HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
VQRSÏ EN VRIENDSCHAP
WOENSDAG 27 SEPTEMBER 1911
OM ONS HEEN
No. 1418
Zwitssrsche Herinneringen.
vnr.
Do nachttrein van Basel I'
Wij ia Nederland, hebben nog geen
nachttreinen. Tegen den tijd, dat de
laatste plakker uit het laat-ste koffie
huis sukkelt, houden de personen
treinen op Nederlandsche rails op te
loopen en schuiven alleen reeksen
goederenwagens er langs, waarvoor
overdag op de ijzeren haan geen
nlaats is.
Vreemd genoeg, want onze neiging
gaat wel degelijk naar nachttreinen
uit Die te 'J.20 eiken avond uit Basel
naar ons land vertrekt, zit in het
reisseizoen vol genoeg. Waarom Ja,
■waarom reizen toeristen, die dagen
en dagen achtereen vacantie genoten
tusschen de bergen, 's n a c h t s
naar huis, inplaats van rustig ln
Basel te blijven logee ren en den vol
genden dag 's morgens om een uur
of zeven, goed uitgerust, de reds te
aanvaarden
Om verschillende redenen. De een,
omdat hij tot het laatst mogelijke uur
zijn vacantie uitsmeerde en nu geen
halvcn dag meer te verliezen heeft
de ander omdat het reisgeld aan
einde is gekomen een derde omdat
hij zich verbeeldt, in den trein even
lekker te slapen als anders in zijn
hótelbed een vierde, omdat hij var-
keert onder den eigenaardigen trek
naar huis, die menig on reiziger op 't
einde van zijn reis, hoe mooi ze ook
was, bevangt en die hem doet beslui
ten nu dan ook ten "allersnelste, met
den eersten den besten trein, naar
huis te reizen een vijfde, omdat hij
altijd overdag reist en het nu wel
eens met den nacht wil probeeren.
Nu moeien deze nacht reizigers nog
bovendien in twee soorten worden
verdeeld. Die met de dikste beurs
hebben een plaatsje besteld in den
slaapwagen en wachten in hun coupé
gemoedelijk het oogenblik af, waarop
de conducteur binnenkomt met de
vraag „Wollen die Herren sich lang
machcn met welken zonderlingen
term beloeld wordt, ol zij het mo
ment gekomen achten, om naar bed
te gaan. Dan maakt hij de ligplaats
in orde, de passagiers leggen van
hun kleeren af zooveel als zij willen
(de inrichting van de slaapplaatsen
laat dat toe) en wie er aan gewend
is, kan in zijn spoonbedje heerlijk
slapen. Maar voor oen plaatsje in den
slaapwagon moet extra betaald wor-
'den en liet aantal plaatsen is er niet
groot, zoxlat verreweg de meeste rei
zigers zich met een plaatsje in de ge
wone coupé behelpen en dan, met de
beste wenschen voor hun nachtrust,
de reis aanvaarden.
Gewoonlijk niet op tijd. Er zijn
zulke barricades van koffers in te
Iaden en het duurt zóó lang, voordat
de reizigers allen een redelijk plaats
je hebben gevonden, dat een half uur
te laat vertrekken geen zeldzaamheid
is. Als angstige kippen scharrelen de
reizigers langs elkaar heen door de
smalle zijgangen, zoekende naar ecu
goed plaatsje in hun klasse, liefst in
een hoek, liefst achter- of vooruit,
terwijl de ingangen van de wagens
gebarricadeerd zijn met llandge-
p A c k, waaronder het sierlijko
mandje van de reizigster evengoed
gerekend wordt, als de zware, logge,
.varkonsleeren, met hotel-etiquetten
beplakte koffer van den handelsreizi
ger. Maar eindelijk lost dat alles zich
op, de reizigers krijgen een plaatsje
naar of tegen hun zin, de koffers
worden mot wat onderling betoonden
goeden wil alle in de netten gesta-
ipeld en de trein is dan nu ook in be
weging gekomen.
Het is bij tienen, nog te vroeg om
to slapen. Dus wordt er wat ge
praat, wat kaart gespoeld, een beetje
kennis gemaakt met medereizigers,
wat bij nacht evenwel minder vlot
gaatduriover dag en voorzichtig ge
nipt of gehapt aan allerlei meegeno
men provisie, want een restauratie
wagen heeft de nachttrein niet Ook
de maatschappij koestert de fictie,
dat de reizigers in een nachttrein
slapen. Vruchten, broodjes met
vlecsch, fleschjes bier en spuitwater,
zoifs heele flesschen wijn moeten
sterken en laven, hoewel elke drank
na een uur sporens alle frischheid
verloren heeft De naive reizigster,
die bloemen in het net heeft meege
nomen, zal morgenochtend wel er
varen, dat ze er nog verlepter uit
zien, dan do reizigers.
Tegen elf uur, half twaalf, begint
het gesprek te tanen, er wordt wat
'gegaapt en een enkele, die pas be
weerd heeft, dat hij altijd „zoo heer
lijk in den trein slapen kan", kijkt
al eens tersluiks naar de kap, waar
mee het licht bedekt kon worden. Het
duurt niet lang, of er heerscht duis
ternis in de coupé en de reizigers zet
ten zich tot slapen.
De hoekplaatsen gaan door voor de
beste. Die op 't midden van de bank
zitten, moeten hun eenigen steun in
den rug zoeken. Daarom zijn de hoek-
menschen er beter aan toe, omdat zij
ook bovendien nog rechts en links
kunnen leunen. Maar wie thuis den
nacht doorbrengt in een leunstoel, is
in gemakkelijker positie, omdat hij
althans zijn beenen rechtuit kan ste
ken, wat in do duistere coupé van
den nachttrein niet gaat zij botsen
dan tegen andere beenen. Wie zoo,
in een leunstoel, thuis den nacht
wel eens trachtte te passeerea,
weet wel, hoe hij telkens ging ver
zitten, aan de stijve beenen een an
dere houding trachtte te geven en
toch niet kon beletten, dat hem het
eigenaardige gevoel van kilheid be
ving, dat het overnachten buiten het
gewone bed zoo onaangenaam
maakt.
En dan staat onze zitplaats in den
nachttrein geen oogenblik stil, maar
schokt, schudt en 1 amrnelt, maakt bij
liet vliegensvlug pusseeren van wis
sels heftice rukbewegingen naar
links of rechts. Aan de bewegingen
van de reizigers is te zien, dat ze niet
slapen. Wel dut er nu en dan een in,
maar schrikt wakker als plotseling
bij het doorrennen van een groot
station, fel electrisch licht hem le
oogen verblindt.
Gelukkig nog als niemand van de
aanwezigen het portierraampje ge
heel dicht hebben vil, zoodat een
frissche luchtstroom althans in de
coupé door kan dringen.
Opeens, wanneer een van de passa
giers een opmerking maakt, blijkt,
dat ieder wakker is, de kap wordt
een oogenblik weggenomen en er
volgt weer een algemeen gesprek, tot
dat het verflauwt en liet gezelschap
zich opnieuw tot slapen zet. Voor de
meesten een vruohteloos pogen. Het
onophoudelijk brommen, dreunen,
rammelen van den trein is het tegen
deel van een slaaplied. En wie even
indutte schrikt op, wanneer de gang
deur wordt opengemaakt. Schuchter
kijkt een reiziger naar binnen, dioin
do gang uit al die gelijk- en gelijk
vormige compartimenten zijn coupé
niet kan weervinden en nu met een
„pardon" de deur weer dichtsmijt.
Grillige schaduwen rukken langs
de vensters. En de trein rolt, rolt,
rolt maar voort, uren achtereen, al
leen een enkelen keer- de vaart ver
tragend om met gillend gefluit to
vragen om een voilig-signaal. Over
den reiziger, die niet slapen kan,
komt een gevoel van berusting, hij
kijkt niet meer op zijn horloge, hoe
lang het nog duren moet, hij goeft
zich over. heeft juist in deze periode
de meeste kans om een haif uur te
dutten, totdat iemand in de coupé
hem togen de scheen schopt, omdat
hij in de gang wat op en neer wil
loopen.
Daar zijn lotgenooten te vinden, ze
aren naar huiten, waar de bergen
aan den llijn poëtisch liggen in zuch
ten maneschijn. Koel vliegt de lucht
stroom van den nachtwind door den
duffen corridor. En dan komt het
heerlijke, de nieuwe dag. Aarzelend
eerst, weldra beslister komt de streep
van het rijzende morgenrood omhoog
en klimt ten hemel op in vollen
lichtglans. Nu gaan overal de coupé-
deuren open, bleeko menschen met
trekkende kaken komen te voor
schijn, gaan zich wat wasschen en
naar buiten zien en elkaar vertellen
hoe lang ze hebban geslapen. Dan
wil zelfs de wakkerste nog wel af en
toe gedommeld 'hebben. En met jubel
wordt do vraag van den conducteur
ontvangen, of die Herrschaf-
ten Kaffee haben wolleip
Die heerlijkheid wordt ons geleverd
door het station Essen, in reusachti
ge bussen, waar bovendien ook
ibrood en boter en zout in verborgen
zit, zoodat we, al lachende om de
geweldige toestellen, die haast alle
ruimte in de coupé wegnemen, ons
brood en drank heerlijk laten sma
ken.
Keulen, Dusseldorf, Duisburg, we
komen dichter bij hp is, naderen de
grens. Weldra zijn we te Zevenaar,
dan te Arnhem, en van nu af is het,
in de overbekende omgeving, alsof
we een klein uitstapje deden, niet al
bijna twaalf uur in den trein hebben
doorgehracht. Nu de nacht voorbij
is, leek hij kort, door zijn eentonig
heid en do weinige indrukken van
buiten. En terwijl we altijd maar in
denzelfden cadans, altijd maar om
geven door dezelfde geluiden, naar
huis snellen, is behalve het verlangen
om vrouw en kinderen weer 1e be
groeten^ een innige trek opgekomen
naar een heerlijk frisch bad, dat al
het stof en de roetdeeltjes en de
duffe luchtjes van den trein zal weg
vagen.
De nachttrein van de toekomst zal
ook een douchebod moeten meevoe
ren.
Als je een paar uur in den nacht
trein gezeten hebt en weet niet te
kunnen slapen, heb je er berouw van.
„Was ik maar in bet hólel te Basel
gebleven, dan sliep ik nu heerlijk."
Maar als je in Haarlem bent uit
gestapt, dan prijs je den nachttrein,
die do reis zoo verkort heeft en een
dag bespaard 1
J. C. P.
Cuitenlandsch Overzicht
Dreigt een uitbarsting van 't
Mohametlaansche geloofs
fanatisme?
De Tripoliselie guaestie neemt steeds
greoter afmetingen aan. Dat komt
door de bii-omstandigheden, 't Gaat
niet enkel om Tripolis.
't Dikwijls officieuze Duitsche blad
de Berliner Lukal Anzei-
g e r bevat een hoofdartikel, dat wel
de aandacht vraagt.
Erkend wordt, dat de Duitsche di
plomatie zelden een moeilijker, onge
legener zaak is op de schouders ge
legd, dan door het opduiken van de
Tripolis-quaegtio. Dc stand van za
ken is voor den kalman, beoordeel.iar
als volgtDen 3den October zal de
nieuwbenoemde gezant van Italië naar
Konstautinopel vertrekken om de Por
te mededeeling te deen van
DE WENSCHEN EN EISCHEN VAN
ITALle,
ellce waarschijnlijk anders zijn, dan
in de pers verteld wordt, en even
waarschijnlijk een goede regeling be
doelen van een economische politiek
van Italië in Tripolis. (Aangeteekcnd
zij, dat persberichten verzekeren, dat
Italië een ultimatum, dus een
stel eischen met oorlogsbedreiging,
naar Konstantinopol zal zenden
red. II. D.). Of deze regeling zal uit-
loopen op een protectoraat, is nog
met bekend. Iniusschen is door het
bijeenroepen van de reserve en de mo
bilisatie van schepen door Italië een
DRUK UITGEOEFEND,
om de Porte tot toegeeflijkheid te
stemmen, zooals gebruikelijk is in der
gelijke gevallen.
Overigens weet Ilulië, dat een aan
val op Turkije beteekenen kan
DE LIQUIDATIE VAN GEHEEL
EUliOPEESCU TURKIJE,
waarbij Italië meer kan verliezen, dan
hel in Noord-Afrika hoopt te winnen.
Het is daarom te verwachten, dat
het officieele Italië zich niet zal daten
verleiden door het lawaai, dat de mas
sa maakt, doch voorzichtig en bezin
nend te werk zal gaan om door diplo
matieke onderhandelingen en zonder
geweld zijn doel te bereiken.
In nog. duidelijker bewoordingen uit
zich de Duitsche Morgenpos t.
't Blad herinnert aan 't gebeurde vóór
15 jaar en vervolgt dan
Nu staat Italië door de vroegere
ondervinding niet wijzer geworden
gereed om zich hals over kop in een
moeilijk avontuur te storten. Heeft
Italië voor 15 jaar de militaire sterkte
en draagkracht van het godsdienstig
fanatisme in Althioplë onderschat, zoo
bereidt het zich nu voor dezelfde groo-
te fout te begaan. Turkije is vandaag,
na de reorganisatie van haar strijd
krachten geheel in staat om Italië's
aanval te land met succes af te weren.
Dat is evenwel niet 't g-w ichtigste.
Achter de ongeveer 150.000 weerbare
Ti-inolikanen bevindt zich in het ach
terland van Tripolis een menigte van
VELE IIONDERDDUIZENDE FANA
TIEKE MOHAMEDANEN.
aanhangers van die om hun dapper
heid en wreedheid gevreesde gods
dienstige secten. wier invloed zich in
een oorlog over gelveel Noord-Afrika
uitstrekt.
Ook doBörsencouricr laat
EEN WAARSCHUWENDE STEM
hooren. Een eventueele oorlog zal Me
Oostersche quaestie nog eens in haar
vollen omvang doen ontbranden.
(Hierbij zinspeelt 't blad op dc moge
lijkheid, dat andere Balknnstaten, die
Turkije viiandig gezind zijn, van de
gelegenheid zouden kunnen profitee
red duor een aanval op Turkije te
doen red. H. D.). Dit gevaar zul
dooi een eensgezind optreden der ove-
rige mogendheden kunnen worden
voorkomen. Als deze mogendheden in
Sofia, Belgrado. Athene en Cettinje
laten verklaren, dat elk© aanval op
Turksch gebied met wapengeweld zal
beantwoord worden, dan zouden na
tuurlijk de regeerders in de Balkan-
stalen verplicht zijn met gekruiste ar
men toe te zien. Wij vreezen evenwel,
dat zulk een gemeenschappelijk optre
den der mogendheden niet zal plaats
hebben.
En van dit standpunt uit beschouwd
moei een gewelddadig optieden van
Italit ten scherpste veroordeeld wor
den aldus besluit dit blad.
Ook do Z e i t uit zich in dien geest,
't Blad noemt d© plannen van Italië
©en schending van het volkenrecht,
een ongehoorde daad van
BRUTAAL VUISTRECHT
om in vredestijd, zonder oorlogsver
klaring, zonder ©enigen rechtsgrond
en zonder aannemelijk voorwendsel,
zich een vreemd land toe 1© willen
eigenen en alle zedelijke overwegin
gen uil de internationale betrekkingen
zo© cynisch uit te schakelen, 't Blad
beschouwt het optreden van Italië als
EEN VERMETELE UITDAGING VAN-
DE GEIIEELE MOHAMEDAANSCHE
WERELD,
in drie werelddeelep tot een
uitbarstte" van fel geloofs- en rassen-
fanatisme kan leiden en den val van
het Joug-Turksche régime ton gevolge
kan hebben, hetgeen een groot© chaos
op het Balkan-schiereiland ten gevol
ge zou kunnen hebben.
POGINGEN TOT BEMIDDELING
ijn niet geslaagd. Turkije heeft de
tusschcnkomst van Rusland, Frank
rijk en Engeland, maar op aUe aan
vragen is een kool afw ijzend antwoord
ingekomen.
't Slandonnt der Duitsche regeering
is officieus door de pers meegedeold-
UntKcnd wordt, dat Duitsclilana als
bemiddelaar wü optreden, uiioen heeft
t met de andere mogendheden meege
daan, om de beide partijen te kulme©-
ren. Dit laatste ligt voor de baud,
want alle Europeesche regoeringen
hebben, nadat do Marukko-nachtmer-
rio uit de wereld zal zijn, er bolung
bij, dat geen nieuwe oniust ontstaat.
in Duitschland schijnt men nog al
eenige hoop te hebben, dat alles met
sisser alloopt. Geconcludeerd
wordt
,De Tripoiis-uffuire zal vloot-demon-
strulics, misschien ti oepeubewegingon
en eiudelooze alanneercnde gerucnien
brengen, maar zonder onverwachte
incidenten zal er wel een oplossing
gevonden worden, waarbij do opper
heerschappij over Tripolis nou Tunuje
blijft, maar uok voldaan wordt aan
de ituUaansche eischen."
We hopen 't, dat deze optimistische
voorspelling bewaarheid zul worden,
inuur geloovcn doen we 't nog niet.
Zeker is, dat
DE ITALIAANSCHE VLOOT
in zee is en op Tripolis aanstuurt. De
schepen zïin reeds eenige dagen gele
den bij Malta gezien.
Toch bli'ven in Italië de voorberei
dingen tot 't uitzenden van nog meer
schepen en troepen voortduren.
Ten gevolge van de censuur zijn de
berichten daarover evenwel uiterst
vaag.
DB BEVOLKING VAN TRIPOLIS
WORDT ONGERUST,
zoo zelfs, dat vele Italianen vluchten,
om de haat en de plunderzucht der in
landers te ontgaan. Gisteren kwam
een stoomboot met 200 vluchtelingen
langs Malta stoomen. De passagiers
vertelden angstige verhalen over de
bedreigingen dor inlanders.
Dat de kans op
EEN ALGEMEENEN AANVAL OP
TURKUE
bestaat, blijkt uit 't feit. dat de regeer
ders van Sofia en Athene besprekin
gen gehouden hebben, om gemeen
schappelijk tegen Turkije op te tre
den.
DE MAROKKAANSCHE QUAESTIE
TUSSCHEN DUITSCHLAND
EN FRANKRIJK
is nog niet heelémaal in 't reine. Ver
zekerd wordt, dot de Duitsche minis
ter von Kiderlen-Wachter nieuwe be
zwaren te bord© heeft gebracht tegen
de laatste Franschc formules en heeft
verklaard, dat hij opnieuw de bevoeg
de autoriteiten .Keizer en Rijksaknse-
licr) moet raadplegen, waarna dan
vermoedelijk weer andere formules
voorgesteld zullen worden.
Dczo vertraging heeft te Parijs eeni
ge ontstemming veroorzaakt.
Toch is de belangstelling voor do
Marokko-cmacstie thans niet groot
meer. Geen wonder, 't afdingen tus
schen de onderhandelaars, die doen
denkeu aan marktkooplieden, wordt
op den duur bar-vervelend en nu 't
spannende ('t «dreigende oorlogsge
vaar) verdwenen is. daalt de publieke
belangstelling. Laten de heeren ven
Kiderlen-Wucbtor en Cambon t zaak
je nu maai' heel kalm uitvechten 1
Stadsnieuws
Op het begraafplaaisje te Heemste
de werd gistermiddag de gedenk
steen, geplaatst op liet graf van wij
len Dr. Hoedeniuker, onthuld en aan
de familie overgedragen.
Een groote schare vrienden en be
langstellenden had zich, met me
vrouw de weduwe Hoedemaker en
haar kinderen, op den doodenakker
verzameld.
Het eerst werd het woord -gevoerd
door D s. E r i n g a, uit Amsterdam,
die de vele verdiensten van den over
ledene herdacht. Het was een man,
die de gave had in de diepten der
Schrift in to dringen, als weinigen.
Het was hem een heilige roeping en
plicht, dat Woord te verkondigen en
daarbij steeds te wijzen op wet en
getuigenis. Breed was hij in zijn be
ginselen, hij wilde steeds een groo
te n kring bereiken, hoewel hij daar
bij meermalen tot de erkentenis
moest komen, dat hij weer menschen
van zich moest stouten, omdat hij
vóór alles opkwam voor de zuivere
waarheid, hem in Christus geopen
baard. Hij was profetisch in zijn op
treden, maar dit had ook tengevolge,
dal hij niet altijd begrepen word en
soms verkeerd werd beoordeeld.
Eerst was Dr. Hoedemaker een warm
voorstander der Vrije Universiteit,
omdat hij meende, dat deze ten zegen
der vaderlandse lie kerk kon zijn,
maar toen later bleek, welke banen
men met deze Universiteit op wilde,
heeft hij zijn waarschuwende stem
doen hooren. Ook zoo in de dagen der
doleani^e.
Het werk van Dr. Hoedemaker in
de gemeente Amsterdam is vol zegen
geweest. Velen hebben uit zijn mond
de woorden dos eeuwigen levens ge
hoord. Het hoogtepunt van zijn leven
was zijn 40-jarig ambtsfeest, toen
bleek hoevelen hom lief hadden. Ook
de groote schare belangstellenden om
dit graf getuigt, dut Dr. liocdemaker
nog niet vergeten is.
D r. Kromsigt, uit Amsterdam,
wijdde ook waardeerende woorden
aan het leven van Dr. Hoedemaker,
o. a. sprekend als lid van het Reor
ganisatie Comité, door Dr. Hoedema
ker m het laatst van zijn leven opge
richt.
Spreker herdacht ook den pers-
arbeid van den overledene en herin
nerde aan zijn bekende brochure
„Heel de kerk en heel ons volk". Hij
liad een broeden blik in de waarheid
Gods De B.jbel was voor hem een
oud, een nieuw en «en eeuwig
Woord, voor het leven, de kerk, den
staat en de maatschappij.
Dr. A H. de H a r t o g, uit
Haarlem, zei eerst laat de juiste en
groote verdiensten van Dr. Hoedema
ker te hebben loeren kennen. Nu is
hij hem zeer lief. Daarom is het
spreker een behoefte, iets goed te
maken. Uit heilige overtuiging, mee-
nende de waarheid te dienen, heeft
spreker indertijd, toen hij voor liet
laatst met Dr. Hoedemaker in het
openbaar sprak, iets gezegd, dai hem
nu leed doet. Zoo ik in iets tegenover
Dr. Hoedemaker schuldig sta," doe ik
daarvan thans belijdenis zoo be
sloot 6preker.
Ds. Hoedemaker, uit Doesburg,
zoon van den overledene, dankte voor
do belangstelling en voor de bemoeie
nissen, dio het Comité tot oprichting
van het gedenkteeken zich getroost
heeft.
De plechtigheid werd beëindigd met
het zingen van het Gezang
Alles moet Hem eeren.
Want het Woord des Heeren...»
Behalve de genoemde sprekers wa
ren nog aanwezig Ds. Hunningher,
van Amsterdam, Ds. Zegers en Ds.
Walters, beiden van Heemstede.
Het gedenkteeken is een groote,
rechtop-staand© wit-marmeren steen,
•"oarop gehouwen staat
Het is mij geen roem, want de nood
is mij opgelegd.
Cor. 9 16.
Met dankerkentenis aan God den
Heere, die gaven schenkt aan wien
Hij wil, is door vrienden en vereer
ders van Dr. Ph. J. Hoedemaker, be
dienaar des Goddelijken Woords, op
diens graf deze steen geplaatst, tot
blijvend aandenken aan den God-
vruchtigen, diepzinnigen denker en
getrouwen getuige der Waarheid.
Aanbesteding.
De Hol!. Electr. Spoorweg Maatsch.
heeft te Amsterdam aanbesteed bestek
No. 21. Het maken van stations en
andere gebouwen in deh spoorweg
AalsmeerUithoorn.
Ingekomen 11 biljetten. Minste in
schrijver de heer C. H. Eldering, Slo
ten, f 81.375.
LIEFDADIGHEIDS-CONCERT.
In de concertzaal van de Kroon
werd gisterenavond een concert gege
ten ten bate van het Dr. Ariën-
f ui ids tot stichting van een R.-K. Sa
natorium voor Drankzuchtigen.
Ook gisteravond bleek, dal er velen
met dit schoone doel sympathiseeren,
daar d© zaal mooi bezet was.
In het muzikale gedeelte van den
avond traden welwillend op mevrouw
G. Vogel—Van Vladeracken, sopraan,
de heer Niel Vogel, violist en de heer
Willem Andriessen, pianist
Het echtpaar Vogel is velen reeds
bekend door zijn talent.
Mevrouw Vogel zong ook gisteren
cor met goeden smaak en zuiver
heid eenige mooie liederen. De zoo
genaamde Kinderliedjes (bij infor
matie vernamen wij, dat dit compo
sities van dien heer Vogel waren) sloe
gen zeer in en zijn dan ook aller
aardigst.
Op aller verlangen herhaalde me
vrouw Vogel nog eens „Het klokje
van gehoorzaamheid".
De haar aangeboden bouquetten,
alsmede het groote succes, dat me
vrouw Vogel oogstte, mogen zeker
als bewijs gelden voor d© dankbaar
heid. van liet auditorium en van de
concertgevers.
De heer Vogel deed zich kennen
als een violist, die kan roemen op een
mooi© techniek. Staccato, spicato ac-
c oor den speelt hij met het meeste ge
mak en waai- ©en cantilene optreedt,
geeft hij ook bewijzen, een musicus
met gevoel te zijn. hetgeen ook trof
in een door hem begeleid kinder
liedje. H.j had dan ook veel succes.
Ten slotte ©en wottrd van wanna
hulde aan den hoer Willem Andrees
sen, die in zijn drukken werkkring
ook de naastenliefde niet vergeet.
Zijn schitterend pianospel hoeide ten
zeerste en wij zouden zeggen, dat liet
aan kracht steeds toeneemt. De as-
dur- Polonaise van Chopin dwong
wederom bewondering af voor de
rollend© passages, die de heer An
dreessen zoo meesterlijk en gemakke
lijk speelt.
liet was muzikaal een genotvolle
avond*
De openingsrede wordt gehouden
door pater Borromneus de
Grieve, die in den aanvang zijner
redo do hoop uitspreekt, dat men. na
de ontplooiing van zooveel liefde, do
uitstorting van zooveel aalmoezen,
rijn geestelijk© medewerking aan do
FEUILLETON
23]
Dank u, zei ik eenvoudig,
klaar om de trap op te gaan in de
richting \an de „Zwijgkainei".
ik vond do deur van do zwijgka-
mer open en daarbinnen den Koning,
Generaal Meyer en lierr Schneider
te zaaien aan de bewuste Tooverta-
fel. De twee eersten genoten van
groote kannen lager-bier, terwijl do
detective thee dronk uit een klein
blauw met goud kopje. Bij mijn
komst stond d© generaal op en deed
do deur dicht.
Ik moet u danken, Saunders,
bog on Zijne Majesteit, voor uw
gedrag van hedenmiddag.
Ik was oprecht verbaasd over deze
■woorden en toonde dat ongetwijfeld.
Ik bedoel, ging do Koning
voort, voor uw gedrag tegenover
Hare Majesteit.
Aan don lunch
Na den lunch
Heeft Hare Majesteit u op de
hoogte gebracht van ons gesprek, ter
wijl wij naar het Mariënkasteel re
den zei ik, verbaasder dan ooit.
-Met geen woord, zei do Ko
ning, maar Here- Schneider heeft
mij er een getrouw en gedétailicoid
verslag van gegeven.
Herr Schneider 1
De koetsier met den rood on
baard, zei de detective triomfante
lijk. Ongetwijfeld zag u hem voor
denzelfden man aan, dio u gisteren
naar Hcldersburg reed.
Noen, antwoordde ik, dat
deed ik niet. Mijn koetsier van giste
ren had een rechten platten neus en
grijze oogen. Toch is liet mij met in
de gedachte gekomen, dut u het
was.
U hoeft veel opmerkingsgave, -
zei Sc)melder wellevend. Weinig
menschen maar hebben oogen in hun
hoofd, nog minder li or sens achter
hun oogen.
U heeft u in een moeilijke positie
prachtig gedragen, ging d© Koning
voort, het spijt mij, dat een mijner
gasten zooiets onaangenaams moest
overkomen. Ik hoop alleen maar, dat
u met genoeg zal krijgen van onze
wonderlijke gewoonten en ons dade
lijk verlaten. Trouw is tegenwoordig
in Weissheim een helooning waard.
Koning Karei liad zeker een heel
aangename manier van doen en ik
interesseerde mij veel te veel voor
den gang van zaken, om nu den of-
tocht te blazen.
Ik vraag niets beters dan van
do gastvrijheid van Uwe Majesteit to
mogen blijven gemeten, zei ik.
Ten slotte, zei de Koning,
hoeft een bestaan, rijk aan gebeurte
nissen, zijn aantrekkelijkheid, zoifs
voor mij, die maar korte oogcnblik-
ken win rust geniet. Vandaag bijv.
werd er op mij geschoten.
Zal,ei do schoten, die ik hoorde,
terw ijl ik aan het boö-sieighen was!
Ongetwijfeld. Ik trek het mij
niet zoo hoel erg aan of er op mij ge
schoten wordt, maar mijn eigen gar
de noem ik hot kwalijk Wij waren
aan het ski-loopeu op .de lagere hel
lingen van den Klaumberg, ik en
Meyer, en mijn gids Otto, on do offi
cieren van d© Garde schoten op een
schijf op het Nonnenineer, eenige
honderden voeten beneden ons. Zij
zijn goede schutters, deze kerels en
kogels vlogen om ons heen als liagel-
steenen. De arme Ott© werd door de
longen geschoten, Meyer en ik ble
ven ongedeerd.
Eu toch, lachte de generaal
bitter, gelooft Koning Karei nog
niet in het recht der Koningen.
Neen, evenmin als in hot recht
van hoofdcommanduntcn, flapt©
de Koning ©r uit. Otto was een
dapper man. Ilij deed zijn best, om
mijn lichaam to dekken met het
zijne.
Hij heeft zijn belooning, zeide
de generaal. Een edele dood. Een
edele dood een mcnsch kan mets
beters verlangen. Ik betreur het
maar, dat nujn middelmatig talent
als skiloopor mij zoover achter Uwe
'Majesteit deed blijven, dat ik niet
in staat was, Uwe Majesteit bescher
ming aan te bieden.
Toen wij zagen, dat Otlo geen
behoefte ipeer aan menschel .j k© hulp
had, ging de Koning voort,
zochten wij zoo vlug ais wij konden
beschutting in een denneuboscli. W.j
lieten geen tijd verloren gaan, dat
verzeker ik u en generaal Meyer wist
plotseling voor een armzaligen ski-
loopar een groote mate van snelheid
te bereiken.
Ik vei trouw, zei de detective.
dat de tegenzin van Uwe Majesteit
om uw Garde naar ©en ander garni
zoen over te brengen, nu overwon
nen is.
U vergeet, zei de Koning
droogjes. dat het incident naai- oe-
hooren verklaard is. Ik heb een brief
van den kolonel ontvangen, waarin
hij het betreurt, dat bij toeval een
schot van een zijnor officieren zoo
ver van de schijf uf terecht kwam,
en een van mijn ondergeschikten
noodlottig \vondde. De uitdrukkingen
van spijt van onzen waarden Ilertog
zijn zeer pathetisch.
Do detective stond opgewonden op
Van den bok van het Koninklijk
rijtuig af zag ik net geheel© geval ge
beuren, nep hy met een drama
tisch gebaar van zijn rechterhand.
Ik zag hoe do commandeorende offi
cier de punten aanwees, waarop zij
hun moorddadige kogels moesten
richten. Dc Koningin zag het ook,
haar ontroering was groot, /.ij snikte
op den geheelcn terugweg hitter.
Ongetw ijfeld, zeide de Koning
op snijdenden toon. Men iuui mij
met geraakt.
Hare Majesteit was niet in het
complot. antwoordde Herr
Schneider.
Hoe weet u dat?
Omdat ik in haar hart heb ge
keken. Daar is nog geen moord
lust in.
Ik geloof, dat u gelijk heeft,
zei do Koning vermoeid Har©
Majesteit is geen moedige vrouw.
Dat komt or niet op aan, zei
generaal Meyer langzaam, ik beu
geneigd om in te stemmen met den
raad van lierr Schneider ten opzich
te van het wegzenden der Garde.
En wat zeg jij er van, Saun
ders 1 vroeg de Kaning.
Gevleid dat mij over een dergelijk
onderwerp raud gevraagd werd, deed
ik mijn best, er naar mijn krachten
op te antwoorden.
Het is het eenig mogelijke, Sire.
zei ik.
Zoo zij het dan, zei de Koning
somber. Ik zal de noodigo orden»
geven. Wat ik zeggen wil, Me>er,
door welk regiment ben je van plan
het te laten vervangen
Het derde regiment van de Gar
de, autvvuordde de generaal, na
een oogenblik te hebben nagedacht.
Do officieren zijn uit liet trouw© en
primitieve district Dunkelstein ge-
recruteerd. Zij zijn minstens even
gescinkt als een ander.
Heel goed. Wij zullen hen dan
hior halen Maar Frits moet ik op
het Mariënkasteel houden.
Ik ben overtuigd, dat Uwe Ma
jesteit daaraan verstandig doet,
zei d© detective, terwijl hij weer zit
ten ging en stil zijn kop thee dronk.
/Als er een enkel gat in uw jas is,
dan is zij met meer waterdicht. Do
trouw van. de Garde moet absoluut
-zijn, of haar titel wordt een bespot
ting.
Ik zag hoe de rimpels in liet voor
hoofd Van den Koning dieper werden
bij deze opmerking. Zijn geest \vu$
bijna evenzeer gewond als 'l lichaam
van den armen Otto, en als vele
scherpzinnige menschen miste
Schneider allo tact,
(Wordt vervolgd).