cboere'n juist ala de slaap zich gaat melden. Een groote tent, van do soort als de koektonten op kermissen vormt do cantine. Ilier was het al druk. Want de soldaten kwamen hier ki enlebrood-, koek, chocolade koopen, ja sommigen schreven eon prentkaart luj 't licht van eon kaars aan moeder of liefje. Vooral aan moeder. Moe dertje is 't meest in de gedachten. Moedertje, dat zoo veel beter kookt; moedertje, die je goed vortelt, dio nu zoo erg veel medelijden met je hoeft, d e straks geheel goloovig naar al do oorlogsverlialc» zal luisteren, die als je thuis komt je bod extra go- schud heeft, schoon linnengoed netjes neergelegd, lekkerbeetjes kookt... En te denken, dat in oorlogstijd werke lijk al deze jongelieden zoudon kun nen worden geroepen om op eens te genover andere jongelieden te staan om mekaar wederzijds te dooden of jnrmvelijkie verwondringen, die door 't heole leven doen lijden, toe te bren gen. Dan zitten de moedertjes thuis en er zijn velen, die geen lekkcrbco- tjes meer hebben te koken en gceo schoon half hompje boven op 't stapel tje netjes versteld linnengoed leg gen.... En toch ook weer, er ligt eon woeste, wreede schoonheid m dien strijd om den bodeui, in dien strijd van ras of natie om het recht a.ch- zelf te mogen zijn, waarvoor door alle eeuwen het bloed van do odeisten en do dappersten gevloeid heeft.... Voelt ons leger deze manoeuvre, als groot, ernstig oorlogsspel zoo? Daar zul ik in mijn nabeschouwing eeiugo woorden aan wijden. Do cantine is slecht voorzien. Er is geeai thee, geen koffie alleen brood, zoete koek en bier. Als menschen, die niet heel sterk zijn, zoete koek en bier gebrui ken kunnen zij buikloop krijgen. Zoo'n man is dan ongeschikt om de vermoeienis te dragen. Als oen kamp gelijk dit te Eist reeds zooveel kost, dan ook nog wat méér geld besteed om de cautine behoorlijk te verzor gen. En o.i. behoorde een officier de cantine óók 's nachts, neon vooral 's nachts te bewaken, opdat geen on matigheden of domheden bij het eten door de manschappen kunnen wor den begaan. Wij begaven ons nu uit hot kamp cn kepen weder den weg langs, tel kens behoorlijk door de schildwach ten aangehouden, die goed hun plicht deden, tot aan het Ingensche veer. Daar was men reeds bezig aan do pontonbrug te slaan, werkend naar eikaar toe van beide oevers. Aan de zuidzijde legde men groote verzinkt ijzeren pontonschepen naast elkaar, die stevig in den grond verankerd worden en daarna ouderling verbon den. Over deze pontons worden bal ken, „ribben" genaamd gelegd. En op de ribben worden plankan beves- t.gd. De pontonniers werkten met kaarslantaarns, die weinig licht ver spreidden. Maar alle dcelen van zoo'n brug passen in. elkaar, men kan den arbo.d vergelijken met het oprichten van een houten circus, dat ook altoos haastig en toch goed verricht wordt, omdat elk zijn plaats weet en zijn handwerk kent. Aan den zuidelijken oever had men geen ijzeren ponton schuiten maar houten aak-schepen. Er werd rustig maar vlijtig gear beid. Goon vloeken, geen ruwe woor den, geen overbodig geschreeuw... De manschappen werkten echter onder gunstige omstandigheden, want het weer was goed en de rivier vlak en kalm als een spiegel. Wij keerden na eeu uur den voortgang van den ar beid gadegeslagen te hebben naar bet kamp nabij Eist terug. Ilier be- gou het reeds levendig te worden, en toen tegen half drie de eerste beve len tot liet ontwaken waren gegeven was het lioogst schilderacht» g. Er worden nL in oorlogstijd geen hoorn signalen gegeven. Een mondeling be vel van den commandant wordt van D8 witte glacé Handschoen. Kaar het Engeisch. Onmiddellijk na mijn terugkeer uit lndie in do lente van het vorige jaar, ontmoette ik weder Clement llalfoid. Ik was tien jaar ui Madras geweest, 011 gedurende al dien tijd had ik niets viiu Clement gehoord, dien ik bij mijn vertrek naar Engeland gekend had ala student. Nu vond ik hem terug als een prac- lisoereud geneesheer, wenende m ecu mooi hui3 ui West-End te Londen, en getrouwd met een buitengewoon lieve vrouw, enfin, in alle opzichten als een recht gelukkig man. Wo hadden steeds als vrienden met elkaar omgegaan in onze studenten jaren, en maakten er dus niet het min ste bezwaar tegen onze vriendschap te hernieuwen. Een paar dagen na onze ontmoeting dineerde Clement bij mij, een weck later at ik 's middags bij hem in de liurley Street, liet was bij deze gele genheid, dat ik de merkwaardige ge schiedenis ie hooren kreeg, die ik nu op ui ij n beurt zal verhalen. We zaten des avonds laat in zijn studeerkamer, en rookten op ons ge- muk een Sigaar. Mevrouw Halford was reeds naar bed gegaan, en Clement en ik vertelden elkaar 't een cn ander o\or ons wedervaren en onze avontu ren gedurende de tien jaar, dat wij elkaar niet gezien hadden. Onderwijl w ij zi^i keuvelden, bekeek ik den In houd van mijn %vrïends heiligdom, waarin verschillende stukken en brok ken van medische en wetenschappelij ke curiositeiten uitgestald stonden. Eén voorwerp vooral trok mijn aan dacht. Het was een vierkant kastje, met glazen deuren en drie legplanken. Op de bovenste en middelste lag een groot aantal boeken opgestapeld, sont- .mige Fransche, andere Ituliuanscho, en weer andere Soaanscho. inaor ul- afdoeling tot afdeeling, van tent tol tent overgebracht. In sommige ten ten was 'reeds oen kaars aangestoken en de manschappen kleedden a ch aan. Van buiten zag men dan tegen do wanden der verlichte temt do groo te schaduwen der menschen binnen in bewegen. In elke tent konden 16 man onderkomen vinden. Thans ech ter Jagen er doorgaans slechts tien man. Do officieren hebben elk 'n tent voor zich alleen. Ter wille van het geregeld opstellen wordt niet zoo'n geheel kamp met 1000 man troepen tegelijk gewekt, doch groepsgewijze na elkaar staan de manschappen op ca stellen zich, naar het bevel van hun officieren op. Zoo dan, tegen drie uur begonnen de eerste afdoe- lingen der grenadiers en jagers (want deze hadden het hertenkamp betrok ken) zich aan de veldkeukens van .voedsel te voorzien. Men kreeg brood met boter en kaas, dronk warme thoe met melk en vulde ook de vekl- flesch met thee. Dadelijk nadat ge geten was stelden de soldaten zich op den weg op en begonnen op to rnnrcheoren om huimte voor de op- stelkng der volgende afdeelingen te laten. Wij begaven ons nu weder naar het Ingensche veer en zagen, dat do ponton-brug roods een groot eind ge vorderd was. De dag begon aan te breken, do lucht verbleekte van zwartblauw tot vaalblauw en iii het Oosten kwam een zachte roode glood. Er werd nu niet verdubbelden spoed gewerkt en precies to half vijf word de laatste plank op de ribben vost- geslagen do ponton-brug over den 120 M. broeden Rijm was gereed ge komen Zou de bru,g zich goed hou den Hot voetvolk rukte aan en de eerste compagnie grenadiers cn ja- gors, in oorlogstenue, frisch na de nachtrust, marcheerde over de brug, Zuidwaarts den blauwen vijand to- gomoet. Tegen zeven uur, het was nu helder dag geworden en de zon stond als een oranje kogel in licit Oosten in een wolkenmist. begon de mist zwaarder te worden en kon men niet over de rivier zien. Alleen zag men de toppen der boomen aan do overzijde, te Eek en Wiel, doorsche meren. 'l'o zeven uur verscheen de leider van de manoeuvres, generaal De Meester (een schrijffout gaf eenmaal op generaal Van Daalen), om per soonlijk, staande op een kleine ver hooging aan den Noordelijken oever den overgang der rootten te over zien. Wij naderden den generaal en vroegen l»ern of hij tevreden was. „Tot heden ben ik voldaan. Het is altijd mijn ideaal geweest, nog oens oen manoeuvre op dezo schaal, eeu manoeuvre iu oorlogsslijl, te kunnen doen plaats vinden. Dat werkt ook goed op den geest der manschappen, die eens iets anders te doen krijgen. Zij begrijpen ook, dat met den ouden sleur is gebroken." Nadat een groot deei van het voet volk gepasseerd was, dal aan de overzijde gekomen, onmiddellijk in Zuidelijke richting marcheerde om verband te zoeken met de roode ca valerie, die met de ponten den vori- gon dag over den Rijn gezet, naar den Waal was opgetrokken, om even tueel o aanslagen van de blauwe par tij af tc weren, kwam echter het ge vaarlijkste krijgsbedrijf. Do artille rie moest over de pont on-brug. Reeds het eerste paard schrikte te rug, maar de overste die het lxreed klopte hel dier zachtjes op den hals, sprak het toe en nu waagde liet den stap eu hol klonk het geklikklak der hoeven op de planken. Spoedig daar na werd het eerste kanon, bet eerste „stuk" op de brug gebracht. Met zes paaiden bespannen, door twee stuk- rijders bestuurd, kwam hot aangere den van lie belling van den oever naar de brug. De paarden steigerdon, maar de twee stubrijdeis, jonge, on verschrokken kaerels, hielden ze in bedwang en ook toen hel van do nandsche paard (dat hetwelk onbe reden is en met de rechterhand van den man, op liet by-de-bandsctie paard gezeten, wordt bestuurd) ter zijde uit wou springen, bleef do artil lerist kaim, houwel hij toch in lcvens- gevuar zich bevond. En nu mot eau vaan rolde liet zware geschut do hel ling af, zou zeker schuin lal water le handelende over één onderwerp leer der vergiften. Op de onderste plank stond een vierkante glazen doos, hermetisch gesloten, en waarin slechts één enkel voorwerp lag oen witte glacé handschoen. Het kabinet was zorgvuldig geslo ten, en men zou zeggen, dat de deuren nooit geopend werden en voor langen tijd dichtgaz-eten hadden. Is er dc cene of andere geschiede nis aan deze kast verbonden, llal foid vroeg ik, onderwijl zacht jes met mijn vingers op do glazen deur trom melend. En zoo niet, wat beteekent die witte glacé handschoen Staat hij wel licht in verband met een liefdesge schiedenis, en wanneer dit zoo is, waarom ligt hij dan in gezelschap van hoeken over de giflleer lL'ilford schudde zijn hoofd en keek ernstig vóór zich uit. Ja, er is een historie aan dat ding verbonden en een vreeselijke his torie ook. Mijn vrouw heeft mij eeni- gen tijd geleden gevraagd de goheelo kast met boeken, handschoen, etc. te verbranden. En waarom doe je het niet Ik weet 't niet. tol nog toe ben ik er door een onverklaarbaar iels van terug gehouden. Hebben deze dingen misschien iets uitstaande met de een of andere misdaad of iemands dood Juist dat hebben ze. Ik zou nu je eenmaal mi in nieuwsgierigheid bobt opgewekt, gaarne die geschiedenis van je hoo ren Of is zij te lang om binnen een half uur te vertellen Volstrekt niet, antwoordde hij, Cn als je er werkelijk op staat, wil ik jo haar wel laten hooren. Steek eerst oen versche sigaar op en kom bij het vuur zitten, ik zal mijn best doen tot in de kleinste bijzonderheden jo alles mede te doelen." Dit is de geschiedenis, die hij mij begon te vertellen Het is nu negen jaar geleden, dat ik miin Dractiik kreeg. In .den eersten in gereden zijn, hacLde niet, op bevel van den officier, een zestiental sol daten met touwen zich achter hot geschut vastgesjord, zoo zich latend meesleuren, maar onderwijl mot de voeten zich in 't zond vastzettend, zoadat zij als levende rem werkten. En ziedaar, het zware stuk prachtig in 't midden van de brug en een maal daar, reed het voorwaarts en kwam veilig aan de overzijde. Do caimans, de wagens wiaar de ammunitie voor de kanonnen in ver voerd worden, volgden. In oorlogs tijd hebben ze een bespanning met zes paarden, don zijn ze even zwaar als hot stuk zelf. Thans, ledig, be hoefden zij slechts vier paarden Toch was ook het overbrengen van dc caissons een werk van overleg, behendigheid en beleid. Ruim een uur stonden wij naast generaal De Meester on zagen met hem toe naar het overtrokken van de artillerie. Wij zogen de nntraiileurs-afdeeling, de houwitser-compagnie, het 2de regi ment veid-artillerie over de brug trekken en begrepen den goeden luim en de voldoening van generaal Dc Meester, die waarlijk niet met het vorkeerdo been uit bed was gestapt. Als zoo nu en dan een bevyeging met een stuk geschut niet vlug genoeg werd uitgevoerd, hoorden wij zijn „Vooruit, jongens 1" cn de „jongens", onder het oog van den meester, ver dubbelden de inspanning en het ge schut bolderde op zijn hooge wielen over de brug, die zich uitnemend hield. De mannekens, die telkens als le vende rem dienst deden, hadden schik in hun werk gekregen, dat hen warm had gemaakt op den killen, mistigen morgen en ze arbeidden met lust en goeden zin. Tegen, kwart voor acht kwamen de grenadiers en jagers opzetten. Krachtig, rustig, opgewekt, marcheerden ze over de brug, dit keurcorps. Daar generaal de Meester zich nu ook over de brug begaf, na dat zijn automobiel vooraf was ge gaan, begaven.wij ons ook over de brug naar den zuidelijken oever. De brug lag vast, deinde zolfs niet en buiten de planken op de neuzen der pontonschepen stonden de pon tonniers, bereid bij elk ongeval hulp te verleenon. Aan de overzijde, bij de herberg van het Ingensche veer tc Eek en Wiel staande zagen wij nu 't aanma'rcheeren der troepen uit den mist. die echter langzamerhand op klaarde cn nu hadden wij het prach tig gericht over dat heerlijke land schap van de Veluwe met bosch cn beemd en weide en dal en vallei in den oranjegloed der ochtendzon. Ilier bij liet veerhuis, waar Frans Spies, de veldman, ons vertelde, dat hij gisteren dood verklaard was, toen dc roodon zijn poort hadden veroverd en hem zelf bij zijn verzet onder een hoeraatje met losse patronen hadden onschadelijk gemaakt, maar cheval- resk zijn beide blonde dochters had den doen leven, (die het civiel gezag en de pers thans van koffie en brood jes voorzagen!) hier moesten de zwa re kanonnen en houwitsers tegen de helling Yan den oeverdijk worden op gesjord, eem zwaar werk, dat de ar tilleristen en infanteristen beleidvol ten uitvoer brachten. Zoodra de stuk ken over waren werd in gefo'rceord tempo verder gereden en gemarcheerd on zoo waren spoedig dan alle punten en wegen, Maurik, Ingen, Lieuden, Ommeren, Resteren, Buren, Ochlen, Echteld bezet en de vooruit geschoven posten van de compagnie wielrijders (de blauwen) die te Dreu- mol lag, moest inderhaast terug over de Waal of naar Waddenoien en Buurmalsem, waar het eerste regi ment houwitsers (blauwen) lag. Te gen acht uur volgden wij de- auto van generaal De Meester, die zich zuidwaarts naar Zoelen wilde bege ven, waar do hoofdstaf der scheids rechters zich bevond, teen wij hoog tegen den dijk bij Ingen de Konink lijke standaard, een stijve vlag van oranje gedeeld door een blauw kru_s welks hart een gouden leeuw vormt, ontwaarden en wat verder twee auto- tijd practiseerde ik in een ander doel van Londen in Highbury, ill. on wol in gemeenschap niet Ferdinand Montero, die prof. Williams, vau het St. Pcrpetuas-hospitaal, mij voorge steld had. Montero w as half Engelscn- inan, iialf Mexicaan, een knappe, in telligente vent van mijn leeftijd, gees tig tn ijverig. Hij en ik'gingen den eersten tijd uitstekend met elkaar om, ons doel on onze ambitièn waren grootendeels dezelfde, en wij beiden leefden geheel on al voor ons beroep. We kochten een huis in de buurt van Highbury en waren tevreden. On ze paticuton waren solide, hoogst fat- sconlijke menschen lieden, dio rooit rekeningen onbetaald op tafel lieten liggen. Het eerste jaar hadden wij dan ook alle reden tevreden te zijn niet ons compagnonschap en onze vriendschap steeg zelfs tot den graad van broeder liefde. Er was nooit of te nimmer ver schil van meening tusschen ons. zelfs niet al betrof het de kleinste aangele genheden. Ik begon zeer veel van Fer dinand Montero te houden. Hij. altijd vol geest en de aangenaamste cau seur, dien ik ooit gekend heb. was overal waar hij kwam, zeer gewild. Montero was een knappe kerel rij zig, donker, met de vlammende oogcii vai. zijn Mexicaansehen vader en de grucieuso bewegingen van zijn Spaan- sche moeder, hij bezat veel talenten, cn zou ziin fortuio hebben kunnen maken als musicus, ware hij geen dokter geweest. Ik voelde, dat ik bij hem in de schaduw sLond, overal waar iie met hem verscheen, want zijn gees tige wijze van converseeren, zijn knap gelaat en zijn mooie stem deden de aandacht van iedereen op hem vestl- tigen. Hoewel hij veel van uitgaan hield, was Montero toch iemand, die veel werkte, cn er gii\g geen dag voorbij, dat hij niot minstens een paar uren in do boeken snuffelde. Hij had een geliefkoosd onderwern.-z-, leer der. .ver- mobiolon. Snel stapten wij van bet rijwiel af een oogenblik later pas seerden ons Koningin Wilhebnina en do Prins, begeleid doo'r een hofdame, generaal Duinonceau en twee kapi teins vau den generalen stof. Koning-' in WiilhelmLna, blozend, gezond droeg oen zwart castoren platten liood met broeden rand (dames-tropenhelm vorm) mot een zijden lint in blauw cu groene kleuren, een-lichtgrijs tai lor-made Jacquet-mantelpak, voet- vrije rok en had in de hand een vouwstoel. In den vo'rm van een dik ken wandelstok. Wij volgden H. M. en den Prins (in geneïaals-uiïiorni). H. M. ilep tot de pontonbrug, ging deze te voet over, bleef aan de over zijde een kwartier naar het overbren gen der artillerie zien, kwam weer over do pontonbrug, zette op een ver-. hoDgd punt aan de zuidzijde nu zelf haaf vouwstoel op den grond vast, uam er op plaats cn liet »ch, met de kaart in de hand, door de beide kapi teins de situatie verklaren. Onderwijl wa« een motorfictser den generaal De Meester nagetuft, had hem mede gedeeld, dat H. M. zich aan hot In gensche veer bevond en spoedig was generaal De Meester met zijn staf bij II. M. Dat was een indrukwekkend oogenblik. De generaal met zijn staf aanslaande voor de Koningin met haai- gevolg en meldende, dat de pon tonbrug dezen nacht in goede orde was geslagen en het leger in de meest volmaakte orde. zonder eenig ongeval tot lieden, van den noorde lijken oever over bet 120 M. broc.dc water naaa* den zuideroever was op getrokken. Dat dit een zwaar werk was ge weest, kon nu H. M. zelve zien, nu de tirliltoito verder over de brug kwam en telkens tegen den oever opdraaf de. Een tragi-komiiscli voorval had plaats. Er zijn eenige wagens waar voor do manschappen van alle wa pens een soort teedere bezorgdheid koeste'reu, waaraan zij wellicht iets minder dan aan hun moedertje maar zokör iets meer dan aan hun liefje dcukon... dat zijn de keukenwagens, de wagens waaruit dampende koffie, geurende thee, hutspot met klapstuk, andijvie met worst, malse be bruine boontjes met dobbelsteentjes Be- tuwsch spek te voorsehijn getooverd komen op oogonblikken, dat de sol daat te velde juist „trek" heeft. Deze oogenblikken zijn vele, zéér vele. En wat men „trek" noemt, dat heeft de soldaat to vcide eigenlijk doorloo- pond. Nu kwam juist zoo'n keuken wagen over de pontonbrug. Boven op. in hun witte jassen met witte baretten op stonden de tvveo koks eu sneden rustig aan groote Be- tuwsche hammen, aan echte Gelder- scho hammen. W aar deze twee koks en deze reuzenhammen door de krijgs lieden van alle wapenen werden go- zien, zag men do ernstige gezichten ophelderen, een glimlach kwam om "do stroeve lippen en op oen oogenblik glimlachte Neer land's legermacht van den Noorder oever tot op den Zuidcr oovcr vun den Rijn, ja langs alle we gen tol aan don vijand zag men dien glimlach van hoon en voldoening. Maar thans was er ook angst zou do wagen met de twee koks en de twee hammen veilig over de brug komen.... Een kanon in 't water dut is slechts wat schieten minder. Maar de twee koks cu de twee hummen iu den vloed, dut zou aan dc twee oevers van den snelien vliet méér dan treurende moisjes brengen I Maar t ging goed de Leks sneden schijven ham en de keukenwagen kwam behouden over getrokken door vier rossen, Toen een oogmblik, bij 't oprijden van de helling, onder de oogeu van 11. M. dreigde ae wagen terug te loopen wutci wuarts. Het was maar éen oogenblik, doch reeds snelde eeu 1» zorgde held. een wachtmeester toe, wierp zich voor de paarden, gleed uit, zou overreden zijn. indien hij met nog zich aan een streng had vastgegre pen on opgehaald en hielp nu met an deren mee den keukenwagen op te sjorren t--ien de helling. De man. dc giften en hield er een groote collec tie boeken, die daarover handelen, op na. Hij besteedde veel geld voor som mige van die werkeu, doch hij beweer de, wanneer ik hem op de uitgaven wees, dat die boeken hem onontbeer lijk waren bij zim werk. Langzamer hand begun ik zijn enthousiasme voor zijn geliefd ondcivverp te deelen, hoe wel ik hein nooit bij zijn studies hielp, want ik wijdde mij in dien tijd nog mot hart en ziel aan een werk, dat ik schreef over de behandeling van koortslijders, waardoor ik geen tijd over hud om me met de leer der ver giften bezig te bouden. Ongeveer twaaif maanden na het aangaan van ons compagnonschap werd onze liulp ingeroepen voor den oud-generaal llexworthy, een gewe zen Indisch officier, die in Highbury New Park woonde, en het was bij de visites bij den generaal, dat wij ken nis maakten met zijn eenige dochter, Lilian. Ik zal de moeite niet nemen oen beschrijving van haar te geven, v ant ik had het genoegen u haar he den avond als mijn vrouw voor te stellen. Van het eerste oogenblik af, dat ik haar zag, werd ik op haar ver liefd. en alras was ik tot de overtui ging gekomen, dat hef leven mij niets meer waard was. tenzij Lilian Rex- worthy mijn vrouw werd. Niet lang duurde het of de Generaal had zijn gezondheid herkregen, doch we kwa men hem toch dikwijls een bezoek brengen, hetzij om te keuvelen, hetzij om ecu spel schaak te spelen eu zoo doende waren wij in de gelegenheid zijn dochter goed te loeren kennen. Lilian en ik stonden van het eorslo oogenblik af aan op den besten voet met elkaar, en het duurde niet lang of ik bemerkte, dat mijn liefilo beant woord werd. Desniettemin geloof ik niet, dat iemand wist hoe do verstandhouding tusschen ons beiden was. Montero vooral had er niet de minsto notie van, dat ik op Lilian verliefd was, want tegen..hem had_.ik nooit .een koks, do wagen en gelukkig cok de hammen waren voor een koud bad be waard gebleven H. M. bleef ruim vijf kwartier het overtrekken van 't leger bescliouwon. Daarna keerde Zij por auto terug naar Kerk-Avezaath bij Tiel. Wij fietsten nu zuidwaarts met Buren tot doel. Lungs alle wegen la gen do roodon of marcheerden verder op en vernemende van de scheidsrech ters, die niet de buitenlandsche atta chés nabij llornixveld stonden, dat vandaag el te Tiel slag zou geleverd worden, klampten wij een auto aan en nu, vlug en bij eiken bocht in le vensgevaar, suisden wij naar Tiel. Duur hoorden wij rc-c-ds geknetter.... Do blauwen waren reeds te Tiel de blauwe 3e coinp. wielrijders en ecu blauwe initraillours-afdeeling. Tiel, druk,.'t was paardemarkt, overal werd gevlagd ter oere vau 't bezoek van H. M. on or was veel publiek uit den om trek. zag het vreemde schouwspel van een gevecht in dc straten. Overal zag men troepen rennen, hier vluchtenden, daar in looppas aanvallenden, dan weer een mitrailleuse, die zijn ver spreidend vuur afratelde en zie. op de Groenmarkt snelde een troep wiel rijders der blauwen (met bruine lin ten om de netten) zuidwaarts, vervolgd dcor de roodon, die zo omsingelden cu krijgsgevangen maakten. Een man uit het vliegkamp bij de Peddelaar verscheen. Wij snelden op hem af... Het W3s jhr. Bentinck. Hij deelde ons mede, dat hedenmorgen de vliegenier Do Poorter hoven Kerk-Avezaath eu Tiel met /'in tweedekker verkennin gen had gedaan, maar nu zoek was. Iu 't koffiehuis van Corbelijn troffen wij kapitein van den generalen stof Van Tuinen. Hij deelde ons mede, dut Tiel in de handen der rooden was ge bleven. De blauwe divisio onder ge neraal Bruce, was met het 1ste batal jon van het 2de reg. inf., 1 esk. van liet lsto reg. huzaren en 1 batterij lungs den oostelijke» Waaloever met pontonafd. opgemarcheerd over Dreu- mol, Kapel-Avezaath, Lingen, dc Klomp. Itet 3do reg. inf. met 2 batte rijen en 3 V. P. over Waardenburg, de rest over Geldermalsen. Het 3de rog. inf. met 2 batterijen en 2 mitr.- nfd. naar Meeleren en Eist. De cavalerie der blauwen was te Tiel binnengerukt, bevond zich aan den noordrand» echter tegenover het lieele 2de batailjon grenadiers en ja gers en te half twaalf tegenover liet licéle 2de reg. inf. met artillerie dor blauwen en moest teen terugtrekken. Echter wat later werkten de mitrail leurs-afdeel ingen der blauwen zoo duppei, dat de scheidsrechters te 12 uur Zaterdagmiddag bepaalden, dat de blauwen Tiel tot aan den noord- iand mochten bezet houden wat een luid donderend hoera der blauwen ten gevolge had. Toen, te 12 uur. werd aan de troepen rust segund lot Maandagmorgen 8 uur. Dc cavalerie brigade werd opge bleven. De staf der brigade en het 4de reg. huzaren, thans buiten het ma noeuvre-gebied, begeeft zich Maan dagmorgen al weder huistoe naar de garnizoenen. Het 3de reg. huzaren wordt divisie-cavaleiie. Maandag en Dinsdag om en nabij Tiel lioofdtreffen. Hier zul voor be langstellenden veel aardigs lo zien zijn. Stadsnieuws BRIEFKAARTEN MET BEDRUKT HOOFD. Een ambtenaar van bet Hoofdbe stuur der posterijen, dien wij ovOr den maatregel spraken, dat men met 1 October niet moer zal mogen gobrui kon bi' efkaarlformulie'ren, die over do geheele lengte der adreszijde met een liocfd bedrukt zijn, maakte ons er opmerkzaam op. dat dit goon be paling is, die het Hoofdbestuur heeft verordend. Bij het Postverdrag van Rome zijn dergelijke briefkaartfor- muliereu verboden, niet alleen in het buitenlandsch, maar ook un het binnen iandsch postverkeer. Dat men die formulieren dus nog tot 1 October liet gebruiken was dus een faciliteit, de men eigenlijk niet mocht toestaan. Dat de bepaling thans gehandhaafd zal worden, heeft men te wijten aan de firma's, die misbruik maakten van do toelating. Het hoofdbestuur bezit een heel pak woord gerept over mijn verwachtin gen. Evonmin hod ik bemerkt, dat hij l .ili.'in eeu bijzondere oplettendheid schonk, ofschoon hij vaker dan ik de Kexworthv's bezocht, en hij er zeer op gesteld was Lilian s opinie te vragen over de muziek,- waarvan hij hot meest hield. liet is niet noodig je het verloop van mijn hofmakerij te vertellen, laat het je «enoeg zijn, dat ik na eon zes- woeksclie kennismaking Lilian's hand vroeg eu niet afgewezen werd. Half gok van vreugde, haastte ik mij haar vaders toestemming af te smeekou, eu denzelfden avond, dat ik mij door Lilian aangenomen zag, werd ik door haar vader als zijn schoonzoon in spé erkend. Ik guig naar huis. een en al verrukking generaal Rexworthy wss de vriende lijkheid zelve geweest. Ik rende raar het vertrek, dat Montero en ik gebruikten voor studeerkamer. Mijn compagnon zat daar nog, on danks hel late uur. en als eewooulijk verdiept in zijn wotenschappelijko boeken. Hij keek op, toen ik binnen trad. Feliciteer mij, Ferdinand riep ik juichend, ik ge trouwen. Trouwen zei hij. Ik w ist zelfs niet eens. dut jo geëngageerd was. En wio is die cciukkigo Miss Rexworthy. Hot is mij onmogeliik de verande ring te bosciirijven, die hij onderging, toon ik deze twee laatste woorden uit gesproken had. Hij stond van zijn stoel oj) en leunde over d-m l-ssenaar, mij struk aanstarende. Voor een oogenblik was alle zachtheid uit zijn gelaat verdwenen en had plaats ge maakt voor de verwrongen trekken van ©en wildeman met dreigende, vlammenschietende oogen en van hartstocht en woede getuigende. Ik deinsde achteruit Watriep ik, hen je ziek, Ferdi nand liii. zonk in ziin. stoel terug .en briefkaarten, waarvan de adreszijde voor zulk eoh groot doel met 'reclames bedrukt zijn dat er bijna geen plaats overbleef voor het adres. Daardoor, kreeg de post moeilijkheden. Toen nu voortdurend klachten in» kwamen, vun dc postkantoren, be sloot het Hoofdbestuur de bepaling toe te passen. VOOR DEN PROTESTANTENBOND. Het bost uur van den Nedörl. Fr tcstantenbond, afdeeling Haarlem, ie nu in 't bezit van een mooi gebouw. Maar aan de inwendige inrichting ontbreekt nog liet een en onder. Nu is men oj) het denkbeeld gekomen, om op 3 October oen verloting te hou» den, waarvan do opbrengst zal strek- kcu voor bc-doeld doel. Er zijn ruim 600 prijzen geschon ken dóór belangstellenden, zooda* nieri geen enkelen prijs behoefdo aau te koopen. Om het publiek aan te moedigon loten te koopen, wordt Zaterdag, Zondag en Maandag een tentoonstelling der prijzen gehouden in het gebouw van den Bond op h« terrein dor voormalige gasfabriek. HET 10e REGIMENT OP IIET MA- NOEUVRETERREIN. Onze berichtgever meldt ons: Hoe dichter de vijand nadert, hoe onrustiger 't wordt. Dat we nabij do tegenpartij zijn, word o.m. bewezen door het schieten der artillerie, maar ook dat onze troep in het bezit was gekomen van enkele krijgsgevang© non (vijandelijke wielrijders). Roods te 3 uur v.m. werden do troepen wakker geroepen, werkelijk geroepen, want wegens de nabijhei d der tegenpartij mocht het reveille- signaal niet worden geblazen. Daar het nog volkomen duister was werden kaarsen aangestoken. Daar door geraakte in het kamp nabij Rem morden een tent in brand, welk brandje, dat zich tot een lent be perkte, spoedig was gebluscht. Vond niemand het aangenaam, dat de rust zoo spoedig werd afgebroken, het 4e Bat. vun het 10e reg. ':nf.. dat te Sparrenburg was gelegen (nabij Rhenen), vond. doordat de draagbare tenten eetst te 11 u. nam. aldaar wa ren aangekomen, "waardoor men den nacht slechts op stroo en onder de kens ondor den blooten hemel had doorgebracht, zeer aangenaam, dat men oprukken moest. Onze colonne op den straatweg Arnhem-Utrecht tusschen Rhenen ea Rem marden geformeerd, bestaande uit het 10e Reg. Inf., de lo afdeeling mitrailleurs en de Oefening Houwit sersbatterij van het le 'reg. Vesliiig- Artillerie, trok te half zeven v.m. door Remmerden naar het Ingensche veer, waar door een varenden trein van hot korps pontonniers een schz brug was gelegd. Over deze schipbrug trokken reeds te half zeven v.m. de voortroepen dor divisies, terwijl de laatste troepen eerst te half tien den Zuidelijken oo ver van den Rijn bereikte. Deze schipbrug werd te half negen v.m. bereikt door 3 auto's, komende uit Ingen, waarin gezeten waren de Koningin en de Prins met gevolg. De vorstelijke personen keerden na be zichtiging der brug terug. De Koningin droeg een lichtgrijs coslum en do Prins de generaals un-farm. De vorstelijke personen wandelden over do brug en namen geruimen tijd den overtocht der troepen in oogea- schouw. Vooral de overtocht van de groote reeks voertuigen, kanonnen enz., wuurinode tot 4 uur nam. werd door gegaan, was een interessant gez.cht en trok veel belangstelling. Intusschen waren de voortroepen reeds meer nabij de tegenpartij geko men en hadden kleine patrouillego- vechten plaats. bracht de hand aan het hoofd, als uit een droom ontwakende. Toen üij weer opkeek, had zijn ge laat de gewone uitdrukking weer aangenomen, maar alle kleur was er uit geweken en zijn lippen waren zon derling te zamen getrokken en wit. Neen, zei hij heesch. Noenik ben weer in orde. Dus jo gaat trou wen met Mis Rexwoithy lots in zijn stom deed mij hem nauwlettender aanzien. Toen ging mij eensklaps eeu licht op hij be minde huur ook. Ik ging naar hom toe en legde mijn liand op zijn schou der. Ferdiuand. zei ik, ik begrijp al lioe 't er mee staat. Het spijt me ver schrikkelijk voor je, maar ze heeft mij nu eenmaal genomen. Je moet er in vredesnaam maar in berusten, mijn jongen. llij schudde mijn hand met een on geduldige beweging van zijn schou der. Ju, natuurlijk, zij kan ons beiden niot trouwen, zei hij. Ik feliciteer je. Na deze woorden boog hij zich weer over zijn boeken en oordeelde ik 't be ter hem Diet zijn smart alleen te laten, toen ik do deur achter me toedeed, keek ik nog eenmaal om en ik zag weer dezelfde wilde uitdrukking van een oogenblik te voren op zijn gelaat. Ik ging naar beneden, me allesbehal ve up tnijn gemak -voelend. De ge dacht©. dat Ferdinand Montero ver liefd was op rnijn toekomstige vrouw, was dan ook verre van aangenaam De tijd -ging voort. Na dien bewus- cen avond zinspeelde mijn compagnon geen enkelen keer meer op 2ijn gevoe lens ten opzichte van Miss Rexwor thy. Hij deed zijn werk, ging ijverig aan zijn studie voort, bezocht gezel schappen. zooals gewoonlijk, enfin, veranderde niet in 't minst van levens- tegel. Maar somtijds zag ik hem in gedachten verzonken, in gedachten, die in 't wheel geen betrekking kon den hebben op het werk. waaraan hij bezig was- want er lag oen onbestera-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 6