HAARLEM'S DAGBLAD. TWEEDE BLAD. ZATLHDAG 4 NOVEMBER 1811 Haarlemsche HandeSsvereensgiog (Goedgekeurd bij Kon. Besl. van 12 Nov. 1899.1 De Haarlemsche Ilundelsvereeni- ging liier ter stede, opgerecht 10 Mei 1892, heeft in den loop van den tijd wel haar recht van bestaan bewezen. In zeer vele gevallen, zaken van ver schillenden aard betreffende, is zij opgetreden en dikwijls met groot succes. Jammer echter, dat men alge meen niet meer blijk geeft, dit te waardeeren, door als lid der Vereeni- ging toe te treden. Er zijn wel meer dan 600 leden, maar dat is niet vol doende. Elk handelaar, 'neringdoen de, ja zelfs particulieren, moesten lid worden, om ten minste te lateu ge voelen, dat men het werk op prijs stelt, dat de Ilaarlemscho Handels- yereeniging steeds opneemt, als doen de, wat hare hand vindt om te doen. De voordeeleu, die de Vereenig.ng buiten hare bemoeiingen van ver schillenden aard, haren leden aan biedt, zijn zeer vele en zeer groote tegenover de geringe jaarlijksche contributie van f 3.50, die gevraagd wordt. De Haarlemsche Handelsvereni ging bemoeit zich in de eerste plaats er mede, de belangen van hare leden to bevorderen, door onwillige beta lers voor hen tot betaling aan te manen en luformatiën voor hen in te winnen. Bovendien hebben de leden het recht liet hun gratis te verstrek ken advies der Vereeniging te vragen d.e ook ui proceduren en faillisse menten gratis voor hen optreedt, na tuurlijk alleen voor zaken betreffende den huudeJ en het bedrijf der leden. Ais proef kunnen voortaan nieuwe leden voor een half jaar worden aan genomen, doch slechts het 2o halfjaar (van 1 November tot en met 30 April) ad f 1 75 de halve contributie. Rechtsgeleerde adviseurs der Ver- eeu.ging zijn de beereu Mrs. Th. de liaan üugenholtz en A. H. J. Merens, Spa ar u e 94, alhier, die voor de leden eiken werkdag van 24 uur des na- middas zijn te spreken. Het bureau der Vereeniging is ge vestigd Janswëg 11. Voor incasso's door bemiddeling der Vereouiguig wordt een vast recht van 5 pCt. der vordering bere- keud. Bovendien moet 10 cent voor port steeds worden bijgevoegd, bij inzeu- d.ug van vorderingen door bemidde ling dor advocaten te innen. De kosten van inforinaliën naar bu ten de stad woonachtige personen bedragen 60 ets. per informatie, plus vijf cents porto-vergoedusg. lnforma- tiën naar binnen de stud wonende persouon worden gratis verstrekt Pretentieu op bu.teu do stad wo nende personen y. orden niet behan deld, wanneer n.et 10 ets. voor portü- vergoed.ug is toegevoegd. lluim 1748 informat.ên en rechts geleerde adviezen werden in het af- geloupen jaar gegeven. Aan het kantoor Jausweg 11, zijn thans coupons A 10 ceut verkrijgbaar waarop men bij het Bureau van den Burgerlijken Stand op het Stadhuis inlichtingen kan bekomen over het adres van h.er op het bevolkingsregis ter ingeschreven personen. In de maanden Juli en Augustus 1911 zijn 59 vorderingen tot eei. be drag van f 1978.11^ betaald; 13 vorde ringen worden afbetaald, 12 vorderin gen zijn uitgesteld. Volgens art. 7 dient het geheim der lijsten van wanbetalers ongeschon den te blijven. In verband met do wijziging van artkel 11 van het huishoudelijk regle ment van den Nederlandschen Bond van Onderlinge Informatie- en Schuldinvordering bureaux en Han- delsvereenig ngen, gevestigd te Haar lem, moet in het vervolg voor elke informatie die op vertoon van leg.ti- matiekaarten wordt gegeven, 25 cent worden betaald. Alle brieven, aanvragen, reclames of wat ook, moeten worden geadres- seert aan het Bureau, dat geopend is dagelijks van 9 tot 5 nur on waar ook verdere inlichtingen zijn te bekomen. Het Bestuur heeft bemerkt, dat men soms meent, dat men, hoewel geen lid der H. H. V., toen van haar infor matiën kon bekomen, en brengt nu nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis dat alleen aan leden der Vereeniging informatiën door haar worden ver strekt, en dat voor informatiën op hier ter stede woonachtige personen nooit betaling mag worden gevor derd. HET BESTUUR. Parijsche Brieven CGC. In mijn vorigen brief deelde ik onder meer de volgende woorden van Alfred Giralle inedc: „Ik zie den tijd aankomen, dat som mige van mijn geëerde afnemers met, hun gramophoon als bewijsstuk ter j rechtszual verschijnen". Nog geen week later verscheen voor j een der rechtbanken te Parijs een aan- j klager met een.... telephonische con- j statatie als bewijsstuk. Het betrokken proces-vei baal, in den vorm van een betrekkelijk duur deur- j waarders-exploil, luidt aldus: j „Gevolg gevende aan het verzoek i van den heer X.... heb ik, Jean Giry, j deurwaarder aan de civiele rechtbank van Loyn .mij heden begeven ten bu- j reele van do verzekering maatschap- j pij, alwaar ik, uanwezig zijnde, ge constateerd heb hetgeen volgt: „De directeur vroeg telephonische verbinding met den heer Henri R zaakwaarnemer te Parijs. Ilij liet mij naast hem zitten en, de spreekbuis in de hand houdende, noodigde hij mij uit, den hoorn te nemen en liet gesprek a te luisteren, hetgeen 'ik deed. „De verbinding werd hem spoedig verstrekt." De Parijsche zaakwaarnemer was echter niet op kantoor. DaL gebeurt meer met zaakwaarnemers, zoo te Pa rijs als elders, wijl liet voor hen zaak is, zich zooveel mogelijk met ander mans zaken te bemoeien. Do deurwaarder vervolgt zijn offi cieel verhaal: „Wij blijven lunger dan een half uur in een afwachtende houding en in dien tusschentijd denk ik na. want de maatschappij heeft een aantal steno grafen, wier diensten nuttig zouden kunnen zim om de getrouwe weder-i gave te verzekeren vau het gesprek, dat gewisseld zal gaan worden tus- schen den directeur der maatschappij en den geabonneerde te Parijs". Een denker, die deurwaarder! Verder: „Eu wij besluiten daarop, ons twee stenografen toe tc voegen, de een om de woorden va» den directeur op te schrijven, de ander, naast mij ge plaatst, om dc antwoorden en vragen van den geabonneerde op te teeltenen, die ik hem zou overbrengen, ingeval de snelheid van het gesprek mij in de onmogelijkheid zou stellen, ze nêer te schrijven. Do beschikkingen zijn aldus getrof fen en, tegen half zeven,vrueg de di recteur zelf de verbinding met den geabonneerde. „Het wachten duurt nogal lang. Ein delijk, ten zes ure vijftig minuten, wordt de verbinding verstrekt. „De directeur houdt de spreekbuis in de hand, de twee stenografen zijn op hun post. ik luister; het gesprek begint aldus...." Volgt het geheele gesprek. De intelligente deurwaarder Jean Giry eindigt zijn, in zulk een levendi- gen stijl geschreven exploit in dezer voege: „Van al hetgeen voorafgaat en na onmiddell'ike stenographischo weder gave van de woorden des advocaats, welke ik opgevangen heb in den loop van het gewisselde gesprek, heb ik dit proces-verbaal opgemaakt, teneinde iu rechten te dienen. Kosten: 55 francs. '19 centimes". Terloops maak ik de urgelooze op merking, dat deze deurwaarder niet het opschrijven, gedurende een uurtje en bijgestaan door anderen, van an dermans woorden meer heeft verdiend dan vele journalisten en schrijvers plegen te verdienen met het boeksta- von, uren lang en zonder hulp, van hun eigen gedachten. Vnorwaor: ..Es ist im Lehen hnssüch eingerichlet!" Doch laten wii o- deze moderne rechtszaak terugkomen. De Parijsche advokaat-zaakwaaroe- mer, bijgestaan door den advokaat- pleiter Anguste Pélissiez, hield voor het gerecht vol, dat niet hij, doch een ander aan den verrespreker" stond toen de leepe deurwaarder als-het- ware aan de deur stond te luisteren, en dat, de heele geschiedenis een ge organiseerde komedie is orn hem ln het verderf te storten. Het debuut van den verrespreker in de zaal vnn vrouwe Justilia is dus niet bijster gelukkig, mede omdat de betrokken rechter van instructie tus- schentijds ter ziele is gegaan. Doch deze zaak is dubbel van belang, eer stens wijl nu voor hel eerst zal kunnen worden uitgemaakt, of en in hoeverre een telephonische constatatie .dienst kan doen als rechterlijk bewijs, in de tweede plaats omdat bedoelde zaak waarnemer behoort tot de moestboken- do boulevardiers van Parijs. Wie vaak rechtszittingen te Parijs bijwoont, komt al boel spoedig tot de slotsom, dat het ambt. van rechter ln een metropolis oif, zco men liever wil. een wereldstad, een ..zwaar baantje" is. Wij leven in de eeuw der weten schap. Waarheen men de blikken ook richt, ziet men haar met reuzenschre den voortgaan. Zij maakt zich meester van elk domein en wijzigt er de maat schappelijke omstandigheden en -ver houdingen. Deze vervorming oefent noodzakelijkerwijze haar invloed op de rechtspraak uit. En aJ is het waar, dat de wei. dank zij de mcnschelijko indolentie, de hiërarchische rommel zoo in de bureaucratische papcras- serij. steeds aanmerkelijk ten achter is bij het recht, het neemt niet weg, dat het gerecht in een wereldstad zich sneller dan elders de medewerking van dezelfde wetenschap heeft te ver zekeren wil het niet de riséo van het publiek worden en dus zijn vertrou wen verliezen, „Geen vertrouwen heb ben in de magistratuur", zei Balzac, riic de wetten beter kende dan menige rechterlijk ambtenaar, „dat is een begin van maatschappelijke ontbin ding. Breek de instelling af, bouw haar weder op andere grondslagen opmaar lieh er vertrouwen in". Men moge te Lutjebroek of to Tietjerk- steradeel veilig kunnen rechtspreken naar wetten van desnoods een eeuw geleden, te Parijs dient een rechter zich zooveel mogelijk te assimileeren aan den wisselenden tijdgeest, die zon der ophouden nieuwe gerechtelijke ge vallen schept. Wil derhalve de rechter hier nipt door den maatschappelijken vooruitgang „gedistancieerd" wor den, dan moet hij er niet tegen opzien, waar noodig van initiatieven zin blijk te geven. En in dat opzicht hebben de magistraten hier dan ook. gelukkig, meer vrijheid van beweging, don bij voorbeeld in Holland. Elke vooruitgang heeft, in den eer sten tijd, althans, zijn keerzijde. De stoom, de electriciteit en nu ook de benzine hebben de maatschappelijke verbindingen versneld, doch tevens ge- wikste misdadigers en pok ontrouwe kassiers in staat gesteld, zoo spoedig mogelijk de grenzen achter zich te la ten. De chirurgie bedient zich met de nobelste doeleinden van do chloro form, doch dit weldadige anesthesisch middel wordt een gevaarlijk wapen in de handen van welgekieede en welge manierde schurken, door wie vreem delingen in een weidsch restaurant worden gelokt en aan het dessert uit geplunderd. Die en nog meer verwikkelingen, ontstaan door den vooruitgang der wetenschap, hebben mede het aanzijn gegeven a'an de wettelijke expertise, die den rechters de rechtspraak ver gemakkelijkt. De instructie heeft haar géiieesheoren voor de lijkschouwing, haar scheikundigen en microgrufen voor de analyses, haar wapenhande laars voor het onderzoek der wonden, haar schriftkundigen en boekhouders voor het constateeren van valschheid in geschrifte enz. enz. En nu benieuwt het' menigen boulevardier, of, in de zaak van Henry Reerstdaags niet de eene of andere ..juffrouw van de telefoon" als deskundige voor het ge recht. zal moeten getuigen. De tijd is misschien niet zoo vèrof meer, dat wij in de Parijsche rechts zalen de kinematograaf, de gramo phoon on zelfs de aêroplune zullen zien verschijnen. Hoe het ook zij, op straffe van aan de a leem eene hesp et tine- te worden oriistrceven ma." de rechter te. Pnriis croon slaankop zijn en moet, hij steeds blijk geven, met zijn tüd mêe te leven. De magistraat, die zich hier strikt a.an de letter der wet zou houden en geen initïotief »on durven te nemen increvnl de betrokken zaak niet bij de wot is geregeld, zou zich al spoedig genood zaakt gevoelen, er het bijltje bij nêer te leggen. Is het wonder, dat Balzac, die dan elke andere schrijver de rechter lijke wereld kende en de enorme moei lijkheid van haar taak besefte, te ha ren opzichte over het algemeen zeer zachtzinnig was gestemd, zonder ooit heur lofspreker te zijn? „Indien de rechter", schreef hij onder mw. de macht had, in het gemoed te lezen en de beweegredenen tc onderkennen, ten einde rechtvaardige uitspraken te doen, zou elke rechter een groot man zijn. Frankrijk heeft ongeveer zes duizend rechters noodig; geen enkele generatie heeft zes duizend groote mannen tot zijn dienst; des te minder kan zij die vinden voor zijn magistratuur." OTTO KNAAP. niet gebracht; alleen is er uit geble ken dat we aan belast ngverhooging niet otntkomen kunnen. Voor 1912 is ze al aangekondigd, maar ook in do volgende jaren zal een zwaardere aanslag op de diverse beurzen ge daan worden. Veel onproductieve, dura uitgaven staan voor de deur en de post rente en aflossing gaat daar door zorgwekkend stijgen. Hoe we de zaak draaien of wen den, het slot brengt meer betelen. In de afdeelingen is door een.ge lcdem gevraagd om verhooging van het prescntiiogëld. Nog zoo dom niet. De gemeente betaalt dan voor een deel wat de raadsleden meer op hun be lastingbiljet vinden. Of de burge- meester er dan nog in slagen zal den praatlust te beperken? Er zijn veel afgevaardigden des volks- met com mercieel o ne gingen kwartiertje op haar beenen staan als een heer, die misschien eenige tiental len jaren ouder is 'Toch maken veel dames aanspraak op plaatsen, die al bezet zijn. Redeneeren opzettelijk hardop van moeheid, verwondering, dat er geen plaats is. geven meer van dergelijke jvonken. Het succes, dat ze evenwel behalen is helaas nog steeds grootvele heeren zijn nog veel te naïf. Staat er eindelijk iemand op, dan hoort dit beleefde mensch Ln veel ge vallen niét eens een „dank u." Ecu knikje, soms dat nog niet, is alles, waarmee dc „dame" hem beloont. Ik hoorde verleden hoe een oude heer, die aan oen vrouwspersoon, zeker een 30 jaar jonger, zijn zetel aanbood, tot antwoord kreeg „och nee." En dan zijn er nog dames, die kla gen, dat de hoeren tegenwoordig zoo onbeleefd worden I SINTRAM. Van de Residentie en haar bewoners. CXXX1V. Do gemeen te-financiën zijn weer voor ee'n jaa'r vastgesteld. Betrekke lijk korten tijd heeft de behandeling van de begrooting. genomen. Niet omdat de leden plotsel ng hun leven beterden en alle zaken degelijk gin gen behandelen; zoover zijn we nog niet, Het vlugge afdoen is hoofdzake lijk te danken aan de leiding van (Jen burgemeester, die onverbiddel ijk vasthoudend aan hel reglement van orde de stroomen van welspre kendheid. wist te houden binnen niet tic wijde grenzen. Het is merkwaardig zoo spoedig als de raad ge-wend is aan den steirkareln druk diie thans op hom rust. Tegen spartelen van leden kwam slechts weinig voor dn verzetten ze zich, dan was de tegenstand toch meestal van korten duur. Mr. Van Karneheek Meld zich strikt aan het reglement van o'rdie en dat met een absolute onpartijdigheid. Interrupties werden afgehamerd, onverschillig of ze kwa- ment van een der wethouders of uiit den social is tisohen hoek. Mr. Van Karnebee-k kent thans den raad ear de raad ook hem. Aan de laatste zijde zou het tradi tioneel© „aangenaam" mee'r dan een frase zijn. Niiouws heeft bet begrootingsdebat De liefde voor de bioscoop schijnt in onze goede stad reusachtige af metingen aan te nemen. Thans zijn er reeds vier inrichtingen waar ei ken dag de films afrollen en over twee maanden zullen we er zes heb ben. In de Boekhorststraat en op de Prinsegracht zijn er in aanbouw. Of het tegenwoordig alleen een rag© Is i om naar do bewegende beelden to gaan kijken of dat we hier met een nieuw soort volksvermaak te doen hebben, de toekomst zal het moeten Icoren. Vervelen doet de bioscoop be slist nog niet, met bewonderingwaar- di-ge vindingrijkheid weten de in- elkaar-zetters van films, variatie in i hun producten te brengen. De j moord- en bilpartijen zijn zoo goed. als tverdworien; in plaats daarvan j kwamen die volledige geschiedenis-1 sen, gespeeld met zeldzaam talent. Drie kwartier, een uur duren, die romans zonder woorden en de lay langstelling ervoor, is begrijpelijk waar de spelenden het hebben weten te bestaan, alles ie vermijden wat wijst op „spel voor de leus". Vollediger don tooneelst.ukken ma ken deze films indruk door de aan eensluitende weergeving van alle han- delingon. Zoodra echter het doeki vaJt is alles uit; de impressie be-' Lel ij ft niet; het ontbreken van het ge- sproken woord, het niet hooreu van stemmen in alle modulaties van1 vreugde en smart, doet onmiddellijk tot 'de werkelijkheid terugkeeren, 1 zoodra het oog niet meer geboeid wordt. De spanning, die een film biedt is gelijk aan die van een romannetje voor den trein: één uursbeiarigstel ling. Opvoedende kracht gaat van de i bioscoop nog niet uit; aan pedago gische doeleinden mag zij dienstbaar gemaakt kunnen worden, de kracht van eon goed tooneel bezit zij nog niet. Eerst als de fonograaf zoo ver beterd is dat zij de woorden weer geeft op een wijze die de werkelijk-, lie id benadert, zal bet sprekend e-le- vende beeld van opvoedende kracht voor de menigte kunnen zijn. Dat hebben de groote films ons geleerd. Haugsch tranipubliek is van een zonderling karakter. Ziet men bet slaan aan de haltes, dan toont het alle uiterlijkheden van residentieel fatsoen Hel beweegt zich gepast, vol kalmte en waardigheid. Nadert een tram met nog één plaats open, dan verandert die keurig© tro-ep dames en heeren in een bende wilde dieren, die dringen I en duwen om die -plaats te bemachti- j gen. Jn de file staan zonder politietoe- i zicht doen zij nog steeds niet. I Zitten de menschen echter in de 1 wagens, dan hernemen z© hun bo-, daordheid en kan men het zien voor- j komen, dat een heer, die 'een dame half van het balcon drong om maar 't oerst binnen te zijn, opstaat en zijn plaats aanbiedt aan zijn concurrente van zoocven. Kan, want de beleefdheid tegenover tramdarnes laat aan de an dere zijde soms veel te wenschen. Niet dat ik meen, dat steeds opgestaan moet worden voor alles wat geen man is. Waarom kan ©en jong ding van een jaar of 18, 20 niet evengoed een Stadsnieuws MUZIEKFEEST BACH- VE RE ENIG ING. Men schrijft ons De roDetitiën voor het muziekfeest tc Haarlem zijn door het koor van de zangvereeniging van Toonkunst te Amsterdam aangevangen. De Haar lemmers mogen wel op prijs stellen, dat, niettegenstaande het vele werk, dat dit koor heeft met zijn repetition voor zijn tochten naar Frankfort cn Berlijn en ziin concerten te Anister- dam, het nog zooveel tijd aan repeti tion wil "even, om Haarlem genot volle avonden te bezorgen. Zooals be kend, zal het ten gehoore brengen op 18 December: koren Wcihnachts- oratorium. 19 December Graalsccne Parsifal en 9e Symphonic. De verbor gen koren bij de uitvoering van Wag ner's Parsifal beloven door hun klank verrassingen buitengewon.cn indruk te maken. Had de beer W. Mengelberg de Bacli- vereenigimr niet zulk een good hart toegedragen, dan zou het koor zoker niet gemakkelijk overgehaald zijn, om zijn welwillende medewerking te ver- Iconen en dit. zal dan ook wel de eer ste, maar ook de laatste lieer zijn. Naar wii vernemen zijn voor het Brandenburgsch Concert, dat men zoo zelden kan hcoren, voor clavecim- baal, viool en fluit geëngageerd de heeren Evert Cornells, Louis Zimmer man en Karei Willek©. De clavecim- baa-1 is indertijd naar aanwijzingen van den heer Mengelberg gemaakt. De Haarlemmers kunnen dus nu ook met dit instrument, waarover in den laats ten t;;d zooveel geschreven is, kennis maken. Men verwacht dus Veel van het grootsche muziekfeest, dut de Bach- vereenigine- bij haar 40-jarig bestaan ter eere zal strekken. Dat de Haarlemmers er van profi- teeren mogen HEI TOONEEL LODEWIJK XI, Tooneelspel in 5 bodr. van Casimir De Lavigne, door Bouwmeester. Bestaat er bij de Haarlemmers goen belangstelling meer voor de too- noelspeelkunst? Wij zouden net bijna gaan -denken, want bij' elk© nieuwe .voorstelling is de zaal weer even leeg. Als er niet ©en Mietje was, die bier zoo nu en dan ter bruiloft ging, dan zou de heer Van Gastaren de tak wel kunnen sluiten. Maar is dit eigenlijk niet bedroe vend? Daar trad nu g.sterenavond onze grootste ac teur op in Lodewijk XI en niet moor dan 150 menschen waren naar den schouwburg opgetrokken om dat phe nomenal spel te bewonderen. Zeker, Bouwmeester heeft liet ge deeltelijk aan zichzelf te wijten ge had, dat het publiek tijdelijk weg bleef; men wiide eens iets anders dan altijd weer De Koopman vau Vene tië, Voerman Henschel of Narciss. En wanneer hij eens iets nieuws haarlemmer Halletjes EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE. Als ik zeg, dat ik maar heol zelden naar de komedie ga, dan wil dit niet zeggen, dat ik niet graag vaker zou willen gaan. Redenen van intieinen aard, waarover ik niet uitweiden wil, otadat do lezer toch geen belangstel ling heeft voor den inhoud van mijn portemonnaie, beletten een drukker bezoek. Anders stapte ik er vaker bin nen, omdat je er zoo veelzijdige ken nis opdoet. Land- en volkenkunde, kennis van mensehelijk© deugd en snoodheid, voorts van jo stadgenoot.en, die om je heen op hooger, lager of denzelfden rang zitten, ziedaar wat een oplettend schouwburgbezoeker er tot zijn voordeel opsteken kan. Toen ik er der laatsten keer lcvvam bob ik g-eprofiteèrd op hel stuk van land- cn volkenkunde. De Koopman van Venetië werd gegeven. De man boet Shylock cn hoewel w© in 't heele stuk niet liooren, dat hij iets anders doei dan gold leunen, moeten we zijn titel van „koopman" maar aanvaar den in denzelfden geest, waarin inbre kers en schelmen van beroep zich noe men timmerman of stueadoor of wat anders. Het stuk heeft één groot gebrolc en dat is er komt geen enkele gondel in voor. De bewoners loopen er zoo maar in de straten, of het Leiden of den Haag vvas, zoodat onzentwege het 6tuk evengoed in Milaan of Verona zou kunnen spelen. Aan de gedachte aan Venetië verbindt zich als van zelf bet denkbeeld van ve©l grachten en .veel gondels, maar het kan zijn, dat: aan 't ©inde van de zestiende eeuw, toen Shakespeare het stuk schreef, Venetië nog niet zoo nat gelogd was als tegenwoordig het geval is. Hoe 't ook zij, Shylock is dus de koopman van Venetië niet. Misschien is het Antonio, een andere hoofdper soon uit het stuk, die behalve de koop man ons ook als nobel man wordt voorgesteld, wat samen kan, maar niet behoeft te gaan. Zoo'u beste, bra ve man is Antonio, dat hij niet eens rente van zijn geld wil hebben als hij het uitleent. Toch blijft hij een rijk man. Dit kleine trekje is. op. land- cn volkenkundig gebied van veel bete&ke- nis. Hoe anders moeten de Veuetiunen van dien tijd geweest zijn, dan wij hedendaagsche Europeanen. Als Anto nio nu leefde en zijn geld zonder ren te uitleende, dan zou hij niet alleen in korten tijd arm wezen, maar ook in- plaats van braaf, dom worden ge noemd. Shylock nu neemt wel rent© en ste vig© rente ook. Zooveel zelfs, dat de ©dele Antonio hem in 't publiek ©en „hond" noemt en in zijn baard spuwt. Het is de land- en volkenkunde op nieuw, die ons onderricht. Noem een gezeten en geacht Haarlemsch fabri kant, stel u een oogenblik voor, dat deze ©en gauwdief in de Groot© Hout straat -voor hond uitschelden en op zijn snor (baarden dragen we niet meer) spuwen zou tien togen éen, dat we zouden zeggen hij mag een brave fabrikant wezen, maar zijn ma nieren zijn bijzonder slecht. Men spuwt een oud man niet, al is hij een booswicht. Maar in Venetië kon ©en nobel man dat doen en daarvoor toe gejuicht worden door zijn vrienden 1 Er komt verder in het stuit voor een bijzonder brave juffrouw, die Portia heet. Daar Antonio en Portia elkaar niet kennen (de kennismaking begint pas te-gen dot de tooneelknc-eht klaar staat om het gordijn voor den laatsten keer te laten zakken) is hunne weder zij dech-e braafheid des te lofwaardi ger. En wat Portia betreft vooral, omdat zij zoo'n wonderlijken vader heeft ge had. Die heeft namelijk bepaald, dat zij niet zelf een eohtgenoot kiezen mag:, maar dat overlaten moet aan het toe val Alle pretendenten naar haar hand moeten een keus doen uit drie kast jes en wie dat, waarin het portret van de schoone jonkvrouw geborgen is, kiest, mag met haar trouwen. Maar de papa heeft dat portret in een looden kastje gezet en daarnaast een van zil ver en e-cn van goud geplaatst, die er veel aantrekkelijker uitzien. Alle can- didaten op één na kie-zen dan ook. het zilveren of gouden kastje en vertrek ken met dezelfde snelheid waarmee zo gekomen zijn. Alweer een bijdrage tot de land- en volkenkunde van die dagen. De vrijers waren blijkbaar een beetje dom. Zij hadden bii het zien van de drie kast- jos zóó moeten redeneoren „Port-ia en haar pa hebben natuurlijk ver wacht, dat ik het gouden of zilveren kastje, een van de dure, zal kiezen daarom neem ik nu juist het looden." De ©enige snuggere bol, die dat be grijpt is Bassanio en hij steekt dan ook, na ©cn beetje g-e-parlcfoes, de hand uit naar het looden kastje en krijgt 200 da schoone Portia. Dat zouden wij tegenwoordig an ders doen. Een vader, die zijn dochter goed bezored wil zien, zoekt voor haar een de-gelijken voogd en haalt geen spelletjes met metalen kastjes aan. Bovendien is hij niet zoo wreedaar dig voor dc niet geslaagde vrijers als de vader van Portia. Die stelde voor af als conditie, dat wanneer zij niet goed raadden, hun vertrek onmiddel lijk zou plaats hebben ©n zij him leven lang niet met ©en ander- zouden trou wen. Ik vind dat onverstandig. De jongelui hadden immers pas de nutti ge les gekregen, dat je niet te voel op den uilerliikcn schijn moet letten en zouden dus juist daarom v-oor een an der meisje een uitstekend echtgenoot geworden zijn, D© rechtspraak was in di© dagen ook ©en beetje eigenaardig ingericht. Vooreerst is ©r een 'doge. Natuurlijk, zult u zeggen, want Venetie en ©en doge be-hooren bij elkaar, ten minste iu vroegere eeuwen. Een doge van Haarlem zou als onzin klinken, een dog© van Venetië klinkt niemand on waarschijnlijk in het oor. Dc dog© die in de dagen van Shylock en Antonio aan het roer was. is wel ©en zonder ling© sinjeur. Hij zit op den rechter3- stoel om recht te spreken, want Anto nio heeft beloofd, dat Shylock als hij hem het voorgeschoten gold niet terug betaalt, een pond vleesch uit zijn li chaam snijden mag. En Antonio kan niet betalen, zoodat Shylock zijn mes al staat te slijpen. Daar komt een jong© rechtsgeleerd© aan niet een aan beveling van een ouden ©n knappen jurist en dadelijk wordt het jonge mensch de rechtspraak overgedragen. Zelden zac van je loven ooit zoo'n vlugge installatie. In Europa gaat er minstens een maand of drie heen met sollicitatie, informatie, benoeming eii installatie, maar in Venetië doen ze dat alles te gelijk in één minuut, behalve de informatie, die wegens ge brek aan tijd heelemaal achterweg© blijft. Anders zou de wijz© doge ver nomen h-ebbcn, dat de jong© rechtsge- loerde de als man vermomde Portia was. Goed, de jong© rechter begint zijn wijsheid te verkondigen en haalt al lerlei wets-artikelen aan, waar de hee le vergadering verbaasd over staat. Zelfs de doge hoort ©r van op neen, maar kijk nu toch eens aan. zijn dat de wetten van Venetië waarover hij heerscht De brave man kan maar niet van zijn verbazing bekomen, zoo iets had hij nooit gedacht. Ein terwijl Shylock in elkaar krimpt van woede en spijt, omdat zijn prooi hem ontgaat, zit de brave, ouwe dog© genoegelijk op zijn troon to schateren van het la chen. Als dit tafreeltje flink in gang is, krijgen de vijanden van Shylock, di© hem zoo diep verachten, grooten pret in het geval en worden, om te toonen, dat ze boter zijn dan hij, minstens even wreedaardig. Dat lüj het geleen de geld niet terug krijgt is een kleinig heid, die ik maar voorbijga, w© zul len zoo aanstonds nog wel ondeire stukken zien. Zijn vermogen wordt verbeurd verklaard, de helft wordt Antonio toegewezen en de ander© helft krijgt Venetië, misschien zal de stad haar wetten eens laten overschrij) opdat de menschen een afschrift kun nen koopen, allereerst de doge. di© langzamerhand toch wel zal begrepen hebben, dat hij er een beetje in studee- ren moet. En wat doet nu de brave, edele Antonio Die weigert, zou je denken, de helft van het toch lang niet netjes bij elkaar geschraapte vermo gen volstrekt niet, hij neemt het aan, want zijn schepen zijn veronge lukt en hij kan geld gebruiken. Alleen belooft hij het aan Shylocks dochter te geven, wanneer hij (Antonio) dood is. En alsof de straf voor Shylock nog niet groot genoeg is, moet hij ook van geloof veranderen 1 Als hel scherm voor de laatste maal neergaat, heb je toch t© doen met den armen Shylock, die wel een groote booswicht was, maar toch door gijn vijanden niet minder ruw behandeld wordt. Wanneer het mij ooit over kwam een tuinpartij te geven en Por tia kwam aan 't hek, dan zou ik zeg gen „juffer, ga voorbij, de mensch bewijst genade aan den overwonnen boosdoener." En kwam dan Antonio binnenstappen, dan zou ik hem vra gen. of hij maar door wou gaan, om dat ©en mensch, die alleen goed ia voor zijn vrienden, maar onbarmhar tig voor zijn vijanden, geen nobel inenach wezen kan. En de ©enige van het heel© gezelschap, dien ik op da the© wil hebben, zou zijn de jong© Gobbo, Lancelot, die ten minst© het meest op ©en onbevangen mensch lijkt Maar 't kan wezen, dat land- eni volkenkunde in den'tijd van Shakes peare anders waren het is wel lang, vier en ©en halv© eeuw geleden 1 F1DÈLICL

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 5