NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD. De Onzichtbare Vijand 2Ce Jaargang. No. 8709 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. vrijdag io november i9ii b Van 15 r Haarlem van 1- ABONNEMENTEN PER DRIE MAANDEN: Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Franco per post door Nederland1-65 (jpy Afzonderlijke nummers0.02 H /t jT Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37 H |l5§§xjfr~ t OW „de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Arrondissement Haarlem in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentie-Bureau D. Y. ALTA Warmoesstraat 7678. Amsterdam. Telephoon interc. 6229. AD VERTENTIEN: 5 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cis. Buiten het Arrondissement —5 regels ƒ1.elke regel meer ƒ0.20. Reclames 30 Cent per regeL Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Advertentiën van Vraag en Aanbod, hoogstens zes regels, 25 Cts. per plaatsing; 50 Cts. voor 3 plaatsingen contant. Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 53. Intercommunaal Telefoonnuramer der Redactie 600 en der Administratie 724. Drukkerij: Zuider Buitenspaarue 12. Teleioounummer 122. in staat is en het maar liever niet aan acrohaten of athleten overlaten moet. In de oudheid evenwel was men daarvan overtuigd, het eenige, wat ons er van is overgebleven, is net instinct, dat ons aanspoort tot hard loopen, zoodra snel hulp moet worden verleend of een gevaar ontvlucht. Het springen moet worden geleerd zonder touw, dat het oog bedriegt, omdat het in 't midden lager hangt, dan aan de kanten. Immers wie over een heg springen wil, ziet deze niet vallen wanneer hij verkeerd springt, maar hij valt zelf. Waarom dan een touw gebruikt bij de oefening? Klim men langs oen touw in de gymnas tiekzaal geeft geen denkbeeld van de werkelijkheid daar hangt het touw geheel vrij. maar wanneer iemand, bijvoorbeeld bij brand, naar beneden of naai' boven klimmen moet, zal hij zich telkens van den muur hebben af te stooten en bovendien nog over een vensterbank moeten klimmen. Wat zwemmen betreft, tegenover enkele krachtige zwemmers, die zich cp verschillende reddingen kunnen beroemen, staan er velen, die zich voor Tritons houden, omdat zij in een licht costuum in aangenaam wa ter weten rond te dartelen. Zij moe ten gewennen aan het plotseling te water worden geworpen door een in structeur, die de lijn vasthoudt, waaraan zij vastgebonden zijn zoo gewennen zij aan plotseling te water gaan naderhand moet deze proef geschieden in een volledig pak- kleo- ren en met schoenen aan. Uitvoerig gaat De Coubartin de verschillende manieren van verdedi ging na. Eigenaardig is het, dat hij er den nadruk op legt, aan te vallen en zich niet tot verdedigen te bepa len. Als iemand op den duur zijn te genstander met raken kan, wordt hij ontmoedigd. En een tweede merk waardigheid van dit hoofdstuk la voor ons de aanbeveling van boksen. Voor worstelen gevoelt de schri'ver niet veel, omdat daarbij te veel af spraken te pas komen en natuurlijk bij een werkelijk gevecht partijen niet vragen, wat de verbodsgrepen zijn. De sabel wordt vooral aanbevo len tegenover inbrekers, zij is een vertrouwbaarder wapen, dan de re volver, die niet altijd in orde of ge laden is. Wat den stok betreft, in net practise he leven kan de lange of kor te stok, zooals we dien uit de scherm- zual kennen, geen nut doen, omdat die natuurlijk in geval van nood nooit bij de hand is. Het is dus zaak, zich te leeren verdedigen met een ge wonen wandelstok. Dan het roeien men twist over systemen, maar er is, volgens De Coubertin, maar één manier om te roeien de roeier moet namelijk ;n de volmaaktheid van zijn mcchani- schen gong zoowel het beste resul taat, als de grootste voldoening vin den. Het is ook noodig, dat iemand zeilen kan. Elk jaar komen er op ri vieren en meren allerlei ongelukken voor. die gewoonlijk de schuld zijn van de onwetendheid der opvaren den, die niet slechts onwetend zijn over wat zij doen, maar vooral over wat zij laten moeten. Het klinkt grappig, om te spreken van oefening op de fiets wie kon in dezen tijd met fietsen En toch stelt de gymnastique utilitaire eischen, waaraan misschien niet iedereen kan voldoen. Onmiddellijk kunnen opspringen, opstappen op de rechter en linker pedaal, remmen met den voet, in een zeer korten cir kel draaien, midden in snelle vaart afspringen, zijn de oefeningen, die als nuttig worden opgesomd. Het boekje van De Coubertin noemt ook nog andere lichaamsoefeningen paardrijden, een auto „ren, schaatsen- en ski-rijden en een bal lon, maar hij zegt zelf, dat de drie laatste te weinig algemeen zijn, om op een programma van nuttigheids- gymnastiek te worden geplaatst. Voor ons zou ik ook paardrijden en auto-besturen op zijde willen zetten, omdat wel niet te denken is, dat de afdeeling Haarlem van den Bond voor liohamelijke opvoeding haar ar beid zóóver zou willen uitstrekken. Een afzonderlijk en belangwekkend hoofdstukje heeft De Coubertin aan de vrees, den angst gewijd. Hij on derscheidt twee soortenlafheid er. bangheid (lócheté, poltronnerie). Laf heid is een aJgeheele verslapping, een erkenning van totale onmacht bangheid het terugschrikken voor een gevaar, dat zich voordoet, maar niet behoeft te worden getrotseerd. Iemand behoeft geen paard te bestijgen, waarvoor hij bang is, hij kan van de fiets afstappen bij een moeilijke bocht, hij m a g de uitda ging van iemand sterker <lan hij af wijzen en niemand dwingt hem in een snellen stroom te zwemmen. Of een en ander uit wijze voorzichtigheid of uit verborgen angst voortvloeit, weet ieder voor zichzelf wel. Nie mand is er geheel voor beveiligd, maar wie er zieh niet tegen verzet, loopt gevaar lafhartig te worden. Duizeligheid is ten slotte niets an ders dan een angstgevoel. Deze vor men van vrees en andere kunnen worden overwonnen door het ver trouwen. De wil alleen kan dat niet te voorschijn roepen, die kan wel aansporen tot moed, welke zich uit in daden, maar het vertrouwen is een zielstoestand, die verkregen wordt trapsgewijze, langzamerhand, door opstapeling. De lichaamsoefening is een goed geneesmiddel tegen de vrees, die zij ter zelfder tijd wakker roepthet is er mee als met vacci natie. J. C. P. Van onzen Reizenden Redacteur. DUURTE4 EN KWALITEIT. VRAAGGESPREK MET EEN AUTO RITEIT OP VOÈDINGSGEB1ED. Een der deskund gen, verbonden aan het Stedelijk Laboratorium voor het onderzoek en de keuring van le vensmiddelen, dat thans in het nieu we gebouw aan de Prinsegracht te V#-Gna\ienihnge zoo norst-alijk geves tigd is, was, op ons verzoek, bereid, ons een onderhoud toe te staan. Het eigenlijke doel van ons onder houd was na te gaan of in deze da gen van duurte, tegen het duurder worden van een go artikelen als bo ter, kaas, vleosch en groenten niet zou kunnen worden gesteld het goed- kooper morden van andere levens- of genotmiddelen, waarop te hooge win sten worden genoten. „Bent u tevreden met het nieuwe gebouw?" vroegen wij ter inleiding. „Ja, in alle opziehten. Wij hebben het sinds 1 Febr. betrokken en het voldoet aan alle eischen." „Zoudt u, de toch zoo velerlei voe dingsmiddelen ter keuring krijgt en ze niet alleen met 't oog op de verval- schingen maar ook wat de voedings waarde betreft onderzoekt, mij een opgaaf kunnen verschaffen van de soort en de hoeveelheid der voedings middelen, die een gewoon gezin u.t den kleinen burgerstand, met een in komen von f 15 's weeks, noodig heeft?" „Dat is uiterst moeilijk. Het is niet moe lijk zoo'n staatje op te maken, dat er theoretisch vrij aardig uitziet. Maar de praktijk is geheel anders. Wat voor 't eene gezin voldoende is, beduidt voor 't andere gezin gebrek of overvloed. Een oud spreekwoord zegt, Cr worden geen veelvraten ge boren maar wel gemaakt. De praktijk heeft mij geleerd, dat de voeding van den ménseh iets zoor persoonlijks 's. In een gezin, door welks leden veel lichaamsarbeid in de open lucht wordt verricht, heeft men allicht méér voedsel noodig dan in een gezin waar minder 1 cbaamsarbewt wordt geeisobt. Om tot een resultaat te ko men zou men een groot aantal proe ven moeten hemen, wolk© echter toch slechts tot een theoretische doorsnede zouden kunnen leiden". „Wat is uw oordeel over vischvoe- ding? In Duitscliland bv. is gebraden versche haring (panharing) een ge recht, dat ook bij de gegoeden ge waardeerd wordt wegens de smako- lijkhed en -de voedingswaarde, ter wijl het toch zeer goedkoop is. Acht u het juist, dat men hier er den neus voor ophaalt? Meent u, dal de Ne- derlandsche huismoeder onderricht moet krijgen in het vischkoken?" „Ik beschouw visch als een uitste kend voedingsmiddel. Het s uitne mend, dat men bij vleescliduurte daarop de aandacht vestigt. Of de Hollandsche huismoeder, die al of niet weet toe te bereiden, kan ik niet be- oondeelen. Wel weet ik uit ervan ng, dat het steriliseeren en conserveeren van groenten nog lo weinig op de goede wijze geschiedt; Zoo is het ge bruik van glazen vaten daartoe aan te bevelen, omdat de inhoud van aar den vaten te moeilijk tot 100 gr. te verb tteu is". „Meent u, dat het te betreuren is, dat do huismoeder niet meer, zooals vroeger, winterprovisie inslaat en zelf een groot deel van 1 voor den winer benoodigde in *t gunstige sei zoen inmaakt, zooals Keulsche pot ten met snijboonen, zuurkool enz.?" „Het komt mij voor dat, nu er groo te inrichtingen "bestaan, die zulks fa. briekmatig doen, de hu svrouw wei nig goedkooper zou uitkomen. Maar ook dat is weer persoonlijk. Deze huisvrouw weet verstandig in te koo- pen en goed in te leggen een an dere ziet zelfs de kleine w nst door 't zelfinmakcn verkregen, verdwijnen, doordat eenige vaten tot gisting over gaan en bederven". „Meent u niet, dat veel klachten over de duurte veroorzaakt worden, doordat over 't algemeen de menschen te verlekkerd zijn en in stede van gewnde, goedkoope, voedzame kost, zooals grutterswaren, hun menu la ten bestaan uit aardappelen met jus, groenten, vieesch en een toespijsje?" „Ik wil u alleen zeggen, dat ik erwten, boonen, L nzen, rijst als een uitnemend voedsel beschouw en dat naar mijn ervaring het gebruik daar van weer toeneemt. Ze zijn beshst betere voedingsmiddelen dan aard appelen. Maar weer niet beter dan vieesch. Over 't algemeen is elke een zijdige voeding altoos verkeerd". „Is het waar, dat men aan erwten en boonen in de jeugd moet gewend zijn, om ze later als voedsel zonder bezwaar te kupnen gebru ken?" „Dat schijnt individueel te zijn. Zoo is mij een gezin bekend, waar men eerst laat met het gebruik begon tweemaal 's weeks boonen of erwten te eten. In 't begin verzetten zich de dienstboden daartegen steeds. Latei- echter wendön zij zmh er aan en vroe gen ze in stede van aardappelen". „Wal denkt n van vegelaivsche voeding?" „Ik heb er geen speciale studie van gemaakt, beschouw haar echter als to eenzijdig en vooral als een voe dingswijze, die niet voor elk gestel past. De rafcioneele voeding geeft ten slotte elk voor zichzelf aan. In eeoi proefschrift over vegetarische voe ding, een half jaar geledon te Utrecht verschenen, kwam o.m. een onder zoek voor omtrent den gezondheids toestand bij de Trappisten, die hoofd zakelijk vegetarisch leven. Het bleek, dat de vegetarische voeding bitter weinig invloed op een grooteren le vensduur enz. uitoefende. Vele theo retische beschouwingen gaan in do praktijk niet op. Het ideaal blijft, voedt u naar uw persoonlijke neigin gen". „Ik zou thans gaarne tot uw meer speciaal vak wensehen over te gaan. Nu vieesch, zu vel en groenten zoo veel duurder zijn geworden, wordt er veel meer brood gebruikt. Voldoet het brood, dat men bv. te Den Haag ver koopt, aan redelijke eischen ten op zichte ^van gewicht, kwaliteit en voe dingswaarde?" „Bij ons onderzoek, in T vorige jaar in Den Haag gehouden, en waar bij het brood van bijna alle fabrieken en bakkers ia onderzocht, bleek .Slechts drie»-en-twintig procent van het onderzochte brood te voldoen aan den escJi, dat een brood van 500 gr. 300 gr. droog brood moet bevatten. Dat was dus nogal bedroevend". „In vroegere jaren werden bakkers, die te licht brood verkochten, gegee- seldl" „Ja en voor zeventig jaar werd brood, dat door de comm.ezen bij on derzoek te licht bevonden werd, een voudig weg in "t water gegoo d, wat verkeerd was, want een brood kan te licht zijn en toch van goede kwahte.t en een brood kan, door een maximum gehalte aan water, voldoende zwaar gemaakt worden, en toch koopt men dan water voor zijn geld in stede van meel". „Hoe meent u, dat het geknoei met een zoo gewichtig voedingsm ddel als brood kan worden tegengegaan?" „Vroeger schreef de overheid 't ge wicht voor, dat het brood moest heb ben en in een enkele gemeente in ons land houdt men daar nog de hand aan. Doch zooals ik u ze>.de, dat is geen waarborg. Maar het brood be hoorde, volgens verordening, van letters voorzen te worden, waardoor de kooper kon vaststellen of hij melk- brood, taptemelk-brood of water brood kocht, en tevens moest voor elk brood een minimumgehalte aan droog brood (dat is het brood zonder water) worden vastgesteld". „Acht u bruin brood gezonder en voedzamer dan wit brood?' „Het meel wordt du under, naar mate het blanker en fijner is. Da+ zou dus voor de hoedanigheid van 't wit tebrood pleiten. Er is echter een theo rie volgens welke de zemelen, d e door bruin brood verwerkt zijn. de werking der maagsappen bevorderen. Ik geloof, dat dit ook maar weer zoo'n theorie is. Gebruik wit of bruin brood al naar mate het u persoonlijk bete'r of slechter bekomt". „Nu wij over brood spreken, zou ik uw oordeel ook eens gaarne verne men over jams. Want daar boter en kaas en worst zooveel duurder is ge worden, neemt het gebru k van jam toe. Onlangs vernam men van een vrouw, die in Soho square, de Lon- densohe wijk, waar de groote jam fa brieken zijn, wegens dronkenschap was gearresteerd, en wier beroep bleek te zijn „het vervaardigen van pitjes voor aardbeien-jams uil hout". Wordt ook in Nederland bij de jam- fabricaLe gekneed? Of is het Neder landsche produkt altoos zuiver jam?" „U stelt mij voor een moeilijke vraag. Wat verstaat u onder „zuive re jam?" „Volgens mij is deze samengesteld uit suiker en Vruchten, die ingekookt zijn tot gelei of conf tuur". „Dat is ook mijn meening. Maar die jam vindt u heel weinig. Daarom hebben in Mei van dit jaar te Den Haag de directeuren der gemeente lijke keuringsdiensten van Rotter dam, Den Haag, Groningen, Leeu warden, Leiden, Dordrecht, Arnhem en Haarlem met 18 Nederlandsche fabrikanten van jam en geleien een vergadering gehouden om bij gemeen schappelijk overleg vast te stellen aan welke eischen jam (of marmela de) moet voldoen om als deugdelijk te kunnen worden erkend. „Overeengjefcomen word twee na men voor jam aan te geven. De eer ste kwaliteit zou bestaan uit vruch ten en suiker. De overige kwal teiten Tv»c.aua BLAD. OM ONS HEEN No. 1439 Gymnastiqae utilitaire. In de courant van 24 Juni is een Interview weergegeven met den heer F. W. baron Van Tu>ill. te Velsen, voorzitter van den Bond voor licha melijke opvoeding, over de gym nastique utilitaire of nut- tigheidsgymnastiek. Wat dat was zette de heer Van Tuijll toen in korte woorden uiteen leeren zwemmen, klimmen, zich verdedigen, springen, hardloopen en zoo meer. »n omstan digheden gelijk aan die, waarin men dit noodig kan hebben dus klimmen langs een touw, zwemmen met klee- ron aan, vechten met een wandel stok Deze beweging i9 in Frankrijk be gonnen, daar geeft zelfs het verkre gen diploma voorrechten in den militairen dienst. Zoover zijn we in Nederland nu wel niet, maar toch is de afdeeling Haarlem van den Bond vcor lichamelijke opvoeding van plan, binnenkort met deze gymnas tique utilitaire een begin to maken. Misschien kan het dus nuttig zijn hier op de zaak nog eens terug te komen. De beste handleiding daarvoor is zeker wol het boekje van Pierre de Coubertin, d>o met den zeeofficier Héborl don stoot tot de beweging gaf Aan wie wil de afdeeling Haarlem van den Bond de oefeningen leeren De Coubertin acht daarvoor geschikt de jongens van 14 of 15 tot 19 jaar, die door de algemeene gymnastiek op school al lenig zijn gemaakt „Er is", zegt hij, „niets te beginnen met ongeoefende wezens met stijve lede maten en een linksche houding." Met dat voorbehoud is evenwel elke normale jongen geschikt. Buitenge woon sterk behoeft hij niet te wezen, alleen gebrekkige of ziekelijke jon gens komen niet in aanmerking. Het doel, dat de leerlingen zich voor oogen moeten stellen, is drievoudig redding, verdediging, voortbeweging. Redding kan worden verdeeld in redding Je land en te water de ver dediging bestaat uit schermen en schieten, waarbij onder schermen moet worden verstaan het vechten zonder wapens, worstelen en boksen, en met wapens slok, fleuret, degen en sabel. De voortbeweging is dier lijk, wanneer zij geschiedt te voet of te paard, zij is mechanisch wanneer daarbij gebruikt wordt een fiets, automobiel, boot en zoo meer. En eindelijk omvat de gymnastique utilitaire (wie geeft er ons een goed Nederlandsrh woord voor tw<>e pe rioden den leertijd en dien, waarin bet geleerde moet worden onderhou den. Onze geschiktheid voor hardloopen, zegt De Coubertin,_is zoo gering, dal wij pns bij het zien van een looper afvragen, of de inenscb daartoe wel IrnUiriLtl i ON .Miiir nel uugelsch duur Max P e in b e r t o n. 1) Het café was maar half verlicht toch ontbrak liet er niet aan vroolij'k- heiil. Want had de eigenaar, de brave Moester borigot, geen schaap weten te vinden, zooais andere menschen een muntstukjo vinden op een oogen- blik van bittere armoede En waren zijn habitués niet geïnviteerd om daar hun deel van te hebben, alsof men wilde zeggen „Hier is het land van melk en honing" Een bitterkoude Jamiari-nacht ln een in duisternis gehulde siad, met bet geweer geknal als muziek, en don den en stervenden in de huizen, in de kerken en op straat in liet Latijn- eclie Kwartier, waar do grootste ver schrikkingen van bet bombardement geleden werden. Ginds, ver weg achter de bolwer ken, lagen de bivouak^vuren van de Pruisen en het doodaanbrengendc kanon, de vijanden, die onder Molt- ke's bevel stonden, die op zijn beurt, Jiveer den geen-genode-kennende n bism achter zich had. In het café hoorde men weinig van den oorlog De menschen spraken over gewone zaken, over de aangena me gebeurtenissen van den dag soms over een geschiedenis, die I iemand het bloed in de aderen dee»J stollen dan w#er over lachwekkende dir.gen, precies zooals de stemming meebracht. Als de naam van een der vrienden genoemd werd en hij gaf geen antwoord, dan volgde er eene slilte, totdat een of andere belang rijke gebeurtenis de herinnering daaraan weer deed verhleeken, en de belangstelling voor de levenden het verdriet over de doodon weer weg vaagde. Edmund Orlopp was op uitnoodi- ging van Aruiand Morizon en zijn zuster Dolores naar hel Café Cluny gegaan. Het was de verjaardag van Ar mand, en hij had hooren spreken over het schaap van Meester Borigot. Ik walg van ratten, had hij geizegd, en ik honger naar de vleeschpotten. Laten wij eens ver geten, dat wij geleden hebben, en trachten te gelooven, dat het het oude Parijs weer is. De anderen waren het met hem eens, maai' brachten weinig ware vroolij'kheid mee naar dit feest. De schaduw van het einde lag over hen, terwijl hetgeen gisteren gebeurde het genot van het heden vergalde. Waar was Felix Berg, de vroolijke luitenant van Mablots, die niet meer dan acht-en-veertig uur geleden bij dat tafeltje ginds voor het venster had gezeten Zijn vrienden haalden hun schouders op, en hieven als zwij gend eerbewijs hun glas omhoog. Waar was Horace Fragonord, de beeldhouwer, die altijd zoo'n held haftig pleit voor vaderlandsliefde had gehouden, als hij in het Café Cluny zijn stem verhief De heuvels bij Champigny hadden de laa.tste blad zijden van dat dappere verhaal ge schreven. En Dorien, Bramante en Desjardins waren do woorden aan gindsche zijde van de Marne niet de echo van de laatste woorden dier dappere kerels, voor wie het leven in hel Parijs uit dien tijd zooveel waarde had gehad .Vlaai' zelden kon men in dien tijd het huis van Meester Borigot bezoeken, zonder getuige te zijn van droefheid en rouw. Behalve door het feit, dat de opper beste Borigot een schaap ontdekt had, verschilde deze avond van den verjaardag van Armand Morizon maar weinig van andere avonden, als er treurige verhalen werden, verteld. Men mocht nóg zoo zijn best doen om dit zwaarmoedige onderwerp te ver mijden, het was onmogelijk het café rond te kijken en de vragen voor zich te houden. Mademoiselle Dolores zelf, gauw geneigd tot sympathie en zacht ge stemd in verdriet als zij was, streed heldhaftig een poos lang met haar besluitmaar nauweliiks hadden zii de uitstekende ragout opgegeten, die do oude Borigot met zijn eigen han- den ronddiende, of zij deed een vraag, waarvan zij dadelijk berouw had, toen men algemeen zweeg en het lachen ophield. Waar is Pierre Audran waar om heb je hem niet gevraagd riep zij, met een vragenden blik op haar broeder, uit Armand echter begon aan zijn lan gen knevel te trekken en zijn hou ding vertelde op eenvoudig© wijze de onmiskenbare waarheid. Daar heeft het Kasteel Delacroix weer schuld aan. zei hij ontwij kend. Wij moeten dat gebouw la ten afbranden. Men zegt, dat er altüfl een vloek op het huis beeft gerust, sinds de knecht Forgee Gaspari! Hen nes in den tuin vermoordde. Als 'k bijgeloovig was, zou ik daaraan ge looven. Onze mannen doen verholen van dat kasteel, die u het bloed in de aderen doen stollen. Arme Audran I Hij was ook nog maar één-en-tvvintig jaar. Er was geen dapperder man in het leger. Mademoiselle Dolores huiverde ter wijl hij sprak maar een jong offi cier van de Jagers, die juist op dat oogenblUt bet tufeltje passeerde, ving de woorden over het Kasteel Dela croix op en mengde zich dadelijk in bet gesprek. Wij moeten de schildwachten daar met de punt van de bajonet beendaijven, zei hij. Ik geloof niet, dat het de Pruisen zijn, die zij vreezén. Het vreemde van de geschie denis is, dat vele der lijken zelfs geen schram vertoonen en er zijn Duitscners zoowel als Franschen bij. Ik denk, dat Trochu ©r wel toe zal overgaan, het gebouw in brand te steken. ^Het is als «en pesthuis. Edmund Orlopp had met eeniee verbazing naar liun verhalen geluis terd, want het verhaal van bet Kas teel Delacroix was nieuw voor hem. Toen de jager had uitgesproken deed hij een vraag 7.egt ge. dat er ook neergesr.ho- ten Pruisen in het huis gevonden zijn vroeg hij Ik zeg, dat zij er dood gevonden zijn, monsieur, met geen enael merk of teeken op hun lichaam, hoe zij stierven. Dus gelooft, dat zij van schrik gestorven zijn Ik geloof niets. Hier is sprake van een huis tusscheu de beide le gers in, doorschoten alsof net een zeef was. De soldaten van beide le gers gaan er heen om de kelders te plunderen. Zij wonden dood gevonden zonder ©en enkel teeken van geweld op hun lijk of als zij gekwetst zijn, dan zijn hun wonden afschuwelijk. Wat kan men daar anders van den ken als bet geen schrik is en voor iets, dat de moeite waard >s om van te schrikken Als u ons het raadsel' kan verklaren, zullen wij ons zeer verplicht gevoelen. O, ik heb geen theorie daarom trent! zei Orlopp droogjes. Vuur is liet eenige geneesmiddel. Steek het kasteel in brand met alle midd.elen. die ons ten dienste staan, en laat Ie asch voor zichzelf spreken. Men heeft den generaal ge vraagd, dat te doen, maar hij heeft altijd geweigerd. zei Armand. Hij schijnt te denken, dat het als basis zou kunnen dienen voor den eerstvolgende!) uitval den veelbe sproken uitval, die ons in aanraking moei brengen met het leger van Or leans, voegde hij er bijna pathe tisch aan toe. Dat zal na den vrede zijn I antwoordde Orlopp. Maar ik be ken, dat uw kasteel mij interesseert, ging hij voort Zei u, dat het aan den overkant van de Marne ligt? Loop de Brug van Joiriville over, of wat or van is overgebleven, en volg den hoofdweg tot Champigny, antwoordde de jager. Als de Prui sen u niet neerschieten. Daar slaat bet huis op den rand van den heu vel. De klokketoren staat er nog, of schoon de Pruisen er veel bommen door geschoten hebben, genoeg om een arsenaal te vullen. Ik wensch u geluk op uw tocht, mijnheer.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1911 | | pagina 5