HAARLEM'S DAGBLAD.
TWEEDE BLAD.
ZATLHDAG 4 NOVEMBER 1811
Haarlemsche
HandeSsvereensgiog
(Goedgekeurd bij Kon. Besl. van 12
Nov. 1899.1
De Haarlemsche Ilundelsvereeni-
ging liier ter stede, opgerecht 10 Mei
1892, heeft in den loop van den tijd
wel haar recht van bestaan bewezen.
In zeer vele gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreffende, is zij
opgetreden en dikwijls met groot
succes. Jammer echter, dat men alge
meen niet meer blijk geeft, dit te
waardeeren, door als lid der Vereeni-
ging toe te treden. Er zijn wel meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, 'neringdoen
de, ja zelfs particulieren, moesten lid
worden, om ten minste te lateu ge
voelen, dat men het werk op prijs
stelt, dat de Ilaarlemscho Handels-
yereeniging steeds opneemt, als doen
de, wat hare hand vindt om te doen.
De voordeeleu, die de Vereenig.ng
buiten hare bemoeiingen van ver
schillenden aard, haren leden aan
biedt, zijn zeer vele en zeer groote
tegenover de geringe jaarlijksche
contributie van f 3.50, die gevraagd
wordt.
De Haarlemsche Handelsvereni
ging bemoeit zich in de eerste plaats
er mede, de belangen van hare leden
to bevorderen, door onwillige beta
lers voor hen tot betaling aan te
manen en luformatiën voor hen in te
winnen. Bovendien hebben de leden
het recht liet hun gratis te verstrek
ken advies der Vereeniging te vragen
d.e ook ui proceduren en faillisse
menten gratis voor hen optreedt, na
tuurlijk alleen voor zaken betreffende
den huudeJ en het bedrijf der leden.
Ais proef kunnen voortaan nieuwe
leden voor een half jaar worden aan
genomen, doch slechts het 2o halfjaar
(van 1 November tot en met 30 April)
ad f 1 75 de halve contributie.
Rechtsgeleerde adviseurs der Ver-
eeu.ging zijn de beereu Mrs. Th. de
liaan üugenholtz en A. H. J. Merens,
Spa ar u e 94, alhier, die voor de leden
eiken werkdag van 24 uur des na-
middas zijn te spreken.
Het bureau der Vereeniging is ge
vestigd Janswëg 11.
Voor incasso's door bemiddeling
der Vereouiguig wordt een vast
recht van 5 pCt. der vordering bere-
keud.
Bovendien moet 10 cent voor port
steeds worden bijgevoegd, bij inzeu-
d.ug van vorderingen door bemidde
ling dor advocaten te innen.
De kosten van inforinaliën naar
bu ten de stad woonachtige personen
bedragen 60 ets. per informatie, plus
vijf cents porto-vergoedusg. lnforma-
tiën naar binnen de stud wonende
persouon worden gratis verstrekt
Pretentieu op bu.teu do stad wo
nende personen y. orden niet behan
deld, wanneer n.et 10 ets. voor portü-
vergoed.ug is toegevoegd.
lluim 1748 informat.ên en rechts
geleerde adviezen werden in het af-
geloupen jaar gegeven.
Aan het kantoor Jausweg 11, zijn
thans coupons A 10 ceut verkrijgbaar
waarop men bij het Bureau van den
Burgerlijken Stand op het Stadhuis
inlichtingen kan bekomen over het
adres van h.er op het bevolkingsregis
ter ingeschreven personen.
In de maanden Juli en Augustus
1911 zijn 59 vorderingen tot eei. be
drag van f 1978.11^ betaald; 13 vorde
ringen worden afbetaald, 12 vorderin
gen zijn uitgesteld.
Volgens art. 7 dient het geheim der
lijsten van wanbetalers ongeschon
den te blijven.
In verband met do wijziging van
artkel 11 van het huishoudelijk regle
ment van den Nederlandschen Bond
van Onderlinge Informatie- en
Schuldinvordering bureaux en Han-
delsvereenig ngen, gevestigd te Haar
lem, moet in het vervolg voor elke
informatie die op vertoon van leg.ti-
matiekaarten wordt gegeven, 25 cent
worden betaald.
Alle brieven, aanvragen, reclames
of wat ook, moeten worden geadres-
seert aan het Bureau, dat geopend is
dagelijks van 9 tot 5 nur on waar ook
verdere inlichtingen zijn te bekomen.
Het Bestuur heeft bemerkt, dat men
soms meent, dat men, hoewel geen
lid der H. H. V., toen van haar infor
matiën kon bekomen, en brengt nu
nogmaals en uitdrukkelijk ter kennis
dat alleen aan leden der Vereeniging
informatiën door haar worden ver
strekt, en dat voor informatiën op
hier ter stede woonachtige personen
nooit betaling mag worden gevor
derd.
HET BESTUUR.
Parijsche Brieven
CGC.
In mijn vorigen brief deelde ik onder
meer de volgende woorden van Alfred
Giralle inedc:
„Ik zie den tijd aankomen, dat som
mige van mijn geëerde afnemers met,
hun gramophoon als bewijsstuk ter j
rechtszual verschijnen".
Nog geen week later verscheen voor j
een der rechtbanken te Parijs een aan- j
klager met een.... telephonische con- j
statatie als bewijsstuk.
Het betrokken proces-vei baal, in den
vorm van een betrekkelijk duur deur- j
waarders-exploil, luidt aldus: j
„Gevolg gevende aan het verzoek i
van den heer X.... heb ik, Jean Giry, j
deurwaarder aan de civiele rechtbank
van Loyn .mij heden begeven ten bu- j
reele van do verzekering maatschap- j
pij, alwaar ik, uanwezig zijnde, ge
constateerd heb hetgeen volgt:
„De directeur vroeg telephonische
verbinding met den heer Henri R
zaakwaarnemer te Parijs. Ilij liet mij
naast hem zitten en, de spreekbuis in
de hand houdende, noodigde hij mij
uit, den hoorn te nemen en liet gesprek
a te luisteren, hetgeen 'ik deed.
„De verbinding werd hem spoedig
verstrekt."
De Parijsche zaakwaarnemer was
echter niet op kantoor. DaL gebeurt
meer met zaakwaarnemers, zoo te Pa
rijs als elders, wijl liet voor hen zaak
is, zich zooveel mogelijk met ander
mans zaken te bemoeien.
Do deurwaarder vervolgt zijn offi
cieel verhaal:
„Wij blijven lunger dan een half
uur in een afwachtende houding en in
dien tusschentijd denk ik na. want de
maatschappij heeft een aantal steno
grafen, wier diensten nuttig zouden
kunnen zim om de getrouwe weder-i
gave te verzekeren vau het gesprek,
dat gewisseld zal gaan worden tus-
schen den directeur der maatschappij
en den geabonneerde te Parijs".
Een denker, die deurwaarder!
Verder:
„Eu wij besluiten daarop, ons twee
stenografen toe tc voegen, de een om
de woorden va» den directeur op te
schrijven, de ander, naast mij ge
plaatst, om dc antwoorden en vragen
van den geabonneerde op te teeltenen,
die ik hem zou overbrengen, ingeval
de snelheid van het gesprek mij in
de onmogelijkheid zou stellen, ze nêer
te schrijven.
Do beschikkingen zijn aldus getrof
fen en, tegen half zeven,vrueg de di
recteur zelf de verbinding met den
geabonneerde.
„Het wachten duurt nogal lang. Ein
delijk, ten zes ure vijftig minuten,
wordt de verbinding verstrekt.
„De directeur houdt de spreekbuis
in de hand, de twee stenografen zijn
op hun post. ik luister; het gesprek
begint aldus...."
Volgt het geheele gesprek.
De intelligente deurwaarder Jean
Giry eindigt zijn, in zulk een levendi-
gen stijl geschreven exploit in dezer
voege:
„Van al hetgeen voorafgaat en na
onmiddell'ike stenographischo weder
gave van de woorden des advocaats,
welke ik opgevangen heb in den loop
van het gewisselde gesprek, heb ik dit
proces-verbaal opgemaakt, teneinde
iu rechten te dienen.
Kosten: 55 francs. '19 centimes".
Terloops maak ik de urgelooze op
merking, dat deze deurwaarder niet
het opschrijven, gedurende een uurtje
en bijgestaan door anderen, van an
dermans woorden meer heeft verdiend
dan vele journalisten en schrijvers
plegen te verdienen met het boeksta-
von, uren lang en zonder hulp, van
hun eigen gedachten. Vnorwaor: ..Es
ist im Lehen hnssüch eingerichlet!"
Doch laten wii o- deze moderne
rechtszaak terugkomen.
De Parijsche advokaat-zaakwaaroe-
mer, bijgestaan door den advokaat-
pleiter Anguste Pélissiez, hield voor
het gerecht vol, dat niet hij, doch een
ander aan den verrespreker" stond
toen de leepe deurwaarder als-het-
ware aan de deur stond te luisteren,
en dat, de heele geschiedenis een ge
organiseerde komedie is orn hem ln
het verderf te storten.
Het debuut van den verrespreker in
de zaal vnn vrouwe Justilia is dus
niet bijster gelukkig, mede omdat de
betrokken rechter van instructie tus-
schentijds ter ziele is gegaan. Doch
deze zaak is dubbel van belang, eer
stens wijl nu voor hel eerst zal kunnen
worden uitgemaakt, of en in hoeverre
een telephonische constatatie .dienst
kan doen als rechterlijk bewijs, in de
tweede plaats omdat bedoelde zaak
waarnemer behoort tot de moestboken-
do boulevardiers van Parijs.
Wie vaak rechtszittingen te Parijs
bijwoont, komt al boel spoedig tot de
slotsom, dat het ambt. van rechter ln
een metropolis oif, zco men liever wil.
een wereldstad, een ..zwaar baantje"
is.
Wij leven in de eeuw der weten
schap. Waarheen men de blikken ook
richt, ziet men haar met reuzenschre
den voortgaan. Zij maakt zich meester
van elk domein en wijzigt er de maat
schappelijke omstandigheden en -ver
houdingen. Deze vervorming oefent
noodzakelijkerwijze haar invloed op
de rechtspraak uit. En aJ is het waar,
dat de wei. dank zij de mcnschelijko
indolentie, de hiërarchische rommel
zoo in de bureaucratische papcras-
serij. steeds aanmerkelijk ten achter
is bij het recht, het neemt niet weg,
dat het gerecht in een wereldstad zich
sneller dan elders de medewerking
van dezelfde wetenschap heeft te ver
zekeren wil het niet de riséo van het
publiek worden en dus zijn vertrou
wen verliezen, „Geen vertrouwen heb
ben in de magistratuur", zei Balzac,
riic de wetten beter kende dan menige
rechterlijk ambtenaar, „dat is een
begin van maatschappelijke ontbin
ding. Breek de instelling af, bouw
haar weder op andere grondslagen
opmaar lieh er vertrouwen in".
Men moge te Lutjebroek of to Tietjerk-
steradeel veilig kunnen rechtspreken
naar wetten van desnoods een eeuw
geleden, te Parijs dient een rechter
zich zooveel mogelijk te assimileeren
aan den wisselenden tijdgeest, die zon
der ophouden nieuwe gerechtelijke ge
vallen schept. Wil derhalve de rechter
hier nipt door den maatschappelijken
vooruitgang „gedistancieerd" wor
den, dan moet hij er niet tegen opzien,
waar noodig van initiatieven zin blijk
te geven. En in dat opzicht hebben de
magistraten hier dan ook. gelukkig,
meer vrijheid van beweging, don bij
voorbeeld in Holland.
Elke vooruitgang heeft, in den eer
sten tijd, althans, zijn keerzijde. De
stoom, de electriciteit en nu ook de
benzine hebben de maatschappelijke
verbindingen versneld, doch tevens ge-
wikste misdadigers en pok ontrouwe
kassiers in staat gesteld, zoo spoedig
mogelijk de grenzen achter zich te la
ten. De chirurgie bedient zich met de
nobelste doeleinden van do chloro
form, doch dit weldadige anesthesisch
middel wordt een gevaarlijk wapen in
de handen van welgekieede en welge
manierde schurken, door wie vreem
delingen in een weidsch restaurant
worden gelokt en aan het dessert uit
geplunderd.
Die en nog meer verwikkelingen,
ontstaan door den vooruitgang der
wetenschap, hebben mede het aanzijn
gegeven a'an de wettelijke expertise,
die den rechters de rechtspraak ver
gemakkelijkt. De instructie heeft haar
géiieesheoren voor de lijkschouwing,
haar scheikundigen en microgrufen
voor de analyses, haar wapenhande
laars voor het onderzoek der wonden,
haar schriftkundigen en boekhouders
voor het constateeren van valschheid
in geschrifte enz. enz. En nu benieuwt
het' menigen boulevardier, of, in de
zaak van Henry Reerstdaags niet
de eene of andere ..juffrouw van de
telefoon" als deskundige voor het ge
recht. zal moeten getuigen.
De tijd is misschien niet zoo vèrof
meer, dat wij in de Parijsche rechts
zalen de kinematograaf, de gramo
phoon on zelfs de aêroplune zullen
zien verschijnen.
Hoe het ook zij, op straffe van aan
de a leem eene hesp et tine- te worden
oriistrceven ma." de rechter te. Pnriis
croon slaankop zijn en moet, hij steeds
blijk geven, met zijn tüd mêe te leven.
De magistraat, die zich hier strikt a.an
de letter der wet zou houden en geen
initïotief »on durven te nemen increvnl
de betrokken zaak niet bij de wot is
geregeld, zou zich al spoedig genood
zaakt gevoelen, er het bijltje bij nêer
te leggen.
Is het wonder, dat Balzac, die
dan elke andere schrijver de rechter
lijke wereld kende en de enorme moei
lijkheid van haar taak besefte, te ha
ren opzichte over het algemeen zeer
zachtzinnig was gestemd, zonder ooit
heur lofspreker te zijn? „Indien de
rechter", schreef hij onder mw. de
macht had, in het gemoed te lezen en
de beweegredenen tc onderkennen, ten
einde rechtvaardige uitspraken te
doen, zou elke rechter een groot man
zijn. Frankrijk heeft ongeveer zes
duizend rechters noodig; geen enkele
generatie heeft zes duizend groote
mannen tot zijn dienst; des te
minder kan zij die vinden voor zijn
magistratuur."
OTTO KNAAP.
niet gebracht; alleen is er uit geble
ken dat we aan belast ngverhooging
niet otntkomen kunnen. Voor 1912 is
ze al aangekondigd, maar ook in do
volgende jaren zal een zwaardere
aanslag op de diverse beurzen ge
daan worden. Veel onproductieve,
dura uitgaven staan voor de deur en
de post rente en aflossing gaat daar
door zorgwekkend stijgen.
Hoe we de zaak draaien of wen
den, het slot brengt meer betelen. In
de afdeelingen is door een.ge lcdem
gevraagd om verhooging van het
prescntiiogëld. Nog zoo dom niet. De
gemeente betaalt dan voor een deel
wat de raadsleden meer op hun be
lastingbiljet vinden. Of de burge-
meester er dan nog in slagen zal den
praatlust te beperken? Er zijn veel
afgevaardigden des volks- met com
mercieel o ne gingen
kwartiertje op haar beenen staan als
een heer, die misschien eenige tiental
len jaren ouder is 'Toch maken veel
dames aanspraak op plaatsen, die al
bezet zijn. Redeneeren opzettelijk
hardop van moeheid, verwondering,
dat er geen plaats is. geven meer
van dergelijke jvonken. Het succes, dat
ze evenwel behalen is helaas nog
steeds grootvele heeren zijn nog veel
te naïf.
Staat er eindelijk iemand op, dan
hoort dit beleefde mensch Ln veel ge
vallen niét eens een „dank u." Ecu
knikje, soms dat nog niet, is alles,
waarmee dc „dame" hem beloont. Ik
hoorde verleden hoe een oude heer,
die aan oen vrouwspersoon, zeker een
30 jaar jonger, zijn zetel aanbood, tot
antwoord kreeg „och nee."
En dan zijn er nog dames, die kla
gen, dat de hoeren tegenwoordig zoo
onbeleefd worden I
SINTRAM.
Van de Residentie en haar
bewoners.
CXXX1V.
Do gemeen te-financiën zijn weer
voor ee'n jaa'r vastgesteld. Betrekke
lijk korten tijd heeft de behandeling
van de begrooting. genomen. Niet
omdat de leden plotsel ng hun leven
beterden en alle zaken degelijk gin
gen behandelen; zoover zijn we nog
niet, Het vlugge afdoen is hoofdzake
lijk te danken aan de leiding van
(Jen burgemeester, die onverbiddel
ijk vasthoudend aan hel reglement
van orde de stroomen van welspre
kendheid. wist te houden binnen niet
tic wijde grenzen.
Het is merkwaardig zoo spoedig als
de raad ge-wend is aan den steirkareln
druk diie thans op hom rust. Tegen
spartelen van leden kwam slechts
weinig voor dn verzetten ze zich, dan
was de tegenstand toch meestal van
korten duur. Mr. Van Karneheek
Meld zich strikt aan het reglement
van o'rdie en dat met een absolute
onpartijdigheid. Interrupties werden
afgehamerd, onverschillig of ze kwa-
ment van een der wethouders of uiit
den social is tisohen hoek. Mr. Van
Karnebee-k kent thans den raad ear
de raad ook hem.
Aan de laatste zijde zou het tradi
tioneel© „aangenaam" mee'r dan een
frase zijn.
Niiouws heeft bet begrootingsdebat
De liefde voor de bioscoop schijnt
in onze goede stad reusachtige af
metingen aan te nemen. Thans zijn
er reeds vier inrichtingen waar ei
ken dag de films afrollen en over
twee maanden zullen we er zes heb
ben. In de Boekhorststraat en op de
Prinsegracht zijn er in aanbouw. Of
het tegenwoordig alleen een rag© Is
i om naar do bewegende beelden to
gaan kijken of dat we hier met een
nieuw soort volksvermaak te doen
hebben, de toekomst zal het moeten
Icoren. Vervelen doet de bioscoop be
slist nog niet, met bewonderingwaar-
di-ge vindingrijkheid weten de in-
elkaar-zetters van films, variatie in i
hun producten te brengen. De
j moord- en bilpartijen zijn zoo goed.
als tverdworien; in plaats daarvan j
kwamen die volledige geschiedenis-1
sen, gespeeld met zeldzaam talent.
Drie kwartier, een uur duren, die
romans zonder woorden en de lay
langstelling ervoor, is begrijpelijk
waar de spelenden het hebben weten
te bestaan, alles ie vermijden wat
wijst op „spel voor de leus".
Vollediger don tooneelst.ukken ma
ken deze films indruk door de aan
eensluitende weergeving van alle han-
delingon. Zoodra echter het doeki
vaJt is alles uit; de impressie be-'
Lel ij ft niet; het ontbreken van het ge-
sproken woord, het niet hooreu van
stemmen in alle modulaties van1
vreugde en smart, doet onmiddellijk
tot 'de werkelijkheid terugkeeren, 1
zoodra het oog niet meer geboeid
wordt.
De spanning, die een film biedt is
gelijk aan die van een romannetje
voor den trein: één uursbeiarigstel
ling. Opvoedende kracht gaat van de
i bioscoop nog niet uit; aan pedago
gische doeleinden mag zij dienstbaar
gemaakt kunnen worden, de kracht
van eon goed tooneel bezit zij nog
niet. Eerst als de fonograaf zoo ver
beterd is dat zij de woorden weer
geeft op een wijze die de werkelijk-,
lie id benadert, zal bet sprekend e-le-
vende beeld van opvoedende kracht
voor de menigte kunnen zijn. Dat
hebben de groote films ons geleerd.
Haugsch tranipubliek is van een
zonderling karakter. Ziet men bet
slaan aan de haltes, dan toont het alle
uiterlijkheden van residentieel fatsoen
Hel beweegt zich gepast, vol kalmte
en waardigheid. Nadert een tram met
nog één plaats open, dan verandert
die keurig© tro-ep dames en heeren in
een bende wilde dieren, die dringen
I en duwen om die -plaats te bemachti-
j gen. Jn de file staan zonder politietoe-
i zicht doen zij nog steeds niet.
I Zitten de menschen echter in de
1 wagens, dan hernemen z© hun bo-,
daordheid en kan men het zien voor-
j komen, dat een heer, die 'een dame
half van het balcon drong om maar
't oerst binnen te zijn, opstaat en zijn
plaats aanbiedt aan zijn concurrente
van zoocven. Kan, want de beleefdheid
tegenover tramdarnes laat aan de an
dere zijde soms veel te wenschen. Niet
dat ik meen, dat steeds opgestaan
moet worden voor alles wat geen man
is. Waarom kan ©en jong ding van
een jaar of 18, 20 niet evengoed een
Stadsnieuws
MUZIEKFEEST BACH-
VE RE ENIG ING.
Men schrijft ons
De roDetitiën voor het muziekfeest
tc Haarlem zijn door het koor van de
zangvereeniging van Toonkunst te
Amsterdam aangevangen. De Haar
lemmers mogen wel op prijs stellen,
dat, niettegenstaande het vele werk,
dat dit koor heeft met zijn repetition
voor zijn tochten naar Frankfort cn
Berlijn en ziin concerten te Anister-
dam, het nog zooveel tijd aan repeti
tion wil "even, om Haarlem genot
volle avonden te bezorgen. Zooals be
kend, zal het ten gehoore brengen
op 18 December: koren Wcihnachts-
oratorium. 19 December Graalsccne
Parsifal en 9e Symphonic. De verbor
gen koren bij de uitvoering van Wag
ner's Parsifal beloven door hun klank
verrassingen buitengewon.cn indruk te
maken.
Had de beer W. Mengelberg de Bacli-
vereenigimr niet zulk een good hart
toegedragen, dan zou het koor zoker
niet gemakkelijk overgehaald zijn, om
zijn welwillende medewerking te ver-
Iconen en dit. zal dan ook wel de eer
ste, maar ook de laatste lieer zijn.
Naar wii vernemen zijn voor het
Brandenburgsch Concert, dat men
zoo zelden kan hcoren, voor clavecim-
baal, viool en fluit geëngageerd de
heeren Evert Cornells, Louis Zimmer
man en Karei Willek©. De clavecim-
baa-1 is indertijd naar aanwijzingen
van den heer Mengelberg gemaakt.
De Haarlemmers kunnen dus nu ook
met dit instrument, waarover in den
laats ten t;;d zooveel geschreven is,
kennis maken.
Men verwacht dus Veel van het
grootsche muziekfeest, dut de Bach-
vereenigine- bij haar 40-jarig bestaan
ter eere zal strekken.
Dat de Haarlemmers er van profi-
teeren mogen
HEI TOONEEL
LODEWIJK XI,
Tooneelspel in 5 bodr. van Casimir
De Lavigne, door Bouwmeester.
Bestaat er bij de Haarlemmers
goen belangstelling meer voor de too-
noelspeelkunst? Wij zouden net bijna
gaan -denken, want bij' elk© nieuwe
.voorstelling is de zaal weer even
leeg. Als er niet ©en Mietje was, die
bier zoo nu en dan ter bruiloft ging,
dan zou de heer Van Gastaren de
tak wel kunnen sluiten. Maar is dit
eigenlijk niet bedroe vend? Daar trad
nu g.sterenavond onze grootste ac
teur op in Lodewijk XI en niet moor
dan 150 menschen waren naar den
schouwburg opgetrokken om dat phe
nomenal spel te bewonderen.
Zeker, Bouwmeester heeft liet ge
deeltelijk aan zichzelf te wijten ge
had, dat het publiek tijdelijk weg
bleef; men wiide eens iets anders dan
altijd weer De Koopman vau Vene
tië, Voerman Henschel of Narciss.
En wanneer hij eens iets nieuws
haarlemmer Halletjes
EEN ZATERDAGAVONDPRAATJE.
Als ik zeg, dat ik maar heol zelden
naar de komedie ga, dan wil dit niet
zeggen, dat ik niet graag vaker zou
willen gaan. Redenen van intieinen
aard, waarover ik niet uitweiden wil,
otadat do lezer toch geen belangstel
ling heeft voor den inhoud van mijn
portemonnaie, beletten een drukker
bezoek. Anders stapte ik er vaker bin
nen, omdat je er zoo veelzijdige ken
nis opdoet. Land- en volkenkunde,
kennis van mensehelijk© deugd en
snoodheid, voorts van jo stadgenoot.en,
die om je heen op hooger, lager of
denzelfden rang zitten, ziedaar wat
een oplettend schouwburgbezoeker er
tot zijn voordeel opsteken kan.
Toen ik er der laatsten keer lcvvam
bob ik g-eprofiteèrd op hel stuk van
land- cn volkenkunde. De Koopman
van Venetië werd gegeven. De man
boet Shylock cn hoewel w© in 't heele
stuk niet liooren, dat hij iets anders
doei dan gold leunen, moeten we zijn
titel van „koopman" maar aanvaar
den in denzelfden geest, waarin inbre
kers en schelmen van beroep zich noe
men timmerman of stueadoor of wat
anders.
Het stuk heeft één groot gebrolc en
dat is er komt geen enkele gondel in
voor. De bewoners loopen er zoo maar
in de straten, of het Leiden of den
Haag vvas, zoodat onzentwege het
6tuk evengoed in Milaan of Verona
zou kunnen spelen. Aan de gedachte
aan Venetië verbindt zich als van zelf
bet denkbeeld van ve©l grachten en
.veel gondels, maar het kan zijn, dat:
aan 't ©inde van de zestiende eeuw,
toen Shakespeare het stuk schreef,
Venetië nog niet zoo nat gelogd was
als tegenwoordig het geval is.
Hoe 't ook zij, Shylock is dus de
koopman van Venetië niet. Misschien
is het Antonio, een andere hoofdper
soon uit het stuk, die behalve de koop
man ons ook als nobel man wordt
voorgesteld, wat samen kan, maar
niet behoeft te gaan. Zoo'u beste, bra
ve man is Antonio, dat hij niet eens
rente van zijn geld wil hebben als hij
het uitleent. Toch blijft hij een rijk
man. Dit kleine trekje is. op. land- cn
volkenkundig gebied van veel bete&ke-
nis. Hoe anders moeten de Veuetiunen
van dien tijd geweest zijn, dan wij
hedendaagsche Europeanen. Als Anto
nio nu leefde en zijn geld zonder ren
te uitleende, dan zou hij niet alleen in
korten tijd arm wezen, maar ook in-
plaats van braaf, dom worden ge
noemd.
Shylock nu neemt wel rent© en ste
vig© rente ook. Zooveel zelfs, dat de
©dele Antonio hem in 't publiek ©en
„hond" noemt en in zijn baard spuwt.
Het is de land- en volkenkunde op
nieuw, die ons onderricht. Noem een
gezeten en geacht Haarlemsch fabri
kant, stel u een oogenblik voor, dat
deze ©en gauwdief in de Groot© Hout
straat -voor hond uitschelden en op
zijn snor (baarden dragen we niet
meer) spuwen zou tien togen éen,
dat we zouden zeggen hij mag een
brave fabrikant wezen, maar zijn ma
nieren zijn bijzonder slecht. Men
spuwt een oud man niet, al is hij een
booswicht. Maar in Venetië kon ©en
nobel man dat doen en daarvoor toe
gejuicht worden door zijn vrienden 1
Er komt verder in het stuit voor een
bijzonder brave juffrouw, die Portia
heet. Daar Antonio en Portia elkaar
niet kennen (de kennismaking begint
pas te-gen dot de tooneelknc-eht klaar
staat om het gordijn voor den laatsten
keer te laten zakken) is hunne weder
zij dech-e braafheid des te lofwaardi
ger.
En wat Portia betreft vooral, omdat
zij zoo'n wonderlijken vader heeft ge
had. Die heeft namelijk bepaald, dat
zij niet zelf een eohtgenoot kiezen mag:,
maar dat overlaten moet aan het toe
val Alle pretendenten naar haar hand
moeten een keus doen uit drie kast
jes en wie dat, waarin het portret van
de schoone jonkvrouw geborgen is,
kiest, mag met haar trouwen. Maar de
papa heeft dat portret in een looden
kastje gezet en daarnaast een van zil
ver en e-cn van goud geplaatst, die er
veel aantrekkelijker uitzien. Alle can-
didaten op één na kie-zen dan ook. het
zilveren of gouden kastje en vertrek
ken met dezelfde snelheid waarmee
zo gekomen zijn.
Alweer een bijdrage tot de land- en
volkenkunde van die dagen. De vrijers
waren blijkbaar een beetje dom. Zij
hadden bii het zien van de drie kast-
jos zóó moeten redeneoren „Port-ia
en haar pa hebben natuurlijk ver
wacht, dat ik het gouden of zilveren
kastje, een van de dure, zal kiezen
daarom neem ik nu juist het looden."
De ©enige snuggere bol, die dat be
grijpt is Bassanio en hij steekt dan
ook, na ©cn beetje g-e-parlcfoes, de hand
uit naar het looden kastje en krijgt
200 da schoone Portia.
Dat zouden wij tegenwoordig an
ders doen. Een vader, die zijn dochter
goed bezored wil zien, zoekt voor haar
een de-gelijken voogd en haalt geen
spelletjes met metalen kastjes aan.
Bovendien is hij niet zoo wreedaar
dig voor dc niet geslaagde vrijers als
de vader van Portia. Die stelde voor
af als conditie, dat wanneer zij niet
goed raadden, hun vertrek onmiddel
lijk zou plaats hebben ©n zij him leven
lang niet met ©en ander- zouden trou
wen. Ik vind dat onverstandig. De
jongelui hadden immers pas de nutti
ge les gekregen, dat je niet te voel op
den uilerliikcn schijn moet letten en
zouden dus juist daarom v-oor een an
der meisje een uitstekend echtgenoot
geworden zijn,
D© rechtspraak was in di© dagen
ook ©en beetje eigenaardig ingericht.
Vooreerst is ©r een 'doge. Natuurlijk,
zult u zeggen, want Venetie en ©en
doge be-hooren bij elkaar, ten minste
iu vroegere eeuwen. Een doge van
Haarlem zou als onzin klinken, een
dog© van Venetië klinkt niemand on
waarschijnlijk in het oor. Dc dog© die
in de dagen van Shylock en Antonio
aan het roer was. is wel ©en zonder
ling© sinjeur. Hij zit op den rechter3-
stoel om recht te spreken, want Anto
nio heeft beloofd, dat Shylock als hij
hem het voorgeschoten gold niet terug
betaalt, een pond vleesch uit zijn li
chaam snijden mag. En Antonio kan
niet betalen, zoodat Shylock zijn mes
al staat te slijpen. Daar komt een
jong© rechtsgeleerd© aan niet een aan
beveling van een ouden ©n knappen
jurist en dadelijk wordt het jonge
mensch de rechtspraak overgedragen.
Zelden zac van je loven ooit zoo'n
vlugge installatie. In Europa gaat er
minstens een maand of drie heen met
sollicitatie, informatie, benoeming
eii installatie, maar in Venetië doen
ze dat alles te gelijk in één minuut,
behalve de informatie, die wegens ge
brek aan tijd heelemaal achterweg©
blijft. Anders zou de wijz© doge ver
nomen h-ebbcn, dat de jong© rechtsge-
loerde de als man vermomde Portia
was.
Goed, de jong© rechter begint zijn
wijsheid te verkondigen en haalt al
lerlei wets-artikelen aan, waar de hee
le vergadering verbaasd over staat.
Zelfs de doge hoort ©r van op neen,
maar kijk nu toch eens aan. zijn dat
de wetten van Venetië waarover hij
heerscht De brave man kan maar
niet van zijn verbazing bekomen, zoo
iets had hij nooit gedacht. Ein terwijl
Shylock in elkaar krimpt van woede
en spijt, omdat zijn prooi hem ontgaat,
zit de brave, ouwe dog© genoegelijk op
zijn troon to schateren van het la
chen.
Als dit tafreeltje flink in gang is,
krijgen de vijanden van Shylock, di©
hem zoo diep verachten, grooten pret
in het geval en worden, om te toonen,
dat ze boter zijn dan hij, minstens
even wreedaardig. Dat lüj het geleen
de geld niet terug krijgt is een kleinig
heid, die ik maar voorbijga, w© zul
len zoo aanstonds nog wel ondeire
stukken zien. Zijn vermogen wordt
verbeurd verklaard, de helft wordt
Antonio toegewezen en de ander© helft
krijgt Venetië, misschien zal de stad
haar wetten eens laten overschrij)
opdat de menschen een afschrift kun
nen koopen, allereerst de doge. di©
langzamerhand toch wel zal begrepen
hebben, dat hij er een beetje in studee-
ren moet. En wat doet nu de brave,
edele Antonio Die weigert, zou je
denken, de helft van het toch lang niet
netjes bij elkaar geschraapte vermo
gen volstrekt niet, hij neemt het
aan, want zijn schepen zijn veronge
lukt en hij kan geld gebruiken. Alleen
belooft hij het aan Shylocks dochter
te geven, wanneer hij (Antonio) dood
is.
En alsof de straf voor Shylock nog
niet groot genoeg is, moet hij ook van
geloof veranderen 1
Als hel scherm voor de laatste maal
neergaat, heb je toch t© doen met den
armen Shylock, die wel een groote
booswicht was, maar toch door gijn
vijanden niet minder ruw behandeld
wordt. Wanneer het mij ooit over
kwam een tuinpartij te geven en Por
tia kwam aan 't hek, dan zou ik zeg
gen „juffer, ga voorbij, de mensch
bewijst genade aan den overwonnen
boosdoener." En kwam dan Antonio
binnenstappen, dan zou ik hem vra
gen. of hij maar door wou gaan, om
dat ©en mensch, die alleen goed ia
voor zijn vrienden, maar onbarmhar
tig voor zijn vijanden, geen nobel
inenach wezen kan. En de ©enige van
het heel© gezelschap, dien ik op da
the© wil hebben, zou zijn de jong©
Gobbo, Lancelot, die ten minst© het
meest op ©en onbevangen mensch
lijkt
Maar 't kan wezen, dat land- eni
volkenkunde in den'tijd van Shakes
peare anders waren het is wel lang,
vier en ©en halv© eeuw geleden 1
F1DÈLICL