RUBRIEK VOOR ONZE JEUGD
EEN GEFOPTE ZELFMOORDE
NAAR.
Een wapenhandelaar te Berlijn
heeft een jongen man, di© eenSge da
gen geleden een revolve'r en patronen
bij hem kocht, gefopt op een manier,
die wellicht navolging zou verdienen.
De man verkocht dan Jongeling in
plaats van scherpe patnonen onscha
delijke „zelfmoo'rdenaarspatronen",
d. w. z patronen met een kogel Inaar
zonder kruit. Nu wilde de kooper,
een 23-jarig jongmensch, zijn meisje
gaan afhalen, hij t'rof het jonge meis
je niet thuis en geloofde nu maar da
delijk, dat zij hem ontrouw was ge
worden. Het heethoofdige jongmensch
kreeg een aanval van woede, trok in
tegenwoordigheid van de hospita zij
ner aangebedene zijn revolver, schoot
zich twee kogels „door het hoofd", en
viel flauw. Een door de bospiita
roepen geneesheer kon natuurlijk
niet de geringste kwetsuren ontdek
ken en moest constat eer en, dat de
Jonge man van schrik in onmacht
was gevallen. Voor zijn eigen veilig
heid werd de pseudo-zolfmooTdenaar
naa* het bureau gebracht.
EEN NIEUWE UITVINDING?
Een schoenmaker te Leeds, zekere
heer CoiTy, uitvinder ook al van een
luchttorpedo, heeft mu naar de En-
gelsche bladen meedeelen, een nieu
we uitvinding gedaan, die een heeltt
omwenteling zou brengen in den
scheepsbouw. Corry beweert een
nieuw stelsel te hebben gevonden
voor de voortbeweging van schepen,
die aan de vaa'rtuigen tegen veel min
der kosten een aanzienlijke grooti
snelliedd zou geven. Met toepass.ng
van zijn stelsel zou het voor de gr<m-
te transatlantische schepen mogelijk
zijn in twee dagen van Liverpool
naar New-York te komen.
Bijzonderheden over zijn vinding,
deelt Corry, die octrooi wtl aanvra
gen ©n zich dan met een voorname
scheepsbouwfirma of de admiraliteit
in verbinding wvl stellen, natuurlijk
niet mede. Men zal dus dienen af te
wachten.
EEN NIEUW DUITSCH MILITAIR
LUCHTSCHIP.
Het nieuwe militaire luchtschip ty
pe Zeppelin, door de Pruisische leger-
autoriteiten besteld, is in zooverre
gereed, dat hei thans proeftochten
kan ondernemen.
Hot schip zal geen kajuit hebben,
doch ingericht worden voor militaire
doeleinden. Zelfs zal od het platte
scherm, op den rug van het schip be
vestigd, een machinegeweer opgesteld
worden.
Het schip kan con eigen snelheid
ontwikkelen van meer dan twintig
meier in de seconde.
EEN REUSACHTIG KIND.
Een jonv echtpaar te Mount Airy in
Georgia, verheugt zich in het bezit
van een zeldzamen jongen. De kleine
James Adolph Cody, die pas twee jaar
en drie maanden oud is. is nu al zoo
groot als een kleine, volwassen man.
De eetlust van dezen jongen reus kent
geen grenzenh:j eet thans meer dan
zijn beide ouders. die een normale
lengte irebben samen. De dokter, de
kinderjuffrouw en de moeder hebben
reed3 al het mogelijke beproefd, om
paal en perk te stellen aan James'
vervaarlijken eetlust, doch te
geefs.
De longen van dezen Jongen Goliat
hebben een dusdanig volume, dat
een ieder een rilling Hoor de leden
vaart, als hij zijn mond open doet en
begint te schreeuwen, want dan komt
er geen eind aan en rust hij niet vóór
vader, moede ren eventueel ook ande
re aanwezigen met welvoorziene bor
den en schotels komen aangesneld.
Zoo gebruikt hij bijvoorbeeld voor
zijn ontbijt, 10 beschuiten met spek,
boter en siroop, 2 glazen molk en 3
kop koffie.
De 2-jarige reus weegt 1G0 pond en
heeft een halswijdte van 38 centime
ter, terwi-1 de omvang van zijn mid
del een meter bedraagt. Zijn bezighe
den bestaan in schreeuwen, eten en
slapen. Hü is volkomen gezond en z
sterk als een jongen van 12 jaar.
OOK EEN COMPLIMENT.
Een redenaar In een politiële© ver
gadering brak zijn toespraak af. om
den aanwezigen te vragen
Wat denkt u daarvan, menee-
ren
Toen stond een der aanwezigen op.
kneep een oog toe en zei bescheiden
Meneer, ik geloof, dat, als u en
ik samen den boer op gingen, wij met
ons beiden moer leugens zouden ver
tellen, dan welk ander tweetal in den
lande, zonder dat het noodig zou zijn
dat ik een woord sprak.
Raadsels
(Deze raadsels zijn alle inge
zonden door jongens en meis
jes. die „Voor Onze Jeugd"
lezen. De namen der kinde
ren, die mij vóór Donderdag
morgen goede oplossingen
zenden, worden in het vol
gend nummer bekend ge
maakt).
IEDERE MAAND WORDT ONDER
DE BESTE OPLOSSERS EEN
BOEK IN PRACHTBAND
VERLOOT.
Hierbij wordt gelat op den leeftijd
in verband met 't aantal oplossingen
en op de netheid van het werk.
1. (Ingezonden door Bart Ligten-
fcerg).
Met M ben ik een rivier.
Met K ben ik lekker.
Met B moet iedere knecht mij heb
ben.
Met V ben ik een versiering,
Met G zit ik tegen 't kippenhok.
Met H ben ik oen dier.
2. (Ingezonden door Elisabeth Ver-
boek).
Wat leest ge hieruit
Alsdevosdepassiepreektboerpasopje
ganzen.
3. (Ingezonden door Jan en Jo Ver
ton).
Ik ben een plaats in Nederland.
Noem mijn eerste letter weg en ik
ben een vvsch.
Neem dan nog mijn laatste letter
weg en ik ben een getaL
•4. (Ingezonden door Doornroosje),
Mijn gahee lbestaat uit 15 letters
Cn is een stad in Rusland.
7 13 15 is een lichaamsdeel.
3 8 9 is ook een lichaamsdeel.
12 13 8 3 is ook een lichaamsdeel-
En 11 2 3 ook.
1 4 4 li is een tijdruimte.
5 6 10 7 is een donkere vloeistof.
5. (Ingezonden door C. J. de Paus).
Kunt ge in onderstaanden zin de,
jeide streepjes door gelijkluidende
woorden vervangen
Van dien matroos kon niet gezegd
(worden, dat hij zonder
neeft.
6. (Ingezonden door....).
Mijn eerste is een verkorte meisjes
naam.
Mijn tweede is een geliefd persoon.
Mijn geheel is een rivier in Rus
land (geen hoofdrivier).
7. (Ingezonden door Annie Mar
seille).
Ik besta uit 32 letters of 9 woorden
en ben een bekend spreekwoord.
22 6 31 18 20 is een stad in Neder
land.
1 21 14 31 9 is een meisjesnaam.
7 8 2 5 is een verkorte jongens-
fnaam.
24 13 14 26 is oen viervoetig dier,
4 11 3 is in den grond.
12 5 23 30 is «?n smaak.
15 10 17 16 gebruiken we als we
spreken.
27 25 32 30 29 1 4 is een meisjes
naam.
4 19 28 gebruiken we aan tafeL
8. (Ingezonden door Frifs Seuter).
Vervang de puntjes zóó door mede
klinkers, dat ge een bekende spreuk
iirijgt.
.oaa.s .e. ..o.. ..ui. .i.. .i.. ,e. .e..e..
9. (Ingezonden door Cafch Doing).
Zet onder elkaar
Een jongensnaam.
Een lichaamsdeel.
Een metaaL
Een meisjesnaam.
Een vervoermiddel.
De beginletters moeten een groote
■rivier in Rusland vormen.
10. (Ingezonden door Karei Keuker)
Ik ben een plaats in Belgie. Doe
mijn vijfdo en zesde letter weg en ik
ben een dorp in Utrecht.
11. (Ingezonden door Jan Westera).
O
0 0 0
O 0 0 O O
OOOOOOO
OOOOO
0 0 0
O
Vul dit zóó in, dat ge krijgt
Op den eersten regel een mede
klinker.
Op den tweeden regel een deel van
jden dag.
Op den derden regel een bloem.
Op deai vierden regel een meisjes-
Op den vijfden regel een lekkernij.
Op den zesden regel een verkorte
meisjesnaam.
Op den zevenden regel een klinker.
Nu leest ge iu het midden van bo
ven naar beneden, zoowel als van
•links naar rechts dcnzelfden meisjes
naam.
12. (Ingezonden door Mies Fischer).
Ik ben een polder ln Noord-IIul-
Jund. Onthoofd mij en neem mijn
«derde letter tot hoofd, dan ben ik
iemand, die veel met kindereu om-
fcaat.
Raadseloplossingen
Do oplossingen der raadsels van 16
September zijn
1. Beetworteisuikerfabriek. - Elba,
Baflo, Beerta, Rika, week,
suiker.
2. Dakraam*
a.
M
PET
LAKEN
MEKLONG
BOORD
A N S
G
4. 'Als het kalf verdronken is,
dempt men den put. Kalf,
fout, hert, kalender, vest,
Meppel, tennisseu, Dom, deun.
5. Nederiredejo.
6. Beerta.
7. Beurs rebus.
8. Adam Dain.
9. Geld held veld.
10. Roermond.
11. Dover ovecr.
12. Beter één vogel in de hand, don
tien in de lucht.
Goede oplossingen ontvangen van
Lena Koele veld 10.
Roos 7.
Zonder naam 11.
Drna en Nelly Mooren 6-
Jo Verton 10.
Cornells Heemskerk 10.
Jentien en Jo Been 11.
Jan Huijer 10 en 9 van de vorigs
week.
Cor Huijer 10 en 9 van de vorige
week.
Cornell's van Gelder 10.
Bart Ligtenberg 10.
Johan N. van Donselaar 10.
Piet de Veer 11.
Jan Westera 5 en 5 van de vorige
week.
Henri Fridcrtcbs 5.
Jacobus van Bommel 7,
Ir«s 9.
Willy Germeraad 12.
Jan H. Bruijn 10.
Marietje Cramer 8.
Nanne en Cornelis Nauta 11.
Eliz. en A. Stavenuiter 11.
Jacoba van der Schaar 11.
BEGRAVEN JONGENS
NAMEN.
(Ingezonden door A li da Koestal).
1. Januari is de eerste maand van
het jaar.
2. Augustus is een zomermaand.
3. Ik koop iets lekkers voor die vijf
4. Ik wou terug loopend gaan,
maar ik was zoo moo.
5 Geef mij den bal. Bertha i
6. Breng die kar elders, zij hoort
hij ons niet thuis.
BEGRAVEN MEISJES
NAMEN.
7. Lou is eergisteren al op reis ge
gaan.
9. Die jongen, die daar aankomt,
is Abellaat hem maar stil gaan.
10. Wij zaten samen op de bank, al
was er maar één zitplaats.
11. Gaan jullie nu maar wat spe
len, anders schiet ik niet op.
12. Bert had zijn boeken vergeten.
13. Jan, sta niet zoo te hangen.
14. Wat oen mooie platen staan er
iu de courant*
15. Die ééne valscho stem maakte
de heele uitvoering leelijk.
17. Kaneel behoord tot de spece
rijen.,
18. Ma riep ons opeens binnen.
20. Mie, neem daar even stof af.
BEGRAVEN PLAATSEN.
De oplossingen der begraven plaat-
son van 16 September zijn
1. Uden.
2. Breda.
3. Kancile.
4. Deurne.
5. Eindhoven.
6. Grave.
7. Beers.
8. Os.
9. Baarle.
10. Doorn.
11. Zuilen.
12. Soest.
13. Oudewater.
14. Vreeswijk.
15. Houten.
Goede antwoorden ontvangen van
Lena Koeleveld 15.
Roos 9.
Zonder naam 12.
Dina on Nelly Mooren 10.
Jo Verton 10.
Cornelis Heemskerk 10.
Jentien en Jo Reen 15.
Jan Huijer 11 en 8 van de vorige
week.
Cor Huijer 11 en 8 van de vorige
week.
Jan Westera 12 en 7 van de vort go
week.
Jncobiis van Rommel 8.
Iris 11.
Willy Germeraad 12.
Marietje Cramer 5.
Nanne en Cor Nauta 12.
Jacoba van der Schaar 15.
Eliz. en A. Stavenuiter 1L
DE GESCHIEDENIS VAN DEN
WONDERVOGEL EN VAN
DEN GRIJZEN WOLF.
Een Russisch sprookje.
In een zeker koninkrijk leefde lang
geleden een Tsar, Andronowitch ge
naamd. Hij had drie zoons de eerste
heette Prins Dmitri,- de tweede heette
Prins Vassily en do jongste was
Prins Ivan.
De Tsar had een prachtige tuin,
de mooiste uit het gansche rijk.
Prachtige boomen, met en zonder
vruchten, groeiden in dien tuin
maar één boom was door den Tsar
bijzonder geliefd, want de appels, die
er aan groeiden, waren alle van
zuiver goud.
Nu gebeulde het dikwijls, dat er
een wondervogel in den tuin vloog.
Deze had vleugels van goud en
oogen als edelgesteenten. lederen
nacht kwam hij in den tuin, zeti e
zich op den prachtigen appelboom,
plukte oenige gouden appels en vloog
weer weet.
Dit deed den Tsar veel verdriet;
daarom riep hij zijn drie zoons bij
zich, en sprak tot hen:
Wie van u kan dien wondervo
gel in den tuin vangen? Wie hem mij
levend brengt, zal ik dadelijk de
hel ft van mijne koninkrijk geven en
na mijn dood erft hij alles.
Toen riepen de zoons als uit één
mond: Lieve vader, wij zullen u
zoo spoedig mogelijk dem vogel le
vend brengen
Den eersten nacht ging"de oudste
zoon. Prins Domitrl, in den tuin de
wacht houden; maar toen hij onder
den appelboom zat, viel hij spoedig
in een diepen slaap.
De vogel kwam, plukte de appels
en verdween, maar Domitra bemerkte
e'r niets van.;
's Morgens liet de Tsar Prins Do-
mitri roejven en vroeg: Wel, mijn
zoon, hebt gij den vogel gezien?
Maar de Prins antwoordde: Neen,
vader, dezen nacht is hij er niet ge
weest
Den tweeden nacht hield Prins Vas-
s.ly de wacht. Hij ging ook onder
den appelboom zitten, en, toen hij
daar een uurtje gezeten had, viel ook
hij in slaap. En hij sliep zoo vast, dat
hij er niets van hoorde, of zag. toen
de vogel kwam en wederom eenige
appels plukte en daarmee wegvloog.
Toen de Tsar den volgenden mo'rgen
zijn zoon liet roepen en hem vroeg:
Wel, mijn zoon, hebt gij den vo
gel gezien? antwoordde Vassily:
Lieve vader, ook dezen nacht is do
vogel niet verschenen!
Den derden nacht ging de jongste
zoon, Prins Ivan, den tuin in en ging
evenals zijn broeders onder den ap
pelboom zitten. Daar zat hij een uur.
twee uren, drie uren, toen plotseling
de tuin helder verlicht werd.
Daar kwam de wondervogel, ging
in (len appelboom zitten en begon te
plukken. Dadelijk kroop Prins Ivan
zoo zachtjes hij kon 'naar hem toe.
Heel voorzichtig stak hij de hand uit
en greep den vogel bij den staart.
Maar, helaas, hij kon hem niet hou
den, de vogel trok zich los en in
Ivan's hand bleef slechts één veder
achter.
Zoodra de Tsar den volgenden
morgen wakker werd. kwam Prins
Ivan bij hem en overhandigde hem
de veer. De Tsar was zeer verheugd
en bewonderde de gouden veer, die
zoo prachtig schitterde, dat het in
een donkere kamer geleek of de zon
schoen. De Tsar borg de kostbare
veer zorgvuldig in zijn geheime se
cretaire weg, als een van de groot
ste schatten van zijn rijk. Maar se
dert dien nacht verschoen de wonder
vogel riet mee'r in den tuin.
Toen riep de Tsar wederom zijn
drie zoons bij elkaar en sprak:
Lieve zoons, gaat allen been, offn
den wondervogel te zoeken. Ik geef
u mijn zegen mee en hom, die mij de
vogel levend brengt, zal de beloofde
belooning geschonken worden.
Nu waren Domitrl en Prins V issily
beiden jal-.ereoh op Prins Ivan, om-
dal hij een veer van den vogel be
machtigd bad en dadelijk trokken zij
samen er op uit om den vogel te zoe
ken.
Een ook Prins Ivan wilde op reis
gaan. Maar de Tsar wilde Ivem graag
nog wat bij zich houden:
Och, mijn zoon, sprak hij, blijf
hier tot de anderen zijn teruggekeerd
het valt mij zoo zwaar u allen tege
lijk te moeten missen! Maax Ivan
had in het Paleis geen rust meer. nij
smeekte zijn vader hem ook den ze
gen te geven, zocht rich een prachti
gen ste'rken hengst uit en reed weg
zonder te weten, waar hij heen ging.
Geruimen lijd had hij zoo verder
gereden, toen hij aan een kruispunt
kwam. Daar stond een steenen pi
laar, waarop de volgende woorden
geschreven waren:
Wie den weg neemt naar links,
zal ongedeerd blijven, maar zijn
paa'rd zal gedood worden; wie den
weg neemt naar rechts, zal gedood
worden, maar zijn paard zal onge
deerd blijven..
Prins Ivan las het, dacht een
oogenbiik na en sprak bij zichzelf:
terugkeeren w,l ik niet, gedood wor
den ook niet, ik moet dus links af
gaan, en als het moet, zal ik ook
zander paard mijn doel wel bereiken.
Hij reed bedaard verder, maar op
dien dag gebeurde er niets bijzon
ders. Ook den tweeden dag vervolg
de hij rustig zijn weg. MaaT op den
derden dag om 12 uur sprong er
plotseling uit het struikgewas een
reusachtige, grijze wolf te voorschijn,
die riep: Ach, ongelukkig© Prins,
waa'rom zijt gij hier gekomen? Nu
moet Ik uw prachtigen hengst ver
scheuren! En voor de Prins tijd had
zijn zwaard te trekken, greep de
wolf het paard, werd hij err af ge
worpen en was liet paard verscheurd.
Er was niets aan te doen, hij moest
nu te voet verder gaan. Den gehee-
len dag liep hij, en daar hij dit niet
gewend was, word hij zeer vermoeid.
Eindelijk viel hij uitgeput neer en
was op het punt iu slaap te vallen,
toen de grijze wolf weer verscheen,
en sprak: Het spijt mij werkelijk,
Prins Ivan, dat je zoo vermoeid zijt.
Weet ge wat, ga op mijn rug ritten
en zeg mij waarheen ik u bremgen
moet en wat het doel van uw tocht is.
Ivan vertelde het hem en steeg op
zijn 'rug. Dadelijk rende de wolf weg
en liep nog vlugger dan het vlugste
paard.
Toen de nacht begon te vallen, kwa
men zij aan een lagen, steen en muur.
Hier hield de wolf stil en zcide tegen
den Prins:
Stijg af. Prins Ivan, en klim
over dezen muur. Gij komt dan in
een tuin, waar de wondervogel zit
in een gouden kooi. Neem den vogel
e'r uit, maar pas op dat gij do kooi
niet aanraakt, want dan wordt gij
gevangen genomen.
De Prins deed, zooals hem gezegd
was, kwam iin den tuin en zag dade
lijk den vogel in een prachtigen gou
den kooi. Voorzichtig nam hij den
vogel er uit, en was al op den terug
weg, toen hij dacht: wat moet ik
met den vogel beginnen zonder kooi,
ik weet niet, hoe ik hem anders be
waren zall En hij keerde terug en
gTeop de kooi; maar op 't zelfde
oogenbiik hoorde hij een geweldig ge
raas en gerommel van alle kanton,
de wachters werden wakker, holden
den tuin in en vonden Ivan met den
vogel in de hand. Hij werd gegrepen
en voor hun Tsar, d e Dalmat heette,
gevoerd.
Tear Dalmat was heel boos op
Prins Ivan en riep hem toe:
Sohaamt gij u niet, jonge man,
om zoo jong als gij zijt, roeds uit
stelen te gaan? Wie zijt gij, waa'r
komt gij vandaan, en hoe heet uw
vader?
De Prins antwoordde: Ik ben de
zoon van Tsar Andronovitch en mijn
naam is Ivan. Uw prachtige vogel
vliegt s nachts dn onzen tuin en
plukt de gouden appels van mijn va
ders boom: daaTom heeft mijn vader
mij uitgezonden om den vogel te zoe
ken en hem te brengen.
—Ongelukkige jongeling! riep Tsar
Dalmat, is het een Prins waardig,
om te doen, wat gij gedahn hebt?
Wanneer gij bij mij gekomen waart
en gij hadt het mij verteld, dan zou
ik u gaarne dien vogel gegeven hez-
ben, maar nu, nu zal ik in alle lan
den en steden uw onwaardig gedrag
bekend laten maken. Of wacht, Ivan,
luister: als gij mij den dienst wilt be
wijzen naar het land van Tsar Af-
fron te rijden en mij het ros met de
gouden manen te brengen, dan zal ik
uw misdaad vergeven en, wat meer
zegt, u den wondervogel cadeau ge
ven.
Met een bedroefd hart ging Ivan
weer terug naar den grijzen wolf,
aan wien hij alles vertelde.
Ach, waarom hebt gij ook niet
beter geluisterd, toen ik u zeide de
gouden kooi niet aan te raken! riep
de wolf.
Vergeef me maar; ik heb heel
dom gedaan, antwoordde de Prins.
Het zij zoo. sprak de wolL
Klim op mijn rug en ik zal u bren
gen, waar gij wezen moet
Ivan l>esteeg den wolf weder, die
als een pijl uit den boog, wegsnelde.
Hoe lang hij liep, weet ik niet, maar
eindelijk kwam hij tegen den nacht
in het land van Tsar Affron. Toen zij
bij de vorstelijke stallen kwamen, ze:
de grijze wolf teger. den Prins:
Ga in de stallen en neem het
ros met de gouden manen, maar
raak het gouden toom niet aan, dat
aan dén muur hangt, want dan loopt
het niet goed af.
Ivan ging de stallen in en zag da
delijk het ros met de gouden manen.
Hij pakte het paard beet en wilde
juist den terugtocht ondernemen,
toen hij het gouden toom aan den
muur zag hangen.
Dit schitterde en blonk zoo prach
tig, dat hij de verzoeking geen weer
stand kon bieden en het toom greep.
Maar onmiddellijk hoorde hij aan
alle kanten een oo'rverdoovend ge
raas, de stalknechts kwamen hard
aanloopen, Ivan word gegrepen en
voor Tsar Affron gebracht.
En de Tsar sprak:
Vermetele jongeling, waar komt
gij vandaan, wie is uw vader en hoe
heet gij?
En Ivan antwoordde: Ik ben
kLe zoon van Tsar Andronovitch en
mijn naam is Ivan.
En is diefstal iets wat past aan
een edelman? Waa'rom zijt gij niet
bij mij gekomen? Ik zou u gaarne het
ros met de gouden manen gegeven
hebben; maar nu, nu moet ik in alle
landen en steden bekend laten ma
ken, dat gij een dief, een inbreker
rijt Doch luister: op één voorwaar
de zal ik uw schande verzwijgen. Als
gij voor mij een verre reis wilt ma
ken, en de schoon© Prinses Helena,
naar wie ik reeds zoolang ve'rlangd
heb, wilt halen, dan veTgeef ik u uw
misdaad en zal u daarenboven het
ros met de gouden manen en met het
gouden toom cadeau geven.
Toen de Prins het paleis verliet,
ws hij zeer droevig gestemd.
Hij kwam bij den grijzen wolf terug
en ve'rtelde alles wat gebeurd was.
AcH, waarom hebt gij niet beter ge
luisterd toen ik u verbood het gou
den loom aan te raken? riep de wolf.
Ik bid u, vergeef het mij, ik heb
ongelijk, antwoordde Ivan.
Nu, het rij zoo! sprak de wolf.
Ga op mijn rug zittem en ik zal u
brengen, waar gij wezen wilt!
(Slot volgt).
Brievenbus
(Brieven aan de Redactie van de
Kinder-Afdeeling moeten gezonden
worden aan mevrouw Venema—Van
Doorn. Wagenweg 88. Haarlem).
In dc bus gooien, zon der aan
schellen I
LENA K. Het 7de was toch niet goed.
Het is veel eenvoudiger dan jij dacht,
maar ik vind het toch aardig, dat Je
er wat van maken kon. Ja, 't begint
's avond3 al heel vroeg donker te
worden, doe je ook aan dozen wed
strijd mee of heb Je nog andere werk
jes 's avonds?
ROOS. Is het zóó naar je zin? Ja,
ik denk, dat je rnadsel nu wel heel
gauw komen zal. Ileb je zelf ook wel
eens begraven plaatsen bedacht
DINA en NELLY M. Ja. het gaat hoe
langer, hoe beter, uls je geregeld mee
doet Lossen jullie ieder apart op, of
wie er t eerste een heeft Schrijft
Dina do briefjes altijd? 7© zien er al
tijd even netjes uit. dunkt me I
JO V. Je stuurt een nieuw raadsel
in zonder antwoord. Wil je het me
nu nog eens zenden en dan het ant
woord er bij schrijven
ZUS D. Je moet me maar even voor
uit waarschuwen als je komt. Zus,
want anders ben ik misschien niet
thuis. Je hebt, dunkt me. prachtig
weer getroffen. Wel bedankt voor jo
mooie kaart.
JENTIEN en J0 B. Het derde doel
zal ik dan voor je bewaren, hoor I Ja,
het is prettig om door te lezen tot het
uit is, maar ben ja dan niet wel eens
wat suf geworden en krijg je dan
geen hoofdpijn, of heb je daar tegen
woordig geen last moer von Hoe was
de eerste c :les? Vond je het prettig
en waren er ook kennisjes van je De
nieuwe raadsels zijn goed.
JAN en COR H. Hoe is het nu met
allo patiënten Is Coba nu ook weer
beter en zijn het nog erge litteekens
of roode nlekken en is Cor's heen
weer heelemaal in orde? Gelukkig,
dat Moeder juist thuis was 1 Is Moe
der nu weer uit
JOHAN v. D. Waar sparen jullie
dan nu wel voor op? en heeft jullie
club een goeden bal of spelen jullie
niet meer tegenwoordig?
PIET DE V. Het eerste raadsel is
moeilijk te raden en wordt dus niet go-
plaatst. maar het tweede is goed. Nu
zal je het boek wel uit hebben. Piet,
maar je inoet toch nog een weekje ge
duld hebben. Heb je het tweede ook.
gelezen
ANDRé S. II. Vragen over het rul
len van plaatjes worden nooit ge
plaatst, And ré, want dan komen er
zóóveel, dat daarmee alleen onze Brie
venbus al gevuld zou zijn. Het spijt
me, dat ik je er niet mee kan helpen
kan je ze op school niet ruilen
JAN W. Je hebt heel wat nieuwe
raadsels gestuurd, hoor! Ze worden
geplaatst, ais ze aan de beurt zijn.
Vind je raadsels-bedenken een prettig
werk, of heb je ze ergens gevonden
LENA K. Ja, je mn- nog wel mee
doen, en je >s?nt nog niet eens een van
de oudsten. Ik vind het aardig, datje
er zoo'n plezier in hebt I Doet Alida
ook mee
HENRI FR. Natuurlijk mag je met
ons meedoen. Het nieuwe raadsel is
al vast goed en wordt geplaatst, als
het aan de beurt is Met welke cou
rant heb je vroeger wel eens meege
daan en heb je toen ook wel eens ©en
prijs gewonnen
JACOBUS v. B. Dan ben jij zeker
Mij, dat Moeder deze courant geno
men heeft en ga je zeker heel trouw
met ons meedoen. Vind je de raadsels
moeilijk en heb je lung werk om ze to
vinden
WILLY G. Dat was een grappige
plaatWas het een reclameplaat en
waarvoor Ja. je zult het nu wel weer
erg druk hebben Moet je veel hand
werkjes maken En het pïano-studee-
ren mag er ook niet bij Inschieten
Heerlijk, dat je zoo goed vooruit gaat f
Je maakt, op school in je taalwerk ze
ker heel weinig fouten, want je brief
jes zijn ook altijd goed in orde Of
kijkt Moeder die wel eens voor je na
IRIS. Alleen is wel lastiger, dan
toen B. ook nog meedeed, want nu
kan er zeker geen hamer of zaag bij
gebruikt worden. Kan je van een ge
schikt doosje niet een klein poppe-
bedjo maken of een leeg kistje be
plakken en inrichten als winkeltje
van poppekieertjes of mutsjes of hand
werkjes Als je dat niet te groot
maakt, gaat het wel gauw en jij bent
met naald en draad nogal handig,
geloof ik. Een poppeschortje met een
gehaakt stukje kan misschien ook wel,
maar ik denk, dat jij zelf nog beter
Iets bedenken kunt, dan ik. Op dat an
dere zal ik maar niet antwoorden,
want dan is je geheimpje meteen ver
klapt
JAN H. B. De ïwee laatste raadsels
zijn goed, maar het eerste is wat las
tig. Neen, ik had van jou geen raad
sels meer in voorraad. Vind je ze te
genwoordig moeilijker dan \roeger?
Jk denk, dat dal toevallig is, hoor 1
Aardig, dat de machine zoo goed
werkt en dat je or nog meer bij hebt
gekregen Wat doe je meestul op
Toynbee Ja, voor den wedstrijd zal
je nog wel een uurtje overhouden zoo
nu en dauik ben nieuwsgierig, of
het weer zoo aardig uitvalt als verle»
den jaar.
MARIETJE C. De nieuwe begraven
plaatsen zijn goed en het raadsel ook.
Gezellig, dat je ook me© gaat doen.
Ik denk. dat je er hoe langer hoe meer
goed oplost, els je een poosje met ons
meegedaan hebt.
NANNE en COR N. Ja, om half ne
gen heb je natuurlijk niet veel lust
meer om te werken en dan is het
ook tijd om te gaan slapen, want je
zult 's morgens ook wei weer bijtijds
op zijn. Maar voor de briefjes heb jij
toch, geloof ik. meor tijd dan Cor, of
speelt Cor liever buiten
JACOBA v. d. S. Ik ben erg nieuws
gierig, hoe dat examen afloopen zal.
Je moet mij maar eens precies schrij
ven ,hoe alles gegaan is. Hoe is het
toch afgeloopen met de albums zijn
z© al verloot en ben jij ook gelukkig
geweest
ELIZ. en ANNIE S. Hebben jullie
veel plezier in Amsterdam g©had
Vertel nri maar eens, waar je geweest
bent en wat je gezien hebt
Mevr. VENEMA—v. DOORN.
30 September 1911.