HAARLEM'S DAGBLAD. t™eblad
VOKSÏ EN VRIENDSCHAP
dat alleen aan leden der Vereenlging
informatiën door haar worden ver
strekt, en dat voor information op
hier ter stede woonachtige personen
nooit betaling mag worden gevor
derd.
HET BESTUUR.
Van onzen Refzenden
Redacteur.
BD KAARTLEGSTERS EN PLA-
NEBTLEZERESSEN.
H.
Bij de kaartlegster, waar wij ons
thans vervoegden, en die zich aanbe
veelt als ,.de helderziende", was het,
In tegenstelling van de anderen, zeer
zindelijk- In het kleln-burgerlljk ge
meubelde beneden huisje was alles
frisch en netjes. Wij moesten in de
achterkamer wachten, want er was
ruist bezoek. Een dienstmeisje met
haar moeder vroeg „opheldering in
duistere zaken" en wij hoorden nu en
dan uit 't voorkamertje de kaartleg
ster snreken „Er ligt een sterfgeval
op je huis." ..Nee, mensch, hij krijgt
pensioen." „Verkeering met een zwart
persoon enz."
Wij waren vol gespannen verwach
ting voor onze beurt. V» ant een mij
ner kennissen, een bekend Ha&gsch
kunstschilder, was zoo goed geweest
mij met ziin echtgenoote te vergezel
len. De kunstschilder wachtte een
paar huizen verder in de straat. Me
vrouw was met mij meegegaan en
toen wij in t voorkamertje toegelaten
werden, waar een vrouwtje in een
zwarte japon met veel gitten en ouder-
wetsche zilveren en gouden sieraden,
ons wachtte, zeide mevrouw, volgens
onzo afspraak„Juffrouw, mijn man
heeft mij kwaadwillig verlaten. Se
dert een maand heb ik niets van hem
gehoord, kunt u mij ook raad en op
heldering geven
Het vrouwtje liet haar. juist als de
andere kaartlegsters, zeven kaarten
trekken en begon daarop do kaarten
in rijtjes te leggen. Toen zei ze met
overtuiging„Wel lieve mensch, die
man komt weer gauw bij je terug. Hij
is over zee. Heeft-ie niet dikwijls ge
zegd. dat-ie naar Indië of naar Ame
rika wou gaan Hij is over zee.
maar ik zie geen vrouw bij hem. 'k
Zal nog eens o ver-kruis en...."
Zij legde de kaart opnieuw, nu in
kruis- en radvorm.
„Neem... ik zie geen andere vrouw
bij hem. Die man heeft hou al be
rouw. Hij komt bepaald terug... neen,
daar kan je vast op gaan.... In welke
maand bent u geboren Zoo.... in
September. Dan zeit je planeet, dat je
hem weer terug zal zien. Dat zal geen
maand duren. Hij is nog al sikkeneu
rig en erg driftig, nietwaar Een las
tig persoon, waar je niet goed mee
over weg kunt. Dan wil-ie zus en dan
wil-ie zoo. Zie je. er is een blonde
vrouw, die 't hem doet. Zijn kaart leit
erg benauwdhartig... Hij heeft nu al
spijt. En hij heeft geen blinkende
voorwerpen meegenomen. Alleen
geld... is 't niet zoo T'
Telkens kijkt het vrouwtje van de
kaarten op en onderzoekt de gelaats
trekken van mijne vriendin, om te
raden of haar verzinsels „pakken" en
zij zoo een handleiding kan vinden
om meer secuur op voort te gaan.
„Er is veel faisiteit op je huis. Die
mijnheer, die hier bij je zit, is niet
valsch maar er zijn valsche perso
nen om je heen. Waar je nu woont zal
je niet lang blijven (u.b. mijn vriend
beeft juist een nieuwe woning betrok-;
ken d'r komt gauw een verandering1
in je leven door dien zwarten heer....
Eu je kind, je hebt een dochter, is 't'
met, (zij heeft een zoon)je dochter is
niet erg sterk...."
Zoo gaat ze door. telkens de kaar
ten ver legeend, en besluit ten laatste
„Je man is in Engeland, maar hij
komt weer over den korten weg bij je
terug. Je kaart leit heel goed je krijgt
veel geldEr is een sterfgeval over
den korten weg in je famine ie wach-1
ten... en dan zal je veel erven..."
„Van mij n^ schoonmoeder vraagt
mijn vriendin schalks.
„Jajuistvan je schoonmoe
der.... zie je, daar leit ze.... (ze toont
schoppe-vrouw), en je moet je met j6
schoonmoeder beter verdragen.... je
moet haar lijmen en meer krispeden-
ue met haar houden.... d'x meer
scnrijven, zie je...."
Drie minuten later, na twee
kwartjes voor dit gebazel geofferd te
hebben, lachen wij drieën, mijn
vriendin, naar man en ik, hartelijk
om de verzmseis van het sluwe
vrouwtje. Vooral de erfenis van
schoonmama geeft ons stof tot na
denken.... want schoonmama zou
zelve verwonderd zijn, als men haar
mededeelde, dat zij wereidsche goede
ren op deze aarde bezit 1
Het bezoek, dat wij daarna aan een
andere kaartlegster brengen, die „40
Jaren werkt als mad. Leonard" (xij
meent Lenormand, die keizer Napo
leon's toekomst heeft voorspeld), is
aanvankelijk zonder succes. Want het
is er zoo druk, dat wij niet san de
beurt komen. In het voorkamertje is
de kaartlegster, een vrouw van in de
vijftig jaren, van een zeer ongunstig
type. opgedirkt met een heelen goud
smidswinkel, bezig met twee Jonge
meisjes van even in de twintig. In
het gangetje wachten twee andere
cliënten, van gelijken leeftijd, en In
het achterkamertje, verlicht door een
kaars, wachtel nog twee Juffrouwen.
Het zaakje gaat hier blijkbaar voor
den wind.
Den volgenden avond komen wij
(nu alléén) terug. Weer is er be
zoek, maar in het achterkamertje
wachten wij alleen. De kaartlegster
komt evan uit de voorkamer naar
achteren. Dadelijk herkent ze mij
hoewel zo mij gisteravond toch maar
even gezien heeft.
„Ik moet even een kopje thee voor
mijn zoon zeiten. De jongen moet lo
ten en daar is-ie nu zoo ziek van."
„Wel, juffrouw, dan zult u toch
wel te-voren kunnen zeggen, of hij
er in loot of vrij komt I"
„Zeker ik weet, dat hij er in zal
loten en dat hij er aan sterven zal.
Dat weet ik al vast..."
De kaartlegster begint een spel
vieze speelkaarten uit te tellen en
noodigt ons
„Waarover wilt u opheldering
„Zegt u maar eens wat van mijn
verleden en mijn toekomst Ik zie
daar de kaarten van mad. „Leonard".
Werkt u daar ook mee
„Neen, mijnheer.., ik kan het wel,
maar die kaarten zijn niets waard....
ik werk met de gewone kaarten,
maai- volgens de methode van mad.
Leonard"Dat is het échte...."
Zij kijkt in de kaarten en vraagt
mij dan
„Heeft u niet wat met rechters te
doen
„Ja, juffrouw mijn beide broers
studeeren te I.ciden in de rechten...."
Zij verstaat mijn antwoord maar
half en meent dat ik „rechter" zeg.
„Juist dat is hot hemziet
u.... hier, deze kaart zegt het.... met
dien jongen rechter zult u binnenkort
veel moeite krijgen.... liet gaat om
een groot proces van geldzaken.
Daar moot u erg voorzichtig mee
zijn. U zult eerst veel tegenspoeden
hebben, een heel langen tijd, maar u
moet maar volhouden, dan zal die
rechter u wel helpen.... U bent niet
getrouwd ?'-'
„Neen. juffrouw."
,,Zio je., dat zeg lk nu maar zoo
opeens. Dat doet geen mensch mij
na dat zoo maa'r helder te zien. U
gaat binnenkort een groote reis ma
ken en dan zult u veel geld gaan ver
dienen... maar te-voren zult u veel
moeilijkheden hebben. Er is eeta don-;
keno vrouw, die zeer verliefd op u is
en die u m haar val tracht te lok
ken. Dan is er nog oen andere blonde, I
die ook veel moeite om u doet... cüe
blonde moet het worden... waftt die
andere is valscb... bij die blonde is
een ander heer, niet zoo donker als
u, en die spant met die zwarte tegen
u samen... Iioe oud beht u?"
Ik geef een veel jongeren leeftijd:
op.
„Dan moet u wachten tot u 85 jaar
bent en dan zal er een groote omkee
ring in uw leven plaats vinden... dat
is uw planeet... Elk mensch heeft zijn
eigen planeet. En alles wat een
mensch gebeurt in zijn leven is al
precies te-vo'ren bepaald. Elke zeven
jaren gebeurt er in een mensch zijn
leven een verandering."
„Waarom juist zeven jaar, juf
frouw?"
„Omdat de week ook zeven dagen
telt. Dat zit in de planeet."
„lk dank u wel, juffrouw. En hoe
bent u nu zoo aau die helderziendheid'
gekomen?"
Mijn titan was gc:torven en ik en
mijn zoontje hadden gebrek. We gin
gen naar een kaartlegster, en daar
kwamen twee heer en binnen... die
lieten mij en mijn zoon dadelijk te
eten geven en toen ben ik eerst in
die stad zelve kaartlegster geweeet,
maar dat gaf niet veel en ik ben naar
den Haag gegaan, omdat het hier
eën publiek is, dat meer voor de hel
derziendheid gevoelig ia. En het Is
waar wij hebben geen gebrek meer
gehad sedert dat oogenblik."
„Werkt u ook met bet ei?'
„Ja... wilt u dat ook...?"
„Alstublieft"
Zij neemt twee glazen met water,
waarin eiwit is gegoten. 1 Eene glas
ia opalig-vaa', In T andere hangt het
eiwit in draden.
„Zoo... houdt u dat glos nu maar
een oogenblik vast."
Ik houd het glas vast Zij voelt na
eenlge oogcnblikken mijn hand en
zegt dan:
„Uw hand beeft Dan ls 't al goed.
Begrijp je, dat is van de „sonnebule"-
krucht. Daarop kijkt zij in het glas
en gaat voort: Lahge draden en bo
venin een ooievaarsnest... Je gaat
binnenkort een groote Tets onderne
men een heele verre reis, door een
land, waar Je nog nooit geweest ben.
En dan kom je over een lange brug,
een heel lange brug, waar je nog
hooit over geweest ben, een ijzeren
brug, met bogen terzij... En dan ga
je trouwen...
„Leest u ook uit de hand?'
„Geeft uw linkerband... Zoo... die
lijn loopt door... je zult veel geld
krijgen, véél geld... en je hebt ook
wat met eeh rechter te doen..."
Ze kijkt mij onderzoekend aan om
na te speuren of mijn trekken ook
verrassing of ontsteltenis toonen.
Haar onderzoek valt blijkbaar niet
bevredigend uit,
„Je zult binnenkort van een sterf ge
val hoor en... van een zelfmoord.
Iemand zal zich in je naaste omge
ving verdoen... Dat zie ik klaar in je
„Dank u wel, juffrouw... hoeveel
ben ik schuldig?"
„Een gulden, mijnheer... want ik
ben met alles voor je bezig geweest."
Ik leg den gulden op tafel.
„En komt u maar weer bij mij te
rug dan zal ik u 't verdere vertellen.
„Dat beloof ik u!"
(Wordt vervolgd).
Parijsche Brieven
CCXCI.
Heden, den 29sten Augustus, is, na
do ontdekking (22t.v.) van den diefstal
(21 t.v.) der Joconde, het Louvre voor
het eerst weder voor het publiek toe
gankelijk gesteld.
Ik ben er zooeven een kfjkje gaan
nemen.
Het was er vol mcnschen van al
lerlei slag, vooral in den „Salon Car
ré", waar het portret van Monna Lisa,
gemalin van den Florentijnschen edel
man Francesco dl Bartolommeo di
Zanobi del Giocorido, zoo glorierijk;
hoeft gehangen. Men verdrong zich
letterlijk om de plaats, waar Leonar
do da Vinci's wereldberoemd meester
werk mét meer hangt. Vooral Engel-
schen en Duitschers zwermden er om
lieen.
Veel schik had ik in een Engelsch
groepje, dat bestond uit papa, mama,"
twee dochters van, naar schatting 30,
en 25 jaar, en een gouvernante. Pos
teerden zil zich ergens voor, dan
stonden zij in het gelid. Schreden zij
voort, dan Liepen zij als eenden ach
ter elkander. De gouvernante las af
eu toe uit een reisgids voor, op een
teeken van papa, die don telkens met
het hoofd knikte, als wilde hij te ken
nen geven, dat hij eigenlijk wel wist,
wat er In stond. Een enkelen keer
haalde papa een nummer van „The
Times" uit ïijn zak en las er even in.
Papa. Hadden ze hier, als in ons
South Kensington Museum, tourni
quets, dan had de diefstal niet kun
nen plaatsvinden. Heb ik je dat giste
ren al niet gezegd, Maud
Maud. Ja, papa.
Mama. En hadden ze hier, even
als in de National Gallery en in het
British Museum, slechts één ingang
voor het publiek, dan had de diefstal
niet kunnen plaatsvinden. Heb ik je
dat eergisteren al niet gezegd. Helen?
Helen. Ja, mama.
Papa. Hadden ze hier aan elke
beroemde schilderij een alarmschei
bevestigd, dan had de diefstal niet
kunnen plaatsvinden. Heb ik jk dat....
Maud. Vooreergisteren al niet
gezegd, Maud? Ja, papa.
Gouvernante, lezend. „Leonardo
da Vinei schilderde dat portret om
streeks hei jaar 1500, gedurende zijn
verblijf ln Toscane. De echtgenoot van
deze patricische, Francesco....
Maud. Waarom glimlachte Mon-
na Lisa zoo lief tegen den schilder,
als zij een man had Een getrouwde
vrouw mag zóó alleen tegen haar man
kïiken anders doet zij onbehoor
lijk.
Papa, gewichtig. Florerdiinsche
zeden van den Renal3sance-tijd.
Een bewaker van het museum
schc-ot op dit Engelsche groepje ioe.
dat zich sedert geruimen tijd schrap
had gezet, als wilde het anderen ster
velingen den weg versperren.
Bewaker. CircuJez. messieurs, cir-
culez 1
Mama. Wat zegt hij
Gouvernante. Doorloopen, mijne-
heeren. doorloopen.
Papa. Denken ze soms, dat wij
óók willen stelen?
Bewaker. Mais circulez done
Eindelijk, na een korte beraadsla
ging, besloot het troepje verder to
gaan. Als eendjes liepen zij achter el
kander, pa, ma. Maud, Helen en de
gouvernante, welke laatste den reis
gids opengeslagen in de hand hield.
Helen, loopend als no. 4. Papa,
gaan wij nu de Venus van Milo zien?
Papa, doorloopend zonder om te
kijken. Op mijn program voor van
daag staat„Kijken naar de plaats,
waar de Joconde heeft gehangen."
Daarna„Opgezetlen tijger koopen bij
den naturalist Buisson. Place Saint-
MicheL" Geen Venus van Milo ver
meld. Volgen wij het program. Ik
houd van orde. Time is so much lost
which might be better employed. (Men
verliest al den tijd, dien men beter
had kunnen be6teden). Wie heeft dat
ook alweer gezegd, miss Stephens
Gouvernante. lk weet het niet,
mijnheer.
Papa. Dat moest u toch eigenlijk
wei weten.
Gouvernante. Ja, mijnheer.
En het vijftal ging in de richting
van den uitgang, noch naar rechts
noch naar links kijkend. Dit stond
immers evenmin op het program.
Ik besloot de Angelsaksers onge
merkt te volgen naar bove'ngenoern-
den naturalist, dien ik, toevallig, per
soonlijk ken.
Terloops maak ik gewag van het
feit, dat ik in een der zalen, waar
wij langs gingen, den bekenden gra
veur Laguillermie tegenkwam, die
ook om min of meer persoonlijke re
denen troosteloos is over de verdwij
ning van de Joconde. Dit volijverige
lid van de Académie des Beaux-Arts
legt zich sedert ettelijke jaren toe
op het reproduceereh, met de gra
veerstift, van het portret van Monna
Lisa. Ontev'reden over zijn eerste
twee graveerplaten, had hij ze zon
der de minste aarzeling vernietigd.
En de derde, waaraan hij met liefde
werkte, kan hij nu niet af krijgen,
door den rampzaligen diefstal Jaren
arbeids naar den... naar de maan
geef toe, dat het voor een erhstig
kunstenaar een ontzettende teleurstel
ling is...
Mais reven ons 5 nos... Anglais...
Het troepje trad' op z'n Indiaansch
of z'n Anglikaansch den winkel van
den hee'r Buisson binnen, eeh goed-
hartigen, doch kort aangeboden man.
Toen zou de gouvernante, die, hoe
wel met een arba'rmelijk accent, zicli
vrij verdienstelijk in het Fransch kon
uitdrukken, het woord voeren.
Er waren drie opgezette tijge'rs in
den winkel. Papa, die voor een opge
zetten tijger kwam, scheen evenwel
dat onderwerp niet dadelijk te willen
aanroeren. Papa, mama, Maud en
Helen stelden om de beurt, telkenma
le" met een strak mtgestokên vinger
wijzend, vragen, die de gouvernante
den natu'ralist moest overbrengen.
Gouvernante, namens papa. Wat
is dat voor een beeet?
Buisson. Een sperwer.
Gouvernante, namens mama. En
dat?
Buisson. Een volk.
Gouvernante, namens Maud. En
dat?
Buisson. Een nachtuil.
Gouvernante, namens Helen. En
dat?
Buisson. Een damhert
Nadat er op die wijze nog negen
dieren aan waren, gegaan, sprong de
heer Buisson eensklaps op en kreet
Dat is genoeg. Denken jullie,
stokstijve eilandbewoners soms, dat
ik hier ben om jullie kostelooze les-
Haariemsche
flandeisvereeniging
(Goedgekeurd bij Kon. Besl. van 12
Nov. 1899.)
De Haariemsche Handelsvereeni-
ging hier ter stede, opgericht 10 Mei
1892, heeft In den loop van den lijd
wel haar recht van bestaan bewezen.
In zee* vete gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreflende, ls zij
opgetreden en dikwijls met groot
succe3. Jammer echter, dat men alge
meen niet meer blijk geeft, dit te
waardeeren, door als lid der Vereeni-
ging toe te treden. Er zijn wol meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, neringdoen
de, ja zelfs particulieren, moesten lid
worden, om tea minste te laten ge-
Voelen, dat men het werk op prijs
Btelt, dat de Haariemsche Handels
eer eeaiguig steeds cpneemt, als doen
de, wat hare hand vindt om te doen.
De voordeelen, die de Vereemgiiig
buiten hare bemoeiingen van ver
schillenden aard, haren leden aan
biedt, zijn zeer vete en zeer groote
tegenover de geringe jaarlijksche
contributie van f 3.50, die gevraagd
wordt
De Haariemsche Haadelsvereeni-
ging bemoeit zich in de eerste plaats
er mede, de belangen van hare leden
te bevorderen, door onwillige beta
lers voor hen tot betaling aan te
manen en mlormatiën voor ben in te
winnen. Bovendien hebben de leden
het recht het him gratis te verstrek
ken advies der Vereeniglng te vragen
die ook Lu procedureu en faillisse
menten grutis voor hen optreedt, na
tuurlijk alleen voor zaken betreffende
den handel eu het beorijf der leden.
Als proef kunnen voortaan nieuwe
leden voor een half jaar worden aan
genomen, doch slechts het 2e halfjaar
(van 1 November tot en met 30 April)
ad f 1.75 de halve contributie.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver-
eeuiging zijn de heeren Mrs. Th. de
Haan Hugouhollz eu A H. J. Merens,
Spaarne 94, alhier, die voor de leden
eiken werkdag van 24 uur des na-
middas zijn te spreken.
Het bureau der Vereenlging is ge
vestigd Jansweg 11.
Voor incasso's door bemiddeling
der Vereeniging wordt een vast
recht van 5 pCt. der vordering bere
kend.
Bovendien moet 10 cent voor port
steeds worden bijgevoegd, bij inzon
ding van vorderingen door bemidde
ling der advocaten te innen.
De kosten van informatiën naar
buiten de stad woonachtige personen
bedragen (30 ets. per informatie, plus
vijf cents porto-vergoeding. Informa
tiën naar binnen de stad wonende
personen worden gratis verstrekt
Pretentien op buiten de stad wo
nende personen worden niet behan
deld, wanneer niet 10 ets. voor porto-
vergoechng is toegevoegd.
Ruim 1748 informatiën en rechts
geleerde adviezen werden in het al-
geloopen jaar gegeven.
in de maanden Mei en Juni 1911
zijn 56 vorderingen tot een bedrag
van f 1570.85 betaald; 14 vorderingen
worden afbetaald, 11 vorderingen
zijn uitgesteld.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
in verband met de wijziging van
art kei 11 van het huishoudelijk regle
ment van den Nederlandschen Bend
van Onderlinge informatie- en
Schuldinvordering bureaux en Han-
doisvereemg.ngen, gevestigd te Haar
leui, moet in het vervolg voor elke
informatie die op vertoon van leg.ti-
inutieiiaarten wordt gegeven, 25 cent
worden betaald.
Alle brieven, aanvragen, reclames
oi wat ook, moeten worden geadres-
seert aan het Bureau, dat geopend is
dagelijks van 9 tol 5 uur en waar ook
verdere inlichtingen zijn te bekomen.
Het Bestuur heeft bemerkt, dat men
soms meent, dat men, hoewel geen
lid der H. H. V., toen van haar infor
matiën kan bekomen, en brengt nu
nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis
M-EUiLLc vis
-t naar hoi cjigelscti.
12;
De snelle verandering van onge
voeligheid tot haar normale kalmte
was merkwaardig en misschien be
wonderenswaardig. Ook was mork-
waordig liet totaal ontbreken van
©enige uiting van dankbaarheid, be
halve do m;j toegevoegde woorden,
dat ik niet gedaan had, wat natuur-
-lijk was.
Daar was iets teleurstellends in en
toch voelde ik onwillekeurig, dat die
uiting, hoe onbeteekenend zij ook
scheen, inderdaad meer vleiend was
dun de gebruikelijke gemoeds-uitin
gen der meeste jonge vrouwen.
Ik hoop, dat u niet al te zeer ge
schokt is, zei ik, misschien d<>ed
ik verstandig met een slede te halen,
om u thuis te brengen
- Ik ben weer volkomen hersteld,
dank u. luidde beslist het ant
woord. en het volgend oogenblik
stond zij overeind en sloeg de sneeuw
van haar wollen jersey en korten,
blauwen rok.
Wij wandelden zwijgend voort, de
gouvernante weigerde mijn arm, en
wij volgden het pad naar beneden
naar Weissheiin.
lk denk, dat ik nu bang zal zijn
geworden voor Scylla, zeide mijn
gezellin een weinig bittertot nu
toe was ik er nooit bang voor. De
eenige dealen van de baan, die ik
altijd met een beetje angst nader,
zijn de kruispunten.
De kruispunten
Ja, er zijn twee plaatsen, waar
de baan gekruist wordt. De eeqe is
vlak aan het begin, wat wij het ho-
voukruispunt noemen, maar dat zel
den gebruikt wordt Het voornaamste
is hier vlak bij, waar de dorpsweg
van Riefinsdorp de baan kruist
U bedoelt, zei ik, dat u
bang is, dat een slede uw weg zal
kruiser-, als ge naar beneden gaat
Juist Dat zou verschrikkelijk
zijn, omdat, ofschoon men zijn snel
heid kan verminderen door flink de
spiikers der schoenen in het ijs te
zetten, men evenmin geheo! kan stop
pen, dan dat men een geweerkogel
in een vlindernetje zou kunnen op
vangen.
Kan men zich dan niet van den
toboggan af laten -vallen vroeg
ik.
Dat zou wel kunnen, maar het
zou totaal nutteloos zijn. Men zou
toch op dezelfde wijze voortgaan, al
leen veel onaangenamer. Feitelijk is
er niets te vreezen van dit kruispunt.
G ziet ilul seintoestei Als het sein
naar bovon staat, zooals nu, dan mag
geen slede binnen 100 meters van de
naun naderen Die man is daar ge-
stationueerd, om dien regel te hand
haven, voor het geval, dat een onge
duldig voerman net sein. over het
hoofd mocht zien.
Nauwelijks had Miss Anchester de
ze woorden geuit, of het geluid van
rinkelenile sledebellen deed zich hoe
ren. Een seconde later kwam uit de
dennenhossehen een slede met twee
paarden bespannen en gemend door
een koetsder in livrei, en in weerwil
van liet signaal holden zij roekeloos
de honderd meters afstand vóór de
baan over. Gelukkig was er geen
tobogganger in het gezicht, maar de
wachter, trouw aan zijn plicht,
sprong vqpruil om de paarden bij de
teugels te grijpen. Plotseling echter
hield hij in, ging aau den kant van
den weg ^aan, nam zijn hoed af en
boog.
Jlot rijtuig bevatte twee dames. De
eene was Fréulein Helder, de andere
H. M. de Koningin.
HOOFDSTUK VL
Wij gingen met ons vieren om de
lunchtafel zitten en de stemming was
gedrukt. Ten eerste ontbrak het vrou
welijk element geheel, de Koningin
was. weg en Miss Anchester lunchte
boven bij de kinderen. Ten tweede
vormden wij een ttloin gezelschap in
een groote kamer, hetgeen nooit op
wekkend is. Ten derde was mijn ge
zelschap, namelijk de Koning, gene
raal Meyer en do jonge Prins Max,
blijkbaar niet in al te beste stemming.
Wij zaten aan het eene eind van de
groote eetkamer, een lang, smal ver
trek. nog kort geleden gebouwd ami
het Zuidelijk front van liet Paleis,
met een mooi uitzicht over het dal,
en met een overvloed van middelma
tig snijwerk in zeer glad gepolijst
pitch-pine.
Prins Max. aan wien ik nu was
voorgesteld, was een kleine jongen,
die er bijzonder goed uitzag, met een
kleinen krevel, en een bijzondeT bleek
gelaat. Hij zag er verveeld en een
Ketje verboemeld uit, maar zijn trek
ken, die bijzonder welgevormd wa
ren. droegen een sterke gelijkenis
met die van zijn zuster.
Zooals lk al heb opgemerkt, de
stemming was gedrukt. De Koning
)»ad 'blijkbaar verdriet en was ver
strooid. en de onverholen wijze,
waarop hij zijn plichten als gastheer
verwaarloosde, maakte, dat ik mij
nog meer tot hem voelde aangetrok
ken. Ik wist dat hij verdriet had, en
als hij mij met kleine attenties ver
volgd had, of, nog erger, zijn best
had gedaan mij gedwongen vroolijk
te onderhouden, den zou ik mij oog
veel minder op mijn gemak gevoeld
hebben.
De hoofd-commandant was zooais
gewoonlijk critiscb zwijgend, zich
ten koste van anderen vermakend.
Van den jongen prins kreeg ik een
ongunstigen indruk. Hij drank heel
sterke whisky's en soda's, en rookte
cigaretten (zonder daartoe permissie
te vragen) tusschen de gangen van
den lunch in. Conversatie had hij
blijkbaar heelemaal niet, maar dat
vergoedde hij door met tusschenpoo-
z-en van iedere drie of vier minuten
hevig te gapen.
Na den lunch bracht een man op
een blad brieven binnen. Er was er
voor mij een bij van mijn moeder, en
ook was er een voor den Koning.
Vergeef mij, Saunders, zeide
Zijne Majesteit, terwijl hij zijn brief
open maakte. Ga je gang en lees
je eigen brief als 1 u blieft.
Ik maakte mijn brief open en las
de eerste bladzijde toen ik daarna
opkeek, zag ik, dat de door de zon
verbrande trekken van Koning Karei
een ernstiger uitdrukking droegen
dan ooit. Hij gaf zijn brief aan gene
raal Mever. die hem las zonder iets
van zijn gewone kalmte te verliezen.
Kom bij mij in mijn studeerka
mer en laten wij daar alles eens
kalm bespreken. hoorde ik den Ko
ning zeggen met een stem, die niet
veel meer dan fluisterend genoemd
kon wonden.
Het gevolg was. dat ik van aange-
sen in Fransch en dierkunde te ge
ven? D'ruitl (Truitl En gauwl
En de verbolgen naturalist maak
te aanstalten om de daad by hel
woord te voegen.
Toen veroorloofde ik mij, tusschen-
beiden te treden. Ik legde den hoer
Buisson uit, dat pa ©en opgezetten
tijger mooet hebben.
Maar waarom komt hij er dan
niet dadelijk op?
Wel, ik denk, dat die praktische
Engelschen van de gelegenheid ge
bruik wildon maken om naar de Bel-
lits-rnethode te weten te komen, hoe
al die vreemde beesten in het Fransch
heeten.
Laten ze daarvoor naar mijn
concurrent gaan!
Enfin, mijn tosschenkomst bracht
de zaak in orde. Papa betaalde voor
een der opgezette tijgers, di© in zijn
hotel moest bezorgd worden nadut
hij op de stopverven tong van het
beest zijn stempel had afgedrukt!
©en behoorlijken prijs, dien hij den
naturalist door de gouvernante ter
hand deed stellen.
Parijs zit nu vol van dergelijke
overwalsche reizigers. Het is h u n
seizoen.
OTTO KNAAP.
Tan de Residentie en haar
hewoner8.
CXXIV.
Wanneer zal het publiek eindelijk
©ens genoc» krijgen van operetteu en
zich na den overmaat van t© luchtig©
kunst weer naar wat meer ernstigs
wenden De toeloop, die thans Sein
post te Scheveningen geniet, doet ver
moeden. dat die omkeer ten goede niet
zoo heel ver meer verwijderd is.
Niet dat er .geen toeschouwers in do
zaal zijn Integendeel, maar er is iels,
dat wijst op een langzamerhand beu
worden van een teveel aan grcipixw
op muziek.
Eerst bracht het operettegezelschap,
dat den vorigen winter mei ,,die Keu-
eche Susanne" furore maakte, aller
hande operettes voor het voetlicht, di©
nooit repertoire gehouden hadden.
Het recept van „Lustige Wittwe" en
„Dollarprinses" een ongelukkige
liefde is na Lehar en Fall door zoo
veel operettcgeniën bemuziekt, dat een
zekere eenvormigheid aan die geestes
kinderen niet te ontkennen vielWe
wisten zoowat vooruit wat een nieuwe
operette zou inhoudende voorstel
ling als zoodanig moest daardoor red
ding. d. i. succes, brengen en doordat,
dit op den voorgrond geschoven werd,
kwamen de spelers er meer en meer
toe door platte komiekigheid te beha
len, wat de componist niet bereiken
kon.
Een operette, die alleen door d©
tooneelmatige gaven van de acteurs
gered kan worden, neigt naar do
kluchthaast alle producten van deze
kunst bewijzen dit en waar nu een
teveel aan grappigheid moordend
werkt op de belangstelling vooi dom
opvoeringen^ staat het te bezien, dat
binnen afzlenbaren tijd met do operot-
ten geen droog brood moor verdiend
zal worden.
Seinpost bewijst dat weer. Zoolang
„Graf von Luxembourg", „Herbstmo-
nover", ..Tidely Bauer" opgevoerd
werden, was de zaal wel bezet, maar
nooit geheel vol. Ook het succes steeg
niet boven normaal.
Nu kwam de directie met de „Wal-
zertraum" en de zaal was uitverkocht.
Ziedaar het bewijs, dat de opcrct-
teltefhobberij ten grave neigt. Kous
dal aan W alzertraiun, Dollarprinses
en het Lustige Weeuwtje, het drietal
dat componisten den kop op hol
bracht, nog een vierde toegevoegd
zal worden, is na alle mislukt-pro
beersels van tien ilaatsten tijd niet
goed aanneembaar.
Eindelijk raken oudjes ook
eons afgespeeld en zal het publiek
genoeg hebben van het eeuwige ge
vrij «n sen timen teele gehuil en zullen
voor de meer degelijke kunst woer
betere dagen aanbreken.
De Walzartrauin-opvoering mocht
er anders zijn. Het gezelschap bezit
een merkwaardig aantal goede hce-
renkrachten en weet the uitstekend
te gebruiken. Actie gaat natuurlijk
boven stem; we verlangen helaas
geen mooie stemmen voor een ope
rette, we zijn al tevreden als we
maar lachen.
Donderdag hebben de Hagenaars
wat gemist. Ze hadden iuts kunnen
zicht tot aangezicht zat tegenover den
weinig mededeelzame» en levensmoe-
den Max.
Met een plotseling besluit, om aan
de verveling van ons tête-a-téte een
einde te maken, stak ik mijn half ge
lezen brief in mijn zuk en wendde
mij tot mijn zwijgenden metgezoJ.
Wat heeft men hior ecu prachtig
uitzicht, begon ik.
Hij gaapte alvorens te antwoorden.
Ja, heel mooi, zei hij.
Ik zag u vanmorgen de Kas'.oel-
baan afleggen, ging ik voort.
Zoo. Het scheelde niet voel, of
ik was bij den Duivelsolboog er uit
gedraaid. Een leuk werk dat sleeljo-
rijden. maar niet na een rumoerig en.
nacht, waarin men veel gedronken
heeft
Gaat u vanmiddag weer naar
beneden
Neen, ik ga met ©enige lui,
bridge spelen in liet Pariserhof. Kom,
nu zal ik maar heengaan. Bonjour-
Ik boog even en de jonge prins ver
liet geeuwend do kamer. Zijn En
gelsch was volmaakt, of liever g<v
zegd, het was vloeiend, hetgeen niet
juist hetze-lfd© is.
Ik liet bij zijn vertrek oen zucht
van verlichting hooren en stak mijn
hand in den zak, om don brief vari
mijn moeder weer op te zooken.
(Wordt vervolgd).