RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD Een japaniche Liefdesgeschiedenis. Yosliima Nicadote, do handige, Jon ge schrijnwerker, uit Kohoro, be vond zich In een lustige positie. Hij was op oen leeftijd gekomen, en zijn zaken waren van dien aard, dat hij zich verplicht achtte het huwelijks bootje in te stappen, en volgens oud gebruik raadpleegde hij den nabrodo of agent, om voor hem een geschikte partij te vinden, in een Jong meisje van goede familie. De agent had op zich genomen, de zaak in orde te maken en had zijn vriend do keuze gelaten tusschën twee allerliefste meisjes, O. Kilhu Saw of Miss Chrysanthemumen 0. Gin Saw of Miss Silver. Terwijl nu Miss Chrysanthemum een houding bezat, en zoo schoon was, dat Miss Silver er niet bij in de schaduw kon staan, waren de ouders r an het tweede jong© meisje in veel beter geldelijke condities dan die van hel eerste. Het was dus voor Yoshl- ma Nicadote zeer moeilijk, een keuze te doen. Daar de ouders van Miss Silver er zeer op gesteld waren, een goeden schoonzoon te krijgen, gaven zij den nabrodo te kennen, dat, zoo hij de z&ak tol een goed en bevredigend ©inde wist te brengen, hij, behalve de vastgestelde som, nog een aardig© beloaning bovendien zou hebben. Zoo kwam het dus, dat, toen do nabrodo de zaak aan zijn client uit legde, hij hem hijzonder attent maak te op de sociale ein materieele voor- doelen, die hij zou hebben door een huwelijk met Miss Silver, een argu- nient evenwel, dat voor Yoshima Nicadote de persoonlijke bekoorlijk heden van Miss Chrysanthemum niet kon verbergen. Miss Silver stamt af van een zeer aanzienlijke familie, bracht de nabrodo in het midden. Zij heb ben twee vischvijvers In him tuin en een bronzen draak. Maar de oagen van Miss Chry santhemum zijn als half ontloken lotus-knoppen, hernam voor de twintigste maal Yoshima. De nabrodo werd niet boos en schold niet, ofschoon hij zijn cliënt niet kon overtuigen, want niemand in Japan maakt zich ooit schuldig aan beleediging van de goede ma nieren, maar hij wenschte uit den grond van zijn hart, dat hij Miss Chrysanthemum nooit als een goede partij had voorgesteld. Voor de twee jonge meisjes, die schoolvriendinnen en buren waren, en natuurlijk geen persooulijke keu ze ln deze aangelegenheid hud-Jen, werd de positie wel wat moeilijk, daar de goede manieren haar ten strengste verboden, ook inwir in.-: minste toeken van jalouzie te geven, of zelfs zich maar een oogenblik met de zaak te bemoeien. Als zij nu el kaar ontmoetten, gaven zij haar ge voelens voor eikander lucht in een overdreven beleefde buiging. Mijn goede nabrodo, sprak Yoshima ten laatste, ik geloof, dat ik in deze zaak nooit tot een beslis sing zal komen, het is onmogelijk een keuze te doen. Ken onaangename trek vertoonde zich op het gelaat van don nabrodo, die begon te vreezen, dat Yoshima zijn toevlucht zou nemen tot eon an deren agent, en hij moest er iets op verzinnen. Als ge nu vindt, dat de hoeda nigheden der jong© dames ongeveer gelijk staan, sprak hü. waar om dan niet ©en proef genomen van haar geschiktheid Dat is een goede raad, ant woordde Yoshima, zog nuiar, wat ik doen moet. Me dunkt, dat ge u moest ver- kleeden als vischventer, en aan ieder huis probeeren uw waar te slijten. Daar, waar ge nu het vriendelijkst behandeld wordt, zult ge ook de bes te vrouw vinden Dat zal ik doen, antwoordde Yoshima. Morgen zal ik mij als vischventer vorkleeden, en zien of ik zoo lot een kouze kan komen. Een vrooiijke uitdrukking ver scheen op het gelaat van den nabro do, toen hij zich naar het huis van Miss Silver's ouders spoedde. Ik geloof, dat de zaak nu goed zal gaan, sprak hij. Morgen komt Yoshima hier, verkleed als vischventer, en van uw ontvangst hangt de beslissing der zaak af. In het huis van Miss Chrysanthe mum bracht de nabrodo even wol een heel andere boodschap. Op ernstigon toon sprak hij I-Iier in de huurt dwaalt een vischventer rond, hij is een groot© diefals hij soms komt, wijs hem dan onmiddellijk de deur. Toen nu Yoshima nog eens over het plan van den nabrodo nadacht, overlegde hij, dat het veel beter zou zijn, zich te vorkleeöeo als bloemen- venter. Zander er aan den nabrodo iets van te zeggen, ging Yosliima den volgenden dag als bloemen koopman op pad, en kwam aan het huis van Miss Silver, toen er juist een echte vischventer ten toóneele verscheen. Wat was Yoshima's verbazing groot, toen er van zijn aanwezigheid geen notitie genomen werd, en de vischventer daarentegen allervrien delijkst ontvangen werd. Ik geloof niet, overpeinsde Yostiiinu, toen hij in gezelschap van den vlschkoopmait zich naar het huis van Miss Chrysanthemum be gaf, dat ik graag zou trouwen in een familie, waar men zooveel meer aandacht geeft aan een vischventer, dan aan een bloemen koopman. Bij liet binnentreden van den tuin, die Miss Chrysanthemum's liuis om gaf, was het de beurt van den visch venter, om zich te verbazen. Van het eerste oogenblik af, merkte hij op, dat hij met wantrouwen werd gade geslagen, totdat hij bij zijn poging, om het restant van zijn visch te ver- koopen, van de deur gewezen werd, met het verzoek zich van het erf to verwijderen. Yoshima 3tapte toen naar voren en zich tot Miss Chrysanthemum wen dend, sprak hij Wil de jonge dam© deze bloc men koopen, die zeker uitstekend zullen uitkomen in de prachtige vaas, die in de nis in het salon staat Miss Chrysanthemum stond den koopman vriendelijk te woord, zei, dat ze de bloemen bijzonder mooi vond, dat ze over 't algemeen veel van bloemen hieid, en niets aange namer vond, dan ©r altijd door om ringd te zijn. Maar hoe weet ge, dat we zoo'n vaas in het salon hebben Heeft die diefachtige vischventer u dut ver teld Yosliima, een beetje in het nauw gebracht, wist niet, wat te antwoor den, toen het handje van Miss Chry santhemum, dat niet zoo gemakkelijk te misleiden was als zijn meesteres, naar voren kwam snellen en begon te kwispelstaarten en zijn handen te likken. Toen weerklonk er plotseling ©eai schaterlach door liet huis, daar Miss Chrysanthemum liet bedrog ont dekte. Als de bloemenkoopman over eenigen tijd terug wil komen, dan zal hij zien, dat de bloeroen een eere plaats in huis innemen, sprak Ivet meisje. En korten tijd daarna kwam Yoshi ma terug, gestoken in zijn beste, zijden kimono, c*n te zeggen, dat nie mand in Kohoro hem zoo goed als vrouw zou lijken als Miss Chrysan themum. Raadsels (Deze raadsels ziju alle ingezonden door jongens en meisjes, die „Voor Onze Jeugd" lezen. De namen der kinderen, die mij vóór Donderdag morgen goede oplossingen zenden, worden in het volgend nummer he kend gemaakt). IEDERE MAAND WORDT ONDER DE BESTE OPLOSSERS EEN BOEK IN PRACHTBAND VERLOOT. Hierbij wordt gelet op den leeftijd in verband niet het aantal oplossin gen en op de netlield van het werk. 1. (Ingezonden door Frans van mond.l 11. (Ingezonden door Fabor.) Vul bovenstaande figuur zóó in, dat op den lsten regel staat een klinker op den 2den iets, dat men niet graag ontvangtop don 3den een voorwerp, dat op de slaapkamer thuis hoortop den 4den een werkwoord, dat eenige krachtsinspanning vereischtop den 5den een eigenschap, die mensch en kind tot eer strektop den 6den een benaming voor een bepaalde soort dieren op den 7den iets, dat de naai ster gebruiktop den 8sten een meis- Iesnaam op den Oden ©en medeklin ker. De letters op de plaatsen, waar de cijfers staan, vormen dan links een groot© stad ln Nederland rechts een plaats in Groningen. 2. (Ingezonden door Annie M. Rozen- hart-1 Mijn 1ste is een drank. Mijn 2de is een water. Mijn geheel is een plaats in Zee land. 3. (Ingezonden door Teunis Kok.) Het geheel is een plaats ln Zee uwsch-Vlaanderen en bestaat uit 13 letters. 13 4 5 10 is een vervoermiddeL 4 2 10 is een deel van een fiets. 3 9 6 13 is iets. waar men muziek hoort. 6 2 9 4 is een plaats in Limburg. 1 2 5 7 8 3 geeft velen rust. 8 11 1 13 is eeu vlug viervoetig dier. 4. (Ingezonden door Willem Over- meer.) Wat leest ge hieruit? 5. (Ingezonden door Karei Keuker.) Ik ben ©en stad in Oostenrijk-Hon- garije en besta uit 8 letters. 5 6 7 8 is een vreeselijke ziekte. 1 6 3 is een rustplaats. 5 4 2 7 is een hoofdpersoon op ker kelijk gebied. 6. (Ingezonden door Johanna Fran cken.) Toen ik jong was en schoon. Droeg ik een blauwe kroon Maar nu ik oud ben en stijf, Binden ze me een band om 't lijf I Nu word ik geschopt en geslagen, Maar later door Keizer en Koning gedragen. 7. (Ingezonden door Gerritje Kok.) isd ste ger kok hon ebe Welk spreekwoord leest ge hieruit 8. (Ingezonden door Cor en Jan Hui j er.) Mijn 1ste is een groot water. Mijn 2de is, waar dat water op houdt. Mijn geheel is een provincie in Ne derland. ,9. (Ingezonden door Marie Land- 'meier.) Zet onder elkaar Een stad in Drente. Een rivier in Duitschland. Een zee bij Griekenland. Een meisjesnaam. Een jongensnaam. Een meisjesnaam. Een jongensnaam. Een dornje in Gelderland. De beginletters vormen een dorp in Limburg. •10. (Ingezonden door Eddy Groen veld.) -Mijn geheel is een gebouw in Haar lem en beslaat uii 11 letters. 12 4 hoort in de keuken. 4 2 1 is in de hoogte. 2 3 is een viervoetig dier. 6 6 7 hoort ook in de keuken. 8 10 11 is een insect. 11 9 4 is een knaagdier. 1 en 4 bestaan uit 4 letters. 2 en 3 uit 3 letters. Nu vormen 1 en 2 iets, wat men aan den trein vindt. 3 en 4 krijgen we eenige keeren op school 8 en 2 vormen een wapen en 4 is hetzelfde nis 1. 12. (Ingezonden door Anna de Liefde.) Ik ben in huis te vinden. Verander mijn 1ste letter en de timmerman ge bruikt mij. Raadseloplossingen De oplossingen dar 50 raadsels van deze maand zijn 1. Kerkrade. 2. Soep poes. 3. Kool zool pool. 4. Aroe-eilanden. Arie leer lad der noen. 5. Zevenbergen. 0. Kamgaren. 7. Komkommer. 8. Paard paar. 9. Het zijn sterke beenen, die do weelde kunnen dragen, rijst wer ken kraag been zeer hek nleti neen edelen deun dadel. 10. De letter e. 11. Woning honing. 12. Het water holt den bardsten steen. En dat maar door den lijd alleen. 13. Schilderij. 14. Opera. 15. Kacbelsmid. 16. Hior te staan en niet te ver knopen. Daar kan mijn schoorsteen niet van rooken. 17. Steen teen. 18. Huisraad. 19. Sparta. 20. Theeblad. 21. Het door van een el 22. Riviervischmarkt. 23. Krekel Pregel. 24. Goes poes. 25. De beste stuurlui staan aan wal. 26. Balk valk. 27. Lood rood. 28. De huishoud- en industrieschool. Lood cent die Indus huis Rus hoe hoed. 29. Kiel. 30. Assendelft. 31. Balccl Abel bel el. 32. Twente Drente. 33. Erika Rika. 34. Kleine geschenken onderhouden do vriendschap. 35. De anpel valt niet ver van don boom. Meppel oom veer tan te, deel val bier vaandel naden. 36. Koedoes. 37. Leiden lei el den lied. 38. Ezel Wesel. 39. Men moet een gegeven paard niet in den bek zien. Otto Mina in neen dak Ede eend zeven groen mat geen Piet bok. 40. Kaak. 41. Pook spook. 42. Adda. 43. Rhenen beenen. 41. Orelïo. Roer oor Leo lier 45. Sch.iar haar Saar schar. 46. Naaldwijk. 47. Een kleermaker zat op een kruk je met drie pooten. Toen kwam er een hond om den kleermaker te bij ten. Maar toen greep de kleermaker liet krukje om den hond mee te gooien. 48. Een geheim. 49. Jokohama. 50. Koffie en thee. Goede oplossingen ontvangen van Johanna Francken 39. Nico Drent 47. Dina van Putten 45. Nelly A arse 42. Marie Ruyzenaars 41. Mies Lambert 32. Doornroosje 42. N tui tie en Cor Nauta 49. Willem Overmeer 50. Willy Germeraad 48. Cornelis van Gelder 48. Marietje Socllaart 50. Zonder naam 49. Arie de Vos 49. Johau van Donselaar 49. J acoba v. d. Schaar 42. Jentien Been 49. J. Westera 31. Jan Hendrik Bruija 49, Piet de Veer 50. Lucie L. Spaan 50. Zus Duursma 50. Alida Kammeiier 40. DE PRIJZEN VOOR DE GOEDE OP LOSSERS VAN DEZE RAADSELS ZIJN BIJ LOTING TEN DEEL GE VALLEN AAN CORNELIS VAN GELDER en LUCIE L. SPAAN, die hun prlizen, nl. een boek in pracht band, Woensdagmiddag lusschen 12 en 2 uur mogen komen halen. BEGRAVEN DIEREN. (Ingezonden door Lcdewijk Ballin- 1. Deze brave man heeft zijn been gebroken. 2. Koen is mijn beste vriend. 8. Hij was langer en dikker dan zijn zusje. 4. Een karos is een ouderwelsch rij tuig (2 namen). 5. Een ratel is een vervelend instru ment. 6. Een spreeuw is een brutale vo gel. (Spreeuw is niet bedoeld). 7. Niemand schrijft graag strafre gels. 8. Die kakatoe maakt een onaange naam geluid. (Kakatoe is niet be doeld). STRIKVRAGEN. De antwoorden op de strikvragen der vorige week. zijn 1. De visschen. 2. De rechter. 3. Omdat zij zooveel slapelooze nach ten doorbrengt. 4. Een theevisite. 5. Geen handwerk, hij heeft voet werk. 6. Koude. 7. Met de letter r. 8. Een tweede laars. 9. Onschuld. 10. Hoofdhaar. 11. Automuten. 12. In Utrecht, want daar ls maar één Dom. 13. Omdat hij geen mes had. 14. Een steenworp. 15. Ze branden niet langer, maar korter. Goede oplossingen ontvangen van Mies Lambert 7. Zus Duursma 15. Nelly Aarse 13. WEDSTRIJD. De inzendingen voor den wedstrijd in het maken van een lijst van beken de huizen en gebouwen lu Haarlem worden uiterlijk verwacht vóór of op WOENSDAG, 30 AUGUSTUS 1911. WEDSTRIJDINZENDINGEN ontvangen van Zus Duursma. Marie en Bep Ruyzenaars. DE HELDHAFTIGE GARNAAL. Hij heette Zwartoog^ en hij leefde met papa en mama Garnaal en zes broertjes en zusjes in een heerlijke plas bij de rotsen. Daar was een hee- leboel zeewier, waarachter de gar naaltjes verstoppertje konden spelen, en er lagen groove steenen in hei wa ter, waar zij op en af konden sprin gen, kortom, het was het prettigste piekje, dat denkbaar is. Toen dacht nog niemand iets bij zonders van Zwartoog. Zij wisten lueii nog niet, dat hij eens een held zou zijn. Het was nog vóór den dag, dat de Groote Sterveling kwam. O, o, wat een vreeselijke aag was dat! Het iv as om de dapperste garnaal te doen klappertanden, zoo'u dag. Ln het wus nogal zulk prachtig weer! De zonne stralen speelden krijgertje tusschen liet zeewier en de garnaaltjes spron gen er vroolijk doorheen. Maar daar opeens daar hoorden zo een zwaar geluid hoog boven zich, daar werden de zonnestralen ver jaagd door een groot gevaarte, iels groens ging door hot water en vóór iemand tnd had gehad om te vluch ten of onder de steenen te kruipen, werd de treheele gariialenlamilie om- hu og getrokken! Hoep, hoep, daar vlogen ze door do lucht, en een hard© stem riep vlak bij hen; „Hoera. Nnnny, kijk eens wat ik Leb! Eén. twee,. vier, zes, negen gar nuleu in één keer: Die maken alleen al haast een portie bij de boterham! O, wat een schrik was dat! Maar het zou nog erger worden! Want. wat gebeurde er toen? Een groote, vuile, warme hand graaide z© bij elkaar uit hot net en gooide ze iu ©en klein em mertje met een beetje vuil water, dat niets geleek op hun heerlijke, oude plas! O, o. o! kreunde mama GaruaaL Het ls, of ik overal gekneusd ben! Ik ookl Ik ook! Ik ook! riepen do zeven kleine garnaaltjes. Maar papa liet zich dadelijk naar den bodem van het emmertje zakken, alsof hij een flauwte had gekregen. Jullie weten niet, wat dit be- teekent? steunde hij. Betoekent'? riep mama. als mijn staart heelemaal.... Het beleekent. vervolgde papa somber, dat wij allemaal bestemd zijn, om te worden opgegetenl Bij deze verschrikkelijke woorden zonk de geheel© familie half flauw naar den bodem. Opgegeten! riepen ze. Opgege tenl O. pana, door wie? Door wie? snikte papa GarnaaL Door het monster, dat ons nu naar huis draavt. Ik ken ze wel die vree selijke stervelingen, jongens ge naamd. die zonder mededoogen altijd dcor oorlogen tegen ons. arme schep selen, en ons bij bonderden verslin den! Och, och, wat voelden die arme dieren zich rampzalig! Wat een vree- selijk vooruitzicht, om straks te zullen worden ontregelen! Maar de garnalenfamilie vergat, dal ze ook nug goede vrienden had den! Dat was het bruine zeewier, dat over de rotsen verspreid lag. Maar het bruine zeewier vergat hen niet! Het 3trekto zich en kronkelde zich over en om de voeten van jongeheer Thomas en.... hei! hoep! boem! daar lag Thomas languit op de steenen. Zijn kostbaar emmertje kwam onder ste boven terecht en een heele familie gelukkige garnalen sprong ln een groote, veilige plas. Zij waren gered! Zij waren gered! De vreugde van dat oogenblik deed hen al het doorgestane leed vergeten. Zelfs het huilen van den gevallen vijand, klonk hun al» muziek in de ooren. Thomas kon naar zijn boterham met garnalen fluiten, tenminste voor dien avond. En nu zal je hooren waarom Zwart oog zoo'n held was. Want, helaas, teen papa en mama do kinderen na telden. toen was er ééntje te kort. en die eene was Bruinstaartje, die klei ne, arme. Bruinstaartje, de lieveling van de heele familie. Zij keken elkaar eerst verbaasd aan en werden toen rose van schrik, want de waarheid bleek meer en meer: Bruinstaartje was weg I Toen kwam onze held Zwartoog naar voren. Ik zal haar vinden, sprak hij met trillende stem. of ik zal mee opgegeten worden! Dat waren sombere woorden. De heele familie snikte en omhelsde hem. Zij deden geen moeite om hem terug te houdeu. Ja, als hun zenu wen niet zoo vreesolijk in de war wa ren geweest door al de schokkende gebeurtenissen van dien dag, dan zouden zij misschien wel één van al len aangeboden hebben om met hem mee te gaan. Maar nu ging Zwartoog. de helden garnaal, alleen. Ik zeg niet, dat hij niet trilde, tot ir. het uiterste puntje van zijn staart! Maar wat deed dat er toe? Hij gmg alleen en hij ging moedig op weg. Met één sprong wus hij bovenop de rots, vanwaar Thomas zoo juist hul lend was opgestaan en weggeloopen. BruiiLSlaartjel riep Zwartoog zachtjes. Geen antwoord. Weer een sprong. Bruinstaartje! Weer eeon antwoord. Dan maar weer verder. Hu! waar sprong hij nu op?l Kijk alsjeblieft, waar je neer komt, domkop', riep een slaperige stem. Zwartoog trachtte te kijKeu, maar het duurde eenige oogenblikken vóór hij begreep, dut hij midden op een groote kwal terecht was gekomen. O, neem me niet kwalijk! zei hij toen beleefd, want mama Garnual had haar kinderen goede manieren geleerd. Ik hoop, dat ik u geen pijn gedaan heb? Zoo, dat is beter, zei do kwal, maar zou je nu ook wel weer weg willen gaan en niet langer dien vin niger» staart in mijn zijde drukken? Wat zoek ie toch eigenlijk'? Bruinstaartje. zei Zwartoog, mijn lief. lief zusjOl Ze is zoek! Nu. ik zal kwaad met goed ver gelden, zei de kwal, en je zeggen, •.vaar ze is: Mevrouw Roodkrab heeft haar gegrepen en is van plan haar te roosteren voor avondeten. Dat gaf Zwartoog zoo n schok, dat hij omhoog sprong en toen hij weer neerkwam was het midden op den rug vim een groote krab. die met veel haast voortkrabbelde. De krab hield stil. Wie is dat daar op mijn rug? vroeg hij. Ik kan het niet zien. Ik ben maar een glimvliegje, antwoordde Zwartoog met het fijnste stemmetje, dat hij maken kon. Zoo, dan is het goed, zei mijn heer Krab ik dacht, dat ik gar nalen rook! Maar 't is goed, dat ik er aan denk, juffrouw Glimvlieg, je kemt zoowat overal, kan jij me ook vertellen, of mevrouw Roodkrab, dat lekkere garnaaltje al opgepeuzeld heeft? Ik weet. dat ze er een heeft, want een neef van je heeft het gezien en mij verteld. Neen neen, zei Zwartoog haos- geschrij hij bijna omviel. zij bewaart haar tig, al was hij ook zóó e rikt. dat voor het avondeten. Zoo, zoo! zei mijnheer Krab. Dan zullen we nog eens zien. wie haar hebben zal !en haastig liep verder, tot hij aan een soort van hol kwam. waarin mevrouw Roodkrab woonde. Mevrouw Roodkrab was juist bezig met heen en weer te loopen over het zandpaadje vóór haar woning, om honger te krijgen voor het avond eten. Hei. hei. wie zoek je? snauwde ze, toen ze zag, wie om het hoekje verscheen. Jou nfell antwoordde mijnhoer Krab ruw en nam een sprong naar de ingang van het hoL Maar mevrouw Roodkrab was hem voor geweest en daar begonnen zij te vechten, alsof zij elkaar vermoorden wilden. Intusschen was Zwartoog naar be neden en ln liet hol gewipt, zonder dat zij op hem letten. Bruinstaartje! fluisterde liij. En Bruinstaartje antwoordde hem met een zachte kreet van vreugde. Hot kostte hem niet veel moeite om de banden stuk te maken, waarmede j Bruinstaartje vastgebonden was en in minder dan geen tijd waren zij sa men uit het hol gesnapt en op weg naar de groote plas bij de rotsen. De twee krabben waren zóó aan het vechten, dat zij niets van de vlucht bemerkten. Maar wat was de garnalenfamilie blij', toen zij die lieve, kleine Bruin staartje en de dappere Zwartoog weer ongedeerd terug zagen. Geen wonder dat Zwartoog een held genoemd werd en zoo noemde voortaan ieder hem zijn heele leven lang. Brievenbus (Brieven aan de Redactie van de Kinder-Afdeeling moeten gezonden wonden aan Me vrouw Venema—v. Doorn, Wagenweg 8S, Haarlem). In de bus gooien, zonder aanschellen I MIES L. Je verlangt zeker al naar 1 September, is 't niet Of zie je er ook een beetje tegen op om weer allemaal nieuwe kermissen te krij gen Wat zal het kleine poesje liet saat vinden als je weer den heelen dag weg bont. Je hebt je tuintje ze ker goed begoten in de warmte, is 't toiet, on zouden jullie van jou dop erwten wel een keertje kunnen eten? DOORNROOSJE Ik denk, dat jij ook wel weer een beetje naar school verlangt, is 't niet Of heb je je nooit verveeld in de vacantie Ju. het was wel erg warm, maar als je ln den Hout speelde, had je or toch zeker niet veel last van, is het wel Ben je de stad niet uit geweest? NANNE en COR N. Wat een heerlijke week is dit nog geweest. Handen jullie veel last van den re gen Of is het in W. en Z. droog ge weest zoolang jullie er waren Eu dat begin van de vacantie was ook heerlijk 1 Heb jij aan die stukjes ook meegedaan, Cor En hoe laat gingen jullie wel naar bed WILLEM O Heb jij langer \a- cantie gehad dan de anderen, of is jullie heel© school zoo vroeg begon nen, en wat heb je al die vrije dagen toch wel uitgevoerd Met al de broer tjes buiten gespeeld, of mocht je ook wel eens met vriendjes naar de dui nen WILLY G. Van harte gefelici teerd I Dat is een aardig slot van de vacantie een verjaardag Jammer, dat je nu juist naar school moet. in- plaats van met het nieuwe speelgoed te kunnen spelen, hè Want ik deuk, dat je weer een heeleboel gekregen hebt vandaag Hebben ze je alle maal weer bedorven Hoeveel vrien dinnetjes komen er morgen, en wat gaan jullie doen Maak maar veel pleizier, hoor CORNELIS VAN G. Ja, ik geloof dat liet overal even worm geweest is 1 Maar het is heerlijk, als je dan niets anders te doen hebt, dan uit gaan en vacantie houdan Ueb!>ou jullie veel tochten naar het strand en naar de duinen gemaakt» en was je erg verbrand JACOBA v. d. S. Wat een lange brief heb Jij me geschreven Nu, je hebt ook een paar heerlijke uitstap je© gemaakt. Maar dat je moe was, toen je uit Nijmegen kwam, wil ik graag gelooven. Je had ook zooveel nieuws gezieu I Wat voud je het al lermooiste Ja, het bosch in Baara Ls ook prachtig. Met wie beu je daar geweest 13 je neef al onderweg, en hoe lang blijft hij daar JENTIEN B. Ja, dat was een heele teleurstelling voor je I Geluk kig, dat Vader nu een ander protj© voor je bedacht heeft, anders zou je or saai afgekomen zijn. Wanneer ge beurt dat nu. en heeft Jo Woensdag veel pleizier gehad Als jullie nu ook nog maar mooi weer treffen! Ik hoop het, hoor 1 MARIETJE S. Ik wil graag ge looven, dat je er heel wat moeite mee gehad hebt, maar het is dan ook een heele voldoening om ze allemaal go- vonden te hebben Als de school weer begonnen is. zal je wel weer minder lijd voor onze raadsels hebben. Krijg je nu weer meer huiswerk 's avonds r Ja, dat is goed vertel me maar eens waar je geweest bent JOHAN VAN D. Wel, hoe kwam dat 1 Is het met cricketten gebeurd, of heb je gevochten, en is het nu heelemaal beter Hoe lang heb je hem in oen doek moeten dragen Dat was jammer in de vacantie, want nu kon je niet veel spelen, denk ik Vertel er mij maar eens iets van 1 PIET DE V. Ja, zoo'n vacantie is heerlijk Ik geloof, dat iedereen het prettig vindt, om zijn gewone werk eens een poosje in den steek te laten. Was je aan boord niet zeeziek 1 lioe lang duurde de reis FRANS VAN E. Ik dacht wei, dat je bet toch te druk zoudt heb ben, FransMisschien hoor ik van Jou, of Jo nog wel eens iets, als er eens een wedstrijd is, die jullie oen van beiden aantrekt. Werk maar flink, hoor Ik hoop, dat je goed vooruitkomt I ZUS D. Jou laatste brief was nog niet beantwoord. Zus, dus ik heb er nu twee voor mij liggen. Toch denk ik, dat de volgend© brief nog heel wat langer zal zijn wat zal j© m« dan veel te sclirijven en te be schrijven hebben. Ik hoop, dat jullie daar even mooi weer treffen, als het hier geweest is, maar niet zóó warm. Hadden jullie er daar buiten veel last van Ik denk, dat je er erg veel met een boek buiten gezeten hebt. Nu. prettige reis, hoor 1 ANS v. dB. Ik weet niet, of je al weer in Haarlem bent en onze Za terdagavond ziet, maar ik zal je toch maar even komen bedanken voor je kaart- Wat beteekent „Euk" eigen lijk Jullie hebt ook zeker den heelon dag in de bosschen zitten lezen. Is 1 niet, of was het niet te warm om wandelingen te maken JOHANNA T. Ik hoef niet te Yragon, waar jij geweest bent 1 Dat portret kan je alleen maar in Z. koopan, denk ik. Heb je veel pleizier gehad ANNIE MR. Wat is het daar mooi, vind je niet? Hoe lang ben je in A. geweest, en zijn jullie toen met de tram naar B. en S. gegaan Be gint jou school ook pas weer 1 Sep tember HENRI J. Ook wel bedankt voor je kaart, HenriWat heb je in A. uitgevoerdEn heb je veel pleizier gehad in de vacantie Wat heb je nog meer gedaan ZONDER NAAM. Wal geven jul lie roe toch een lastige raadsels op 1 Hoe moei ik nu raden van wie die 49 raadsels zijn, als er geen naam onder staat Toch denk ik haast, dat het Bart L. of Teunis K. of Karei K. is, want dat zijn cricketspelers! llelp mij nu maar eens verder MAARTJE, NICO en EMMA V. Wel bedankt voor je kaartZijn jullie daar een dagje geweest, of heb je er gelogeerdEn hebben jullie veel pleizier gehad HENDRIK B. Van jou ook al zoo'n mooie kaart 1 Je bent zeker veel buiten geweest met liet mooie weer, en ben je nu het ziekzijn weer heele maal vergeten MARIE R. Ja, vertel mij dan maar eens precies, hoe het geweest is in de vacantie. Je bent toch niet erg ziek geweest, is 't wel Heb je veel werk gehad aan je inzending, en waar is Bep geweest NELLY A. Hebben jullie thuis geen atlas Ja, er is dikwijls wel wat kennis van aardrijkskunde noodig voor ouze raadsels. Je had ze wel keurig geschreven dat was je toch nog niet vergeten gelukkig 1 IRIS. Wel gefeliciteerd, hoor l Heb je een pretügen dag gehad, en ook veel moois gekregen W at een aardige tocht was dat Was je daar wel eens meer ge weest Bert us zal het nu wel heel druk krijgenLaat hij maar flink werken, hoor, dan zorg jij maar trouw voor onze ru brics I Heb je voor den wedstrijd ook al wat bij elkaar Mevr. VENEMA—v. DOORN. 26 Augustus 1911.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 13