoordde
Yoshima. Morgen zal ik mij als
vischventer vorkleeden, en zien of ik
zoo lot een kouze kan komen.
Een vrooiijke uitdrukking ver
scheen op het gelaat van den nabro
do, toen hij zich naar het huis van
Miss Silver's ouders spoedde.
Ik geloof, dat de zaak nu goed
zal gaan, sprak hij. Morgen
komt Yoshima hier, verkleed als
vischventer, en van uw ontvangst
hangt de beslissing der zaak af.
In het huis van Miss Chrysanthe
mum bracht de nabrodo even wol een
heel andere boodschap.
Op ernstigon toon sprak hij
I-Iier in de huurt dwaalt een
vischventer rond, hij is een groot©
diefals hij soms komt, wijs hem
dan onmiddellijk de deur.
Toen nu Yoshima nog eens over
het plan van den nabrodo nadacht,
overlegde hij, dat het veel beter zou
zijn, zich te vorkleeöeo als bloemen-
venter.
Zander er aan den nabrodo iets
van te zeggen, ging Yosliima den
volgenden dag als bloemen koopman
op pad, en kwam aan het huis van
Miss Silver, toen er juist een echte
vischventer ten toóneele verscheen.
Wat was Yoshima's verbazing
groot, toen er van zijn aanwezigheid
geen notitie genomen werd, en de
vischventer daarentegen allervrien
delijkst ontvangen werd.
Ik geloof niet, overpeinsde
Yostiiinu, toen hij in gezelschap van
den vlschkoopmait zich naar het
huis van Miss Chrysanthemum be
gaf, dat ik graag zou trouwen in
een familie, waar men zooveel meer
aandacht geeft aan een vischventer,
dan aan een bloemen koopman.
Bij liet binnentreden van den tuin,
die Miss Chrysanthemum's liuis om
gaf, was het de beurt van den visch
venter, om zich te verbazen. Van het
eerste oogenblik af, merkte hij op,
dat hij met wantrouwen werd gade
geslagen, totdat hij bij zijn poging,
om het restant van zijn visch te ver-
koopen, van de deur gewezen werd,
met het verzoek zich van het erf to
verwijderen.
Yoshima 3tapte toen naar voren en
zich tot Miss Chrysanthemum wen
dend, sprak hij
Wil de jonge dam© deze bloc
men koopen, die zeker uitstekend
zullen uitkomen in de prachtige vaas,
die in de nis in het salon staat
Miss Chrysanthemum stond den
koopman vriendelijk te woord, zei,
dat ze de bloemen bijzonder mooi
vond, dat ze over 't algemeen veel
van bloemen hieid, en niets aange
namer vond, dan ©r altijd door om
ringd te zijn.
Maar hoe weet ge, dat we zoo'n
vaas in het salon hebben Heeft die
diefachtige vischventer u dut ver
teld
Yosliima, een beetje in het nauw
gebracht, wist niet, wat te antwoor
den, toen het handje van Miss Chry
santhemum, dat niet zoo gemakkelijk
te misleiden was als zijn meesteres,
naar voren kwam snellen en begon
te kwispelstaarten en zijn handen te
likken.
Toen weerklonk er plotseling ©eai
schaterlach door liet huis, daar Miss
Chrysanthemum liet bedrog ont
dekte.
Als de bloemenkoopman over
eenigen tijd terug wil komen, dan zal
hij zien, dat de bloeroen een eere
plaats in huis innemen, sprak Ivet
meisje.
En korten tijd daarna kwam Yoshi
ma terug, gestoken in zijn beste,
zijden kimono, c*n te zeggen, dat nie
mand in Kohoro hem zoo goed als
vrouw zou lijken als Miss Chrysan
themum.
Raadsels
(Deze raadsels ziju alle ingezonden
door jongens en meisjes, die „Voor
Onze Jeugd" lezen. De namen der
kinderen, die mij vóór Donderdag
morgen goede oplossingen zenden,
worden in het volgend nummer he
kend gemaakt).
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE BESTE OPLOSSERS EEN
BOEK IN PRACHTBAND
VERLOOT.
Hierbij wordt gelet op den leeftijd
in verband niet het aantal oplossin
gen en op de netlield van het werk.
1. (Ingezonden door Frans van
mond.l
11. (Ingezonden door
Fabor.)
Vul bovenstaande figuur zóó in, dat
op den lsten regel staat een klinker
op den 2den iets, dat men niet graag
ontvangtop don 3den een voorwerp,
dat op de slaapkamer thuis hoortop
den 4den een werkwoord, dat eenige
krachtsinspanning vereischtop den
5den een eigenschap, die mensch en
kind tot eer strektop den 6den een
benaming voor een bepaalde soort
dieren op den 7den iets, dat de naai
ster gebruiktop den 8sten een meis-
Iesnaam op den Oden ©en medeklin
ker.
De letters op de plaatsen, waar
de cijfers staan, vormen dan links
een groot© stad ln Nederland
rechts een plaats in Groningen.
2. (Ingezonden door Annie M. Rozen-
hart-1
Mijn 1ste is een drank.
Mijn 2de is een water.
Mijn geheel is een plaats in Zee
land.
3. (Ingezonden door Teunis Kok.)
Het geheel is een plaats ln
Zee uwsch-Vlaanderen en bestaat uit
13 letters.
13 4 5 10 is een vervoermiddeL
4 2 10 is een deel van een fiets.
3 9 6 13 is iets. waar men muziek
hoort.
6 2 9 4 is een plaats in Limburg.
1 2 5 7 8 3 geeft velen rust.
8 11 1 13 is eeu vlug viervoetig dier.
4. (Ingezonden door Willem Over-
meer.)
Wat leest ge hieruit?
5. (Ingezonden door Karei Keuker.)
Ik ben ©en stad in Oostenrijk-Hon-
garije en besta uit 8 letters.
5 6 7 8 is een vreeselijke ziekte.
1 6 3 is een rustplaats.
5 4 2 7 is een hoofdpersoon op ker
kelijk gebied.
6. (Ingezonden door Johanna Fran
cken.)
Toen ik jong was en schoon.
Droeg ik een blauwe kroon
Maar nu ik oud ben en stijf,
Binden ze me een band om 't lijf I
Nu word ik geschopt en geslagen,
Maar later door Keizer en Koning
gedragen.
7. (Ingezonden door Gerritje Kok.)
isd
ste
ger
kok
hon
ebe
Welk spreekwoord leest ge hieruit
8. (Ingezonden door Cor en Jan
Hui j er.)
Mijn 1ste is een groot water.
Mijn 2de is, waar dat water op
houdt.
Mijn geheel is een provincie in Ne
derland.
,9. (Ingezonden door Marie Land-
'meier.)
Zet onder elkaar
Een stad in Drente.
Een rivier in Duitschland.
Een zee bij Griekenland.
Een meisjesnaam.
Een jongensnaam.
Een meisjesnaam.
Een jongensnaam.
Een dornje in Gelderland.
De beginletters vormen een dorp in
Limburg.
•10. (Ingezonden door Eddy Groen
veld.)
-Mijn geheel is een gebouw in Haar
lem en beslaat uii 11 letters.
12 4 hoort in de keuken.
4 2 1 is in de hoogte.
2 3 is een viervoetig dier.
6 6 7 hoort ook in de keuken.
8 10 11 is een insect.
11 9 4 is een knaagdier.
1 en 4 bestaan uit 4 letters.
2 en 3 uit 3 letters.
Nu vormen 1 en 2 iets, wat men aan
den trein vindt.
3 en 4 krijgen we eenige keeren op
school
8 en 2 vormen een wapen en 4 is
hetzelfde nis 1.
12. (Ingezonden door Anna de Liefde.)
Ik ben in huis te vinden. Verander
mijn 1ste letter en de timmerman ge
bruikt mij.
Raadseloplossingen
De oplossingen dar 50 raadsels van
deze maand zijn
1. Kerkrade.
2. Soep poes.
3. Kool zool pool.
4. Aroe-eilanden. Arie leer lad
der noen.
5. Zevenbergen.
0. Kamgaren.
7. Komkommer.
8. Paard paar.
9. Het zijn sterke beenen, die do
weelde kunnen dragen, rijst wer
ken kraag been zeer hek
nleti neen edelen deun
dadel.
10. De letter e.
11. Woning honing.
12. Het water holt den bardsten
steen.
En dat maar door den lijd alleen.
13. Schilderij.
14. Opera.
15. Kacbelsmid.
16. Hior te staan en niet te ver
knopen.
Daar kan mijn schoorsteen niet
van rooken.
17. Steen teen.
18. Huisraad.
19. Sparta.
20. Theeblad.
21. Het door van een el
22. Riviervischmarkt.
23. Krekel Pregel.
24. Goes poes.
25. De beste stuurlui staan aan wal.
26. Balk valk.
27. Lood rood.
28. De huishoud- en industrieschool.
Lood cent die Indus huis
Rus hoe hoed.
29. Kiel.
30. Assendelft.
31. Balccl Abel bel el.
32. Twente Drente.
33. Erika Rika.
34. Kleine geschenken onderhouden
do vriendschap.
35. De anpel valt niet ver van don
boom. Meppel oom veer tan
te, deel val bier vaandel
naden.
36. Koedoes.
37. Leiden lei el den lied.
38. Ezel Wesel.
39. Men moet een gegeven paard
niet in den bek zien. Otto Mina
in neen dak Ede eend
zeven groen mat geen
Piet bok.
40. Kaak.
41. Pook spook.
42. Adda.
43. Rhenen beenen.
41. Orelïo. Roer oor Leo lier
45. Sch.iar haar Saar schar.
46. Naaldwijk.
47. Een kleermaker zat op een kruk
je met drie pooten. Toen kwam er
een hond om den kleermaker te bij
ten. Maar toen greep de kleermaker
liet krukje om den hond mee te
gooien.
48. Een geheim.
49. Jokohama.
50. Koffie en thee.
Goede oplossingen ontvangen van
Johanna Francken 39.
Nico Drent 47.
Dina van Putten 45.
Nelly A arse 42.
Marie Ruyzenaars 41.
Mies Lambert 32.
Doornroosje 42.
N tui tie en Cor Nauta 49.
Willem Overmeer 50.
Willy Germeraad 48.
Cornelis van Gelder 48.
Marietje Socllaart 50.
Zonder naam 49.
Arie de Vos 49.
Johau van Donselaar 49.
J acoba v. d. Schaar 42.
Jentien Been 49.
J. Westera 31.
Jan Hendrik Bruija 49,
Piet de Veer 50.
Lucie L. Spaan 50.
Zus Duursma 50.
Alida Kammeiier 40.
DE PRIJZEN VOOR DE GOEDE OP
LOSSERS VAN DEZE RAADSELS
ZIJN BIJ LOTING TEN DEEL GE
VALLEN AAN
CORNELIS VAN GELDER
en
LUCIE L. SPAAN,
die hun prlizen, nl. een boek in pracht
band, Woensdagmiddag lusschen 12
en 2 uur mogen komen halen.
BEGRAVEN DIEREN.
(Ingezonden door Lcdewijk Ballin-
1. Deze brave man heeft zijn been
gebroken.
2. Koen is mijn beste vriend.
8. Hij was langer en dikker dan zijn
zusje.
4. Een karos is een ouderwelsch rij
tuig (2 namen).
5. Een ratel is een vervelend instru
ment.
6. Een spreeuw is een brutale vo
gel. (Spreeuw is niet bedoeld).
7. Niemand schrijft graag strafre
gels.
8. Die kakatoe maakt een onaange
naam geluid. (Kakatoe is niet be
doeld).
STRIKVRAGEN.
De antwoorden op de strikvragen
der vorige week. zijn
1. De visschen.
2. De rechter.
3. Omdat zij zooveel slapelooze nach
ten doorbrengt.
4. Een theevisite.
5. Geen handwerk, hij heeft voet
werk.
6. Koude.
7. Met de letter r.
8. Een tweede laars.
9. Onschuld.
10. Hoofdhaar.
11. Automuten.
12. In Utrecht, want daar ls maar
één Dom.
13. Omdat hij geen mes had.
14. Een steenworp.
15. Ze branden niet langer, maar
korter.
Goede oplossingen ontvangen van
Mies Lambert 7.
Zus Duursma 15.
Nelly Aarse 13.
WEDSTRIJD.
De inzendingen voor den wedstrijd
in het maken van een lijst van beken
de huizen en gebouwen lu Haarlem
worden uiterlijk verwacht vóór of op
WOENSDAG, 30 AUGUSTUS 1911.
WEDSTRIJDINZENDINGEN
ontvangen van
Zus Duursma.
Marie en Bep Ruyzenaars.
DE HELDHAFTIGE GARNAAL.
Hij heette Zwartoog^ en hij leefde
met papa en mama Garnaal en zes
broertjes en zusjes in een heerlijke
plas bij de rotsen. Daar was een hee-
leboel zeewier, waarachter de gar
naaltjes verstoppertje konden spelen,
en er lagen groove steenen in hei wa
ter, waar zij op en af konden sprin
gen, kortom, het was het prettigste
piekje, dat denkbaar is.
Toen dacht nog niemand iets bij
zonders van Zwartoog. Zij wisten
lueii nog niet, dat hij eens een held
zou zijn. Het was nog vóór den dag,
dat de Groote Sterveling kwam. O, o,
wat een vreeselijke aag was dat! Het
iv as om de dapperste garnaal te doen
klappertanden, zoo'u dag. Ln het wus
nogal zulk prachtig weer! De zonne
stralen speelden krijgertje tusschen
liet zeewier en de garnaaltjes spron
gen er vroolijk doorheen.
Maar daar opeens daar hoorden
zo een zwaar geluid hoog boven zich,
daar werden de zonnestralen ver
jaagd door een groot gevaarte, iels
groens ging door hot water en vóór
iemand tnd had gehad om te vluch
ten of onder de steenen te kruipen,
werd de treheele gariialenlamilie om-
hu og getrokken!
Hoep, hoep, daar vlogen ze door do
lucht, en een hard© stem riep vlak bij
hen;
„Hoera. Nnnny, kijk eens wat ik
Leb! Eén. twee,. vier, zes, negen gar
nuleu in één keer: Die maken alleen
al haast een portie bij de boterham!
O, wat een schrik was dat! Maar
het zou nog erger worden! Want. wat
gebeurde er toen? Een groote, vuile,
warme hand graaide z© bij elkaar uit
hot net en gooide ze iu ©en klein em
mertje met een beetje vuil water, dat
niets geleek op hun heerlijke, oude
plas!
O, o. o! kreunde mama GaruaaL
Het ls, of ik overal gekneusd ben!
Ik ookl Ik ook! Ik ook! riepen
do zeven kleine garnaaltjes.
Maar papa liet zich dadelijk naar
den bodem van het emmertje zakken,
alsof hij een flauwte had gekregen.
Jullie weten niet, wat dit be-
teekent? steunde hij.
Betoekent'? riep mama. als
mijn staart heelemaal....
Het beleekent. vervolgde papa
somber, dat wij allemaal bestemd
zijn, om te worden opgegetenl
Bij deze verschrikkelijke woorden
zonk de geheel© familie half flauw
naar den bodem.
Opgegeten! riepen ze. Opgege
tenl O. pana, door wie?
Door wie? snikte papa GarnaaL
Door het monster, dat ons nu naar
huis draavt. Ik ken ze wel die vree
selijke stervelingen, jongens ge
naamd. die zonder mededoogen altijd
dcor oorlogen tegen ons. arme schep
selen, en ons bij bonderden verslin
den!
Och, och, wat voelden die arme
dieren zich rampzalig! Wat een vree-
selijk vooruitzicht, om straks te zullen
worden ontregelen!
Maar de garnalenfamilie vergat,
dal ze ook nug goede vrienden had
den! Dat was het bruine zeewier, dat
over de rotsen verspreid lag. Maar
het bruine zeewier vergat hen niet!
Het 3trekto zich en kronkelde zich
over en om de voeten van jongeheer
Thomas en.... hei! hoep! boem! daar
lag Thomas languit op de steenen.
Zijn kostbaar emmertje kwam onder
ste boven terecht en een heele familie
gelukkige garnalen sprong ln een
groote, veilige plas.
Zij waren gered! Zij waren gered!
De vreugde van dat oogenblik deed
hen al het doorgestane leed vergeten.
Zelfs het huilen van den gevallen
vijand, klonk hun al» muziek in de
ooren.
Thomas kon naar zijn boterham
met garnalen fluiten, tenminste voor
dien avond.
En nu zal je hooren waarom Zwart
oog zoo'n held was. Want, helaas,
teen papa en mama do kinderen na
telden. toen was er ééntje te kort. en
die eene was Bruinstaartje, die klei
ne, arme. Bruinstaartje, de lieveling
van de heele familie.
Zij keken elkaar eerst verbaasd aan
en werden toen rose van schrik, want
de waarheid bleek meer en meer:
Bruinstaartje was weg I
Toen kwam onze held Zwartoog
naar voren.
Ik zal haar vinden, sprak hij
met trillende stem. of ik zal mee
opgegeten worden!
Dat waren sombere woorden.
De heele familie snikte en omhelsde
hem. Zij deden geen moeite om hem
terug te houdeu. Ja, als hun zenu
wen niet zoo vreesolijk in de war wa
ren geweest door al de schokkende
gebeurtenissen van dien dag, dan
zouden zij misschien wel één van al
len aangeboden hebben om met hem
mee te gaan.
Maar nu ging Zwartoog. de helden
garnaal, alleen.
Ik zeg niet, dat hij niet trilde, tot
ir. het uiterste puntje van zijn staart!
Maar wat deed dat er toe? Hij gmg
alleen en hij ging moedig op weg.
Met één sprong wus hij bovenop de
rots, vanwaar Thomas zoo juist hul
lend was opgestaan en weggeloopen.
BruiiLSlaartjel riep Zwartoog
zachtjes.
Geen antwoord.
Weer een sprong.
Bruinstaartje!
Weer eeon antwoord. Dan maar
weer verder. Hu! waar sprong hij nu
op?l
Kijk alsjeblieft, waar je neer
komt, domkop', riep een slaperige
stem.
Zwartoog trachtte te kijKeu, maar
het duurde eenige oogenblikken vóór
hij begreep, dut hij midden op een
groote kwal terecht was gekomen.
O, neem me niet kwalijk! zei hij
toen beleefd, want mama Garnual
had haar kinderen goede manieren
geleerd. Ik hoop, dat ik u geen
pijn gedaan heb?
Zoo, dat is beter, zei do kwal,
maar zou je nu ook wel weer weg
willen gaan en niet langer dien vin
niger» staart in mijn zijde drukken?
Wat zoek ie toch eigenlijk'?
Bruinstaartje. zei Zwartoog,
mijn lief. lief zusjOl Ze is zoek!
Nu. ik zal kwaad met goed ver
gelden, zei de kwal, en je zeggen,
•.vaar ze is: Mevrouw Roodkrab heeft
haar gegrepen en is van plan haar te
roosteren voor avondeten.
Dat gaf Zwartoog zoo n schok, dat
hij omhoog sprong en toen hij weer
neerkwam was het midden op den
rug vim een groote krab. die met veel
haast voortkrabbelde.
De krab hield stil. Wie is dat
daar op mijn rug? vroeg hij. Ik
kan het niet zien.
Ik ben maar een glimvliegje,
antwoordde Zwartoog met het fijnste
stemmetje, dat hij maken kon.
Zoo, dan is het goed, zei mijn
heer Krab ik dacht, dat ik gar
nalen rook! Maar 't is goed, dat ik
er aan denk, juffrouw Glimvlieg, je
kemt zoowat overal, kan jij me ook
vertellen, of mevrouw Roodkrab,
dat lekkere garnaaltje al opgepeuzeld
heeft? Ik weet. dat ze er een heeft,
want een neef van je heeft het gezien
en mij verteld.
Neen neen, zei Zwartoog haos-
geschrij
hij bijna omviel. zij bewaart haar
tig, al was hij ook zóó e
rikt. dat
voor het avondeten.
Zoo, zoo! zei mijnheer Krab.
Dan zullen we nog eens zien. wie
haar hebben zal !en haastig liep
verder, tot hij aan een soort van hol
kwam. waarin mevrouw Roodkrab
woonde.
Mevrouw Roodkrab was juist bezig
met heen en weer te loopen over het
zandpaadje vóór haar woning, om
honger te krijgen voor het avond
eten.
Hei. hei. wie zoek je? snauwde
ze, toen ze zag, wie om het hoekje
verscheen.
Jou nfell antwoordde mijnhoer
Krab ruw en nam een sprong naar
de ingang van het hoL
Maar mevrouw Roodkrab was hem
voor geweest en daar begonnen zij te
vechten, alsof zij elkaar vermoorden
wilden.
Intusschen was Zwartoog naar be
neden en ln liet hol gewipt, zonder
dat zij op hem letten.
Bruinstaartje! fluisterde liij.
En Bruinstaartje antwoordde hem
met een zachte kreet van vreugde. Hot
kostte hem niet veel moeite om de
banden stuk te maken, waarmede j
Bruinstaartje vastgebonden was en
in minder dan geen tijd waren zij sa
men uit het hol gesnapt en op weg
naar de groote plas bij de rotsen.
De twee krabben waren zóó aan
het vechten, dat zij niets van de
vlucht bemerkten.
Maar wat was de garnalenfamilie
blij', toen zij die lieve, kleine Bruin
staartje en de dappere Zwartoog
weer ongedeerd terug zagen.
Geen wonder dat Zwartoog een
held genoemd werd en zoo noemde
voortaan ieder hem zijn heele leven
lang.
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie van
de Kinder-Afdeeling moeten
gezonden wonden aan Me
vrouw Venema—v. Doorn,
Wagenweg 8S, Haarlem).
In de bus gooien, zonder
aanschellen I
MIES L. Je verlangt zeker al
naar 1 September, is 't niet Of zie
je er ook een beetje tegen op om weer
allemaal nieuwe kermissen te krij
gen Wat zal het kleine poesje liet
saat vinden als je weer den heelen
dag weg bont. Je hebt je tuintje ze
ker goed begoten in de warmte, is 't
toiet, on zouden jullie van jou dop
erwten wel een keertje kunnen eten?
DOORNROOSJE Ik denk, dat jij
ook wel weer een beetje naar school
verlangt, is 't niet Of heb je je
nooit verveeld in de vacantie Ju.
het was wel erg warm, maar als je
ln den Hout speelde, had je or toch
zeker niet veel last van, is het wel
Ben je de stad niet uit geweest?
NANNE en COR N. Wat een
heerlijke week is dit nog geweest.
Handen jullie veel last van den re
gen Of is het in W. en Z. droog ge
weest zoolang jullie er waren Eu
dat begin van de vacantie was ook
heerlijk 1 Heb jij aan die stukjes ook
meegedaan, Cor En hoe laat gingen
jullie wel naar bed
WILLEM O Heb jij langer \a-
cantie gehad dan de anderen, of is
jullie heel© school zoo vroeg begon
nen, en wat heb je al die vrije dagen
toch wel uitgevoerd Met al de broer
tjes buiten gespeeld, of mocht je ook
wel eens met vriendjes naar de dui
nen
WILLY G. Van harte gefelici
teerd I Dat is een aardig slot van de
vacantie een verjaardag Jammer,
dat je nu juist naar school moet. in-
plaats van met het nieuwe speelgoed
te kunnen spelen, hè Want ik deuk,
dat je weer een heeleboel gekregen
hebt vandaag Hebben ze je alle
maal weer bedorven Hoeveel vrien
dinnetjes komen er morgen, en wat
gaan jullie doen Maak maar veel
pleizier, hoor
CORNELIS VAN G. Ja, ik geloof
dat liet overal even worm geweest
is 1 Maar het is heerlijk, als je dan
niets anders te doen hebt, dan uit
gaan en vacantie houdan Ueb!>ou
jullie veel tochten naar het strand en
naar de duinen gemaakt» en was je
erg verbrand
JACOBA v. d. S. Wat een lange
brief heb Jij me geschreven Nu, je
hebt ook een paar heerlijke uitstap
je© gemaakt. Maar dat je moe was,
toen je uit Nijmegen kwam, wil ik
graag gelooven. Je had ook zooveel
nieuws gezieu I Wat voud je het al
lermooiste Ja, het bosch in Baara
Ls ook prachtig. Met wie beu je daar
geweest 13 je neef al onderweg, en
hoe lang blijft hij daar
JENTIEN B. Ja, dat was een
heele teleurstelling voor je I Geluk
kig, dat Vader nu een ander protj©
voor je bedacht heeft, anders zou je
or saai afgekomen zijn. Wanneer ge
beurt dat nu. en heeft Jo Woensdag
veel pleizier gehad Als jullie nu
ook nog maar mooi weer treffen! Ik
hoop het, hoor 1
MARIETJE S. Ik wil graag ge
looven, dat je er heel wat moeite mee
gehad hebt, maar het is dan ook een
heele voldoening om ze allemaal go-
vonden te hebben Als de school weer
begonnen is. zal je wel weer minder
lijd voor onze raadsels hebben. Krijg
je nu weer meer huiswerk 's avonds r
Ja, dat is goed vertel me maar eens
waar je geweest bent
JOHAN VAN D. Wel, hoe kwam
dat 1 Is het met cricketten gebeurd,
of heb je gevochten, en is het nu
heelemaal beter Hoe lang heb
je hem in oen doek moeten dragen
Dat was jammer in de vacantie,
want nu kon je niet veel spelen, denk
ik Vertel er mij maar eens iets
van 1
PIET DE V. Ja, zoo'n vacantie
is heerlijk Ik geloof, dat iedereen
het prettig vindt, om zijn gewone
werk eens een poosje in den steek te
laten. Was je aan boord niet zeeziek
1 lioe lang duurde de reis
FRANS VAN E. Ik dacht wei,
dat je bet toch te druk zoudt heb
ben, FransMisschien hoor ik van
Jou, of Jo nog wel eens iets, als er
eens een wedstrijd is, die jullie oen
van beiden aantrekt. Werk maar
flink, hoor Ik hoop, dat je goed
vooruitkomt I
ZUS D. Jou laatste brief was
nog niet beantwoord. Zus, dus ik heb
er nu twee voor mij liggen. Toch
denk ik, dat de volgend© brief nog
heel wat langer zal zijn wat zal j©
m« dan veel te sclirijven en te be
schrijven hebben. Ik hoop, dat jullie
daar even mooi weer treffen, als het
hier geweest is, maar niet zóó warm.
Hadden jullie er daar buiten veel
last van Ik denk, dat je er erg veel
met een boek buiten gezeten hebt.
Nu. prettige reis, hoor 1
ANS v. dB. Ik weet niet, of je
al weer in Haarlem bent en onze Za
terdagavond ziet, maar ik zal je toch
maar even komen bedanken voor je
kaart- Wat beteekent „Euk" eigen
lijk Jullie hebt ook zeker den heelon
dag in de bosschen zitten lezen. Is 1
niet, of was het niet te warm om
wandelingen te maken
JOHANNA T. Ik hoef niet te
Yragon, waar jij geweest bent 1 Dat
portret kan je alleen maar in Z.
koopan, denk ik. Heb je veel pleizier
gehad
ANNIE MR. Wat is het daar
mooi, vind je niet? Hoe lang ben je
in A. geweest, en zijn jullie toen met
de tram naar B. en S. gegaan Be
gint jou school ook pas weer 1 Sep
tember
HENRI J. Ook wel bedankt voor
je kaart, HenriWat heb je in A.
uitgevoerdEn heb je veel pleizier
gehad in de vacantie Wat heb je
nog meer gedaan
ZONDER NAAM. Wal geven jul
lie roe toch een lastige raadsels op 1
Hoe moei ik nu raden van wie die
49 raadsels zijn, als er geen naam
onder staat Toch denk ik haast, dat
het Bart L. of Teunis K. of Karei K.
is, want dat zijn cricketspelers! llelp
mij nu maar eens verder
MAARTJE, NICO en EMMA V.
Wel bedankt voor je kaartZijn
jullie daar een dagje geweest, of heb
je er gelogeerdEn hebben jullie
veel pleizier gehad
HENDRIK B. Van jou ook al
zoo'n mooie kaart 1 Je bent zeker veel
buiten geweest met liet mooie weer,
en ben je nu het ziekzijn weer heele
maal vergeten
MARIE R. Ja, vertel mij dan
maar eens precies, hoe het geweest
is in de vacantie. Je bent toch niet
erg ziek geweest, is 't wel Heb je
veel werk gehad aan je inzending,
en waar is Bep geweest
NELLY A. Hebben jullie thuis
geen atlas Ja, er is dikwijls wel wat
kennis van aardrijkskunde noodig
voor ouze raadsels. Je had ze wel
keurig geschreven dat was je toch
nog niet vergeten gelukkig 1
IRIS. Wel gefeliciteerd, hoor l
Heb je een pretügen dag gehad, en
ook veel moois gekregen W at een
aardige tocht was dat Was je daar
wel eens meer ge weest Bert us zal
het nu wel heel druk krijgenLaat
hij maar flink werken, hoor, dan
zorg jij maar trouw voor onze ru
brics I Heb je voor den wedstrijd ook
al wat bij elkaar
Mevr. VENEMA—v. DOORN.
26 Augustus 1911.